De fabrikant werkt voortdurend aan de verdere ontwikkeling
van alle typen en modellen. Daarom vragen wij om uw begrip
voor het feit dat wij wijzigingen in vorm, uitvoering en techniek
moeten voorbehouden.
Om alle voordelen van uw nieuwe apparaat te leren kennen, de
instructies in deze handleiding aandachtig doorlezen a.u.b.
De handleiding geldt voor meerdere modellen, afwijkingen zijn
mogelijk. Paragrafen die alleen voor bepaalde apparaten van
toepassing zijn, zijn gekenmerkt met een sterretje (*).
Gebruiksaanwijzingen zijn gekenmerkt met een ,
gebruiksresultaten met een .
1 Het apparaat in vogelvlucht
1.1 Overzicht apparaat en uitrusting
Aanwijzing
Levensmiddelen zoals in de afbeelding getoond sorteren.
u
Zo werkt het apparaat energiebesparend.
Plateaus, schuifladen of manden zijn in de geleverde
u
toestand voor een optimale energie-efficiëntie ingedeeld.
Het apparaat is alleen geschikt voor het koelen van levensmiddelen in huishoudelijke of soortgelijke omgeving. Hiertoe
behoort bijvoorbeeld het gebruik
in personeelskeukens, bed and breakfasts,
-
door gasten in landhuizen, hotels, motels, en andere onder-
-
komens,
voor catering en soortgelijke diensten in de groothandel
-
Gebruik het apparaat alleen voor huishoudelijke toepassingen.
Alle andere toepassingen zijn niet toegestaan. Het apparaat is
niet geschikt voor het bewaren en koelen van medicijnen,
bloedplasma, laboratoriumpreparaten en dergelijke stoffen en
producten als genoemd in de richtlijn inzake medische hulpmiddelen 2007/47/EG. Misbruik van het apparaat kan leiden tot
schade aan bewaarde producten of tot bederf ervan. Daarnaast is het apparaat niet geschikt voor gebruik op plaatsen
waar ontploffingsgevaar kan heersen.
Het apparaat is volgens de klimaatklasse gebouwd voor
gebruik bij bepaalde omgevingstemperaturen. De klimaatklasse van uw apparaat vindt u op het typeplaatje.
2
Page 3
Aanwijzing
Respecteer de opgegeven omgevingstemperaturen, zoniet
u
vermindert de koelprestatie.
Klimaatklasse
SN10 °C tot 32 °C
N16 °C tot 32 °C
ST16 °C tot 38 °C
T16 °C tot 43 °C
voor omgevingstemperaturen van
1.3 Conformiteit
Het koelmiddelcircuit werd op lekkages gecontroleerd. Het
apparaat voldoet aan de van toepassing zijnde veiligheidsbepalingen en de EG-richtlijnen 2006/95/EG, 2004/108/EG,
2009/125/EG en 2010/30/EU.
1.4 Opstelafmetingen
Fig. 2
OmschrijvingH (mm)
KB(esf) 421852
KB 361655
1.5 Energie sparen
Zorg altijd voor een goede luchttoevoer en -afvoer. Ventila-
-
tieopeningen resp. -roosters niet afdekken.
Ventilatorluchtspleten altijd vrij houden.
-
Stel het apparaat niet op in direct zonlicht en ook niet naast
-
een fornuis, verwarming of dergelijke.
Het energieverbruik is afhankelijk van opstellingsomstandig-
-
heden b.v. de omgevingstemperatuur (zie 1.2) .
Open het apparaat zo kort mogelijk.
-
Algemene veiligheidsvoorschriften
Hoe lager de temperatuur wordt ingesteld, des te hoger is
-
het energieverbruik.
Zet de levensmiddelen soort bij soort. (zie Het apparaat in
-
vogelvlucht).
Alle levensmiddelen goed verpakt en afgedekt opslaan.
-
Rijpvorming wordt vermeden.
Levensmiddelen slechts zolang als nodig buiten het appa-
-
raat laten staat, zodat ze niet te warm worden.
Warme gerechten in de kast plaatsen: eerst laten afkoelen
-
tot kamertemperatuur.
Stof doet het energieverbruik toenemen:
de koelmachine met warmtewisselaar -
-
metalen rooster aan de achterkant van
het apparaat - eens per jaar afstoffen.
2 Algemene veiligheidsvoorschriften
Gevaren voor de gebruiker:
Dit apparaat is niet bestemd voor personen (ook kinderen)
-
met fysieke, sensorische of mentale beperkingen of
personen, die niet over voldoende ervaring en kennis
beschikken. Tenzij zij door een persoon, die voor hun veiligheid verantwoordelijk is, het gebruik van het apparaat
worden onderwezen en die aanvankelijk toezicht uitoefent.
Erop toezien, dat kinderen niet met het apparaat spelen.
In geval van storing stekker uit het stopcontact trekken
-
(daarbij niet aan het netsnoer trekken) of zekering uitschakelen.
Reparaties, aanpassingen aan het apparaat en het
-
vervangen van het netsnoer alleen laten uitvoeren door de
Technische Dienst of ander daarvoor opgeleid vakpersoneel.
Als u het stroomsnoer van het apparaat uit het stopcontact
-
trekt, altijd bij de stekker nemen. Niet aan het snoer trekken.
Apparaat alleen conform de beschrijving in de handleiding
-
monteren en aansluiten.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef hem
-
eventueel aan de volgende eigenaar door.
