Lees absoluut de gebruiks- en montagehandleiding voordat u uw toestel installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan uw toestel.
nl-BEM.-Nr. 10 964 670
Page 2
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ................................................................... 4
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................ 13
De dampkap in één oogopslag ..........................................................................14
Na te bestellen accessoires voor luchtcirculatie................................................... 56
Verklaring van overeenstemming .......................................................................... 56
3
Page 4
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Deze dampkap voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees daarom de gebruiks- en montagehandleiding aandachtig
door, voordat u de dampkap in gebruik neemt. Daarin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de montage, de veiligheid,
het gebruik en het onderhoud. Dit is in het belang van uw veiligheid en voorkomt schade aan de dampkap. Wanneer deze niet
worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld
voor schade die daarvan het gevolg is.
Bewaar de gebruiks- en montageaanwijzing en geef ze door aan
wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Verantwoord gebruik
Deze dampkap is bedoeld voor gebruik in het huishouden en in
gelijkaardige omgevingen.
Deze dampkap is niet bestemd voor gebruik buiten.
Gebruik de dampkap uitsluitend in huishoudelijke context voor het
wegzuigen van kookdampen die ontstaan bij het bereiding van gerechten.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten.
Wanneer de dampkap met luchtcirculatie wordt gebruikt, kan ze
boven een gaskookplaat niet voor de ontluchting van de opstelruimte worden gebruikt. Vraag om informatie bij uw gasspecialist.
4
Page 5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van de dampkap niet in
staat zijn om deze veilig te bedienen, mogen de dampkap alleen onder toezicht gebruiken.
Deze personen mogen de dampkap alleen zonder toezicht gebruiken
als ze weten hoe ze het toestel veilig moeten bedienen. Ze moeten
de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen inzien en
begrijpen.
Kinderen in het huishouden
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van het toestel
worden gehouden - tenzij ze constant in het oog worden gehouden.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de dampkap alleen maar ge-
bruiken wanneer hun de bediening ervan zo uitgelegd is dat ze de
dampkap veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Kinderen mogen de dampkap niet zonder toezicht reinigen of on-
derhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
dampkap bevinden. Laat kinderen nooit met de dampkap spelen.
De kookplaatverlichting is heel sterk.
Zorg dat vooral baby's niet direct in de lampen kijken.
Verstikkingsgevaar. Kinderen kunnen zich tijdens het spelen in
verpakkingsmateriaal wikkelen (bijvoorbeeld in folie) of het materiaal
over hun hoofd trekken en stikken. Houd verpakkingsmaterialen bij
kinderen vandaan.
5
Page 6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of repara-
tiewerkzaamheden kan de gebruiker aanzienlijke risico's lopen. Installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mogen alleen
door een door Miele geautoriseerde deskundige worden uitgevoerd.
Schade aan de dampkap kan uw veiligheid in gevaar brengen.
Controleer de dampkap op zichtbare schade. Gebruik nooit een beschadigde dampkap.
De elektrische veiligheid van de dampkap is uitsluitend gegaran-
deerd, als deze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde moet worden voldaan. Laat de elektrische installatie bij twijfel door een elektricien inspecteren.
De dampkap kan alleen betrouwbaar en veilig functioneren, als zij
op het openbare elektriciteitsnet is aangesloten.
De aansluitgegevens (frequentie en spanning) op het typeplaatje
van de dampkap moeten beslist met de waarden van het elektriciteitsnet overeenkomen om beschadiging van de dampkap te voorkomen.
Vergelijk deze aansluitgegevens voordat u het toestel aansluit. Raadpleeg bij twijfel een elektricien.
Deze dampkap mag niet op het elektriciteitsnet worden aangeslo-
ten via meervoudige stopcontacten of verlengsnoeren die daarvoor
niet geschikt zijn. Dit in verband met gevaar voor oververhitting.
Bij dampkappen van het type ...EXT moet de verbinding met de
externe dampkap met de bijhorende verbindingskabel en stekkers
gemaakt worden.
Deze toestellen mogen enkel met een externe dampkamp van Miele
gecombineerd worden.
6
Page 7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik uw dampkap enkel in geïnstalleerde toestand. Enkel dan
is een veilige werking gewaarborgd.
Deze dampkap mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op een
schip) worden gebruikt.
Raak geen onderdelen aan die onder spanning staan. Verander
niets aan de elektrische en mechanische opbouw van het toestel.
Open de ommanteling van de dampkap slechts zo ver als in het kader van de montage en de reiniging is toegestaan. Open in geen geval overige delen van de ommanteling.
Worden deze instructies niet opgevolgd, dan kunnen gebruikers een
elektrische schok krijgen en is het mogelijk dat het toestel niet meer
goed functioneert.
Het recht op garantie vervalt wanneer de dampkap door een tech-
nische dienst wordt hersteld die niet door Miele is erkend.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze Miele onderdelen kunnen wij garanderen, dat zij volledig aan onze veiligheidseisen voldoen.
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een er-
kend vakman/vakvrouw worden vervangen.
Bij installatie-, onderhouds- en reparatiewerkzaamheden mag er
geen elektrische spanning op de dampkap staan. Dat is het geval als
aan één van de volgende voorwaarden is voldaan:
– de zekeringen van de elektrische installatie zijn uitgeschakeld of
– de schroefzekeringen van de elektrische aansluiting zijn er geheel
uitgedraaid of
– de stekker (indien aanwezig) is uit de contactdoos getrokken. Trek
daarbij aan de stekker en niet aan de aansluitkabel.
7
Page 8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gelijktijdig gebruik met een toestel dat lucht uit dezelfde ruimte verbruikt
Dit kan levensgevaarlijk zijn!
Wees heel voorzichtig als u de dampkap tegelijk gebruikt met verbrandingssystemen die lucht uit dezelfde ruimte gebruiken of gebruikmaken van dezelfde afvoerinstallatie.
Dergelijke verbrandingssystemen halen de lucht die nodig is voor
de verbranding uit de ruimte waar het systeem zich bevindt en
voeren de rookgassen af via een afvoerkanaal (bijvoorbeeld via
een schoorsteen). Dit kunnen bijvoorbeeld gas-, olie-, hout- of
kolenkachels zijn, maar ook gasboilers, warmwaterketels op gas,
gaskookplaten en gasovens.
De dampkap zuigt lucht uit de keuken en de aangrenzende ruimten. Dit geldt bij:
- luchtafvoer,
-luchtafvoer met externe ventilator en bij
- luchtcirculatie met een buiten de ruimte geplaatste luchtcirculatiebox.
Als de luchtaanvoer niet voldoende is, ontstaat er onderdruk. Het
verbrandingssysteem krijgt te weinig lucht. De verbranding wordt
negatief beïnvloed.
Giftige verbrandingsgassen kunnen uit de schoorsteen of een ander luchtafvoerkanaal naar de woonruimten geleid worden.
Levensgevaarlijk!
8
Page 9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Het gelijktijdige gebruik van de dampkap en een verbrandingssysteem in dezelfde ruimte is ongevaarlijk als de onderdruk niet groter
is dan 4Pa (0,04mbar). In dat geval is er geen gevaar dat verbrandingsgassen worden teruggezogen.
Er zullen geen onderdrukproblemen ontstaan als door niet-afsluitbare openingen bijvoorbeeld in deuren of ramen voldoende lucht in
de ruimte kan komen. De diameter van de opening waardoor de
lucht naar binnen stroomt, moet dan wel groot genoeg zijn. Alleen
een muurkast voor luchttoevoer/luchtafvoer is meestal niet toereikend.
Bij de beoordeling van een en ander dient men altijd rekening te
houden met de totale ventilatie van de woning. Raadpleeg in ieder
geval een vakman.
Wanneer de dampkap met luchtcirculatie wordt gebruikt en de
lucht wordt teruggevoerd in de ruimte waar het toestel is geplaatst,
is gelijktijdig gebruik van een dampkap en een verbrandingstoestel
in dezelfde ruimte niet gevaarlijk.
9
Page 10
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Veilig gebruik
Door open vuur bestaat brandgevaar!
Werk met het oog op het risico op brand nooit met open vuur onder
de dampkap: zo is flamberen en grilleren met open vuur verboden.
Een dampkap die in gebruik is trekt de vlammen in het vetfilter/de
vetfilters aan, waardoor het daarin verzamelde vet vlam kan vatten.
Sterke hitte-ontwikkeling op een gaskookplaat kan de dampkap
beschadigen.
– Let er bij gebruik van de dampkap boven een gaskookplaat of
gasfornuis op, dat er altijd een pan staat op de gaspit die in gebruik is. Draai de gaspit ook uit, wanneer u de pan even van het
gas neemt.
