8.5 Het apparaat terugzetten .......................................................................... 47
ii
Hoofdstuk 1: Aan de slag
Hoofdstuk 1: Aan de slag
1.1 Uw apparaat
Voorzijde
Knop
stroomvoorziening
Touch-screen
Webcam
Achterzijde
Lichtsensor
Luidsprekers
1
Luidsprekers
Bovenkant
Volumeknop +/-
Zijkant
Hoofdtelefoon-
aansluiting
Hoofdstuk 1: Aan de slag
DC-aansluiting
Micro-USB-poort
Micro-SD-gleuf
Micro-HDMI-poort
Microfoon
1.2 De geheugenkaart installeren
Uw heeft een MicroSD ®-kaart nodig om foto's, muziek, video's en andere gegevens
op te slaan.
De geheugenkaart installeren
1. Open de kaartafdekking.
2. Steek de MicroSD-kaart in de gleuf zoals afgebeeld.
Zorg ervoor dat de goudkleurige contactpuntjes omlaag
zijn gericht.
De geheugenkaart verwijderen
1. Open de kaartafdekking.
2. Druk om de Micro SD kaart uit de gleuf te werpen.
LET OP: Verwijder de geheugenkaart niet als het apparaat aan staat. Het plotseling
verwijderen van de geheugenkaart kan leiden tot gegevensverlies of een
onvoorspelbaar vastlopen van het systeem.
2
Hoofdstuk 1: Aan de slag
1.3 De accu opladen
De accu is slechts gedeeltelijk opgeladen. Om de accu volledig op te laden, laadt u
deze 5 uur op.
De accu opladen
1. Sluit het ene uiteinde van de netspanningsadapter aan
op de DC (gelijkstroom)-aansluiting van het apparaat.
2. Steek het andere uiteinde van de netspanningsadapter
in het stopcontact en begin met opladen.
Als de accu wordt opgeladen en het apparaat aan staat,
wordt het -pictogram op de statusbalk getoond. Als de
accu volledig is opgeladen en de netspanningsadapter uit
het apparaat wordt verwijderen, wordt het -pictogram op
de statusbalk getoond.
LET OP:
• De accu kan ook worden opgeladen als het apparaat is
aangesloten op een computer met behulp van de micro-USB-kabel.
• Gebruikers moeten de verbinding naar USB-interfaces gebruiken met USB-versie
2.0 of hoger.
1.4 Het apparaat in- en uitschakelen
Na installatie van de geheugenkaart en het opladen van de accu, is het apparaat klaar
om te worden ingeschakeld.
Uw apparaat inschakelen
Druk op de Stroomvoorziening-knop en houd deze ingedrukt totdat het apparaat
begint te trillen.
Uw apparaat uitschakelen
1. Druk op de
Stroomvoorziening
-knop en houd deze gedurende 1 seconde ingedrukt.
3
Hoofdstuk 1: Aan de slag
2. Er verschijnt vervolgens een pop-up venster; tik op OK om te bevestigen.
Uw apparaat in de slaapstand zetten
Om uw apparaat in de slaapstand te zetten, drukt u op de Stroomvoorziening-knop.
Dit zorgt ervoor dat de display uitschakelt.
Om de display in te schakelen, drukt u nogmaals op de Stroomvoorziening-knop.
1.5 Het scherm ontgrendelen
Standaard vergrendelt het scherm automatisch na een inactieve periode. U kunt de
tijdsduur totdat het scherm vergrendelt instellen, zie "Backlight uitschakelen als het
apparaat niet wordt gebruikt" op pagina 45.
Het scherm ontgrendelen
1. Druk op de Stroomvoorziening-knop om de display in te schakelen uit de
slaapstand.
2. Sleep de middencirkel () naar om het scherm te ontgrendelen.
LET OP: Om de webcamfunctie direct te gebruiken, sleept u de middencirkel ()
naar .
4
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
2.1 Home-scherm
Vanuit het Home-scherm heeft u snel toegang tot algemene functies en kunt u
meldingen van ontvangen berichten, de accu- en verbindingstatus bekijken.
Pictogram Opstarten
Tik hierop om de applicaties en
instellingen van het apparaat te bekijken.
Schuif naar
links/rechts
om het
uitgebreide
Home-
Home
Tik hierop om
naar Home
terug te keren.
scherm te
tonen.
Terug
Tik hierop om naar
het vorige scherm
terug te keren.
Recente apps
Tik hierop om recente
applicaties te bekijken.
Statusbalk
Toont status- en
meldingpictogrammen.
Uitgebreid Home-scherm
Schuif uw vinger naar links of rechts langs het Home-scherm.
De twee verlengstukken links en rechts van het Home-scherm bieden meer ruimte
voor pictogrammen, widgets, snelkoppelingen en andere items.
5
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
Statusbalk-pictogrammen
Statusbalk-pictogrammen geven verschillende soorten informatie weer.
De pictogrammen op de statusbalk geven de volgende informatie:
Accupictogram
Bedieningspictogrammen
(Terug/Home/Geschiedenis)
Zie "Home-scherm" op pagina 5.
