Micro Motion Model 3700 transmitter MVD of Model 3350 randapparatuur Instructies voor installatie bij veldmontage-Quick Reference Guide DUTCH Quick Reference Guide [nl]
Micro Motion® model 3700 transmitter
(MVD) of model 3350 randapparatuur
Installatiehandleiding voor veldmontage
Informatie over veiligheid en goedkeuringen
Dit Micro Motion-product voldoet aan alle geldende Europese richtlijnen indien het op de juiste wijze, volgens de instructies in deze
handleiding, wordt geïnstalleerd. In de EG-verklaring van overeenstemming staat vermeld welke richtlijnen van toepassing zijn op dit
product. De EG-verklaring van overeenstemming, met alle van toepassing z ijnde Eu ropese richtli jnen, plus de volledige tekeningen en
instructies voor installatie volgens ATEX, zijn verkrijgbaar via internet op www.micromotion.com of via de klantenservice van uw
plaatselijke Micro Motion-vestiging.
Informatie bevestigd aan apparatuur die voldoet aan de Pressure Equipment Directive (Richtlijn voor drukapparatuur) is te vinden op
het internet op www.micromotion.com/documentation.
Raadpleeg voor installatie in een explosiegevaarlijke omgeving in Europa norm EN 60079-14 als er geen landelijke normen van
toepassing zijn.
Overige informatie
De volledige productspecificaties vindt u op het productgegevensblad. Probleemoplossingsinformatie vindt u in de
configuratiehandleiding van de transmitter. Productgegevensbladen en handleidingen zijn beschikbaar op de website van Micro
Motion, op www.micromotion.com/documentation.
Retourneringsbeleid
Bij het retourneren van apparatuur moeten de procedures van Micro Motion worden aangehouden. Deze procedures verzekeren dat
aan de vervoersrichtlijnen van overheden wordt voldaan en helpen te voorzien in een veilige werkomgeving voor medewerkers van
Micro Motion. Als de procedures van Micro Motion niet in acht worden genomen, zal uw apparatuur niet in ontvangst worden
genomen.
Informatie over de procedures en formulieren voor retournering zijn beschikbaar via onze website voor klantondersteuning op
www.micromotion.com of telefonisch bij de klantenservice van Micro Motion.
Klantenservice Emerson Flow
E-mail:
• Internationaal: flow.support@emerson.com
• Azië-Pacific: APflow.support@emerson.com
Telefoon:
Noord- en Zuid-AmerikaEuropa en Midden-OostenAzië-Pacific
Verenigde Staten800-522-6277Verenigd Koninkrijk0870 240 1978Australië800 158 727
3.1 Sluit de in- en uitgangsbedrading aan .........................................................................................15
3.2 Sluit model 3700 aan op de sensor.............................................................................................. 17
3.3 Sluit de sensor aan op de externe kernprocessor......................................................................... 22
3.4 Sluit de voedingsbedrading aan ..................................................................................................24
Inhoud
Installatiehandleiding3
4Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
1Planning
4 x vlakke ring
4 x borgring
4 x M8 x 16 bouten
Montagebeugel
De transmitter kan in de
gewenste oriëntatie op de
montagesteun worden
bevestigd. Zie Hoofdstuk 1.5.
In deze installatiehandleiding wordt een uitleg gegeven van de elementaire installatierichtlijnen voor installatie van het Micro Motion model 3350 of Model 3700 MVD
applicatieplatform.
Raadpleeg voor informatie over intrinsiek veilige toepassingen de
goedkeuringsdocumentatie van Micro Motion.
Zie voor meer informatie over configuratie, onderhoud en reparatie de
instructiehandleiding die met de transmitter is meegeleverd.
WAARSCHUWING!
Onjuiste installatie in een explosiegevaarlijke omgeving kan een explosie veroorzaken.
Zie voor informatie over explosiegevaarlijke toepassingen de desbetreffende
goedkeuringsdocumentatie van Micro Motion die met de meter is meegezonden en tevens te vinden
is op de website van MicroMotion.
WAARSCHUWING!