– Kies pannen die niet groter of kleiner zijn dan de kookzone.
– Regel de stand van het gas zo dat er geen gas langs de pan om-
hoog komt.
– Zorg ervoor dat u een pan nooit overmatig verhit, zoals bij het
wokken snel gebeurt.
Condenswater kan zorgen voor corrosieschade aan de dampkap.
Schakel de dampkap altijd in als u een kookzone gebruikt om ophoging van condenswater te voorkomen.
Olie en vet kunnen bij oververhitting vanzelf ontbranden en daarbij
de dampkap in brand zetten.
Let op potten, pannen en friteuses wanneer u met olie en vet werkt.
Ook het grillen op elektrische griltoestellen moet daarom onder continu toezicht plaatsvinden.
10
Page 11
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik de dampkap nooit zonder vetfilters om te voorkomen dat
zich vuil en vet in de dampkap afzetten,
waardoor deze op den duur niet meer goed zal functioneren.
Hou ermee rekening dat de dampkap bij het koken door de opstij-
gende hitte erg warm kan worden.
Raak de ommanteling en de vetfilters pas aan wanneer de dampkap
is afgekoeld.
Deskundige montage
Controleer of het gebruik van een dampkap boven uw kooktoestel
volgens de fabrikant van deze apparatuur toegestaan is.
Het is niet toegestaan de dampkap boven stookplaatsen voor
vaste brandstoffen te monteren.
Als de afstand tussen kookplaat en dampkap te klein is, kan dit
schade aan de dampkap veroorzaken.
Tussen de dampkap en de plek waar gekookt, gebakken, gebraden,
gegrilld of gefrituurd wordt moeten de afstanden die in het hoofdstuk: 'Montage' worden aangegeven, aangehouden worden, tenzij
de fabrikant van de kookapparatuur een grotere afstand aangeeft.
Worden er onder de dampkap verschillende kooktoestellen gebruikt
waarvoor verschillende afstanden gelden, dan moet de grootste afstand worden aangehouden.
Neem voor het monteren van de dampkap de aanwijzingen in het
hoofdstuk “Montage” in acht.
Metalen platen kunnen scherpe randen hebben waaraan u zich
kunt verwonden.
Draag voor de montage handschoenen die u tegen snijwonden beschermen.
Gebruik voor de luchtafvoerleiding enkel buizen of slangen van
onbrandbaar materiaal. Die zijn bij uw Miele-handelaar of via de
Technische Dienst van Miele verkrijgbaar.
11
Page 12
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
De lucht mag niet worden afgevoerd via een afvoerschoorsteen
die wordt gebruikt voor de afvoer van rook of gas, noch via een
schacht die wordt gebruikt voor de ontluchting van ruimten waarin
wordt gestookt.
Wanneer de lucht moet worden afgevoerd via een schoorsteen die
niet meer in gebruik is, dan dient u eerst de officiële voorschriften te
raadplegen.
Reiniging en onderhoud
Er kan brand ontstaan als het toestel niet volgens de aanwijzingen
in deze gebruiksaanwijzing wordt gereinigd.
De stoom van een stoomreiniger kan terechtkomen op onderdelen
die onder spanning staan en een kortsluiting veroorzaken.
Gebruik voor het reinigen van de dampkap nooit een stoomreiniger.
Accessoires
Gebruik uitsluitend Miele-accessoires om te voorkomen dat ga-
rantieaanspraken vervallen. Worden er andere onderdelen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijkheid.
12
Page 13
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd milieuvriendelijk en recycleerbaar verpakkingsmateriaal gekozen.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
in het algemeen terug.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
stoffen, mengsels en onderdelen die
nodig zijn geweest om de toestellen
goed en veilig te laten functioneren.
Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval doet of er op een andere
manier niet goed mee omgaat, kunnen
deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Doe uw oude
toestel daarom nooit bij het gewone
huisafval.
Lever het in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elektronische apparatuur, bij uw vakhandelaar
of bij Miele. U bent wettelijk zelf verantwoordelijk voor het wissen van eventuele persoonlijke gegevens op het af te
danken toestel.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het afdanken
van uw oud toestel, neem dan contact
op met
– de handelaar bij wie u het kocht
of
– de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intussen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
13
Page 14
De dampkap in één oogopslag
14
Page 15
De dampkap in één oogopslag
a
Luchtafvoertuit
De lucht kan eventueel naar boven of naar achteren afgevoerd worden.
b
Kookplaatverlichting
c
Anti-geurfilter (2 stuks)
Na te bestellen accessoires voor luchtcirculatie
(alleen DA 2668, DA 2698)
d
Vetfilter
(DA 2668, DA 2698: 2 stuks; DA 2628: 4 stuks)
e
Paneel voor de randafzuiging
(DA 2668, DA 2698: 1; DA 2628: 2 stuks)
f
Bedieningselementen
g
Toets voor het in- en uitschakelen en dimmen van de kookplaatverlichting
h
Toets voor het in- en uitschakelen van de afzuiging
i
Toetsen voor het instellen van het afzuigvermogen
j
Toets voor de uitloopfunctie
k
Toets voor de werkingsurenteller
De toets dient voor het weergeven en instellen van de werkingsurenteller. Bij de
eerste ingebruikname is hiermee de instelling van de luchtafvoer of luchtcirculatie verbonden (zie “Eerste ingebruikname”).
15
Page 16
Hoe werkt uw toestel?
De dampkap kan op de volgende manieren worden gebruikt:
Luchtafvoer
De kookdampen worden door de
dampkap aangezogen. De lucht wordt
daarbij via het paneel van de randafzuiging door de vetfilters geleid, gereinigd
en vervolgens naar buiten afgevoerd.
Luchtcirculatie
De aangezogen lucht wordt door de
vetfilter en bovendien door een actievekoolstoffilter gereinigd en wordt daarna
weer in de keuken geleid.
De DA 2628 is niet geschikt voor luchtcirculatie.
Werking met externe afzuiginstallatie
(Dampkappen van het type .... EXT)
Bij dampkappen die voorbereid zijn
voor werking met een externe afzuiging,
wordt een Miele-afzuiginstallatie buiten
het vertrek gemonteerd op de plek waar
u deze wilt hebben. De externe afzuiginstallatie wordt door een aansluitkabel
met de dampkap verbonden en via
Con@ctivity of de bedieningselementen
van de dampkap aangestuurd.
16
Page 17
Eerste ingebruikneming
Luchtafvoer of luchtcirculatie
selecteren
De dampkap is geschikt voor luchtafvoer en luchtcirculatie. Het vermogen
van de afzuiging wordt aangepast op
de gekozen werkingswijze. Standaard
is luchtcirculatie ingesteld. Voor
luchtafzuiging moet de dampkap opnieuw ingesteld worden.
Er wordt overgeschakeld op luchtafvoer
door de bedrijfsurenteller voor de antigeurfilter(s) te deactiveren.
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Druk tegelijk op toets '' en op toets
urenteller .
Het symbool anti-geurfilter en één
van de vermogensstanden gaan knipperen.
Druk toets '' in tot de stand B
brandt.
Bevestig de procedure met de toets
urenteller .
Alle controlelampjes gaan uit.
Luchtafvoer is ingesteld.
Bevestigt u de procedure niet binnen
4minuten na het instellen, dan neemt
het toestel automatisch de oude instelling over.
Miele@home instellen
Voorwaarde(n):
– Eigen WLAN-netwerk
Uw dampkap heeft een geïntegreerde
WLAN-module. De dampkap kan met
uw WLAN-netwerk verbonden worden.
Daarna is het mogelijk om de dampkap
met de Miele@mobile-app te bedienen.
Als uw Miele-kookplaat ook in het eigen
WiFi-netwerk is opgenomen, kunt u de
automatische besturing van de dampkap met de Con@ctivity-functie gebruiken.Als uw Miele-kookplaat ook in
het eigen WiFi-netwerk is opgenomen,
kunt u de automatische besturing van
de dampkap met de Con@ctivity-functie gebruiken.
Het signaal van uw WLAN-netwerk
moet voldoende sterk zijn op de locatie waar uw damkap geïnstalleerd
wordt.
Houd er rekening mee dat er niet tegelijkertijd een WiFi-verbinding en een
draadloze verbinding (Con@ctivity 2.0,
afstandsbediening) ingesteld kan worden.
17
Page 18
Eerste ingebruikneming
Miele@mobile-app
De Miele@mobile-app kunt u gratis
downloaden uit de Apple App Store® of
de Google Play Store™.
Met de app verbinden
U kunt de netwerkverbinding met de
Miele@mobile-app tot stand brengen.
Installeer de Miele@mobile app op uw
mobiele toestel.