De lampen voor speciale doeleinden (gloeilampen, led, TL-
-
lampen) in het apparaat zijn bedoeld om de binnenruimte te
verlichten en niet geschikt als kamerverlichting.
Brandgevaar:
Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar
-
brandbaar. Ontsnappend koelmiddel kan vlam vatten.
De buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet bescha-
•
digen.
Binnenin het apparaat geen open vuur of ontstekings-
•
bronnen gebruiken.
Binnenin het apparaat geen elektrische apparaten
•
gebruiken (b.v. stoomreinigers, verwarmingsapparatuur,
ijsmachines enz.).
Wanneer koelmiddel ontsnapt: open vuur of ontstekings-
•
bronnen in de nabijheid van het lekpunt verwijderen.
Stekker uit het stopcontact trekken. Ruimte goed ventileren. Contact opnemen met de Technische Dienst.
Geen explosieve stoffen of spuitbussen met brandbare drijf-
-
gassen, zoals b.v. butaan, propaan, pentaan enz. in het
apparaat bewaren. Zulke spuitbussen zijn herkenbaar aan
de op de verpakking vermelde inhoudsstoffen of een vlammensymbool. Eventueel ontsnappende gassen kunnen door
elektrische componenten vlam vatten.
Houd brandende kaarsen, lampen en andere voorwerpen
-
met open vlammen uit de buurt van het apparaat, zodat ze
geen brand veroorzaken.
Sterke alcohol alleen goed gesloten en rechtop staand
-
opslaan. Eventueel lekkende alcohol kan door elektrische
componenten vlam vatten.
3
Page 4
Bedienings- en controle-elementen
Gevaar voor vallen en omkiepen:
Plint, laden, deuren enz. niet als voetensteun of om te
-
leunen misbruiken. Dit geldt in het bijzonder voor kinderen.
Gevaar voor voedselvergiftiging:
Te lang opgeslagen levensmiddelen niet meer nuttigen.
-
Gevaar voor bevriezingen, gevoelloosheid en pijn:
Langdurig huidcontact met koude oppervlakken en
-
gekoelde of ingevroren levensmiddelen vermijden of veiligheidsmaatregelen treffen, b.v. handschoenen dragen.
Consumptie-ijs, met name waterijs of ijsblokjes niet onmiddellijk en niet te koud consumeren.
Neem de specifieke aanwijzingen in de overige hoofdstukken in acht:
GEVAARduidt een direct gevaar aan, die de
dood of ernstig lichamelijk letsel tot
gevolg kan hebben wanneer dit
gevaar niet vermeden wordt.
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
LET OPduidt een gevaarlijke situatie aan,
Aanwijzinggeeft aan dat praktische aanwij-
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die de dood of ernstig lichamelijk
letsel tot gevolg kan hebben
wanneer dit gevaar niet vermeden
wordt.
duidt een gevaarlijke situatie aan,
die lichamelijk letsel tot gevolg kan
hebben wanneer dit gevaar niet
vermeden wordt.
die materiële schade tot gevolg kan
hebben wanneer dit gevaar niet
vermeden wordt.
zingen en tips gegeven worden.
3 Bedienings- en controle-
4 In gebruik nemen
4.1 Apparaat transporteren
Gevaar voor verwonding en beschadiging door verkeerd transport!
u
u
u
4.2 Apparaat opstellen
Brandgevaar door vocht!
Wanneer stroomgeleidende delen of de stroomaansluiting
vochtig worden, kan dat leiden tot kortsluiting.
u
Brandgevaar door kortsluiting!
Wanneer netsnoer/stekker van het apparaat of een ander
apparaat en de achterzijde van het apparaat tegen elkaar
liggen, kunnen netsnoer/stekker door trillen van het apparaat
worden beschadigd, wat tot kortsluiting kan leiden.
u
u
VOORZICHTIG
Het apparaat verpakt transporteren.
Het apparaat rechtop transporteren.
Het apparaat niet alleen transporteren.
WAARSCHUWING
Het apparaat is ontworpen voor gebruik in een gesloten
ruimte. Het apparaat niet buiten, in een vochtige omgeving
of binnen bereik van spatwater plaatsen.
WAARSCHUWING
Apparaat zo opstellen, dat stekker of netsnoer niet tegen het
apparaat liggen.
Stopcontacten die zich aan de achterzijde van het apparaat
bevinden niet gebruiken om het apparaat of andere apparaten aan te sluiten.
Brandgevaar door koelmiddel!
Het gebruikte koelmiddel R 600a is milieuvriendelijk, maar
brandbaar. Ontsnappend koelmiddel kan vlam vatten.
u
Gevaar voor brand en beschadiging!
u
Gevaar voor brand en beschadiging door verstopte ventilatieopeningen!
u
LET OP
Gevaar voor beschadiging door condenswater!
u
q
q
WAARSCHUWING
De buisleidingen van het koelmiddelcircuit niet beschadigen.
WAARSCHUWING
Plaats geen warmte afgevende apparaten, bijv. magnetron,
toaster enz. op het apparaat!
WAARSCHUWING
De ventilatieopeningen regelmatig schoonmaken. Zorg altijd
voor een goede luchttoevoer en -afvoer!
het apparaat niet strak naast een ander koel-/vriesapparaat
zetten.
