Lexmark T420 User Manual [nl]

Lexmark T420
Handleiding
juni 2002
www.lexmark.com

Inhoudsopgave

Hoofdstuk 1: Printeroverzicht ..........................................................7
Tips voor de opslag van afdrukmedia .................................................................. 8
Papierstoringen voorkomen .................................................................................8
Hoofdstuk 3: Afdruktaak naar de printer sturen ..........................10
Afdrukken in een Windows-omgeving ................................................................10
Afdrukken vanaf een Macintosh-computer ......................................................... 10
Hoofdstuk 4: Afdruktaak annuleren ..............................................11
Voer de volgende stappen uit via het bedieningspaneel van de printer ............. 11
Voer de volgende stappen uit via een Windows-computer ................................ 11
Voer de volgende stappen uit via een Macintosh-computer .............................. 11
Hoofdstuk 5: Testpagina’s afdrukken ...........................................12
Hoofdstuk 6: Lettertypen ................................................................13
Hoofdstuk 7: De pagina met menu-instellingen afdrukken .........18
Hoofdstuk 8: Afdrukmedia - papierbronnen en specificaties ..... 19
Hoofdstuk 9: Afdrukmedia bewaren ..............................................24
Hoofdstuk 10: Papierstoringen verhelpen ....................................25
Hoofdstuk 11: Papierladen .............................................................38
De optionele lade voor etiketten gebruiken ........................................................38
Papier plaatsen in de standaardlade, de optionele lade voor 250
vel of de optionele lade voor etiketten ................................................................ 38
De optionele lade voor 500 vel vullen ................................................................ 43
iii
Hoofdstuk 12: De universeellader gebruiken en laden ................49
De universeellader openen ................................................................................ 50
De universeellader vullen ...................................................................................52
Hoofdstuk 13: De functie voor tweezijdig afdrukken gebruiken .58
Dubbelzijdig afdrukken op papier met briefhoofd ...............................................58
De functie Duplex Bind (Bindz Dubbelz) gebruiken ........................................... 58
Hoofdstuk 14: De uitvoerladen gebruiken ....................................60
De standaarduitvoerlade .................................................................................... 60
De achterste uitvoerlade gebruiken ................................................................... 61
Hoofdstuk 15: Status van accessoires bepalen ...........................64
Hoofdstuk 16: Zuinig omgaan met accessoires ................. ..........66
Hoofdstuk 17: De printer onderhouden ........................................67
Hoofdstuk 18: Bestelinformatie .....................................................68
Een tonercartridge bestellen ..............................................................................68
Hoofdstuk 19: Cartridges bewaren ................................................69
Hoofdstuk 20: Tonercartridge vervangen .....................................70
De gebruikte tonercartridge verwijderen ............................................................ 70
De printer schoonmaken .................................................................................... 72
De nieuwe tonercartridge installeren .................................................................. 73
Hoofdstuk 21: De lens van de printkop reinigen ..........................76
Hoofdstuk 22: Eenvoudige printerproblemen oplossen .............77
Hoofdstuk 23: Printerproblemen oplossen ...................................78
Hoofdstuk 24: Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen .......82
Hoofdstuk 25: Problemen met opties oplossen ...........................88
Hoofdstuk 26: Problemen bij afdrukken via netwerk oplossen ..89
iv
Hoofdstuk 27: Overige problemen oplossen ................................90
Hoofdstuk 28: Richtlijnen voor afdrukmedia ................................91
Papier .......................... ............................................. ....................................... ... 91
Briefhoofdpapier .......... ............................................. .......................................... 91
Transparanten .......................... ................................................... ....................... 9 2
Enveloppen ........................................................................................................ 92
Etiketten ............................................................................................................. 93
Karton ................................ .................... ............ .................... ................... .......... 94
Hoofdstuk 29: Laden koppelen ......................................................96
Hoofdstuk 30: Beheer van de printer met MarkVision .................97
Hoofdstuk 31: Bedieningspaneel ...................................................98
Hoofdstuk 32: De lampjes op het bedieningspaneel ...................99
Hoofdstuk 33: De printerconfiguratiemenu's .............................128
De printermenu's openen ................................................................................. 128
Pagina met printerinstellingen afdrukken ......................................................... 128
Navigeren door menu's en menu-items en selecteren
en opslaan van waarden .................................................................................. 129
De menu's verlaten .......................................................................................... 129
Menu-overzicht .................. .................... ................... ................... .................... . 129
Hoofdstuk 34: De fabrieksinstellingen herstellen ......................134
Hoofdstuk 35: De Hex Trace-modus gebruiken .........................136
Hoofdstuk 36: Het hulpprogramma voor lokale-printerinstellingen
gebruiken ........................................................................................137
Hoofdstuk 37: Optionele lade verwijderen ..................................139
v
Hoofdstuk 38: Optionele geheugenkaart verwijderen ...............140
Toegang krijgen tot de systeemkaart ............................................................... 140
Optionele geheugenkaarten verwijderen ......................................................... 142
Beschermkap terugplaatsen ............................................................................ 143
De zijklep opnieuw bevestigen .........................................................................144
Kennisgevingen ..............................................................................146
Handelsmerken ................................................................................................ 147
Kennisgeving over licentie ............................................................................... 149
Veiligheidsinformatie ... ..................................................................................... 149
Waarschuwingen en veiligheidsadviezen ........................................................ 150
Informatie over elektronische emissie ..............................................................150
Energy star .......................................................................................................151
Laserinformatie ................................................................................................ 152
Etiket met veiligheidsinformatie over de laser .................................................. 152
Laserinformatie ................................................................................................ 152
Index ................................................................................................ 153
vi
1