Om via de app te kunnen aanmelden
dient u te beschikken over:
1. het wachtwoord van uw WLAN- netwerk
2. het wachtwoord van uw dampkap
Het wachtwoord van de dampkap bestaat uit de laatste negen cijfers van het
productienummer op het typeplaatje.
Het typeplaatje is zichtbaar nadat u de
vetfilter hebt verwijderd.
18
Start de toestelaanmelding in de app.
Volg de aanmeldingsstappen.
Als u gevraagd wordt om het WLAN van
de dampkap te activeren, gaat u als
volgt te werk:
Page 19
Eerste ingebruikneming
Schakel de dampkap uit.
Houd de toets '' ingedrukt.
Druk tegelijkertijd op de toets verlich-
ting .
2 licht continu op, 3 knippert.
De dampkap is tijdens de volgende
twee minuten klaar voor de verbinding.
Volg de verdere aanwijzingen in de
app op.
Na succesvolle verbinding branden 2 en
3 continu.
Met WPS verbinden
Uw WLAN-router moet geschikt zijn
voor WPS (WiFi Protected Setup).
Schakel de dampkap uit.
Houd de toets '' ingedrukt.
Druk tegelijkertijd op de toets verlich-
ting .
2 licht continu op, 3 knippert.
De WLAN-verbinding moet gelijktijdig
op de dampkap en op uw WPS-router
gestart worden.
Druk na enkele seconden op de toets
B op de dampkap.
Verlaat de verbindingsmodus van de
dampkap door op de toets uitloop
te drukken.
De dampkap kan nu met de app bediend worden.
Na korte tijd licht 2 continu op, 3 en B
knipperen.
De dampkap is tijdens de volgende
twee minuten klaar voor de verbinding.
19
Page 20
Eerste ingebruikneming
Start de WPS-verbinding op uw
WLAN-router.
Na succesvolle verbinding branden 2 en
3 continu.
WLAN afmelden (terugzetten naar de
fabrieksinstellingen)
Om een nieuwe WLAN-verbinding te
maken moet eerst de bestaande
WLAN-verbinding verbroken worden.
Schakel de dampkap uit.
Houd de toets '' ingedrukt.
Verlaat de verbindingsmodus van de
dampkap door op de toets uitloop
te drukken.
De dampkap kan nu met de app bediend worden.
Als er geen verbinding kon worden gemaakt, kan het zijn dat u de WPS op uw
router niet snel genoeg hebt ingeschakeld. Herhaal in dat geval de vorige
stappen.
Tip: Als uw WLAN-router niet over WPS
beschikt, gebruikt u de Miele@mobileapp.
Druk tegelijkertijd op de toets verlich-
ting .
Bij een bestaande WLAN-verbinding
branden 2 en 3 continu.
De dampkap is tijdens de volgende
twee minuten klaar voor het verbreken
van de verbinding.
20
Page 21
Druk dan op de toets .
2 licht continu op en 3 knippert.
Na enkele seconden knipperen 2 en 3.
De verbinding is verbroken.
Verlaat de afmeldmodus van de
dampkap door op de toets uitloop
te drukken.
De WLAN-verbinding is verbroken. Er
kan een nieuwe verbinding gemaakt
worden.
Eerste ingebruikneming
Con@ctivity instellen
Con@ctivity beschrijft de directe communicatie tussen een elektrische kookplaat van Miele en een Miele-dampkap.
Hiermee kan de dampkap automatisch
bestuurd worden, afhankelijk van de
status van een daaronder liggende losse elektrische Miele-kookplaat.
– Nadat de kookplaat is ingeschakeld,
gaan de kookplaatverlichting en na
korte tijd de afzuiging van de dampkap automatisch aan.
– Tijdens het kookproces kiest de
dampkap automatisch het juiste afzuigvermogen. De vermogensstand
van de afzuiging hangt af van het
aantal ingeschakelde kookplaten en
van de gekozen kookstanden.
– Nadat de kookplaat is uitgeschakeld,
gaan na een uitlooptijd ook de afzuiging en de kookplaatverlichting van
de dampkap automatisch uit.
Gedetailleerde informatie over deze
functie vindt u in het hoofdstuk: 'Bediening'.
21
Page 22
Eerste ingebruikneming
Deze dampkap kunt u met de
Con@ctivity-functie via WiFi (Con@ctivity 3.0) of met een radiografische verbinding (Con@ctivity 2.0) gebruiken.
Con@ctivity via het eigen WiFi-netwerk (Con@ctivity 3.0)
Voorwaarde(n):
– Eigen WiFi-netwerk
– Kookplaat die geschikt is voor
WiFi
Neem de dampkap en uw kookplaat
in het eigen WiFi-netwerk op (zie
“Miele@home installeren”).
Con@ctivity wordt automatisch geactiveerd.
Con@ctivity via een directe WiFi-verbinding (Con@ctivity 3.0)
Voorwaarde(n):
– Kookplaat die geschikt is voor
WiFi
Als u geen eigen netwerk heeft, kunt u
een directe verbinding tussen kookplaat
en dampkap tot stand brengen.
Deze verbinding is in de gebruiksaanwijzing van uw kookplaat beschreven.
Hierna zijn de stappen op de dampkap
nog een keer in detail beschreven.
Schakel de dampkap uit.
Houd de toets '' ingedrukt.
Druk tegelijkertijd toets “” in.
22
2 licht continu op, 3 knippert.
De dampkap is tijdens de volgende
twee minuten klaar voor de verbinding.
Page 23
Eerste ingebruikneming
Start de WiFi-verbinding op de kook-
plaat. Zie daarvoor de gebruiksaanwijzing van de kookplaat.
Na succesvolle verbinding branden 2 en
3 continu.
Verlaat de verbindingsmodus van de
dampkap door op de toets naloop
te drukken.
Con@ctivity is nu geactiveerd.
Als de directe WiFi-verbinding tot
stand gebracht is, kunnen kookplaat
en dampkap niet in een eigen netwerk
opgenomen worden. Mocht u dit later
toch wensen, dan dient u eerst de directe WiFi-verbinding tussen kookplaat en dampkap uit te schakelen (zie
“WiFi afmelden”).
Con@ctivity via een directe draadloze
verbinding (Con@ctivity 2.0)
Voorwaarde(n):
– Miele-kookplaat die geschikt is
voor Con@ctivity 2.0
Bij deze dampkap wordt een Con@ctivity 2.0-draaloze stick meegeleverd.
Met de draadloze stick kan bij een
kookplaat die over een aansluiting voor
de draadloze stick beschikt, de
Con@ctivity-functie gebruikt worden.
Ga in de montageaanwijzing van de
Con@ctivity 2.0-stick na of aansluiting op uw kookplaat mogelijk is.
Houd er rekening mee dat er niet tegelijkertijd een WiFi-verbinding en een
draadloze verbinding (Con@ctivity 2.0,
afstandsbediening) ingesteld kan worden.
23
Page 24
Eerste ingebruikneming
Con@ctivity 2.0-stick plaatsen
Houd rekening met de instructies in
de montageaanwijzing van de
Con@ctivity 2.0-stick.
Draadloze verbinding activeren
Kookplaat en dampkap moeten geïnstalleerd en werkingsklaar zijn.
De draadloze verbinding moet tegelijkertijd op de dampkap en op de kookplaat geactiveerd worden. De activering
van de dampkap is hieronder beschreven.
De activering van de kookplaat is beschreven in de bijhorende gebruiksaanwijzing. Neem deze informatie voordien
door.
Start eerst de activering op de dampkap, vervolgens op de kookplaat.
Functie bij de dampkap activeren
Kookplaat en dampkap moeten zijn
uitgeschakeld.
Druk circa 10 seconden op de toets
uitloop , totdat toets 1 oplicht.
Druk vervolgens na elkaar op
– toets '',
– vervolgens op toets '',
– vervolgens de toets voor de kook-
plaatverlichting .
De dampkap bevindt zich in de aan-/afmeldmodus.
24
Als er nog geen draadloze verbinding is
knipperen de lampjes 2 en 3 gelijktijdig.
Als al een draadloze verbinding is opgebouwd, branden de controlelampjes 2
en 3 continu (Con@ctivity 2.0 is al geactiveerd of een afstandsbediening is aangemeld).
Page 25
Druk op toets '' om Con@ctivity 2.0
te activeren.
2 licht continu op, 3 knippert.
Na enkele seconden: branden 2 en 3
continu, B knippert.
Het toestel zoekt naar een draadloze
verbinding.
Functie bij de kookplaat activeren
Start de activering van de kookplaat,
terwijl de dampkap de draadloze verbinding zoekt.
