KENNISGEVING BEGRENSDE EN BEPERKTE RECHTEN: als gegevens of software word(t)(en) geleverd conform een
'GSA'-contract (General Services Administration), zijn gebruik, vermenigvuldiging en openbaarmaking onderhevig aan
beperkingen zoals beschreven in Contractnr. GS-35F-05925.
• De afbeeldingen in dit document kunnen er anders uitzien dan uw product.
• Afhankelijk van het model, zijn sommige optionele accessoires, functies en softwareprogramma's
mogelijk niet beschikbaar op uw computer.
• Afhankelijk van de versie van een besturingssysteem en programma's, zijn sommige instructies voor de
gebruikersinterface mogelijk niet van toepassing op uw computer.
• De inhoud van de documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. Lenovo brengt continu
verbeteringen aan in de documentatie van uw computer, zo ook in deze Gebruikershandleiding. Als u de
nieuwste documenten wilt downloaden, gaat u naar
• Microsoft
Update. Bepaalde informatie in dit document is hierdoor mogelijk verouderd. Raadpleeg de Microsoftbronnen voor de meest recente informatie.
®
brengt periodiek functiewijzigingen in het Windows®-besturingssysteem aan via Windows
Maak foto's of neem video's op door in het menu Start op Camera te klikken.
1. Camera
2. Cameralampje
3. Microfoons
4. Scherm
Als u andere apps gebruikt die functies zoals fotograferen, videochatten en
videovergaderingen ondersteunen, wordt de camera automatisch gestart wanneer
u in de app een functie inschakelt waarvoor de camera is vereist.
Het cameralampje brandt, als de camera wordt gebruikt.
Neem geluid en spraak op.
Gebruik het FHD- of HD-beeldscherm (full high definition of high definition) om uw
visuele ervaring te verbeteren als u films bekijkt, surft op internet, enzovoort.
Schuif ThinkShutter om de cameralens te bedekken of onthullen. Deze
voorziening is bedoeld om uw privacy te beschermen.
Maak foto's of neem video's op door in het menu Start op Camera te klikken.
Als u andere apps gebruikt die functies zoals fotograferen, videochatten en
videovergaderingen ondersteunen, wordt de camera automatisch gestart wanneer
u in de app een functie inschakelt waarvoor de camera is vereist en de
ThinkShutter hebt opengeschoven.
Het cameralampje brandt, als de camera wordt gebruikt.
Neem geluid en spraak op.
Gebruik het FHD (full high definition) om uw visuele ervaring te verbeteren als u
films bekijkt, surft op internet, enzovoort.
Druk om de computer in te schakelen of om de computer in de slaapstand te
zetten.
Als u de computer wilt uitschakelen, opent u het menu Start, klikt u op het
uit en klikt u vervolgens op Afsluiten.
Het lampje in de aan/uit-knop geeft de systeemstatus van uw computer aan.
1. Aan/uit-knop
2. LuidsprekersGeniet van geluid van verbluffende kwaliteit.
3. Vingerafdruklezer (alleen voor
bepaalde modellen van E490/
R490)
4. Trackpad
5. TrackPoint
®
-aanwijsapparaat
• Knippert drie keer: de computer wordt voor de eerste keer aangesloten op
voeding.
• Aan: de computer staat aan.
• Uit: de computer staat uit of staat in de sluimerstand.
• Knippert snel: de computer gaat naar de sluimerstand of naar de slaapstand.
• Knippert langzaam: de computer staat in de slaapstand.
Hiermee meldt u zich bij uw computer aan met geregistreerde vingerafdrukken.
Zie 'De vingerafdruklezer gebruiken (voor bepaalde modellen)' op pagina 29.
Gebruik vingerbewegingen en alle functies van een traditionele muis. Zie 'De
trackpad gebruiken' op pagina 18.
Gebruik alle functies van een traditionele muis. Zie 'Het TrackPointaanwijsapparaat gebruiken' op pagina 16.
Aan/
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen3
Bovenaanzicht (voor de E490s/S3–490)
Druk om de computer in te schakelen of om de computer in de slaapstand te
zetten.
Als u de computer wilt uitschakelen, opent u het menu Start, klikt u op het
uit en klikt u vervolgens op Afsluiten.
Het lampje in de aan/uit-knop geeft de systeemstatus van uw computer aan.
1. Aan/uit-knop
2. LuidsprekersGeniet van geluid van verbluffende kwaliteit.
3. Vingerafdruklezer
4. Trackpad
5. TrackPoint-aanwijsapparaat
• Knippert drie keer: de computer wordt voor de eerste keer aangesloten op
voeding.