Printero verzic ht

In de volgende afbeeldingen ziet u een standaardconfiguratie van de Lexmark T420, de printer met een optionele lade voor 250 vel en de printer met een lade voor 500 vel.
Optionele lade voor 250 vel
Optionele lade voor 500 vel
7
2

Tips v oor het afdrukken

Tips voor de opslag van afdrukmedia

U dient de afdrukmedia goed op te slaan. Zie Afdrukmedia bewaren voor meer informatie.

Papierstoringen voorkomen

Als u de goede afdrukmedia (papier, transparanten, etiketten en karton) kiest voor uw printer, bent u al een heel eind op weg naar probleemloos afdrukken. Zie Richtlijnen voor afdrukmedia voor meer informatie.
Opmerking: Gebruik altijd eerst een paar testvellen van de afdrukmedia die u wilt gaan
gebruiken, voordat u grote hoeveelheden aanschaft.
De meeste storingen kunt u vermijden door zorgvuldig de media waarop u afdrukt, te kiezen en die media op de juiste wijze te laden. In de volgende onderwerpen vindt u instructies voor het laden van afdrukmedia:
Papierladen (inclusief de standaardlade, de optionele lade voor 250 vel en de optionele
etikettenlade)
De optionele lade voor 500 vel vullen
De universeellader gebruiken en laden
Als zich toch een storing voordoet, raadpleegt u Papierstoringen verhelpen.
8
De volgende tips kunnen ook helpen om papierstoringen te voorkomen:
Gebruik alleen aanbevolen afdrukmedia. Zie Richtlijnen voor afdrukmedia voor meer
informatie. Raadpleeg voor meer informatie over het optimale papier voor uw configuratie de Card Stock & Label Guide, die u kunt vinden op de website van Lexmark op dit adres: www.lexmark.com/publications.
Als u gedetailleerde inf ormatie nodig hebt voordat u grote hoe veelheden speciale afdrukmedia
bestelt, raadpleegt u de Card Stock & Label Guide.
Laad nooit gekreukte, gevouwen, vochtige of kromgetrokken afdrukmedia.
Buig de afdrukmedia, waaier ze uit en maak er een rechte stapel van voordat u de media in de
printer laadt. Als zich storingen met de afdrukmedia voordoen wanneer u de universeellader gebruikt, probeert u het materiaal handmatig met één vel tegelijk te laden.
Maak de bronnen voor de afdrukmedia niet te vol. Zorg ervoor dat de stapel niet hoger is dan
de maximale hoogte die met labels wordt aangegeven in de bronnen.
Gebruik geen afdrukmedia die u zelf op maat hebt gesneden of geknipt.
Laad geen afdrukmedia van verschillend formaat, verschillend gewicht of verschillende
soorten in dezelfde bron.
Let er op de aanbevolen afdrukzijde omlaag ligt als u materiaal laadt in de laden en omhoog
ligt als u materiaal laadt in de universeellader.
Bewaar de afdrukmedia in een geschikte omgeving. Raadpleeg Afdrukmedia bewaren.
Verwijder de laden nooit tijdens de uitvoering van een afdruktaak.
Duw alle laden stevig in de printer nadat u ze gevuld hebt.
Zorg ervoor dat de geleiders in de laden zijn ingesteld op het geladen formaat. Zorg ervoor dat
de geleiders niet te strak tegen de stapel afdrukmedia zitten.
Karton moet altijd uitgevoerd worden via de achterste uitvoerlade. Zie De achterste
uitvoerlade gebruiken voor meer informatie.
Enveloppen kunnen naar de standaarduitvoerlade worden gestuurd, maar ze krullen
waarschijnlijk minder als u de achterste uitvoerlade gebruikt.
Zorg ervoor dat alle kabels die op de printer zijn aangesloten, goed zijn vastgezet. Raadpleeg
de Installatiehandleiding voor meer informatie.
9
3

Afdruktaak naar de printer sturen

Afdrukken in een Windows-omgeving

1 Laad afdrukmedia. (Raadpleeg Papierladen.) 2 Open in de gebruikte toepassing het bestand dat u wilt afdrukken. 3 Selecteer in het menu Bestand de optie Afdrukken. 4 Controleer of de juiste printer is geselecteerd in het dialoogvenster Afdrukken. 5 Selecteer in het dialoogvenster Afdrukken Eigenschappen, Opties of Instellingen
(afhankelijk van de toepassing), selecteer de soort afdrukmedia en het formaat en selecteer vervolgens OK.
6 Selecteer OK of Afdrukken.