Zie daarvoor de gebruiksaanwijzing
van de kookplaat.
Eerste ingebruikneming
Activering op de dampkap afsluiten
Na succesvolle verbinding dooft B, 2 en
3 branden continu.
Druk op toets van de uitlooptijd
om de activering te bevestigen. Alle
controlelampjes gaan uit.
De Con@ctivity-functie is nu te gebruiken.
Wordt de activering niet binnen 4minuten bevestigd, dan wordt de dampkap
niet geactiveerd.
De activering vindt eenmalig plaats.
Ook wanneer er geen elektrische
spanning op de toestellen staat, bijvoorbeeld bij stroomuitval, blijft de activering in stand.
Als op de kookplaat de melding ver-
schijnt dat de draadloze verbinding
tot stand is gekomen, sluit u de activering op de kookplaat af.
25
Page 26
Eerste ingebruikneming
Activering mislukt
Komt de verbinding ondanks activering
van dampkap en kookplaat niet tot
stand, moeten beide toestellen eerst
worden gedeactiveerd en daarna opnieuw worden geactiveerd.
Druk op de toets '' om Con@ctivity
2.0 te deactiveren.
Draadloze verbinding deactiveren
Kookplaat en dampkap moeten zijn
uitgeschakeld.
Druk circa 10 seconden op de toets
uitloop , totdat toets 1 oplicht.
Druk vervolgens na elkaar op
– toets '',
– vervolgens op toets '',
– vervolgens de toets voor de kook-
plaatverlichting .
De dampkap bevindt zich in de aan-/afmeldmodus.
2 licht continu op, 3 knippert.
Na enkele seconden knipperen 2 en 3.
De draadloze verbinding is gedeactiveerd.
Raadpleeg voor het deactiveren van
de kookplaat de gebruiksaanwijzing
van dit toestel.
Houd er rekening mee dat wanneer de
draadloze verbinding wordt verbroken,
er dan ook een eventuele afstandsbediening wordt gedeactiveerd en dus
opnieuw moet worden geactiveerd.
Als er een draadloze verbinding bestaat,
branden 2 en 3 continu.
26
Page 27
Bediening (automatische werking)
Wanneer Con@ctivity is geactiveerd,
werkt de dampkap altijd in de automatische functie (zie hoofdstuk:
'Con@ctivity instellen').
Zie hoofdstuk 'Koken zonder Con@ctivity-functie' als u de dampkap handmatig wenst te bedienen.
Koken met de Con@ctivityfunctie (Automatische bediening)
Schakel een kookplaat in op een wil-
lekeurige stand.
De kookplaatverlichting wordt ingeschakeld.
Voorbeelden voor de vermogensstanden 1
tot en met B
Reactietijd
De dampkap reageert met vertraging.
Een wijziging in de vermogensstand van
het kookplaat hoeft namelijk niet meteen tot meer of minder dampontwikkeling te leiden.
Na een paar seconden gaat de afzuiging aan; eerst kort op stand 2, daarna
direct op stand 1.
Tijdens het kookproces kiest de dampkap automatisch het juiste afzuigvermogen.
Dit is gebaseerd op het totale vermogen
dat op dat moment voor het kookplaat
is ingeschakeld, te weten het aantal ingeschakelde kookzones en de ingeschakelde kookstanden.
Wanneer u bij het kookplaat een ho-
gere kookstand inschakelt of wanneer
u verschillende kookzones inschakelt,
kiest de dampkap een hogere vermogensstand.
Wanneer u bij het kookplaat een lage-
re kookstand inschakelt of wanneer u
één of meer kookzones uitschakelt,
kiest de dampkap een lagere vermogensstand.
De vertraging is ook toe te schrijven aan
het feit dat het kookplaat de informatie
met tussenpozen naar de dampkap verzendt.
De reactie van de dampkap volgt na enkele seconden of enkele minuten.
27
Page 28
Bediening (automatische werking)
Bij het braden
Wanneer u, bijvoorbeeld voor het ver-
hitten van een pan, een kookplaat op
de hoogste stand inschakelt en na
circa 10 seconden tot 4minuten* op
een lagere stand zet, gaat de dampkap ervan uit dat u aan het braden
bent. (*60 seconden tot 5minuten bij
een Highlight-kookplaat.)
De dampkap gaat aan. Nadat de kookplaat op een lagere stand is gezet,
wordt de dampkap naar stand 3 teruggeschakeld en blijft circa 5minuten op
deze stand staan.
Daarna wordt het afzuigvermogen van
de dampkap weer door de Con@ctivityfunctie gestuurd.
U kunt het afzuigvermogen ook voor-
tijdig met de hand wijzigen.
Uitschakelen
Schakel alle kookzones uit.
De afzuiging van de dampkap wordt in
de minuten daarna stap voor stap op
een lagere stand gezet en tenslotte helemaal uitgeschakeld.
Dan wordt de keukenlucht gezuiverd
van eventueel nog aanwezige dampen
en geurtjes.
– Van de intensiefstand wordt de afzui-
ging direct teruggeschakeld naar
stand 3.
– Van stand 3 wordt de afzuiging na ca.
1minuut teruggeschakeld naar stand
2.
– Van stand 2 wordt de afzuiging na
2minuten teruggeschakeld naar
stand 1.
– Van stand 1 wordt de afzuiging na
2minuten uitgeschakeld.
– 30 seconden daarna wordt de kook-
plaatverlichting uitgeschakeld.
28
We zijn klaar met koken.
Page 29
Bediening (automatische werking)
De automatische functie tijdelijk uitschakelen
U kunt de automatische functie tijdens
het koken tijdelijk uitschakelen, en wel
als volgt:
kies handmatig een andere vermo-
gensstand of
schakel de dampkap handmatig uit of
u activeert de functie uitloop van
de dampkap. De afzuiging gaat na de
gekozen uitlooptijd uit, de verlichting
blijft ingeschakeld.
De functies van de dampkap kunnen nu
met de hand worden bediend (zie 'Koken zonder Con@ctivity-functie' ).
Terug naar de automatische functie
U kunt terug naar de automatische
functie en wel als volgt:
kies handmatig een vermogensstand
en wacht circa 5minuten voordat u
de dampkap weer gaat bedienen, of
kookplaat minstens 30 seconden uitgeschakeld waren, start de kookplaat
de volgende keer opnieuw in de automatisch functie.
kies handmatig een vermogensstand
die overeenkomt met de automatische vermogensstand, of
zorg ervoor dat de afzuiging van de
dampkap en de kookplaat minstens
30 seconden uitgeschakeld zijn geweest.
De eerstvolgende keer dat u de kookplaat weer inschakelt, start deze weer
in de automatische functie.
U hebt de mogelijkheid om de dampkap tijdens een volledige kookbeurt
handmatig te bedienen.
Schakel daarvoor de afzuiging van de
dampkap voor de kookplaat in.
Als na het koken de dampkap en de
29
Page 30
Bediening (handmatige werking)
Koken zonder Con@ctivityfunctie (Handmatige bediening)
Onder de volgende voorwaarden kunt u
de dampkap met de hand bedienen:
Schakel de afzuiging in, zodra u begint
met het koken. Hierdoor worden kookdampen vanaf het eerste moment afgezogen.
Druk op de Aan/Uit-toets .
De afzuiging start op stand 2. Het symbool en de 2 van het afzuigvermogen
gaan branden.
Afzuigvermogen kiezen
Voor lichte tot zware kookdampen en
geuren kunt u kiezen tussen de vermogensstanden 1 tot en met 3.
Bij kortstondige sterke wasem- en geurvorming, bijv. bij het aanbraden, kunt u
de intensiefstand B gebruiken.
Nalooptijd inschakelen
Laat de afzuiging na het koken nog enkele minuten werken. De keukenlucht
wordt gezuiverd van eventueel nog aanwezige dampen en geurtjes.
Resten in de dampkap en en de geurtjes die hierdoor ontstaan worden voorkomen.
De naloopfunctie biedt de mogelijkheid,
dat de afzuiging na een gekozen tijd automatisch uitschakelt.
Druk na het koken op de toets naloop
terwijl de afzuiging draait
– 1xvoor 5minuten uitlooptijd, waarbij
5 gaat branden.
– 2xvoor 15minuten uitlooptijd, waar-
bij 15 gaat branden.
– Als u opnieuw op de toets naloop
drukt, blijft de afzuiging ingeschakeld. ( dooft).
Afzuiging uitschakelen
Schakel de afzuiging uit met de toets
aan/uit .
Symbool gaat uit.
Kies door indrukken van de toets “”
of “” het gewenste afzuigvermogen.