Neem bij beschadiging van het apparaat onmiddellijk - nog
voor het aansluiten - contact op met de leverancier.
De vloer waar het apparaat komt te staan moet waterpas en
vlak zijn.
4
Page 5
In gebruik nemen
Stel het apparaat niet op in direct zonlicht en ook niet naast
q
een fornuis, verwarming of dergelijke.
Het apparaat met de achterkant en indien gewenst inclusief
q
de meegeleverde wandafstandhouders (zie beneden) direct
tegen de muur plaatsen.
Het apparaat mag alleen in onbeladen toestand worden
q
verschoven.
Stel het apparaat niet op zonder hulp.
q
De plaatsingsruimte van uw apparaat moet volgens de norm
q
EN 378 per 8 g R 600a koelmiddel over een volume van
1 m3 beschikken. Indien de plaatsingsruimte te klein is, kan
in geval van een lek in het koelmiddelcircuit een ontvlambaar gas-lucht-mengsel ontstaan. Informatie over de
hoeveelheid koelmiddel vindt u op het typeplaatje aan de
binnenkant van het apparaat.
Haal het aansluitsnoer van de achterzijde van het apparaat.
u
Verwijder hierbij de snoerhouder, anders kunnen trillingsgeluiden ontstaan!
Haal de beschermfolie van de buitenzijde van het apparaat.*
u
LET OP*
De edelstalen deuren zijn voorzien van een hoogwaardige
oppervlaktecoating en mogen niet met het bijgevoegde reinigingsmiddel worden behandeld.
Dit zou het oppervlak kunnen aantasten.
De gecoate deuroppervlakken mogen uitsluitend met een
u
zachte schone doek worden afgeveegd.
Breng alleen op de roestvrijstalen zijwanden een verzor-
u
gingsmiddel gelijkmatig en in slijprichting aan. De reiniging
op een later tijdstip wordt daardoor eenvoudiger.
Gelakte zijwanden mogen uitsluitend met een zachte
u
schone doek worden afgeveegd.
Torx® 25
q
Torx® 15
q
schroevendraaier
q
eventueel accuschroevendraaier
q
eventueel een tweede persoon voor de montage
q
4.3.1 Deur afnemen
Aanwijzing
Verwijder levensmiddelen uit de deurvakken voordat de
u
deur wordt afgenomen, zodat er geen levenmiddelen uit
vallen.
Fig. 4
Sluit de deur.
u
Afdekking
u
Afdekking
u
Fig. 4 (10)
Fig. 4 (11)
naar voren en boven wegtrekken.
eraf nemen.
Trek de beschermfolie van de sierlijsten.*
u
Verwijder alle transportbeveiligingsonderdelen.
u
Voer de verpakking af (zie 4.5) .
u
Stel het apparaat met de
u
meegeleverde steeksleutel en
met behulp van de stelpootjes
(A) en een waterpas stevig en
vlak op.
Vervolgens de deur onder-
u
steunen: stelvoet bij lagerbus
(B) uitdraaien tot deze op de
vloer komt, daarna 90° verder
draaien.
Aanwijzing
Apparaat reinigen (zie 6.1) .
u
Als het apparaat in een erg vochtige omgeving staat, kan er
condens worden gevormd op de buitenkant van het apparaat.
Zorg altijd goed voor een goede ventilatie van de plaatsings-
u
ruimte.
4.3 Deurscharniering veranderen
Indien nodig kunt u de scharniering van de deur veranderen:
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding wanneer de deur eruit valt!
Deur goed vasthouden.
u
Deur voorzichtig neerzetten.
u
Bovenste lagerbus
u
25)
Fig. 4 (13)
Deur naar boven optillen en opzij leggen.
u
Fig. 4 (12)
en naar boven eraf trekken.
losschroeven (2 maal Torx®
4.3.2 Lagerdelen omplaatsen
LET OP
Gevaar voor beschadigingen aan Side-by-Side apparaten door
condenswater!
Wanneer een Side-by-Side apparaat (S…) samen met een
tweede apparaat wordt gemonteerd (als SBS-combinatie)
moet de scharnierkant blijven zoals hij werd aangeleverd.
Wissel de scharnierkant niet.
u
Controleer of volgend gereedschap klaar ligt:
Lagerbout
u
stelpootje
Stop
u
Lagerbus
u
Fig. 5 (22)
Fig. 5 (24)
Fig. 5 (21)
Fig. 5 (25)
compleet met schijfje
naar boven eruit trekken.
eraf halen.
losschroeven
Fig. 5 (26)
Fig. 5 (23)
.
Fig. 5
en
5
Page 6
In gebruik nemen
Lagerdeel
u
tegenoverliggende opnamegat van de lagerbus omzetten en
weer vastschroeven.
Afdekking aan de greepzijde
u
en op de tegenoverliggende zijde plaatsen.
Lagerbus
u
behulp van een accuschroevendraaier weer goed (met
4 Nm) vastschroeven.
Stop
u
Lagerbout
u
weer aanbrengen. Er daarbij op letten, dat de sluitnok naar
achter wijst.
Fig. 5 (28)
Fig. 5 (25)
Fig. 5 (21)
Fig. 5 (22)
losschroeven
aan de nieuwe scharnierzijde evt. met
weer in het andere gat aanbrengen.
compleet met schijfje en stelpootje
Fig. 5 (29)
Fig. 5 (27)
en in het
voorzichtig optillen
4.3.3 Greep omzetten
Veerklem
u
verplaatsen: Sluitnok
omlaag drukken, veerklem eroverheen eraf
trekken.
