Lees de kennisgevingen m.b.t. veiligheid en belangrijke tips
included manuals before using your computer.
inde bijgeleverde handleidingen voordat u de computer gebruikt.
Opmerkingen
• Lees eerst de Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo voordat u het
product in gebruik neemt.
• Bij bepaalde instructies in deze handleiding wordt ervan uitgegaan dat u
Windows
®
10 gebruikt. Indien u een ander Windows-besturingssysteem
gebruikt, kunnen bepaalde handelingen wat verschillen. Indien u een ander
besturingssysteem gebruikt, zijn bepaalde handelingen voor u mogelijk niet
van toepassing.
• De meeste modellen beschikken over de functies die in deze handleiding
beschreven worden. Sommige functies zijn mogelijk niet beschikbaar op uw
computer, of uw computer beschikt over functies die niet in deze handleiding
staan beschreven.
• De illustraties in deze handleiding wijken mogelijk af van het eigenlijke
product. Zie het product zelf.
Kennisgeving over veiligheidsvoorschriften
• Raadpleeg voor meer informatie Guides & Manuals op
http://support.lenovo.com.
Opmerking: De gearceerde gebieden geven onderdelen aan die niet extern zichtbaar zijn.
Let op:
• Vouw het beeldscherm nooit verder dan 180 graden open. Zorg dat er bij het sluiten van het
beeldscherm geen pennen of andere objecten tussen het beeldscherm en het toetsenbord
achterblijven. Is dit wel het geval, dan kan het scherm beschadigd raken.
1
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
aGeïntegreerde
Gebruik de webcam voor videocommunicatie.
webcam
bIngebouwde
microfoon
cBeeldscherm
dDraadloze LAN-
antennes
eVentilatiesleuven
Opmerking: Zorg ervoor dat alle ventilatiesleuven vrij zijn. Is dit niet het geval, dan kan de
computer oververhit raken.
fAan/uit-knop
gTouchpad
Legt geluid vast dat kan worden gebruikt voor
videoconferenties, gesproken vertelling of opnemen van
audio.
Het lcd-scherm met led-achtergrondverlichting zorgt voor
een schitterende visuele uitvoer.
Maak een verbinding met de draadloze LAN-adapter om
draadloze radiosignalen te versturen en te ontvangen.
Hierlangs kan de inwendige warmte ontsnappen.
Druk op deze toets om de computer in/uit te schakelen.
Wanneer de computer is ingeschakeld, houdt u deze toets
langer dan 1 seconde ingedrukt om de slaapstand te
activeren. Als u de toets langer dan 4 seconden indrukt,
wordt de computer uitgeschakeld.
Het touchpad werkt als een klassieke muis.
Touchpad: als u de aanwijzer op het scherm wilt
verplaatsen, beweegt u uw vingertop in de gewenste
richting over het touchpad.
Knoppen van het touchpad: de werking van de linker-/
rechterkant stemt overeen met die van de linker-/
rechtermuisknop van een klassieke muis.
Opmerking: U kunt het touchpad inschakelen/uitschakelen door te drukken op F6 ().
2
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Gebruik van het toetsenbord
Sneltoetsen
U kunt bepaalde systeeminstellingen snel oproepen door op de
overeenstemmende sneltoetsen te drukken.
Zet geluid aan/uit.
:
Verlaagt het
:
volumeniveau.
Verhoogt het
:
volumeniveau.
Hiermee kunt u de
microfoon in-/
:
uitschakelen.
Hiermee kunt u de pagina
:
vernieuwen.
Schakelt de touchpad
:
in/uit.
Schakelt de
:
vliegtuigmodus in/uit.
Hiermee kunt u de
:
webcam in-/uitschakelen.
Hiermee kunt u het LCDscherm vergrendelen/
:
ontgrendelen.
Hiermee kunt u schakelen
tussen de externe projector
:
en het scherm van de
laptop.
Verlaagt de helderheid van
:
de display.
Verhoogt de helderheid
:
van de display.