De boosterstand terugschakelen
Is het Power Management System
(voordien) geactiveerd, dan wordt het
afzuigvermogen na 5minuten automatisch teruggeschakeld naar stand 3.
30
Page 31
Bediening (handmatige werking)
Kookplaatverlichting in- en uitschakelen/dimmen
De kookplaatverlichting kunt u onafhankelijk van de afzuiging in- en uitschakelen en de lichtsterkte verminderen.
Druk voor het in- en uitschakelen kort
op de toets verlichting .
Wanneer u de verlichting inschakelt,
brandt de verlichting op maximale
sterkte.
Wilt u de verlichting zwakker hebben,
blijf dan op toets van de verlichting drukken. De verlichting wordt
zwakker totdat u de toets loslaat.
Wilt u de verlichting weer sterker heb-
ben, druk dan opnieuw op toets verlichting en blijf erop drukken. De
verlichting wordt sterker totdat u de
toets loslaat.
Powermanagement
De dampkap beschikt over een Powermanagement, waarmee energie kan
worden bespaard. Het systeem zorgt
ervoor dat het afzuigvermogen automatisch op een lagere stand wordt gezet
en de verlichting wordt uitgeschakeld.
– Als de boosterstand ingesteld is,
wordt de afzuiging na 5minuten automatisch naar stand 3 teruggeschakeld.
– Als stand 3, 2 of 1 ingesteld is, wordt
het afzuigvermogen na 2 uur automatisch één stand lager gezet en daarna
per 30minuten uitgeschakeld.
– Als de kookplaatverlichting ingescha-
keld is, wordt deze na 12 uur automatisch uitgeschakeld.
U kunt het Powermanagement deactiveren.
Bedenk wel dat dit tot een stijging in
het energieverbruik kan leiden.
31
Page 32
Bediening (handmatige werking)
Powermanagement in-/uitschakelen
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Druk circa 10 seconden op de toets
uitloop , totdat stand 1 van de
vermogensweergave gaat branden.
Druk vervolgens na elkaar op
– de toets kookplaatverlichting ,
– de '' toets en weer op
– de toets kookplaatverlichting .
Als het Powermanagement ingeschakeld is, branden de standen 1 en B continu.
Als het uitgeschakeld is, knipperen de
standen 1 en B.
Druk op de toets '' om het Power-
management uit te schakelen.
De standen 1 en B knipperen.
Druk op de toets '' om de automaat
in te schakelen.
Veiligheidsuitschakeling
Als het Powermanagement uitgeschakeld is, wordt de ingeschakelde dampkap na 12 uur automatisch uitgeschakeld (afzuiging en kookplaatverlichting).
Als u de dampkap weer wilt inscha-
kelen, druk dan op de Aan/Uit-toets
of op de verlichtingstoets .
De standen 1 en B branden continu.
Druk op toets uitloop om de pro-
cedure te bevestigen.
Alle controlelampjes gaan uit.
Bevestigt u de procedure niet binnen
4minuten na het instellen, dan neemt
het toestel automatisch de oude instelling over.
32
Page 33
Bediening (automatische en handmatige werking)
Bedrijfsurenteller
De dampkap registreert de uren dat ze
in werking is.
De bedrijfsurentellers geven door het
oplichten van het vetfiltersymbool of
het anti-geurfiltersymbool aan wanneer de filters moeten worden vervangen. Zie voor reinigen en vervangen van
de filters en voor het terugzetten van de
tellers het hoofdstuk 'Reiniging en onderhoud'.
Bedrijfsurenteller voor de vetfilters
wijzigen
U kunt de bedrijfsurenteller aan uw
kookgewoonten aanpassen.
Standaard is ingesteld dat u de vetfilter
na 30 uur koken dient te reinigen.
– Kies 20 uur wanneer u veel braadt en
frituurt.
– Als u slechts af en toe kookt, kunt u
ook een korter reinigingsinterval kiezen. Daardoor voorkomt u dat aangekoekt vet verhardt en het reinigen
daardoor moeilijker wordt.
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Druk tegelijk op toets uitloop en
op toets bedrijfsurenteller .
Het symbool vetfilter en één van de
vermogensstanden gaan knipperen.
De standen 1 tot en met B geven aan
hoeveel uren zijn ingesteld:
Stand 1 ........................................ 20 uur
Stand 2 ........................................ 30 uur
Stand 3 ........................................ 40 uur
Stand B ....................................... 50 uur
Kies met de toets een lager en met
de toets een hoger aantal uren.
Bevestig de procedure met de toets
urenteller .
Alle lampjes gaan uit.
Bevestigt u de procedure niet binnen
4minuten na het instellen, dan neemt
het toestel automatisch de oude instelling over.
– Kies 40 of 50 uur wanneer u regelma-
tig zeer vetarm kookt.
33
Page 34
Bediening (automatische en handmatige werking)
Werkingsurenteller anti-geurfilter wijzigen of deactiveren
De anti-geurfilters zijn nodig voor luchtcirculatie.
U kunt de werkingsurenteller aan uw
kookgewoonten aanpassen.
Voor luchtafvoer moet deze uitgeschakeld worden.
Standaard is ingesteld dat u de antigeurfilter na 180 uur koken dient te reinigen.
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Druk tegelijk op toets '' en op toets
urenteller .
Het symbool anti-geurfilter en één
van de vermogensstanden gaan knipperen.
De standen 1 tot en met B geven aan
hoeveel uren zijn ingesteld:
Stand 1 ...................................... 120 uur
Stand 2 ...................................... 180 uur
Stand 3 ...................................... 240 uur
Stand B ....................... niet geactiveerd
Kies met de toets '' of '' de ge-
wenste tijd.
Bevestig de procedure met de toets
urenteller .
Bedrijfsurenteller controleren
Vòòr afloop van de ingestelde tijd kunt
u controleren hoeveel procent al is verstreken.
Schakel de afzuiging in met de toets
aan/uit .
Druk op toets werkingsuren van
de urenteller en houd de toets even
vast.
– eenmaal voor de werkingsuren van
de vetfilter. Het symbool vetfilter
gaat branden.
– tweemaal voor de werkingsuren van
de actievekoolstoffilter. Het symbool
anti-geurfilter brandt.
Gelijktijdig knipperen één of meer vermogensstanden.
Het aantal knipperende standen geeft
aan hoeveel procent van de ingestelde
tijd is verstreken.
Stand 1 ........................................ 25%
Standen 1 en 2 ............................ 50%
Standen 1 tot en met 3 ................ 75%
Standen 1 tot en met B ............. 100%
Wanneer de dampkap wordt uitgeschakeld of de stroom uitvalt blijven
de geregistreerde uren opgeslagen.
Alle controlelampjes gaan uit.
Bevestigt u de procedure niet binnen
4minuten na het instellen, dan neemt
het toestel automatisch de oude instelling over.
34
Page 35
Tips om energie te besparen
Deze dampkap werkt zeer efficiënt en
energiebesparend. Volgende maatregelen ondersteunen u bij het spaarzame
gebruik:
– Zorg bij het koken voor een goede
ventilatie van de keuken. Stroomt bij
luchtafvoer niet voldoende lucht, dan
werkt de dampkap niet efficiënt en
zijn er verhoogde werkingsgeluiden.
– Kook op een zo laag mogelijke kook-
stand. Weinig kookdampen betekenen een lage vermogensstand aan de
dampkap en hierdoor ook minder
stroomverbruik.
– Maak de filters geregeld schoon of
vervang ze. Door erg vette filters
wordt het vermogen verlaagd en de
bestaat er brandgevaar. Voorts bestaat dan een risico voor het hygiëne.
– Gebruik de Con@ctivity-functie. De
dampkap wordt automatisch in- en
uitgeschakeld. U kiest de optimale
vermogensstand voor de kooksituatie
en zorgt hiermee voor een laag
stroomverbruik.
– Als u de dampkap handmatig be-
dient, let dan op het volgende:
– Controleer het ingestelde vermo-
gen op de dampkap. Meestal is
een lage vermogensstand voldoende. Gebruik de boosterstand
alleen als dat nodig is.
– Schakel als er veel damp vrijkomt
tijdig naar een hogere vermogensstand. Dat is efficiënter dan door
langdurig afzuigen te proberen
dampen terug te zuigen die zich al
in de keuken hebben verspreid.
– Let erop om de dampkap na het
koken weer uit te schakelen.
Als na het koken de lucht in de
keuken nog gezuiverd moet worden van aanwezig damp en geuren, gebruikt u de uitloopfunctie.
De afzuiging wordt na de gekozen
uitlooptijd automatisch uitgeschakeld.
35
Page 36
Reiniging en onderhoud
Maak voorafgaand aan onder-
houd en reiniging de dampkap spanningsvrij. Zie hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”.