Picto-
gram
Accu volWi-Fi is aangesloten
Accu bijna leegBluetooth-verbinding actief
Accu bezig met opladenBezig bestand te downloaden
Melding nieuwe e-mailHeadset aangesloten
Apparaat is aangesloten op
PC via USB-verbinding
Omschrijving
Geheugenkaart-
pictogram
Huidige tijd
Picto-
gram
Netwerkpictogram
Omschrijving
FM-radio aan
Tik op de statusbalk en scroll omhoog om meldingen of systeeminformatie
gemakkelijker te bekijken. Om het venster te sluiten, tikt u op .
6
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
Menu snelkoppelingen
Het menu snelkoppelingen stelt u in staat om gemakkelijk toegang tot een applicatie te
krijgen vanuit het Home-scherm. Om een applicatie te openen, tikt u op een pictogram.
Het menu snelkoppelingen aan uw persoonlijke voorkeur aanpassen
Om een snelkoppeling toe te voegen:
1. Tik op .
2. Tik op APPS om de applicaties te tonen.
3. Om een item toe te voegen, sleept u het applicatiepictogram naar het specifieke
Home-scherm.
Om een snelkoppeling te verwijderen:
1. Tik op een applicatiepictogram en houd deze ingedrukt.
2. Sleep het applicatiepictrogram naar om te verwijderen. Het
applicatiepictogram is verwijderd uit het Home-scherm.
7
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
Widgets gebruiken
Bespaar tijd met live updates op het Home-scherm en zorg dat al uw
gepersonaliseerde updates op één plek terecht komen.
U kunt de widgets naar wens aan het Home-scherm toevoegen en personaliseren.
1. Tik vanuit het Home-scherm op .
2. Tik op WIDGETS om de applicaties te tonen.
Alle beschikbare widgets worden getoond.
3. Om een widget toe te voegen, sleept u het widgetpictogram naar het specifieke
Home-scherm.
Om widgets te verwijderen:
1. Tik op de gewenste widget vanuit het Home-scherm en houd deze ingedrukt.
2. Sleep de widget naar om deze van het Home-scherm te verwijderen.
8
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
Applicaties
Tik op om applicaties en apparaatinstellingen te bekijken.
Tik op een
pictogram om
toegang tot
de applicatie
te krijgen.
Achtergrond instellen
U kunt de achtergrond van uw Home-scherm personaliseren met een
standaardachtergrond of met foto's die u met uw apparaat heeft gemaakt.
Achtergrond instellen van Mijn gallerij
1. Tik op het scherm vanuit het Home-scherm en houd dit ingedrukt.
2. Tik op Galerij.
3. Blader door de bestanden. Tik op de foto die u als achtergrond wilt gebruiken.
9
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
4. Sleep uw vinger om het gebied om bij te snijden te kiezen.
5. Tik op BIJSNIJDEN om de bijgesneden foto als achtergrond in te stellen.
Achtergrond instellen van de Live achtergrond-gallerij
1. Tik op het scherm vanuit het Home-scherm en houd dit ingedrukt.
2. Tik op Live achtergronden.
3. Tik om naar de gewenste live achtergrond te bladeren.
4. Tik op Achtergrond instellen om de gewenste live achtergrond in te stellen als
Home-scherm achtergrond.
Achtergrond instellen van de Achtergrond-gallerij
1. Tik op het scherm vanuit het Home-scherm en houd dit ingedrukt.
2. Tik op Achtergronden.
3. Blader door de beschikbare achtergronden.
10
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
4. Tik op Achtergrond instellen om de gewenste achtergrond in te stellen als Homescherm-achtergrond.
2.2 Volume aanpassen
Dit apparaat is voorzien van drie soorten volume die apart kunnen worden aangepast:
•Mediavolume: Stelt het volume in voor muziek, video's, games en andere media.
•Meldingsvolume: Stelt het volume voor meldingen in.
•Alarm volume: Stelt het volume voor alarmen in.
Het volume aanpassen
1. Tik vanuit het Home-scherm op > Instellingen.
2. Tik in APPARAAT op Geluid > Volu me s.
3. Om het volume aan te passen, sleept u de desbetreffende volumeschuif om het
volume aan te passen.
4. Tik op OK om uw instellingen op te slaan.
11
Hoofdstuk 2: Basisbegrippen
2.3 Instellen van Wi-Fi
Dit apparaat ondersteunt uitsluitend Wi-Fi-verbindingen om toegang tot het internet te
krijgen. U moet met een draadloos netwerk verbinden voor het surfen op het internet
of het gebruik van gerelateerde applicaties die een internetverbinding vereisen.
Wi-Fi inschakelen.
1. Tik vanuit het Home-scherm op > Instellingen.
2. Tik in DRAADLOOS EN NETWERKEN op Wi-Fi en zet dit op AAN.
Aansluiten op een Wi-Fi netwerk
1. Zet Wi-Fi aan.
2. De beschikbare netwerken worden getoond. Tik op een netwerk om op aan te
sluiten.
LET OP: U kunt ook tikken op NETWERK TOEVOEGEN om handmatig een
verbinding toe te voegen. Zie "Een Wi-Fi-netwerk toevoegen" op
pagina 13.
3. Als u een niet-beveiligd netwerk kiest, wordt de verbinding automatisch tot stand
gebracht. Ga anders door met de volgende stap.
12
Loading...
+ 35 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.