Plaats van aankoop .........................................................................
Het serienummer vindt u op de achterkant/onderkant van uw product. Neem dit
nummer eventueel ook op in uw garantiedocumenten.
De kwaliteit
Bij de keuze van de componenten lieten wij ons leiden door hoge functionaliteit,
eenvoudige bediening, veiligheid en betrouwbaarheid. Door een uitgebalanceerd
hard- en softwareconcept zijn wij in staat om u een op de toekomst gerichte apparaat te presenteren waarmee u bij uw werk en in uw vrije tijd veel plezier zult beleven.
De service
Door onze individuele klantenservice ondersteunen wij u bij uw dagelijks werk.
Neem gerust contact met ons op: wij helpen u met alle plezier.
In dit handboek bevindt zich een afzonderlijk hoofdstuk met betrekking tot het on-
derwerp service.
Kopiëren, fotokopiëren en verveelvoudigen van dit handboek
Dit document bevat wettelijk beschermde informatie. Alle rechten voorbehouden.
Niets uit dit document mag worden gekopieerd, gefotokopieerd, verveelvoudigd,
vertaald, verzonden of opgeslagen op een elektronisch leesbaar medium zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant.
firma Microsoft®.
Andere handelsmerken zijn het eigendom van hun desbetreffende houder.
D - MEDION AG, Am Zehnthof 77, 45307 Essen
Technische wijzigingen voorbehouden.
3 van 38
1. Betreff ende deze handleiding
Lees de veiligheidsinstructies zorgvuldig door, voordat u het apparaat in
gebruik neemt. Volg de waarschuwingen op die op het apparaat en in
de gebruiksaanwijzing vermeld staan.
Bewaar de handleiding altijd binnen handbereik. Geef deze handleiding
erbij als u het apparaat aan iemand anders verkoopt of overdraagt.
In deze handleiding gebruikte symbolen en waarschuwingswoorden.
GEVAAR!
Waarschuwing voor acuut levensgevaar!
WAARSCHUWING!
Waarschuwing voor mogelijk levensgevaar en/of ern-
stig onomkeerbaar letsel!
VOORZICHTIG!
Waarschuwing voor mogelijk middelzwaar of gering
letsel!
LET OP!
Neem de aanwijzingen in acht om materiële schade te
voorkomen!
OPMERKING!
Verdere informatie over het gebruik van het apparaat
OPMERKING!
Houd u aan de aanwijzingen in de gebruiksaanwijzing!
WAARSCHUWING!
Waarschuwing voor gevaar door elektrische schok-
ken!
•
Advies over uit te voeren handelingen
4 van 38
Opsommingspunt/informatie over gebeurtenissen tijdens de bediening
1.1. Gebruik voor het beoogde doel
Dit apparaat is bedoeld voor het ontvangen van GPS-signalen (via satellieten aangeboden positiegegevens) voor navigatie en locatiebepaling.
De oplader is zodanig ontworpen dat tegelijkertijd 2 of 4 NiMH/NiCd-accu's van
AAA-formaat (HR03) of 2 of 4 NiMH/NiCd-accu's van AA-formaat (HR6) kunnen worden opgeladen.
Beide apparaten zijn bestemd voor particulier gebruik en niet voor industriële of
commerciële toepassingen.
Houd er rekening mee dat de garantie bij een ander dan het bedoelde gebruik
komt te vervallen:
• Wijzig niets aan uw apparaat zonder onze toestemming en gebruik geen
randapparatuur die niet door ons is toegestaan of geleverd.
• Gebruik uitsluitend door ons geleverde of toegestane reserveonderdelen en accessoires.
• Houd u aan alle informatie in deze bedieningshandleiding en in het bijzonder
aan de veiligheidsinstructies. Elk ander gebruik van het apparaat geldt als afwijkend gebruik en kan tot letsel of schade leiden.
• Gebruik het apparaat niet in extreme omgevingsomstandigheden.
1.2. Conformiteitsinformatie
Hierbij verklaart MEDION AG dat deze toestel in overeenstemming is met de essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EG. Volledige
conformiteitsverklaringen vindt u onder www.medion.com/conformity.
NL
FR
DE
0984
OPMERKING!
