KENNISGEVING BEGRENSDE EN BEPERKTE RECHTEN: als gegevens of software word(t)(en) geleverd conform een
'GSA'-contract (General Services Administration), zijn gebruik, vermenigvuldiging en openbaarmaking onderhevig aan
beperkingen zoals beschreven in Contractnr. GS-35F-05925.
Inhoud
Uw Lenovo-notebook ontdekken . . . . iii
Hoofdstuk 1. Leer uw computer
kennen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Voorkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Zijkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Onderkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Achterkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
USB-specificaties . . . . . . . . . . . . . 5
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw
computer . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Toegang tot netwerken . . . . . . . . . . . . . 7
Verbinding maken met Wi-Fi-netwerken . . . . 7
Verbinding maken met een bekabeld
Ethernet . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Verbinding maken met een mobiel netwerk . . . 7
De vliegtuigstand inschakelen . . . . . . . . 8
Communiceren met uw computer. . . . . . . . . 8
De sneltoetsen gebruiken . . . . . . . . . . 8
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken . . 10
De trackpad gebruiken . . . . . . . . . . 11
Het aanraakscherm gebruiken . . . . . . . 13
Een extern beeldscherm aansluiten . . . . . 14
Hoofdstuk 3. Uw computer
verkennen . . . . . . . . . . . . . . . 17
Lenovo-apps . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Intelligent koelen . . . . . . . . . . . . . . 18
Energie beheren . . . . . . . . . . . . . . 18
De status van de batterij controleren . . . . . 18
Schuif ThinkShutter om de cameralens te bedekken of onthullen. Deze voorziening is bedoeld om uw privacy
te beschermen.
Verwante onderwerpen
• 'Aanmelden met uw gezichts-ID (voor bepaalde modellen)' op pagina 23
• 'Aanwezigheid van mensen detecteren (voor bepaalde modellen)' op pagina 23
• 'Het aanraakscherm gebruiken' op pagina 13
• 'Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken' op pagina 10
• 'Aanmelden met uw vingerafdruk (voor bepaalde modellen)' op pagina 23
• 'De trackpad gebruiken' op pagina 11
2
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Zijkant
AudioaansluitingVoedingsaansluiting
Thunderbolt™ 4-aansluiting (USB-C®)
Verwante onderwerpen
• 'De computer opladen' op pagina 19
• 'USB-specificaties' op pagina 5
Aan/uit-knop
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen3
Onderkant
Noodresetgaatje
Noodresetgaatje
Als de computer niet meer reageert en u deze niet kunt uitschakelen met de aan/uit-knop, reset u de
computer:
1. Koppel de computer los van de netvoeding.
2. Steek het uiteinde van een uitgebogen paperclip in het gaatje om de stroomvoorziening tijdelijk uit te
schakelen.
3. Sluit de computer aan op de netvoeding en zet vervolgens de computer aan.
Luidspreker
Achterkant
Nano-SIM-kaartlade*
4X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
* voor bepaalde modellen
Verwant onderwerp
'Verbinding maken met een mobiel netwerk' op pagina 7
Specificaties
Ga voor gedetailleerde specificaties van uw computer naar https://psref.lenovo.com.
USB-specificaties
Opmerking: Afhankelijk van uw model zijn sommige USB-aansluitingen mogelijk niet beschikbaar op uw
computer.
Naam van aansluitingBeschrijving
Sluit USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord,
USB-muis, USB-opslagapparaat of USB-printer.
• USB 2.0-aansluiting
•
•
• USB-C-aansluiting (3.2 Gen 1)
• USB-C-aansluiting (3.2 Gen 2)
•
•
USB 3.2 Gen 1-aansluiting
USB 3.2 Gen 2-aansluiting
Thunderbolt 3-aansluiting (USB-C)
Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C)
• USB-C-apparaten opladen met de uitvoerspanning en stroom van
5 V en 1,5 A.
• Een extern beeldscherm aansluiten:
– USB-C naar VGA: maximaal 1920 x 1200 pixels, 60 Hz
– USB-C naar DP: maximaal 5120 x 3200 pixels, 60 Hz
• USB-C-accessoires aansluiten om de functionaliteit van uw
computer uit te breiden. Als u USB-C-accessoires wilt kopen, gaat
https://www.lenovo.com/accessories.