Veerklem aan de nieuwe
u
scharnierkant weer erin
schuiven totdat hij inklikt.
Fig. 6 (31)
Fig. 6
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door eruit vallende deur!
Als de lageronderdelen niet goed zijn vastgeschroefd, kan de
deur eruit vallen. Dit kan zwaar letsel tot gevolg hebben.
Bovendien sluit de deur evt. niet, zodat het apparaat niet goed
koelt.
De lagerbussen met 4 Nm goed vastschroeven.
u
Alle schroeven controleren en evt. aandraaien.
u
4.4 Inbouw in het keukenblok
Fig. 7
Til de stop
u
Deurgreep
u
Fig. 7 (34)
Bij het monteren van de drukplaatjes aan de andere kant
u
erop letten dat ze vastklikken.*
Fig. 7 (33)
Fig. 7 (32)
verwijderen en aan de andere kant aanbrengen.
uit de deurlagerbus en plaats hem om.
, stoppen
Fig. 7 (33)
en drukplaatjes*
4.3.4 Deur monteren
Plaats de deur van boven op de lagerbout beneden
u
Fig. 5 (22)
Sluit de deur.
u
Plaats de bovenste lagerbus
u
scharnierkant in de deur.
Bovenste lagerbus
u
schroeven (2 maal Torx® 25)
gaten indien nodig voor of gebruik de accuschroevendraaier.
Afdekking
u
tegenoverliggende zijde vastklikken.
.
Fig. 4 (12)
Fig. 4 (10)
Fig. 4 (12)
goed (met 4 Nm) vast-
Fig. 4 (13)
en afdekking
aan de nieuwe
. Steek de schroef-
Fig. 4 (11)
elk op de
4.3.5 Deur uitlijnen
De deur eventueel via de beide langsgaten in de lagerbus
u
onder
Fig. 5 (25)
middelste schroef uitdraaien.
ten opzichte van de kast uitlijnen. Daartoe
Fig. 8
(1) Opbouwkast(3) Keukenkast
(2) Apparaat(4) Wand
Het apparaat
Om het apparaat aan de hoogte van het keukenblok aan te
passen, kunt u er een passende opbouwkast
plaatsen.
Bij ombouw met keukenkasten (max. diepte 580 mm) kan het
apparaat direct naast de keukenkast
steld. De apparaatdeur steekt opzij 34 mm en in het midden
van het apparaat 50 mm uit ten opzichte van het keukenkastfront. Hierdoor is de deur zonder problemen te openen en
sluiten.
Belangrijk voor de ventilatie:
Houd achter de gehele breedte van de opbouwkast een
-
ruimte van minstens 50 mm diepte vrij voor luchtafvoer.
De ventilatieruimte onder het plafond moet minstens
-
300 cm2 bedragen.
Hoe groter de ventilatieruimte, hoe energiezuiniger het
-
apparaat werkt.
Plaatst u het apparaat met de scharnierkant naast een muur
Fig. 8 (4)
minstens 40 mm bedragen. Dit in verband met het uitsteken
van de deurgreep bij een geopende deur.
Fig. 8 (2)
, dan moet de afstand tussen apparaat en muur
kan worden ingebouwd in de keuken.
Fig. 8 (3)
Fig. 8 (1)
worden opge-
op
6
Page 7
Bediening
4.5 Afvalverwerking van de verpakking
Gevaar voor verstikking door verpakkingsmateriaal en folie!
u
De verpakking bestaat uit recyclebaar materiaal:
-
-
-
-
-
u
WAARSCHUWING
Kinderen niet met het verpakkingsmateriaal laten spelen.
Golfkarton/karton
Onderdelen uit geschuimd polystyreen
Folies en zakken uit polyetheen
Spanbanden uit polypropeen
Vastgespijkerd houten raam afgewerkt met poly-
ethyleen*
Breng het verpakkingsmateriaal naar een officieel inzamelpunt.
4.6 Apparaat aansluiten
LET OP
Gevaar voor beschadiging van de elektronische componenten!
Gebruik geen omvormer (omzetten van gelijkstroom naar
u
wisselstroom) of spaarstekker.
Brand- en oververhittingsgevaar!
u
Stroomsoort (wisselstroom) en spanning op de plaats van
bestemming moeten met de informaties op het typeplaatje (zie
Het apparaat in vogelvlucht) overeenstemmen.
Het apparaat alleen aansluiten op een volgens de
voorschriften geïnstalleerd stopcontact. Het stopcontact moet d.m.v. een zekering van 10 A of zwaarder
beveiligd zijn.
Het moet makkelijk toegankelijk zijn, zodat het apparaat in urgentiegevallen snel van de stroomvoorziening gescheiden kan worden. Het stopcontact mag
zich niet achter het apparaat bevinden.
u
u
WAARSCHUWING
Gebruik geen verlengsnoer of verdeeldoos.
Elektrische aansluiting controleren.
Steek de stekker in het stopcontact.
4.7 Apparaat inschakelen
Toets On/Off
u
Het apparaat is ingeschakeld. De temperatuurdisplay geeft
w
de ingestelde temperatuur weer.
Fig. 3 (1)
indrukken.