Uitgebreide instructies voor de navigatie vindt u op de DVD en de
online-hulp van het toestel.
5 van 38
2. Veiligheidsaanwijzingen
2.1. Gevaren voor kinderen en personen met
beperkte vermogens om apparaten te bedienen
• De apparaten zijn niet bedoeld om te worden gebruikt door per-
sonen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of met onvoldoende ervaring
en/of kennis, tenzij deze personen onder toezicht staan van of geinstrueerd zijn in het gebruik van het apparaat door iemand die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Kinderen moeten onder toezicht staan om er zeker van te zijn dat
zij niet met het apparaat gaan spelen. Kinderen mogen het apparaat niet zonder toezicht gebruiken.
• Berg het apparaat en de accessoires buiten het bereik van kinde-
ren op.
• Lees de bedieningshandleiding door voordat u de accu's gaat op-
laden.
GEVAAR!
Houd ook de plastic verpakkingen buiten bereik van kin-
deren. Verstikkingsgevaar.
2.2. Veiligheid
Zo garandeert u een betrouwbare werking en een lange levensduur
van uw navigatiesysteem.
• Open nooit de behuizing van uw apparaat of van uw stroomadap-
ter – ze bevatten immers geen te onderhouden onderdelen! Meer
nog, een geopende behuizing kan levensgevaarlijke elektrische
shocks veroorzaken.
• Gebruik uw navigatiesysteem enkel met een gekeurde stroomver-
zorging.
• Plaats geen voorwerpen op de apparaten en oefen geen druk uit
op de display. De display kan daardoor breken.
• Om beschadiging te voorkomen, mag u het scherm niet met scher-
pe objecten aanraken. Gebruik uitsluitend de stylus of een andere
botte stylus. Vaak kunt u het toestel ook met de vinger bedienen.
6 van 38
• U kunt zich verwonden, als het display breekt. Gebeurt er iets dergelijks, dan pakt u de gebroken delen met beschermende handschoenen aan en zendt u ze naar uw service center waar men op
een correcte manier de afval kan verwerken. Vervolgens wast u
uw handen met zeep. Het zou namelijk kunnen dat u in aanraking
bent gekomen met chemische producten.
• Onderbreek de stroomvoorziening, schakel uw apparaat onmiddellijk uit, of u zet hem zelfs helemaal niet aan en u contacteert de
dienst na verkoop in volgende gevallen de behuizing van uw apparaat of van de netadapter er zijn vloeistoffen ingelopen. U laat
in dergelijke gevallen de onderdelen eerst door het service center
controleren, om beschadigingen te vermijden!
2.3. Repareer het apparaat nooit zelf
WAARSCHUWING!
Probeer in geen geval het apparaat zelf te openen of te
repareren. Daarbij bestaat gevaar voor een elektrische
schok!
• Om risico‘s te vermijden kunt u bij storingen contact opnemen met
het Medion Service Center of een deskundig reparatiebedrijf.
NL
FR
DE
2.4. Back-up
LET OP!
Maak steeds na het bijwerken van uw gegevens een back-up
op externe opslagmedia. Er kan in geen geval aanspraak worden gemaakt op schadevergoeding wegens verlies van gegevens en daardoor ontstane schade.
7 van 38
2.5. Voorwaarden van uw werkomgeving
Het niet naleven van deze aanwijzingen kan storingen of beschadiging van het toestel tot gevolg hebben. Voor deze gevallen geldt
geen waarborg.
• Laat uw navigatiesysteem en alle aangesloten apparatuur nooit in
contact komen met vocht. Verder vermijdt u ook stof, hitte en directe zonnestralen. Negeert u deze raadgevingen, dan kan dat leiden tot storingen en beschadigingen van uw apparaat.
• Vermijd sterke vibraties en schokken, zoals die b.v. bij veldrijden
kunnen optreden.
• Zorg ervoor, dat het toestel niet uit zijn houder los kan komen, b.v.
bij het remmen.
2.6. Omgevingstemperatuur
• Uw apparaat kan bij een omgevingstemperatuur van -10° C tot
+40° C en bij een relatieve luchtvochtigheid van 95% (nietcondenserend) werken.