Hoogspanning kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Installeer de transmitter en sluit alle bedrading aan voordat u spanning op het systeem zet.
Planning
LET OP!
Onjuiste installatie kan meetfouten of meterstoringen veroorzaken.
Volg alle instructies op.
1.1Installatiekit
De installatiekit voor Model 3350 of Model 3700 bevat de in Afbeelding 1-1 getoonde
onderdelen.
Afbeelding 1-1: Installatiekit voor veldmontage
Installatiehandleiding5
Planning
mm (inch)
Draai het displaydeksel naar keuze
Draai de montagebeugel
naar keuze
71 (2 13/
16)
4 x 9 mm
(5/16-inch) diameter
234 (9 3/16)
102 (4)
92 (3 5/
8)
152
(6)
279
(11)
305
(12)
1.2Kies een locatie
Kies voor de transmitter een locatie op basis van de onderstaande eisen.
WAARSCHUWING!
Onjuiste installatie in een explosiegevaarlijke omgeving kan een explosie veroorzaken.
Installeer de transmitter in een omgeving die voldoet aan de specificaties op het
goedkeuringsplaatje. Zie Afbeelding 1-3.
1.2.1Omgevingsvereisten
Installeer model 3350 of model 3700 op een plaats waar de omgevingstemperatuur
—20 tot +60 °C (—4 tot +140 °F) bedraagt.
1.2.2Afmetingen
Afbeelding 1-2: Afmetingen voorzijde
6Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
De maximale kabellengte tussen de sensor en de Model 3700 transmitter hangt af van het
type installatie en het kabeltype.
Type installatieMaximale kabellengte
4-aderige externe transmitterZie Afbeelding 1-5 en Tabel 1-1 voor de maximale lengte van
Kernprocessor op afstand met
transmitter op afstand
Als u de Model 3350 controller in combinatie met een transmitter installeert, is de
maximale kabellengte tussen de frequentie-uitgang van de transmitter en de
frequentie-ingang van de Model 3350 150 meter (500 ft).
Afbeelding 1-5: 4-aderige externe transmitter
de 4-aderige kabel
Zie Afbeelding 1-6 en Tabel 1-1 voor de maximale lengte van
de 4-aderige kabel en de 9-aderige kabel
Afbeelding 1-6: Kernprocessor op afstand met transmitter op afstand
8Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
Tabel 1-1: Maximale kabellengte tussen sensor en transmitter
KabeltypeDraaddoorsnedeMaximale lengte
Micro Motion 4-aderigNiet van toepassing• 300 m (1000 ft) zonder
Ex-goedkeuring
• 150 m (500 ft) voor
sensoren met classificatie
IIC
• 300 m (1000 ft) voor
sensoren met classificatie
IIB
Micro Motion 9-aderigNiet van toepassing20 m (60 ft)
Door gebruiker geleverd, 4-aderig V d.c. 0,35 mm
V d.c. 0,5 mm
V d.c. 0,8 mm
RS-485 0,35 mm2 (22 AWG) of
groter
2
(22 AWG)90 m (300 ft)
2
(20 AWG)150 m (500 ft)
2
(18 AWG)300 m (1000 ft)
300 m (1000 ft)
1.4Maak de doorvoeropeningen gereed voor
Planning
ATEX-zone 1
Als de Model 3350 of Model 3700 is goedgekeurd voor ATEX-zone 1:
1. Verwijder de draadbescherming uit de doorvoeropeningen. Zie Afbeelding 1-7.
2. Installeer de door de fabriek verstrekte kabelwartels of door de gebruiker te
verstrekken E-Exe kabelwartels in de te gebruiken doorvoeropeningen.
3. Installeer E-Exe-pluggen in de ongebruikte doorvoeropeningen.
1.5(Optioneel) Bepaal de montagerichting voor de
Model 3350 of Model 3700
De Model 3350 of Model 3700 kan naar wens op de montagebeugel worden gemonteerd,
en het displaydeksel op het applicatieplatform kan gedraaid worden. Afbeelding 1-7 bevat
voorbeelden van mogelijke installatiehoeken.