5.2 Koelgedeelte
Door de natuurlijke luchtcirculatie in het koelgedeelte ontstaan
er verschillende temperatuurbereiken. Direct boven de afscheiding tussen de BioFresh zone en de achterzijde is het het
koudste. Voorin aan de bovenkant en in de deur is het het
warmste.
5.2.1 Levensmiddelen koelen
Aanwijzing
Het energieverbruik stijgt en de koelprestatie vermindert bij
onvoldoende ventilatie.
Ventilatieluchtspleten altijd vrijlaten.
u
In het bovengedeelte en in de deur boter en conserven
u
bewaren. (zie Het apparaat in vogelvlucht)
Gebruik om te verpakken herbruikbare dozen van kunststof,
u
metaal, aluminium, glas en vershoudfolie.
het gedeelte vooraan op de bodem van het koelgedeelte
u
alleen gebruiken om producten korte tijd neer te zetten, bijv.
bij het opruimen of sorteren. Levensmiddelen daar niet laten
liggen, ze kunnen bij het sluiten van de deur naar achter
worden geschoven of omvallen.
Leg de levensmiddelen niet te dicht bij elkaar, zodat de lucht
u
goed kan circuleren.
Flessen tegen omvallen beveiligen: de flessenhouder
u
verschuiven.
5.2.2 Temperatuur instellen
De temperatuur is afhankelijk van de volgende factoren:
hoe vaak de deur wordt geopend
-
de temperatuur van de ruimte waar het apparaat staat
-
soort, temperatuur en hoeveelheid levensmiddelen
-
Aanbevolen temperatuurinstelling: 5 °C
U kunt de temperatuur doorlopend veranderen. Is de instelling
3 °C bereikt dan wordt opnieuw bij 9 °C begonnen.
Temperatuurverstelling oproepen: druk eenmaal op de
u
insteltoets
In het temperatuurdisplay knippert de LED van de huidige
w
temperatuur.
Druk net zo vaak op de insteltoets
u
gewenste temperatuur aangeven.
Aanwijzing
Door de insteltoets lang in te drukken wordt binnen een
u
kleine temperatuurzone (b.v.: tussen 5 °C en 6 °C) een iets
koudere waarde ingesteld. In het temperatuurdisplay is dan
de LED van de eerstvolgende lagere temperatuurzone
verlicht.
Fig. 3 (2)
.
Fig. 3 (2)
tot de LED's de
5 Bediening
5.1 Deuralarm
Wanneer de deur langer dan 60 s geopend is, gaat het akoestisch alarm af.
Het akoestisch alarm stopt automatisch, zodra de deur
gesloten wordt.
5.1.1 Deuralarm deactiveren
Het akoestisch alarm kan bij geopende deur worden uitgeschakeld. Het deactiveren werkt zolang de deur open staat.
Toets Alarm
u
Het akoestisch alarm gaat uit.
w
Fig. 3 (5)
indrukken.
5.2.3 SuperCool
Met SuperCool schakelt u het hoogste afkoelvermogen in.
Daarmee bereikt u lagere koeltemperaturen. Gebruik SuperCool om grote hoeveelheiden levensmiddelen snel af te
koelen.
SuperCool heeft een iets hoger energieverbruik.
Met SuperCool koelen
De koeltemperatuur daalt tot op de koudste waarde. Super-
w
Cool is ingeschakeld.
SuperCool schakelt na 6 tot 12 uur automatisch uit. Het
w
apparaat werkt in de energiebesparende normale modus
verder.
SuperCool voortijdig uitschakelen
SuperCool is uitgeschakeld.
w
7
Page 8
Bediening
5.2.4 Draagplateaus verplaatsen
De plateaus zijn door uittrekstops beveiligd tegen ongewild
uittrekken.
Til het draagplateau op en
u
trek het naar voren uit.
Plateaus op gewenste
u
hoogte terugschuiven. De
uittrekstops moeten naar
beneden wijzen en achter
de voorste steunrib liggen.
5.2.5 Deelbare draagplateau gebruiken
Fig. 9
De glasplaat (1) met de uittrekstoppers moet vooraan
u
liggen, zodat de stoppers (3) naar beneden wijzen.
5.2.6 Opbergvakken in de deur verplaatsen
Vakken uitnemen volgens de afbeel-
u
ding.
5.3.3 Levensmiddelen bewaren
Aanwijzing
Niet in het BioFresh-gedeelte horen koudegevoelige
u
groenten als komkommers, aubergines, halfrijpe tomaten,
courgettes en alle koudegevoelige zuidvruchten.
Zorg ervoor dat levensmiddelen niet bederven door overge-
u
dragen bacteriën: bewaar onverpakte dierlijke en plantaardige levensmiddelen gescheiden van elkaar in de laden. Dat
geldt ook voor verschillende soorten vlees.
Als u levensmiddelen omwille van plaatsgebrek samen moet
bewaren:
de levensmiddelen verpakken.
u
5.3.4 Bewaartijden
Richtwaarden voor de bewaartijd bij lage luchtvochtigheid
Botertot90dagen
Harde kazentot110dagen
Melktot12dagen
Vleeswaren, belegtot9dagen
Gevogeltetot6dagen
Varkensvleestot7dagen
Rundsvleestot7dagen
Wildtot7dagen
5.2.7 Flessenhouder uitnemen
Flessenhouder volgens afbeelding
u
uitnemen.