u naar
Verklaring op USB overdrachtssnelheid
Afhankelijk van vele factoren, zoals de verwerkingscapaciteit van de host en randapparaten,
bestandseigenschappen en andere factoren die betrekking hebben op de systeemconfiguratie en
gebruiksomgevingen, kan de feitelijke overdrachtssnelheid met behulp van de verschillende USBaansluitingen op dit apparaat variëren en langzamer zijn dan de opgegeven gegevenssnelheid voor elk
onderstaand overeenkomstig apparaat.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen5
USB-apparaatGegevenssnelheid (Gbit/s)
3.2 Gen 1 / 3.1 Gen 1
3.2 Gen 2 / 3.1 Gen 2
3.2 Gen 2 × 2
Thunderbolt 3-aansluiting (USB-C)
Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C)
5
10
20
40
40
6X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 2.Aan de slag met uw computer
Toegang tot netwerken
In dit gedeelte vindt u hulp om een verbinding tot stand te brengen met een draadloos of bekabeld netwerk.
Verbinding maken met Wi-Fi-netwerken
Klik op het netwerkpictogram in het Windows®-systeemvak en selecteer een netwerk om verbinding te
maken. Verstrek, indien nodig, de vereiste informatie.
Verbinding maken met een bekabeld Ethernet
Als u uw computer op een lokaal netwerk wilt aansluiten, hebt u een Lenovo USB-C naar Ethernet-adapter
nodig. De Lenovo USB-C naar Ethernet-adapter is beschikbaar als optie en wordt bij sommige
computermodellen geleverd. U kunt een adapter aanschaffen bij Lenovo op https://www.lenovo.com/
accessories.
Verbinding maken met een mobiel netwerk
Als uw computer is uitgerust met een draadloos-WAN-kaart (wide area network) en een nano-SIM-kaart,
kunt u overal verbinding maken met een mobiel datanetwerk en online gaan.
Opmerking: De mobiele service wordt in sommige landen of regio's aangeboden door geautoriseerde
serviceproviders. U moet een mobiel abonnement van een serviceprovider hebben om verbinding met het
mobiele netwerk te kunnen maken.
Een mobiele verbinding tot stand brengen:
1. Zet de computer uit.
2. Zoek de nano-SIM-kaartsleuf en plaats de nano-SIM-kaart zoals weergegeven. Let op de juiste richting
van de kaart en zorg ervoor dat de kaart goed wordt geplaatst.
3. Zet de computer aan.
4. Klik op het netwerkpictogram en selecteer vervolgens het pictogram van het mobiele netwerk
lijst. Verstrek, indien nodig, de vereiste informatie.
in de
Opmerking: Het USB-C-compatibele apparaat dat is aangesloten op de Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C)
kan de draadloze functies beïnvloeden. Als uw computer geen verbinding kan maken met het mobiele
netwerk, of als uw locatie niet kan worden bepaald met de GPS-functie, koppel het apparaat dan los van de
Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C).
De vliegtuigstand inschakelen
Als de vliegtuigstand is ingeschakeld, zijn alle functies voor draadloze communicatie uitgeschakeld.
1. Klik op het pictogram van het Actiecentrum
2. Klik op Vliegtuigstand om de Vliegtuigstand in of uit te schakelen.
in het systeemvak van Windows.
Communiceren met uw computer
Uw computer biedt verschillende manieren om op het beeldscherm te navigeren.
De sneltoetsen gebruiken
Met de speciale toetsen op het toetsenbord kunt u effectiever werken.
https://support.lenovo.com/us/en/videos/vid500145
8X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Activeer de speciale functie die als pictogram op elke toets is afgebeeld, of
activeer de standaardfunctie van de functietoetsen F1-F12.
+
FnLock-lampje aan: standaardfunctie
FnLock-indicator uit: speciale functie
Luidsprekers in-/uitschakelen
Volume verlagen
Volume verhogen
Microfoon in-/uitschakelen
Beeldscherm donkerder maken
Beeldscherm lichter maken
Externe beeldschermen beheren
Draadloos in-/uitschakelen
Meldingscentrum openen/samenvouwen
Binnenkomende gesprekken beantwoorden
Deze functie werkt alleen met sommige apps, zoals Skype voor Bedrijven 2016 en
Microsoft Teams 1.0.
Standaard werkt de functie met Skype voor Bedrijven 2016. U kunt de
standaardinstellingen via Commercial Vantage wijzigen.
Binnenkomende gesprekken afwijzen
Deze functie werkt alleen met sommige apps, zoals Skype voor Bedrijven 2016 en
Microsoft Teams 1.0.
Standaard werkt de functie met Skype voor Bedrijven 2016. U kunt de
standaardinstellingen via Commercial Vantage wijzigen.