Behuizing
Algemeen
Het oppervlak en de bedienings-
elementen zijn krasgevoelig.
Neem daarom de volgende reini-
gingstips in acht.
Reinig oppervlak en bedieningsele-
menten alleen met een doek, wat reinigingsmiddel en wat warm water.
Let erop dat er geen water in de
dampkap komt.
Reinig vooral het gedeelte met de
bedieningselementen alleen met een
iets vochtige doek.
Wrijf alles daarna met een zachte
doek droog.
Roestvrijstalen oppervlakken
(Deze paragraaf geldt niet voor de bedieningstoetsen!)
Neem de algemene regels in acht en
gebruik daarnaast een niet-schurend
reinigingsmiddel dat speciaal geschikt is voor roestvrij staal.
Gebruik ook een middel voor het on-
derhoud van roestvrij staal en breng
dit middel met een zachte doek gelijkmatig en in kleine dosering aan.
Dit middel is verkrijgbaar bij de afdeling Wisselstukken van Miele België.
Gebruik geen:
– zuur-, soda-, chloride- of oplosmid-
delhoudende reinigingsmiddelen,
– schurende reinigingsmiddelen zoals
schuurpoeder en ook geen schuursponsjes of sponsjes waar nog resten
van schuurmiddelen in zitten.
36
Page 37
Reiniging en onderhoud
Bedieningselementen
De bedieningselementen kunnen verkleuren
wanneer er vuil op blijft zitten.
Verwijder vuil daarom direct.
Neem de algemene regels in acht.
Gebruik geen reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
Vetfilter en paneel voor randafzuiging
Brandgevaar!
Verzadigde vetfilters zijn brandbaar.
Reinig de vetfilters regelmatig.
Het paneel van de randafzuiging en de
recycleerbare metalen vetfilters in het
toestel nemen de vaste deeltjes uit de
keukendampen op (vet, stof, etc.) en
voorkomen zo dat de dampkap vuil
wordt.
De vetfilters en het paneel moeten regelmatig gereinigd worden.
Sterk vervuilde vetfilters verminderen
het afzuigvermogen en zorgen voor
meer vervuiling van de dampkap en
de keuken.
Reinigingsinterval
Het is aan te raden om het paneel voor
randafzuiging en de vetfilters om de 3-4
weken te reinigen. Het verzamelde vet
wordt na langere tijd hard. De vetfilters
en het paneel voor randafzuiging kunnen dan minder vlot worden schoongemaakt.
Reinig het paneel van de randafzuiging
en de vetfilters regelmatig, in ieder geval, zodra vetfiltersymbool van de
urentellertoets gaat branden.
Pas de reinigingsfrequentie aan uw
kookgewoonten aan. Zie hoofdstuk:
“Bediening”.
37
Page 38
Reiniging en onderhoud
Paneel en vetfilters uitnemen
Paneel en vetfilters kunnen mak-
kelijk uit uw handen glippen.
Dit kan schade veroorzaken.
Houd paneel en vetfilters bij het ver-
wijderen reinigen en terugplaatsen
daarom goed vast.
Ontgrendel de vetfilter en neem het
uit het toestel.
Paneel met de hand reinigen
Neem hiervoor de regels onder “Om-
manteling” in acht.
Houd met een hand het paneel vast
en maak met de andere hand de vergrendeling los. Klap het paneel naar
beneden.
Til het paneel een stukje op en trek
het naar voren uit het toestel.
38
De vetfilters met de hand reinigen
Reinig de vetfilters in warm water met
een afwasborstel en een zacht handafwasmiddel. Gebruik het handafwasmiddel niet geconcentreerd.
Page 39
Reiniging en onderhoud
Ongeschikte reinigingsmiddelen
Vetfilters kunnen beschadigd raken
door reinigingsmiddelen die daarvoor
niet geschikt zijn.
De volgende reinigingsmiddelen mogen
niet worden gebruikt:
– kalkoplossende reinigingsmiddelen
– schuurpoeder of schuurcrème
– agressieve allesreinigers en vetoplos-
sprays
– ovenspray
Paneel en vetfilters reinigen in de
vaatwasser
Plaats het paneel en de vetfilters ver-
ticaal of schuin in het onderrek. Let
erop dat de sproeiarm vrij kan bewegen.
Gebruik een reinigingsmiddel dat ge-
schikt is voor huishoudelijk gebruik.
Kies een programma met een tempe-
ratuur tussen de 50°C en 65°C.
Bij reiniging van de vetfilters in de
vaatwasser kunnen sommige reinigingsmiddelen blijvende verkleuringen
veroorzaken op de filteroppervlakken.
Deze verkleuringen hebben geen nadelig effect op de werking van de vetfilters.
Na het reinigen
Leg de vetfilters na het schoonmaken
nog op een vochtopnemend voorwerp te drogen.
Wanneer het paneel en de vetfilters
uitgenomen zijn, kan u de bereikbare
onderdelen van de behuizing van vet
ontdoen. Op die manier voorkomt u
brandgevaar.
Let er bij het monteren van de vetfil-
ters op dat de vergrendeling naar het
kookplaat toe wijst.
Als er eens een vetfilter verkeerd zit,
ontgrendel die dan langs de uitsparingen met behulp van een kleine
schroevendraaier.
39
Page 40
Reiniging en onderhoud
Werkingsurenteller voor de vetfilters
resetten
Na de reiniging moet de werkingsurenteller worden gereset.
Controleer of de afzuiging aan is en
druk dan circa 3 seconden op toets
werkingsuren, totdat alleen
stand 1 knippert.
Het symbool vetfilter gaat uit.
Vetfilters reinigen vóórdat het ingestelde
aantal uren is verstreken:
Druk circa 6 seconden op toets wer-
kingsuren , totdat alleen stand 1
knippert.
Plaats het paneel weer in het wasem-
scherm en haak het achteraan vast.
Klap het aan de voorkant omhoog en
druk het in de vergrendeling.
Het paneel kan ook 180° gedraaid geplaatst worden. Afhankelijk van de inbouwpositie van de dampkap kan dit
het verwijderen en plaatsen van het
paneel gemakkelijker maken.
40
Page 41
Reiniging en onderhoud
Actievekoolstoffilter
Bij luchtcirculatie dient u naast de vetfilters ook nog twee anti-geurfilters te gebruiken. De anti-geurfilters binden de
kookgeurtjes.
De anti-geurfilters worden in het wasemscherm boven de vetfilters geplaatst.
U kunt de anti-geurfilters in de webshop
van Miele, bij Miele zelf (zie achter in
deze gebruiksaanwijzing) of bij de
Miele-vakhandelaar verkrijgen. De typeaanduiding vindt u in het hoofdstuk
“Technische gegevens”.
Actievekoolstoffilter plaatsen / vervangen
Verwijder het paneel en de vetfilters
alvorens de actievekoolstoffilters te
plaatsen of te vervangen, zoals hierboven beschreven.
Haal de actievekoolstoffilters uit de
verpakking.
Vervangingsfrequentie
Vervang de anti-geurfilter altijd zodra
kookluchtjes niet meer voldoende
worden opgenomen.
In ieder geval om de 6 maanden vervangen.
De werkingsurenteller geeft aan wanneer de anti-geurfilters moet worden
vervangen. Het symbool van het antigeurfilter gaat dan branden.
Werkingsurenteller voor de anti-geurfilter terugzetten naar fabrieksinstellingen
Na de vervanging moet de werkingsurenteller worden gereset.
Controleer of de afzuiging aan is en
druk dan tweemaal circa 3 seconden
op toets werkingsuren en houdt
deze ingedrukt, totdat alleen stand 1
knippert.
Het symbool anti-geurfilter gaat uit.
Wanneer u het anti-geurfilter vervangt
voordat het ingestelde aantal uren is
verstreken:
Plaats de actievekoolstoffilters in het
frame.
Plaats de vetfilters weer terug.
Druk tweemaal circa 6 seconden lang
op de toets bedrijfsuren , totdat
alleen stand 1 knippert.
Anti-geurfilters weggooien
Gooi de gebruikte anti-geurfilters bij
het huisvuil.
41
Page 42
Technische Dienst van Miele en garantie
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u uw Miele-vakhandelaar of Miele.
Het adres, het telefoonnummer en de
website van Miele vindt u achter in deze
gebruiksaanwijzing.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet de afdeling Consumentenbelangen weten welk type toestel u heeft en
welk serienummer het heeft.
Beide gegevens vindt u op het typeplatje.
Positie van het typeplaatje
Het typeplaatje is zichtbaar nadat u (afhankelijk van het model) het vetfilter of
de vetfilters heeft verwijderd.