5.3 BioFresh-gedeelte
In het BioFresh-gedeelte unnen sommige levensmiddelen tot
drie maal langer worden bewaard dan bij traditioneel koelen en
blijft de kwaliteit behouden.
Voor levensmiddelen met een vervaldatum geldt altijd de
datum vermeld op de verpakking.
5.3.1 HydroSafe
De HydroSafe is bij een instelling op hoge luchtvochtigheid
geschikt voor het bewaren van onverpakte sla, groenten en
fruit die zelf veel vocht bevatten. Bij een goed gevulde schuiflade ontstaat een dauwfris klimaat met een luchtvochtigheid tot
maximaal 90 %. De luchtvochtigheid in het vak hangt af van het
vochtgehalte van de ingelegde producten en van hoe vaak het
vak wordt geopend. U kunt de vochtigheid zelf instellen.
5.3.2 DrySafe
De DrySafe is geschikt voor het bewaren van droge of verpakte
levensmiddelen (bijv. zuivelproducten, vlees, vis, vleeswaren).
Hier ontstaat een relatief droog bewaarklimaat.
Aanwijzing
Denk erom dat eitwitrijke levensmiddelen sneller bederven.
u
D.w.z. schaal- en schelpdieren bederven sneller dan vis, vis
sneller dan vlees.
Richtwaarden voor de bewaartijd bij hoge luchtvochtig-
heid
Groenten, salades
Artisjokkentot14dagen
Selderijtot28dagen
Bloemkooltot21dagen
Broccolitot13dagen
Witloftot27dagen
Veldslatot19dagen
Erwtentot14dagen
Groene kooltot14dagen
Wortelentot80dagen
Knoflooktot160dagen
Koolrabitot55dagen
Kropslatot13dagen
Kruidentot13dagen
Preitot29dagen
Champignonstot7dagen
Radijsjestot10dagen
Spruitjestot20dagen
Aspergestot18dagen
Spinazietot13dagen
8
Page 9
Richtwaarden voor de bewaartijd bij hoge luchtvochtig-
heid
Savooikooltot20dagen
Fruit
Abrikozentot13dagen
Appelstot80dagen
Perentot55dagen
Braambessentot3dagen
Dadelstot180dagen
Aardbeientot7dagen
Vijgentot7dagen
Bosbessentot9dagen
Frambozentot3dagen
Aalbessentot7dagen
Kersen, zoettot14dagen
Kiwi'stot80dagen
Perzikentot13dagen
Pruimentot20dagen
Vossenbessentot60dagen
Rabarbertot13dagen
Kruisbessentot13dagen
Druiventot29dagen
Onderhoud
Wacht 5 minuten.
u
5.3.6 De vochtigheid instellen in de HydroSafe
u
u
hoge luchtvochtigheid: schuifre-
gelaar naar rechts schuiven.
5.3.7 Schuifladen
Fig. 11
Schuiflade uittrekken, achterkant optillen en naar voren eruit
u
lichten.
Rails weer inschuiven!
u
Fig. 12
Rails uitschuiven.
u
Schuiflade op de rails plaatsen en inschuiven tot deze aan
u
de achterkant hoorbaar vastklikt.
5.3.5 Temperatuur in het BioFresh-gedeelte
instellen
De temperatuur wordt automatisch geregeld. Bij een temperatuur in het koelgedeelte van 5 °C ligt de temperatuur in het
BioFresh-gedeelte tussen 0 °C en 3 °C.
U kunt de temperatuur iets lager of hoger instellen. De temperatuur is instelbaar van 1 (laagste temperatuur) tot 9 (hoogste
temperatuur). Vooringesteld is de waarde 5. Bij de waardes 1
tot 4 kan de temperatuur onder 0 °C dalen, zodat de levens-
middelen makkelijker kunnen invriezen.
U kunt de temperatuur doorlopend veranderen. Zodra de
waarde 9 bereikt wordt, wordt weer vooraan begonnen. Naargelang de waarde is in het temperatuurdisplay een bepaalde
combinatie van LED's verlicht.
Instelmodus activeren: toets SuperCool
u
indrukken.
De toets SuperCool
w
display zijn de LED's van de ingestelde waarde verlicht.
Insteltoets
u
gewenste waarde verlicht zijn.
Bevestigen: toets SuperCool
u
Op het temperatuurdisplay wordt weer de temperatuur
w
aangegeven.
Instelmodus deactiveren: toets On/Off
u
-of-
Fig. 3 (2)
Fig. 3 (4)
zo vaak indrukken tot de LED's van de
knippert. In het temperatuur-
Fig. 3 (4)
Fig. 10
Fig. 3 (4)
indrukken.
Fig. 3 (1)
min. 5 s
indrukken.
5.3.8 Vochtreguleringsplaat
Fig. 13
Vochtreguleringsplaat verwijderen: plaat bij verwijderde
u
schuifladen voorzichtig naar voren trekken en naar beneden
eruit lichten.
Vochtreguleringsplaat terugplaatsen: dekselranden van de
u
plaat van onder in de achterste houder
en aan de voorkant in de houder
Fig. 13 (1)
Fig. 13 (2)
plaatsen
vastklikken.
6 Onderhoud
6.1 Apparaat reinigen
VOORZICHTIG
Gevaar voor verwonding en beschadiging door hete stoom!
Hete stoom kan de oppervlakken beschadigen en brandwonden veroorzaken.