1. Gebruik de vier meegeleverde montagebouten met ringen.
2. Installeer de bouten met een 13 mm inbussleutel en haal ze aan tot 16 Nm (12 ft-lb).
3. Draai het displaydeksel zo nodig naar de gewenste stand.
Raadpleeg hiervoor de installatiehandleiding van de transmitter.
Installatiehandleiding9
Planning
Doorvoeropeningen voor niet intrinsiek
veilige in- en uitgangsbedrading
Doorvoeropeningen voor intrinsiek veilige
sensorbedrading
Displaydeksel
Doorvoeropeningen
rechts
Doorvoeropeningen omlaag
Doorvoeropeningen links
Afbeelding 1-7: Voorbeelden van installatiehoeken
10Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
2Montage
4 x 5/16-inch of M8 bout (door
gebruiker te verstrekken)
2.1Monteer het applicatieplatform
•Zie Hoofdstuk 2.1.1 voor montage op een vlakke ondergrond.
•Zie Hoofdstuk 2.1.2 voor montage op een mast.
2.1.1Montage op een vlakke ondergrond
1. Monteer alle vier bouten op dezelfde ondergrond.
2. Gebruik vulringen op de bouten om de beugel vlak te monteren als de ondergrond niet
helemaal vlak is.
3. Bevestig de bouten niet op afzonderlijke spanten enz. die onafhankelijk van elkaar
kunnen bewegen.
Afbeelding 2-1: Voorbeeld van montage op een vlakke ondergrond
Montage
Installatiehandleiding11
Montage
4 x 5/16 inch moer (door
gebruiker te verstrekken)
2 x 5/16-inch U-bout voor mast van
2 inch (door gebruiker te
verstrekken)
2.1.2Montage op een mast
Afbeelding 2-2: Voorbeeld van montage op een mast
12Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
2.2Monteer de kernprocessor
Deksel kernprocessor
Bovenste ring met
doorvoeropening
Kernprocessor
Onderste ring met
doorvoeropening
Deksel
Montageb eugel
Kernprocessor op afstand
Verbeterde kernprocessor op afstand
Gebruik deze paragraaf alleen als u een externe transmitter met een externe of externe
geavanceerde kernprocessor installeert. Zie Afbeelding 1-6. Zie Hoofdstuk 3.1 voor een
externe installatie met een 4-aderige kabel.
Afbeelding 2-3 toont beide uitvoeringen van de kernprocessor met montagebeugel.
Monteer de kernprocessor met behulp van de montagebeugel op een locatie die voldoet
aan de in Hoofdstuk 1.2 besproken eisen voor de kabellengte.
Afbeelding 2-3: Onderdelen van de externe en externe verbeterde kernprocessor
Montage
Installatiehandleiding13
Montage
14Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
3Bedrading
Aansluitklemmen voor intrinsiek veilige
sensorbedrading (blauw aansluitklemmenblok)
Printplaatruimte
De aansluitklemmenkast moet gesloten zijn
wanneer de installatie onder spanning staat
Label voor aansluitklemmen sensor; zie
Afbeelding 3-2
Verg rend eli ng
(niet op alle exemplaren aanwezig)
Aansluitklemmen voor niet intrinsiek
veilige in- en uitgangsbedrading (grijs
aansluitklemmenblok)
Aardpunt voeding
Label voor in-/uitgangsbedrading
Displaydeksel
3.1Sluit de in- en uitgangsbedrading aan
Afbeelding 3-1 toont de plaats van de aansluitklemmen op de Model 3350 en Model 3700.
1. Draai met een schroevendraaier de vier zelfborgende schroeven los waarmee het
displaydeksel op de behuizing is bevestigd.
2. Sluit de in- en uitgangsdraden aan op de betreffende aansluitklemmen op het grijze
aansluitblok. Zie Tabel 3-1 en het label op de achterkant van het displaydeksel
(afgebeeld in Afbeelding 3-1).
•Gebruik afgeschermde kabel met getwiste aderparen van 0,35 tot 1,5 mm
(22 tot 16 AWG).
•Aard de kabelafscherming op één punt.
