Lees eerst de gids Veiligheid en garantie en de Installatiehandleiding die bij de computer zijn geleverd,
voordat u uw computer en deze Gebruikershandleiding gebruikt.
Lenovo
®
is continu bezig de documentatie van uw computer te verbeteren, met inbegrip van deze
Gebruikershandleiding. Voor de meest recente documenten gaat u naar:
https://support.lenovo.com
Opmerking: Mogelijk ziet uw computer er enigszins anders uit dan op de afbeeldingen in deze
gebruikershandleiding.
KENNISGEVING BEGRENSDE EN BEPERKTE RECHTEN: als gegevens of software word(t)(en) geleverd conform een
'GSA'-contract (General Services Administration), zijn gebruik, vermenigvuldiging en openbaarmaking onderhevig aan
beperkingen zoals beschreven in Contractnr. GS-35F-05925.
Inhoud
Belangrijke
veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . . iii
Lees dit eerst. . . . . . . . . . . . . . . . . iii
Situaties waarin onmiddellijk handelen vereist is . . . iii
Service en upgrades . . . . . . . . . . . . . . iv
Netsnoeren en voedingsadapters . . . . . . . . . v
Verlengsnoeren en vergelijkbare accessoires . . . . v
Stekkers en stopcontacten . . . . . . . . . . . vi
USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo . . . . . 66
Ondersteuningswebsite van Lenovo. . . . . . . 67
Klantsupportcentrum van Lenovo. . . . . . . . 67
Aanvullende services aanschaffen . . . . . . . 69
Bijlage A. Informatie over
regelgeving en TCO-certificering . . . 71
Bijlage B. Kennisgevingen inzake
WEEE en recycling voor landen en
regio's . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Bijlage C. Kennisgeving beperking van
schadelijke stoffen (Restriction of
Hazardous Substances, RoHS) voor
landen en regio's. . . . . . . . . . . . 83
Bijlage D. Informatie over ENERGY
STAR-modellen . . . . . . . . . . . . 87
Bijlage E. Kennisgevingen. . . . . . . 89
Bijlage F. Handelsmerken . . . . . . . 91
iiGebruikershandleiding
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Opmerking: Lees eerst de belangrijke veiligheidsinformatie.
Lees dit eerst
Deze informatie helpt u uw notebookcomputer veilig te gebruiken. Gebruik en bewaar alle informatie die bij
uw computer is geleverd. De informatie in dit document vormt op geen enkele manier een wijziging van de
voorwaarden in de koopovereenkomst of de Beperkte Garantie. Raadpleeg 'Informatie over de garantie' in
de publicatie Veiligheid en garantie die is meegeleverd met uw computer.
De veiligheid van de klant is belangrijk. Onze producten worden ontworpen met het oog op veiligheid en
effectiviteit. Personal computers zijn echter elektronische apparaten. Netsnoeren, voedingsadapters en
andere onderdelen kunnen een veiligheidsrisico opleveren dat, met name bij onjuist gebruik en misbruik, kan
leiden tot schade en lichamelijk letsel. Om deze risico's te verkleinen, dient u de bij het product geleverde
instructies te volgen, zich te houden aan alle waarschuwingen op het product zelf en in de
bedieningsinstructies, en de informatie in dit document zorgvuldig te lezen. Door de in dit document
opgenomen informatie en de bij het product geleverde instructies nauwkeurig op te volgen, beschermt u
zichzelf tegen gevaren en maakt u de werkomgeving van de computer een stuk veiliger.
Opmerking: Deze informatie bevat verwijzingen naar voedingsadapters en batterijen. Naast
notebookcomputers worden ook andere producten (zoals luidsprekers en beeldschermen) geleverd met een
externe voedingsadapter. Als u een dergelijk product in bezit hebt, is deze informatie ook daarop van
toepassing. Bovendien kunnen er in computerproducten interne batterijen ter grootte van een munt
('knoopcellen') zijn verwerkt, waarmee de systeemklok in stand wordt gehouden wanneer de stekker niet in
het stopcontact zit. De veiligheidsvoorschriften voor batterijen gelden dus voor alle computerproducten.
Situaties waarin onmiddellijk handelen vereist is
Door misbruik of achteloosheid kunnen producten beschadigd raken. Bepaalde schade aan
producten is zo ernstig dat het product niet meer mag worden gebruikt voordat het is geïnspecteerd
en, indien nodig, gerepareerd door een geautoriseerde onderhoudstechnicus.
Net als bij andere elektronische producten dient u goed op het product te letten wanneer u het aanzet.
In zeer uitzonderlijke gevallen kan het zijn dat u een geur waarneemt of rook dan wel vonkjes uit het
product ziet komen. Het kan ook zijn dat u een ploppend, krakend of sissend geluid hoort. Dit kan
erop wijzen dat een van de interne elektronische componenten op een gecontroleerde manier defect
is geraakt. Het kan echter ook een indicatie zijn van een mogelijk gevaarlijke situatie. Neem in
dergelijke gevallen nooit risico's en probeer niet zelf een diagnose te stellen. Neem voor hulp contact
op met het Klantsupportcentrum. Een lijst met telefoonnummer's voor service en ondersteuning vindt
u op de volgende website:
https://pcsupport.lenovo.com/supportphonelist
Controleer de computer en haar componenten regelmatig op schade, slijtage of andere tekenen van
gevaar. Mocht u twijfels hebben over de conditie van een bepaalde component, gebruik het product
dan niet. Neem contact op met het Klantsupportcentrum of met de fabrikant van het product. U krijgt
dan te horen hoe u het product kunt inspecteren en, indien nodig, kunt laten repareren.
In het onwaarschijnlijke geval dat een van de onderstaande omstandigheden zich voordoet of als u
twijfelt aan de veiligheid van het product, stopt u het gebruik van het product, haalt u de stekker uit
het stopcontact en ontkoppelt u de telefoonkabels. Neem voor verdere instructies contact op met het
Klantsupportcentrum.
• Gebroken of beschadigde netsnoeren, stekkers, adapters, verlengsnoeren, piekspanningsbeveiligingen of
voedingseenheden.
• Tekenen van oververhitting, rook, vonken of vuur.
• Schade aan een batterij (zoals barsten of deuken), spontane ontlading of lekkage uit de batterij
(herkenbaar aan vreemde stoffen).
• Een krakend, sissend of knallend geluid of een sterke geur afkomstig uit het product.
• Aanwijzingen dat er vloeistof is gemorst of dat er iets op de computer, het netsnoer of de voedingsadapter
is gevallen.
• De computer, het netsnoer of de adapter zijn nat geworden.
• Het product is gevallen of op welke manier dan ook beschadigd.
• Het product werkt niet normaal als u de bedieningsinstructies volgt.
Opmerking: Als u deze situatie constateert bij een product (bijvoorbeeld een verlengsnoer) dat niet is
gefabriceerd voor of door Lenovo
®
, gebruik dit product dan niet meer totdat u advies hebt ingewonnen bij de
fabrikant of totdat u een geschikte vervanging hebt gevonden.
Service en upgrades
Probeer niet zelf onderhoud aan het product uit te voeren, tenzij u hiertoe instructies hebt gekregen van het
Klantsupportcentrum of van de documentatie. Schakel alleen een serviceprovider in die goedkeuring heeft
voor het repareren van het desbetreffende product.
Opmerking: Sommige onderdelen van de computer kunnen door de gebruiker worden uitgebreid of
vervangen. Upgrades worden meestal 'opties' genoemd. Vervangende onderdelen die zijn goedgekeurd om
door de klant zelf te worden geïnstalleerd, worden Customer Replaceable Units of CRU's genoemd. CRU's
zijn door Lenovo voorzien van documentatie met instructies voor vervanging van deze onderdelen door de
klant. Volg bij het installeren of vervangen van dergelijke onderdelen steeds de instructies. Dat het aan/uitlampje niet brandt, betekent niet noodzakelijkerwijs dat het spanningsniveau binnenin een product nul is.
Voordat u de behuizing opent van een product dat is uitgerust met een netsnoer, dient u altijd te controleren
of het apparaat uit staat en of de stekker van het product uit het stopcontact is gehaald. Bij vragen neemt u
contact op met het Klantsupportcentrum.
Hoewel er geen bewegende onderdelen in uw computer zitten als het netsnoer uit het stopcontact is
gehaald, is het goed om de volgende waarschuwingen, omwille van uw veiligheid, ter harte te nemen.
WAARSCHUWING:
Gevaarlijke bewegende onderdelen. Houd uw vingers en andere lichaamsdelen op afstand.
WAARSCHUWING:
Voordat u de kap van de computer opent, zet u de computer uit en wacht u een paar minuten totdat de
computer is afgekoeld.
iv
Gebruikershandleiding
Netsnoeren en voedingsadapters
GEVAAR
Gebruik alleen netsnoeren en voedingsadapters die door de fabrikant van het product zijn geleverd.
Netsnoeren dienen goedgekeurd te zijn voor veiligheid. Voor Duitsland, is dit H03VV-F, 3G, 0,75 mm
of beter. In andere landen moet aan overeenkomstige veiligheidseisen zijn voldaan.
Wind een netsnoer nooit om een voedingsadapter of een ander voorwerp. Hierdoor kan er een
mechanische spanning op het snoer komen te staan, waardoor het kan rafelen of scheuren. Dit kan
gevaar opleveren.
Plaats netsnoeren altijd zo, dat niemand er op kan gaan staan of over kan vallen en dat er geen
voorwerpen op kunnen worden gezet.
Voorkom dat netsnoeren en voedingsadapters nat worden. Laat een netsnoer of voedingsadapter
bijvoorbeeld niet liggen bij een wasbak of toilet, of op een vloer die wordt schoongemaakt met een
vloeibaar reinigingsmiddel. Vloeistoffen kunnen kortsluiting veroorzaken, met name als het
netsnoer of de voedingsadapter slijtage vertoont ten gevolge van verkeerd gebruik. Bovendien kan
vloeistof corrosie van de stekkers en/of aansluitpunten veroorzaken, hetgeen uiteindelijk kan leiden
tot oververhitting.
Zorg ervoor dat de netstroomstekkers helemaal in het stopcontact zijn gestoken.
Gebruik geen voedingsadapter die sporen vertoont van corrosie aan de invoerpennen of sporen van
oververhitting (zoals vervormd plastic) bij de aansluiting of op een ander deel van de
voedingsadapter.
Maak nooit gebruik van een netsnoer waarvan de contactpunten sporen van roest, corrosie of
oververhitting vertonen of waarvan het snoer of de stekker op welke manier dan ook beschadigd is.
2
Om mogelijke oververhitting te voorkomen mag u de voedingsadapter niet bedekken met kleding of
andere voorwerpen, wanneer de voedingsadapter in een stopcontact zit.
Verlengsnoeren en vergelijkbare accessoires
Controleer of alle verlengsnoeren, piekspanningsbeveiligingen, noodvoedingen en stekkerdozen die u
gebruikt, bestand zijn tegen de elektrische eisen van het product. Overbelast deze apparaten nooit. Als u
stekkerdozen gebruikt, mag de belasting niet hoger zijn dan de invoerspecificatie van die stekkerdoos.
Mocht u vragen hebben over (over)belasting, elektrische eisen en invoerspecificaties, neem dan contact op
met een elektricien.
Als het stopcontact waarop u de computerapparatuur wilt aansluiten, beschadigd of verroest blijkt
te zijn, gebruik het dan niet tot een gekwalificeerde elektricien het heeft vervangen.
Verbuig of verander de stekker niet. Als de stekker beschadigd is, bestel dan een vervangend
exemplaar bij de fabrikant.
Gebruik voor de computer niet hetzelfde stopcontact als voor andere elektrische apparaten die veel
stroom gebruiken. Het voltage kan dan instabiel worden, en dit kan leiden tot schade aan de
computer, de gegevens en/of de aangesloten apparatuur.
Bepaalde producten worden geleverd met een stekker met randaarde. Deze stekker past alleen in
een stopcontact met randaarde. Dit is een veiligheidsvoorziening. Steek dergelijke stekkers alleen
in een geaard stopcontact. Neem, als u de stekker niet in het stopcontact kunt steken, contact op
met een elektricien voor een goedgekeurde stopcontactadapter of vervang het stopcontact door
een exemplaar met deze beveiligingsfunctie. Voorkom overbelasting van het stopcontact. De totale
systeembelasting mag niet hoger zijn dan 80 procent van de specificatie van de groep. Mocht u
vragen hebben over (over)belasting of specificaties van groepen, neem dan contact op met een
elektricien.
Zorg dat het stopcontact dat u gebruikt, correct bedraad is, goed bereikbaar is en zich in de buurt
van de apparatuur bevindt. Zorg dat het netsnoer niet helemaal strak staat, hierdoor kan het slijten.
Controleer of het stopcontact dat u gebruikt, de juiste spanning en stroomsterkte levert voor het
apparaat dat u installeert.
Wees voorzichtig als u de stekker in het stopcontact steekt of eruit haalt.
Kennisgeving voedingseenheid
GEVAAR
Verwijder nooit de kap van een voeding of van andere componenten waarop het volgende label is
bevestigd.
In componenten met dit label, bevinden zich gevaarlijke spannings-, stroom- of energieniveaus. Er
bevinden zich in deze componenten geen onderdelen die onderhoud vereisen. Als u vermoedt dat er
met een van deze onderdelen een probleem is, neem dan contact op met een onderhoudstechnicus.
vi
Gebruikershandleiding
Externe apparatuur
WAARSCHUWING:
Sluit geen andere externe kabels of snoeren aan dan USB- en 1394-kabels als de computer is
ingeschakeld. Anders kan de computer beschadigd raken. Om schade aan de aangesloten apparaten
te voorkomen, dient u na het uitschakelen van de computer minimaal vijf seconden te wachten
voordat u de externe apparaten ontkoppelt.
Algemene waarschuwing over de batterij
GEVAAR
De batterijen die door Lenovo voor uw product worden geleverd, zijn getest op compatibiliteit en
mogen alleen worden vervangen door goedgekeurde onderdelen. Batterijen die niet door Lenovo
worden aanbevolen, die uit elkaar zijn gehaald of die zijn geopend, vallen niet onder de garantie.
Verkeerd gebruik of verkeerde hantering van de batterij kan leiden tot een oververhitting, lekkage
van vloeistof of een explosie. Om mogelijk letsel te voorkomen, doet u het volgende:
• Open en demonteer de batterij niet en probeer hem niet te repareren.
• Plet of doorboor de batterij niet.
• Zorg dat er geen kortsluiting in de batterij optreedt en stel de batterij niet bloot aan water of
andere vloeistoffen.
• Houd de batterij uit de buurt van kinderen.
• Houd de batterij uit de buurt van open vuur.
Staak het gebruik van de batterij als deze is beschadigd of als u ontdekt dat er vloeistof of
opgehoopt onbekend materiaal op de uiteinden van de batterij zit.
Bewaar de oplaadbare batterijen of producten met ingebouwde oplaadbare batterijen op
kamertemperatuur, met een lading van ongeveer 30 tot 50%. Om te voorkomen dat de batterijen te
veel ontladen, is het aan te bevelen deze eens per jaar op te laden.
Gooi de batterij niet bij het normale huisvuil weg. Behandel oude batterijen als klein chemisch afval.
Kennisgeving voor ingebouwde oplaadbare batterij
GEVAAR
Probeer niet zelf de oplaadbare ingebouwde batterij te verwijderen of te vervangen. Het vervangen
van de batterij moet worden uitgevoerd door een reparatiebedrijf dat door Lenovo is geautoriseerd.
Laad de batterij uitsluitend op volgens de instructies in de productdocumentatie.
Deze door Lenovo geautoriseerde bedrijven recyclen Lenovo-batterijen volgens de plaatselijke weten regelgeving.
Kennisgeving voor niet-oplaadbare knoopcelbatterij
GEVAAR
Probeer niet zelf de niet-oplaadbare knoopcelbatterij te vervangen. Het vervangen van de interne
batterij moeten worden uitgevoerd door een reparatiebedrijf dat door Lenovo is geautoriseerd.
Deze door Lenovo geautoriseerde bedrijven recyclen Lenovo-batterijen volgens de plaatselijke weten regelgeving.
De volgende verklaring geldt voor gebruikers in de staat Californië, V.S.
Informatie over perchloraat voor Californië:
Producten die zijn uitgerust met lithium-knoopcelbatterijen met mangaandioxide, kunnen
perchloraat bevatten.
Perchloraat materiaal - speciale behandeling kan een vereiste zijn. Zie
hazardouswaste/perchlorate/
https://www.dtsc.ca.gov/
viiiGebruikershandleiding
Warmte en ventilatie
GEVAAR
Computers, netvoedingsadapters en veel accessoires genereren warmte als ze aan staan en als een
batterij wordt opgeladen. Door hun compacte formaat kunnen notebookcomputers een aanzienlijke
hoeveelheid warmte produceren. Neem daarom altijd de volgende elementaire
voorzorgsmaatregelen:
• Als de computer aan staat of als de batterij wordt opgeladen, kunnen de onderkant, de polssteun
en bepaalde andere onderdelen warm worden. Houd de computer niet te lang op schoot en houd
uw handen of enig ander lichaamsdeel niet te lang tegen een warm onderdeel van de computer
aan. Als u het toetsenbord gebruikt, leg uw handen of polsen dan niet gedurende langere tijd op
de polssteun. Tijdens de normale werking produceert de computer enige warmte. De
hoeveelheid warmte hangt af van de mate van systeemactiviteit en het oplaadniveau van de
batterij. Bij langdurig contact met uw lichaam kunnen er, ook door uw kleding heen, ongemakken
en zelfs brandwonden ontstaan. Onderbreek uw werk met het toetsenbord daarom af en toe en
haal uw handen van de polssteun. Let erop dat u het toetsenbord niet te lang gebruikt.
• Gebruik de computer niet en laad de batterijen niet op in de buurt van licht ontvlambare of
explosieve materialen.
• Ventilatieopeningen, ventilatoren en/of koelribben maken deel uit van het product omwille van de
veiligheid, het comfort en een betrouwbare werking. Deze voorzieningen kunnen per ongeluk
geblokkeerd raken als u het product op een bed, zitbank, vloerkleed of andere zachte
ondergrond plaatst. Zorg ervoor dat deze voorzieningen nooit geblokkeerd, bedekt of
uitgeschakeld raken.
• Als de computer via de netvoedingsadapter is aangesloten op het stopcontact, wordt de adapter
warm. Zorg dat de adapter op dergelijke momenten niet tegen uw lichaam komt. Gebruik de
netvoedingsadapter nooit om u eraan op te warmen. Bij langdurig contact met uw lichaam
kunnen er, ook door uw kleding heen, brandwonden ontstaan.
Neem voor uw eigen veiligheid en voor het in stand houden van een optimale werking van de
computer altijd de volgende elementaire voorzorgsmaatregelen:
• Houd de kap gesloten zolang de stekker in het stopcontact zit.
• Controleer regelmatig of de buitenkant van de computer niet bestoft is.
• Verwijder al het stof uit de ventilatiesleuven en -openingen in de frontplaat. Als de computer in
een stoffige of drukke omgeving staat, kan het nodig zijn de computer vaker schoon te maken.
• Houd de ventilatieopeningen vrij en zorg dat er niets vóór staat.
• Plaats de computer tijdens het gebruik niet in een kast of ander meubelstuk, want dit vergroot de
kans dat de computer oververhit raakt.
• De lucht die in de computer wordt gezogen, mag niet warmer zijn dan 35 °C.
Elektrische stroom van lichtnet-, telefoon- en communicatiekabels is gevaarlijk.
Houd u ter voorkoming van een schok aan het volgende:
• Gebruik de computer niet tijdens onweer.
• Sluit tijdens onweer geen kabels aan en ontkoppel ze niet. Voer ook geen installatie-,
onderhouds- of configuratiewerkzaamheden aan dit product uit tijdens onweer.
• Sluit alle netsnoeren aan op correct bedrade, geaarde stopcontacten.
• Sluit ook het netsnoer van alle apparaten die op dit product worden aangesloten aan op een
correct geaard stopcontact.
• Gebruik indien mogelijk slechts één hand bij het aansluiten en loskoppelen van signaalkabels.
• Zet een apparaat nooit aan als dit brand-, water- of structuurschade vertoont.
• Ontkoppel alle netsnoeren, batterijen en snoeren voordat u de kap van een apparaat opent, tenzij
de installatie- of configuratie-instructies expliciet anders voorschrijven.
• Gebruik de computer niet voordat de behuizingen van de interne onderdelen vastzitten. Gebruik
de computer nooit wanneer interne onderdelen en circuits blootliggen.
GEVAAR
Als u dit product of een aangesloten apparaat installeert, verplaatst of opent, houd u dan bij het
aansluiten en loskoppelen van de kabels aan de volgende procedures.
Aansluiten:
1. Zet alles UIT.
2. Sluit eerst alle kabels aan op de apparaten.
3. Sluit de signaalkabels aan.
4. Steek de stekkers van de netsnoeren in het
stopcontact.
5. Zet de apparaten AAN.
Voordat u andere elektrische kabels en snoeren op de computer aansluit, moet u eerst de stekker uit het
stopcontact halen.
De stekker mag pas in het stopcontact worden gestoken nadat u alle andere kabels en snoeren hebt
aangesloten op de computer.
GEVAAR
Ontkoppelen:
1. Zet alles UIT.
2. Haal eerst de stekkers uit het stopcontact.
3. Ontkoppel de signaalkabels.
4. Ontkoppel alle kabels van de apparaten.
Tijdens onweer dient u geen vervangingen uit te voeren en dient u het telefoonsnoer niet aan te
sluiten of te ontkoppelen.
x
Gebruikershandleiding
Kennisgeving LCD (liquid crystal display)
WAARSCHUWING:
Het liquid crystal display (LCD-scherm) is gemaakt van glas, en door een ruwe omgang of het laten
vallen van de computer kan het LCD-scherm kapotgaan. Als het beeldscherm breekt en de vloeistof
uit het scherm in uw ogen of op uw handen komt, moet u de besmette lichaamsdelen onmiddellijk
gedurende minstens 15 minuten met water spoelen. Mocht u klachten krijgen of mochten er andere
symptomen optreden, raadpleeg dan een arts.