Afdrukken vanaf een Macintosh-computer

1 Laad afdrukmedia. (Raadpleeg Papierladen.) 2 Open in de gebruikte toepassing het bestand dat u wilt afdrukken. 3 Selecteer in het menu Bestand de optie Pagina-instelling. 4 Controleer of de juiste printer is geselecteerd in het dialoogvenster. 5 Selecteer in het menu Papier de soort afdrukmedia die u wilt gebruiken en selecteer
vervolgens OK.
6 Selecteer in het menu Bestand de optie Afdrukken.
10
4

Afdruktaak annuleren

Voer de volgende stappen uit via het bedieningspaneel van de printer

Als de afdruktaak die u wilt annuleren op dat moment wordt afgedrukt (het lampje Gereed/Data knippert), drukt u éénmaal op de knop Annuleren. Alle lampjes gaan branden, ten teken dat de afdruktaak is geannuleerd.

Voer de volgende stappen uit via een Windows-computer

1 Minimaliseer alle vensters, zodat het bureaublad wordt weergegeven. 2 Dubbelklik op Deze computer. 3 Dubbelklik op het pictogram Printers.
Er wordt nu een lijst van beschikbare printers weergegeven.
4 Dubbelklik op de printer die u gebruikt voor de afdruktaak in kwestie.
Er wordt nu een lijst van afdruktaken weergegeven.
5 Selecteer de taak die u wilt annuleren. 6 Druk op de toets Delete.

Voer de volgende stappen uit via een Macintosh-computer

1 Dubbelklik op het printerpictogram op het bureaublad.
Er wordt nu een lijst van afdruktaken weergegeven.
2 Houd Ctrl ingedrukt en klik op de afdruktaak die u wilt annuleren. 3 Selecteer de optie voor het stopzetten van de wachtrij in het menu dat nu verschijnt.
11
5

Testpagina’s afdrukken

U kunt problemen met de afdrukkwaliteit analyseren door de testpagina's voor de afdrukkwaliteit af te drukken:
1 Zet de printer uit en open de bovenste voorklep. 2 Druk op Doorgaan en houd de knop ingedrukt terwijl u de printer weer aan zet. Alle lampjes
gaan na elkaar branden.
3 Laat de knop Doorgaan los. 4 Sluit de bovenste voorklep. De combinatie van lampjes die het menu Home aangeeft, gaat
branden.
Opmerking: Als het lampje Fout brandt, moet u de bovenste voo rklep sluiten.
De pagina Printerinstellingen configureren wordt afgedrukt.
5 Druk op Annuleren en houd de knop ingedrukt totdat op het bedieningspaneel de
lampjescombinatie voor de testpagina's voor de afdrukkwaliteit gaat branden. Deze combinatie kunt u vinden op de afgedrukte pagina Printerinstellingen configureren.
6 Druk op Doorgaan en houd de knop ingedrukt totdat alle lampjes na elkaar gaan branden.
De testpagina's voor de afdrukkwaliteit worden afgedrukt. Deze pagina's omvatten:
Een pagina met informatie over de printer, de cartridge en de huidige marge-instellingen en
een afbeelding die u kunt gebruiken om de afdrukkwaliteit te evalueren
Twee pagina's met afbeeldingen die u kunt gebruiken om vast te stellen hoe goed de printer
verschillende typen afbeeldingen kan afdrukken
7 Onderzoek deze pagina's om te bepalen wat de afdrukkwaliteit is. Als er problemen zijn,
raadpleegt u Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen.
Om terug te keren naar het menu Home, drukt u op Annuleren en houdt u de knop ingedrukt totdat alle lampjes na elkaar beginnen te branden. Als u de menu's wilt verlaten, schakelt u de printer uit.
12
6