•Als er meer dan twee draden op een aansluitklem moeten worden bevestigd,
moet er een aderhuls of kabelschoen worden gebruikt.
Afbeelding 3-1: Aansluitklemmen
Bedrading
2
Installatiehandleiding15
Bedrading
Wisselspanningsvoeding
Aansluitklem
9: positief
Aansluitpunt
10: negatief
Aansluitklem 9: lijn
(L of L2)
Aansluitklem 10: nul
(N of L1)
Gelijkspanningsvoeding
Tabel 3-1: Aansluitklemmen voor in-/uitgangsbedrading
Nummer aansluitklemFunc tie
1 —2 +Primaire 4—20 mA uitgang/HART
3 —4 +Secundaire 4—20 mA uitgang
5 —6 +Frequentie-ingang
5 —7 +Discrete ingang 1
5 —8 +Discrete ingang 2
11 (lijn B)12 (lijn A)RS-485 uitgang
20 —16 +Discrete uitgang 3
20 —17 +Discrete uitgang 2
20 —18 +Discrete uitgang 1
20 —19 +Frequentie-uitgang
Afbeelding 3-2: Labels aansluitklemmen voor Model 3350 of Model 3700
16Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
Bedrading
3.2Sluit model 3700 aan op de sensor
•Als u de model 3350 controller installeert, kunt u deze stap overslaan. Ga naar
Hoofdstuk 3.4.
•Volg de aanwijzingen in deze paragraaf voor aansluiting van de Model 3700 transmitter
op een Micro Motion-sensor.
3.2.1Opties voor installatie
Het model 3700 kan in de onderstaande configuraties met de sensor worden verbonden:
•4-aderige externe transmitter (4--aderige kabel vereist). Zie Afbeelding 1-5 en
Hoofdstuk 3.2.2.
•Externe kernprocessor met externe transmitter (4-aderige en 9-aderige kabel vereist).
Zie Afbeelding 1-6 en Hoofdstuk 3.2.3.
3.2.2Bedradingsinstructies voor 4-aderige externe installaties
1. Maak de kabel gereed zoals beschreven in de sensordocumentatie.
2. Sluit de kabel aan op de kernprocessor zoals beschreven in de sensordocumentatie.
3. De kabel aansluiten op de transmitter:
a. Ga na welke draden de 4-aderige kabel bevat.
Gebruik de door Micro Motion verstrekte 4-aderige kabel. Deze kabel bestaat uit
één paar draden van 0,75 mm
gelijkspanningsaansluiting en één paar draden van 0,35 mm
2
(18 AWG) (rood en zwart) voor de
2
(22 AWG) (groen en
wit) voor de RS-485 aansluiting.
b. Sluit de vier draden van de kernprocessor aan op de betreffende aansluitklemmen
op de transmitter.
Zie Tabel 3-2 en Afbeelding 3-3 (standaard kernprocessor) of Afbeelding 3-3
(verbeterde kernprocessor).
• Zorg dat er geen onbedekte draden zichtbaar blijven.
• Sluit de afscherming of de drain-draden niet bij de transmitter aan op massa.
Tabel 3-2: Aansluitklemmen transmitter voor 4-aderige kabel
KlemKleur draad
13RoodV d.c. +
14ZwartV d.c. —
15WitRS-485A
16GroenRS-485B
(1)
Functie
(1) Draadkleuren gelden alleen voor door Micro Motion verstrekte 4-aderige kabel.