Opmerking: Voor producten met fluorescentielampen met kwik (bijvoorbeeld geen LED) bevat de
fluorescentielamp in het liquid crystal display (LCD) kwik. Het scherm moet worden afgedankt met
inachtneming van de lokale, provinciale of nationale wetten.
Hoofdtelefoon of oortelefoon gebruiken
WAARSCHUWING:
Een te hoog geluidsvolume van de hoofdtelefoon of oortelefoon kan leiden tot schade aan het gehoor.
Als u de equalizer op het maximumniveau instelt, wordt de uitvoerspanning verhoogd en het volume
van de hoofdtelefoon of oortelefoon. Om uw gehoor te beschermen stelt u de equalizer in op een
gepast niveau.
Het overmatige gebruik van hoofd- of oortelefoons gedurende een langere tijd bij een hoog volume kan
gevaarlijk zijn als de uitvoer van de hoofd- of oortelefoonaansluitingen niet voldoet aan de specificaties van
EN 50332-2. De uitvoer die uw computer aan de hoofdtelefoon levert, voldoet aan EN 50332-2 Sub 7. Deze
specificatie beperkt de RMS uitvoerspanning van de computer tot 150 mV. Om schade aan het gehoor te
voorkomen, dient u te controleren of de hoofd- of oortelefoon die u gebruikt, eveneens voldoet aan EN
50332-2 (Artikel 7) ten aanzien van een spanning van 75 mV. Gebruik van een hoofd- of oortelefoon die niet
voldoet aan EN 50332-2 kan, ten gevolge van een te hoog geluidsdrukniveau, schadelijk zijn voor het gehoor.
Als uw Lenovo-computer is geleverd met een hoofdtelefoon of oortelefoon, voldoen de computer met
hoofdtelefoon of oortelefoon als set aan de specificaties van EN 50332-1. Gebruikt u een andere hoofd- of
oortelefoon, controleer dan of die voldoet aan EN 50332-1 (Artikel 6.5). Gebruik van een hoofd- of
oortelefoon die niet voldoet aan EN 50332-1 kan, ten gevolge van een te hoog geluidsdrukniveau, schadelijk
zijn voor het gehoor.
Kennisgeving verstikkingsgevaar
VERSTIKKINGSGEVAAR - product bevat kleine onderdelen.
Houd het product uit de buurt van kinderen onder de drie jaar.
Kennisgeving over plastic zakken
GEVAAR
Plastic zakken kunnen gevaarlijk zijn. Houd plastic zakken uit de buurt van baby's en kinderen om
de kans op verstikking te voorkomen.
WAARSCHUWING:
Bepaalde onderdelen van uw product kunnen van glas zijn gemaakt. Dit glas kan breken als het
product op een harde ondergrond valt of een harde klap krijgt. Als het glas breekt, raak het dan niet
aan en probeer het niet te verwijderen. Gebruik uw product niet meer tot het glas door bevoegd
onderhoudspersoneel is vervangen.
xii
Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 1.Kennismaken met uw 2-in-1 afneembare
computer
Hierin vindt u een overzicht van de onderdelen van de computer, zoals de aansluitingen, indicatielampjes,
kenmerken, specificaties en gebruiksomgeving.
Opmerking: Mogelijk ziet uw computer er enigszins anders uit dan op de afbeeldingen in dit hoofdstuk.
Aansluitingen en lampjes
Opmerking: De aansluitingen en lampjes die met een sterretje (*) worden aangegeven, zijn beschikbaar op
bepaalde modellen.
1 Stereoluidspreker (links): De stereoluidspreker is zeer geschikt voor het afspelen van muziek of film.
2 NFC-touchpoint *: Met NFC (Near Field Communication) kunt u gegevens van het ene naar het andere
apparaat overbrengen door de apparaten tegen elkaar of dicht bij elkaar te plaatsen. Zie 'NFC-apparaten
gebruiken' op pagina 14.
3 Infraroodcamera *: De infraroodcamera biedt een persoonlijke en veilige manier voor aanmelding bij de
computer door middel van gezichtsverificatie. Nadat u de infraroodcamera voor gezichtsverificatie hebt
ingesteld, kunt u uw computer ontgrendelen door uw gezicht te scannen, in plaats van een wachtwoord te
gebruiken. Meer informatie vindt u in 'De camera's gebruiken' op pagina 19.
4 Camera aan voorzijde en 5 Camerastatuslampje: Gebruik de 2-megapixel naar voren gerichte camera
om foto's en video's te maken.
6 Omgevingslichtsensor: Detecteer de hoeveelheid licht in de omgeving en pas de verlichting van het
beeldscherm daaraan aan.
7 Microfoons: Met de microfoons kunt u gesprekken voeren en opnamen maken.
8 Vingerafdruklezer: Met de vingerafdruklezer kunt u zich aanmelden bij de computer door uw
vingerafdrukken te laten lezen, in plaats van een wachtwoord in te voeren. Zie 'De vingerafdruklezer
gebruiken' op pagina 18.
9 Stereoluidspreker (rechts): De stereoluidspreker is zeer geschikt voor het afspelen van muziek of film.
10 Aan/uit-knop: Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen. U kunt de aan/uit-knop ook
gebruiken om de tablet in de slaapstand te laten gaan en weer te laten ontwaken.
11 Volumeknoppen: Met deze knoppen stelt u het volume van de computer hoger of lager in.
12 Penhoudersleuf: De penhoudersleuf is bedoeld om de penhouder in te plaatsen.
13 Aansluiting van pogo-interface: Gebruik deze aansluiting om een ondersteund toetsenbord aan te
sluiten.
14 Audio-aansluiting: Hierop sluit u een hoofdtelefoon of headset aan om naar audio van de computer te
luisteren.
15 Minisleuf voor veiligheidsslot: Om uw computer tegen diefstal te beschermen kunt u de computer aan
een bureau, tafel of ander vast voorwerp vastmaken met een veiligheidskabelslot dat in de minisleuf in de
computer past.
Opmerking: De sleuf is geschikt voor kabelsloten die voldoen aan de normen voor Kensington MiniSaver
®
sloten met Cleat™-vergrendeltechnologie. Gebruik geen ander type kabelslot dat gebruikmaakt van een
roterend T-bar™-vergrendelmechanisme. U bent zelf verantwoordelijk voor de keuze en toepassing van het
specifieke slot en andere beveiligingsvoorzieningen. Lenovo geeft geen oordeel, commentaar of garantie met
betrekking tot de functionaliteit, kwaliteit of prestaties van het slot en de beveiligingsvoorziening. Kabelsloten
voor uw product zijn verkrijgbaar bij Lenovo op
16 USB-C™-aansluitingen (compatibel met Thunderbolt™ 3): Door middel van de USB-C-aansluitingen
https://www.lenovoquickpick.com/.
kunt u de computer opladen en met een compatibel apparaat verbinden om informatie over te brengen. De
USB-C aansluitingen op uw computer ondersteunen zowel de USB Type-C™ standaard als de Thunderbolt
3-technologie. Lenovo heeft diverse USB-C-accessoires om de functionaliteit van uw computer uit te
breiden. Ga voor meer informatie naar:
https://www.lenovo.com/accessories
Opmerking: Als de hoeveelheid resterende energie in de batterij minder dan 10% is, werken USB-Caccessoires die op de USB-C-aansluiting zijn aangesloten, mogelijk niet correct.
17 Sleuf voor microSD-kaart en nano-simkaart: Door middel van de microSD-kaart (afzonderlijk verkocht)
kunt u bestanden overbrengen of opslaan. Zie 'Een microSD-kaart gebruiken' op pagina 16. Door middel van
een nano-simkaart* kunt u verbinding maken met een mobiel breedbandnetwerk. Zie 'Verbinding maken met
een draadloos netwerk' op pagina 10.
2
Gebruikershandleiding
1 Noodresetgaatje: Als de computer niet meer reageert, verwijdert u eerst de netvoedingsadapter en reset
u vervolgens de computer door een speld of uitgevouwen paperclip in het noodresetgaatje te steken.
2 en 3 Systeemstatuslampjes: Het lampje in het ThinkPad-logo en het lampje in de aan/uit-knop geven de
systeemstatus van de computer aan.
• Drie keer knipperen: De computer wordt net aangesloten op een voedingsbron.
• Aan: De computer staat aan en bevindt zich in de werkstand.
• Uit: De computer staat uit of bevindt zich in de slaapstand.
4 Standaard: Zie 'De standaard gebruiken' op pagina 8.
5 Camera aan de achterzijde: Met de 8-megapixel camera met hoge resolutie aan de achterkant kunt
foto's en video's maken.
Voorzieningen en specificaties
Formaat
• Breedte: 304,1 mm
• Diepte: 226 mm
• Dikte
– Zonder het optionele Thin Keyboard: 8,9 mm
– Met het optionele Thin Keyboard: 14,4 mm
Opmerking: De functies die met een sterretje (*) worden aangegeven, zijn beschikbaar op bepaalde
modellen.
Hoofdstuk 1. Kennismaken met uw 2-in-1 afneembare computer3
Microprocessor en geheugen
Als u de informatie over de microprocessor en het geheugen wilt bekijken, opent u het menu Start
op Instellingen ➙ Systeem ➙ Info.
• Bescherming tegen vingerafdrukken en IPS-technologie (In-Plane Switching)
• Multitouch-technologie
Camera's
• Camera aan de voorzijde, 2 megapixels
• Infraroodcamera *
• Camera aan de achterzijde, 8 megapixels zonder flitser
Aansluitingen en sleuven
• Gecombineerde audioaansluiting
• Twee USB-C-aansluitingen (compatibel met Thunderbolt 3)
• Aansluiting van pogo-interface (voor het ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard)
• Sleuf voor microSD-kaart en nano-simkaart
• Penhoudersleuf
• Minisleuf voor veiligheidsslot
en tikt u
Beveiligingsvoorzieningen
• Vingerafdruklezer
• Wachtwoord
• Minisleuf voor veiligheidsslot
• Trusted Platform Module (TPM) *
Draadloze voorzieningen
• Bluetooth 4.1
• GPS (Global Positioning System) *
• NFC (Near Field Communication) *
• Draadloos LAN (Wireless Local Area Network)
• WWAN (Wireless wide area network) *
Voedingsbron (netvoedingsadapter)
• Sinus-invoer bij 50 tot 60 Hz
• Ingangsspanning van de netvoedingsadapter: 100 tot 240 Volt wisselstroom
• Li-ionbatterij van 42 Wh
4
Gebruikershandleiding
Verklaring op USB overdrachtssnelheid
Afhankelijk van vele factoren, zoals de verwerkingscapaciteit van de host en randapparaten,
bestandseigenschappen en andere factoren die betrekking hebben op de systeemconfiguratie en
gebruiksomgevingen, kan de feitelijke overdrachtssnelheid met behulp van de verschillende USBaansluitingen op dit apparaat variëren en langzamer zijn dan de opgegeven gegevenssnelheid voor elk
onderstaand overeenkomstig apparaat.
USB-apparaatGegevenssnelheid (Gbit/s)
3.2 Gen 1 / 3.1 Gen 1
3.2 Gen 2 / 3.1 Gen 2
3.2 Gen 2 × 2
5
10
20
Gebruiksomgeving
Maximumhoogte zonder kunstmatige druk
5000 m
Temperatuur
• In bedrijf: 5,0 °C tot 35,0 °C
• In opslag: 5,0 °C tot 43,0 °C
• Maximumtemperatuur bij werking zonder kunstmatige druk: 31,3 °C
Relatieve vochtigheid
• In bedrijf: 8% tot 95%
• Opslag: 5% tot 95%
Plaats de computer zo mogelijk in een droge, goed geventileerde omgeving en stel hem niet bloot aan
rechtstreekse zonnestraling. Vermijd gebruik of opslag van de computer een in stoffige, vuile ruimte, of in een
extreem warme of koude omgeving.
Customer Replaceable Units
Customer Replaceable Units (CRU's) zijn onderdelen die door de gebruiker zelf kunnen worden vervangen.
ThinkPad-computers bevatten de volgende typen CRU's:
• Self-service CRU's: Verwijzen naar onderdelen die eenvoudig kunnen worden geïnstalleerd of vervangen
door gebruikers zelf of tegen extra kosten door speciaal opgeleide servicemedewerkers.
• Optional-service CRU's: Verwijzen naar onderdelen die kunnen worden geïnstalleerd of vervangen door
meer ervaren gebruikers. Speciaal opgeleide servicemedewerkers kunnen tevens een service bieden om
de onderdelen te installeren of vervangen onder het type garantie dat is vastgesteld voor het apparaat van
de gebruiker.
Als u de CRU zelf wilt installeren, verzendt Lenovo de CRU naar u. Informatie over CRU‘s en
vervangingsinstructies worden bij uw product geleverd en zijn te allen tijde op verzoek bij Lenovo
verkrijgbaar. Mogelijk moet u het defecte onderdeel retourneren dat door de CRU wordt vervangen. Indien
terugzending wordt verlangd: (1) worden bij de vervangende CRU retourzending-instructies, een
voorgefrankeerd retouretiket en een verpakkingsmateriaal geleverd; en (2) kunnen u voor de vervangende
CRU kosten in rekening worden gebracht indien Lenovo de defecte CRU niet ontvangt binnen dertig (30)
Hoofdstuk 1. Kennismaken met uw 2-in-1 afneembare computer5
dagen nadat u de vervangende CRU hebt ontvangen. Raadpleeg de documentatie bij uw Lenovo Beperkte
Garantie op
https://www.lenovo.com/warranty/llw_02 voor de volledige details.
Raadpleeg de volgende lijst voor de CRU-gegevens van uw computer.
Self-service CRU's
• Lenovo USB-C 45W AC Adapter en netsnoer *
• Lenovo USB-C 65W AC Adapter en netsnoer *
Opmerking: De CRU's die met een sterretje (*) worden aangeduid, zijn beschikbaar op bepaalde modellen.
Afhankelijk van het model worden bij de computer mogelijk bepaalde optionele accessoires geleverd. De
optionele accessoires zijn allemaal self-service CRU's.
6
Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 2.Aan de slag
Hier vindt u basisinformatie over uw computer, waarmee u aan de slag kunt gaan. Volg de instructies om de
computer in te stellen, het multitouch-scherm te gebruiken, verbinding met een netwerk te maken en de
computer in de juiste energiestanden te zetten.
De computer instellen voor gebruik
Wanneer u de computer voor het eerst gebruikt, moet u de initiële configuratie als volgt afronden:
1. Steek de stekker van de computer in het stopcontact.
2. Druk op de aan/uit-knop om de computer in te schakelen.
3. Volg de aanwijzingen om de eerste installatie te voltooien.
Opmerking: Als u een optionele pen, toetsenbord of dockingstation hebt, raadpleegt u Hoofdstuk 4
'Accessoires' op pagina 25 voor meer informatie over hoe u deze aansluit en gebruikt.
De computer heeft een ingebouwde standaard. Klap de staanderpoten vanuit de inkepingen aan beide zijden
van de computer uit naar de geopende stand, zoals getoond in de afbeelding.
Met de standaard in de geopende positie kunt u de computer gebruiken in de volgende standen.
a Standaardwerkstand zonder het ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
b Standaardwerkstand met het ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
c Stylusstand
De standaard kan in vele posities worden geplaatst. U kunt de werkhoek van de standaard instellen op
verschillende standen, zodat u op de voor u meest comfortabele manier kunt werken.
Werken met het multitouch-scherm
Gebruik de aanraakbewegingen om interactief met de computer te werken.
8
Gebruikershandleiding
Dit gedeelte beschrijft alleen de meest frequent gebruikte gebaren. Raadpleeg de helpinformatie van
®
Windows
voor een volledige lijst van ondersteunde gebaren. Zie 'Hulp voor het Windows-
besturingssysteem' op pagina 21.
Opmerking: Bepaalde gebaren worden worden alleen in bepaalde apps ondersteund.
Tikken
Tik op het scherm om het
item waarop u tikt te
openen, selecteren of
activeren.
Schuiven
Schuif uw vinger naar links
of naar rechts op het
scherm om door items te
bladeren, zoals pagina's,
foto's en lijsten.
Inzoomen
Plaats twee vingers op het
scherm en beweeg ze
verder van elkaar af om in
te zoomen.
Draaien
Plaats twee of meer vingers
op een item en draai
vervolgens uw vingers
linksom of rechtsom.
Tikken en vasthouden
Tik op het scherm en houd
uw vinger op het scherm
om een menu te openen
met meerdere opties.
Slepen
Sleep een item naar de
gewenste locatie om deze
te verplaatsen.
Uitzoomen
Plaats twee vingers op het
scherm en beweeg ze
vervolgens dichter naar
elkaar toe om uit te
zoomen.
Veeg met uw vingers
vanaf de bovenrand naar
beneden.
Sluit de huidige toepassing
op volledig scherm.
Veeg met uw vingers
vanaf de linkerrand
Bekijk al uw geopende
apps in de taakweergave.
Veeg met uw vingers kort
vanaf de boven- of
onderrand
• Vanaf boven: toon de
verborgen titelbalk in
apps op volledig
scherm.
• Vanaf onder: toon de
taakbalk in apps op
volledig scherm.
Veeg met uw vingers
vanaf de rechterrand
Open het actiecentrum.
Hoofdstuk 2. Aan de slag9
Tips voor het werken met het multitouch-scherm
• Het multitouch-scherm is gemaakt van glas met daar overheen een plastic film. Oefen nooit druk uit op of
plaats geen metalen voorwerp op het scherm omdat het multitouch-scherm beschadigd of defect kan
raken.
• Voer geen handelingen op het scherm uit met levenloze voorwerpen (behalve een goedgekeurde
ThinkPad Pen Pro), nagels of vingers in handschoenen.
Tips voor het schoonmaken van het multitouch-scherm
• Zet de computer uit voordat u het multitouch-scherm schoonmaakt.
• Verwijder met een droge, zachte, pluisvrije doek of een absorberend stuk kantoen vingerafdrukken of stof
van het multitouch-scherm. Gebruik geen oplosmiddelen.
• Veeg het scherm voorzichtig van boven naar beneden af. Oefen geen druk uit op het scherm.
Verbinding maken met een draadloos netwerk
Als u de computer verbinding laat maken met internet of andere draadloze netwerken, kunt u met de
computer op het internet surfen en informatie delen.
De computer ondersteunt de volgende draadloze netwerken:
• Wi-Fi
• Mobiel breedbandnetwerk (wordt niet door alle modellen ondersteund)
®
-netwerk
De Wi-Fi-functie biedt netwerktoegang op afstanden tot 100 meter, afhankelijk van de Wi-Fi-router en uw
omgeving. De computer beschikt over een draadloze LAN-kaart voor de Wi-Fi-verbinding. De kwaliteit van
een Wi-Fi-signaal worden beïnvloed door het aantal verbonden apparaten, de infrastructuur en de
objecten waar het signaal doorheen wordt verzonden.
Met de mobiele breedbandfunctie kunt u vanaf elke locatie waar de mobiele service beschikbaar is
verbinding maken met internet. De mobiele breedbandverbindingen gebruiken de mobiele 3G-, 4G- of
LTE-netwerken, net zoals telefoons. De mobiele breedbandverbinding werkt alleen op computermodellen
waarop een kaart voor draadloos WAN is geïnstalleerd.
Er is een nano-SIM-kaart of een extern mobiel breedbandapparaat nodig om verbinding te maken met een
mobiel breedbandnetwerk.
De computer biedt tevens ondersteuning voor draadloze communicatie via Bluetooth en NFC. Raadpleeg
'NFC-apparaten gebruiken' op pagina 14 en 'Bluetooth-apparaten gebruiken' op pagina 14 voor meer
informatie.
Zo maakt u gebruik van een draadloos netwerk:
1. Tik in het systeemvak van Windows op het pictogram voor draadloze netwerkverbindingen. Er wordt een
lijst met beschikbare draadloze netwerken weergegeven.
Opmerking: Als de Vliegtuigstand is ingeschakeld of als de Wi-Fi- of Mobiel breedband-functie is
uitgeschakeld, wordt de lijst mogelijk niet weergegeven. Tik op de bijbehorende regeling om de lijst weer
te geven.
2. Tik op een netwerk om hiervan deel te gaan uitmaken. Voor beveiligde netwerken voert u het juiste
wachtwoord in als daarom wordt gevraagd.
U kunt als volgt een nano-SIM-kaart vervangen of plaatsen:
De sleuf voor de nano-simkaart en de microSD-kaart bevindt zich aan de linkerkant van de computer.
Schakel de computer uit voordat u begint.
10
Gebruikershandleiding
1. Steek een uitgevouwen paperclip in het gaatje in de lade 1 . De lade werpt de SIM-kaart uit. Schuif
vervolgens de lade voorzichtig uit de computer. Als een nano-simkaart is geplaatst, neem deze dan
voorzichtig uit de lade
2. Plaats een nieuwe nano-simkaart in de lade, met de metalen contactpunten naar beneden
kaart in de sleuf voor de nano-simkaart en de microSD-kaart totdat u hoort dat hij vastklikt
2 .
3 . Duw de
4 . Controleer
of de nieuwe nano-SIM-kaart in de goede richting is geplaatst.