Gebruik geen stoomreinigers!
u
9
Page 10
Onderhoud
LET OP
Verkeerd reinigen kan het apparaat beschadigen!
Gebruik reinigingsmiddelen niet in geconcentreerde vorm.
u
Gebruik geen schurende of krassende sponsjes of staalwol.
u
Geen bijtende, schurende, chloor- resp. oplosmiddelbevat-
u
tende schoonmaakproducten gebruiken.
Gebruik geen chemische oplosmiddelen.
u
Beschadig of verwijder het typeplaatje aan de binnenkant
u
van het apparaat niet. Dit is belangrijk voor de Technische
Dienst.
Kabels of andere onderdelen niet afbreken, knikken of
u
beschadigen.
Laat geen reinigingswater in de afvoergoot, de ventilatie-
u
roosters en elektrische delen terecht komen.
Gebruik zachte poetsdoeken en een allesreiniger met een
u
neutrale pH-waarde.
Gebruik in de binnenruimte van het apparaat alleen levens-
u
middelenvriendelijke reinigings- en onderhoudsproducten.
Apparaat uitruimen.
u
Trek de stekker uit.
u
Uit- en inwendige oppervlaktes van kunststof met lauw-
u
warm water en een beetje afwasmiddel met de hand
reinigen.
RVS onderhoudsmiddel niet op glazen of kunststof oppervlakken aanbrengen om krassen te vermijden. Donkere
plekken in het begin en een intensievere kleur van het edelstalen oppervlak zijn normaal.*
LET OP*
De edelstalen deuren zijn voorzien van een hoogwaardige
oppervlaktecoating en mogen niet met het bijgevoegde reinigingsmiddel worden behandeld.
Deurvakken volgens afbeelding uit
u
elkaar nemen.
Na het reinigen:
Apparaat en onderdelen droogwrijven.
u
Apparaat weer aansluiten en inschakelen.
u
De levensmiddelen weer inleggen.
u
6.2 Binnenverlichting met gloeilamp
vervangen *
Type gloeilamp
max. 25 W
Fitting: E14
Type stroom en spanning moeten overeenkomen met de
informatie op het typeplaatje
Schakel het apparaat uit.
u
Trek de stekker uit het
u
stopcontact of schakel de
beveiliging uit.
Neem de afdekking
u
Fig. 14 (1)
vast en haak achteraan
los.
Vervang de gloeilamp
u
Fig. 14 (2)
Afdekking
u
weer opzetten.
bij de voorkant
.
Fig. 14 (1)
Fig. 14
Dit zou het oppervlak kunnen aantasten.
De gecoate deuroppervlakken mogen uitsluitend met een
u
zachte schone doek worden afgeveegd. Bij sterke vervuiling
kunt u wat water of een neutraal schoonmaakmiddel
gebruiken. Naar wens kan ook een microvezeldoek worden
gebruikt.
Roestvrijstalen zijwanden bij vervuiling met een gebruike-
u
lijke roestvrijstaalreiniger reinigen. Vervolgens het meegeleverde rvs onderhoudsmiddel gelijkmatig in slijprichting
aanbrengen.
Gelakte zijwanden mogen uitsluitend met een zachte
u
schone doek worden afgeveegd. Bij sterke vervuiling kunt u
wat water of een neutraal schoonmaakmiddel gebruiken.
Naar wens kan ook een microvezeldoek worden gebruikt.
Afvoeropening reinigen: afzettingen
u
met een dun hulpmiddel, bijv. een
wattenstaafje verwijderen.
Onderdelen met lauwwarm water en een beetje afwas-
u
middel met de hand reinigen.
Voor het reinigen moeten de oplegrails voor de halve glas-
u
platen afgenomen worden.
Draagplateaus uit elkaar halen: rails en zijdelen verwij-
u
deren.
6.3 Technische Dienst
Probeer eerst of u de storing zelf kunt verhelpen (zie
Storingen). Mocht dit niet het geval zijn, neem dan contact op
met de Technische Dienst. Het adres vindt u in het bijgevoegd
overzicht.
WAARSCHUWING
Gevaar voor verwonding door onvakkundige reparatie!
Reparaties en ingrepen aan het apparaat en de stroomaan-
u
sluiting die niet uitdrukkelijk genoemd worden (zie Onderhoud), uitsluitend door de Technische Dienst laten
uitvoeren.
Apparaataanduiding
u
Fig. 15 (1)
nr.
Fig. 15 (2)
serie-nr.
van het typeplaatje
aflezen. Het typeplaatje bevindt zich
aan de linkerkant
binnen in het apparaat.
Contact opnemen met de Technische Dienst en het
u
probleem, apparaataanduiding
Fig. 15 (2)
Dit maakt een snelle en doelgerichte service mogelijk.
w
Het apparaat gesloten laten, totdat de Technische Dienst
u
komt.
De levensmiddelen blijven langer koel.
w
, service-
en
Fig. 15 (3)
en serie-nr.
Fig. 15 (3)
Fig. 15 (1)
mededelen.
Fig. 15
, service-nr.
10
Page 11
Storingen
Trek de stekker uit het stopcontact (daarbij niet aan het
u
snoer trekken) of de draai de zekering uit.
7 Storingen
Uw apparaat is zo ontworpen en gebouwd, dat een veilige
werking en lange levensduur gegarandeerd zijn. Mocht er
desondanks een storing optreden, dan svp eerst controleren of
de storing door een bedieningsfout werd veroorzaakt. In dit
geval moeten wij de ontstane kosten ook in de garantieperiode
in rekening brengen. Volgende storingen kunt u zelf verhelpen:
Het apparaat functioneert niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld.