• Aan: de computer staat aan.
• Uit: de computer staat uit of staat in de sluimerstand.
• Knippert snel: de computer gaat naar de sluimerstand of naar de slaapstand.
• Knippert langzaam: de computer staat in de slaapstand.
Hiermee meldt u zich bij uw computer aan met geregistreerde vingerafdrukken.
Zie 'De vingerafdruklezer gebruiken (voor bepaalde modellen)' op pagina 29.
Gebruik vingerbewegingen en alle functies van een traditionele muis. Zie 'De
trackpad gebruiken' op pagina 18.
Gebruik alle functies van een traditionele muis. Zie 'Het TrackPointaanwijsapparaat gebruiken' op pagina 16.
• USB-C-apparaten opladen met de uitvoerspanning en stroom van 5 V en 3 A.
• Gegevensoverdracht met USB 3.1-snelheid, tot maximaal 5 Gbps.
• Een extern beeldscherm aansluiten:
– USB-C naar VGA: 1920 x 1080 pixels, 60 Hz
– USB-C naar DP: 3840 x 2160 pixels, 60 Hz
• USB-C-accessoires aansluiten om de functionaliteit van uw computer uit te
breiden. Als u USB-C-accessoires wilt kopen, gaat u naar
www.lenovo.com/accessories
• Een andere computer van energie voorzien met de P-to-P (Peer-to-Peer) 2.0
oplaadfunctie. Zie 'De computer opladen' op pagina 23.
Opmerking: Als de hoeveelheid resterende stroom in de batterij minder dan 10%
is, werken aangesloten USB-C-accessoires mogelijk niet correct.
De HDMI-aansluiting (High-Definition Multimedia Interface) is een digitale audioen video-interface. U kunt hiermee uw computer op een compatibel digitaal
audioapparaat of een digitale videomonitor aansluiten, zoals een dvd-speler of
een HDTV.
.
https://
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen5
3. Always On USB 3.1 Gen 1aansluiting
4. USB 3.1 Gen 1-aansluitingSluit USB-compatibele apparaten aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-muis,
5. Audioaansluiting
Als de functie Always On USB is ingeschakeld, kan via de Always On USB 3.1 Gen
1-aansluiting een USB-compatibel apparaat worden opgeladen wanneer de
computer is uitgeschakeld of in de slaapstand of sluimerstand staat.
Opmerkingen:
• Standaard is in het UEFI BIOS Always On USB ingeschakeld en Charge in
Battery Mode uitgeschakeld.
• Als de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat en Charge in
Battery Mode is uitgeschakeld in het UEFI BIOS, moet u ervoor zorgen dat de
computer is aangesloten op de netvoeding.
U kunt als volgt de functie Always On USB inschakelen:
1. Open het UEFI BIOS-menu. Zie 'Het UEFI BIOS-menu openen' op pagina 31.
2. Klik op Config ➙ USB ➙ Always On USB om de functie Always On USB in te
schakelen.
USB-opslagapparaat of USB-printer.
Sluit een hoofdtelefoon of headset met een vierpolige 3,5 mm-stekker aan om
naar geluid op de computer te luisteren.
Opmerking: De conventionele microfoon wordt niet ondersteund.
Plaats een microSD-kaart voor toegang tot gegevens of voor opslag. Zie 'Een
microSD-kaart gebruiken' op pagina 25.
Sluit een USB-compatibel apparaat aan, zoals een USB-toetsenbord, USB-muis,
USB-opslagapparaat of USB-printer.
Sluit de computer aan op een LAN (Local Area Network).
De Ethernet-poort heeft twee netwerkstatuslampjes. Als het groene lampje
brandt, is de computer aangesloten op een LAN. Wanneer het gele lampje
knippert, worden er gegevens overgedragen.
Maak uw computer vast aan een bureau, tafel of een ander vast voorwerp met een
compatibel veiligheidskabelslot. Zie 'De computer vergrendelen' op pagina 27.