Verbinding maken met een bekabeld netwerk
U moet mogelijk een bekabelde netwerkverbinding tot stand brengen via een Ethernet-kabel bij het
downloaden van grote bestanden. Afhankelijk van het model kan bij de computer een ThinkPad USB C
Ethernet Adapter worden geleverd. Met deze adapter kunt u de computer op een bekabeld netwerk
aansluiten. U kunt ook de adapter ook aanschaffen op:
https://www.lenovo.com/accessories
U maakt als volgt verbinding met een bekabeld netwerk:
1. Sluit de ThinkPad USB C Ethernet Adapter aan op een van de USB-C aansluitingen (Thunderbolt 3compatibel) op de computer.
2. Sluit een ethernetkabel aan op de ThinkPad USB C Ethernet Adapter.
3. Tik in het systeemvak van Windows op het pictogram van het bekabelde netwerk en voer indien nodig
de gebruikersnaam en het wachtwoord in.
De computer opladen
Attentie: Gebruik alleen door Lenovo goedgekeurde netvoedingsadapters. Niet-goedgekeurde
netvoedingsadapters kunnen ernstige schade aan de computer veroorzaken.
Hoofdstuk 2. Aan de slag11
De computer opladen:
1. Verbind het netsnoer met de netvoedingsadapter.
2. Sluit de voedingsadapter aan op een van de USB-C aansluitingen (Thunderbolt 3-compatibel) op de
computer.
3. Sluit het netsnoer aan op een standaardstopcontact.
Aan/uit-knop en energie-instellingen
Als u de computer een bepaalde tijd niet gebruikt, zet hem dan in de slaapstand of schakel hem uit om
energie te besparen. Het is ook mogelijk om de energie-instellingen te wijzigen om de beste balans te vinden
tussen snelheid en energiebesparing.
De computer in slaapstand zetten en hem weer activeren
Als u de computer gedurende enkele minuten niet gebruikt, zet hem dan in de slaapstand om hem te
vergrendelen en energie te besparen.
Als u de computer in de slaapstand wilt zetten, opent u het menu Start
➙ Slaapstand.
Druk op de aan/uit-knop om de computer weer uit de slaapstand te halen.
De computer in- en uitschakelen
Als u de computer langere tijd niet gebruikt, schakel hem dan uit om energie te besparen.
Als u de computer wilt uitschakelen, opent u het menu Start
Afsluiten.
Druk de aan/uit-knop in en houd hem ingedrukt om de computer in te schakelen.
De energie-instellingen wijzigen
Wijzig uw energie-instellingen om de beste balans te vinden tussen snelheid en energiebesparing.
Ga als volgt te werk om uw energie-instellingen aan te passen:
1. Ga naar het Configuratiescherm. Zie 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21 voor informatie
over het openen van het Configuratiescherm.
2. Tik op Systeem en beveiliging ➙ Energiebeheer.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.
en tikt u vervolgens op Aan/uit ➙
en tikt u vervolgens op Aan/uit
12
Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 3.De computer gebruiken
Benut de mogelijkheden van de computer optimaal en leer onder andere hoe u met Lenovo-apps werkt,
verbinding maakt met een NFC-apparaat en de vingerafdruklezer gebruikt.
De computer registreren
U kunt als volgt uw computer registreren bij Lenovo:
• Gebruik Lenovo Vantage. Aanvullende informatie over toegang tot Lenovo Vantage vindt u in
'Kennismaking met Lenovo-apps' op pagina 13.
• Ga naar
Kennismaking met Lenovo-apps
Lenovo biedt enkele apps, zodat u eenvoudiger en veiliger aan de slag kunt. Vooraf geïnstalleerde Lenovoapps zijn onderhevig aan veranderingen. Voor meer Lenovo-apps gaat u naar
Lenovo VantageDe beste functies en mogelijkheden van uw computer moeten eenvoudig
https://support.lenovo.com/productregistration en volg de instructies op het scherm.
https://support.lenovo.com.
toegankelijk en makkelijk te begrijpen zijn. Gebruik Lenovo Vantage voor het
volgende:
• Configureer apparaat-instellingen.
• Download en installeer updates voor UEFI BIOS, stuurprogramma's en
firmware.
• Beveilig uw computer tegen bedreigingen van buitenaf.
• De oorzaak van hardwareproblemen opsporen.
• De garantiestatus van de computer controleren.
• Toegang krijgen tot de gebruikershandleiding en nuttige artikelen.
Deze app is gevuld met exclusieve Lenovo-content die u helpt meer te weten te
komen over wat u kunt doen met uw Lenovo-computer.
Voor toegang tot Lenovo-apps:
1. Open het menu Start
2. Tik op een Lenovo-app om deze te openen.
3. Als de app die u wilt gebruiken niet wordt afgebeeld, probeer deze dan te zoeken door middel van het
zoekveld.
.
Een extern beeldscherm gebruiken
Sluit de computer aan op een extern beeldscherm als u een presentatie wilt delen of met meerdere
toepassingen wilt werken.
Ondersteunde externe beeldschermen
De computer ondersteunt de volgende externe beeldschermen:
• Maximaal één Thunderbolt 3 extern beeldscherm (5120 x 2880 pixels/60 Hz), aangesloten op de USB-Caansluiting
• Maximaal twee USB-C of Thunderbolt 3 externe beeldschermen (4096 x 2304 pixels/60 Hz), aangesloten
op de USB-C-aansluitingen
Raadpleeg voor meer informatie over het externe beeldscherm de handleidingen die bij het beeldscherm zijn
geleverd.
Verbinding maken met een draadloos beeldscherm
U kunt als volgt verbinding maken met een draadloos beeldscherm:
1. Open het menu Start
2. Tik vervolgens op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Verbonden apparaten ➙ Een apparaat toevoegen.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Verbinding maken met een bekabeld beeldscherm
De computer is voorzien van twee USB-C-aansluitingen (compatibel met Thunderbolt 3). U kunt de computer
aansluiten op een beeldscherm dat VGA- of HDMI-compatibel is met een van de volgende adapters:
• Lenovo USB-C-naar-HDMI-adapter
• Lenovo USB-C-naar-VGA-adapter
Als deze adapters niet bij de computer zijn geleverd, kunt u deze aanschaffen op de Lenovo-website op:
https://www.lenovo.com/accessories
Een weergavestand kiezen
U kunt uw bureaublad en apps op de computer, op het externe beeldscherm of op beide laten weergeven.
U kunt als volgt kiezen hoe u de video-uitvoer wilt weergeven:
1. Open het menu Start
2. Tik op Instellingen ➙ Systeem ➙ Beeldscherm.
3. Volg de instructies op het scherm om een presentatieschema te kiezen.
.
.
Bluetooth-apparaten gebruiken
Bluetooth is een draadloze communicatietechnologie met kort bereik. Door middel van Bluetooth kunt u een
draadloze verbinding tot stand brengen tussen de computer en andere Bluetooth-apparaten binnen een
straal van ongeveer 10 meter.
U koppelt de computer als volgt met een Bluetooth-apparaat:
1. Zet het Bluetooth-apparaat aan en maak het vindbaar. Raadpleeg voor meer informatie het document
dat bij het Bluetooth-apparaat is geleverd.
2. Open het menu Start
de Bluetooth-knop om dit in te schakelen. Er wordt een lijst met beschikbare Bluetooth-apparaten
weergegeven.
3. Selecteer het bedoelde Bluetooth-apparaat en tik op Koppelen.
en tik vervolgens op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Bluetooth. Tik vervolgens op
NFC-apparaten gebruiken
Afhankelijk van het model is uw computer mogelijk van de NFC-functie voorzien. NFC is een draadloze
communicatietechnologie met kort bereik en hoge frequentie. Door gebruik te maken van de NFC-functie
14
Gebruikershandleiding
kunt u radiocommunicatie tussen de computer en een ander NFC-apparaat (op niet meer dan een paar
centimeter afstand) tot stand brengen. Sommige Lenovo-apps gebruiken de NFC-functie.
In dit gedeelte vindt u de basisinstructies voor het koppelen van uw computer met een NFC-apparaat.
Raadpleeg de documentatie bij het NFC-apparaat voor meer informatie over gegevensoverdracht.
Attentie:
• Raak, voor u de NFC-kaart vastpakt, eerst een metalen tafel of een geaard metalen voorwerp aan. Anders
kan de kaart beschadigd raken door de statische elektriciteit van uw lichaam.
• Als u gegevens overbrengt, plaats uw computer of smartphone met NFC-functie dan niet in de
slaapstand; anders kunnen uw gegevens beschadigd raken.
U kunt de computer als volgt met een NFC-kaart koppelen:
Zorg er voordat u begint voor dat de kaart in NDEF-indeling (NFC Data Exchange Format) is, anders kan de
kaart niet worden gedetecteerd.
1. Plaats de kaart op het NFC-touchpoint, zoals afgebeeld.
2. Beweeg de kaart langzaam iets schuin omhoog, maar niet meer dan 10 mm. Houd de kaart vervolgens
gedurende enkele seconden vast totdat u de melding krijgt dat de kaart is gedetecteerd.
Hoofdstuk 3. De computer gebruiken15
De computer met een smartphone met NFC-functie koppelen:
Controleer voor u begint of het smartphonescherm naar boven is gericht.
1. Plaats de smartphone op het NFC-touchpoint, zoals afgebeeld.
2. Beweeg de smartphone langzaam iets schuin omhoog, maar niet meer dan 10 mm. Houd de
smartphone vervolgens gedurende enkele seconden vast totdat u de melding krijgt dat de smartphone
is gedetecteerd.
De NFC-functie inschakelen
Ga als volgt te werk om de NFC-functie in te schakelen, als de NFC-functie van de computer niet is
ingeschakeld:
1. Open het menu Start
2. Tik op Instellingen ➙ Netwerk en internet ➙ Vliegtuigstand.
3. Tik de NFC-knop aan om dit in te schakelen.
Als u de NFC-functie nog steeds niet kunt inschakelen, controleert u als volgt de NFC-instelling in de
toepassing ThinkPad Tablet Setup:
1. Open de toepassing ThinkPad Tablet Setup. Zie 'ThinkPad Tablet Setup-app' op pagina 45.
2. Tik op Security ➙ I/O Port Access.
3. Stel de optie NFC in op On.
.
Een microSD-kaart gebruiken
Aan de linkerkant van de computer bevindt zich een sleuf voor de nano-simkaart en de microSD-kaart. De
sleuf ondersteunt de volgende typen SD-kaarten (Secure Digital):
• SDXC-kaart (Secure Digital eXtended-Capacity)
• SD-kaart (Secure Digital)
• SDHC-kaart (Secure Digital High-Capacity)
In dit gedeelte vindt u de belangrijkste instructies voor het plaatsen en verwijderen van de microSD-kaart.
Raadpleeg de documentatie bij de microSD-kaart voor meer informatie over gegevensoverdracht.
Attentie:
16
Gebruikershandleiding
• Raak altijd eerst een metalen tafel of een geaard metalen voorwerp aan voordat u de microSD-kaart
vastpakt. Anders kan de kaart beschadigd raken door de statische elektriciteit van uw lichaam.
• Zet de computer niet in de slaapstand wanneer u gegevens overbrengt; hierdoor kunnen uw gegevens
beschadigd worden.
U plaatst of vervangt als volgt een microSD-kaart:
1. Steek een uitgevouwen paperclip in het gaatje in de lade
1 . De lade werpt de SIM-kaart uit. Schuif
vervolgens de lade voorzichtig uit de computer. Als een microSD-kaart is geplaatst, neem deze dan
voorzichtig uit de lade
2 .
2. Plaats een nieuwe microSD-kaart in de lade, met de metalen contactpunten naar beneden 3 . Duw de
kaart in de sleuf voor de nano-simkaart en de microSD-kaart totdat u hoort dat hij vastklikt
4 . Controleer
of de nieuwe microSD-kaart in de juiste positie is geplaatst.
Hoofdstuk 3. De computer gebruiken17
De vingerafdruklezer gebruiken
Met vingerafdrukverificatie kunt u zich aanmelden bij de computer door uw vingerafdrukken te laten lezen, in
plaats van een wachtwoord in te voeren.
Uw vingerafdrukken registreren
Om vingerafdrukverificatie in te schakelen moet u uw vingerafdrukken eerst als volgt registreren:
Opmerking: U wordt aangeraden meer dan één vingerafdruk te registreren in geval van eventueel letsel aan
een van uw vingers.
1. Open het menu Start
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om uw vingerafdruk vast te leggen ('enroll').
Let op het volgende als u uw vinger door de vingerafdruklezer laat scannen:
1. Tik op de vingerafdruklezer met het bovenste vingerkootje en houd uw vinger één of twee seconden op
de lezer. Gebruik niet teveel druk.
2. Til uw de vinger weer op om één scan te voltooien.
en tik vervolgens op Instellingen ➙ Accounts ➙ Aanmeldingsopties.
Tips voor het gebruik van de vingerafdruklezer
• De volgende acties kunnen ertoe leiden dat de vingerafdruklezer beschadigd raakt of niet meer goed
werkt:
– Krassen op het oppervlak van de lezer met een hard, gepunt voorwerp
– Over het oppervlak van de lezer schuren met uw nagel of een hard voorwerp
– Aanraken of gebruiken van de lezer met een verontreinigde vinger
• In de volgende gevallen kunt u uw vinger mogelijk niet gebruiken voor vastleggen en verifiëren van uw
vingerafdruk:
– Als uw vinger gerimpeld is.
– Als uw vinger ruw, droog of verwond is.
– Als er vlekken (aarde, olie etc.) op de vinger zitten.
18
Gebruikershandleiding
– Als de vinger nat is.
– U hebt een vinger gebruikt die niet is geregistreerd.
Probeer het volgende om het probleem op te lossen:
– Maak uw handen schoon, om vuil en vocht van uw vingers te verwijderen.
– Registreer een andere vinger voor verificatie.
• In de volgende situaties maakt u het oppervlak van de lezer voorzichtig schoon met een droge, zachte,
vezelvrije doek:
– Als het oppervlak van de lezer vuil of gevlekt is.
– Het oppervlak van de lezer is nat.
– De lezer slaagt er vaak niet in uw vingerafdruk te herkennen.
De camera's gebruiken
De computer kan zijn voorzien van drie camera's: een aan de voorkant, een aan de achterkant en een
infraroodcamera.
De conventionele camera gebruiken
U kunt de conventionele camera gebruiken om foto's te maken en video's op te nemen. Om de camera te
starten, opent u het menu Start en tikt u op Camera. Als de camera start, gaat het groene camera-ingebruik-lampje branden.
U kunt de camera-instellingen aan uw wensen aanpassen, zoals het aanpassen van de videouitvoerkwaliteit. Ga als volgt te werk om de camera-instellingen te configureren:
• Open de Camera-app en klik op het pictogram Instellingen in de rechterbovenhoek. Als u de camera-
instellingen wilt configureren volgt u de instructies op het scherm.
• Open het menu Start en tik vervolgens op Lenovo Vantage ➙ Hardware-instellingen ➙ Audio/Visueel.
Ga naar het gedeelte Camera en volg de instructies op het scherm om de camera-instellingen te
configureren.
De infraroodcamera gebruiken
De infraroodcamera biedt een persoonlijke en veilige manier voor aanmelding bij uw computer met
gezichtsverificatie. Nadat u de infraroodcamera voor gezichtsverificatie hebt ingesteld, kunt u uw computer
ontgrendelen door uw gezicht te scannen, in plaats van een wachtwoord te gebruiken.
Hoofdstuk 3. De computer gebruiken19
De infraroodcamera heeft de volgende componenten:
1 3 Infrarood-LED (Light-Emitting Diode)
De infrarood-LED zendt infraroodlicht uit. Het infraroodlicht is normaal gesproken niet zichtbaar voor het
blote oog.
2 Lens van infraroodcamera
De lens van de infraroodcamera wordt gebruikt om de afbeelding van het gezicht van een gebruiker te
maken.
4 Cameralampje
Als het cameralampje brandt, betekent dit dat de infraroodcamera zich in de herkenningsmodus bevindt.
Ga als volgt te werk om de infraroodcamera voor gezichtsverificatie in te stellen:
1. Open het menu Start en klik op Instellingen ➙ Accounts ➙ Aanmeldingsopties.
2. Blader naar beneden tot het gedeelte Wachtwoord en klik op Toevoegen om een wachtwoord te
maken.
3. Volg de instructies op het scherm om een PIN-code (Personal Identification Number) te maken.
4. Zoek het gedeelte Windows Hello, klik op Instellen onder Gezicht en klik vervolgens op Aan de slag.
5. Voer de PIN in die u eerder hebt ingesteld. Het cameravoorbeeld wordt gestart.
6. Volg de aanwijzingen op het scherm om het instellen te voltooien.
7. Tik op Herkenning verbeteren om de afbeelding te verbeteren, zodat Windows Hello u kan herkennen
in verschillende lichtomstandigheden of wanneer uw uiterlijk is veranderd.
Ga als volgt te werk om de infraroodcamera te gebruiken om uw computer te ontgrendelen:
1. Selecteer op het vergrendelingsscherm van Windows het pictogram met het glimlachende gezicht bij de
aanmeldingsopties.
2. Volg de instructies op het scherm, zorg dat uw gezicht zich in het midden bevindt en kijk recht naar de
camera. Als het programma uw gezicht herkent, wordt het scherm automatisch ontgrendeld en wordt u
aangemeld bij het Windows-besturingssysteem.
20
Gebruikershandleiding
Wachtwoorden gebruiken
U kunt een supervisorwachtwoord instellen om uw computer te beschermen tegen gebruik door
onbevoegden.
Het supervisorwachtwoord beveiligt de configuratiegegevens die zijn opgeslagen in de ThinkPad Tablet
Setup-app. Als er alleen een beheerderswachtwoord is ingesteld, wordt u om dit wachtwoord gevraagd
zodra u probeert de ThinkPad Tablet Setup-app te starten. Niet-geautoriseerde gebruikers kunnen de
meeste systeemconfiguratieopties in de ThinkPad Tablet Setup-app niet wijzigen zonder het wachtwoord.
Om het beheer te vereenvoudigen, kan de systeembeheerder op meerdere computers hetzelfde
supervisorwachtwoord instellen. Wij raden u aan uw wachtwoord te noteren en op een veilige plaats te
bewaren. Als u uw supervisorwachtwoord vergeet, kan er door Lenovo géén reset worden uitgevoerd. In een
dergelijk geval moet u de computer naar Lenovo of naar een Lenovo-dealer brengen om de systeemplaat te
laten vervangen. U moet hiervoor het bewijs van aankoop kunnen overleggen. Bovendien kunnen er kosten
voor onderdelen en service in rekening worden gebracht.
U kunt als volgt een wachtwoord instellen, wijzigen of wissen:
Opmerking: Druk deze aanwijzingen en de instructies in 'ThinkPad Tablet Setup-app' op pagina 45 af
voordat u begint. U kunt ook een schermafbeelding van de instructies maken en de afbeeldingen naar uw
smartphone of computer sturen, zodat u de instructies tijdens gebruik kunt bekijken.
1. Sla alle open bestanden op en sluit alle apps af.
2. Open de toepassing ThinkPad Tablet Setup. Zie 'ThinkPad Tablet Setup-app' op pagina 45.
3. Tik op Security ➙ Password.
4. Tik op Enter naast het beheerderswachtwoorditem en volg de instructies op het scherm.
5. Sla de configuratiewijzigingen op en sluit af.
Toegang tot de computerinstellingen
Personaliseer de computer door de systeem- en apparaatinstellingen te wijzigen, zodat hem optimaal kunt
gebruiken.
Voor het openen van Quick Settings (Snelle instellingen):
• Open het actiecentrum
Het configuratiescherm openen:
• Tik op de taakbalk en houd deze vast en tik vervolgens op Configuratiescherm in het pop-upmenu.
• Open het menu Start
. De belangrijkste instellingen worden aan de onderkant weergegeven.
en tik vervolgens op Systeem ➙ Configuratiescherm.
Hulp voor het Windows-besturingssysteem
Bij levering is het besturingssysteem Windows al op de computer geïnstalleerd. Lees de volgende
aanwijzingen om hulp te krijgen over dit besturingssysteem.
Om snel hulp te krijgen:
• Open het menu Start
en tik vervolgens op Aan de slag.
Hoofdstuk 3. De computer gebruiken21
Om uitgebreide helpinhoud te verkrijgen:
• Zoek wat u wilt weten in het zoekveld op de taakbalk of vraag het aan de persoonlijke assistent Cortana
Opmerking: Cortana is uw persoonlijke assistent voor Windows. Cortana is beschikbaar in bepaalde
landen of gebieden.
Comfortabeler werken met de computer
Dankzij alle handige, krachtige functies van de computer kunt u deze de hele dag meenemen op allerlei
plaatsen. Daarom is het belangrijk dat u blijft letten op uw houding, op een goede verlichting en op een
geschikte stoel zodat u comfortabeler met de computer kunt werken.
Regelmatig verzitten en rustpauzes: hoe langer u zittend werkt, hoe belangrijker het is om op uw houding
te letten. Ga regelmatig verzitten en neem vaak een korte pauze wanneer u de computer lange tijd gebruikt.
De computer is een licht en mobiel systeem, dat gemakkelijk op de werkplek kan worden verschoven en
aangepast aan uw steeds veranderende werkhouding.
Indeling van de werkplek: zorg dat u vertrouwd bent met al het kantoormeubilair zodat u weet hoe u het
werkblad, de stoel en andere meubels kunt aanpassen aan de gewenste zithouding. Als u buiten kantoor
werkt, let dan extra goed op dat u een actieve zithouding hebt en regelmatig pauze neemt. Er zijn veel
verschillende ThinkPad-opties verkrijgbaar, waarmee u de computer precies aan uw wensen kunt
aanpassen. Bekijk uw opties voor dockingoplossingen en randapparaten die u de gewenste flexibiliteit en
aanpassingsmogelijkheden kunnen bieden. U kunt een aantal van deze opties vinden op:
®
.
https://www.lenovo.com/accessories
De computer meenemen op reis
Volg de volgende tips op om comfortabeler en veiliger met de computer te reizen.
