Micro Motion Model 3700 transmitter 9-draads of Model 3350 randapparatuur Instructies voor installatie bij veldmontage-Installation Instruction Dutch Installation Instructions [nl]

Beknopte handleiding
Model 3700 transmitter (9-draads) of Model 3350 randapparatuur
Instructies voor installatie bij veldmontage
Voor technische ondersteuning via Internet kunt u gebruik maken van het EXPERT
Als u een medewerker van de klantenservice wilt spreken, kunt u bellen met de dichtstbijzijnde vestiging.
In Nederland, tel. 070 413 6607
™ systeem op www.expert2.com.
2
In België, tel. 02 716 77 11
In Amerika, tel. 1-800-522-MASS (1-800-522-6277)
In Canada en Latijns Amerika, tel. (303) 530-8400
In Azië, tel. (65) 6770-8155
Micro Motion
TM
VOORDAT U BEGINT
Deze beknopte handleiding bevat algemene richtlijnen voor installatie
®
van het Micro Motion
Model 3350/3700 applicatieplatform op een paal
of een plat oppervlak.
Voor informatie over intrinsiek veilige toepassingen verwijzen wij u naar de Micro Motion instructies voor installatie volgens ATEX, UL of CSA.
Voor volledige instructies voor configuratie, onderhoud en service kunt u de gebruiksaanwijzing raadplegen die met de transmitter is meegeleverd.
WAARSCHUWING
Ondeugdelijke installatie in een explosiegevaarlijke omgeving kan een ontploffing veroorzaken.
Voor informatie over explosiegevaarlijke toepassingen verwijzen wij u naar de Micro Motion instructies voor installatie volgens ATEX, UL of CSA. Deze worden meegeleverd met de transmitter of zijn verkrijgbaar via de Micro Motion-website.
WAARSCHUWING
Gevaarlijke spanning kan ernstig of dodelijk letsel veroorzaken.
Installeer de transmitter en breng alle bedrading aan vóórdat u de voeding inschakelt.
VOORZICHTIG
Ondeugdelijke installatie kan leiden tot meetfouten of storingen in de flowmeter.
Volg alle instructies op om zeker te zijn van een goede werking van de transmitter
©2003, Micro Motion, Inc. Alle rechten voorbehouden. Micro Motion is een gedeponeerd handelsmerk van Micro Motion, Inc. De logo's van Micro Motion en Emerson zijn handelsmerken van Emerson Electric Co. Alle andere handelsmerken zijn het eigendom van hun respectieve eigenaren.
1
Installatie in Europa
Dit Micro Motion-product voldoet aan alle van toepassing zijnde Europese richtlijnen indien het op de juiste wijze, volgens de instructies in deze beknopte handleiding, is geïnstalleerd. In de EG-verklaring van overeenstemming staat vermeld welke richtlijnen van toepassing zijn op dit product.
De EG-verklaring van overeenstemming, met alle van toepassing zijnde Europese richtlijnen, alsmede de volledige Tekeningen en instructies voor installatie volgens ATEX, zijn verkrijgbaar via Internet op www.micromotion.com/atex of via de klantenservice van uw plaatselijke Micro Motion-vestiging.
Installatieset
De installatieset voor de Model 3350/3700 bevat de onderdelen die zijn afgebeeld in figuur 1.
Figuur 1. Installatieset voor veldmontage
Montagebeugel
De transmitter kan op de beugel in de gewenste stand worden gezet. Zie stap 3 op pag. 5.
4 x sluitring
4 x vlakke ring
4 x M8x16 bouten
2
STAP 1. Locatiekeuze
Kies een locatie voor de transmitter op basis van onderstaande eisen.
WAARSCHUWING
Ondeugdelijke installatie in een explosiegevaarlijke omgeving zou een ontploffing kunnen veroorzaken.
Installeer de transmitter in een omgeving die overeen­komt met de classificatie op het plaatje met goed­keuringen. Zie figuur 3 op pag. 4.