Installatiehandleiding17
Bedrading
Aansluitklemmen
kernprocessor
4-aderige kabel Aansluitklemmen model 3700
Blauw aansluitklemmenblok
Zie Afbeelding 3-1
Maximale kabellengte:
Zie Tabel 1-1
Kabel geleverd door klant of
fabrikant
16 RS-485B (groen)
15 RS-485A (wit)
14 V d.c. — (zwart)
13 V d.c. + (rood)
RS-485B (groen)
RS-485A (wit)
V d.c. + (rood)
V d.c. — (zwart)
Aansluitklemmen
kernprocessor
4-aderige kabelAansluitklemmen model 3700
Blauw aansluitklemmenblok
Zie Afbeelding 3-1
V d.c. + (rood)
RS-485B (groen)
RS-485A (wit)
Maximale kabellengte:
Zie Tabel 1-1
Kabel geleverd door klant of
fabrikant
16 RS-485B (groen)
15 RS-485A (wit)
14 V d.c. — (zwart)
13 V d.c. + (rood)
V d.c. — (zwart)
Afbeelding 3-3: 4-aderige kabel naar model 3700 standaard en externe kernprocessor
Afbeelding 3-4: 4-aderige kabel naar model 3700 externe en externe geavanceerde
kernprocessor
3.2.3Bedradingsinstructies voor externe kernprocessor met
externe transmitter
Deze procedure bestaat uit twee stappen:
•Aansluiten van de externe kernprocessor op de transmitter
•Aansluiten van de sensor op de externe kernprocessor
18Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
Bedrading
De externe kernprocessor aansluiten op de transmitter:
1. Gebruik één van de onderstaande methodes voor het afschermen van de bedrading:
InstallatiemethodeProcedure
Onafgeschermde bedrading in ononderbroken metalen kabelbuis die
de ingesloten bedrading over 360° afschermt
Door de gebruiker geleverde kabelwartel met afgeschermde of
gewapende kabel, met aansluiting van afschermingen in de
kabelwartel. Sluit zowel de gevlochten bewapening als de
drain-draden van de afscherming aan in de kabelwartel
Door Micro Motion geleverde kabelwartel op de behuizing van de
kernprocessor
Ga naar Stap 8
Ga naar Stap 8
Ga naar Stap 2
2. Doe nu een van de volgende dingen:
•Als u afgeschermde kabel gebruikt, maak de kabel dan gebruiksklaar en breng een
afgeschermde krimpkous aan zoals beschreven in Stap 6. De afgeschermde
krimpkous vormt een eindaansluiting van de afscherming, geschikt voor gebruik
in de wartel als de afscherming van uw kabel bestaat uit folie en niet uit een
vlechtwerk.
•Als u gewapende kabel gebruikt, maakt u de kabel gebruiksklaar zoals beschreven
in Stap 6, echter zonder een krimpkous aan te brengen - sla stap 6d, e, f en g over.
3. Identificeer de in Afbeelding 2-3 afgebeelde onderdelen.
4. Verwijder het deksel van de kernprocessor.
5. Schuif de wartelmoer en het klemstuk over de kabel. Zie Afbeelding 3-5.
Installatiehandleiding19
Bedrading
Afgeschermde krimpkous
War telhu is
114 mm
(4 1/2 inch)
19 mm
(3/4 inch)
22 mm
(7/8 inch)
22 mm
(7/8 inch)
Wartelmoer
Klemstuk
Afbeelding 3-5: Wartelmoer en klemstuk
6. Voor aansluiting op de kernprocessorbehuizing maakt u de afgeschermde kabel als
volgt gereed (voor gewapende kabel slaat u stap d, e, f en g over):
a. Strip 114 mm (4 1/2 inch) van de kabelmantel.
b. Verwijder de transparante omhulling binnenin de kabelmantel alsmede het
vulmateriaal tussen de draden.
c. Verwijder de folieafscherming rond de geïsoleerde draden tot er nog 19 mm (3/4
inch) folie of vlechtwerk en drain-draden zichtbaar is en scheid de draden.
d. Wikkel de drain-draden van de afscherming twee keer rond de blootliggende folie.
Zie Afbeelding 3-6. Knip de overtollige draad af.
Afbeelding 3-6: Drain-draden afscherming tweemaal rond blootliggende folie
gewikkeld
e. Schuif de afgeschermde krimpkous over de blanke drain-draden van de
afscherming. De kous moet de drain-draden helemaal bedekken.
f. Verhit de kous (120 °C [250 °F]) om deze te laten krimpen maar verbrand de kabel
20Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
niet. Zie Afbeelding 3-7.
Afbeelding 3-7: Afgeschermde krimpkous dekt blanke drain-draden af
g. Breng het wartelklemstuk zodanig aan dat het binnenste uiteinde gelijk ligt met de
krimpkous.
h. Vouw de afscherming van textiel of de gevlochten afscherming met drain-draden
over het klemstuk, ongeveer 3 mm (1/8 in) voorbij de O-ring. Zie Afbeelding 3-8.