Hoofdstuk 1. Leer uw computer kennen7
Voorzieningen en specificaties
• E490/E495/R490
– Breedte: 329,3 mm
– Diepte: 242,8 mm
Afmetingen
– Dikte: 21,9 mm
• E490s/S3–490
– Breedte: 329,3 mm
– Diepte: 242,8 mm
– Dikte: 21,9 mm
Maximale warmteafgifte
(afhankelijk van het model)
Voedingsbron
(netvoedingsadapter)
Microprocessor
Geheugen
Opslagapparaat
Beeldscherm
• 45 W
• 65 W
• Sinus-invoer bij 50 tot 60 Hz
• Ingangsspanning van de netvoedingsadapter: 100 tot 240 volt wisselstroom,
50 tot 60 Hz
Als u de informatie over de microprocessor van uw computer wilt bekijken, klikt u
met de rechtermuisknop op de knop Start en klikt u vervolgens op Systeem.
DDR4 SODIMM (Double Data Rate 4 Small Outline Dual Inline Memory Module) tot
32 GB
Maak kennis met de basisbeginselen van Windows 10 en ga meteen met het besturingssysteem aan de slag.
Raadpleeg de Help-informatie van Windows voor meer informatie over Windows 10.
Windows-account
Een gebruikersaccount is vereist om het Windows-besturingssysteem te kunnen gebruiken. Dit kan een
Windows-gebruikersaccount of een Microsoft-account zijn.
Windows-gebruikersaccount
Als u Windows voor de eerste keer start, wordt u gevraagd om een Windows-gebruikersaccount aan te
maken. Het eerste account dat u maakt, is van het type 'Beheerder'. U kunt met een beheerdersaccount
extra gebruikersaccounts maken of accounttypen als volgt wijzigen:
1. Open het menu Start en selecteer Instellingen ➙ Accounts ➙ Family (Familie) en ander gebruikers.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Microsoft-account
U kunt zich ook aanmelden bij het Windows-besturingssysteem met een Microsoft-account.
Als u een Microsoft-account wilt maken, gaat u naar de Microsoft-aanmeldingspagina op
signup.live.com
Een Microsoft-account biedt de volgende voordelen:
• U kunt profiteren van eenmalige aanmelding als u andere services van Microsoft gebruikt, zoals OneDrive,
Skype en Outlook.com.
• U kunt persoonlijke instellingen synchroniseren met andere Windows-apparaten.
9. Windows-systeemvakGeef kennisgevingen en de status van enkele functies weer.
10. Pictogram van de
batterijstatus
11. Netwerkpictogram
Wijzig accountinstellingen, vergrendel de computer of meld u af bij het huidige
account.
Open de map Documenten, een standaardmap om uw ontvangen bestanden in
op te slaan.
Open de map Afbeeldingen, een standaardmap om uw ontvangen afbeeldingen
in op te slaan.
Start Instellingen.
Uw computer uitschakelen, opnieuw opstarten of in de slaapstand zetten.
Open het menu Start.
Typ wat u zoekt in het zoekveld en haal zoekresultaten op van uw computer en
het internet.
Geef alle geopende apps weer en schakel tussen de apps.
Geef de stroomstatus weer en wijzig de instellingen voor de batterij of de energieinstellingen. Als uw computer niet is aangesloten op netvoeding, verandert het
pictogram in
Maak verbinding met een beschikbaar draadloos netwerk en geef de
netwerkstatus weer. Als de computer is aangesloten op een bekabeld netwerk,
verandert het pictogram in
.
.
12. Actiecentrum
Geef de meest recente kennisgevingen van apps weer en voer snel bepaalde
acties uit.
Het menu Start openen
• Klik op de knop Start.
• Druk op de toets met het Windows-logo op het toetsenbord.
12
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
Het configuratiescherm openen
• Open het menu Start en klik op Systeem ➙ Configuratiescherm.
• Gebruik Windows Search.
Een app starten
• Open het menu Start en selecteer de app die u wilt starten.
• Gebruik Windows Search.
Windows-label
Op uw computer is mogelijk een Windows 10 Genuine Microsoft-label op de klep aangebracht, afhankelijk
van de volgende factoren:
• Uw geografische locatie
• De versie van Windows 10 die vooraf is geïnstalleerd
Zie
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/Hardware.aspx voor afbeeldingen van de verschillende typen
Legitiem Microsoft-labels.
• In de Volksrepubliek China is het Legitiem Microsoft-label verplicht op alle computermodellen waarop
vooraf een versie van Windows 10 is geïnstalleerd (ongeacht welke).
• In andere landen en regio's is het Legitiem Microsoft-label alleen verplicht op computermodellen met een
licentie voor Windows 10 Pro.