3
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Functietoets-combinaties
U kunt operationele functionaliteiten direct veranderen door het gebruik van
de functietoetsen. Om deze functie te gebruiken, druk op Fn a en houd deze
vast, en druk daarna op een van de functietoetsen b.
a
Het volgende gedeelte omschrijft de functionaliteiten van elke functietoets.
computer of de computer is uit
geschakeld. De batterij is meer dan
20% opgeladen.
Continu oranjeDe batterij is tussen 5% en 20%
opgeladen.
Snel knipperend
oranje
Langzaam
knipperend oranje
Langzaam
knipperend wit
Continu witDe batterij is meer dan 80%
De batterij is tussen 1% en 5%
opgeladen.
De batterij wordt opgeladen. Zodra
de batterij 20% is opgeladen,
verandert de knipperende kleur
naar wit.
De batterij is tussen 20% en 80%
opgeladen en is nog bezig met
opladen. Wanneer de batterij 80%
opgeladen is, knippert het lampje
niet meer.
opgeladen. Het opladen gaat door
tot de batterij volledig opgeladen is.
-
5
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
cHDMI-poort
dUSB 3.0-poort
Opmerking: Meer informatie vindt u onder “USB-apparaten aansluiten” op pagina 7.
e Type C-poort
f Combo
Voor het aansluiten van apparaten met een HDMI-ingang,
zoals een televisie of een scherm.
Maakt verbinding met USB-apparaten.
Type C-poort ondersteunt:
•USB 3.0
•USB 2.0
Sluit headsets aan.
audiocontact
Opmerkingen:
• Het combo audiocontact ondersteunt geen conventionele microfoons.
• De opnamefunctie wordt mogelijk niet ondersteund als hoofdtelefoons of headsets van
derden worden aangesloten, als gevolg van verschillende industriële standaarden.
gAan/uit-statuslampje
LampjeStatus van het
Betekenis
lampje
Aan (continu wit)De computer is ingeschakeld.
Aan/uitstatuslampje
KnipperendDe computer bevindt zich in de
slaapstand.
UitDe computer is uitgeschakeld.
6
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Softwareconfiguratie
Raadpleeg uw internetprovider (ISP) voor meer informatie over het
configureren van uw computer.
USB-apparaten aansluiten
U kunt een USB-apparaat aansluiten op uw computer door de
USBaansluiting (type A) in de USB-poort van uw computer te plaatsen.Uw
computer wordt geleverd met twee USB-poorten die compatibel zijn met
USB-apparaten.
De eerste keer dat u een USB-apparaat in een bepaalde USB-poort op uw
computer steekt, installeert Windows automatisch een
besturingsprogramma voor dat apparaat. Nadat het besturingsprogramma is
geïnstalleerd, kunt u het apparaat afkoppelen en opnieuw aankoppelen,
zonder aanvullende stappen uit te voeren.
Opmerking: Windows detecteerd normaal gesproken een nieuw apparaat nadat het is
aangesloten, en installeert het besturingsprogramma vervolgens automatisch.
Sommige apparaten kunnen echter vereisen dat u het besturingsprogramma
installeert voordat u het aansluit. Controleer de documentatie die is
meegeleverd door de fabrikant van het apparaat, voordat u het apparaat
aansluit.
7
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Voordat u een USB-opslagmedium afkoppelt, zorgt u ervoor dat de
computer gereed is met de overdracht van data naar dat apparaat. Klik op
het icoon Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen in het
notificatieveld van Windows om het apparaat te verwijderen voordat u het
loskoppelt.
Opmerking: Als uw USB-apparaat een stroomsnoer gebruikt, sluit u het apparaat op een
stroombron aan voordat u het op de computer aansluit. Anders wordt het
apparaat mogelijk niet herkend.
Druk terwijl de computer uitgeschakeld is op deze knop
om het System Recovery (Systeemherstel) of het
hulpprogramma voor BIOS-instellingen te starten, of om
het opstartmenu te openen.
Steek hier geheugenkaarten (niet meegeleverd) in.
d
geheugenkaart
Opmerking: Meer informatie vindt u onder “Geheugenkaarten (niet meegeleverd)
gebruiken” op pagina 11.
cUSB 2.0-poort
Opmerking: Als de batterij meer dan 20% opgeladen is, biedt de USB-poort die gemarkeerd
is met
wanneer de computer niet aangesloten is op een voedingsbron.
d
Kensingtonminiveiligheidssleuf
Maakt verbinding met USB-apparaten.
ondersteuning voor het opladen van een extern USB-apparaat, zelfs
Voor het aankoppelen van een mobiele vergrendeling van
Kensington MiniSaver™ (of compatibel).