• Staat uw apparaat uit dan kunt u hem bij -20° C tot +70° C
wegzetten.
• Het toestel dient veilig vervoerd te worden. Vermijd hoge temperaturen (bijv. bij het parkeren of door rechtstreeks zonlicht).
• Gebruik de oplader niet in de open lucht.
8 van 38
2.7. Elektromagnetische tolerantie
• Bij het aansluiten van extra of andere componenten moet u reke-
ning houden met de „Richtlijnen voor elektromagnetische tolerantie“ (EMT ). Gelieve er bovendien op te letten, dat enkel bedekte kabels (max. 3 meter) voor de externe interfaces mogen worden
gebruikt.
• Behoud minstens één meter afstand van hoogfrequente en mag-
netische storingsbronnen (televisietoestel, luidsprekerboxen, GSM
enz. ) om de goede werking niet in gevaar te brengen en gegevensverlies te vermijden.
• Elektronische apparaten veroorzaken tijdens het gebruik elektro-
magnetische straling.
Deze straling is ongevaarlijk, maar kan wel storingen veroorzaken
in andere apparaten die in de onmiddellijke omgeving gebruikt
worden.
Onze apparaten worden in het laboratorium op hun elektromagnetische compatibiliteit getest en geoptimaliseerd.
Storingen aan het apparaat zelf of aan de elektronica in de buurt
kunnen echter niet volledig uitgesloten worden
Indien u een dergelijke storing vaststelt, probeert u dit te verhelpen door de afstand tussen de apparaten te vergroten of door ze
te verplaatsen.
Zorg er vooral voor dat de elektronica van de vrachtwagen geen
storingen vertoont vooraleer weg te rijden.
NL
FR
DE
2.8. Bekabeling
• Leg uw kabel zo, zodat niemand erop kan trappen of erover strui-
kelen.
• Plaats niks op de kabel om hem niet te beschadigen.
• Stekkers en kabels bij het aansluiten niet forceren. Altijd op de juis-
te oriëntatie van de stekkers letten.
• Er mogen geen grote krachten bv. van de zijkant op de aansluitin-
gen inwerken. Die kunnen uw toestel beschadigen.
• Om kortsluiting of kabelbreuk te voorkomen, de kabel niet inklem-
men of sterk buigen.
9 van 38
2.9. Accuwerking
Let op de volgende algemene aanwijzingen voor het omgaan met accu's:
• Gebruik in principe alleen accu's van het type AA.
• Let bij het plaatsen op de polariteit (+/-).
• Bewaar accu's op een koele, droge plaats. Door rechtstreekse invloed van warmte kunnen accu's beschadigd raken. Stel het apparaat daarom niet bloot aan intense hittebronnen.
• Houd accu's uit de buurt van kinderen. Raadpleeg meteen een arts
als een accu is ingeslikt.
• Vermijd het contact met huid, ogen en slijmvliezen. Spoel bij contact met accuzuur de desbetreffende lichaamsdelen onmiddellijk
met overvloedig schoon water af en raadpleeg onmiddellijk een
arts.
• Controleer, voordat u de accu's plaatst, of de contacten in het apparaat en op de accu's schoon zijn en reinig deze indien nodig.
• Gooi de accu's niet in het vuur, sluit ze niet kort en haal ze niet uit
elkaar.
• Stel de accu's nooit bloot aan overmatige warmte zoals zon, vuur
enz.
• Accu's zijn niet bestand tegen hitte. Voorkom dat het apparaat en
dus ook de ingebouwde accu te warm wordt. Als deze instructies
niet in acht worden genomen, kan dit tot beschadiging of eventueel zelfs tot ontploffing van de accu leiden.
• Gebruik uitsluitend de meegeleverde oplader voor het opladen
van de accu's.
• Verwijder de accu's als u het apparaat langere tijd niet wilt gebruiken.
• Verwijder leeggelopen accu's onmiddellijk uit het apparaat. Maak
de contacten schoon voordat u nieuwe accu's plaatst. Zuren uit
batterijen kunnen het apparaat aantasten!
• Verwijder ook lege accu's uit het apparaat.