Lettertypen

De printer beschikt over een aantal interne lettertypen die permanent zijn opgeslagen in het geheugen. In PCL- en PostScript-emulaties kunnen extra lettertypen beschikbaar zijn.
De printer ondersteunt de volgende schaalbare lettertypen.
Ondersteunde lettertypen
PostScript 3-lettertypen PCL 6-lettertypen
AlbertusMT Albertus Medium AlbertusMT-Italic AlbertusMT-Light
Albertus Extra Bold AntiqueOlive-Roman Antique Olive AntiqueOlive-Italic Antique Olive Italic AntiqueOlive-Bold Antique Olive Bold AntiqueOlive-Comp act ArialMT Arial Arial-ItalicMT Arial Italic Arial-BoldMT Arial Bold Arial-BoldItalicMT Arial Bold Italic AvantGarde-Book I TC Avant Garde Book AvantGarde-BookOblique ITC Avant Garde Book Oblique AvantGarde-Demi ITC Avant Garde Demi AvantGarde-DemiOblique ITC Avant Garde Demi Oblique Bookman-Light ITC Bookman Light Bookman-LightItalic ITC Bookman Light Italic Bookman-Demi ITC Bookman D emi Bookman-DemiItalic ITC Bookman Demi Italic
Clarendon Condensed Bold Coronet-Regular Coronet Courier CourierPS Courier-Oblique CourierPS Oblique Courier-Bold CourierPS Bold
13
Ondersteunde lettertypen (vervolg)
PostScript 3-lettertypen PCL 6-lettertypen
Courier-BoldOblique CourierPS Bold Oblique
CG Omega
CG Omega Bold
CG Omega Italic
CG Omega Bold Italic Garamond-Antiqua Garamond Antiqua Garamond-Halbfett Garamond Halbfett Garamond-Kursiv Garamond Kursiv Garamond-KursivHalbfett Garamond Kursiv Halbfett Helvetica-Light Helvetica Light Helvetica-LightOblique Helvetica Light Oblique Helvetica-Black Hel vetica Black Helvetica-BlackOblique Helvetica Black Oblique Helvetica Helvetica Helvetica-Oblique Helvetica Italic Helvetica-Bold Helvetica Bold Helvetica-Bo ldOblique Helvetica Bold Italic Helvetica-Narrow Helvetica Narrow Helvetica-Narrow-Oblique Helvetica Narrow Italic Helvetica-Narrow-Bold Helvetica Narrow Bold Helvetica-Narrow-BoldOblique Helvetica Narrow Bold Italic Intl-CG-Times CG Times Intl-CG-Times-Italic CG Times Italic Intl-CG-Times-Bold CG Times Bold Intl-CG-Times-BoldItalic CG Times Bold Italic Intl-Univers-Medium Univers Medium Intl-Univers-MediumItalic Univers Medium Italic Intl-Univers-Bold Univers Bold Intl-Univers-BoldIta lic Univers Bold Italic Intl-Courier Courier Intl-Courier-Oblique Courier Italic Intl-Courier-Bold Courier Bold Intl-Courier-BoldOblique Courier Bold Italic LetterGothic Letter Gothic LetterGothic-Slanted Letter Gothic Italic LetterGothic-Bold Letter Gothic Bold
14
Ondersteunde lettertypen (vervolg)
PostScript 3-lettertypen PCL 6-lettertypen
LetterGothic-BoldSlanted Marigold Marigold NewCenturySchlbk-Ro man Century Schoolbook Roman NewCenturySchlbk-I tali c Century Schoolbook Italic NewCenturySchlbk-Bold Century Schoolbook Bold NewCenturySchlbk-Bold Ital ic Century Schoolbook Bold Italic Optima Optima-Bold Optima-BoldItalic Optima-Italic Palatino-Roman Palatino Roman Palatino-Italic Palatino Ital ic Palatino-Bold Palatino Bold Palatino-BoldItalic Palatino Bold Italic Symbol SymbolPS
Symbol Times-Roman Times Roman Times-Italic Times Italic Times-Bold Times Bold Times-BoldItalic Times Bold Italic TimesNewRomanPSMT Times New Roman TimesNewRomanPS-ItalicMT Times New Roman Italic TimesNewRomanPS-BoldMT Times New Roman Bold TimesNewRomanPS-BoldItalicMT Times New Roman Bold Italic Univers Univers-Oblique Univers-Bold Univers-BoldOblique Univers-Condensed Univers Condensed Medium Univers-CondensedOblique Univers Condensed Medium Italic Univers-CondensedBold Univers Condensed Bold Univers-CondensedBoldOblique Univers Condensed Bold Italic Wingdings-Regular Wingdings ZapfChancery-MediumItalic ITC Zapf Chancery Medium Italic ZapfDingbats ITC Zapf Dingbats
OCR-A
15
Ondersteunde lettertypen (vervolg)
PostScript 3-lettertypen PCL 6-lettertypen