Bevestig hier een veiligheidsslot (niet bijgeleverd) om uw
computer te beveiligen tegen diefstal en ongeoorloofd
gebruik. U kunt een veiligheidsslot aan uw computer
bevestigen om de kans te verkleinen dat de computer
zonder uw toestemming wordt meegenomen. Raadpleeg
voor meer informatie over het plaatsen van het
veiligheidsslot de instructies bij het gekochte
veiligheidsslot.
9
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Opmerkingen:
• Vergrendeling wordt niet meegeleverd. Kies bij de aankoop van een slot een slot dat
gebruikmaakt van het Cleat™-vergrendelingsmechanisme en controleer de
compatibiliteit ervan met de sleuf voordat u tot de aankoop overgaat. Een slot dat
gebruikmaakt van het T-Bar™-vergrendelingsmechanisme is niet compatibel met de
Kensington-miniveiligheidssleuf.
• Controleer voordat u een beveiligingsproduct aanschaft of het geschikt is voor deze
veiligheidsslotvoorziening.
• U bent zelf verantwoordelijk voor het beoordelen, selecteren en implementeren van sloten
en andere veiligheidsvoorzieningen. Lenovo geeft geen commentaar, oordeel of garantie
met betrekking tot de werking, de kwaliteit of de prestaties van sloten en andere
veiligheidsvoorzieningen.
10
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Geheugenkaarten (niet meegeleverd) gebruiken
Uw computer ondersteunt de volgende soorten geheugenkaarten:
• Secure Digital (SD) kaart
• Secure Digital High Capacity (SDHC) kaart
• SD eXtended Capacity (SDXC) kaart
• MultiMediaCard (MMC)
Opmerkingen:
• Steek uitsluitend één kaart per keer in de sleuf.
• Deze kaartlezer ondersteunt geen SDIO-apparaten (bv. SDIO Bluetooth, enz.).
Een geheugenkaart insteken
Schuif de geheugenkaart erin totdat deze de bodem van de sleuf raakt.
Een geheugenkaart verwijderen
Trek de geheugenkaart voorzichtig uit de geheugenkaartsleuf.
Opmerking: Voordat u de geheugenkaart verwijdert, schakelt u deze uit met behulp van
Windows hardware veilig verwijderen, en laat u de media eruit komen om
gegevensbeschadiging te voorkomen.
U moet het besturingssysteem mogelijk configureren als u het voor het eerst
gebruikt. De onderstaande procedures kunnen deel uitmaken van het
configuratieproces:
• Akkoord gaan met de licentieovereenkomst voor eindgebruikers
Als u in de linkeronderhoek op de Start-knop drukt, wordt het menu Start
weergegeven.
Voer een van de volgende handelingen uit om het startmenu te openen:
• Als u in de linkeronderhoek de Start-knop selecteert, wordt het menu Start
weergegeven.
• Druk op de Windows-toets op het toetsenbord.
13
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken
In het menu Start vindt u onder meer de aan/uit-knop. Als u deze selecteert,
kunt u kiezen om de computer uit te schakelen of opnieuw op te starten, of
om de slaapstand te activeren.
Het menu Start omvat alle geïnstalleerde apps en toont daarnaast ook de
apps die u vaak gebruikt.
Het Actiecentrum
Selecteer het Actiecentrum -pictogram op de taakbalk. Het Actiecentrum
wordt weergegeven.
In het Actiecentrumkunt u belangrijke meldingen van Windows en uw apps
bekijken. U kunt er ook snel algemene instellingen aanpassen.
14
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken
Task View (Taakweergave) op de taakbalk
In Windows 10 kunt u een nieuw bureaublad toevoegen en tussen de
verschillende bureaubladen omschakelen.
Om een nieuw bureaublad toe te voegen, gaat u als volgt te werk:
• Selecteer het pictogram van de Task View (Taakweergave) op de
taakbalk.
