Lenovo Flex 2 Pro-15 User Guide [nl]

Lenovo Flex 2 Pro-15
Gebruikershandleiding
Lees de veiligheidsaanwijzingen en belangrijke tips in de bijgeleverde handleidingen voordat u uw computer in gebruik neemt.
Inhoud
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer.....................................1
Bovenaanzicht..............................................................................................................1
Zijaanzicht links ..........................................................................................................7
Zijaanzicht rechts ........................................................................................................9
Onderaanzicht ...........................................................................................................13
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken .................................................14
Het besturingssysteem voor het eerst configureren ............................................14
Besturingssysteeminterfaces....................................................................................14
De charms...................................................................................................................15
De slaapstand activeren of de computer uitschakelen........................................17
Touch screen bediening............................................................................................20
Verbinding maken met een draadloos netwerk ...................................................24
Help en ondersteuning.............................................................................................25
Hoofdstuk 3. Lenovo OneKey Recovery-systeem ............................. 26
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen...................................................... 28
Veelgestelde vragen..................................................................................................28
Problemen oplossen..................................................................................................31
Handelsmerken .....................................................................................36
i

Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer

1 2
4
5
6
2
3

Bovenaanzicht - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Opmerking:
Let op:
Vouw het beeldscherm nooit verder dan 300 graden open. Zorg dat er bij het sluiten van
De zones die omkaderd zijn met stippellijnen zijn niet zichtbaar langs de buitenkant.
het beeldscherm geen pennen of andere objecten tussen het beeldscherm en het toetsenbord achterblijven. Is dit wel het geval, dan kan het scherm beschadigd raken.
1
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
a
b
c
d
e
f
Geïntegreerde
Gebruik de webcam voor videocommunicatie.
webcam
Ingebouwde microfoon
Beeldscherm
Draadloze antennes
Touchpad
Opmerking: U kunt het touchpad en de touchpadknoppen in- of uitschakelen door op
Numeriek toetsenblok
De microfoon vangt geluiden op en kan gebruikt worden voor videoconferenties, gesproken commentaar of geluidsopnames.
Zorgt voor een schitterende visuele uitvoer.
Deze maken verbinding met de draadloze adapter om draadloos radio te ontvangen en te versturen.
De touchpad werkt als een conventionele muis.
Touchpad: Om de aanwijzer op het scherm te verplaatsen, schuift u met uw vingertop over de pad in de richting waarin u wilt dat de aanwijzer wordt verplaatst. Touchpad-knoppen: De functies van de linker-/ rechterkant zijn dezelfde als die voor de linker/rechter muisknop op een conventionele muis.
te drukken.
Zie "Het toetsenbord gebruiken" op pagina 3 voor meer informatie.
2
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Het toetsenbord gebruiken
Uw computer heeft een numeriek toetsenblok, sneltoetsen en functietoetsen die zijn opgenomen in het standaard toetsenbord.
Numeriek toetsenblok
Het toetsenbord heeft een afzonderlijk numeriek toetsenblok. Druk op de
Num Lock-toets om het numerieke toetsenblok in of uit te schakelen.
3
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Sneltoetsen
U kunt bepaalde systeeminstellingen snel oproepen door op de overeenstemmende sneltoetsen te drukken.
Hiermee kunt u het geluid dempen / het dempen
:
ongedaan maken.
Het volumeniveau verlagen.
:
De vliegmodus in-/
:
uitschakelen.
Het actieve programma
:
wijzigen.
Hiermee kunt u de
Het volumeniveau verhogen.
:
verlichting van het scherm
:
in-/uitschakelen.
Projecteren naar een
Het actieve venster sluiten.
:
aangesloten
:
scherm.
Het bureaublad of het actieve
:
venster vernieuwen.
Het touchpad en de touchpadknoppen in-/
:
uitschakelen.
Opmerking: Als u de Hotkey Mode (Sneltoetsstand) in het hulpprogramma voor BIOS-
instelling gewijzigd hebt van Enabled (Ingeschakeld) naar Disabled (Uitgeschakeld), moet u tegelijk op de Fn-toets en de gewenste sneltoets drukken.
De helderheid van het beeldscherm
:
verminderen.
Hiermee kunt u de helderheid van het
:
beeldscherm verhogen.
4
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
1
2
2
Combinaties van functietoetsen
Met behulp van de functietoetsen kunt u eenvoudig de bedieningsfuncties
wijzigen. U doet dit door Fn ingedrukt te houden terwijl u een van de
functietoetsen indrukt.
b
a
Hieronder worden de functies van elke functietoets beschreven.
Fn + Home: De pauzefunctie activeren.
Fn + End: De onderbreekfunctie activeren.
Fn + PgUp: Scroll lock in-/uitschakelen.
Fn + PgDn: Het systeemverzoek activeren.
Fn + spatie: De toetsverlichting in-/uitschakelen.
5
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Het scherm positioneren
Notebookmodus
Geschikt voor taken waarvoor een toetsenbord en muis vereist zijn (zoals het aanmaken van documenten, opstellen van e-mails enz.).
Standaardmodus (theatermodus)
Geschikt voor taken waarbij het scherm nagenoeg niet wordt aangeraakt (bv. foto's bekijken of video's afspelen).
Let op:
Open het scherm niet te krachtig. Doet u dit wel, dan kunnen het scherm of de
scharnieren beschadigd raken.
Opmerking: Het toetsenbord en het touchpad worden automatisch vergrendeld indien het
toetsenbordpaneel naar beneden gericht is.
6
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
a
b
c
d
e
f