Tips om te beschermen tegen diefstal en beschadiging
• U kunt de computer weliswaar veilig door de röntgenmachines van de beveiliging op een vliegveld laten
gaan, maar houd hem daarbij wel altijd goed in de gaten om diefstal te voorkomen.
• Plaats de computer in een beschermende hoes wanneer u deze niet gebruikt, om schade of krassen te
voorkomen.
Tips voor reizen per vliegtuig
• Let in het vliegtuig op de stoel voor u. Plaats de computer op een veilige positie, zodat deze niet klem
komt te zitten als de persoon vóór u zijn stoel achterover zet.
• Als u de draadloze service wilt gebruiken, vraag dan de luchtvaartmaatschappij naar eventuele
beperkingen voordat u aan boord van het vliegtuig gaat.
• Schakel de vliegtuigstand in als in een vliegtuig beperkingen gelden voor het gebruik van computers met
draadloze functies. Zodat alle draadloze verbindingen zijn uitgeschakeld. Ga als volgt te werk om de
Vliegtuigstand in te schakelen:
1. Tik op het draadloze netwerkpictogram op de taakbalk.
2. Tik op het bedieningselement van de Vliegtuigstand om alle draadloze verbindingen uit te schakelen.
Onderhoud van de computer
Ga voorzichtig om met de computer, zodat u nog lang van dit product kunt genieten.
22
Gebruikershandleiding
De computer schoonmaken
Als u de computer gaat reinigen, verwijder dan alle kabels en schakel de computer uit door de aan/uit-knop
gedurende enkele seconden ingedrukt te houden. Neem vervolgens het computerscherm af met een zachte,
pluisvrije, droge doek om vlekken en vuil te verwijderen.
Reinig de computer niet met schermreinigers, schoonmaakmiddelen, spuitbussen, oplosmiddelen, alcohol,
ammoniak of schuurmiddelen.
Het scherm beschermen met een vervangbare folie
U kunt vervangbare folie kopen om het scherm te beschermen tegen krassen en de levensduur van de
computer te verlengen. Reinig het scherm eerst en breng vervolgens een vervangbare folie op het scherm
aan wanneer u vervangbare folie wilt gebruiken.
De computer langere tijd opbergen
Als u de computer gedurende langere tijd niet gebruikt, moet u de nano-simkaart uit de computer
verwijderen. Berg de computer op in een beschermende hoes en bewaar hem in een goed geventileerde en
droge omgeving zonder direct zonlicht.
Laat de computer en adapter niet nat worden
Dompel de computer niet onder in water en laat hem niet achter op een plek waar hij nat kan worden door
water of andere vloeistoffen.
Zorg dat de kabels niet beschadigd raken
Als er grote kracht op de kabels komt te staan, kunnen ze breken of beschadigd raken. Leid de
communicatiesnoeren en de kabels van de netvoedingsadapter, de muis, het toetsenbord, de printer en alle
andere apparaten zodanig dat niemand er op kan trappen of er over kan struikelen, dat ze niet bekneld raken
en dat ze niet worden blootgesteld aan een behandeling die de werking van de computer zou kunnen
verstoren.
Wees voorzichtig als u de computer draagt
Gebruik een hoogwaardige draagtas die voldoende steun en bescherming biedt. Stop de computer niet in
een overvolle koffer of tas. Zorg ervoor dat u de computer uitschakelt of in de slaapstand zet, voordat u hem
in een tas plaatst. Doe de computer niet in een tas terwijl hij nog is ingeschakeld.
Ga voorzichtig om met de computer
Laat de computer niet vallen en buig of doorboor hem niet. Voer ook geen vreemde voorwerpen in en plaats
geen zware voorwerpen op de computer. Gevoelige onderdelen in het product kunnen daardoor beschadigd
raken.
Wees voorzichtig wanneer u de computer gebruikt in een motorvoertuig of op de fiets
Geef altijd prioriteit aan uw veiligheid en die van anderen. Houdt u aan de wet. Lokale wet- en regelgeving is
mogelijk van toepassing op de manier waarop u mobiele elektronische apparaten, zoals de computer, mag
gebruiken terwijl u een motorvoertuig bestuurt of fietst.
Bescherm uw gegevens en software
Verwijder onbekende bestanden niet en wijzig niet de naam van bestanden of directory's die niet door u zijn
gemaakt. Doet u dat wel, dan werkt uw computer daarna wellicht niet meer goed.
Houd er rekening mee dat het gebruik van netwerkresources uw computer kwetsbaar kan maken voor
computervirussen, hackers, spyware en andere kwaadwillige activiteiten die schade kunnen toebrengen aan
de computer, uw software en uw gegevens. Het is uw eigen verantwoordelijkheid ervoor te zorgen dat u
Hoofdstuk 3. De computer gebruiken23
adequaat bescherming regelt in de vorm van firewalls, antivirussoftware en anti-spywaresoftware, en dat u
dergelijke software up-to-date houdt.
Houd huishoudelijke apparaten zoals ventilatoren, radio's, luidsprekers die veel stroom verbruiken,
airconditioners en magnetrons uit de buurt van de computer. De sterke magnetische velden die deze
apparaten genereren, kunnen het scherm en de gegevens op de computer beschadigen.
24
Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 4.Accessoires
De volgende accessoires zijn ontworpen om beter met de computer te kunnen werken:
• ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
• Lenovo Active Pen en penhouder
• Lenovo Pen Pro en penhouder
• ThinkPad USB-C Dock
Opties voor de ThinkPad zoeken
Afhankelijk van het model worden bepaalde accessoires mogelijk niet bij uw computer geleverd. U kunt de
accessoires aanschaffen op de Lenovo-website op:
https://www.lenovo.com/accessories
ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
Afhankelijk van het model kan de computer worden geleverd met een ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin
Keyboard (hierna het Thin Keyboard genoemd). Koppel het Thin Keyboard aan de computer, zodat u het
apparaat als laptop kunt gebruiken.
Overzicht
Opmerking: Afhankelijk van het model kan het Thin Keyboard er anders uitzien dan in de illustraties in dit
Overzicht van het ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
1 Pogo-cover met geleidepennen: de pogo-cover met geleidepennen maakt het mogelijk om het
toetsenbord magnetisch aan de computer te koppelen.
2 TrackPoint
®
-aanwijsapparaat: met een TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alles doen wat u ook met een
gewone muis kunt doen, zoals aanwijzen, klikken en schuiven.
3 Trackpad: het trackpad is een apparaat voor het bewegen van de aanwijzer, zodat u kunt aanwijzen,
selecteren en schuiven, net als met een gewone muis. U kunt het trackpad ook gebruiken om
basisaanraakbewegingen uit te voeren.
4 Speciale toetsen: de speciale toetsen bieden snel toegang tot bepaalde apps en functies, zoals het
aanpassen van het luidsprekervolume.
26
Gebruikershandleiding
Het Thin Keyboard aan de computer koppelen
Als u het toetsenbord en de computer dicht bij elkaar houdt, klikt het Thin Keyboard magnetisch vast aan de
computer (zie afbeelding). Als het Thin Keyboard dicht genoeg in de buurt is, wordt het toetsenbord uitgelijnd
en klikt het op de juiste plaats vast. U kunt het Thin Keyboard verwijderen door het van de tablet af te
trekken.
Het Thin Keyboard gebruiken
Als het Thin Keyboard aan de computer is gekoppeld, kunt u het Thin Keyboard in de volgende standen
gebruiken.
Hoofdstuk 4. Accessoires27
Opengeklapt-werkstand
Plaats het Thin Keyboard plat op de tafel, zoals afgebeeld.
Gekantelde stand
Vouw het scharnier zoals afgebeeld. De magnetische balken op het scharnier klikken automatisch vast aan
de computer. De hoek tussen het Thin Keyboard en het tafeloppervlak is ongeveer 6,5 tot 7,0 graden.
Gesloten stand
Klap het Thin Keyboard dicht (zie afbeelding) om de computer in de slaapstand te zetten en het touchscreen
te beschermen. Als u de computer weer uit de slaapstand wilt halen, opent u het Thin Keyboard en voert u
een van de volgende handelingen uit:
• Druk op de aan/uit-knop
28
Gebruikershandleiding
• Druk op de toets Fn
De speciale toetsen gebruiken
Uw Thin Keyboard heeft verschillende speciale toetsen, zodat u gemakkelijker en effectiever kunt werken.
Druk op een speciale toets om de bijbehorende functie te regelen.
ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin Keyboard
•
•
•
•
•
•
+Schakelen tussen de standaardfuncties van F1-F12 en de speciale functies die als
pictogram op elke toets zijn aangegeven. Als het Fn Lock-lampje uit is, kunt u de standaardfunctie
gebruiken. U kunt de standaardfunctie als volgt wijzigen:
1. Ga naar het Configuratiescherm en wijzig de weergave hiervan van Categorie in Grote pictogrammen
of Kleine pictogrammen.
2. Klik op Lenovo - Toetsenbordbeheer om het venster Toetsenbordbeheer weer te geven.
3. Selecteer de gewenste opties.
Luidspreker dempen of dempen ongedaan maken. Als het geluid van de luidsprekers uitgeschakeld
is, brandt de LED op de toets.
Als u het geluid dempt en hierna de computer uitschakelt, blijft het geluid gedempt wanneer u de
computer weer inschakelt. Als u het geluid wilt inschakelen, drukt u op de toets Volume lager
de toets Volume hoger
Het volume van de luidspreker verlagen.
Het volume van de luidspreker verhogen.
Microfoons dempen of dempen opheffen. Als het geluid van de microfoon uitgeschakeld is, brandt
de LED op de toets.
Maakt het beeldscherm donkerder.
.
of op
•
•
•
Maakt het beeldscherm helderder.
Hiermee beheert u externe beeldschermen.
Hiermee schakelt u de draadloze voorzieningen in of uit.
Hoofdstuk 4. Accessoires29
• Open het Instellingen venster.
•
•
•
•
Toetsencombinaties
• Fn+Spatiebalk: als de computer achtergrondverlichting van het toetsenbord ondersteunt, drukt u op Fn
• Fn+B: deze toetscombinatie heeft dezelfde functie als de toets Break op een conventioneel toetsenbord.
• Fn+K: deze toetscombinatie heeft dezelfde functie als de toets ScrLK op het conventionele toetsenbord.
• Fn+P: deze toetsencombinatie heeft dezelfde functie als de toets Pause op het conventionele
• Fn+S: deze toetsencombinatie heeft dezelfde functie als de toets SysRq op het conventionele
• Fn+End: deze toetscombinatie heeft dezelfde functie als de toets Insert op het conventionele
• Fn+4: druk op Fn+4 om de computer in de slaapstand te zetten. Druk op de Fn-knop of de aan/uit-knop
• Fn+pijl naar links: deze toetsencombinatie heeft dezelfde functie als de toets Home.
• Fn+pijl naar rechts: deze toetsencombinatie heeft dezelfde functie als de toets End.
De ingebouwde Bluetooth-functies in- of uitschakelen.
Open een toetsenbordinstellingen pagina.
Roep de door u gedefinieerde functie op.
Ga als volgt te werk om de actie voor de toets F12 te definiëren of te wijzigen:
1. Open Lenovo Vantage. Zie 'Kennismaking met Lenovo-apps' op pagina 13.
2. Klik op Hardware-instellingen en klik vervolgens op Invoer.
3. Zoek het gedeelte Toetsenbord: Door gebruiker gedefinieerde toets en volg de instructies op het
scherm om de instelling te voltooien.
Op deze pagina met instellingen kunt u ook andere functies definiëren voor de toetscombinaties met F12,
zoals Shift + F12, Alt + F12 of Ctrl + F12.
+Het programma Snipping Tool openen.
+spatiebalk om de status van de achtergrondverlichting te kiezen.
toetsenbord.
toetsenbord.
toetsenbord.
om de computer uit de slaapstand te halen.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
Met het TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alle functies van een traditionele muis uitvoeren, zoals het
aanwijzen, klikken en bladeren.
Opmerking: Uw TrackPoint-aanwijsapparaat en de trackpad kunnen afwijken van de illustratie in dit
onderwerp.
30
Gebruikershandleiding
Het TrackPoint-aanwijsapparaat bestaat uit de volgende vier componenten:
Om het TrackPoint-aanwijsapparaat te gebruiken, leest u de onderstaande instructies:
Opmerking: Plaats uw handen in de positie voor typen en gebruik uw wijsvinger of middelvinger om druk uit
te oefenen op het antislipdopje van het aanwijsknopje. Gebruik uw duim om op de linker- of rechtermuisknop
te drukken.
• Aanwijzen
Gebruik het aanwijsknopje
1 om de aanwijzer op het scherm te verplaatsen. Om het aanwijsknopje te
gebruiken, oefent u druk uit op het antislipdopje van het aanwijsknopje in een richting parallel aan het
toetsenbord. De aanwijzer beweegt naar behoren, maar het aanwijsknopje zelf wordt niet verplaatst. De
snelheid waarmee de aanwijzer wordt verplaatst, wordt bepaald door de hoeveelheid druk die op de knop
wordt uitgeoefend.
• Klikken met de linkerklikknop
Druk op de linksklikknop
2 om een item te selecteren of te openen.
• Klikken met de rechterklikknop
Druk op de rechtsklikknop
3 om een snelmenu weer te geven.
• Bladeren
Houd de schuifbalk
4 ingedrukt terwijl u druk uitoefent op de aanwijzer in de verticale of horizontale
richting. Vervolgens kunt u door het document, de website of toepassingen bladeren.
De trackpad gebruiken
Het hele oppervlak van de trackpad is gevoelig voor aanraken en bewegingen. U kunt de trackpad gebruiken
om alle aanwijs-, klik- en bladerfuncties van een traditionele muis uit te voeren.
Als er olie op het oppervlak van de trackpad zit, zet dan eerst de computer uit. Veeg daarna het oppervlak
van de trackpad schoon met een zachte, pluisvrije doek die vochtig is gemaakt met lauw water of
reinigingsmiddel voor computers.
Om de trackpad te gebruiken, volgt u deze instructies:
• Aanwijzen
Veeg met één vinger over het oppervlak van de trackpad om de aanwijzer dienovereenkomstig te
verplaatsen.
• Klikken met de linkerklikknop
Druk op de linksklikzone
1 om een item te selecteren of te openen. U kunt ook met één vinger op een
willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de linkermuisknopactie uit te voeren.
• Klikken met de rechterklikknop
Druk op de rechtsklikzone
2 om een snelmenu weer te geven. U kunt ook met twee vingers op een
willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de rechtermuisknopactie uit te voeren.
• Bladeren
Plaats twee vingers op de trackpad en beweeg ze in verticale of horizontale richting. Met deze actie kunt u
door documenten, websites en apps bladeren. Zorg ervoor dat u de twee vingers iets van elkaar af
plaatst.
De aanraakbewegingen van trackpad gebruiken
Dit onderwerp introduceert enkele veelgebruikte aanraakbewegingen zoals tikken, slepen en bladeren. Voor
meer bewegingen kunt u help-informatie van het ThinkPad-aanwijsapparaat raadplegen.
Opmerkingen:
• Als u twee of meer vingers gebruikt, moet u ervoor zorgen dat uw vingers enigszins uit elkaar staan.
• Sommige gebaren zijn niet beschikbaar als de laatste actie met het TrackPoint-aanwijsapparaat is
uitgevoerd.
• Sommige gebaren zijn alleen beschikbaar als u bepaalde toepassingen gebruikt.
32
Gebruikershandleiding
Tikken
Tik met één vinger op een
willekeurige plek op de trackpad
om een item te selecteren of te
openen.
Met twee vingers tikken
Tik met twee vingers op een
willekeurige plek op de trackpad
om een snelmenu weer te geven.
Met twee vingers bladeren
Plaats twee vingers op het
trackpad en beweeg ze in een
verticale of horizontale richting.
Met deze actie kunt u door
documenten, websites en apps
bladeren.
Inzoomen met twee vingers
Plaats twee vingers op trackpad
en beweeg ze verder van elkaar
af om in te zoomen.
Drie vingers omhoog vegen
Plaats drie vingers op de
trackpad en beweeg ze omhoog
om de taakweergave te openen,
zodat u alle openstaande
vensters kunt zien.
Tikken met vier vingers
Tik met vier vingers ergens op de
trackpad om het actiecentrum te
openen.
Uitzoomen met twee vingers
Plaats twee vingers op trackpad en
beweeg ze dichter naar elkaar om
uit te zoomen.
Drie vingers omlaag vegen
Plaats drie vingers op de trackpad
en beweeg ze omlaag om het
bureaublad weer te geven.
Tikken met drie vingers
Tik met drie vingers ergens op de
trackpad om de persoonlijke
assistent Cortana te openen.
Het ThinkPad-aanwijsapparaat aanpassen
U kunt het ThinkPad-aanwijsapparaat aanpassen, zodat u deze aangenamer en efficiënter kunt gebruiken. U
kunt er bijvoorbeeld voor kiezen het TrackPoint-aanwijsapparaat, het trackpad of beide in te schakelen. U
kunt ook de tikgebaren in- of inschakelen.
Ga als volgt te werk om het TrackPoint-aanwijsapparaat aan te passen:
1. Open het menu Start en klik dan op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Muis.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om TrackPoint aan te passen.
Ga als volgt te werk om het trackpad aan te passen:
1. Open het menu Start en klik dan op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Touchpad.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om het trackpad aan te passen.
Hoofdstuk 4. Accessoires33
Het dopje van het aanwijsknopje vervangen
Het dopje 1 bovenop het aanwijsknopje kan worden verwijderd. Nadat u het dopje voor een langere periode
hebt gebruikt, moet u deze mogelijk vervangen door een nieuwe. Zorg ervoor dat u een dop met groeven
gebruikt
Om een nieuwe dop te krijgen, neemt u contact op met Lenovo. Voor informatie over hoe u contact kunt
opnemen met Lenovo, zie 'Klantsupportcentrum van Lenovo' op pagina 67.
a , zoals in de volgende afbeelding wordt weergegeven.
Lenovo Active Pen en penhouder
Afhankelijk van het model kunnen bij de computer een Lenovo Active Pen (hierna de pen genoemd) en een
penhouder worden geleverd. Met de pen kunt u op een natuurlijke manier schrijven en tekenen. De
penhouder is een manier om de pen bij de computer te bewaren.
In dit gedeelte wordt het basisgebruik van de pen en de penhouders beschreven. Raadpleeg de
documentatie van de pen voor meer informatie.
Opmerkingen:
• De pen is niet waterdicht. Zorg daarom dat de pen niet in het water valt.
• De pen bevat een aantal druksensoren. Oefen nooit langere tijd druk uit op de punt van de pen. Stel de
pen niet bloot aan schokken of trillingen.
34
Gebruikershandleiding
Overzicht van pen
1 Dopje: Draai het dopje los om een batterij te plaatsen of te vervangen.
2 Bovenste penknop: Als u wilt rechtsklikken in ondersteunde toepassingen, houdt u de bovenste penknop
ingedrukt en tikt u op het scherm.
3 Onderste penknop: Om teksten en tekeningen te wissen in ondersteunde toepassingen, houdt u de
onderste penknop ingedrukt om de betreffende objecten te wissen.
Opmerkingen:
• De standaardfunctie van elke penknop kan variëren in verschillende toepassingen.
• U kunt de functies van de penknoppen aanpassen met de toepassing Wacom Pen. Als Wacom Pen niet
op de computer is geïnstalleerd, kunt u het meest recente WinTab-stuurprogramma downloaden van
https://support.lenovo.com.
4 Penpunt: om te klikken tikt u met de punt op het scherm. Wilt u dubbelklikken, tik dan twee keer met de
punt op het scherm.
Hoofdstuk 4. Accessoires35
Een batterij plaatsen voor voeding van de pen
Afhankelijk van het model is er mogelijk geen batterij in uw pen geplaatst. U plaatst de AAAA-alkalinebatterij
als volgt:
1. Draai het dopje los.
2. Plaats een AAAA-alkalinebatterij in het batterijcompartiment.
3. Plaats het dopje terug.
4. Draai het dopje vast.
De penhouder gebruiken om de pen op te bergen
Bij de computer kan een penhouder zijn geleverd. U kunt als volgt de pen bewaren in de penhouder op de
computer:
1. Schuif de penhouder in de penhoudersleuf op de computer.
2. Plaats de pen horizontaal in de penhouder, zoals getoond in de afbeelding.
36Gebruikershandleiding
Lenovo Pen Pro en penhouder
Afhankelijk van het model kunnen bij de computer een Lenovo Pen Pro (hierna de pen genoemd) en een
penhouder worden geleverd. Met de pen kunt u op een natuurlijke manier schrijven en tekenen. De pen kunt
u in de penhouder op de computer bewaren. In dit gedeelte wordt het basisgebruik van de pen en penhouder
beschreven. Raadpleeg de documentatie van de pen voor meer informatie.
Opmerkingen:
• Afhankelijk van het model kan de geleverde pen er enigszins anders uitzien dan in de afbeeldingen in dit
onderwerp.
• De kleur van de pen kan per land of regio van levering verschillen.
• De pen is niet waterdicht. Houd de pen uit de buurt van water en extreme vochtigheid.
• De pen bevat een aantal druksensoren. Pas net zoveel druk toe als wanneer u op het papier zou schrijven.
Stel de pen niet bloot aan schokken of trillingen.
Overzicht van pen
1 Bovenste knop: Houd de bovenste knop minstens drie seconden ingedrukt om koppelen via Bluetooth op
de pen in te schakelen.