Eisen aan de omgeving
Installeer de Model 3350/3700 binnen de aangegeven grenzen:
Omgevingstemperatuur: –20 tot +60°C (–4 tot +140°F)
Vochtigheid: SAMA PMC 31.3, hoofdstuk 5.2; omgeving: NEMA 4X (IP 65)
Trillingen: Volgens IEC 68-2-6 bij 1,0 g, 15 tot 2000 Hz, 50 cycli over het volledige frequentiebereik
Afmetingen
Zie figuur 2 en 3 op pag. 4 voor afmetingen van Model 3350/3700.
Zichtbaarheid van aanduidingen
Om de veiligheid van de medewerkers en het systeem te waarborgen, moeten alle aanduidingen op etiketten en plaatjes op de behuizing zichtbaar blijven. Reinig ze zo vaak als nodig is. Vervang etiketten of plaatjes als ze beschadigd, kwijt of versleten zijn. Zie figuur 3 op pag. 4 voor de plaats van het plaatje met goedkeuringen.
Lengte flowmeterkabel
De maximale kabellengte van de sensor naar de Model 3700 transmitter is 300 m (1000 voet).
Als u Model 3350 randapparatuur samen met een transmitter installeert, geldt voor de kabel van de frequentie-uitgang van de transmitter naar de frequentie-ingang van de Model 3350 een maximale lengte van 150 meter (500 voet).
3
Figuur 2. Afmetingen – vooraanzicht
inch
(mm)
4 x 9 mm (5/16 inch) diameter [5/16 inch =
7,94 = 8 mm]
2 13/16
(71)
Montagebeugel kan
naar behoeven
gedraaid worden
11
(279)
12
(305)
4
(102)
9 3/16
(234)
Deksel met display kan
naar behoeven
gedraaid worden
Figuur 3. Afmetingen – bovenaanzicht
inch
(mm)
6 1/8 (158)
8 11/16
(221)
15 1/2
3 5/8
(92)
6
(152)
129 mm (5 1/16 inch) ruimte
voor verwijdering van
printplaten
Plaatje met goedkeuringen
(394)
11 5/16
(288)
4
STAP 2. Doorvoeropeningen gereedmaken voor ATEX Zone 1
Bij Model 3350/3700 met goedkeuring voor ATEX Zone 1:
1. Haal de beschermpluggen uit de doorvoeropeningen (zie figuur 4).
2. Breng de meegeleverde kabelwartels of de door de gebruiker te leveren EExe kabelingangen aan in de gebruikte doorvoeropeningen.
3. Installeer EExe-pluggen in ongebruikte doorvoeropeningen.
STAP 3. Model 3350/3700 in andere stand zetten (optioneel)
De Model 3350/3700 kan op de montagebeugel in de gewenste stand worden gezet, en het deksel met display kan op het applicatieplatform worden gedraaid. In figuur 4 ziet u verschillende standen.
De Model 3350/3700 kan als volgt in een andere stand worden gezet:
1. Gebruik de vier meegeleverde bouten met ringen.
2. Installeer de bouten met behulp van een momentsleutel van 13 mm, tot een aandraaimoment van 16 Nm (12 ft-lb).
Als u het deksel met het display wilt draaien, raadpleegt u de installatie­handleiding van de transmitter.
Figuur 4. Voorbeelden montagestanden
Doorvoeropeningen voor
intrinsiek veilige
sensorbedrading
Doorvoeropeningen voor
niet-intrinsiek veilige in- en
uitgangsbedrading
Deksel met display
5
STAP 4. Montage van het applicatieplatform
Voor montage op een plat oppervlak, zie figuur 5.
Voor montage op een paal, zie figuur 6.
Figuur 5. Montage op een plat oppervlak
• Breng alle vier de bouten aan op hetzelfde oppervlak.
• Als het montage-oppervlak niet vlak is, vult u de ruimte onder de beugel op met vulringen.
• Maak de bouten niet vast aan balken, spanten, stijlen etc. die onafhankelijk kunnen bewegen.