• Selecteer Nieuw bureaublad.
Om tussen de bureaubladen te schakelen, selecteert u het pictogram van de
Task View (Taakweergave)
bureaublad.
Het is ook mogelijk om apps te beheren in de multitaskingweergave:
1 Selecteer de knop van de Task View (Taakweergave) om alle geactiveerde
Als u klaar bent met werken op de computer, kunt u de slaapstand activeren
of de computer uitschakelen.
De slaapstand activeren
Activeer de slaapstand op de computer als u er slechts voor een korte tijd van
weg bent.
Als de computer zich in de slaapstand bevindt, kunt u deze snel activeren en
verder gebruiken. Zo kunt u het opstartproces overslaan.
Voer een van de volgende handelingen uit om de slaapstand te activeren:
• Sluit het scherm.
• Druk op de aan/uit-knop.
• Selecteer de Start-knop en selecteer vervolgens Aan/uit → Slaapstand.
Opmerking: Zet uw computer in de slaapstand voordat u deze verplaatst. Als u uw
Doe het volgende om de computer te wekken:
• Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord.
computer verplaatst terwijl de harde schijf draait, kan dit de harde schijf
beschadigen waardoor gegevens verloren gaan.
16
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken
De computer uitschakelen
Schakel uw computer uit als u deze gedurende een lange periode niet zult
gebruiken.
U kunt de computer uitschakelen door een van de volgende handelingen uit
te voeren:
• Selecteer de Start-knop en selecteer vervolgens Aan/uit →Afsluiten.
• Klik met de rechtermuisknop of druk op de Start-knop in de
linkeronderhoek en selecteer Afsluiten of afmelden→Afsluiten.
17
Hoofdstuk 2. Windows 10 gebruiken
Verbinding maken met een draadloos netwerk - - - -
Draadloze verbinding inschakelen
Voer een van de volgende handelingen uit om de draadloze functies te
activeren:
• Selecteer het Actiecentrum-pictogram in het systeemvak en deselecteer
Vliegtuigstand.
•Druk op om de vliegmodus uit te schakelen.
• Selecteer Instellingen→Netwerk en internet→Vliegtuigstand om
de netwerkconfiguratiepagina te openen. Zet vervolgens de schakelaar van
de vliegtuigstand op Uit.
Verbinding maken met een draadloos netwerk
Na het inschakelen van de draadloze functies scant de computer automatisch
naar beschikbare draadloze netwerken. Deze worden vervolgens
weergegeven in de lijst met draadloze netwerken. Om verbinding te maken
met een draadloos netwerk, klikt u op de naam van het netwerk in de lijst en
klikt u vervolgens op Verbinden.
Opmerking: Voor sommige netwerken hebt u een netwerkbeveiligingssleutel of een
wachtwoordzin nodig om verbinding te kunnen maken. Om verbinding te
maken met dit type netwerk, vraagt u de beveiligingssleutel of de
wachtwoordzin op bij de netwerkbeheerder of de internetprovider.
Als u problemen ervaart met het gebruik van het besturingssysteem,
raadpleegt u de Windows Aan de slag -app. Voer de volgende handeling uit
om ze te openen:
• Verplaats de cursor naar de linkeronderhoek en klik op de Start-knop.
Selecteer Aan de slag in Alle apps.
Push-button reset (Eenvoudig herstellen) is een ingebouwde hersteltool
waarmee gebruikers de standaardinstellingen van het besturingssysteem
kunnen herstellen. Door deze tool te gebruiken, blijven de gegevens en
belangrijke aanpassingen behouden zonder dat u eerst een back-up moet
maken.
De volgende functies van Push-button reset (Eenvoudig herstellen) zijn via
meerdere locaties in Windows beschikbaar voor gebruikers:
De computer vernieuwen
U kunt softwareproblemen verhelpen door de standaardconfiguratie
opnieuw te installeren. Met deze functie blijven de gegevens van de
gebruiker, belangrijke instellingen en Windows Store-apps die u eerder
aangekocht hebt via Windows Store behouden.