2 LED-lampje: de LED geeft de volgende status aan:
– Knipperend oranje: batterijvoeding is minder dan 20% (opladen aanbevolen)
– Uit: geen batterijvoeding (opladen aanbevolen) of batterijvoeding is meer dan 20%
• Status van Bluetooth-koppeling
– Groen, knippert eenmaal per seconde: bezig met koppelen
– Groen, knippert vijf keer snel in twee seconden: gekoppeld
Hoofdstuk 4. Accessoires37
– Groen, knippert eenmaal: er is één of twee keer op de bovenste knop gedrukt
3 USB-C-aansluiting: om de pen op te laden, de pen aan te sluiten op een 5 V-oplader van de computer
met een USB-C-kabel.
4 Bovenste penknop: Als u wilt rechtsklikken in ondersteunde toepassingen, houdt u de bovenste penknop
ingedrukt en tikt u op het scherm.
5 Onderste penknop: Om teksten en tekeningen te wissen in ondersteunde toepassingen, houdt u de
onderste penknop ingedrukt om de betreffende objecten te wissen.
Opmerkingen:
• De standaardfunctie van elke penknop kan variëren in verschillende toepassingen.
• U kunt de functies van de penknoppen aanpassen met de toepassing Wacom Pen. Als Wacom Pen niet
op de computer is geïnstalleerd, kunt u het meest recente WinTab-stuurprogramma downloaden van
https://support.lenovo.com.
6 Penpunt: om te klikken tikt u met de punt op het scherm. Wilt u dubbelklikken, tik dan twee keer met de
punt op het scherm.
De pen opladen
Om de pen op te laden, de pen aan te sluiten op een 5 V-oplader van de computer met een USB-C-kabel.
De pen met de computer koppelen
U koppelt de pen als volgt met de computer:
1. Schakel op de pen het koppelen via Bluetooth in door de bovenste knop minstens drie seconden
ingedrukt te houden. Het LED-lampje op de pen gaat groen knipperen.
38
Gebruikershandleiding
2. Schakel koppelen via Bluetooth in op de computer om de pen te ontdekken en de koppeling tot stand te
brengen. Zie 'Bluetooth-apparaten gebruiken' op pagina 14. De pen wordt gedetecteerd als Lenovo Pen
Pro.
Na het koppelen kunt u meer functies instellen. Druk hiervoor één of twee keer op de bovenste knop. U kunt
de functies van de bovenste knop aanpassen met de toepassing Wacom Pen. U kunt dit ook doen door het
menu Start
te openen en te tikken op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Pen en Windows Ink ➙
Pensneltoetsen.
Hoofdstuk 4. Accessoires39
De penhouder gebruiken om de pen op te bergen
Bij de computer kan een penhouder zijn geleverd. U kunt als volgt de pen bewaren in de penhouder op de
computer:
1. Schuif de penhouder in de penhoudersleuf op de computer.
2. Plaats de pen horizontaal in de penhouder, zoals getoond in de afbeelding.
Opmerking: Let erop dat de penknoppen niet worden ingedrukt wanneer de pen zich in de penhouder
bevindt; dit kan de werkingsduur van de batterij verkorten.
ThinkPad USB-C Dock
Het ThinkPad USB-C Dock zorgt ervoor dat u de computer snel en gemakkelijk kunt aansluiten op
computeraccessoires.
In dit gedeelte wordt het basisgebruik van het dockingstation beschreven. Raadpleeg de documentatie van
het dockingstation voor meer informatie.
40
Gebruikershandleiding
Overzicht ThinkPad USB-C Dock
1 Sleuf voor veiligheidsslot: Om het dockingstation tegen diefstal te beschermen, maakt u het
dockingstation vast aan een bureau, tafel of ander vast voorwerp. Schaf een veiligheidskabelslot aan dat op
deze beveiligingslotsleuf past.
2 Audioaansluiting: Sluit hierop een hoofdtelefoon of headset met een vierpolige 3,5 mm stekker aan.
3 USB 3.0-aansluitingen: Sluit hierop USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-
muis, USB-opslagapparaat of USB-printer. Voor optimale gegevensoverdracht sluit u een USB 3.0-apparaat
aan op een USB 3.0-aansluiting in plaats van een USB 2.0-aansluiting.
4 USB-C-aansluiting: Sluit alleen USB-C-apparaten voor gegevensoverdracht aan, zoals een USB-C-
opslagapparaat.
5 Aan/uit-knop met lampje: De aan/uit-knop werkt anders in de volgende situaties:
• Als u het dockingstation alleen op de netvoeding aansluit en niet op de computer, drukt u op deze aan/uitknop om het dockingstation in of uit te schakelen.
• Als u het dockingstation aansluit op de netvoeding en op de computer, heeft deze knop dezelfde functie
als de aan/uit-knop van de computer.
Het lampje in de aan/uit-knop toont de status van het dockingstation en van de computer:
• Uit: Het dockingstation is uit, de computer is uit of de computer staat in de sluimerstand.
• Wit: De computer staat aan.
• Wit en knippert langzaam: De computer staat in de slaapstand.
• Oranje: Het dockingstation staat aan.
Hoofdstuk 4. Accessoires41
1 Netvoedingsaansluiting: Sluit de netvoedingsadapter aan.
2 Lenovo USB-C-aansluiting: Sluit de Lenovo USB-C-kabel aan op de computer.
3 VGA-aansluiting: Sluit een VGA-compatibel videoapparaat aan.
4 USB 2.0-aansluitingen: Sluit USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-muis of
USB-opslagapparaat.
5 Ethernet-poort: Sluit het dockingstation aan op een Ethernet LAN met een Ethernet-kabel.
6 USB 3.0-aansluitingen: Sluit hierop USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-
muis, USB-opslagapparaat of USB-printer. Voor optimale gegevensoverdracht sluit u een USB 3.0-apparaat
aan op een USB 3.0-aansluiting in plaats van een USB 2.0-aansluiting.
7 Always On USB-aansluiting (USB 3.0): Sluit USB-compatibele apparaten aan of laad bepaalde mobiele
digitale apparaten en smartphones op.
8 DisplayPort
®
-aansluiting: Hiermee sluit u een high-performance beeldscherm, een direct-drive
beeldscherm of een ander apparaat aan dat gebruikmaakt van een DisplayPort-aansluiting.
42
Gebruikershandleiding
Het ThinkPad USB-C Dock instellen
Ga als volgt te werk om het ThinkPad USB-C Dock in te stellen:
1. Sluit het ene uiteinde van de Lenovo USB-C-kabel aan op het dockingstation 1 .
2. Sluit het andere uiteinde van de Lenovo USB-C-kabel aan op de computer
2 .
3. Sluit de voedingsadapter aan op de netvoedingsaansluiting op het dockingstation
4. Verbind het netsnoer met de netvoedingsadapter
5. Sluit het netsnoer aan op een werkend stopcontact
4 .
5 .
3 .
Voordat u het dockingstation met de computer gebruikt, dient u het meest recente stuurprogramma voor het
dockingstation te installeren. U kunt dit downloaden op:
https://www.lenovo.com/support/docks
Hoofdstuk 4. Accessoires43
44Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 5.Geavanceerde configuratie
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de geavanceerde configuratie en functies.
Stuurprogramma's installeren
Ga altijd naar https://support.lenovo.com of gebruik Lenovo Vantage om de nieuwste stuurprogramma's op te
halen. Selecteer de productnaam van uw computer om alle apparaatstuurprogramma's voor de computer
weer te geven.
Attentie:
• Download nooit stuurprogramma's van de Windows Update-website.
• Wij raden u aan uw besturingssysteem bij te werken via officiële kanalen. Een onofficiële update kan
beveiligingsrisico's veroorzaken.
ThinkPad Tablet Setup-app
Met de toepassing ThinkPad Tablet Setup kunt u verschillende instelparameters bekijken en configureren.
De standaardconfiguraties zijn in de fabriek al voor u gekozen. Verkeerde wijzigingen van de configuraties
kunnen onverwachte gevolgen hebben.
De toepassing ThinkPad Tablet Setup openen
Om de toepassing ThinkPad Tablet Setup te openen, doet u het volgende:
Opmerking: Als u gedurende het proces een beheerderswachtwoord moet invoeren, voert u het juiste
wachtwoord in. Als u de wachtwoordprompt overslaat, kunt u de toepassing ThinkPad Tablet Setup nog
steeds openen, maar u kunt de configuraties niet wijzigen.
1. Start de computer opnieuw op.
2. Tik rond 'Druk op Enter of tik hier' tot de ThinkPad Tablet Setup-app wordt gestart.
Menu's in ThinkPad Tablet Setup
De toepassing ThinkPad Tablet Setup bevat de volgende menu´s:
Opmerking: De menu's kunnen zonder aankondiging worden gewijzigd. Afhankelijk van het model kan de
standaardwaarde afwijken.
• Menu Main: Bekijk de systeeminformatie en stel de datum en tijd op de computer in.
• Menu Config: Bekijk en wijzig de configuratie van de computer.
• Menu Security: Stel het supervisorwachtwoord in en configureer andere beveiligingsfuncties van de
computer.
• Menu Startup: Wijzig de opstartinstellingen van de computer.
• Menu Restart: Kies een optie voor het afsluiten van de toepassing ThinkPad Tablet Setup en het opnieuw
opstarten van het systeem.
Tik in elk menu op de standaardwaarde om te kiezen opties te tonen en tik op een gewenste optie om deze
te selecteren. Volg de instructies op het scherm om de instellingen te configureren. Tik nadat u de
instellingen hebt gewijzigd op Restart en tik vervolgens op de gewenste optie om de computer opnieuw op
te starten.
Wanneer u de ThinkPad Tablet Setup-app start, ziet u eerst het menu Main:
Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van
het model kan de standaardwaarde afwijken.
System Information
• UEFI BIOS Version
• UEFI BIOS Date (Year-Month-Date)
• Embedded Controller Version
• ME Firmware Version
• Machine Type Model
• System-unit serial number
• System board serial number
• Asset Tag
• CPU Type
• CPU Speed
• Installed Memory
• UUID
• MAC Address (Internal LAN)
• Preinstalled OS License
• UEFI Secure Boot
• OA3 ID
System Date
System Time
Menu Config
Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van
het model kan de standaardwaarde afwijken.
Network
• Wake On LAN from Dock
Waarden: On, Off
Beschrijving: Het in- of uitschakelen van de functie Wake On LAN from Dock wanneer het ThinkPad USB-
C Dock of het ThinkPad Thunderbolt 3 Dock is aangesloten.
Opmerking: De functie Wake on LAN from Dock werkt niet wanneer de computer in de Modern Standbymodus staat. Deze werkt alleen als uw computer is afgesloten of in de sluimerstand staat.
• UEFI IPv4 Network Stack
Waarden: On, Off
Beschrijving: Schakel Internet Protocol versie 4 (IPv4) network stack in of uit voor de UEFI-omgeving. Dit
menu wordt alleen weergegeven in de opstartmodus UEFI Only of de opstartmodus Both met UEFI first.
• UEFI IPv6 Network Stack
46
Gebruikershandleiding
Waarden: On, Off
Beschrijving: Schakel Internet Protocol versie 6 (IPv6) network stack in of uit voor de UEFI-omgeving. Dit
menu wordt alleen weergegeven in de opstartmodus UEFI Only of de opstartmodus Both met UEFI first.
• UEFI PXE Boot Priority
Waarden: IPv4 First, IPv6 First
Beschrijving: Selecteer network stack priority voor opstartmodus UEFI PXE. Dit menu wordt alleen
weergegeven in de opstartmodus UEFI Only of de opstartmodus Both met UEFI first wanneer zowel IPv6
als IPv4 stacks zijn ingeschakeld.
• MAC Address Pass Through
Waarden: Disabled, Enabled
Beschrijving: schakel de doorgiftefunctie voor het MAC-adres in of uit wanneer een dockingstation wordt
gekoppeld. Als u Enabled selecteert, wordt voor dockingstation-Ethernet hetzelfde MAC-adres gebruikt
als voor het interne Ethernet-LAN. Als u Disabled selecteert, wordt voor dockingstation-Ethernet een
eigen MAC-adres gebruikt.
Keyboard/Mouse
• Enumerate Keyboard
Waarden: Off, On
Beschrijving: Het USB-toetsenbord in- of uitschakelen in de preboot-omgeving als snel opstarten is
ingeschakeld. Als u Off selecteert, werkt het USB-toetsenbord niet in de preboot-omgeving. Als u On
selecteert, werkt het USB-toetsenbord wel in de preboot-omgeving.
• On Screen Keyboard
Waarden: On, Off
Beschrijving: Het schermtoetsenbord in- of uitschakelen in de preboot-omgeving. Als u Off selecteert,
wordt het schermtoetsenbord uitgeschakeld. Als u On selecteert, wordt het schermtoetsenbord
ingeschakeld.
• Tablet volume buttons are used for
Waarden: Audio volume control, Display brightness control
Beschrijving: Als u Audio volume control selecteert, worden de volumeknoppen gebruikt om het
audiovolume te regelen. Als u Display brightness control selecteert, worden de volumeknoppen gebruikt
om de helderheid van het beeldscherm te regelen.
Display
• Boot Display Device
Waarden: ThinkPad LCD, External Display
Beschrijving: Selecteer het beeldscherm dat u tijdens het opstarten wilt activeren. External Display heeft
betrekking op een extern beeldscherm dat is aangesloten op de USB Type-C-aansluiting of de HDMIaansluiting op uw ThinkPad-computer. Als er meerdere beeldschermen worden aangesloten, wordt het
opstartscherm weergegeven op het eerste herkende beeldscherm.
• Total Graphics Memory
Waarden: 256 MB, 512 MB
Beschrijving: Wijs het totale geheugen toe dat de interne graphics van Intel deelt.
Opmerking: 512 MB kan alleen worden geselecteerd als het beveiligingsniveau van Thunderbolt (TM) 3 is
ingesteld op Display Port and USB.
Beschrijving: Tijdens het opstartproces, bestaat de kans dat de computer niet de externe beeldschermen
detecteert die meer tijd nodig hebben voordat ze gereed zijn. Selecteer hoe lang u de opstartprocedure
wilt maken.
Power
• Power On with AC Attach
Waarden: Off, On
Beschrijving: Schakel een functie voor het inschakelen van de computer in of uit wanneer de
netvoedingsadapter is aangesloten.
• Disable Built-in Battery
Waarden: Yes, No
Beschrijving: schakel de ingebouwde batterij tijdelijk uit om onderhoud aan het systeem te plegen. Na het
selecteren van dit item, wordt het systeem automatisch uitgezet, waarna het klaar is voor onderhoud.
Opmerking: De ingebouwde batterij wordt automatisch opnieuw ingeschakeld wanneer de
netvoedingsadapter opnieuw wordt aangesloten op het systeem.
Beep and Alarm
• Password Beep
Waarden: Off, On
Beschrijving: Schakel een geluidssignaal in of uit wanneer de computer wacht op invoer van een
systeemwachtwoord, hard disk password of supervisorwachtwoord. De verschillende geluidssignalen
laten u weten of het wachtwoord dat u hebt opgegeven, juist of onjuist is.
Thunderbolt(TM) 3
• Security level
Waarden: No Security, User Authorization, Secure Connect, Display Port and USB
Beschrijving: Selecteer het beveiligingsniveau:
– No Security: Toestaan dat Thunderbolt-apparaten automatisch worden verbonden.
– User Authorization: Toestaan dat Thunderbolt-apparaten worden verbonden na autorisatie door de
gebruiker.
– Secure Connect: Toestaan dat Thunderbolt-apparaten worden verbonden met een opgeslagen sleutel
die is goedgekeurd door de gebruiker.
– Display Port and USB: Alleen toestaan dat DisplayPort-compatibele apparaten en USB-apparaten
worden verbonden. Thunderbolt-apparaten mogen niet worden verbonden.
• Support in Pre Boot Environment:
– Thunderbolt(TM) device
Waarden: Off, On
Beschrijving: schakel pre-OS ondersteuning in of uit voor Thunderbolt-apparaten die zijn aangesloten
op de Thunderbolt 3-poort. Als u een apparaat in de pre-boot omgeving wilt gebruiken, autoriseert u
het in het besturingssysteem of stelt u het Security level in op No Security. Als u van een apparaat wilt
opstarten, configureert u het door Startup ➙ Boot te selecteren.
– USB device
Waarden: On, Off
Beschrijving: schakel pre-OS ondersteuning in of uit voor USB-apparaten die zijn aangesloten op de
Thunderbolt 3-poort. Als u van een apparaat wilt opstarten, configureert u het door Startup ➙ Boot te
selecteren.
48
Gebruikershandleiding
Debug Port
Waarden: Off, On
Beschrijving: Als u On selecteert, wordt de audioaansluiting voor een hoofdtelefoon of headset gebruikt als
seriële foutopsporingspoort en werkt de standaardfunctie van deze aansluiting niet. Sluit geen hoofdtelefoon
of headset aan op de computer.
Opmerking: U hebt de audio/serieel-foutopsporingskabel nodig om de computer en andere systemen aan
te sluiten.
Intel AMT
• Intel (R) AMT Control
Waarden: Disabled, Enabled, Permanently Disabled
Beschrijving: als u Enabled selecteert, wordt Intel AMT (Active Management Technology) geconfigureerd
en verschijnen er extra opties in de setup voor MEBx (Management Engine BIOS Extension) Setup. Als u
Permanently Disabled selecteert, kunt u het nooit meer inschakelen. Wees voorzichtig bij het maken van
de selectie.
Opmerking: U kunt het menu MEBx Setup openen door in het venster Startup Interrupt Menu op de
toetscombinatie Ctrl+P te drukken. Druk op de Enter-toets tijdens de zelftest (POST) bij het inschakelen
om het venster Startup Interrupt Menu weer te geven.
• USB Key Provisioning
Waarden: Off, On
Beschrijving: met deze optie wordt USB-sleutelprovisioning in- of uitgeschakeld.
• CIRA Timeout
Waarden: 0–255
Beschrijving: Stel de time-outoptie voor het tot stand brengen van de CIRA-verbinding in. U kunt een
waarde van 0 tot 255 selecteren. Als u 0 selecteert, wordt 60 seconden gebruikt als de standaard time-
outwaarde. Als u 255 selecteert, is de wachttijd voor het tot stand brengen van een verbinding onbeperkt.
Opmerking: De standaardwaarde is 60 seconden.
• Console Type
Waarden: VT100, VT100+, VT-UTF8, PC ANSI
Beschrijving: Selecteer het type console voor AMT. Dit type console moet overeenkomen met de externe
console van Intel AMT.
Menu Security
Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van
het model kan de standaardwaarde afwijken.
Password
• Supervisor Password
Waarden: Off, On
Beschrijving: Stel een supervisorwachtwoord in om te voorkomen dat onbevoegde gebruikers de
opstartvolgorde, de netwerkinstellingen en de systeemdatum en -tijd wijzigen. Meer informatie vindt u in
'Wachtwoorden gebruiken' op pagina 21.
• Lock UEFI BIOS Settings
Waarden: Off, On
Hoofdstuk 5. Geavanceerde configuratie49
Beschrijving: Schakel deze optie in om te voorkomen dat onbevoegde gebruikers instellingen in ThinkPad
Setup wijzigen. Als u deze functie wilt wijzigen, heeft u een supervisorwachtwoord nodig.
• Password at Unattended Boot
Waarden: On, Off
Beschrijving: Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt er om het wachtwoord gevraagd als de
computer wordt ingeschakeld of ontwaakt uit de sluimerstand via een gebeurtenis zonder toezicht, zoals
een Wake on LAN-poging. Om toegang door onbevoegden te voorkomen, moet u dan
gebruikersverificatie (een wachtwoord) van het besturingssysteem instellen.
• Password at Restart
Waarden: Off, On
Beschrijving: Wanneer deze optie is ingeschakeld, wordt er een wachtwoordprompt weergegeven
wanneer u de computer opnieuw opstart. Om toegang door onbevoegden te voorkomen, moet u dan
gebruikersverificatie (een wachtwoord) van het besturingssysteem instellen.
• Password at Boot Device List
Waarden: Off, On
Beschrijving: Als u deze optie inschakelt, is het supervisorwachtwoord vereist als u probeert het menu
Boot te openen door herhaaldelijk op F12 te drukken. Als u deze functie wilt gebruiken, moet er een
supervisorwachtwoord zijn ingesteld.
• Password Count Exceeded Error
Waarden: On, Off
Beschrijving: Selecteer deze optie om het foutbericht POST 0199 weer te geven als u meer dan drie keer
een foutief supervisorwachtwoord opgeeft.
• Set Minimum Length
Waarden: Disabled, x characters (4 ≤ x ≤ 12)
Beschrijving: Geef een minimumlengte voor systeemwachtwoorden en vaste-schijfwachtwoorden op. Als
er een supervisorwachtwoord is ingesteld, kunt u de minimumlengte pas wijzigen nadat u zich hebt
aangemeld als supervisor.
• Power-On Password
Waarden: Disabled, Enabled
Beschrijving: Stel een systeemwachtwoord in om de computer te beveiligen tegen onbevoegd gebruik.
• Hard Disk1 Password
Waarden: Disabled, Enabled
Beschrijving: Stel een vaste-schijfwachtwoord in om te voorkomen dat gebruikers toegang krijgen tot
gegevens op het interne opslagstation.
Security Chip
• Security Chip Type
Waarden: TPM 2.0
Beschrijving: U kunt een Discrete TPM-chip in de TPM 2.0-modus gebruiken.
• Security Chip (for TPM 2.0)
Waarden: On, Off
Beschrijving: Schakel de beveiligings-chip in of uit.
• Security Reporting Options
– SMBIOS Reporting
50
Gebruikershandleiding
Waarden: On, Off
Beschrijving: Als deze optie is ingeschakeld, worden wijzigingen in corresponderende UEFI BIOS-
gegevens geregistreerd op een locatie (PCR1, gedefinieerd in de TCG-standaarden), die andere
geautoriseerde programma's kunnen controleren, lezen en analyseren.
• Clear Security Chip
Beschrijving: Gebruik deze optie om de versleutelingssleutel te wissen. Het is niet mogelijk toegang tot
reeds versleutelde gegevens te krijgen nadat deze sleutels zijn gewist.
