Gebrauchsanleitung
Weinklimaschrank
Seite 2-13
Operating Instructions
Wine storage refrigerator
Page 14-25
Gebruiksaanwijzing
Wijnbewaarkast
Pagina 26-37
Mode d'emploi
Armoire de climatisation
des vins
Page 38-49
Instrucciones de manejo
Frigorífico bodeguero
Página 50-61
7080 375-00 1205
Istruzione d'uso
Frigorifero climatizzator
per vini
Pagina 62-73
Hartelijk dank
voor uw vertrouwen.
Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van deze wijnbewaarkast. U hebt met dit product,
dat overtuigt door perfect bedieningscomfort, degelijke betrouwbaarheid en hoogwaardige kwaliteit, gekozen voor een eersteklas apparaat. Wij wensen u veel plezier met uw
nieuwe wijnbewaarkast en veel genoegen bij de consumptie van uw wijn.
Hoe minder druiven er
op een vlakte geproduceerd worden, des te
beter wordt uw wijn.
Schrale bodems met goede drainage zijn de
beste voorwaarde voor goede wijnen. De
toestand van de bodem bepaalt de vitaliteit
van de wijnranken en dit beïnvloedt dan
weer de kwaliteit van de druiven. Naast
de bodem is ook het klimaat van doorslaggevend belang voor de wijn. Immers: ook
licht en luchtvochtigheid zijn belangrijk
voor de smaakrijpheid van de wijn.
De juiste omgeving
voor uw wijnen.
Een wijnstok is een uiterst gevoelig gewas.
Van de aanplanting, over de rijpingsperiode tot op het moment van de oogst en de
wijnbereiding is hij afhankelijk van drie
factoren: licht, luchtvochtigheid en omgevingstemperatuur. Deze gevoeligheid blijft
ook onveranderd behouden na het bottelen. Om de volle rijpheid van de smaak te
verkrijgen of om het juiste wijnaroma te
produceren, moet de wijn perfect bewaard
worden - en hiervoor biedt uw wijnbewaarkast de perfecte omstandigheden.
26
Inhoud Pagina
Opstellen
Afmetingen
Aansluiten
Apparaat in- en uitschakelen
Temperatuur instellen
Vullen
Bewaren van wijn
Absorptiekoolfilter ................................................
Etiketten
Binnenverlichting
Ontdooien
Reinigen ................................................................30-31
Storingen
Opslagschetsen ......................................................32-33
Draairichting deur veranderen ...........................34-35
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Buiten werking stellen
Aanwijzingen ter bescherming van het milieu
Algemene Bepalingen ...........................................36-37
28-29
NL
27
Opstellen
• De temperatuur in de plaats van opstelling moet tussen de 8° en 43 °C (Apparaten
met glazen deur 10° - 38° C) liggen.
Plaats het apparaat niet waar hij rechtstreeks blootgesteld wordt aan de zon en ook
niet in de buurt van warmtebronnen zoals een haard of verwarming.
• Monteer de handgreep op de deur zoals weergegeven op de afbeelding onder "Draairichting deur veranderen". Door het apparaat zelf te monteren helpt u het verpakkingsmateriaal te reduceren.
• De vloer op de plaats van opstelling moet waterpas en gelijk zijn. Oneffenheden kunt
u wegwerken via de stelpoten.
De achterkant van het apparaat mag direct tegen de muur worden geplaatst.
• Zorg voor goede ver- en ontluchting.
• De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm EN 378 pro 8 g koelmiddelmassa R 600a 1 kubieke m bezitten zodat er in geval van een lekkage in het
koelmiddelcircuit geen ontvlambare gas-lucht-mengeling in de plaatsingsruimte van
het apparaat kan ontstaan. Informatie over de hoeveelheid koelmiddel vindt u op het
typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat.
Afmetingen
Serie 18: hoogte: 884 mm, breedte: 602 mm, diepte: 631 mm
Serie 29: hoogte: 1250 mm, breedte: 659 mm, diepte: 683 mm
Serie 41: hoogte: 1644 mm, breedte: 659 mm, diepte: 683 mm
Serie 46: hoogte: 1841 mm, breedte: 659 mm, diepte: 683 mm
Serie 57: hoogte: 1705 mm, breedte: 755 mm, diepte: 720 mm
Aansluiten
Controleer op het typeplaatje of uw apparaat geschikt is voor 220/230 V 50 Hz. Het
typeplaatje bevindt zich links boven aan de binnenkant. Laat uw installateur controleren of het te gebruiken stopcontact randaarde heeft en door een zekering van minimaal
10 ampère beveiligd is.
Laat het apparaat na het transport ca. 1/2 tot 1 uur rusten, voor u het zoals voorgeschreven aansluit op een geaard veiligheidsstopcontact. Het stopcontact mag niet door
de achterkant van het apparaat bedekt worden en moet goed bereikbaar blijven.
Apparaat in- en uitschakelen
Wij adviseren u om het apparaat te reinigen voordat u het in gebruik neemt (zie verder
onder "Reinigen"). Het apparaat is gekeurd en wordt geleverd met fabrieksinstellingen
voor normaal bedrijf. Wanneer u de stekker in een voorgeschreven stopcontact steekt,
treedt het apparaat in werking.
• Uitschakelen: Trek de stekker uit het stopcontact of draai de zekering in de meterkast eruit.
28