Opmerking: U kunt ook F11 indrukken om uitgaande gesprekken voor Skype
voor Bedrijven 2016 op te hangen.
Commercial Vantage openen. De functie van deze toets kunt u aanpassen in
Commercial Vantage.
Druk op de Fn of de aan/uit-knop om de computer uit de slaapstand te halen.
Ga naar begin
Ga naar einde
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
Met het TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alle functies van een traditionele muis uitvoeren, zoals het
aanwijzen, klikken en bladeren.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
TrackPoint-aanwijsknopje
Gebruik uw vinger om parallel aan het toetsenbord druk uit te oefenen op het antislipdopje van het
aanwijsknopje. De aanwijzer op het scherm wordt dienovereenkomstig verplaatst. Hoe meer druk u uitoefent,
hoe sneller de aanwijzer beweegt.
TrackPoint-knoppen
10
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
De linker- en rechterklikknop corresponderen met de linker- en rechterknoppen van een traditionele muis.
Houd de gestippelde middelste knop ingedrukt terwijl u met uw vinger in de verticale of horizontale richting
druk uitoefent op het aanwijsknopje. Vervolgens kunt u door het document, de website of apps bladeren.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat uitschakelen
Het TrackPoint-aanwijsapparaat is standaard ingeschakeld. Het apparaat uitschakelen:
1. Open het menu Start en klik dan op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Muis.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om TrackPoint uit te schakelen.
Het dopje van het aanwijsknopje vervangen
Opmerking: Zorg ervoor dat het nieuwe dopje groeven heeft
a .
De trackpad gebruiken
U kunt de trackpad gebruiken om alle aanwijs-, klik- en bladerfuncties van een traditionele muis uit te voeren.
De trackpad gebruiken
LinkerklikgebiedRechterklikgebied
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer11
De aanraakbewegingen gebruiken
Tik één keer om een item te selecteren of te openen.
Zoom in of uit met twee vingers.Blader door items.
Open de taakweergave om alle geopende vensters te
bekijken.
Tik twee keer snel om een snelmenu weer te geven.
Geef het bureaublad weer.
Opmerkingen:
• Als u twee of meer vingers gebruikt, moet u ervoor zorgen dat uw vingers enigszins uit elkaar staan.
• Sommige gebaren zijn niet beschikbaar als de laatste actie met het TrackPoint-aanwijsapparaat is
uitgevoerd.
• Sommige gebaren zijn alleen beschikbaar als u bepaalde toepassingen gebruikt.
• Als er olie op het oppervlak van de trackpad zit, zet dan eerst de computer uit. Veeg daarna het oppervlak
van de trackpad schoon met een zachte, pluisvrije doek die vochtig is gemaakt met lauw water of
reinigingsmiddel voor computers.
Raadpleeg voor meer bewegingen de Help-informatie van het aanwijsapparaat.
De trackpad uitschakelen
Standaard is de trackpad ingeschakeld. Het apparaat uitschakelen:
1. Open het menu Start en klik Instellingen ➙ Apparaten ➙ Touchpad.
2. In de sectie Touchpad de Touchpad uitschakelen.
12
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Het aanraakscherm gebruiken
Als het beeldscherm van uw computer de multitouch-functie ondersteunt, kunt u met eenvoudige
aanraakbewegingen op het scherm navigeren.
Opmerking: Sommige gebaren zijn mogelijk niet beschikbaar als u bepaalde toepassingen gebruikt.
Tik één keer om één keer te klikkenTik twee keer snel om te dubbelklikken
Tik en houd vast om met de rechtermuisknop te klikken
UitzoomenInzoomen
Schuif om door voorwerpen te bladeren
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer13
Veeg vanaf links: alle geopende vensters weergeven
Kort met uw vinger omlaag vegen: de titelbalk weergeven
Omlaag vegen: de huidige app sluiten
Veeg vanaf rechts: het actiecentrum openen
Slepen
Onderhoudstips:
• Zet de computer uit voordat u het aanraakscherm schoonmaakt.
• Verwijder met een droge, zachte en pluisvrije doek of met een stuk absorberend katoen vingerafdrukken
of stof van het aanraakscherm. Gebruik geen oplosmiddelen.
• Het aanraakscherm is gemaakt van glas met daaroverheen een plastic folie. Oefen nooit druk uit op of
plaats geen metalen voorwerp op het scherm omdat het multitouch-scherm beschadigd of defect kan
raken.