• Intel (R) TXT Feature
Waarden: Disabled, Enabled
Beschrijving: Schakel de Intel Trusted Execution Technology in of uit.
• Physical Presence for Clear
Waarden: Off, On
Beschrijving: Als deze optie is ingeschakeld, wordt er een bevestigingsbericht weergegeven wanneer u de
beveiligings-chip wist.
UEFI BIOS Update Option
• Flash BIOS Updating by End-Users
Waarden: On, Off
Beschrijving: Wanneer deze optie is ingeschakeld, kunnen alle gebruikers het UEFI BIOS bijwerken. Als u
deze optie uitschakelt, kan alleen de persoon die het supervisorwachtwoord kent, het UEFI BIOS
bijwerken.
• Secure RollBack Prevention
Waarden: On, Off
Beschrijving: Als deze optie is uitgeschakeld, kunt u eerdere versies van het UEFI BIOS doorgeven.
• Windows UEFI Firmware Update
Waarden: On, Off
Beschrijving: Schakel de functie Windows UEFI Firmware Update in of uit. Selecteer On om de Windows
UEFI Firmware Update toe te staan. Als u Off selecteert, wordt de Windows UEFI Firmware Update
overgeslagen in het BIOS.
Memory Protection
• Execution Prevention
Waarden: On, Off
Beschrijving: Sommige computervirussen en wormen zorgen ervoor dat geheugenbuffers overlopen. Door
deze optie in te schakelen, kunt u de computer beschermen tegen aanvallen van dergelijke virussen en
wormen. Als de optie is ingeschakeld, maar u ontdekt dat een programma niet correct werkt, schakelt u
eerst deze optie uit en herstelt u vervolgens de instellingen.
Virtualization
• Intel(R) Virtualization Technology
Waarden: On, Off
Beschrijving: Als deze optie is ingeschakeld, kan een Virtual Machine Monitor (VMM) de extra
mogelijkheden van de hardware gebruiken die de Intel Virtualization Technology biedt.
• Intel(R) VT-d Feature
Waarden: On, Off
Hoofdstuk 5. Geavanceerde configuratie51
Beschrijving: Intel VT-d staat voor Intel Virtualization Technology for Directed I/O. Als dit ingeschakeld is,
kan een VMM de platforminfrastructuur gebruiken voor I/O-virtualisatie.
I/O Port Access
Beschrijving: Gebruik dit submenu om de volgende hardwarefuncties in of uit te schakelen:
• Wireless LAN
• Wireless WAN
• Bluetooth
• USB Port
• Memory Card Slot
• Integrated Camera
• Microphone
• Fingerprint Reader
• Thunderbolt(TM) 3
• NFC Device
Anti-Theft
• Computrace Module Activation
Waarden: Disabled, Enabled, Permanently Disabled
Beschrijving: Schakel de UEFI BIOS-interface in om de Computrace-module te activeren. Computrace is
een optionele bewakingsservice van Absolute Software. Als u Permanently Disabled selecteert, kunt u
deze instelling niet opnieuw inschakelen.
Secure Boot
• Secure Boot
Waarden: Enabled, Disabled
Beschrijving: Selecteer deze optie om te voorkomen dat onbevoegde besturingssystemen worden
geladen wanneer u de computer inschakelt.
• Platform Mode
Waarden: Setup Mode, User Mode
Beschrijving: Geef de modus van het besturingssysteem op.
• Secure Boot Mode
Waarden: Standard Mode, Custom Mode
Beschrijving: Geef de Secure Boot mode op.
• Reset to Setup Mode
Beschrijving: Gebruik deze optie om de huidige platformsleutel te wissen en Platform Mode opnieuw in te
stellen op Setup Mode. U kunt uw eigen platformsleutel installeren en de Secure Boot-
handtekeningdatabases aanpassen in Setup Mode. Secure Boot Mode wordt ingesteld op Custom Mode.
• Restore Factory Keys
Beschrijving: Gebruik deze optie om alle sleutels en certificaten in Secure Boot-databases weer in te
stellen op de fabrieksinstellingen.
• Clear All Secure Boot Keys
52
Gebruikershandleiding
Beschrijving: Gebruik deze optie om alle sleutels en certificaten in Secure Boot-databases te wissen en
uw eigen sleutels en certificaten te installeren.
Intel (R) SGX
• Intel (R) SGX Control
Waarden: Disabled, Enabled, Software Controlled
Beschrijving: Schakel de functie Intel Software Guard Extensions (SGX) in of uit. Als u Software
Controlled selecteert, wordt SGX bestuurd door de SGX-toepassing voor het besturingssysteem in de
UEFI-opstartmodus.
• Change Owner EPOCH
Beschrijving: Wijzig Owner EPOCH in een willekeurige waarde. Gebruik deze optie om SGX-
gebruikersgegevens te wissen.
Device Guard
• Device Guard
Waarden: Disabled, Enabled
Beschrijving: Deze optie wordt gebruikt om Microsoft Device Guard te ondersteunen.
Wanneer deze optie is ingeschakeld, worden Intel Virtualization Technology, Intel VT-d Feature en Secure
Boot automatisch ingeschakeld. De opstartvolgorde kan niet worden geselecteerd. Als u de configuratie
van Device Guard wilt voltooien, moet u een supervisorwachtwoord instellen.
Als deze optie is uitgeschakeld, zijn de installatieopties configureerbaar en kunt u een van de
opstartopties kiezen om de computer te starten.
Menu Startup
Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van
het model kan de standaardwaarde afwijken.
Startup Options
• Option Key Display
Waarden: On, Off
Beschrijving: Als u deze optie uitschakelt, wordt het bericht 'To interrupt normal startup, press Enter.' niet
weergegeven tijdens de zelftest (POST).
• Boot Device List F12 Option
Waarden: On, Off
Beschrijving: Als u deze optie inschakelt, kunt u het venster Boot Menu openen door F12 ingedrukt te
houden wanneer de computer wordt ingeschakeld.
• Boot Order Lock
Waarden: Off, On
Beschrijving: Schakel deze optie in om de prioriteitsvolgorde van de opstartapparaten te vergrendelen.
Edit Boot Order
• USB CD
Waarden: On, Off
• USB FDD
Waarden: On, Off
• NVMe0
Hoofdstuk 5. Geavanceerde configuratie53
Waarden: On, Off
• ATA HDD0
Waarden: On, Off
• USB HDD
Waarden: On, Off
• Network Adapter
Waarden: On, Off
• Other CD
Waarden: Off, On
• Other HDD
Waarden: Off, On
Beschrijving: Wijzig de opstartvolgorde door het pictogram te slepen en neer te zetten.
Menu Restart
Opmerking: De menuopties van het BIOS kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd. Afhankelijk van
het model kan de standaardwaarde afwijken.
• Exit Saving Changes
Beschrijving: De wijzigingen opslaan en de computer opnieuw opstarten.
• Exit Discarding Changes
Beschrijving: De wijzigingen annuleren en de computer opnieuw opstarten.
• Load Setup Defaults
Beschrijving: De fabrieksinstellingen herstellen.
• Discard Changes
Beschrijving: De wijzigingen annuleren.
• Save Changes
Beschrijving: De wijzigingen opslaan.
De UEFI BIOS bijwerken
Het UEFI-BIOS (Unified Extensible Firmware Interface) maakt deel uit van de systeemprogramma's die het
fundament vormen van de op de computer geïnstalleerde software. Het UEFI BIOS vertaalt de instructies van
de andere softwarelagen.
U kunt het UEFI-BIOS en de toepassing ThinkPad Tablet Setup bijwerken door de computer op te starten
met een toepassing voor flash-updates die in de Windows-omgeving kan worden uitgevoerd.
Als u software, hardware of een apparaatstuurprogramma toevoegt, is het misschien ook handig om uw
UEFI BIOS bij te werken zodat de nieuwe toevoeging goed werkt.
Als u het UEFI BIOS wilt bijwerken, gaat u naar
https://support.lenovo.com.
Systeembeheer
Dit gedeelte is in de eerste plaats bedoeld voor netwerkbeheerders.
54
Gebruikershandleiding
De computer is ontworpen voor eenvoudig beheer. U kunt daardoor meer resources inrichten om beter te
voldoen aan uw zakelijke doelstellingen. Via deze beheerfuncties kunt u een clientcomputer op dezelfde
manier bedienen als een normale computer. Zo kunt u bijvoorbeeld op afstand de computer opstarten, de
vaste schijf formatteren en software installeren.
Als de computer eenmaal geconfigureerd en operationeel is, hebt u dankzij de software- en
beheervoorzieningen die al in het clientsysteem en op het netwerk aanwezig zijn, voortdurend controle over
uw gehele systeem.
In de volgende tekst maakt u kennis met een aantal systeembeheerfuncties.
Desktop Management Interface
Het UEFI BIOS van de computer biedt ondersteuning voor een interface met de naam System Management
BIOS Reference Specification (SMBIOS) V2.6.1. Het SMBIOS geeft informatie over de
hardwarecomponenten van het systeem. Het BIOS heeft als taak om aan deze database informatie over
zichzelf en over de apparatuur op de systeemplaat te leveren. Deze specificatie documenteert de
standaarden voor toegang tot de BIOS-informatie.
Asset ID EEPROM
De Asset ID EEPROM (Electrically Erasable Programmable Read-Only Memory) bevat informatie over het
systeem, waaronder configuratiegegevens en de serienummers van de belangrijkste componenten. Deze
EEPROM beschikt ook over een aantal lege velden waarin u zelf informatie over de eindgebruikers kunt
opslaan.
PXE-technologie
De Preboot eXecution Environment (PXE)-technologie vereenvoudigt het pc-beheer doordat deze u de
mogelijkheid biedt om computer vanaf een server op te starten. Met de juiste LAN-kaart kan uw computer
bijvoorbeeld worden gestart vanaf een PXE-server.
Opmerking: De functie Remote Initial Program Load (RIPL of RPL) kan bij uw computer niet worden
gebruikt.
Hoofdstuk 5. Geavanceerde configuratie55
56Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 6.Toegankelijkheid
Lenovo helpt gebruikers met een handicap met gemakkelijke toegang tot informatie en technologie.
Bepaalde toegankelijkheidshulpmiddelen zijn beschikbaar in het Windows-besturingssysteem; andere
hulpmiddelen kunnen bij derden worden aangeschaft.
In dit gedeelte krijgt u een korte introductie over de beschikbare toegankelijkheidshulpmiddelen. Raadpleeg
de helpinformatie van Windows voor meer informatie over het gebruiken van de
toegankelijkheidshulpmiddelen. Zie 'Hulp voor het Windows-besturingssysteem' op pagina 21.
Melding op het scherm
De melding op het scherm helpt slechthorenden zich bewust te worden van de status van hun computer. De
melding op het scherm vervangt geluiden door visuele hints of tekstbijschriften, om aan te geven dat er
activiteit op de computer plaatsvindt. Op deze manier zijn systeemwaarschuwingen merkbaar, zelfs wanneer
u ze niet hoort. Als u bijvoorbeeld een object selecteert, wordt het object gemarkeerd.
Als u meldingen op het scherm wilt weergeven, opent u het Configuratiescherm. Voor informatie over het
openen van het Configuratiescherm raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21. Tik
vervolgens op Toegankelijkheid ➙ Toegankelijkheidscentrum en tik dan op Tekst of visuele alternatieven voor geluiden gebruiken.
Audiomeldingen
Met audiomeldingen kunnen slechtzienden of mensen met slechte ogen zich bewust worden van de status
van hun computer.
Als u audiomeldingen wilt gebruiken, opent u het Configuratiescherm. Voor informatie over het openen van
het Configuratiescherm raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21. Tik vervolgens op
Toegankelijkheid ➙ Toegankelijkheidscentrum ➙ De tablet zonder beeldscherm gebruiken en
selecteer dan Audiobeschrijving inschakelen.
Verteller
De Verteller is een schermleesprogramma dat teksten op het scherm hardop voorleest en gebeurtenissen
zoals foutberichten beschrijft.
Om Narrator te openen, typt u Narrator in het zoekvak.
Schermleestechnologie
Schermleestechnologie richt zich in de eerste plaats op programma-interfaces, Help-informatiesystemen en
verschillende onlinedocumenten. Voor aanvullende informatie over schermleesprogramma's raadpleegt u de
onderstaande bronnen:
• PDF-bestanden (Portable Document Format) gebruiken met schermleesprogramma's:
Met spraakherkenning kunt u uw computer besturen met behulp van uw stem.
Alleen al met uw stem kunt u toepassingen openen, menu's openen, op knoppen en andere voorwerpen op
het scherm tikken, tekst dicteren in documenten, en e-mails schrijven en verzenden.
Om spraakherkenning te openen, typt u Spraakherkenning in het zoekvak.
Aanpasbare tekengrootte
Afhankelijk van uw voorkeuren kunt u alleen de tekengrootte wijzigen in plaats van de grootte van alles op
het bureaublad te wijzigen.
Als u de tekengrootte wilt wijzigen, opent u het Configuratiescherm. Voor informatie over het openen van het
Configuratiescherm raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21. Tik vervolgens op
Vormgeving en persoonlijke voorkeur aanpassen ➙ Beeldscherm. Ga naar Alleen de tekengrootte
wijzigen en stel de gewenste tekengrootte in.
Vergrootglas
De computer is voorzien van Microsoft
®
Vergrootglas, waarmee slechtzienden de computer aangenamer
kunnen gebruiken. Het Vergrootglas is een handig hulpmiddel dat een deel van of uw gehele scherm vergroot
zodat u de woorden en afbeeldingen beter kunt zien. Het Vergrootglas maakt deel uit van het
Toegankelijkheidscentrum.
Om Vergrootglas te openen, typt u Vergrootglas in het zoekvak.
Zoomen
U kunt de zoomfunctie gebruiken om de grootte van tekens, afbeeldingen, kaarten of andere objecten te
vergroten of te verkleinen.
• Inzoomen: beweeg twee vingers verder uit elkaar op het aanraakscherm om de grootte van tekens,
afbeeldingen, kaarten en andere objecten te vergroten.
• Uitzoomen: beweeg twee vingers dichter naar elkaar toe op het aanraakscherm om de grootte van tekens,
afbeeldingen, kaarten en andere objecten te verkleinen.
Aanpasbare schermresolutie
U kunt uw documenten leesbaarder maken door de schermresolutie van de computer aan te passen. Als u
de schermresolutie wilt aanpassen, tikt u op het bureaublad en houd u daar uw vinger. Tik op
Schermresolutie of Beeldscherminstellingen en volg de aanwijzingen op het scherm on de instellingen
naar wens aan te passen.
Opmerking: Als u een te hoge of te lage resolutie instelt, passen bepaalde items wellicht niet meer op het
scherm.
Documentatie in toegankelijke indelingen
Lenovo biedt elektronische documentatie in toegankelijke indelingen, zoals van tags voorziene PDFbestanden of HTML-bestanden (Hypertext Markup Language). Elektronische documentatie van Lenovo
wordt ontwikkeld om te garanderen dat slechtziende gebruikers de documentatie middels een schermlezer
kunnen lezen. Elke afbeelding in de documentatie beschikt ook over voldoende alternatieve tekst zodat
slechtziende gebruikers de afbeelding kunnen begrijpen als ze een schermlezer gebruiken.
Schermtoetsenbord
Het Schermtoetsenbord is een visueel toetsenbord met alle standaardtoetsen.
58
Gebruikershandleiding
Om het Schermtoetsenbord te openen, typt u Schermtoetsenbord in het zoekvak.
Aansluitingen met industriële standaard
De computer beschikt over standaardaansluitingen waarop u indien gewenst externe apparaten kunt
aansluiten.
Gepersonaliseerd toetsenbord
Als u de computer aansluit op het Thin Keyboard, kunt u het volgende doen om makkelijker met het
toetsenbord te werken.
• Stel de toetsenbordinstellingen als volgt in:
1. Ga naar het Configuratiescherm. Voor informatie over het openen van het Configuratiescherm
raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21.
2. Tik op Toegankelijkheid ➙ Toegankelijkheidscentrum ➙ Het toetsenbord eenvoudiger in het gebruik maken.
• Wijzig de instellingen van de Fn-toets en functietoetsen als volgt:
1. Ga naar het Configuratiescherm. Voor informatie over het openen van het Configuratiescherm
raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21. Wijzig de weergave van het
Configuratiescherm van Categorie in Grote pictogrammen of Kleine pictogrammen.
2. Tik op Toetsenbord. Tik in het venster Eigenschappen van Toetsenbord op het tabblad Fn- en functietoetsen.
3. Selecteer de gewenste opties.
Hoofdstuk 6. Toegankelijkheid59
60Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 7.Problemen oplossen
Als er een probleem met uw computer optreedt, zoekt u hier naar de oplossing.
Veelgestelde vragen
De beschreven problemen en oplossingen in dit gedeelte zijn alleen als richtlijn bedoeld. Ze zijn geen
technieken waarmee problemen definitief worden opgelost. Als een probleem blijft bestaan, kunt u
ondersteuning verkrijgen van Lenovo. Meer informatie vindt u in 'Klantsupportcentrum van Lenovo' op
pagina 67.
Attentie: Gebruik de tablet niet langer zodra u een probleem constateert, want verdere actie kan leiden tot
gegevensverlies of schade.
Internetprobleem
Is het niet gelukt om een draadloos-WAN-verbinding of een mobiele breedbandverbinding te maken?
Controleer of:
• De computer bevindt zich niet in de vliegtuigstand.
• Ga na of de nano-SIM-kaart geldig is en werkt als u een mobiel netwerk gebruikt (3G of 4G).
• U hebt netwerkbereik en de signaalsterkte is goed.
• Als een USB-C-apparaat op de computer is aangesloten, dan kan dit USB-C-apparaat de draadloosWAN-verbinding verstoren. Koppel het USB-C-apparaat los van de computer om het probleem op te
lossen.
Probleem met de batterij
Is de computer niet opgeladen?
Controleer of de netvoedingsadapter juist is aangesloten. Als de computer zeer warm aanvoelt, laat hem dan
afkoelen tot kamertemperatuur. Als daarna de batterij nog niet kan worden opgeladen, laat de computer dan
repareren.
Probleem met systeem
Is het niet gelukt op te starten?
Sluit de computer aan op een stopcontact om te bepalen of het probleem wordt veroorzaakt door een lege
batterij.
Als het probleem zich blijft voordoen, steekt u een naald of uitgerekte paperclip in het noodresetgaatje.
Raadpleeg 'Aansluitingen en lampjes' op pagina 1 voor de locatie van het noodresetgaatje. Probeer de
computer na het resetten opnieuw in te schakelen.
Kunt u de computer niet uitschakelen door de aan/uit-knop in te drukken en vast te houden?
Houd de aan-/uitknop tien seconden of langer ingedrukt. Als u de computer daarna nog steeds niet kunt
uitschakelen, steekt u een naald of uitgevouwen paperclip in het noodresetgaatje om de computer te
resetten. Raadpleeg 'Aansluitingen en lampjes' op pagina 1 voor de locatie van het noodresetgaatje. Als het
probleem zich blijft voordoen, moet u de fabrieksinstellingen van de computer herstellen. Zie
'Fabrieksinstellingen van computer terugzetten' op pagina 65.
• De dempfunctie van de luidspreker is uitgeschakeld.
• Ontkoppel de hoofdtelefoon en sluit deze opnieuw aan (als u een hoofdtelefoon gebruikt).
• Het volume is niet ingesteld op het laagste niveau.
Is het niet gelukt een muzieknummer, videobestanden of ander mediabestand af te spelen?
Controleer of het mediabestand niet is beschadigd.
Probleem met verbinding met extern apparaat
Is het niet gelukt een beeldscherm te detecteren?
Tik (of klik met de rechtermuisknop) op een willekeurige plek op het bureaublad, houd dit ingedrukt en tik
vervolgens op Schermresolutie/Beeldscherminstellingen ➙ Detecteren.
Is het niet gelukt Bluetooth-apparaten te vinden?
Controleer of:
• Bluetooth is ingeschakeld op de computer.
• De Bluetooth-functie voor draadloze communicatie is geactiveerd op het apparaat waarmee u verbinding
wilt maken.
• De computer en het Bluetooth-apparaat bevinden zich binnen het maximumbereik voor Bluetooth (10 m).
Schermprobleem
Langzame of onjuiste reactie van het multitouch-scherm?
1. Zorg ervoor dat uw handen schoon en droog zijn wanneer u het scherm aantikt.
2. Start de computer opnieuw op en probeer het opnieuw.
Leeg scherm als de computer in bedrijf is?
Schakel de systeemtimers, zoals de timer voor het uitschakelen van het LCD-scherm of de timer voor de
sluimerstand, buiten werking door als volgt te werk te gaan:
1. Ga naar het Configuratiescherm. Voor informatie over het openen van het Configuratiescherm
raadpleegt u 'Toegang tot de computerinstellingen' op pagina 21.
2. Tik op Systeem en beveiliging ➙ Energiebeheer ➙ Balanced.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Witte aanwijzer op een zwart scherm na inschakelen?
1. Zet de computer uit en daarna weer aan.
2. Als u de aanwijzer nog steeds ziet op het scherm gebruikt u de hersteloplossingen om het systeem te
herstellen naar de fabrieksinstellingen.
Leeg scherm als de computer is ingeschakeld?
62
Gebruikershandleiding
Mogelijk is er een schermbeveiligingsprogramma (screen saver) actief of staat de computer in een
spaarstand. Voer een van de volgende handelingen uit:
• Tik op het computerscherm om het schermbeveiligingsprogramma af te sluiten.
• Druk op de aan/uit-knop om de normale werking vanuit de slaapstand te hervatten.
Foutberichten
Als de volgende foutberichten op het scherm wordt weergegeven, moet u de bijbehorende oplossingen
uitvoeren.