Duur en voorwaarden van de
garantie
De duur van de garantie bedraagt
2jaar.
Meer informatie vindt u in de meegeleverde garantievoorwaarden.
42
Page 43
Montage
Voor de montage
Neem voordat u met monteren
begint de informatie in dit hoofdstuk
en in het hoofdstuk “Opmerkingen
omtrent uw veiligheid” in acht.
Montageschema
De montage vindt u op de bijgeleverde
montageschema beschreven.
Deze dampkap kan in bovenkasten, afvoerkanalen, schouwen of kookeilanden
ingebouwd worden.
Controleer voor de montage of de
bovenkant van het toestel na de inbouw bereikbaar is.
Zo niet, monteer de luchtafvoer dan
voordat u het toestel inbouwt en bereid
de elektrische aansluiting voor.
43
Page 44
Montage
Montagemateriaal
44
Page 45
Montage
Montage
Installation
Montaje
Montaggio
Montering
Montagem
Asennus
a
1luchtafvoertuit voor een luchtafvoerleiding van 150mm.
b
1 verloopmof voor een luchtafvoerleiding van 125mm.
c
1 terugslagklep die in de uitblaastuit van de motoreenheid wordt ingebouwd (niet bij luchtcirculatie).
d
1 verbindingsstuk voor de aansluiting van een plat afvoerkanaal voor
de luchtafvoer naar de achter- of de
zijkant (alleen bij de types ...EXT).
e
Ombouwset voor luchtcirculatie
(wordt niet met het toestel meegeleverd, bij te bestellen accessoire, zie
“Technische gegevens”). De ombouwset bevat een uitblaasrooster,
een aluminium slang en slangklemmen.
Bewaar de volgende onderdelen:
Montageschema
4 schroeven M5x40mm, 4 vulringen, 4moeren M5 om de dampkap
aan een tussenplafond te bevestigen.
10schroeven M4x8mm om de
dampkap te bevestigen en bij toestellen uit de serie ...EXT om een plat afvoerkanaal en de afdekplaat op de behuizing te bevestigen.
45
Page 46
Montage
Afmetingen van het toestel
De tekening is geen maatstaf
46
Page 47
Montage
De tekening is geen maatstaf
47
Page 48
Montage
a
De luchtafvoer kan ook aan de achterkant worden aangesloten.
b
De luchtafvoer kan ook met een plat afvoerkanaal van 222 x 89mm aan de
achter- of zijkant worden aangesloten.
c
De dampkap wordt met behulp van klemmen in de uitsparing bevestigd. Hiervoor is een stevig plafond nodig, bijv. van hout. De constructie moet voldoende
draagkracht hebben. Bij de klemmen moeten onderdelen zoals steunen of leidingen zich op een afstand van minstens 25mm van de uitsparing bevinden.
d
De dampkap kan ook op vier punten aan een tussenplafond worden bevestigd.
e
Extra mogelijkheid voor bevestiging aan het inbouwoppervlak.
Afstand tussen kookplaat en dampkap (S)
Tussen de onderkant van de dampkap en de plek waar gekookt, gebakken, gebraden, gegrilleerd of gefrituurd wordt, moet een minimumafstand worden aangehouden. Deze kunt u hieronder vinden.
Geeft de fabrikant echter een grotere afstand aan, houd dan deze aan.
Neem ook de veiligheidsinstructies en waarschuwingen in het gelijknamige
hoofdstuk in acht.
KooktoestelMinimumafstand S
Elektrische kookplaat450mm
Grill en friteuse (elektrisch)650mm
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
totale capaciteit van ≤ 12,6 kW,
waarbij geen brander een capaciteit van > 4,5 kW heeft.
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
totale capaciteit van >12,6 kW en > 21,6 kW,
waarbij geen brander een capaciteit van ≤ 4,8 kW heeft.
Een gaskookplaat met verschillende branders met een
totale capaciteit van >21,6 kW,
of met bij één brander een capaciteit van > 4,8 kW.
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van ≤ 6 kW650mm
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van > 6 kW en
≤ 8,1 kW
Een losse gaskookplaat met een capaciteit van > 8,1 kWniet mogelijk
48
650mm
760mm
niet mogelijk
760mm
Page 49
Montagetips
– Het is aan te raden onder de damp-
kap, zelfs boven elektrische kookplaten, een afstand van minimum
650mm in acht te nemen. Zo werkt u
vlotter onder de dampkap.
– Hou bij de keuze van de montage-
hoogte rekening met uw lichaamslengte. U moet vlot aan het kookplaat kunnen werken en de dampkap
perfect kunnen bedienen.
– Houd er rekening mee dat hoe groter
afstand tussen de dampkap en het
kookplaat is, hoe minder gemakkelijk
de kookdampen opgenomen worden.
– Om alle kookdampen op te kunnen
vangen moet de afzuigkap precies in
het midden boven de kookplaat gemonteerd zijn.
– Zorg ervoor dat het kookplaat niet
groter is dan de dampkap, liefst kleiner.
Montage
– De plaats waar de dampkap komt te
hangen moet makkelijk toegankelijk
zijn. In geval van een storing moet
een technicus makkelijk bij de dampkap kunnen komen en deze ongehinderd kunnen demonteren. Let bij het
monteren van de dampkap dus ook
op de plaatsing van kasten, planken,
plafond- of decorelementen in de
omgeving van de dampkap.
49
Page 50
Montage
Niet-egaal oppervlak
Mocht het oppervlak waaraan de
dampkap bevestigd wordt niet egaal
zijn, waardoor de dampkap moeilijk
goed aansluitend te monteren is, dan
kan het frame bijgesteld worden.
Monteer de dampkap volgens het
montageschema.
Haal de elektrische spanning van de
dampkap (ie hoofdstuk: “Veiligheidsinstructies en waarschuwingen”).
Plaats in elke opening een van de bij-
geleverde schroeven.
Draai de schroeven met een schroe-
vendraaier in de fitting totdat het
frame van de dampkap goed op het
inbouwoppervlak aansluit.
Draai de schroeven niet te stevig
aan.
Plaats de lampen weer terug.
Trek met de meegeleverde zuignap
de lamp uit de behuizing.
Verwijder alle andere lampen even-
eens.
50
Page 51
Luchtafvoerleiding
Gelijktijdig gebruik van de damp-
kap en een toestel dat lucht in diezelfde ruimte verbruikt kan gevaarlijk
zijn! Er kunnen giftige gassen vrijkomen.
Neem beslist de veiligheidsinstructies en waarschuwingen in het gelijknamige hoofdstuk in acht.
Laat in ieder geval door de plaatselijke schoorsteenveger controleren of
een veilig gebruik van de luchtafvoer
gewaarborgd is.
Voor de luchtafvoer mogen alleen
gladde buizen of flexibele luchtafvoerleidingen van niet-brandbaar
materiaal worden gebruikt.
Wanneer het toestel op een externe
afzuiginstallatie is aangesloten, mogen er alleen vormstabiele buizen en
slangen worden gebruikt. Door de
externe afzuiginstallatie kan namelijk
een onderdruk ontstaan, waardoor
de luchtafvoerbuizen vervormd kunnen raken.
– Alleen bochten met een grote straal
zijn toegestaan.
– Er mogen geen knikken in de luchtaf-
voerleiding komen en de luchtafvoerleiding mag niet in elkaar worden gedrukt.
– De verbindingspunten moeten stevig
zijn en mogen niet lekken.
Let erop dat iedere barrière in de
luchtstroming de afzuigcapaciteit
vermindert en het geluidsniveau verhoogt.
Wordt de lucht gewoon naar buiten
afgevoerd, dan kan het beste een telescopische muurkast of een dakdoorvoer worden geïnstalleerd (na te
bestellen accessoires).
Voor een zo groot mogelijk afzuigvermogen en een zo laag mogelijk geluidsniveau moeten de volgende punten in
acht worden genomen:
– De luchtafvoer moet een doorsnede
hebben die niet minder is dan
150mm.
– Wanneer er platte kanalen worden
gebruikt, mag de doorsnede niet kleiner zijn dan de doorsnede van de
luchtafvoertuit.
– De luchtafvoerleiding moet zo kort en
recht mogelijk zijn.
Moet de lucht door een luchtafvoer-
kanaal worden afgevoerd, dan moet
de invoerbuis verticaal worden gebogen.
Wanneer de luchtafvoerleiding hori-
zontaal wordt aangelegd, moet worden gezorgd voor een verval van minstens 1cm per meter. Daarmee wordt
voorkomen dat er condenswater in
de dampkap kan lopen.