• Bij lage temperaturen kan de capaciteit van de accu's door vertraging van de chemische reactie duidelijk afnemen. Houd voor gebruik bij koud weer een tweede set accu's gereed op een warme
plek (bijvoorbeeld in uw broekzak).
10 van 38
• Accu's vallen onder klein chemisch afval. Op verkooppunten van
batterijen en gemeentelijke afvalinzamelpunten staan speciale
containers ter beschikking voor de deskundige afvoer. Als u het artikel van de hand wilt doen, doet u dit volgens de geldende voorschriften. Informatie is verkrijgbaar bij de gemeentelijke afvalverwerking.
2.10. Accu's opladen
• Laad de accu's uitsluitend op met de meegeleverde oplader.
• Let bij het plaatsen op de polariteit (+/-).
• Plaats telkens slechts 2 of 4 accu's van AA- of AAA-formaat tegelij-
kertijd in de voorste of achterste oplaadschachten van de oplader.
• Gebruik uitsluitend accu's met een maximale capaciteit van
2200 mAh.
OPMERKING!
U kunt de accu‘s niet in het navigatiesysteem opladen.
NL
FR
DE
11 van 38
2.11. Op de accu gebruikte symbolen
Accu‘s niet in het vuur gooien
Accu‘s niet met geweld openen of demonteren
Gebruik geen gebruikte, lege of nieuwe accu's door elkaar
Accu’s uit de buurt van kinderen houden
Accu‘s niet kortsluiten
Let bij het plaatsen van de accu's op de polariteit (+/-).
2.12. Onderhoud en reiniging
LET OP!
Binnenin de behuizing van het apparaat zitten er geen delen
die moeten worden onderhouden of gereinigd.
De levensduur van uw apparaat kan door onderstaande maatregelen
beduidend worden verlengd:
• Voordat u begint schoon te maken, trekt u altijd eerst de stekker
uit en maak alle verbindingskabels los.
• Reinig uw apparaat enkel met een vochtige, pluisvrije doek.
• Gebruik geen oplosmiddelen, bijtende of gasvormige reinigingsmiddelen.
12 van 38
2.13. Onderhoud van het display
• Vermijd krassen op het beeldscherm. Het oppervlak kan immers
vlug worden beschadigd. Wij raden het gebruik aan van een
display-beschermfolie, om zo krassen en vuil te vermijden. U kunt
dergelijke folie in de handel verkrijgen.
De folie die bij de levering op het display werd aangebracht, dient
enkel als transportbescherming!
• Draag er goed zorg voor dat u geen waterdruppels op het beeld-
scherm achterlaat. Water kan immers blijvende verkleuringen veroorzaken.
• Reinig het beeldscherm steeds met een zachte, pluisvrije doek.
• Zorg dat uw beeldscherm niet met direct zonlicht of ultraviolette
straling in contact komt.
3. Bij de levering inbegrepen
Gelieve de volledigheid van de levering te controleren en ons binnen 14 dagen na
aankoop te contacteren, indien de levering niet compleet is. Gelieve hiervoor zeker
het serienummer op te geven. Met het product dat u verworven heeft, heeft u gekregen:
• Navigatiesysteem
• Oplader
• USB-kabel
• 4 accu's van het type AA (HR6)
• Fietsbevestiging en houder
• DVD met navigatiesoftware
• Handleiding
NL
FR
DE
GEVAAR!
Bewaar het verpakkingsmateriaal, zoals de folies, buiten
het bereik van kinderen. Bij verkeerd gebruik bestaat er
verstikkingsgevaar.
13 van 38
4. Componenten
4.1. Vooraanzicht
1
2
3
Nr.ComponentBeschrijving
Programmeer-
1
bare toets
Programmeer-
2
bare toets
Touch ScreenToont de gegevensoutput van het apparaat. Tik met de
Druk op deze toets om de functie te starten die voor
deze toets is geprogrammeerd.
Druk zachtjes op deze toets om de eerste functie te starten die voor deze toets is geprogrammeerd.
Druk harder op deze toets om de tweede functie te starten die voor deze toets is geprogrammeerd.
vinger of een gepaste stift met „stompe“ punt op het
beeldscherm om menuopdrachten te selecteren of gegevens in te voeren.