OCR-B
C39 Narrow
C39 Regular
C39 Wide
De printer biedt tevens ondersteuning voor de volgende PCL 6-bitmaplettertypen:
Line Printer 16
POSTNET Bar code
De printer ondersteunt de volgende PCL 6-symbolensets.
Ondersteunde symbolensets
ABICOMP Brazil/Portugal Wingdings ISO 25: Français ABICOMP International POSTNET Bar code ISO 57: Chinese DeskTop ISO : Deutsch ISO 60: Norwegian vers io n 1 Legal ISO : Español ISO 61: Norwegian version 2 MC Text ISO 2: IRV (Int'l Ref Version) ISO 69: Français Microsoft Publishing ISO 4: United Kingdom ISO 84: Português Russian-GOST ISO 6: ASCII ISO 85: Español Ukrainian ISO 10: Svenska ISO 8859-1 Latin 1 (ECMA-94) PCL ITC Zapf Dingbats ISO 11: Swedish for Names ISO 8859-2 Latin 2 PS ITC Zapf Dingbats ISO 14: JIS ASCII ISO 8859-5 Latin/Cyrillic PS Math ISO 15: Italiano ISO 8859-7 Latin/Greek PS Text ISO 16: Português ISO 8859-9 Latin 5 Pi Font ISO 17: Español ISO 8859-10 Latin 6 Symbol ISO 21: Deutsch ISO 8859-15 Latin 9 PC-8 Bulgarian PC-855 Cyrillic Roman-9 PC-8 Danish/Norwegian (437N) PC-857 Latin 5 (Turkish) Roman Extension PC-8 Greek Alternate (437G) PC-858 Multilingual Euro Ventura ITC Zapf Dingbats PC-8 Turkish (437T) PC-860 Portugal Ventura International PC-8 Latin/Greek PC-861 Iceland Ventura Math PC-8 PC Nova PC-863 Canadian French Ventura US PC-8 Polish Mazovia PC-865 Nordic Windows 3.0 Latin 1 PC-8 Code Page 437 PC-866 Cyrillic Windows Cyrillic PC-1004 OS/2 PC-869 Greece Windows Greek PC-775 Baltic (PC-8 Latin 6) PC-911 Katakana Windows Latin 1 PC-850 Multilingual Math-8 Windows Latin 2
16
Ondersteunde symbolensets (vervolg)
PC-851 Greec e Gr eek-8 Windows Latin 5 PC-852 Latin 2 Turkish-8 Windows Lati n 6 (Baltic) PC-853 Latin 3 (Turkish) Roman-8 OCR-A OCR-B 109Y Bar Code 9Y Bar Code 209Y Bar Code
Raadpleeg de Technical Reference op de website van Lexmark voor meer informatie over ondersteuning van lettertypen en symbolensets.
17
De pagina met menu-instellingen
7
afdrukken
De pagina met menu-instellingen bevat onder meer de volgende informatie:
De huidige instellingen voor de menu's Papier, Afwerking, Extra, Kwaliteit, Instellingen, PCL-
emul ('emul' staat voor emulatie), PostScript, Parallel, Netwerk en USB
Cartridge-informatie
Een lijst van de geïnstalleerde opties en voorzieningen
Het beschikbare printer ge heu gen
Als de printer een netwerkpoort heeft, wordt een extra pagina afgedrukt met informatie over de netwerkinstellingen. Het menu Netwerk en de netwerkinstellingen verschijnen alleen als u het netwerkmodel, Lexmark T420n, gebruikt.
De instellingen voor menu-items kunnen worden opgegeven met het hulpprogramma voor het configureren van een lokale printer. Dit hulpprogramma is beschikbaar op de website van Lexmark, op het adres www.lexmark.com. Het is mogelijk dat het ook te vinden is op de cd met stuurprogramma's die bij de printer is gelev erd. Controleer het boekje bij de cd met stuurprogramma's om dit te verifiëren. Instellingen voor menu-items kunnen ook worden opgegeven met PJL-opdrachten (Print Job Language). Raadpleeg de Technical Reference op de website van Lexmark voor meer informatie ov er PJL.
U kunt de pagina met menu-instellingen gebruiken om te controleren of alle opties goed zijn geïnstalleerd en of alle printerinstellingen juist zijn.
Hieronder wordt uitgelegd hoe u de pagina met menu-instellingen afdrukt.
8 Controleer of de printer aan staat en de lampjes aangeven dat de werkstand Gereed actief is:
9 Druk op Doorgaan en laat de knop los.
De pagina met menu-instellingen wordt afgedrukt.
18
Afdrukmedia - papierbr onnen en
8
specificaties
In dit onderwerp worden de specificaties en richtlijnen voor de verschillende typen afdrukmedia die u kunt gebruiken, behandeld. Bovendien kunt u hier belangrijke informatie lezen over de bronnen voor de papiermedia en de uitvoerladen.