Afbeelding 3-8: Omgevouwen textiel
Bedrading
i. Breng het wartelhuis aan in de doorvoeropening van de kernprocessorbehuizing.
Zie Afbeelding 3-9.
Afbeelding 3-9: Installeren van het wartelhuis
7. Steek de draden door het wartelhuis en zet de wartel in elkaar door de wartelmoer vast
te draaien.
8. Ga na welke draden de 4-aderige kabel bevat.
Gebruik de door Micro Motion verstrekte 4-aderige kabel. Deze kabel bestaat uit één
paar draden van 0,75 mm
gelijkspanningsaansluiting en één paar draden van 0,35 mm
2
(18 AWG) (rood en zwart) voor de
2
(22 AWG) (groen en wit)
voor de RS-485 aansluiting.
9. Sluit de vier draden aan op de genummerde sleuven op de kernprocessor. Zie
Afbeelding 3-10.
Installatiehandleiding21
Bedrading
Voeding +
(rode draad)
Voeding — (zwarte draad)
RS-485A
(witte draad)
RS-485B
(groene draad)
Inwendige massaschroef kernprocessorbehuizing
Afbeelding 3-10: Sluit de vier draden aan op de genummerde sleuven
10. Sluit de massaschroef in de kernprocessorbehuizing aan als een aardverbinding
vereist is.
Er is een aardverbinding vereist als de kernprocessor niet via de sensorleiding kan
worden geaard en massaverbindingen volgens plaatselijke voorschriften inwendig
moeten worden gemaakt.
Sluit de drain-draden van de afscherming niet aan op deze klem.
11. Breng het deksel op de kernprocessor aan en zet het vast.
WAARSCHUWING!
De kernprocessor mag niet gedraaid worden, omdat de sensor hierdoor beschadigd zal raken.
12. Voor aansluiting van de kabel op de transmitter sluit u de vier draden van de
kernprocessor aan op de betreffende aansluitklemmen op de transmitter.
Zie Tabel 3-2 en Afbeelding 3-3.
•Zorg dat er geen onbedekte draden zichtbaar blijven.
•Sluit de afscherming of de drain-draden niet bij de transmitter aan op massa.
3.3Sluit de sensor aan op de externe
kernprocessor
LET OP!
De drain-draden van de afscherming mogen niet in aanraking komen met de
sensoraansluitkast, want dat kan meetfouten veroorzaken.
22Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
1. Zie de Instructie voor voorbereiding en installatie van 9-aderige flowmeterkabel van Micro
Motion voor aanwijzingen over het afschermen en gereedmaken van de kabels:
•Volg voor de sensorkant de instructies voor uw kabeltype.
•Volg voor de kernprocessorkant de instructies voor uw kabeltype met een
MVD-transmitter.
2. Volg om de bedrading aan te sluiten de Instructie voor voorbereiding en installatie van 9-aderige flowmeterkabel van Micro Motion en volg de aanwijzingen bij uw sensor met
een MVD-transmitter. Hieronder vindt u aanvullende informatie over het aansluiten
van de bedrading op de kernprocessor:
a. Identificeer de in Afbeelding 2-3 afgebeelde onderdelen.
b. Verwijder het deksel van de kernprocessor.
c. Steek de 9-aderige kabel door de doorvoeropening.
d. Sluit de draden aan op de stekkers die met de kernprocessor zijn meegeleverd.
e. Steek de stekkers in de contacten in de onderste ring met doorvoeropening. Zie
Afbeelding 3-11.
Afbeelding 3-11:9-aderige kabel naar kernprocessor
Bedrading
3. Aard de kabel.
Installatiehandleiding23
Bedrading
KabeltypeProcedure
Kabel met hulsSluit de drain-draden van de afscherming (de zwarte draad)
Afgeschermde of gewapende
kabel
alleen op het kernprocessoruiteinde aan door ze met de
aardschroef in de ring van de onderste kabelbuis te
verbinden. Niet aarden op de montageschroef van de
kernprocessor. De kabel mag niet op de aansluitkast van de
sensor geaard worden.