De afwezigheid van een Legitiem Microsoft-label geeft niet aan dat een vooraf geïnstalleerde Windows-versie
niet legitiem is. Raadpleeg de informatie van Microsoft op
default.aspx
Er zijn geen externe, visuele indicaties van de product-id of de Windows-versie waarvoor de computer een
licentie heeft. In plaats daarvan is de product-id vastgelegd in de computerfirmware. Het
installatieprogramma controleert of er een geldige, bijbehorende product-id in de computerfirmware
aanwezig is om de activering te voltooien, ongeacht of er een Windows 10-product is geïnstalleerd.
In sommige gevallen kan er onder de voorwaarden van downgraderechten van een Windows 10 Pro-licentie
een oudere Windows-versie zijn geïnstalleerd.
voor meer informatie om te bepalen of uw vooraf geïnstalleerde Windows-product legitiem is.
https://www.microsoft.com/en-us/howtotell/
Verbinding maken met netwerken
Uw computer helpt u bij het maken van een verbinding met de wereld via een bekabeld of draadloos
netwerk.
Verbinding maken met een bekabeld Ethernet
Maak met een Ethernet-kabel een verbinding tussen uw computer en een lokaal netwerk via de Ethernetaansluiting op uw computer.
Opmerking: Als u de computer op een ondersteund dockingstation of dock is aangesloten, gebruikt u de
Ethernet-aansluiting op het dockingstation of het dock in plaats van de Ethernet-aansluiting op de computer.
Verbinding maken met Wi-Fi-netwerken
1. Klik op het pictogram van het netwerk in het systeemvak van Windows. Er wordt een lijst met
beschikbare draadloze netwerken weergegeven.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer13
2. Selecteer een netwerk dat beschikbaar is voor het maken van een verbinding. Verstrek, indien nodig, de
vereiste informatie.
Lenovo Vantage gebruiken
De vooraf geïnstalleerde app Lenovo Vantage is een aangepaste oplossing waarmee u uw computer kunt
onderhouden met automatische updates en oplossingen, hardware-instellingen kunt configureren en
gepersonaliseerde ondersteuning kunt krijgen.
Lenovo Vantage openen
Open het menu Start en klik op Lenovo Vantage. U kunt ook Lenovo Vantage in het zoekvak typen.
Ga naar de Microsoft Store en zoek op de naam van de app om de nieuwste versie van Lenovo Vantage te
downloaden.
Belangrijke functies
Met Lenovo Vantage kunt u:
• Eenvoudig de status van het apparaat te weten komen en pas apparaat-instellingen aan.
• Download en installeer updates voor UEFI BIOS, firmware en stuurprogramma's om uw computer up-todate te houden.
• Controleer de status van uw computer en beveilig uw computer tegen externe bedreigingen.
• De garantiestatus van de computer opzoeken (online).
• Toegang Gebruikershandleiding en nuttige artikelen.
Opmerkingen:
• De beschikbare functies variëren, afhankelijk van het computermodel.
• Lenovo Vantage werkt regelmatig de functies bij om uw ervaring met de computer te verbeteren. De
beschrijving van voorzieningen kan verschillen van die op uw daadwerkelijke gebruikersinterface.
Communiceren met uw computer
Uw computer biedt verschillende manieren om op het beeldscherm te navigeren.
14
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
De sneltoetsen gebruiken
Met de speciale toetsen op het toetsenbord kunt u gemakkelijker en effectiever werken.
Open het menu Start.
1. Toets met het Windows-logo
2. Caps Lock-toets
Zie de Help-informatie van Windows voor informatie over het gebruik van deze
toets in combinatie met andere toetsen.
Wissel tussen hoofdletters en kleine letters.
Als het lampje voor Caps Lock brandt, kunt u hoofdletters typen.
3. Functietoetsen F1-F12
Activeer de speciale functie die als pictogram op elke toets is afgebeeld, of
activeer de standaardfunctie.
Kiezen of u de speciale functie of de standaardfunctie wilt aanroepen:
1. Ga naar het Configuratiescherm en selecteer de weergave Grote
pictogrammen of Kleine pictogrammen.
2. Klik op Toetsenbord of op Lenovo - Toetsenbordbeheer en selecteer de
optie van uw voorkeur.
Schakel tussen de standaardfunctie van de F1-F12-toetsen en de speciale functie
die als pictogram op elke toets is afgebeeld.
Als het Fn Lock-lampje brandt:
• Druk op F1-F12 om de standaardfunctie te gebruiken.
• Druk op Fn+F1-F12 om de speciale functie te gebruiken.