→
Apparaat inschakelen.
u
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
→
Stekker controleren.
u
De zekering van het stopcontact is niet in orde.
→
Zekering controleren.
u
De compressor blijft lopen.
De compressor schakelt bij een verminderde koudebe-
→
hoefte over op een lager toerental. Hoewel de looptijd daardoor langer is, wordt energie bespaard.
Dat is bij energiebesparende modellen normaal.
u
SuperCool is ingeschakeld.
→
Om de levensmiddelen snel af te koelen, draait de
u
compressor langer. Dit is normaal.
Een led aan de onderachterkant van het apparaat (bij de
compressor) knippert regelmatig om de 15 seconden*.
De inverter is met een foutdiagnose led uitgevoerd.
→
Het knipperen is normaal.
u
Geluiden zijn te luid.
Op toerental gestuurde* compressoren kunnen naar aanlei-
→
ding van de verschillende draaisnelheden verschillende
geluiden veroorzaken.
Het geluid is normaal.
u
Een borrelen en klateren
Dit geluid komt van het koelmiddel, dat door het koelcircuit
→
stroomt.
Het geluid is normaal.
u
Een zacht klikken
Het geluid ontstaat bij het automatisch in- en uitschakelen
→
van het koelaggregaat (de motor).
Het geluid is normaal.
u
Een brommend geluid. Kan voor korte tijd iets luider zijn,
wanneer het koelaggregaat (de motor) inschakelt.
Bij ingeschakelde SuperCool, nieuw opgeslagen levens-
→
middelen of na lang geopende deur wordt het koelvermogen automatisch verhoogd.
Het geluid is normaal.
u
De omgevingstemperatuur is te hoog.
→
Oplossing: (zie 1.2)
u
Een lage bromtoon.
Het geluid ontstaat door luchtstromingsgeluiden van de
→
ventilator.
Het geluid is normaal.
u
Vibratiegeluiden.
Het apparaat staat niet stabiel op de grond. Daardoor
→
worden aangrenzende meubels of voorwerpen door het
lopende koelaggregaat in vibratie gezet.
Apparaat iets verschuiven en met de stelpoten uitlijnen.
u
Flessen en containers uit elkaar zetten.
u
De buitenkant van het apparaat voelt warm aan.
De warmte van het koelmiddelcircuit wordt gebruikt om
→
condenswater te voorkomen.
Dit is normaal.
u
Temperatuur is niet laag genoeg.
De deur is niet goed gesloten.
→
Deur van het apparaat sluiten.
u
Niet voldoende be- en ontluchting.
→
Luchtrooster schoonmaken.
u
De omgevingstemperatuur is te hoog.
→
Oplossing: (zie 1.2) .
u
Het apparaat werd te vaak of te lang geopend.
→
Afwachten of de benodigde temperatuur weer vanzelf
u
wordt bereikt. Zo niet, contact opnemen met de Technische
Dienst. (zie Onderhoud).
Het apparaat staat te dicht bij een warmtebron.
→
Oplossing: (zie In gebruik nemen).
u
De binnenverlichting brandt niet.
Het apparaat is niet ingeschakeld.
→
Apparaat inschakelen.
u
De deur was langer dan 15 min. open.
→
De binnenverlichting schakelt bij geopende deur na
u
ca. 15 min. automatisch uit.
Wanneer de binnenverlichting niet brandt terwijl de tempe-
→
ratuurdisplay wel verlicht is, is de gloeilamp stuk.
Vervang de gloeilamp. (zie Onderhoud).
u
De led-verlichting is defect of de afdekking is beschadigd:*
→
Gevaar voor verwonding door een elektrische schok!
Onder de afdekking bevinden zich stroomgeleidende delen.
u
Gevaar voor verwonding door laserstraling klasse 1M.
u
WAARSCHUWING*
LED-binnenverlichting uitsluitend door de Technische
Dienst of daarvoor geschoold personeel laten vervangen of
repareren.
WAARSCHUWING*
Kijk niet naar binnen als de afdekking open is.
8 Uitzetten
8.1 Apparaat uitschakelen
Toets On/Off
u
De temperatuurdisplay is uit.
w
Fig. 3 (1)
ca. 2 seconden indrukken.
8.2 Buiten werking stellen
Apparaat leegmaken.
u
Stekker uittrekken.
u
Apparaat reinigen (zie 6.1) .
u
Laat de deuren een stukje open staan zodat er geen onaan-
u
gename geuren kunnen ontstaan.
9 Apparaat afdanken
Het apparaat bevat nog waardevolle materialen en
mag niet met het gewoon huis- of grofvuil worden
meegegeven. Het recyclen van afgedankte apparaten moet vakkundig gebeuren overeenkomstig
de plaatselijk geldende voorschriften en wetten.
11
Page 12
Apparaat afdanken
Let erop dat bij het afvoeren van het afgedankte apparaat het
koelmiddelcircuit niet wordt beschadigd, zodat het koelmiddel
(informatie op het typeplaatje) of de olie erin niet ongewild vrijkomen.
Apparaat onbruikbaar maken.
u
Trek de stekker uit.
u
Snijd het aansluitsnoer door.
u
12
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.