• Voer geen handelingen op het scherm uit met nagels of vingers in handschoenen of dode voorwerpen.
• Kalibreer de nauwkeurigheid van de vinger regelmatig om discrepanties te voorkomen.
Een extern beeldscherm aansluiten
Sluit uw computer aan op een projector of een beeldscherm om presentaties te geven of om uw werkruimte
uit te breiden.
Aansluiten op een bekabeld beeldscherm
1. Sluit het externe beeldscherm aan op de Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C) van uw computer.
2. Sluit het externe beeldscherm aan op een stopcontact.
3. Zet het externe beeldscherm aan.
14
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Als uw computer het externe beeldscherm niet kan detecteren, klikt u met de rechtermuisknop op een leeg
gedeelte op het bureaublad en klikt u vervolgens op Beeldscherminstellingen ➙ Detecteren.
Ondersteunde resolutie
Als u het externe beeldscherm aansluit op de Thunderbolt 4-aansluiting (USB-C), is de ondersteunde
maximale resolutie 5120 x 3200 pixels, 60 Hz.
Verbinding maken met een draadloos beeldscherm
Als u een draadloos beeldscherm wilt gebruiken, zorg dan dat uw computer en het externe beeldscherm de
functie Miracast
®
ondersteunen.
Druk op de
+ en selecteer vervolgens een draadloos beeldscherm om verbinding mee te maken.
De weergavemodus van het beeldscherm instellen
Druk op
of op en selecteer vervolgens de gewenste weergavemodus.
Beeldscherminstellingen wijzigen
1. Klik met de rechtermuisknop op een leeg gebied op het bureaublad en selecteer
Beeldscherminstellingen.
2. Selecteer het beeldscherm dat u wilt configureren.
3. Wijzig de gewenste weergave-instellingen.
U kunt de instellingen voor zowel het computerscherm als het externe beeldscherm wijzigen. U kunt
bijvoorbeeld bepalen welk scherm het hoofdscherm is en welke het secundaire beeldscherm is. U kunt ook
de resolutie en oriëntatie wijzigen.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer15
16X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 3.Uw computer verkennen
Lenovo-apps
In dit gedeelte vindt u een introductie bij Commercial Vantage en Lenovo Quick Clean.
Commercial Vantage
De vooraf geïnstalleerde app Commercial Vantage is een aangepaste oplossing waarmee u uw computer
kunt onderhouden met automatische updates en oplossingen, hardware-instellingen kunt configureren en
gepersonaliseerde ondersteuning kunt krijgen.
U opent Commercial Vantage als volgt:
Open het menu Start en klik op Commercial Vantage. U kunt ook in het zoekvak Commercial Vantage typen.
Belangrijke functies
Met Commercial Vantage kunt u:
• Eenvoudig de status van het apparaat te weten komen en pas apparaat-instellingen aan.
• Download en installeer updates voor UEFI BIOS, firmware en stuurprogramma's om uw computer up-todate te houden.
• De garantiestatus van de computer opzoeken (online).
• Toegang krijgen tot de Gebruikershandleiding en nuttige artikelen.
Opmerkingen:
• De beschikbare functies variëren, afhankelijk van het computermodel.
• Commercial Vantage werkt regelmatig de functies bij om uw ervaring met de computer te verbeteren. De
beschrijving van voorzieningen kan verschillen van die op uw daadwerkelijke gebruikersinterface.
Lenovo Quick Clean
Afhankelijk van het model biedt uw computer mogelijk ondersteuning voor de functie Lenovo Quick Clean.
De voorgeïnstalleerde Lenovo Quick Clean stelt u in staat om het toetsenbord, scherm, trackpad en
TrackPoint-aanwijsapparaat tijdelijk uit te schakelen voor reiniging.
U kunt Lenovo Quick Clean als volgt openen:
• Open het menu Start en klik op Lenovo Quick Clean.
• Typ Lenovo Quick Clean in het zoekvak.
• Druk tegelijkertijd op Fn en de rechter Shift-toets.
Om de laatste versie van Lenovo Quick Clean te downloaden gaat u naar https://pcsupport.lenovo.com.
Intelligent koelen
Met de functie Intelligent koelen kunt u de snelheid van de ventilator, de temperatuur en de prestaties van de
computer aanpassen. Deze functie werkt standaard in de automatische werkstand. Druk op Fn+T om tussen
de handmatige werkstand en de automatische werkstand te schakelen.