Als het Fn Lock-lampje niet brandt:
• Druk op Fn+F1-F12 om de standaardfunctie te gebruiken.
• Druk op F1-F12 om de speciale functie te gebruiken.
Luidsprekers dempen of dempen ongedaan maken.
Als het toetslampje brandt, zijn de luidsprekers gedempt.
Als u de luidsprekers dempt en uw computer uitschakelt, zijn de luidsprekers nog
steeds gedempt als u de computer weer inschakelt.
Verlaag het volume van de luidspreker.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer15
Verhoog het volume van de luidspreker.
Schakel de microfoons in of uit.
Als het toetslampje brandt, zijn de microfoons uitgeschakeld.
Hiermee maakt u het computerbeeldscherm donkerder.
Hiermee maakt u het computerbeeldscherm lichter.
Externe beeldschermen beheren.
Hiermee kunt u de ingebouwde functies voor draadloos netwerk in- of
uitschakelen.
Hiermee opent u het instellingenvenster.
Hiermee kunt u de ingebouwde Bluetooth-functies in- of uitschakelen.
Open een pagina met toetsenbordinstellingen.
Roep de door u zelf gedefinieerde functie aan.
Open Lenovo Vantage; u kunt nu functies voor de F12-toets definiëren.
Het Knipprogramma openen.
Fn+Spatiebalk
Fn+B
Fn+K
Fn+P
Fn+S
Fn+4
Fn+pijl naar linksIs gelijk aan de Home-toets.
Fn+pijl naar rechtsIs gelijk aan de End-toets.
Hiermee schakelt u tussen verschillende statussen voor de achtergrondverlichting
van het toetsenbord als uw computer achtergrondverlichting ondersteunt.
Is gelijk aan de toets Break op een conventioneel extern toetsenbord.
Is gelijk aan de toets ScrLK of Scroll Lock op een conventioneel extern
toetsenbord.
Is gelijk aan de toets Pause op een conventioneel extern toetsenbord.
Is gelijk aan de toets SysRq op een conventioneel extern toetsenbord.
Hiermee zet u de computer in de slaapstand. Druk op de Fn of de aan/uit-knop
om de computer uit de slaapstand te halen.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
Met het TrackPoint-aanwijsapparaat kunt u alle functies van een traditionele muis uitvoeren, zoals het
aanwijzen, klikken en bladeren.
16
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
Het TrackPoint-aanwijsapparaat gebruiken
1. Aanwijsknopje
Gebruik uw wijsvinger of middelvinger om druk op het antislipdopje van het aanwijsknopje uit te oefenen in
elke richting parallel aan het toetsenbord. De aanwijzer op het scherm beweegt dienovereenkomstig, maar
het aanwijsknopje zelf beweegt niet. Hoe meer druk u uitoefent, hoe sneller de aanwijzer beweegt.
2. Linkermuisknop
Druk op deze zone om een item te selecteren of te openen.
3. Rechtermuisknop
Druk op deze zone om een snelmenu weer te geven.
4. Middelste knop
Houd de gestippelde middelste knop ingedrukt terwijl u druk uitoefent op het aanwijsknopje in de verticale of
horizontale richting. Vervolgens kunt u door het document, de website of apps bladeren.
Het TrackPoint-aanwijsapparaat uitschakelen
Het TrackPoint-aanwijsapparaat is standaard ingeschakeld. Het apparaat uitschakelen:
1. Open het menu Start en klik dan op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Muis.
2. Volg de aanwijzingen op het scherm om TrackPoint uit te schakelen.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer17
Het dopje van het aanwijsknopje vervangen
Opmerking: Zorg ervoor dat het nieuwe dopje groeven heeft
a .
De trackpad gebruiken
Het hele oppervlak van de trackpad is gevoelig voor aanraken en bewegingen. U kunt de trackpad gebruiken
om alle aanwijs-, klik- en bladerfuncties van een traditionele muis uit te voeren.
De trackpad gebruiken
1. Zone voor linksklikken
Druk op deze zone om een item te selecteren of te openen.
U kunt ook met één vinger op een willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de
linkermuisknopactie uit te voeren.
2. Zone voor rechtsklikken
Druk op deze zone om een snelmenu weer te geven.
U kunt ook met twee vingers op een willekeurige plek op het oppervlak van de trackpad tikken om de
rechtermuisknopactie uit te voeren.
18
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
De aanraakbewegingen gebruiken
Tikken
Tik met één vinger op een willekeurige plek op de trackpad om een
item te selecteren of te openen.