Sluit de drain-draden van de afscherming (de zwarte draad)
alleen op het kernprocessoruiteinde aan door ze met de
aardschroef in de ring van de onderste kabelbuis te
verbinden. Niet aarden op de montageschroef van de
kernprocessor. De kabel mag niet op de aansluitkast van de
sensor geaard worden.
Aard het gevlochten kabelmateriaal op beide uiteinden door
het in de kabelwartels te laten eindigen.
4. Inspecteer de pakkingen, smeer alle O-ringen, sluit de aansluitkast en het deksel van de
kernprocessor en draai alle schroeven aan.
LET OP!
Zorg dat de draden niet gegrepen of afgekneld worden wanneer u de behuizing sluit, om het
risico op meetfouten of meterdefecten te verminderen.
3.4Sluit de voedingsbedrading aan
LET OP!
• De voedingskabels mogen niet door dezelfde kabelgoot of kabelbuis lopen als de in-/
uitgangsbedrading, omdat dit meetfouten of meterdefecten kan veroorzaken.
• Schakel de voeding uit voordat u het applicatieplatform installeert.
• Zorg dat de voedingsspanning overeenstemt met de waarde die vermeld staat bij de
voedingsaansluitklemmen. Zie Afbeelding 3-2.
Sluit model 3350 of model 3700 volgens onderstaande stappen aan op de voeding:
1. Gebruik een kabel van 0,75 tot 4,0 mm
2. Draai met een bladschroevendraaier de schroeven los waarmee het displaydeksel op de
behuizing is bevestigd.
3. Aard de transmitter als volgt:
a. Sluit de aarddraad aan op de groene aardschroef van het voedingscircuit. Zie
Afbeelding 3-1.
b. Sluit de aarddraad van het voedingscircuit direct op het aardpunt aan.
c. Houdt alle aarddraden zo kort mogelijk.
d. De impedantie op de aarddraden mag niet meer dan 1 ohm bedragen.
4. Sluit de draden aan op aansluitklem 9 en 10 op het grijze aansluitklemmenblok. Zie
Afbeelding 3-1 en Afbeelding 3-2.
5. Sluit het displaydeksel en draai de schroeven aan.
6. (Optioneel). In de voedingsleiding kan een door de gebruiker te verstrekken schakelaar
worden geïnstalleerd.
In Europa moet de schakelaar vlakbij de Model 3350 of Model 3700 worden
geïnstalleerd conform laagspanningsrichtlijn 2006/95/EG. Zie voor nadere informatie
norm EN 61010-1:2010, clausule 5.4.3.d.
2
(18 tot 12 AWG).
24Model 3700 transmitters of model 3350 randapparatuur - veldmontage
Bedrading
Installatiehandleiding25
*20001012*
20001012
Rev BA
2015
Micro Motion Inc. VS
Internationaal hoofdkantoor
7070 Winchester Circle
Boulder, Colorado 80301, VS
T +1 303-527-5200
T +1 800-522-6277
F +1 303-530-8459
www.micromotion.com
Micro Motion Europe
Emerson Process Management
Neonstraat 1
6718 WX Ede
Nederland
T +31 (0) 318 495 555
F +31 (0) 318 495 556
www.micromotion.nl
Micro Motion Asia
Emerson Process Management
1 Pandan Crescent
Singapore 128461
Republiek Singapore
T +65 6777-8211
F +65 6770-8003
Micro Motion United Kingdom
Emerson Process Management Limited
Horsfield Way
Bredbury Industrial Estate
Stockport SK6 2SU V.K.
T +44 0870 240 1978
F +44 0800 966 181
Het Emerson-logo is een handelsmerk en dienstmerk van Emerson
Electric Co. De merken Micro Motion, ELITE, ProLink, MVD en MVD
Direct Connect zijn merken van een van de bedrijven van de
Emerson Process Management-groep. Alle overige merken zijn
eigendom van de respectieve eigenaars.
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.