3
14 van 38
LET OP!
Raak het display niet met puntige of
hoekige voorwerpen aan, om beschadigingen te voorkomen. Gebruik bijvoorbeeld een stompe stift. Vaak kunt
u het toestel ook gewoon me de vinger
bedienen.
4.2. Achteraanzicht
3
1
2
Nr.ComponentBeschrijving
Vergrendeling
1
accuvak
Mini-USB-
2
aansluiting
Oog voor
3
draaglus
Draai de vergrendeling 90° tegen klok in om het accuvak
te openen.
Aansluiting voor de verbinding met een pc via de
USB-kabel (voor de gegevensafstemming) aansluiting
voor de externe stroomvoorziening..
Bevestig hier de draaglus
4Luidspreker Openingen voor weergave van geluidstoon
4
NL
FR
DE
15 van 38
4.3. Bovenaanzicht
1
Nr.ComponentBeschrijving
Lang drukken schakelt het toestel in of uit. Door kort te
Aan- en
1
uitschakelaar
drukken gaat u naar de standbymodus resp. haalt u het
toestel weer uit de slaapstand. Het apparaat wordt opnieuw “geactiveerd” door te drukken op de aan/uit-schakelaar.
5. Accu en micro SD-kaart plaatsen
Om de accu's en micro SD-kaart te plaatsen gaat u als volgt te werk:
Draai de vergrendeling van het accuvak 90° tegen klok in om het accuvak te ont-
grendelen.
16 van 38
Verwijder het klepje van het accuvak. Schuif de microSD-kaarthouder voorzichtig naar boven en klap deze omhoog. Plaats vervolgens de microSD-kaart met de contactpunten in de richting van de
display.
Klap de microSD-kaarthouder weer dicht en schuif deze naar beneden. Plaats de accu's en sluit het klepje van het accuvak. Draai de accuvergrendeling 90° met de klok mee
NL
FR
DE
17 van 38
6. Eerste initialisatie
Hierna wordt u stap voor stap door de eerste initialisatie van het navigatiesysteem
gevoerd. Verwijder eerst de transportbeschermfolie van het scherm.
Laad de meegeleverde accu's op. Houd u hierbij aan de tabel met oplaadtijde. Draai de accuvergrendeling 90° tegen de klok in. Open het accuvak en plaats de opgeladen accu's.
Let daarbij op de juiste polariteit (zoals afgebeeld in het apparaat).
Sluit het accuvak en vergrendel het door de vergrendeling 90° met de klok mee
te draaien.
6.1. Accu opladen in oplader
U kunt de accu's van uw navigatieapparaat opladen via de meegeleverde oplader:
• Plaats telkens slechts 2 of 4 accu's van AA- of AAA-formaat tegelijkertijd in de voorste of achterste oplaadschachten van de oplader.
• Gebruik uitsluitend accu's met een maximale capaciteit van
2200 mAh.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen niet-oplaadbare accu's. Deze kunnen over-
verhit raken in de oplader en eventueel ontploffen.
LET OP!
Afhankelijk van de laadtoestand van de geplaatste accu’s kan
het noodzakelijk zijn de accu’s eerst enige tijd te laten opladen
voordat de eerste installatie kan worden uitgevoerd.
Plaats twee oplaadbare accu’s van het type AA in de oplader. De oplader stelt au-
tomatisch de geschikte laadspanning in.
18 van 38
LET OP!
Let erop dat de oplaadbare accu's van het NiMH-type zijn! Gebruik alleen accu's van hetzelfde type (AA (HR6) en met dezelfde capaciteit).
Gebruik tijdens het opladen nooit oplaadbare accu's van de types AA en AAA door elkaar.
Verzeker u ervan dat de polariteit +/- van de oplaadbare batterijen (accu's) klopt met de tekst op het oplaadvak.
Nadat u de oplaadbare accu's hebt geplaatst, steekt u de stekker van de oplader
in een goed bereikbaar stopcontact van 230 V ~ 50 Hz.
De led van het desbetreffende accuvak brandt rood.
OPMERKING!