Tikken met twee vingers
Tik met twee vingers op een willekeurige plek op de trackpad om een
snelmenu weer te geven.
Bladeren met twee vingers
Plaats twee vingers op de trackpad en beweeg ze in verticale of
horizontale richting. Met deze actie kunt u door documenten,
websites en apps bladeren.
Uitzoomen met twee vingers
Plaats twee vingers op de trackpad en beweeg ze vervolgens dichter
naar elkaar toe om uit te zoomen.
Inzoomen met twee vingers
Plaats twee vingers op de trackpad en beweeg ze verder van elkaar af
om in te zoomen.
Omhoog vegen met drie vingers
Plaats drie vingers op de trackpad en beweeg ze omhoog om de
taakweergave te openen, zodat u alle geopende vensters kunt zien.
Omlaag vegen met drie vingers
Plaats drie vingers op de trackpad en beweeg ze omlaag om het
bureaublad weer te geven.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer19
Opmerkingen:
• Als u twee of meer vingers gebruikt, moet u ervoor zorgen dat uw vingers enigszins uit elkaar staan.
• Sommige gebaren zijn niet beschikbaar als de laatste actie met het TrackPoint-aanwijsapparaat is
uitgevoerd.
• Sommige gebaren zijn alleen beschikbaar als u bepaalde toepassingen gebruikt.
• Als er olie op het oppervlak van de trackpad zit, zet dan eerst de computer uit. Veeg daarna het oppervlak
van de trackpad schoon met een zachte, pluisvrije doek die vochtig is gemaakt met lauw water of
reinigingsmiddel voor computers.
Raadpleeg voor meer bewegingen de Help-informatie van het aanwijsapparaat.
De trackpad uitschakelen
Standaard is de trackpad ingeschakeld. Het apparaat uitschakelen:
1. Open het menu Start en klik Instellingen ➙ Apparaten ➙ Touchpad.
2. In de sectie Touchpad de Touchpad uitschakelen.
Multimedia gebruiken
Gebruik uw computer voor zakelijke doeleinden of voor ontspanning met de ingebouwde onderdelen
(camera, luidsprekers en audiomogelijkheden) of de aangesloten externe apparaten (een externe projector,
een beeldscherm en HDTV).
Audio gebruiken
Om uw audio-ervaring te verbeteren, sluit u luidsprekers, hoofdtelefoons of een headset met een 3,5-mm
(0,14-inch), 4-polige stekker aan op de audioaansluiting.
Pas het volume van de luidspreker aan
Druk op
De geluidsinstellingen wijzigen
1. Ga naar Configuratiescherm en bekijk per categorie.
2. Klik op Hardware en geluid ➙ Geluid.
3. Breng de gewenste wijzigingen aan in de instellingen.
om het luidsprekervolume te verhogen of op om het luidsprekervolume te verlagen.
De camera gebruiken (voor de E490/E495/R490)
U kunt de geïntegreerde camera gebruiken om foto's te maken en video's op te nemen. Het lampje naast de
camera gaat branden als de camera in gebruik is.
Foto's of video's maken:
1. Open het menu Start en klik op Camera.
2. Als u een foto wilt maken, klikt u op het camerapictogram. Als u een video wilt opnemen, klikt u op het
videopictogram om over te schakelen naar de videomodus.
Als u andere programma's gebruikt die functies zoals fotograferen, opnemen van video's en
videovergaderingen bieden, wordt de camera automatisch gestart wanneer u de functie hebt ingeschakeld
waarvoor de camera is vereist.
20
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
De camera gebruiken (voor de E490s/S3–490)
U kunt de geïntegreerde camera gebruiken om foto's te maken en video's op te nemen. Het lampje naast de
camera gaat branden als de camera in gebruik is.
Foto's of video's maken:
1. Schuif de ThinkShutter naar links om de camera zichtbaar te maken.
2. Open het menu Start en klik op Camera.
3. Als u een foto wilt maken, klikt u op het camerapictogram. Als u een video wilt opnemen, klikt u op het
videopictogram om over te schakelen naar de videomodus.
Als u andere programma's gebruikt die functies zoals fotograferen, opnemen van video's en
videovergaderingen bieden, wordt de camera automatisch gestart wanneer u de functie hebt ingeschakeld
waarvoor de camera is vereist en de ThinkShutter hebt opengeschoven.
Een extern beeldscherm aansluiten
Sluit uw computer aan op een projector of een beeldscherm om presentaties te geven of om uw werkruimte
uit te breiden.