Handmatige werkstand
•
Stille modus: het minste ventilatorgeluid
•
Gebalanceerde modus: een goed evenwicht tussen prestaties en ventilatorgeluid
•
Prestatiemodus: de hoogste prestaties en een gemiddeld ventilatorgeluid
met netvoedingmet batterijvoeding
Selecteer de gewenste modus als volgt:
1. Klik in het systeemvak van Windows op het batterijstatuspictogram.
2. Beweeg de schuifregelaar naar links of rechts om de gewenste modus te selecteren.
Automatische werkstand
•
•
Automatische batterijmodus: automatisch schakelen tussen de stille modus en de batterijmodus op
basis van de hoeveelheid systeemactiviteit.
Automatische prestatiemodus: automatisch schakelen tussen de stille modus, gebalanceerde modus
of prestatiemodus op basis van de hoeveelheid systeemactiviteit.
Energie beheren
Gebruik de informatie in dit gedeelte om de beste balans te vinden tussen prestaties en efficiënt
stroomverbruik.
De status van de batterij controleren
Klik op het batterijpictogram in het Windows-systeemvak om snel de batterijstatus te controleren, het
huidige energiebeheerschema te bekijken en de batterij-instellingen te openen. Raadpleeg Commercial
Vantage voor meer informatie over de batterij.
18
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
De computer opladen
Netvoeding gebruiken
Opmerkingen:
• Gebruik de batterij totdat de lading volledig is verbruikt en laad de batterij volledig opnieuw op voordat u
deze weer in gebruik neemt. Als de batterij helemaal is opgeladen, moet u de lading laten teruglopen tot
94% of lager voordat u deze opnieuw oplaadt.
• De levensduur van de batterij kan worden geoptimaliseerd op basis van uw gebruik. Na langere perioden
van beperkt gebruik is het mogelijk dat de volle capaciteit van de batterij pas beschikbaar is nadat u deze
hebt ontladen tot 20% volledig opnieuw hebt opgeladen. Meer informatie vindt u in het gedeelte over
energie van Commercial Vantage.
De oplaadfunctie van P-to-P 2.0 (Peer to Peer 2.0) gebruiken
Beide Thunderbolt 4-aansluitingen (USB-C) op de computer zijn voorzien van de exclusieve P-to-P 2.0oplaadfunctie van Lenovo. Als u deze functie wilt gebruiken, moet Charge in Battery Mode op uw
computers zijn ingeschakeld in UEFI BIOS, zodat de functie ook werkt wanneer de computers uit of in de
sluimerstand staan.
Charge in Battery Mode inschakelen:
1. Druk op F1 om het UEFI BIOS-menu te openen.
2. Klik op Config ➙ USB en klik vervolgens om Charge in Battery Mode in te schakelen.
Hoofdstuk 3. Uw computer verkennen19
• Wanneer geen netvoeding beschikbaar is:
Opmerking: Het resterende batterijvermogen van computer A moet ten minste 30% bedragen en 3%
hoger zijn dat die van computer B.
• Wanneer netvoeding beschikbaar is:
Opmerking: De daadwerkelijke oplaadsnelheid van uw computer is afhankelijk van vele factoren, zoals het
resterende batterijvermogen van beide computers, het vermogen van de voedingsadapter en of de
computers worden gebruikt.
De energie-instellingen wijzigen
Voor computers die compatibel zijn met ENERGY STAR® wordt het volgende energieschema van kracht
wanneer de computer gedurende een bepaalde tijd niet actief is geweest:
• Beeldscherm uitzetten na: na 10 minuten
• Computer naar slaapstand: na 10 minuten
Het energiebeheerschema opnieuw instellen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het batterijstatuspictogram en selecteer Energiebeheer.
2. Kies een energiebeheerschema of maak uw eigen energiebeheerschema.
De functie van de aan/uit-knop opnieuw instellen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het statuspictogram van de batterij en selecteer Energiebeheer ➙ Het gedrag van de aan/uit-knoppen wijzigen.
2. Breng de gewenste wijzigingen aan in de instellingen.
Een Bluetooth-verbinding instellen
U kunt op uw computer verbinding maken met alle typen Bluetooth-apparaten, zoals een toetsenbord, een
muis, een smartphone of luidsprekers. Voor een geslaagde verbinding plaatst u de apparaten maximaal 10
meter (33 voet) van de computer.
1. Klik op het pictogram van het actiecentrum
functie in.
20
X1 Nano Gen 1 Gebruikershandleiding
in het systeemvak van Windows en schakel de Bluetooth-
Loading...
+ 60 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.