Raadpleeg de Card Stock & Label Guide voor meer informatie over de kenmerken van afdrukmedia. U vindt deze publicatie op de website van Lexmark: www.lexmark.com/publications.
In Specificaties van afdrukmedia vindt u informatie over de typen en hoeveelheden afdrukmedia die u in elk van de bronnen kunt gebruiken. Raadpleeg Richtlijnen voor afdrukmedia voor meer informatie over de selectie van specifieke afdrukmedia.
Gebruik altijd eerst een paar testvellen van het papier of medium dat u wilt gaan gebruiken, voordat u grote hoeveelheden aanschaft.
De volgende informatie heeft betrekking op de items in de tabel Specificaties van afdrukmedia en omvat handige tips over afdrukmedia en bronnen:
Voor informatie over het gewicht van afdrukmedia, anders dan papier, raadpleegt u de Card
Stock & Label Guide.
De genoemde capaciteiten gelden voor papier van 75 g/m2, tenzij anders aangegeven.
V oor informatie over het afdrukken van etiketten vanuit lade 1 (standaardlade) raadpleegt u de
Card Stock & Label Guide.
De optionele lade (lade 1) is ontworpen voor de verwerking van 100 vellen zware etiketten,
maar vanwege de dikte van sommige etiketten kan de werkelijke capaciteit kleiner zijn.
U kunt etiketten en transparanten laten uitvoeren naar de standaardlade, maar het afdrukken
verloopt waarschijnlijk beter als u de achterste uitvoerlade gebruikt.
De volgende formaten of soorten afdrukmedia moeten worden uitgevoerd via de achterste
uitvoerlade:
Afdrukmedia die korter zijn dan 165,1 mm Indexkaarten van 76,2 mm x 127 mm en van 101,6 mm x 152,4 mm en karton
Enveloppen zullen waarschijnlijk minder krullen bij gebruik van de achterste uitvoerlade.
19
Specificaties van afdrukme dia
Ondersteunde
Bron
Lade 1 (standaardlade
afdrukmedia
Papier, etiketten, transparanten
voor 250 vel)
Lade 1 (optionele etikettenlade)
Zware etiketten, papier, transparanten
Lade 2 (optionele
Alleen papier A4, A5, JIS B5,
lade voor 250 vel)
Lade 2 (optionele
Alleen papier A4, JIS B5, Folio,
lade voor 500 vel)
Universeellader Papier,
enveloppen, etiketten, transparanten, karton
Ondersteunde formaten
A4, A5, JIS B5, Folio, Letter, Legal, Executive, Statement
A4, A5, JIS B5, Folio, Letter, Legal, Executive, Statement
Folio, Letter, Legal, Executive, Statement
Letter, Legal, Executive
Minimum: 76,2 x 127 mm (3 x 5 inch)
Maximum: 216 x 355,6 mm (8.5 x 14 inch)
Ondersteunt alle formaten die wo rden genoemd in
Ondersteunde formaten voor afdrukmedia.
Gewicht Capaciteit
60-90 g/m (16–24 lb)
2
250 vel papier 50 transparanten 100 vellen etiketten
75-90 g/m (20–24 lb)
2
250 vel papier 50 transparanten 100 vellen etiketten
60-90 g/m
2
250 vel papier
(16–24 lb)
60-90 g/m
2
500 vel papier
(16–24 lb)
2
60-199 g/m (16–53 lb)
100 vel papier 10 envelop pen 30 vellen etiketten 20 transparanten 10 vellen karton
Opmerking: Voor dubbelzijdig afdrukken kunt u alleen papier gebruiken van
60–90 g/m2.
Specificaties eenheid voor dubbelzij d ig afdrukken
Uitvoer naar de achterste
Uitvoer naar de standaarduitvoerlade
uitvoerlade
Ondersteunde formaten A4, JIS B5, Folio, Letter, Legal A4, Folio, Letter, Legal Gewicht 60-90 g/m
(16–24 lb)
1
Afdrukmedia worden uitgevoerd naar de achterste uitvoerlade als deze geopend is.
2
Papier van het formaat Legal dat naar de achterste uitvoerlade wordt gestuurd, wordt niet meer goed
2
75-90 g/m (20–24 lb)
opgestapeld als er te veel vellen in de lade komen. Verwijder het papier regelmatig uit deze lade.
1
2
20
2
De afmetingen van afdrukmedia in de universeellader moeten binnen de volgende grenzen liggen:
Minimum Maximum