De computer resetten
U kunt de computer voorbereiden om deze te recyclen of aan iemand anders
te geven. Met deze functie wordt de standaardconfiguratie opnieuw
geïnstalleerd en worden alle gegevens en toepassingen van de gebruiker
hersteld overeenkomstig de originele OOBE (out-of-box-ervaring).
Push-button reset (Eenvoudig herstellen) kan op een van de volgende
manieren gestart worden:
• Novo-knop:
- Schakel de computer uit en wacht minstens vijf seconden. Druk op de
knop Novo en selecteer vervolgens System Recovery (Systeemherstel).
• Instellingen:
- Instellingen→Bijwerken en beveiliging →Systeemherstel→Geavanceerde opstartopties→ selecteer Nu opnieuw opstarten.
Raadpleeg het bestand Windows Help en ondersteuning.
20
Hoofdstuk 3. Herstelsysteem
Bij aankoop van mijn computer was er een exemplaar van Windows
bijgeleverd. Hoe kan ik nagaan of dit exemplaar van Windows
voorgeïnstalleerd werd door Lenovo?
Op de buitenkant van de verpakking van uw computer vindt u een etiket
met informatie over de configuratie ervan. Controleer de informatie naast
OS. Als daar Windows of WIN gedrukt staat, werd het exemplaar van
Windows voorgeïnstalleerd door Lenovo.
Ik heb voorgeïnstalleerde software verwijderd, maar de vrije schijfruimte is
niet gevoelig toegenomen.
Mogelijk is Compact geactiveerd voor het exemplaar van Windows dat op
uw computer draait. Bij computers met een exemplaar van Windows
waarvoor Compact geactiveerd is, is het merendeel van de bestanden van
de voorgeïnstalleerde software geïnstalleerd op de herstelpartitie. Deze
worden niet verwijderd als u de installatie van de software op normale
wijze ongedaan maakt.
Hoe kan ik nagaan of Compact geactiveerd is voor het exemplaar van
Windows dat op mijn computer geïnstalleerd is?
De Compact-technologie is normaal geactiveerd voor exemplaren van
Windows 10 Update die draaien op SSD- of eMMC-computermodellen.
Om dit te controleren voor uw computer,
1 Klik met de rechtermuisknop op de Start-knop in de linkeronderhoek
en selecteer Disk Management (Schijfbeheer).
2 Het programma Disk Management (Schijfbeheer) start.
Als Wim Boot vermeld wordt bij de Windows-partitie (zoals hieronder
afgebeeld), is de Compact-technologie geactiveerd voor uw exemplaar van
Windows.
21
Hoofdstuk 3. Herstelsysteem
Waar vind ik de stuurprogramma's voor de verschillende hardwareonderdelen
van mijn computer?
Als er op uw computer vooraf een Windows-besturingssysteem is
geïnstalleerd, kunt u het installatieprogramma terugvinden op de Cpartitie van de harde schijf. Als u daar niet alle benodigde
stuurprogramma's voor de hardwareonderdelen terugvindt, kunt u deze
downloaden via de website voor klantenondersteuning van Lenovo.
Opmerking: U vindt de recentste stuurprogramma's terug op de ondersteuningswebsite van
Deze paragraaf vermeldt veel gestelde vragen per categorie.
Informatie zoeken
Welke veiligheidsmaatregelen moet ik opvolgen als ik mijn computer
gebruik?
De Lenovo Gids met algemene en veiligheidsinformatie die is meegeleverd bij
uw computer bevat veiloigheidsmaatregelen voor het gebruik van uw
computer. Lees alle voorzorgsmaatregelen en volg ze op bij het gebruik
van uw computer.
Waar kan ik de hardwarespecificaties van mijn computer vinden?
U vindt de hardwarespecificaties voor uw computer terug op de gedrukte
brochures die geleverd zijn bij de computer.
Waar ik informatie over de garantie vinden?
Zie voor de garantie die voor toepassing is voor uw computer, inclusief de
garantieperiode en het soort garantieservice de folder Lenovo beperkte
garantie, die is meegeleverd bij uw computer.
Besturingsprogramma's en vooraf geïnstalleerde software
Waar zijn de installatieschijven voor vooraf geïnstalleerde programma's
(bureaubladsoftware) van Lenovo?