De oplader laadt continu op en het rode oplaadlampje brandt voortdurend. Houd daarom rekening met de hieronder aangegeven oplaadtijden (bij benadering). Verwijder de accu’s nadat deze gedurende de
aangegeven tijden zijn opgeladen. Haal vervolgens de stekker van de
oplader uit het stopcontact. De oplaadtijden kunnen variëren, afhankelijk van leeftijd en fabrikant.
De meegeleverde LSD NiMH-accu’s van MEDION hebben een oplaadtijd van ca. 11 uur. Deze LSD-accu’s hebben een geringe zelfontlading en
zijn daardoor volledig gebruiksklaar zelfs nadat zij langere tijd niet zijn
gebruikt.
U kunt uw navigatieapparaat in- en volledig weer uitschakelen door langer dan 3
seconden op de aan/uit-schakelaar te drukken.
OPMERKING!
Door de gegevensopslag in het interne geheugen gaan hierbij geen gegevens verloren. Alleen het opstartproces duurt iets langer.
7. Algemene gebruiksaanwijzingen
7.1. In- en uitschakelen
Druk kort op de aan/uit-schakelaar om uw navigatiesysteem in te schakelen
(stand-by modus).
OPMERKING!
Ook in de stand-by modus verbruikt uw navigatiesysteem weinig
stroom en de batterij wordt ontladen.
Druk kort op de aan- en uitschakelaar, om uw navigatietoestel uit te zetten. Het
volgende krijgt u te zien:
20 van 38
U hebt nu meerdere keuzemogelijkheden:
ToetsBeschrijving
Afbreken/terug
Als u per vergissing in deze scherm bent terechtgekomen, dan tikt u op de
pijl om weer naar het vorige scherm terug te gaan.
Standby modus
Als u op deze knop tikt, dan gaat uw toestel in de stand-by modus.
Reset
Als u op deze knop tikt, dan voert u een reset uit.
Schermblokkering
Het blokkeren of
deblokkeren van het beeldscherm ter bescherming tegen onbedoelde
en ongewenste invoer
NL
FR
DE
21 van 38
8. Navigatiesysteem herstellen
Er bestaat een mogelijkheid om het navigatiesysteem te resetten indien het niet
meer juist reageert of werkt.
Bij deze mogelijkheid start het navigatiesysteem opnieuw op, zonder dat het nodig
is een nieuwe installatie te doen. De Reset wordt dikwijls gebruikt om het geheugen
te reorganiseren. Daarbij worden alle lopende programma’s afgebroken en wordt
het werkgeheugen opnieuw van zijn beginwaarden voorzien.
U gebruikt deze mogelijkheid wanneer uw navigatiesysteem niet meer correct reageert of werkt.
U kunt uw apparaat op twee manieren resetten.
8.1. Reset
Druk even op de in-/uitschakelaar. Dan verschijnt het volgende scherm:
Wanneer u een reset wilt uitvoeren, klikt u op de toets .
Meer informatie over dit scherm vindt u in de paragraaf In- en uitschakelen.
22 van 38
8.2. Volledig uitschakelen / Hard Reset
NL
LET OP!
Een Hard Reset verwijdert alle gegevens in het tijdelijke
geheugen.
Uw navigatiesysteem bevindt zich normaal gesproken in de stand-by modus, als u
het uitgeschakeld hebt door kort te drukken op de aan/uitschakelaar. Bovendien
kan het systeem ook helemaal uitgeschakeld worden, zodat het zo weinig mogelijk
energie verbruikt. Als u het toestel volledig uitschakelt, gaan alle gegevens in het tijdelijke geheugen verloren (Hard Reset).
Zo schakelt u uw navigatiesysteem volledig uit:
Druk lang (> 3 sec.) op de aan-/uitschakelaar, om het toestel uit te schakelen. Druk lang (> 3 sec.) op de aan-/uitschakelaar, om het toestel opnieuw in te
schakelen.
Als uw toestel in de fabriek al met de basisgegevens van de navigatiesoftware in het
niet-tijdelijke geheugen uitgerust is, dan dient u niet de software opnieuw te
installeren.
FR
DE
23 van 38
9. Navigatie
Een uitvoerige handleiding vindt u op de bijbehorende DVD.