Breedte 76,2 mm (3 inch) 216 mm (8,5 inch) Lengte 127 mm (5 inch) 355,6 mm (14 inch) Het gewicht van de afdrukmedia in de universeellader moet binnen het volgende bereik vallen: 60-199 g/m
(16–53 lb).
De volgende informatie heeft betrekking op de items in de tabel Ondersteunde formaten voor
afdrukmedia en omvat handige tips over de formaten van afdrukmedia die de printer ondersteunt:
Papier van het formaat Legal dat naar de achterste uitvoerlade wordt gestuurd, wordt niet
meer goed opgestapeld als er te veel vellen in de lade komen. Verwijder het papier regelmatig uit deze lade.
Selecteer het formaat Universal wanneer u afdrukmedia met bijzondere afmetingen gebruikt.
De printer maakt de pagina op voor het maximumformaat (215,9 x .355,6 mm). Stel het werkelijke formaat in de toepassing in.
Enveloppen kunnen naar de standaarduitvoerlade worden gestuurd, maar ze krullen
waarschijnlijk minder als u de achterste uitvoerlade gebruikt.
Selecteer het formaat Universal wanneer u enveloppen met bijzondere afmetingen gebruikt.
De printer maakt de envelop op voor het maximumformaat (229,11 x 355,6 mm). Stel het werkelijke formaat in de toepassing in.
2
Ondersteunde formaten voor afdrukmedia
- geeft ondersteuning aan - geeft aan dat geen ondersteuning wordt geboden
Afdrukmedia
A4 210 x 297 mm
A5 148 x 210 mm
JIS B5 182 x 257 mm
Letter 215,9 x 279,4 mm
Legal 215,9 x 356 mm
Executive 184,2 x 266,7 mm
Afmetingen
(8,27 x 11,7 inch)
(5,83 x 8,27 inch)
(7,17 x 10,12 inch)
(8,5 x 11 inch)
(8,5 x 14 inch)
(7,25 x 10,5 inch)
Lade 1 (lade voor
250 vel)
✓✓✓✓✓✓✓✓
✓✓✓✕✓✓✓✕
✓✓✓✓✓✓✓✓
✓✓✓✓✓✓✓✓
✓✓✓✓✓✓✓✓
✓✓✓✓✓✓✓✕
Lade 1 (optionele
etikettenlade)
Papier
Lade 2 (optionele
lade voor 250 vel)
Lade 2 (optionele
lade voor 500 vel)
Universeellader
Standaarduitvoerlade
Achterste uitvoerlade
Dubbelzijdig
21
Ondersteunde formaten voor afdrukmedia (vervolg)
- geeft ondersteuning aan - geeft aan dat geen ondersteuning wordt geboden
Afdrukmedia
Folio 215,9 x 330 mm
Statement 139,7 x 215.9 mm
Universal 216 x 356 mm
7 ¾-envelop (Monarch)
9-envelop 98,4 x 225,4 mm
10-envelop (Com-10)
DL-envelop 110 x 220 mm
C5-envelop 162 x 229 mm
B5-envelop 176 x 250 mm
Overige enveloppen (Universal)
Afmetingen
(8,5 x 13 inch)
(5,5 x 8,.5 inch)
(8,5 x 14 inch)
98,4 x 190,5 mm (3,875 x 7,5 inch)
(3,875 x 8,875 inch) 104,8 x 241,3 mm
(4,125 x 9,5 inch)
(4,33 x 8,66 inch)
(6,38 x 9,01 inch)
(6,93 x 9,84 inch) 536 x 216 mm
(14 x 8,5 inch)
Lade 1 (lade voor
250 vel)
Lade 1 (optionele
etikettenlade)
Lade 2 (optionele
lade voor 250 vel)
Lade 2 (optionele
lade voor 500 vel)
✓✓✓✓✓✓✓✓
✓✓✓✕✓✓✓✕
✓✓✓✕✓✓✓✓
Enveloppen
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
✕✕✕✕✓✓✓✕
Universeellader
Standaarduitvoerlade
Achterste uitvoerlade
Dubbelzijdig
Ondersteunde soorten afdrukmedia
- geeft ondersteuning aan - geeft aan dat geen ondersteuning wordt geboden
Afdrukmedia
Karton ✕✕✕✕✓✕✓✕
* U kunt etiketten en transparanten laten uitvoeren naar de standaardlade, maar het afdrukken verloopt
waarschijnlijk beter als u de achterste uitvoerlade gebruikt.
Lade 1 (lade voor
250 vel)
Lade 1 (optionele
etikettenlade)
Lade 2 (optionele
lade voor 250 vel)
Lade 2 (optionele
lade voor 500 vel)
Universeellader
Standaarduitvoerlade
Achterste uitvoerlade
Dubbelzijdig
22
Ondersteunde soorten afdrukmedia
- geeft ondersteuning aan - geeft aan dat geen ondersteuning wordt geboden
Afdrukmedia
Etiketten ✓✓✕✕✓✓* ✓✕ Transparanten ✓✓✕✕✓✓* ✓✕
* U kunt etiketten en transparanten laten uitvoeren naar de standaardlade, maar het afdrukken verloopt
waarschijnlijk beter als u de achterste uitvoerlade gebruikt.
Lade 1 (lade voor
250 vel)
Lade 1 (optionele
etikettenlade)
Lade 2 (optionele
lade voor 250 vel)
Lade 2 (optionele
lade voor 500 vel)
Universeellader
Standaarduitvoerlade
Achterste uitvoerlade
Dubbelzijdig
23
9