Aansluiten op een bekabeld beeldscherm
1. Sluit het externe beeldscherm aan op een passende video-aansluiting op uw computer, zoals de HDMIaansluiting of USB-C-aansluiting (USB 3.1 Gen 1).
2. Sluit het externe beeldscherm aan op een stopcontact.
3. Zet het externe beeldscherm aan.
Als uw computer het externe beeldscherm niet kan detecteren, klikt u met de rechtermuisknop op een leeg
gedeelte op het bureaublad en klikt u vervolgens op Beeldscherminstellingen ➙ Detecteren.
In de volgende tabel staat de ondersteunde maximale resolutie van het externe beeldscherm.
Het externe beeldscherm aansluiten op
de USB-C-aansluiting (USB 3.1 Gen 1)Maximaal 4096 x 2304 pixels/60 Hz
de HDMI-aansluitingMaximaal 4096 x 2160 pixels / 24 Hz
Ondersteunde resolutie
Ondersteunde resolutie (voor E495)
In de volgende tabel staat de ondersteunde maximale resolutie van het externe beeldscherm.
Het externe beeldscherm aansluiten op
de USB-C-aansluiting (USB 3.1 Gen 1)Maximaal 3840 x 2160 pixels/60 Hz
de HDMI-aansluitingMaximaal 3840 x 2160 pixels/30 Hz
Ondersteunde resolutie
Verbinding maken met een draadloos beeldscherm
Als u een draadloos beeldscherm wilt gebruiken, zorg dan dat uw computer en het externe beeldscherm de
functie Miracast
®
ondersteunen.
Hoofdstuk 2. Aan de slag met uw computer21
• Open het menu Start en klik vervolgens op Instellingen ➙ Apparaten ➙ Bluetooth en andere apparaten. Klik in het venster Een apparaat toevoegen op Draadloos apparaat of dock. Volg daarna de
instructies op het scherm.
• Klik op het pictogram van het actiecentrum
in het systeemvak van Windows en klik op Verbinden.
Selecteer het draadloze beeldscherm en volg de instructies op het scherm.
De weergavemodus van het beeldscherm instellen
Druk op
of op en selecteer vervolgens de gewenste weergavemodus.
• Alleen computerbeeldscherm: geeft de video-uitvoer alleen weer op het beeldscherm van de computer.
Opmerking: Afhankelijk van de situatie, kunt u Verbinding verbreken, Alleen PC-scherm, Alleen
computer of Verbinding met projector verbreken zien.
• Dupliceren: geeft dezelfde video-uitvoer op het beeldscherm van de computer en een extern
beeldscherm.
• Uitbreiden: breidt de video-uitvoer van het beeldscherm van de computer uit naar een extern
beeldscherm. U kunt items slepen en verplaatsen tussen de twee beeldschermen.
• Alleen tweede scherm: geeft de video-uitvoer alleen weer op een extern beeldscherm.
Opmerking: Afhankelijk van de situatie, kunt u Alleen projector of Alleen tweede scherm zien.
Als u programma's weergeeft die gebruikmaken van DirectDraw of Direct3D
®
in Volledig scherm, verschijnt
de video-uitvoer alleen op het hoofdbeeldscherm.
Beeldscherm instellen
1. Klik met de rechtermuisknop op een leeg gebied op het bureaublad en selecteer
Beeldscherminstellingen.
2. Selecteer het beeldscherm dat u wilt configureren.
3. Wijzig de gewenste weergave-instellingen.
U kunt de instellingen voor zowel het computerscherm als het externe beeldscherm wijzigen. U kunt
bijvoorbeeld bepalen welk scherm het hoofdscherm is en welke het secundaire beeldscherm is. U kunt ook
de resolutie en oriëntatie wijzigen.
Opmerking: Als u een hogere resolutie instelt voor het computerbeeldscherm dan voor het externe
beeldscherm, kan slechts een deel van het scherm op het externe beeldscherm worden weergegeven.
22
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
Hoofdstuk 3.Uw computer verkennen
Energie beheren
Gebruik de informatie in dit gedeelte om de beste balans te vinden tussen prestaties en efficiënt
stroomverbruik.
De status en temperatuur van de batterij controleren
De status van de batterij controleren
Het statuspictogram van de batterij
klikken op het icoon om snel de batterijstatus te controleren, het huidige energiebeheerschema te bekijken
en de batterij-instellingen te openen.
De temperatuur van de batterij controleren
Open Lenovo Vantage en volg de aanwijzingen op het scherm om de batterij gegevens te bekijken.