Als de luchtafvoerleiding door koele
ruimtes, zolders enzovoort loopt,
kunnen er aanzienlijke temperatuurverschillen binnen de afzonderlijke
51
Page 52
Luchtafvoerleiding
ruimtes optreden. Dat kan condenswater veroorzaken. De luchtafvoerleiding moet dan worden geïsoleerd.
Geluidsdemper
In de luchtafvoerleiding kan een geluidsdemper worden gemonteerd (mits
toeslag verkrijgbaar). Deze zorgt voor
bijkomende geluidsdemping.
Luchtafvoer
52
De geluidsdemper reduceert zowel afzuiggeluiden die naar buiten dringen als
ook geluiden die van buiten via de
luchtafvoer de keuken binnendringen,
zoals straatlawaai. Daarom wordt de
geluidsdemper zo dicht mogelijk vóór
de opening geplaatst waarlangs de
lucht wordt afgevoerd .
Page 53
Luchtafvoer met een externe ventilator
Om ventilatorgeluiden in de keuken te
minimaliseren, moet de geluidsdemper
indien mogelijk voor de externe ventilator worden gemonteerd , bij een lange luchtafvoerleiding bij de luchtafvoertuit van de dampkap . Als een externe
ventilator in het huis is geïnstalleerd,
kunt u de ventilatorgeluiden naar buiten
toe verminderen door een geluidsdemper na de externe ventilator te monteren.
Luchtafvoerleiding
53
Page 54
Elektrische aansluiting
De dampkap mag alleen aangesloten
worden op een AC230V ~ 50Hz stopcontact dat volgens de voorschriften
geaard en geïnstalleerd is.
De elektrische installatie moet volgens
VDE0100 uitgevoerd zijn!
Om de veiligheid te verhogen, is het
raadzaam een verliesstroomschakelaar
met een uitschakelstroom van 30mA
(DINVDE0664) voor het toestel te
schakelen (VDE in de richtlijn
DINVDE0100 deel 739).
Voer de aansluiting bij voorkeur via een
stopcontact uit. Dit vergemakkelijkt immers eventuele tussenkomsten van de
Technische Dienst. Het stopcontact
moet nog toegankelijk zijn als het toestel ingebouwd is.
Als het stopcontact na de inbouw niet
meer toegankelijk is, moet in de installatie een scheidingsinrichting voor elke
pool voorhanden zijn. Als stroomonderbrekers kunnen er schakelaars worden
gebruikt met een contactopening van
meer dan 3mm.
Bijvoorbeeld automatische schakelaars,
smeltstoppen en contactsluiters
(EN60335).
De vereiste aansluitgegevens vindt u op
het typeplaatje (zie hoofdstuk “Technische Dienst van Miele en garantie”).
Ga na of deze gegevens overeenstemmen met de spanning en de frequentie
van het net.
54
Page 55
Technische gegevens
Ventilatormotor*80W
Kookplaatverlichting
DA 26682x4,5W
DA 26984x3W
DA 26283x4,5W
Totale aansluitwaarde*
DA 266889W
DA 269892W
DA 262893,5W
Netspanning, frequentieAC 230V, 50Hz
Zekering10A
Lengte van de aansluitkabel1,5m
Gewicht
DA 266812kg
DA 269814kg
DA 262815kg
DA 2668 EXT9kg
DA 2698 EXT11kg
DA 2628 EXT12kg
*Toestellen van het type ...EXT: Aansluitwaarde en luchtafvoervermogen zijn afhankelijk van
de aangesloten externe ventilator.
Lengte van de elektrische verbindingskabel naar de externe ventilator: 1,9m
Wifimodule
Frequentieband2,412 - 2,462GHz
Maximaal zendvermogen< 100mW
Zendmodule (Zigbee)
Frequentieband2,405 - 2,48GHz
Maximaal zendvermogen< 10mW
55
Page 56
Technische gegevens
Na te bestellen accessoires voor luchtcirculatie
Ombouwset DUU150 of DUU151 en set anti-geurfilters DKF19-1. De set bevat
twee anti-geurfilters.
Verklaring van overeenstemming
Hierbij verklaart Miele dat deze dampkap voldoet aan de Richtlijn 2014/53/EU.
De volledige tekst van de EU-verklaring van overeenstemming is te vinden op een
van de volgende internetadressen:
– Producten, download, op www.miele.be/nl
– Service, informatie aanvragen, gebruiksaanwijzingen, op
www.miele.be/nl/c/informatie-aanvragen-385.htm door de productnaam of het
fabricagenummer in te geven.
Instructie voor vergelijkende onderzoeken
De bepaling van de energie-efficiëntie moet in bij luchtafvoer uitgevoerd worden.
Standaard is luchtcirculatie ingesteld. Er wordt overgeschakeld op luchtafvoer
door de bedrijfsurenteller voor de geurfilter(s) te deactiveren (zie 'Eerste ingebruikname').
56
Page 57
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2668
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA+
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie95,8%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepunt355 Pa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)35 dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)51 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodus64 dB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt 85,0W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem9,0W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor0,7
)28,4kWh/jaar
afzuigkap
)42,3
afzuigkap
)36,0
afzuigkap
)77,8lx/W
310,9m3/h
175m3/h
365m3/h
585m3/h
585m3/h
700 Ix
57
Page 58
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2698
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA+
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie95,3%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepunt367 Pa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)36 dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)51 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodus62 dB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt 98,0W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem12,0W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor0,6
)28,6kWh/jaar
afzuigkap
)37,7
afzuigkap
)40,1
afzuigkap
)54,2lx/W
386,2m3/h
200m3/h
400m3/h
640m3/h
640m3/h
650 Ix
58
Page 59
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2628
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA+
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie95,2%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepunt380 Pa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)36 dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)51 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodus62 dB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt 88,0W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem13,5W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor0,5
)26,8kWh/jaar
afzuigkap
)37,7
afzuigkap
)40,9
afzuigkap
)51,9lx/W
340,4m3/h
200m3/h
400m3/h
640m3/h
640m3/h
700 Ix
59
Page 60
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2668 EXT
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA++
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepuntPa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)0 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodusdB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem9,0W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor
)6,6kWh/jaar
afzuigkap
)32,4
afzuigkap
)
afzuigkap
)77,8lx/W
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
700 Ix
60
Page 61
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2698 EXT
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA+
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepuntPa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)0 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodusdB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem12,0W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor
)8,8kWh/jaar
afzuigkap
)40,0
afzuigkap
)
afzuigkap
)54,2lx/W
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
650 Ix
61
Page 62
Technische gegevens
Productkaart voor huishoudelijke afzuigkappen
volgens gedelegeerde verordening (EU) Nr. 65/2014 en verordening (EU) Nr.
66/2014
MIELE
Identificatie van het modelDA 2628 EXT
Jaarlijks energieverbruik (AEC
Energie-efficiëntieklasseA+
Energie-efficiëntie-index (EEI
Hydrodynamische efficiëntie (FDE
Hydrodynamische-efficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Verlichtingsefficiëntie (LE
afzuigkap
Verlichtingsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)A
Vetfilteringsefficiëntie%
Vetfilteringsefficiëntieklasse
A (meest efficiënt) tot G (minst efficiënt)-
Gemeten luchtdebiet op het beste-efficiëntiepunt
Luchtstroom (minimumsnelheid)
Luchtstroom (maximumsnelheid)
Luchtstroom (intensieve of boostmodus)
Max. luchtstroom (Q
max
)
Gemeten luchtdruk op het beste-efficiëntiepuntPa
A-gewogen geluidsemissie (minimumsnelheid)dB
A-gewogen geluidsemissie (maximumsnelheid)0 dB
A-gewogen geluidsemissie in de intensieve of boostmodusdB
Gemeten elektrisch opgenomen vermogen op het beste-efficiëntiepunt W
Elektriciteitsverbruik in de uit-stand (Po)W
Elektriciteitsverbruik in de stand-by-stand (Ps)0,35W
Nominaal vermogen van het verlichtingssysteem13,5W
Gemiddelde verlichting van het verlichtingssysteem op het kookoppervlak
Tijdstoenamefactor
)9,9kWh/jaar
afzuigkap
)43,4
afzuigkap
)
afzuigkap
)51,9lx/W
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
m3/h
700 Ix
62
Page 63
Herstellingen aan huis en andere inlichtingen: 02/451.16.16
nv Miele België
Z.5 Mollem 480
1730 Mollem (Asse)
E-mail: info@miele.be
Internet: www.miele.be
Duitsland
Miele & Cie. KG
Carl-Miele-Straße 29
33332 Gütersloh
Page 64
DA 2668, DA 2698, DA 2628, DA 2668 EXT, DA 2698 EXT, DA
2628 EXT
M.-Nr. 10 964 670 / 02nl-BE
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.