Afdrukmedia bewaren

Gebruik de volgende richtlijnen voor de juiste opslag van afdrukmedia. Hiermee v oorkomt u problemen met de papierdoorvoer en een onregelmatige afdrukkwaliteit.
U kunt afdrukmedia het beste bew aren in een omgeving met een temperatuur van rond de 21°
C en een relatieve vochtigheid van 40%.
Plaats dozen met afdrukmedia liever niet direct op de vloer, maar op pallets of op planken aan
de muur.
Als u losse pakken afdrukmedia niet in de oorspronkelijke doos bewaart, legt u de pakken op
een vlakke ondergrond, zodat de randen niet omkrullen of kreuken.
Plaats niets boven op de pakken afdrukmedia.
24
10

P apierstoringen verhelpen

De meeste papierstoringen kunt u vermijden door zorgvuldig het materiaal te kiezen waarop u afdrukt, en dit materiaal op de juiste wijze te laden. Als er toch papier vastloopt, voert u de stappen uit die in dit hoofdstuk worden beschreven. Als er regelmatig sprake is van papierstoringen, raadpleegt u
Papierstoringen voorkomen.
Opmerking: Als het waarschuwingslampje brandt en het bericht Papierstoring wordt
weergegeven, verwijdert u eerst al het vastgelopen papier uit de gehele papierbaan. Het lampje gaat daarna uit. Vervolgens drukt u éénmaal op de knop Doorgaan om de weergave van het foutbericht te stoppen en door te gaan met afdrukken. Als u in het stuurprogramma van de printer of in het hulpprogramma voor lokale-printerinstellingen voor Jam Recovery de optie On hebt gekozen, wordt de vastgelopen pagina opnieuw afgedrukt. Als bij Jam Recovery de optie Auto is gekozen, kan het zijn dat de vastgelopen pagina niet opnieuw wordt afgedrukt.
In de volgende afbeelding ziet u hoe de afdrukmedia door de printer heen worden gev oerd. Het exacte traject varieert, afhankelijk van het type invoer (de invoerladen en de universeellader) en de uitvoerlade die u gebruikt.
Optionele lade
Rechterzijaanzicht van de printer
25
Het bedieningspaneel heef t zes lampje s.
De volgende situatie geeft een papierstoring aan:
Gereed/ Data
Toner bijna op
Papier laden/ verw.
Papier
storing
Fout
Op Doorgaan druk.
Als de lampjes op het bedieningspaneel in deze volgorde aan en uit zijn, drukt u tweemaal op de knop Doorgaan. De lampjes gaan nu, afhankelijk van de aard van de storing, in een andere volgorde branden.
Aan de hand van de tabel op de volgende pagina kunt u zien wat de verschillende mogelijkheden zijn en wat u per geval moet doen.
Opmerking: Zorg er altijd voor dat u de gehele papierbaan vrijmaakt. Als dat is gebeurd, drukt
u éénmaal op Doorgaan om de weergave van het bericht te stoppen en door te gaan met afdrukken. Als het lampje Papierstoring blijft branden nadat u de papierbaan hebt vrijgemaakt en op de knop Doorgaan hebt gedrukt, controleert u of er sprake is van een papierstoring in het traject voor dubbelzijdig afdrukken.
26
Gereed/ Data
Toner bijna op
Papier laden/ verw.
Papier storing
Fout
Op Doorgaan druk. Printerstatus Zie:
Storing in invoergebied
(Een invoergebied is dat gedeelte v an de printer waar afdrukmedia in de printer worden ingevoerd.)
Storing tussen invoer- en uitvoergebied
(Een invoergebied is dat gedeelte v an de printer waar afdrukmedia in de printer worden ingevoerd. Een uitvoergebied is dat gedeelte v an de printer waar de afgedrukte pagina's worden uitgevoerd naar een uitvoerlade.)
Storingen in het
gebied rond lade 1 op pagina 34
Storingen in het
gebied rond lade 2 op pagina 34
Storingen in een
lade als het papier al voorbij het metalen hoekplaatje is op pagina 35
Storingen onder
de tonercartridge
op pagina 28
Bij uitvoer naar
de standaarduitvoer lade op pagina 32
Storingen onder de tonercartridge op pagina 28
27
Gereed/ Data
Toner bijna op
Papier laden/ verw.
Papier storing
Fout
Op Doorgaan druk. Printerstatus Zie:
Storing in uitvoergebied
(Een uitvoergebied is dat gedeelte v an de printer waar de afgedrukte pagina's worden uitgevoerd naar een uitvoerlade.)
Storing in de interne eenheid voor dubbelzijdig afdrukken
Storing in de universeellader
Storingen onder
de printer op pagina 36
Papier heeft
standaarduitvoer lade nog niet bereikt op pagina 30
Bij uitvoer naar
de standaarduitvoer lade op pagina 32
Storingen achter
de klep van de achterste uitvoerlade op pagina 33
Storingen onder de printer op pagina 36
Storingen in de universeellader op pagina 34
Opmerking: Trek vastgelopen papier of andere media altijd voorzichtig en langzaam uit de
papierbaan, om scheuren te voorkomen.

Storingen onder de tonercartridge

Aangezien de papierstoring ook verder naar achteren kan optreden, achter het gedeelte waar de cartridge zich bevindt, moet u mogelijk wat verder naar binnen reiken om het vastgelopen papier te verwijderen.
10 Open de bovenste voorklep. 11 Verwijder de cartridge. (Raadpleeg De gebruikte tonercartridge verwijderen voor
instructies.)
LET OP: Achterin de printer kan het heet zijn.
28
Opmerking: Het uiteinde van het afdrukmedium is niet altijd zichtbaar.
12 Trek het afdrukmedium met beide handen in opwaartse richting naar rechts en vervolgens
naar buiten.
Opmerking: Als het afdrukmedium niet meegeeft, blijf dan niet trekken, maar probeer het
vastgelopen materiaal via de klep van de achterste uitvoerlade te bereik en. Zie
Storingen achter de bovenste voorklep en de klep van de achterste uitvoerlade voor verdere instructies.
29
13
Plaats de cartridge terug. (Zie de pagina's 74 tot en met 74 onder De nieuwe tonercartridge
installeren voor instr u ct i es.)
14 Sluit de bovenste voorklep.

Storingen achter de bovenste voorklep en de klep van de achterste uitvoerlade

In dergelijke gevallen moet u de klep van de achterste uitvoerlade en de bovenste voorklep openen:
Het afdrukmedium loopt vast voordat het de standaarduitvoerlade bereikt. Raadpleeg Papier
heeft standaarduitvoerlade nog niet bereikt.
Het afdrukmedium loopt vast voordat het geheel is uitgevoerd in de standaarduitvoerlade.
Raadpleeg Bij uitvoer naar de standaarduitvoerlade.
Papier heeft standaarduitvoerlade nog niet bereikt
Het afdrukmedium loopt vast voordat het de standaarduitvoerlade bereikt.
1 Open de klep van de achterste uitvoerlade.
30
Loading...
+ 130 hidden pages