Zijaanzicht links - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

1
Aansluiting voor
2
Sluit hier de netspanningsadapter op aan.
3 4 5 6
netspannings­adapter
Ventilatiesleuven
Let op:
Zorg ervoor dat alle ventilatiesleuven vrij zijn. Is dit niet het geval, dan kan de
computer oververhit raken.
USB 2.0-poort
Combo-
Hierlangs kan de inwendige warmte ontsnappen.
Sluit hier een USB-apparaat op aan. Zie "USB-apparaten aansluiten" op pagina 8 voor meer informatie.
Voor het aansluiten van een headset.
audioaansluiting
Opmerkingen:
De combo-audioaansluiting ondersteunt geen conventionele microfoons.
De opnamefunctie wordt bij het aansluiten van een hoofdtelefoon of headset van een
andere fabrikant mogelijk niet ondersteund wegens verschillende industriestandaarden.
Geheugenkaart­sleuf
Novo-knop
Opmerking: Zie "Hoofdstuk 3. Lenovo OneKey Recovery-systeem" op pagina 26 voor
meer informatie.
Hier kunt u een geheugenkaart plaatsen (niet meegeleverd). Zie "Geheugenkaarten gebruiken (niet meegeleverd)" op pagina 11 voor meer informatie.
Druk terwijl de computer uitgeschakeld is op deze knop om het Lenovo OneKey Recovery-systeem of het hulpprogramma voor BIOS-instelling te starten, of om het opstartmenu te openen.
7
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
USB-apparaten aansluiten
U kunt een USB-apparaat aansluiten op uw computer door de USB­aansluiting ervan (type A) in de USB-poort van uw computer te plaatsen.
De eerste keer dat u een USB-apparaat op een USB-poort op uw computer aansluit, installeert Windows automatisch een stuurprogramma voor dat apparaat. Nadat het stuurprogramma geïnstalleerd is, kunt u het apparaat loskoppelen en opnieuw aansluiten zonder bijkomende stappen uit te voeren.
Opmerking: Normaal detecteert Windows een nieuw apparaat nadat u het hebt aangesloten
en wordt het bijbehorende stuurprogramma automatisch geïnstalleerd. Voor bepaalde apparaten kan het echter nodig zijn het stuurprogramma te installeren voordat u deze aansluit. Raadpleeg de documentatie van de fabrikant van het apparaat voordat u het apparaat aansluit.
Voordat u een USB-opslagapparaat loskoppelt, moet u ervoor zorgen dat de computer klaar is met het overzetten van gegevens van of naar het apparaat. Klik op het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen in het systeemvak op het Windows-bureaublad om het apparaat te verwijderen voordat u het loskoppelt.
Opmerking: Als uw USB-apparaat een netsnoer gebruikt, dient u dat apparaat aan te sluiten
op een stroombron voordat u het aansluit. Doet u dit niet, dan wordt het apparaat mogelijk niet herkend.
8
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
a
b
c
d
e
f