Er worden geen installatieschijven voor vooraf geïnstalleerde software van
Lenovo geleverd bij de computer. Als u vooraf geïnstalleerde software
opnieuw moet installeren, kunt u het installatieprogramma terugvinden
op de D-partitie van de harde schijf (bij bepaalde modellen is dit op de Cpartitie). Als u het installatieprogramma daar niet terugvindt, kunt u het
downloaden via de website voor klantenondersteuning van Lenovo.
Waar kan ik besturingsprogramma's vinden voor de diverse
hardwareapparaten van mijn computer?
Als er op uw computer vooraf een Windows-besturingssysteem is
geïnstalleerd, zet Lenovo de benodigde stuurprogramma's voor de
hardwareonderdelen op de D-partitie van de harde schijf (bij bepaalde
modellen is dit op de C-partitie). U kunt de nieuwste
besturingsprogramma's ook downloaden via de website voor
klantenondersteuning van Lenovo.
23
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing
Hulpprogramma voor BIOS-instelling
Wat is het hulpprogramma voor BIOS-instelling?
Het hulpprogramma voor BIOS-instelling is een op ROM gebaseerde
software. Deze software geeft basiscomputerinformatie door en voorziet
opties voor het instellen van opstartapparaten, beveiliging, hardwaremodi
en andere voorkeuren.
Hoe kan ik het hulpprogramma voor BIOS-instelling?
Het hulpprogramma voor BIOS-instelling:
1 Schakel de computer uit.
2 Druk op de Novo-knop en selecteer vervolgens BIOS Setup (BIOS-
instellingen).
Hoe kan ik de opstartmodus wijzigen?
Er zijn twee opstartmodi: UEFI en Legacy Support (Legacyondersteuning). Om de opstartmodus te wijzigen, start u het
hulpprogramma voor BIOS-instelling en stelt u de opstartmodus in op
UEFI of Legacy Support (Legacy-ondersteuning) in het opstartmenu.
Wanneer moet ik de opstartmodus wijzigen?
De standaardopstartmodus voor uw computer is de UEFI-modus. Indien u
een legacy-besturingssysteem dient op te starten zoals Windows, Linux of
DOS, etc. (dus alle besturingssystemen voor Windows 8) op uw computer,
moet u de opstartmodus veranderen naar Legacy Support (Legacy-ondersteuning). Het legacy-besturingssysteem zoals Windows, Linux of
DOS etc. kan niet worden geïnstalleerd als u de opstartmodus niet wijzigt.
Hulp krijgen
Hoe kan ik contact opnemen met de klantenservice?
Zie "Hoofdstuk 3. Assistentie en service" in Lenovo's Gids met algemene en
veiligheidsinformatie.
Wanneer ik de computer
inschakel, verschijnt er
niets op het scherm.
Wanneer ik de computer
inschakel, verschijnt er een
leeg scherm met een witte
cursor.
Het scherm wordt zwart
terwijl de computer aan
staat.
Slaapproblemen
De kritieke foutmelding van
lage batterij verschijnt, en
de computer schakelt
direct uit.
De computer gaat
onmiddellijk naar de
slaapstand nadat deze is
aangezet.
• Als het scherm zwart is, zorg er dan voor dat:
- De netspanningsadapter is aangesloten op de
computer en het stroomsnoer is ingeplugd in een
functionerend elektrisch stopcontact.
- De computerstroom aan staat. Druk nogmaals op
de Aan/uit-knop ter bevestiging.
• Als deze items goed zijn ingesteld en het scherm
zwart blijft, dient u de computer voor onderhoud aan
te bieden.
• Zet back-upbestanden terug naar uw Windows-
omgeving of herstel de oorspronkelijke inhoud van
de harde schijf met behulp van Push-button reset
(Eenvoudig herstellen). Als er nog steeds alleen een
cursor op het scherm wordt weergegeven, laat u de
computer repareren.
• Uw stroombeheer is ingeschakeld. Voer een van de
volgende acties uit om uit slaapstand te gaan:
- Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord.
-Druk op F9 () om te controleren of de
achtergrondverlichting van het LCD-scherm
uitgeschakeld is.