4 x 5/16-inch of M8 bout (door de gebruiker te leveren)
Figuur 6. Montage op een paal
4 x M8 (5/16 inch) moer
(door gebruiker te leveren)
2 x M8 (5/16 inch) U-bout voor pijp van 50 mm (2 inch) (door gebruiker te leveren)
6
STAP 5. Aansluiten van in- en uitgangsbedrading
In figuur 7 ziet u waar de bedradingsklemmen van de Model 3350/3700 zich bevinden.
Figuur 7. Bedradingsklemmen
(niet bij alle instrumenten)
Klemmen voor intrinsiek veilige
Bedradingscompar timent
als voeding ingeschakeld is
Etiket voor klemmen
van sensorbedrading
Deksel met display
Vergrendeling
sensorbedrading
(blauw klemmenblok)
Moet dicht blijven
(zie figuur 8 op
pag. 8)
1. Gebruik 0,35 tot 1,5 mm
2
(22 tot 16 AWG) afgeschermde bedrading
Printplaatcompartiment
Klemmen voor niet intrinsiek veilige in- en uitgangsbedrading (grijs klemmenblok)
Voedingsaarde
Etiket voor klemmen van in- en uitgangsbedrading
met getwiste paren.
2. Draai met een vlakke schroevendraaier de vier opgesloten schroeven los waarmee het deksel met het display vastzit aan de behuizing.
3. Sluit de in- en uitgangsbedrading aan op het grijze klemmenblok. Raadplaag tabel 1 op pag. 8 en het etiket op de achterkant van het deksel met het display (afgebeeld in figuur 8 op pag. 8).
Aard de afscherming van de kabel op slechts één punt.
Als er meer dan twee draden op één klem moeten worden
aangesloten, gebruikt u een kabelmof of -schoen om de draden aan te sluiten.
7
Tabel 1. Klemmen in- en uitgangsbedrading
Klemnummer Toewijzing
1 – 2 + Primaire 4–20 mA-uitgang
3 – 4 + Secundaire 4–20 mA-uitgang
5 – 6 + Frequentie-ingang
5 – 7 + Discrete ingang 1
5 – 8 + Discrete ingang 2
11 (B-lijn) 12 (A-lijn) RS-485 uitgang
20 – 16 + Discrete uitgang 3
20 – 17 + Discrete uitgang 2
20 – 18 + Discrete uitgang 1
20 – 19 + Frequentie-uitgang
Figuur 8. Etiketten bedradingsklemmen
Model 3350/3700 met AC-
voeding
Model 3350/3700 met DC-
voed ing
Klem 9
(L of L2)
Klem 10
nulleider
(N of L1)
lijn
Klem 10:
8
Klem 9:
plus
min
STAP 6. Aansluiten van Model 3700 op de sensor
Voor installatie van Model 3350 randapparatuur is deze stap niet nodig. Voor het aansluiten van de Model 3700 transmitter op een Micro Motion­sensor, volgt u onderstaande stappen.
1. Ga na waar de componenten uit figuur 9 zich bevinden.
Figuur 9. Sensorkabel naar Model 3700
9-draads kabel van sensor Model 3700
zwart (aarding afscherming alle draadsets)
bruin rood
groen wit
blauw grijs
oranje geel violet
Klemmen voor sensorbedrading
(blauw klemmenblok)
rood
bruin
geel
zwart (aarde)
violet
oranje
groen
wit
blauw
grijs
2. Maak de kabel gereed volgens de instructies in de Handleiding voor voorbereiding en installatie van de 9-aderige Micro Motion flowmeterkabel.
3. Zorg ervoor dat de kabel zonder onderbreking over 360° afgeschermd is, van de transmitter naar de aansluitdoos van de sensor. Er kunnen twee methodes worden toegepast:
Metalen buis
Afgeschermde of gepantserde kabel
Raadpleeg de Handleiding voor voorbereiding en installatie van de 9-aderige Micro Motion flowmeterkabel voor specifieke instructies.