• Bericht: 0177: Ongeldige SVP-gegevens, stop POST.
Oplossing: Het controlegetal voor het supervisorwachtwoord in de EEPROM is onjuist. De systeemplaat
moet worden vervangen. Laat de computer nazien.
• Bericht: 0183: CRC van beveiligingsinstellingen in EFI-variabele onjuist. Open de ThinkPad Setup.
Oplossing: Controlegetal voor de beveiligingsinstellingen in de EFI-variabele is onjuist. Open ThinkPad
Setup om de beveiligingsinstellingen te controleren. Druk op F10 en vervolgens op Enter om het systeem
opnieuw te starten. Als het probleem hiermee niet is opgelost, moet u de computer laten nazien.
• Bericht: 0187: Toegangsfout EAIA-gegevens
Oplossing: Er is geen toegang tot de EEPROM. Laat de computer nazien.
• Bericht: 0188: Ongeldig informatiegebied voor RFID-serialisering
Oplossing: Het EEPROM-controlegetal is onjuist (blok 0 en blok 1). De systeemplaat moet worden
vervangen en het serienummer van de machine moet opnieuw worden geïnstalleerd. Laat de computer
nazien.
• Bericht: 0189: Ongeldig informatiegebied voor RFID-configuratie
Oplossing: Het EEPROM-controlegetal is onjuist (blok 4 en blok 5). De systeemplaat moet worden
vervangen en het UUID moet opnieuw worden geïnstalleerd. Laat de computer nazien.
• Bericht: 0190: Batterij nagenoeg leeg
Oplossing: De computer is uitgegaan omdat de batterij bijna leeg is. Sluit de netvoedingsadapter aan op
de computer en laat de batterij opladen.
• Bericht: 0191: Systeembeveiliging - Ongeldige niet-lokale wijzigingsopdracht
Oplossing: Het wijzigen van de systeemconfiguratie is mislukt. Controleer de bewerking en probeer het
opnieuw. Om het bericht te verwijderen gaat u naar ThinkPad Setup.
• Bericht: 0199: Systeembeveiliging - Aantal pogingen voor Security-wachtwoord overschreden.
Oplossing: Dit bericht verschijnt als u meer dan drie keer een onjuist supervisorwachtwoord opgeeft.
Controleer het supervisorwachtwoord en probeer het opnieuw. Om het bericht te verwijderen gaat u naar
ThinkPad Setup.
• Bericht: 0270: Fout met real-timeklok.
Oplossing: de real-timeklok van het systeem werkt niet. Laat de computer nazien.
• Bericht: 0271: controleer de instellingen voor datum en tijd
Oplossing: De datum en tijd zijn niet op de computer ingesteld. Stel de datum en tijd in via ThinkPad
Setup.
• Bericht: 1802: Er is een niet-geautoriseerde netwerkkaart geïnstalleerd - Schakel het systeem uit en
verwijder de netwerkkaart.
Oplossing: De draadloze netwerkkaart wordt niet ondersteund op deze computer. Verwijder de kaart.
• Bericht: 1820: er is meer dan één externe vingerafdruklezer aangesloten.
Hoofdstuk 7. Problemen oplossen63
Oplossing: Schakel alle vingerafdruklezers uit en verwijder deze, behalve de lezer die u in uw
hoofdbesturingssysteem wilt instellen.
• Bericht: 2101: Detectiefout op SSD1 (M.2).
Oplossing: het apparaat met het M.2 SSD-station werkt niet. Laat het apparaat met het M.2 SSD-station
repareren.
• Bericht: 2111: Leesfout op SSD1 (M.2)
Oplossing: het apparaat met het M.2 SSD-station werkt niet. Laat het apparaat met het M.2 SSD-station
repareren.
• Bericht: 2200: Machinetype en serienummer zijn ongeldig.
Oplossing: Machinetype en serienummer zijn ongeldig. Laat de computer nazien.
• Bericht: 2201: Machine-UUID is ongeldig.
Oplossing: Machine-UUID is ongeldig. Laat de computer nazien.
• Bericht: Ventilatorstoring.
Oplossing: De ventilator werkt niet. Schakel de computer onmiddellijk uit en laat de computer nazien.
• Bericht: Fout in thermische sensor.
Oplossing: De thermische sensor heeft een probleem. Schakel de computer onmiddellijk uit en laat de
computer nazien.
• Bericht: detectiefout op manipulatie van bodemafdekplaat
Oplossing: de manipulatieschakelaar van de bodemafdekplaat werkt niet. Laat de computer nazien.
• Bericht: Fout: de variabele UEFI-opslag van het niet-vluchtige systeem is bijna vol.
Opmerking: Deze fout geeft aan dat het besturingssysteem of toepassingen geen gegevens in de
permanente variabele UEFI-opslag kunnen maken, aanpassen of verwijderen vanwege onvoldoende
opslagruimte na de POST. De permanente variabele UEFI-opslag van het systeem wordt gebruikt door het
UEFI BIOS en door het besturingssysteem of toepassingen. Deze fout treedt op als het besturingssysteem
of toepassingen veel gegevens in de variabele opslag opslaan. Alle gegevens die nodig zijn voor de POST,
zoals BIOS-installatie-instellingen, chipset of configuratiegegevens, worden opgeslagen op een
afzonderlijke variabele UEFI-opslag.
Oplossing: open ThinkPad Setup nadat het foutbericht is weergegeven. In een dialoogvenster wordt de
gebruiker gevraagd het opruimen van de opslag te bevestigen. Als de gebruiker Yes selecteert, worden
alle gegevens die door het besturingssysteem of toepassingen zijn gemaakt verwijderd, met uitzondering
van algemene variabelen die door de UEFI-specificatie (Unified Extensible Firmware Interface) zijn
gedefinieerd. Als de gebruiker No selecteert, worden alle gegevens behouden, maar het
besturingssysteem of toepassingen kunnen geen gegevens in de opslag maken, aanpassen of
verwijderen.
Als deze fout zich bij een servicecentrum voordoet, wordt de permanente variabele UEFI-opslag van het
systeem door bevoegd Lenovo-servicepersoneel opgeschoond middels de bovenstaande oplossing.
De oorzaak van een probleem opsporen
Met behulp van Lenovo Vantage kunt u problemen met de computer onderzoeken en oplossen. Met de
toepassing kunt u diagnosetests uitvoeren, systeeminformatie verzamelen, de beveiligingsstatus controleren
en ondersteuningsinformatie bekijken. Het bevat ook tips en adviezen voor maximale systeemprestaties. Zie
'Kennismaking met Lenovo-apps' op pagina 13 als u Lenovo Vantage wilt uitvoeren.
Uit de informatie voor probleemoplossing of de berichten van de diagnoseprogramma's kan blijken dat u
aanvullende of bijgewerkte stuurprogramma's of andere software nodig hebt. U kunt de nieuwste technische
informatie vinden en stuurprogramma's en updates downloaden vanaf de website van Lenovo Support:
64
Gebruikershandleiding
https://support.lenovo.com
Meer informatie vindt u in het Help-systeem van Lenovo Vantage.
Herstel-apps van Windows
Met de Windows-hersteltoepassingen kunt u uw computer resetten of geavanceerde opstartopties
gebruiken.
Wij raden u aan dat u in een zo vroeg mogelijk stadium een USB-herstelstation maakt. Bewaar het USBherstelstation als back-up of vervanging voor de hersteltoepassingen van Windows. Meer informatie vindt u
in 'Een USB-herstelstation maken en gebruiken' op pagina 66.
Fabrieksinstellingen van computer terugzetten
Als de computer niet goed presteert, kunt u proberen de computer opnieuw in te stellen. Als u de computer
opnieuw instelt, kunt u ervoor kiezen uw bestanden te behouden of te verwijderen en vervolgens het
Windows-besturingssysteem opnieuw installeren.
U vernieuwt de computer als volgt:
Opmerking: De GUI-items (Graphical User Interface) van het besturingssysteem kunnen zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
1. Open het menu Start
2. Tik in het gedeelte Deze pc opnieuw instellen op Aan de slag.
3. Volg de aanwijzingen op het scherm om uw computer te vernieuwen.
. Tik op Instellingen ➙ Update en beveiliging ➙ Herstel.
Geavanceerde opstartopties gebruiken
Met geavanceerde opstartopties kunt u de firmware-instellingen van de computer wijzigen, de
opstartinstellingen van het Windows-besturingssysteem wijzigen, de computer vanaf een extern apparaat
opstarten of het Windows-besturingssysteem met een systeemimage herstellen.
Ga als volgt te werk om geavanceerde opstartopties te gebruiken:
Opmerking: De GUI-items van het besturingssysteem kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden
gewijzigd.
1. Open het menu Start
2. Tik in het gedeelte Geavanceerde opstartopties op Nu opnieuw opstarten ➙ Problemen oplossen ➙ Geavanceerde opties.
3. Selecteer een gewenste opstartoptie en volg de instructies op het scherm.
. Tik op Instellingen ➙ Update en beveiliging ➙ Herstel.
Uw besturingssysteem herstellen als Windows 10 niet opstart
De herstelomgeving van Windows op uw computer werkt onafhankelijk van het Windows 10besturingssysteem. Hierdoor kunt u het besturingssysteem herstellen of repareren, ook als het Windows 10besturingssysteem niet kan worden gestart.
Na twee achtereenvolgende mislukte pogingen om op te starten, start de herstelomgeving van Windows
automatisch. Daarna kunt u reparatie- en herstelopties kiezen door de instructies op het scherm te volgen.
Opmerking: Zorg ervoor dat de computer is aangesloten op de netvoeding tijdens de herstelprocedure.
Hoofdstuk 7. Problemen oplossen65
Een USB-herstelstation maken en gebruiken
U kunt een USB-herstelstation maken als back-up voor de hersteltoepassingen van Windows. Met het USBherstelstation kunt u problemen oplossen, zelfs als de vooraf geïnstalleerde hersteltoepassingen van
Windows zijn beschadigd.
Een USB-herstelstation maken
Het USB-station dat u gebruikt om het USB-herstelstation te maken, moet minimaal 16 GB opslag bevatten.
De daadwerkelijke vereiste USB-capaciteit is afhankelijk van de grootte van de herstelinstallatiekopie.
Attentie: Tijdens het maken van het USB-herstelstation worden alle gegevens die al op het USB-station
staan, verwijderd. Om gegevensverlies te voorkomen, maakt u een reservekopie van alle gegevens die u wilt
behouden.
U kunt als volgt een USB-herstelstation maken:
1. Zorg ervoor dat de computer is aangesloten op de netvoeding.
2. Sluit een geschikt USB-station aan (met minimaal 16 GB opslagruimte).
3. Typ systeemherstel in het zoekvak op de taakbalk. Tik daarna op Een herstelstation maken.
4. Tik op Ja in het venster Gebruikersaccountbeheer om de toepassing Herstelmedia maken op te starten.
5. In het venster Herstelstation volgt u de aanwijzingen op het scherm om een USB-herstelstation te
maken.
Het USB-herstelstation gebruiken
Als u de computer niet kunt opstarten, raadpleegt u 'Veelgestelde vragen' op pagina 61. Als u uw computer
nog steeds niet kunt starten, gebruikt u het USB-herstelstation om uw computer te herstellen.
U kunt als volgt een USB-herstelstation gebruiken:
1. Zorg ervoor dat de computer is aangesloten op de netvoeding.
2. Sluit het USB-herstelstation aan op de computer.
3. Open de toepassing ThinkPad Tablet Setup. Zie 'ThinkPad Tablet Setup-app' op pagina 45.
4. Tik op Startup. In het submenu Boot sleept u de herstelschijf naar de eerste plaats om het als
opstartapparaat te selecteren.
5. Sla de configuratiewijzigingen op start de computer opnieuw op.
6. Selecteer een overeenkomstige hersteloplossing, afhankelijk van uw situatie. Volg daarna de
aanwijzingen op het scherm om het proces te voltooien.
USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo
Met de USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo kunt u de fabrieksinstellingen van de computer herstellen.
Als u een USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo wilt aanschaffen, neemt u contact op met het
Klantsupportcentrum van Lenovo. Er zijn verzend- en administratiekosten van toepassing. Zie
'Klantsupportcentrum van Lenovo' op pagina 67 voor meer informatie over de manier waarop u contact
opneemt met het Klantsupportcentrum van Lenovo.
Opmerking: De USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo biedt mogelijk geen ondersteuning voor bepaalde
besturingssystemen. Neem voor meer informatie contact op met het Klantsupportcentrum van Lenovo.
Doe het volgende om de USB-fabrieksherstelsleutel van Lenovo te gebruiken:
1. Zorg ervoor dat de computer is aangesloten op de netvoeding.
66
Gebruikershandleiding
2. Zet de computer uit, wacht ongeveer vijf seconden en steek vervolgens de USB-fabrieksherstelsleutel
van Lenovo in de computer.
3. Open de toepassing ThinkPad Tablet Setup. Zie 'ThinkPad Tablet Setup-app' op pagina 45.
4. Tik op Startup. Sleep in het submenu Boot de optie USB CD/DVD of USB HDD omhoog om dit het
eerste opstartapparaat te maken.
5. Tik op Save en vervolgens op Yes om de configuratie op te slaan.
6. Tik op Restart en volg de aanwijzingen op het scherm om de computer opnieuw op te starten. Nadat de
computer opnieuw is opgestart, wordt de hersteltoepassing automatisch uitgevoerd.
7. Volg de aanwijzingen op het scherm om de standaardfabrieksinstellingen van de computer te herstellen.
Ondersteuningswebsite van Lenovo
Er is technische ondersteuningsinformatie beschikbaar op de ondersteuningswebsite van Lenovo op https://
support.lenovo.com
Deze website wordt bijgewerkt met de nieuwste ondersteuningsinformatie:
• Stuurprogramma's en software
• Diagnoseprogramma's
• Product- en servicegarantie
• Handleidingen en handboeken
• Lenovo-gebruikersforums
.
Klantsupportcentrum van Lenovo
In de meeste gevallen kunt u problemen met de computer oplossen door de foutberichtoplossingen te
raadplegen, diagnosetoepassingen uit te voeren of de Lenovo-website te raadplegen. Als de problemen met
de computer aanhouden nadat u de probleemoplossing hebt geraadpleegd, neemt u contact op met het
Klantsupportcentrum van Lenovo.
Zorg er, indien mogelijk, voor dat de computer in de buurt is wanneer u Lenovo belt.
Voordat u Lenovo belt
Voordat u Lenovo belt, voert u de volgende voorbereidingen uit voor een snelle service:
• De computer registreren
Registreer uw computer bij Lenovo, zodat u snelle ondersteuning kunt krijgen. Meer informatie vindt u in
'De computer registreren' op pagina 13.
• Systeemupdates installeren
De problemen kunnen mogelijk worden opgelost door de nieuwste stuurprogramma's of software te
installeren. Ga naar
downloaden.
• Het aankoopbewijs ontvangen
https://support.lenovo.com om de nieuwste stuurprogramma's of software te
Hoofdstuk 7. Problemen oplossen67
• Het apparaattype en het serienummer vastleggen
• Details over het probleem vastleggen
– Wat voor soort probleem is het? Doorlopend of incidenteel?
– Verschijnt er een foutbericht? Wat is de eventuele foutcode?
– Welk besturingssysteem gebruikt u? En welke versie?
– Welke softwareprogramma's waren actief op het moment dat het probleem optrad?
– Kan de fout worden gereproduceerd? Zo ja: hoe?
Telefoonnummers van Lenovo-ondesteuning
Voor telefoonnummers van Lenovo Support voor uw land of regio, doet u het volgende:
• Raadpleeg de Veiligheid en garantie die bij de computer is geleverd.
• Ga naar
https://pcsupport.lenovo.com/supportphonelist.
Als de nummers voor uw land of regio ontbreken, neemt u contact op met uw Lenovo-wederverkoper of met
uw Lenovo-vertegenwoordiger.
De services zijn tijdens de garantieperiode beschikbaar
• Probleembepaling: speciaal opgeleid personeel staat tot uw beschikking om u te helpen vast te stellen of
er sprake is van een hardwareprobleem en zo ja, wat er gedaan moet worden.
• Reparatie van Lenovo-hardware: als er is vastgesteld dat het probleem een hardwareprobleem is van een
Lenovo-product dat onder de garantie valt, staat ons personeel klaar om u te helpen met reparatie of
onderhoud.
• Wijzigingen in het ontwerp: Een enkele keer komt het voor dat er, na de verkoop, wijzigingen in een
product moeten worden aangebracht. Lenovo of uw Lenovo-dealer zal dergelijke technische wijzigingen
meestal in uw hardware aanbrengen.
68
Gebruikershandleiding
Voor de voorwaarden en bepalingen van de Lenovo Beperkte Garantie die op uw Lenovo hardwareproduct
van toepassing zijn, raadpleegt u 'Informatie over de garantie' in de publicatie Veiligheid en garantie die bij
uw Lenovo hardwareproduct is geleverd.
Services die niet door de garantievoorwaarden zijn gedekt
• Vervanging of gebruik van onderdelen die niet zijn gefabriceerd door Lenovo of van onderdelen zonder
garantie
• Opsporing van de oorzaak van softwareproblemen
• Configuratie van het UEFI BIOS als onderdeel van een installatie of upgrade
• Wijzigingen, aanpassingen of upgrades van stuurprogramma's
• Installatie en onderhoud van netwerkbesturingssystemen
• Installatie en onderhoud van toepassingen
Aanvullende services aanschaffen
Zowel tijdens als na de garantieperiode kunt u aanvullende services aanschaffen, zoals:
• Ondersteuning voor hardware, besturingssystemen en toepassingen van Lenovo en andere leveranciers
• Services voor het instellen en configureren van het netwerk
• Verbeterde of uitgebreide reparatieservices voor hardware en services voor aangepaste installatie
Opmerking: De services kunnen per land en regio verschillen.
Ga voor meer informatie over aanvullende services naar:
https://www.lenovo.com/accessories
Hoofdstuk 7. Problemen oplossen69
70Gebruikershandleiding
Bijlage A.Informatie over regelgeving en TCO-certificering
Deze bijlage bevat informatie die in een of meer landen van overheidswege verplicht wordt vermeld. De
meest recente informatie over naleving is beschikbaar op
Informatie over certificering
In de volgende tabel vindt u informatie over de apparaattypen (als die er zijn), de productnaam en de
nalevings-ID.
ProductnaamNalevings-IDMachinetypen
ThinkPad X1 Tablet Gen 3TP00089A20KJ en 20KK
ThinkPad X1 Tablet Gen 3 Thin KeyboardTP00089K1N.v.t.
Labels voor het Windows-besturingssysteem
Afhankelijk van uw geografische locatie, de datum waarop uw computer is gefabriceerd en de versie van
Windows 10 die vooraf is geïnstalleerd, is er mogelijk een Legitiem Microsoft-label op de kap van de
computer aangebracht. Zie
de verschillende typen Legitiem Microsoft-labels.
• In de Volksrepubliek China is het Legitiem Microsoft-label verplicht op alle computermodellen waarop
vooraf een versie van Windows 10 is geïnstalleerd (ongeacht welke).
• In andere landen en regio's is het Legitiem Microsoft-label alleen verplicht op computermodellen met een
licentie voor Windows 10 Pro.
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/Hardware.aspx voor afbeeldingen van
https://www.lenovo.com/compliance.
De afwezigheid van een Legitiem Microsoft-label geeft niet aan dat een vooraf geïnstalleerde Windows-versie
niet legitiem is. Raadpleeg de informatie van Microsoft op
default.aspx
De product-id is vastgelegd in de productfirmware. Het installatieprogramma controleert of er een geldige,
bijbehorende product-id in de productfirmware aanwezig is om de activering te voltooien, ongeacht of er een
Windows 10-product is geïnstalleerd.
In sommige gevallen kan er onder de voorwaarden van downgraderechten van een Windows 10 Pro-licentie
een oudere Windows-versie zijn geïnstalleerd.
voor meer informatie om te bepalen of uw vooraf geïnstalleerde Windows-product legitiem is.
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/
Informatie over draadloze communicatie
Compatibiliteit van draadloze apparatuur
De draadloos-LAN-kaart is volgens ontwerp compatibel met alle draadloos-LAN-producten die gebaseerd
zijn op de volgende radiotechnologieën: Direct Sequence Spread Spectrum (DSSS), Complementary Code
Keying (CCK) en/of Orthogonal Frequency Division Multiplexing (OFDM). De kaart voldoet aan:
• De standaard 802.11b/g, 802.11a/b/g, 802.11n, 802.11ax of 802.11ac voor draadloze LAN's, zoals
gedefinieerd en goedgekeurd door het Institute of Electrical and Electronics Engineers.
• De WiFi-certificering (Wireless Fidelity) zoals gedefinieerd door de Wi-Fi Alliance
Uw Bluetooth-kaart ondersteunt de kant-en-klare Bluetooth-profielen van Windows 10. Bepaalde
computermodellen zijn mogelijk voorzien van een Bluetooth-kaart die voldoet aan de Bluetooth-specificatie
versie 4.2 of 5.2, zoals gedefinieerd door de Bluetooth Special Interest Group SIG. Het Windowsbesturingssysteem beperkt echter mogelijk ondersteuning tot alleen de Bluetooth-specificatie versie 4.1.
Opmerkingen:
• Sommige modellen ondersteunen mogelijk niet 802.11ax, afhankelijk van uw draadloze configuraties.
• In sommige landen of regio's is het gebruik van 802.11ax mogelijk uitgeschakeld, overeenkomstig de
plaatselijke voorschriften.
Gebruiksomgeving en uw gezondheid
Deze computer bevat ingebouwde draadloos-netwerkkaarten die werken binnen de grenzen van de
veiligheidsrichtlijnen voor radiostraling (RF), zoals vastgelegd in diverse standaarden en aanbevelingen.