• De accu is bijna leeg. Sluit de netspanningsadapter
aan op de computer.
• Zorg ervoor dat:
-De accu is opgeladen.
- De bedieningstemperatuur binnen het toegestane
bereik ligt. Zie "Hoofdstuk 2. Informatie" over
gebruik en onderhoud in de Lenovo Gids met algemene en veiligheidsinformatie.
Opmerking: Als de accu is opgeladen en de temperatuur binnen de toegestane waarden ligt,
dient u de computer voor onderhoud aan te bieden.
25
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing
De computer keert niet
terug uit de slaapstand en
de computer functioneert
niet.
• Als uw computer in de slaapstand staat, sluit u de
netspanningsadapter aan op de computer, drukt u
vervolgens op de Windows knop of de aan/uit knop.
• Als het systeem nog steeds niet terugkeert uit de
slaapmodus, uw systeem gestopt is met reageren, en
u de computer niet kunt uitzetten, reset u de
computer. Niet opgeslagen gegevens kunnen
verloren gaan. Om de computer te resetten, houdt u
de Aan/uit-knop acht seconden of langer ingedrukt.
Als de computer nog steeds niet reset, verwijdert u
de netspanningsadapter.
Displaypanel-problemen
Het scherm is zwart. • Doe het volgende:
- Als u de netvoedingsadapter gebruikt of als u de
batterij gebruikt en het statuslampje voor de batterij
brandt, drukt u op F12 (
helderder te maken.
- Als de stroomindicator knippert, drukt u op de
Aan/uit-knop om terug te keren uit de slaapstand.
-Druk op F9 () om te controleren of de
achtergrondverlichting van het LCD-scherm
uitgeschakeld is.
- Als het probleem aanhoudt, volgt u de oplossing
voor het volgende probleem "Het scherm is
onleesbaar of vervormd."
Het scherm is onleesbaar
of
vervormd.
Er verschijnen onjuiste
tekens op het scherm.
• Zorg ervoor dat:
- De schermresolutie en kleurkwaliteit correct zijn
ingesteld.
- Het monitortype correct is.
• Zijn het besturingssysteem of programma's correct
geïnstalleerd? Als ze correct zijn geïnstalleerd en
geconfigureerd, dient u de computer voor
onderhoud aan te bieden.
) om het scherm
26
Hoofdstuk 4. Probleemoplossing
Geluidsproblemen
Er komt geen geluid uit de
luidsprekers terwijl het
volume hoog staat.
• Zorg ervoor dat:
- De functie Mute (stil) uit staat.
- De combo audioconnectie niet in gebruik is.
- Luidsprekers zijn geselecteerd als het
afspeelapparaat.
Accuproblemen
Uw computer gaat uit
voordat de indicator van de
accustatus leeg aangeeft.
-of-
Uw computer werkt nadat
de indicator van de
accustatus leeg aangeeft.
• Laad de accu op.
Andere problemen
Uw computer reageert niet. • Om uw computer af te sluiten, houdt u de Aan/uit-
knop acht seconden of langer ingedrukt. Als de
computer nog steeds niet gereset is, verwijdert u de
netspanningsadapter.
• Uw computer kan vergrendelen als deze naa de
slaapstand gaat tijdens een communicatiehandeling.
Schakel de timer van de slaapstand uit als u op het
netwerk werkt.
Het aangesloten externe
apparaat functioneert niet.
• Sluit geen andere externe apparaatkabels aan of af,
anders de USB, wanneer de computer aan staat.
Anders kunt u uw computer beschadigen.
• Wanneer u externe apparaten met een hoog
energieverbruik aansluit, zoals een extern optisch
station via USB, moet u de netspanningsadapter van
het betreffende externe apparaat gebruiken. Doet u
dit niet, dan wordt het apparaat mogelijk niet
herkend of wordt het systeem uitgeschakeld.
27
Handelsmerken
De volgende termen zijn handelsmerken van Lenovo in België, Nederland en/of
andere landen.
Lenovo
OneKey
Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten, andere landen, of beide.
Andere bedrijfs-, product- en servicenamen zijn mogelijk handelsmerken of
servicemerken van derden.