9
4. Bij de sensor:
a. Knip de aarddraden van de kabel af.
b. Sluit de bedrading in de behuizing van de aansluitdoos aan en
draai de schroeven vast om de bedrading op zijn plaats te houden.
Raadpleeg voor informatie over de klemmen in de aansluitdoos van uw sensor de installatiehandleiding van de sensor of de Handleiding
voor voorbereiding en installatie van de 9-aderige Micro Motion flowmeterkabel.
5. Bij de transmitter:
a. Sluit de gekleurde draden aan op de bijbehorende klemmen. In
figuur 9 op pag. 9 ziet u welke klem bij welke draad hoort. Er mogen geen blanke draden blootgesteld blijven.
b. Als u afgeschermde of gepantserde kabel gebruikt, sluit u het
vlechtwerk af in de kabelwartel, zoals omschreven in de
Handleiding voor voorbereiding en installatie van de 9-aderige Micro Motion flowmeterkabel.
10
STAP 7. Aansluiten van voedingsbedrading
VOORZICHTIG
Ondeugdelijke installatie van bedrading kan leiden tot storingen in het instrument of meetfouten.
• Voorkom storingen en meetfouten, en installeer voedingsbedrading niet in dezelfde kabelgoot of -buis als de in- en uitgangsbedrading.
• Schakel de voeding uit voordat u het applicatieplatform installeert.
• Controleer of de voedingsspanning overeenkomt met de spanning die staat aangegeven op de voedingsklemmen. Zie figuur 8 op pag. 8.
Sluit de Model 3350/3700 als volgt aan op een voeding:
2
1. Gebruik 0,75 tot 4,0 mm
(18 tot 12 AWG) bedrading.
2. Aard de voedingsbedrading:
Sluit de aarddraad aan op de groene schroef. Zie figuur 7 op pag. 7.
Sluit het andere uiteinde van de aarddraad rechtstreeks aan op het aardpunt.
Houd alle aarddraden zo kort mogelijk.
Aarddraden moeten minder dan 1 ohm impedantie hebben.
3. Sluit draden aan op klem 9 en 10 op het grijze klemmenblok. Zie figuur 8 op pag. 8.
Er kan een door de gebruiker te leveren schakelaar worden aangebracht in de voedingsleiding. Een schakelaar vlakbij de Model 3350/3700 is verplicht als de installatie moet voeldoen aan Laagspanningsrichtlijn 73/23/EEG (installatie in Europa).
4. Sluit het deksel met het display en draai de schroeven vast.
11
©2003, Micro Motion, Inc. Alle rechten voorbehouden P/N 3300749, Rev. C
*3300749*
Bezoek onze Internetpagina op www.micromotion.com
Micro Motion Nederland
Emerson Process Management Fisher-Rosemount BV Patrijsweg 140 2289 EZ Rijswijk T +31 (0) 70 413 6607 F +31 (0) 70 413 6603 www.emersonprocess.nl
Micro Motion Europa
Emerson Process Management Wiltonstraat 30 3905 KW Veenendaal Nederland T +31 (0) 318 495 670 F +31 (0) 318 495 689
MicroMotionInc.USA
Wereldwijd hoofdkantoor
7070 Winchester Circle Boulder, Colorado 80301, VS T 1 (303) 530-8400
1 (800) 522-6277
F 1 (303) 530-8459
Micro Motion
TM
MicroMotionBelgie
Emerson Process Management nv/sa De Kleetlaan 4 1831 Diegem T +32 (0) 2 716 77 11 F +32 (0) 2 725 83 00 www.emersonprocess.be
Micro Motion Azië
Emerson Process Management 1 Pandan Crescent Singapore 128461 Republiek Singapore T (65) 6777-8211 F (65) 6770-8003
MicroMotionJapan
Emerson Process Management Shinagawa NF Bldg. 5F 1-2-5, Higashi Shinagawa Shinagawa-ku Tokio 140-0002 Japan T (81) 3 5769-6803 F (81) 3 5769-6843
Loading...