Lenovo is er daarom van overtuigd dat dit product veilig is voor de consument. Deze normen en
aanbevelingen zijn een afspiegeling van de consensus die binnen de globale wetenschappelijke wereld
heerst. Ze zijn opgesteld door wetenschappelijke panels en commissies die de wetenschappelijke literatuur
in kwestie voortdurend bijhouden.
Zie de Regulatory Notice voor gedetailleerde informatie over de SAR (Specific Absorption Rate) voor de
computer. Zie 'Informatie over naleving regels voor draadloze radio's' op pagina 73 om de Regulatory Notice
te vinden.
In bepaalde situaties of omgevingen kan het gebruik van draadloze apparaten beperkt zijn op last van de
eigenaar van een gebouw of degenen die binnen een organisatie de verantwoordelijkheid dragen. Het kan
daarbij bijvoorbeeld gaan om de volgende situaties:
• Aan boord van een vliegtuig, in een ziekenhuis, in de buurt van een tankstation of een explosiegebied (met
elektrisch gestuurde explosieven), of vlakbij medische implantaten of medische apparaten die op het
lichaam worden gedragen, zoals pacemakers.
• Een andere omgeving waarbij mogelijke storing van andere apparatuur of diensten als hinderlijk of
gevaarlijk wordt beschouwd.
Als u niet precies weet wat het beleid is ten aanzien van het gebruik van draadloze apparaten in een bepaald
gebied (zoals een vliegveld of een ziekenhuis), kunt u het beste, voordat u de computer aanzet, om
toestemming vragen om een draadloos apparaat te mogen gebruiken.
Plaats van de UltraConnect-antennes voor draadloze communicatie
De computer is voorzien van een UltraConnect™-antennesysteem dat is ingebouwd in het beeldscherm voor
een optimale ontvangst en dat draadloze communicatie mogelijk maakt, waar u ook bent.
72
Gebruikershandleiding
Op de onderstaande afbeelding ziet u waar de verschillende ingebouwde antennes voor draadloze
communicatie zich bevinden.
Opmerking: De items die met een sterretje (*) worden aangegeven, zijn beschikbaar op bepaalde modellen.
Informatie over naleving regels voor draadloze radio's
Computermodellen die zijn uitgerust met draadloze communicatie voldoen aan de richtlijnen voor
radiofrequenties en veiligheidsnormen in alle landen en regio's waar ze zijn goedgekeurd voor draadloos
gebruik.
Informatie over naleving regels voor draadloze radio's Brazilië
Este equipamento não tem direito à proteção contra interferência prejudicial e não pode causar interferência
em sistemas devidamente autorizados.
This equipment is not protected against harmful interference and may not cause interference with duly
authorized systems.
Informatie over naleving regels voor draadloze radio's Mexico
Advertencia: En Mexico la operación de este equipo estásujeta a las siguientes dos condiciones: (1) es
posible que este equipo o dispositivo no cause interferencia perjudicial y (2) este equipo o dispositivo debe
aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.
Bijlage A. Informatie over regelgeving en TCO-certificering73
Locatie van het FCC-ID of IC-certificeringsnummer
De informatie over het Federal Communications Commission ID (FCC ID) of de Industry Canada (IC)
Certification vindt u op de computer.
Opmerking: Mogelijk ziet uw computer er enigszins anders uit dan in de volgende afbeelding wordt
getoond.
De Regulatory Notice lezen
Raadpleeg voor meer informatie over de kennisgevingen voor regelgeving over draadloze radio's de
Regulatory Notice die met de computer is meegeleverd. Als de Regulatory Notice niet met de computer is
meegeleverd, vindt u het document op:
https://support.lenovo.com
TCO Certified
Bepaalde modellen zijn TCO Certified en zijn voorzien van het TCO Certified-logo.
Opmerking: TCO Certified is een internationale duurzaamheidscertificering van een derde voor ITproducten. Meer informatie vindt u op https://www.lenovo.com/us/en/compliance/tco.
Kennisgeving classificatie voor export
Dit product is onderworpen aan de United States Export Administration Regulations (EAR) en heeft een
ECCN (Export Classification Control Number) van 5A992.c. Het mag opnieuw worden geëxporteerd, behalve
naar landen onder embargo genoemd in de landenlijst EAR E1.
Kennisgevingen elektromagnetische straling
Verklaring van de Federal Communications Commission
De volgende informatie heeft betrekking op de ThinkPad X1 tablet Gen 3, typen: 20KJ en 20KK.
This equipment has been tested and found to comply with the limits for a Class B digital device, pursuant to
Part 15 of the FCC Rules. These limits are designed to provide reasonable protection against harmful
interference in a residential installation. This equipment generates, uses, and can radiate radio frequency
74
Gebruikershandleiding
energy and, if not installed and used in accordance with the instructions, may cause harmful interference to
radio communications. However, there is no guarantee that interference will not occur in a particular
installation. If this equipment does cause harmful interference to radio or television reception, which can be
determined by turning the equipment off and on, the user is encouraged to try to correct the interference by
one or more of the following measures:
• Reorient or relocate the receiving antenna.
• Increase the separation between the equipment and receiver.
• Connect the equipment into an outlet on a circuit different from that to which the receiver is connected.
• Consult an authorized dealer or service representative for help.
Lenovo is not responsible for any radio or television interference caused by using other than specified or
recommended cables and connectors or by unauthorized changes or modifications to this equipment.
Unauthorized changes or modifications could void the user's authority to operate the equipment.
This device complies with Part 15 of the FCC Rules. Operation is subject to the following two conditions: (1)
this device may not cause harmful interference, and (2) this device must accept any interference received,
including interference that may cause undesired operation.
Responsible Party:
Lenovo (United States) Incorporated
1009 Think Place - Building One
Morrisville, NC 27560
Phone Number: 919-294-5900
Verklaring van conformiteit met industriële emissierichtlijn Canada
Klasse B
CAN ICES-3(B)/NMB-3(B)
EU-conformiteit
Contactadres in de EU: Lenovo (Slovakia), Landererova 12, 811 09 Bratislava, Slovakia
Kennisgeving over EMC-richtlijn: Dit product voldoet aan de voorwaarden voor bescherming zoals
opgenomen in EMC-richtlijn 2014/30/EU van de Europese Commissie inzake de harmonisering van de
wetgeving van Lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit.
Uit tests is gebleken dat dit product voldoet aan de beperkingen die worden opgelegd aan apparatuur van
Klasse B conform de Europese standaard inzake harmonisering in de geldende richtlijnen. De vereisten voor
apparatuur van Klasse B zijn bedoeld om adequaat bescherming te bieden voor uitzendservices in
woonomgevingen.
Kennisgeving over richtlijn voor radioapparatuur: Dit product voldoet aan alle vereisten en essentiële
normen die gelden voor EU-richtlijn voor radioapparatuur 2014/53/EU inzake de harmonisering van de
wetgeving van Lidstaten met betrekking tot elektromagnetische compatibiliteit. De volledige tekst van de EUconformiteitsverklaring van het systeem is beschikbaar op
https://www.lenovo.com/us/en/compliance/eu-doc.
Bijlage A. Informatie over regelgeving en TCO-certificering75
Lenovo aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor het niet voldoen aan deze voorwaarden voor bescherming
als dit het gevolg is van het doorvoeren van een niet aanbevolen wijziging aan het product, inclusief het
installeren van niet door Lenovo geleverde optiekaarten. Uit tests is gebleken dat dit product voldoet aan de
beperkingen die worden opgelegd aan apparatuur van Klasse B conform de Europese standaard inzake
harmonisering in de geldende richtlijnen. De beperkingen voor apparatuur van Klasse B zijn bedoeld om in
woonomgevingen een redelijke bescherming te bieden tegen interferentie met goedgekeurde
communicatieapparatuur.
EU ErP (EcoDesign)-richtlijn (2009/125/EC) - Externe voedingsadapters (Verordening (EU) 2019/1782)
Lenovo-producten zijn ontworpen om met een scala aan compatibele voedingsadapters te werken. Ga naar
https://www.lenovo.com/us/en/compliance/eu-doc om de compatibele voedingsadapters te bekijken. Ga voor
gedetailleerde specificaties van de voedingsadapters voor uw computer gaat naar
support.lenovo.com
.
https://
Verklaring van conformiteit met Duitse Klasse B
Hinweis zur Einhaltung der Klasse B zur elektromagnetischen Verträglichkeit
Dieses Produkt entspricht den Schutzanforderungen der EU-Richtlinie zur elektromagnetischen
Verträglichkeit Angleichung der Rechtsvorschriften über die elektromagnetische Verträglichkeit in den EUMitgliedsstaaten und hält die Grenzwerte der Klasse B der Norm gemäß Richtlinie.
Um dieses sicherzustellen, sind die Geräte wie in den Handbüchern beschrieben zu installieren und zu
betreiben. Des Weiteren dürfen auch nur von der Lenovo empfohlene Kabel angeschlossen werden. Lenovo
übernimmt keine Verantwortung für die Einhaltung der Schutzanforderungen, wenn das Produkt ohne
Zustimmung der Lenovo verändert bzw. wenn Erweiterungskomponenten von Fremdherstellern ohne
Empfehlung der Lenovo gesteckt/eingebaut werden.
Zulassungsbescheinigung laut dem Deutschen Gesetz über die elektromagnetische Verträglichkeit von
Betriebsmitteln, EMVG vom 20. Juli 2007 (früher Gesetz über die elektromagnetische Verträglichkeit von
Geräten), bzw. der EU Richtlinie 2014/30/EU, der EU Richtlinie 2014/53/EU Artikel 3.1b), für Geräte der
Klasse B.
Dieses Gerät ist berechtigt, in Übereinstimmung mit dem Deutschen EMVG das EG-Konformitätszeichen CE - zu führen. Verantwortlich für die Konformitätserklärung nach Paragraf 5 des EMVG ist die Lenovo
(Deutschland) GmbH, Meitnerstr. 9, D-70563 Stuttgart.
Verklaring van conformiteit met Japanse VCCI Klasse B
Japanse kennisgeving voor producten die worden aangesloten op de
netstroom met een nominale stroom kleiner dan of gelijk aan 20 A per
fase
76Gebruikershandleiding
De kennisgeving van Japan voor netsnoeren
The ac power cord shipped with your product can be used only for this specific product. Do not use the ac
power cord for other devices.
Informatie over Lenovo-productservice voor Taiwan
Nalevingskeuring voor Eurazië
Aanvullende informatie voor de Euraziatische Unie
персональный компьютер для личного и служебного использования,
Назначение
для передачи данных, с поддержкой различных профилей
подключения (Wi-Fi, Bluetooth и пр.).
Наименование и местонахождение
уполномоченного изготовителем
лица
Импортер
Дата изготовления (месяц и год)
Единый знак обращения на рынке
стран Таможенного союза
Роуд, Куарри Бэй, Гонконг (Lenovo PC HK Limited, 23/F Lincoln House,
Taikoo Place 979 King's Road, Quarry Bay, Hong Kong)
Китай
ООО «Леново (Восточная Европа/Азия)» 143401, Московская область,
г. Красногорск, бульвар Строителей, дом 4, корпус 1, помещение VII,
тел. +7 495 645 83 38, факс +7 495 645 78 77.
Наименование, адрес импортера и информация для связи с ним
указаны на этикетке* на упаковке продукции.
*Согласно ГОСТ 2.601-2013 «Единая система конструкторской
документации. Эксплуатационные документы», пункт 5.1, подпункт
5.1.2, этикетка является видом эксплуатационных документов.
Указана на этикетке* на упаковке продукции, в графе Date (дата
указана в формате год-месяц-дата). Для получения более подробной
информации посетите веб-сайт:
https://support.lenovo.com
Audiokennisgeving Brazilië
Ouvir sons com mais de 85 decibéis por longos períodos pode provocar danos ao sistema auditivo.
Bijlage A. Informatie over regelgeving en TCO-certificering77
78Gebruikershandleiding
Bijlage B.Kennisgevingen inzake WEEE en recycling voor
landen en regio's
In dit hoofdstuk vindt u milieu-informatie over Lenovo-producten.
Algemene informatie over recyclen
Lenovo moedigt eigenaren van IT-apparatuur aan om hun apparatuur, wanneer deze niet meer nodig is, op
een verantwoorde manier te laten recyclen. Lenovo kent een veelheid aan programma's en services om
eigenaren te helpen bij de recycling van hun IT-producten. Ga voor informatie over het recyclen van Lenovoproducten naar:
https://www.lenovo.com/recycling
De nieuwste milieu-informatie over onze producten is beschikbaar op:
https://www.lenovo.com/ecodeclaration
Belangrijke WEEE-informatie
De WEEE-markering op Lenovo-producten heeft betrekking op landen waar regelgeving op het gebied van
WEEE en e-waste van kracht is (zoals de Europese WEEE-richtlijn en de Indiase E-Waste Management
Rules). Apparaten worden gelabeld conform lokale regelgeving die betrekking heeft op verwerking van oude
elektrische en elektronische apparatuur (WEEE-regelgeving). Deze regelgeving bepaalt het kader voor het
retourneren en recyclen van gebruikte apparatuur in de diverse gebieden. Dit label is van toepassing op
allerlei producten om aan te geven dat het product aan het einde van zijn levensduur niet zomaar mag
worden weggegooid, maar moet worden gerecycled volgens het hiertoe opgezette systeem.
Gebruikers van elektrische en elektronische apparaten die zijn voorzien van het WEEE-merkteken, moeten
gebruikte apparaten niet als ongesorteerd afval weggooien, maar dienen gebruik te maken van het
beschikbare inzamelproces voor het retourneren, recyclen en terugwinnen van apparaten. Zo worden de
mogelijke effecten die afgedankte elektrische en elektronische apparaten ten gevolge van de aanwezigheid
van schadelijke stoffen op het milieu en de volksgezondheid kunnen hebben, tot een minimum beperkt.
Elektrische en elektronische apparatuur (EEE) van Lenovo kan onderdelen en componenten bevatten die aan
het einde van hun levensduur als gevaarlijk afval kunnen worden beschouwd.
EEE en afval van elektrische en elektronische apparatuur (WEEE) kunnen gratis worden aangeboden bij elke
distributeur die elektrische en elektronische apparatuur van dezelfde aard en met dezelfde functie verkoopt
als de gebruikte EEE of WEEE.
Lenovo betaalt als producent de kosten die worden gemaakt in verband met de naleving van de
verplichtingen van Lenovo onder de Hongaarse wet 197/2014 (VIII.1.) subsecties (1)-(5) van sectie 12.
Richtlijnen voor recycling in Japan
Collecting and recycling a disused Lenovo computer or monitor
If you are a company employee and need to dispose of a Lenovo computer or monitor that is the property of
the company, you must do so in accordance with the Law for Promotion of Effective Utilization of Resources.
Computers and monitors are categorized as industrial waste and should be properly disposed of by an
industrial waste disposal contractor certified by a local government. In accordance with the Law for
Promotion of Effective Utilization of Resources, Lenovo Japan provides, through its PC Collecting and
Recycling Services, for the collecting, reuse, and recycling of disused computers and monitors. For details,
visit the Lenovo Web site at:
https://www.lenovo.com/recycling/japan
Pursuant to the Law for Promotion of Effective Utilization of Resources, the collecting and recycling of homeused computers and monitors by the manufacturer was begun on October 1, 2003. This service is provided
free of charge for home-used computers sold after October 1, 2003. For details, go to:
https://www.lenovo.com/recycling/japan
Disposing of Lenovo computer components
Some Lenovo computer products sold in Japan may have components that contain heavy metals or other
environmental sensitive substances. To properly dispose of disused components, such as a printed circuit
board or drive, use the methods described above for collecting and recycling a disused computer or monitor.
Disposing of disused lithium batteries from Lenovo computers
A button-shaped lithium battery is installed inside your Lenovo computer to provide power to the computer
clock while the computer is off or disconnected from the main power source. If you need to replace it with a
new one, contact your place of purchase or contact Lenovo for service. If you need to dispose of a disused
lithium battery, insulate it with vinyl tape, contact your place of purchase or an industrial-waste-disposal
operator, and follow their instructions.
Disposal of a lithium battery must comply with local ordinances and regulations.
Disposing of a disused battery from Lenovo notebook computers
Your Lenovo notebook computer has a lithium ion battery or a nickel metal hydride battery. If you are a
company employee who uses a Lenovo notebook computer and need to dispose of a battery, contact the
proper person in Lenovo sales, service, or marketing, and follow that person's instructions. You also can
refer to the instructions at:
If you use a Lenovo notebook computer at home and need to dispose of a battery, you must comply with
local ordinances and regulations. You also can refer to the instructions at:
Equipamentos elétricos e eletrônicos não devem ser descartados em lixo comum, mas enviados à pontos de
coleta, autorizados pelo fabricante do produto para que sejam encaminhados e processados por empresas
especializadas no manuseio de resíduos industriais, devidamente certificadas pelos orgãos ambientais, de
acordo com a legislação local.
A Lenovo possui um canal específico para auxiliá-lo no descarte desses produtos. Caso você possua um
produto Lenovo em situação de descarte, ligue para o nosso SAC ou encaminhe um e-mail para:
reciclar@lenovo.com, informando o modelo, número de série e cidade, a fim de enviarmos as instruções
para o correto descarte do seu produto Lenovo.
Informatie over het recyclen van batterijen voor de Europese Unie
Kennisgeving: Dit pictogram geldt alleen voor landen binnen de Europese Unie (EU).
Batterijen of batterijverpakkingen zijn voorzien van een label overeenkomstig Europese Richtlijn 2006/66/EC
inzake batterijen en accu's en afgedankte batterijen en accu's. Deze richtlijn bepaalt het raamwerk voor het
retourneren en recyclen van gebruikte batterijen en accu's zoals van toepassing binnen de Europese Unie.
Dit label wordt aangebracht op diverse batterijen om aan te geven dat de batterij in kwestie niet dient te
worden weggegooid, maar dat deze aan het eind van de levenscyclus krachtens deze Richtlijn dient te
worden geretourneerd.
In overeenstemming met de Europese richtlijn 2006/66/EC moeten batterijen en accu's van een label zijn
voorzien waarop is aangegeven dat ze gescheiden moeten worden ingezameld en gerecycled aan het einde
van de levenscyclus. Op het label op de batterij kan ook een chemisch symbool staan voor het metaal dat in
de batterij is gebruikt (Pb voor lood, Hg voor kwik en Cd voor cadmium). Gebruikers van batterijen en accu's
mogen batterijen en accu's niet weggooien als ongesorteerd huisafval, maar dienen het voor gebruikers
beschikbare inzamelingssysteem te gebruiken voor het retourneren, recyclen en verwerken van batterijen en
accu's. Deelname van gebruikers is belangrijk om de mogelijke gevolgen van batterijen en accu's voor het
milieu en de volksgezondheid tengevolge van de mogelijke aanwezigheid van gevaarlijke bestanddelen tot
een minimum te beperken.
Voordat elektrische en elektronische apparatuur (EEE) bij de afvalinzameling of de afvalverwerking wordt
aangeboden, moet de eindgebruiker van apparatuur met batterijen en/of accu's deze batterijen en/of accu's
verwijderen voor gescheiden inzameling.
Lithiumbatterijen en batterijen van Lenovo-producten weggooien
In uw Lenovo-product kan een lithium-knoopcelbatterij zijn geïnstalleerd. Details van de batterij kunt u vinden
in de productdocumentatie. Als u de batterij moet vervangen, neem dan contact op met de verkoper van het
Bijlage B. Kennisgevingen inzake WEEE en recycling voor landen en regio's81
product of met Lenovo. Als u een lithiumbatterij weggooit, omwikkelt u hem met vinyltape en levert u hem in
bij de verkoper of een inzamelstation voor chemisch afval.
Batterijen van Lenovo-producten weggooien
Uw Lenovo-apparaat kan een lithium-ionbatterij of een hydride nikkel-metaalbatterij bevatten. Details van de
batterij kunt u vinden in de productdocumentatie. Als u een batterij weggooit, omwikkelt u hem met
vinyltape, neemt u contact op met de verkoopservice van Lenovo of levert u hem in bij de verkoper of een
inzamelstation voor chemisch afval. U kunt ook de instructies in de gebruikershandleiding voor uw product
raadplegen.
Voor de juiste inzameling en verwerking gaat u naar:
https://www.lenovo.com/lenovo/environment
Informatie over het recyclen van batterijen voor Taiwan
Informatie over het recyclen van batterijen voor de Verenigde Staten en
Canada
Recyclinginformatie voor het vasteland van China
82Gebruikershandleiding
Bijlage C.Kennisgeving beperking van schadelijke stoffen
(Restriction of Hazardous Substances, RoHS) voor landen en
regio's
De nieuwste milieu-informatie over Lenovo-producten is beschikbaar op:
https://www.lenovo.com/ecodeclaration
Beperking van schadelijke stoffen (RoHS, Restriction of Hazardous Substances) voor Europese Unie
Dit Lenovo-product en de meegeleverde onderdelen (kabels, snoeren enzovoort) voldoen aan de vereisten
van de richtlijn 2011/65/EU betreffende de beperking van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in
elektrische en elektronische apparatuur ('RoHS recast' of 'RoHS 2').
Ga voor meer informatie over de wereldwijde naleving van de RoHS-richtlijn door Lenovo naar:
https://www.lenovo.com/rohs-communication
WEEE en beperking van schadelijke stoffen (RoHS, Restriction of Hazardous Substances) voor Turkije
Beperking van schadelijke stoffen (RoHS, Restriction of Hazardous Substances) voor Oekraïne
Beperking van schadelijke stoffen (RoHS, Restriction of Hazardous Substances) voor India
RoHS compliant as per E-Waste (Management) Rules.
RoHS voor het vasteland van China
The information in the following table is applicable to products manufactured on or after January 1, 2015 for
sale in the People’s Republic of China.