9.1. Veiligheidstips voor navigatie
• Voer geen instellingen aan het navigatiesysteem uit tijdens het rijden, om uzelf en anderen niet nodeloos in gevaar te brengen!
LET OP!
De aanleg van het wegennet een het verkeersreglement heeft
voorrang op de instructies van het navigatiesysteem. U mag de
instructies enkel volgen als de verkeerssituatie en het verkeersreglement dit toestaan!
• De richtlijnen van het navigatiesysteem ontslaan de bestuurder
niet uit zijn plicht tot zorgvuldigheid en verantwoordelijkheid.
• Plan de routes voor u moet vertrekken. Als u tijdens het rijden een
nieuwe route moet invoeren, stop dan even.
• Om het GPS-signaal correct te ontvangen, mogen geen metaalachtige voorwerpen de radio-ontvangst verhinderen. Bevestig het
toestel met de zuignap aan de binnenkant van de voorruit of in de
buurt van de voorruit. Probeer meerdere plaatsen in uw voertuig
uit om een optimale ontvangst te verkrijgen.
9.2. Stand van de antenne
De antenne moet een vrije zicht naar de hemel hebben voor de ontvangst van de signalen van de GPS-satelieten.
24 van 38
9.3. Stuur-/fi etsbevestiging (optioneel)
Als optionele uitbreiding kunt u uw navigatiesysteem aan een stuur bevestigen.
Daarvoor hebt u een speciale houder nodig. Hieronder wordt de montage uitgelegd.
Draai beide schroeven met de inbussleutel los. Verwijder de rubberen ring en bevestig deze rond het stuur. Plaats de houder rond het stuur en draai de beide schroeven weer vast. Voor dik-
kere stuurstangen gebruikt u de meegeleverde alternatieve houder.
Zet de houder op de houderplaat door de beide vergrendelingen samen te
drukken.
Plaats het navigatiesysteem in de houder. Let er op dat de houder goed vastzit. Zet het navigatiesysteem tevens extra stevig vast met de rubberen ring.
De CleanUp-functie dient voor het gericht wissen van pc-gegevens die niet langer
gebruikt worden.
OPMERKING!
Gebruik deze functie zeer voorzichtig aangezien er gegevens gewist
kunnen worden die dan handmatig hersteld moeten worden.
NL
FR
DE
De CleanUp-functie wordt geactiveerd wanneer onmiddellijk na de starttoon na
een reset kortstondig de „o“ in het GoPal-schrift van het hoofdmenu aangetikt
wordt.
25 van 38
De CleanUp-functie bevat verschillende opties:
1. Remove Installation Only
Verwijdert de geïnstalleerde SW uit het permanente geheugen „My Flash Disk“
[= onderdeel van het permanente geheugen waar na de eerste installatie de uitvoerbare onderdelen van de navigatiesoftware zijn opgeslagen (\My Flash Disk\Navigation) en \My Flash Disk\MNAV)].
2. Remove MAP Only
Verwijdert de digitale kaarten uit het permanente geheugen (\My Flash Disk\MapRegions).
3. Remove Preload Only
Verwijdert de voor de installatie van het navigatiesysteem noodzakelijke gegevens
uit het permanente geheugen (\My Flash Disk\Install).
4. Remove All
Wist de inhoud van het “My Flash Disk” geheugen. Het is niet nodig het scherm na
het uitvoeren van deze functie opnieuw te kalibreren.
5. Factoryreset
Terugzetten in de leveringstoestand bij intacte hoofdinstallatie.
6. Format Flash
Formatteert het interne “My Flash Disk” geheugen. Bij een uitgebreide foutcorrectie
kan deze formattering eventueel noodzakelijk zijn. Na de uitvoering van de formatfunctie is het noodzakelijk het scherm opnieuw te kalibreren. Ook worden alle gegevens in het interne “My Flash Disk” geheugen gewist, zonder kans op herstelling
(kijk Remove All).
26 van 38
7. GPS Factory Reset
Bepaalt de toestand van de GPS-ontvanger bij levering. Bij gebruik van de
GPS-functie nadat de fabrieksinstellingen gereset werden, moet de GPS- ontvanger
zich weer oriënteren. Dat proces kan een poosje in beslag nemen.