De computer opladen
Netvoeding gebruiken
Wanneer u merkt dat de batterij bijna leeg is, moet u de batterij opladen door uw computer aan te sluiten op
de netvoeding.
of wordt weergegeven in het systeemvak van Windows. U kunt
Het duurt ongeveer vier tot acht uur om de batterij volledig op te laden. Als de voedingsadapter die met uw
computer is meegeleverd, de functie voor snel opladen ondersteunt, wordt de batterij in ongeveer één uur
80% opgeladen wanneer de computer uit staat. De werkelijke oplaadtijd is afhankelijk van de batterijgrootte,
de fysieke omgeving en of u de computer al dan niet gebruikt.
Het opladen van de batterij wordt ook beïnvloed door de temperatuur van de batterij. De aanbevolen
batterijtemperatuur voor het opladen van de batterij ligt tussen 10 °C en 35 °C.
Opmerking: Om de levensduur van de batterij te maximaliseren, begint de computer pas met opladen als
de hoeveelheid resterende energie van de batterij onder de 95% komt.
De P-to-P 2.0 oplaadfunctie gebruiken
De USB-C-aansluiting (USB 3.1 Gen 1) op de computer is voorzien van de Lenovo-unieke P-to-P 2.0
oplaadfunctie, waarmee de ene computer (A) via een USB-C naar USB-C kabel energie kan leveren aan een
andere computer (B) wanneer er geen netvoeding beschikbaar is.
Om de functie te gebruiken, moet u ervoor zorgen dat:
• De geselecteerde aansluitingen de P-to-P 2.0 oplaadfunctie en de functie voor energievoorziening
ondersteunen.
• Het resterend batterijvermogen van computer A ten minste 30% is en 3% hoger is dan dat van computer
B. In dit geval werkt computer A als energievoorziening. Zodra het resterend batterijvermogen van
computer A lager is dan 30%, stopt de levering van energie aan computer B. Om de batterijstatus te
controleren, zie 'De status en temperatuur van de batterij controleren' op pagina 23.
• Als één computer uitgeschakeld of in de slaap- of sluimerstand staat is, schakel dan de functie Always On
USB in in de UEFI BIOS in de computer. U kunt als volgt de functie Always On USB inschakelen:
1. Open het UEFI BIOS-menu. Zie 'Het UEFI BIOS-menu openen' op pagina 31.
2. Klik op Config ➙ USB ➙ Always On USB om de functie Always On USB in te schakelen.
De werkingsduur van de batterij maximaliseren
• Verminder de helderheid van het computerbeeldscherm.
• Schakel de functies voor draadloze communicatie uit wanneer deze niet worden gebruikt.
• Gebruik de batterij totdat deze leeg is.
• Laad de batterij helemaal op voordat u hem gebruikt.
Het gedrag van de aan/uit-knop instellen
U kunt het gedrag van aan/uit-knop aan uw eigen voorkeur aanpassen. Als u bijvoorbeeld op de aan/uit-knop
drukt, kunt u de computer uitschakelen of in de slaap- of de sluimerstand zetten.
De werking van de aan/uit-knop wijzigen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het batterijstatuspictogram in het systeemvak van Windows.
2. Klik op Energiebeheer ➙ Het gedrag van de aan/uit-knoppen bepalen.
3. Breng de gewenste wijzigingen aan in de instellingen.
Het energiebeheerschema instellen
Voor computers die compatibel zijn met ENERGY STAR® wordt het volgende energiebeheerschema van
kracht wanneer uw computers gedurende een bepaalde tijd niet actief zijn geweest:
Tabel 1. Standaard energiebeheerschema (bij aansluiting op de netvoeding)
• Beeldscherm uitzetten na: na 10 minuten
• Computer naar slaapstand: na 30 minuten
De instellingen van uw energiebeheerschema opnieuw instellen om de beste balans te vinden tussen
snelheid en energiebesparing:
1. Klik met de rechtermuisknop op het batterijstatuspictogram en selecteer Energiebeheer.
2. Kies een energiebeheerschema of maak uw eigen energiebeheerschema.
Gegevens overbrengen
Deel snel uw bestanden via de ingebouwde Bluetooth-technologie met apparaten die over dezelfde functie
beschikken. U kunt ook een microSD-kaart gebruiken om gegevens over te brengen.
24
E490/E495/E490s/R490/S3–490 Gebruikershandleiding
Loading...
+ 86 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.