8. DC AutoSuspend /Wakeup
Hier kunt u kiezen, wanneer uw navigatiesysteem automatisch in de stand-by-modus moet gaan wanneer de externe stroomvoorziening onderbroken wordt. Deze
functie is bijvoorbeeld nuttig bij voertuigen waarbij de sigarettenaansteker uitgeschakeld wordt wanneer het contact uitgeschakeld wordt.
De autoSuspend-functie wordt enkele seconden na het wegvallen van de externe
stroomvoorziening geactiveerd en voor de ingestelde tijd verschijnt het stand-byscherm. Wanneer de stroomvoorziening binnen de totale tijd weer op gang komt
(bijvoorbeeld wanneer de motor even uitgeschakeld werd), wordt de DC autoSuspend-functie weer gedeactiveerd. Zo niet, dan gaat het navigatiesysteem na afloop
van de ingestelde tijd in de stand-by-modus. Stel de gewenste tijd in door aan te
tikken en bevestig uw keuze met OK.
NL
FR
DE
9. Static Navigation
Met deze instelling kunt u de optie Statische navigatie van de gps-ontvanger in- of uitschakelen. Standaard is deze functie uitgeschakeld (Off)
.
OPMERKING!
Bij levering en na een Hard Reset is deze functie gedeactiveerd en kan
ze individueel ingesteld worden.
27 van 38
Exit
Verlaat de CleanUp-functie en herstart het apparaat (zoals een reset)
OPMERKING!
Voordat de gegevens werkelijk gewist worden, is er een bevestiging nodig. Tik hiervoor op YES. Indien de te wissen gegevens niet (meer) voorhanden zijn, krijgt u een bijhorende melding. Om de gegevensbestanden in het interne geheugen .
11. Synchronisatie met de PC
11.1. Microsoft® ActiveSync® installeren
Voor de overdracht van gegevens tussen uw pc en uw navigatiesysteem heeft u het
programma Microsoft® ActiveSync® nodig.
U hebt samen met uw apparaat een licentie van dit programma verkregen. U vindt
het op de DVD.
OPMERKING!
Gebruikt u het besturingssysteem Windows Vista/Windows®7/
Windows®7, dan heeft u de ActiveSync®-communicatiesoftware
niet nodig. De systeem-bestanden die nodig zijn voor de pure
overdracht van gegevens zijn bij levering al geïntegreerd in het
besturingssysteem. Sluit uw toestel met behulp van de USBsynchronisatiekabel op uw PC aan. Nadat een nieuw toestel
gevonden werd, worden alle noodzakelijke drivers automatisch
geïnstalleerd.
Na een geslaagde installatie, vindt u uw nieuw toestel terug in
het overzicht van Windows Explorer, onder item „draagbare toestellen“.
28 van 38
WAARSCHUWING!
Bij de installatie van software kunnen belangrijke bestan-
den overschreven en gewijzigd worden. Om bij eventuele
problemen na de installatie op de originele bestanden te
kunnen teruggrijpen, dient u voor de installatie een backup van de harde schijf te nemen.
OPMERKING!
De navigatiesysteem nog niet met uw PC verbinden.
Plaats de DVD en wacht tot het programma automatisch start.
OPMERKING!
Indien dat niet werkt, is waarschijnlijk de zogenoemde Autorun functie
gedeactiveerd. Om de installatie manueel te starten, moet het program-
ma Setup op de DVD gestart worden.
Selecteer eerst de taal en klik vervolgens op ActiveSync® installeren en volg de
aanwijzingen op het beeldscherm.
OPMERKING!
Bij de installatie van de GoPal Assistant wordt ActiveSync® automatisch
mee geïnstalleerd.
11.1.1. Aansluiten op de PC
U start het navigatietoestel door de aan-/uitschakelaar in te duwen U sluit de USB-kabel op uw navigatiesysteem aan. Het andere uiteinde van de USB-kabel sluit u aan op een vrije USB-poort van uw
computer.
Na de aansluiting van het navigatiesysteem verschijnt het volgende scherm:
NL
FR
DE
OpslagmodusActiveSync®- modus
29 van 38
Loading...
+ 82 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.