Zijaanzicht rechts - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Kensington­sleuf
RJ-45-poort
HDMI-poort
USB 2.0-poort
USB 3.0-poort
Aan/uit-knop
Bevestig hier een veiligheidsslot (niet bijgeleverd) om uw computer te beveiligen tegen diefstal en ongeoorloofd gebruik. U kunt een veiligheidsslot aan uw computer bevestigen om de kans te verkleinen dat de computer zonder uw toestemming wordt meegenomen. Raadpleeg voor meer informatie over het plaatsen van het veiligheidsslot de instructies bij het veiligheidsslot dat u gekocht hebt.
Voor het verbinden van de computer met een ethernetnetwerk.
Voor het aansluiten van apparaten met een HDMI-ingang zoals een tv of scherm.
Sluit hier een USB-apparaat op aan. Zie "USB-apparaten aansluiten" op pagina 8 voor meer informatie.
Sluit hier een USB-apparaat op aan. Zie "USB-apparaten aansluiten" op pagina 8 voor meer informatie.
Druk op deze knop om de computer in te schakelen.
Indicator Status van
het lampje
Aan (continu wit)
Aan/uit-
Knipperend De computer bevindt zich
statuslampje
Uit De computer is
5
3
12467
Laadstatus Betekenis
De computer is
ingeschakeld.
in de slaapstand.
uitgeschakeld.
9
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
g
Indicator batterijstatus
Indicator Status van
het lampje
Aan (continu wit)
Continu oranje Ontladen De batterij is tussen 5 % en
Snel knipperend oranje
Langzaam
Indicator
knipperend oranje
batterijstatus
Langzaam knipperend wit
Laadstatus Betekenis
Ontladen De batterij is meer dan 20 %
opgeladen.
20 % opgeladen.
Laden/ Ontladen
Laden De batterij wordt
Laden De batterij is tussen 20 % en
De accu is voor minder dan 5 % opgeladen.
opgeladen. Zodra de batterij 20 % is opgeladen, verandert de knipperende kleur naar wit.
80 % opgeladen en is nog bezig met opladen. Wanneer de batterij 80 % opgeladen is, knippert het lampje niet meer, maar zal het opladen doorgaan tot de batterij volledig is opgeladen.
10
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
b
2
1
Geheugenkaarten gebruiken (niet meegeleverd)
U kunt een netwerkkabel als volgt aansluiten:
1
Houd de stekker van de netwerkkabel vast en duw de RJ-45-klep naar beneden in de richting van de pijl .
2
Steek de stekker in de RJ-45-poort in de richting van pijl .
a
Softwareconfiguratie
Raadpleeg uw internetprovider (ISP) voor meer informatie over het configureren van uw computer.
11
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
Geheugenkaarten gebruiken (niet bijgeleverd)
Uw computer ondersteunt de volgende soorten geheugenkaarten:
• Secure Digital-kaart (SD)
• MultiMediaCard (MMC)
Let op:
Plaats slechts één kaart tegelijkertijd in de sleuf.
Deze kaartlezer biedt geen ondersteuning voor SDIO-apparaten (bv. SDIO Bluetooth
enz.).
Een geheugenkaart plaatsen
Schuif een geheugenkaart naar binnen tot deze op zijn plaats klikt.
Opmerking: Als er een dummykaart bij de computer geleverd is, drukt u op de
dummykaart en verwijdert u deze vooraleer u een geheugenkaart invoert.
Een geheugenkaart verwijderen
Trek de geheugenkaart voorzichtig uit de geheugenkaartsleuf.
Let op:
Stop de werking van de geheugenkaart voordat u deze verwijdert via Hardware veilig
verwijderen en media uitwerpen. Doet u dit niet, dan kunnen de gegevens beschadigd raken.
12
Hoofdstuk 1. Kennismaking met de computer
1
2
a
b

Onderaanzicht - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Ventilatiesleuven
Luidsprekers
Laten lucht de computer binnendringen om deze af te koelen.
Zorgen voor audio-uitvoer.
13

Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken

Het besturingssysteem voor het eerst configureren - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

U moet het besturingssysteem mogelijk configureren als u het voor het eerst gebruikt. De onderstaande procedures kunnen deel uitmaken van het configuratieproces:
• Akkoord gaan met de licentieovereenkomst voor eindgebruikers
• De internetverbinding configureren
• Het besturingssysteem registreren
• Een gebruikersaccount aanmaken

Besturingssysteeminterfaces - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Windows 8.1 beschikt over twee hoofdinterfaces: het Start-scherm en het Windows-bureaublad.
Om over te schakelen van het Start-scherm naar het Windows-bureaublad, onderneemt u een van de volgende acties:
• Selecteer de tegel van het Windows-bureaublad op het Start-scherm.
• Druk op de Windows-toets + D.
Om over te schakelen van het bureaublad naar het Start-scherm, onderneemt u een van de volgende acties:
• Selecteer Starten op de charmsbalk.
• Druk op de Windows-toets .
• Verplaats de cursor naar de linkeronderhoek en klik op de Start-knop.
Start-scherm Bureaublad
14
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken

De charms - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Charms zijn navigatieknoppen die u kunt gebruiken in Windows® 8.1. De charms zijn: Zoeken, Delen, Starten, Apparaten en Instellingen. De charmbalk is het menu dat de charms bevat. De vijf charms bieden een nieuwe en snellere manier om tal van basistaken uit te voeren en zijn altijd beschikbaar, ongeacht de app die momenteel geopend is.
Voer een van de volgende handelingen uit om de charms weer te geven:
• Verplaats de cursor naar de rechterboven- of rechteronderhoek tot de charmbalk wordt weergegeven.
• Druk op de Windows-toets + C.
De charm Zoeken
De charm Zoeken is een krachtige nieuwe manier om instellingen, bestanden, webafbeeldingen, webvideo's enz. te zoeken.
15
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
De charm Delen
Met de charm Delen kunt u koppelingen, foto's en nog veel meer naar uw vrienden en sociale netwerken versturen zonder de geactiveerde app te moeten verlaten.
De charm Starten
Met de charm Starten kunt u snel naar het scherm Start overschakelen.
De charm Apparaten
Met de charm Apparaten kunt u verbinding maken met of bestanden verzenden naar een extern apparaat (bv. apparaten om af te spelen, af te drukken en te projecteren).
De charm Instellingen
Met de charm Instellingen kunt u basistaken uitvoeren, zoals het volume regelen of de computer afsluiten. Via de charm Instellingen kunt u vanaf het bureaubladscherm ook het Configuratiescherm openen.
16
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken

De slaapstand activeren of de computer uitschakelen - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Als u klaar bent met werken op de computer, kunt u de slaapstand activeren of de computer uitschakelen.
De slaapstand activeren
Activeer de slaapstand op de computer als u er slechts voor een korte tijd van weg bent.
Als de computer zich in de slaapstand bevindt, kunt u deze snel activeren en verder gebruiken. Zo kunt u het opstartproces overslaan. Voer een van de volgende handelingen uit om de slaapstand te activeren:
• Sluit het scherm.
• Druk op de aan/uit-knop.
• Open de charms en selecteer vervolgens Instellingen Energie
Slaapstand.
Opmerking: Wacht tot het aan/uit-lampje begint te knipperen (dit betekent dat de
slaapstand geactiveerd is) voordat u uw computer verplaatst. Als u de computer verplaatst terwijl de harde schijf draait, kan de harde schijf schade oplopen, waardoor u gegevens kunt verliezen.
Voer een van de volgende handelingen uit om de computer te wekken:
• Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord.
Opmerking: Als de computer niet geactiveerd wordt na het indrukken van een toets op
het toetsenbord, betekent dit dat de computer overgeschakeld is naar een verbeterde energiebesparingsstand.
• Druk op de aan/uit-knop.
17
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
De computer uitschakelen
Schakel uw computer uit als u deze gedurende een lange periode niet zult gebruiken. U kunt de computer uitschakelen door een van de volgende handelingen uit te voeren:
• Open de charmsbalk en selecteer Instellingen Energie
Afsluiten.
• Klik met de rechtermuisknop op de Start-knop in de linkeronderhoek en selecteer Afsluiten of afmelden Afsluiten.
18
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
• Klik op het Start-scherm op en selecteer Afsluiten.
Opmerking: deze bediening hangt af van uw BIOS-instellingen. Zie het product zelf.
19
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken

Touch screen bediening - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Het displaypanel kan invoer zoals een tablet accepteren, met behulp van het multi-touch screen, of zoals een traditionele notebook computer, met behulp van het toetsenbord en touchpad.
Multi-touch handelingen
U kunt het scherm met een of meer vingertoppen aanraken om een veelheid aan taken uit te voeren.
Veel gebruikte handelingen Uitgevoerde taken
Tik
Tik één keer op een item.
Voert een handeling uit, zoals het opstarten van een app, het openenen van een link, of het uitvoeren van een commando. Gelijk aan het klikken op de linker muistoets.
Indrukken en ingedrukt houden
Duw uw vinger omlaag en laat deze daar gedurende een moment.
20
Stelt u in staat gedetailleerde informatie te zien voordat u een actie kiest. Kan ook een menu met meer opties openen. Gelijk aan het klikken op de rechter muistoets.
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
(vervolg)
Veel gebruikte handelingen Uitgevoerde taken
Zoomfunctie
Beweeg twee vingers samen of los van elkaar terwijl u het scherm aanraakt.
Zoomt in en uit op visuele apps, zoals foto's en landkaarten. Kan ook naar het begin of einde van een lijst springen.
Draaien
Plaats twee of meer vingers op een item en draai vervolgens uw hand.
Schuiven
Sleep uw vinger over het scherm.
Draait een object. (Opmerking: Niet alle items kunnen worden gedraaid, afhankelijk van de app.)
Pant of bladert door lijsten en pagina's. Kan ook een object verplaatsen of worden gebruikt om te tekenen of te schrijven, afhankelijk van de app. Gelijk aan het indrukken en ingedrukt houden om te pannen en te bladeren met een muis.
21
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
(vervolg)
Veel gebruikte handelingen Uitgevoerde taken
Slepen
Begin bij iedere rand van het scherm en sleep vervolgens naar binnen naar het midden.
Het slepen vanaf de bovenkant naar beneden of vanaf de onderkant naar boven geeft een taakbalk weer aan de onderkant van het scherm met app­commando's, inclusief Nieuw, Refresh, en andere commando's.
Als u momenteel een app heeft open staan, kunt u ook:
• Slepen van de bovenrand halverwege omlaag over het scherm zonder uw vinger op te tillen, om die app vast te zetten aan de linker- of rechterkant van het scherm. Dit maakt het mogelijk twee apps tegelijkertijd open te houden in een gesplitst scherm format.
• Sleep continu van de bovenrand recht naar beneden naar de onderrand van het scherm zonder uw vinger los te laten om de momenteel openstaande app af te sluiten.
22
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
(vervolg)
Veel gebruikte handelingen Uitgevoerde taken
Inslepen vanaf de linkerrand kan:
• Een app die momenteel in de achtergrond draait inbrengen en openen.
Als er momenteel meer dan één app draait, kunt u:
• Inslepen vanaf linnks om de app in te brengen en, zonder dat u uw vinger optilt, die app snel terugzetten naar de linkerrand van het scherm. Dit toont een lijst met de apps die momenteel op de achtergrond draaien.
Inslepen vanaf de rechterrand van het scherm toont de charms.
23
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
Verbinding maken met een draadloos netwerk - - - - - -
Draadloze verbinding activeren
Voer een van de volgende handelingen uit om de draadloze functies te activeren:
• Druk op om de vliegmodus uit te schakelen.
• Open de charms en selecteer Instellingen om de
netwerkconfiguratiepagina te openen. Zet vervolgens de schakelaar van de vliegmodus op Uit.

Verbinding maken met een draadloos netwerk

Na het inschakelen van de draadloze functies scant de computer automatisch naar beschikbare draadloze netwerken. Deze worden vervolgens weergegeven in de lijst met draadloze netwerken. Om verbinding te maken met een draadloos netwerk, klikt u op de naam van het netwerk in de lijst en klikt u vervolgens op Verbinden.
Opmerking: Voor sommige netwerken hebt u een netwerkbeveiligingssleutel of een
wachtwoordzin nodig om verbinding te kunnen maken. Om verbinding te maken met dit type netwerk, vraagt u de beveiligingssleutel of de wachtwoordzin op bij de netwerkbeheerder of de internetprovider.
24
Hoofdstuk 2. Windows 8.1 gebruiken
Help en ondersteuning - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -
Als u problemen ervaart bij het gebruik van het besturingssysteem, raadpleegt u het bestand Windows Help en ondersteuning. Voer een van de volgende handelingen uit om het bestand Windows Help en ondersteuning te openen:
• Selecteer de charm Instellingen en selecteer vervolgens Help.
•Druk op F1 of Fn + F1 (afhankelijk van uw toetsenbord). U kunt het bestand Windows Help en ondersteuning op uw computer lezen. U kunt ook hulp en ondersteuning krijgen via het web door te klikken op een van de twee koppelingen onder Meer om te verkennen.
Opmerking: Windows 8.1 biedt daarnaast ook de toepassing Help en tips. Deze toepassing
vindt u terug op het Start-scherm en laat u kennismaken met de nieuwe functies van Windows 8.1.
25

Hoofdstuk 3. Lenovo OneKey Recovery-systeem

Het Lenovo OneKey Recovery-systeem is een programma dat bedoeld is om een back-up te maken van uw computer en deze indien nodig te herstellen. U kunt het gebruiken om de systeempartitie te herstellen naar de oorspronkelijke status in geval van een systeemfout. U kunt ook naar wens gebruikersback-ups aanmaken voor eenvoudig herstel.
Opmerkingen:
Indien op uw computer een ander besturingssysteem dan Windows geïnstalleerd is, is
het OneKey Recovery-systeem niet beschikbaar.
Om de functies van het OneKey Recovery-systeem te kunnen gebruiken, bevat uw harde
schijf standaard reeds een verborgen partitie om een systeemspiegelbeeldbestand en programmabestanden van het OneKey Recovery-systeem op te slaan. Deze standaardpartitie is verborgen wegens veiligheidsredenen en dat is ook de reden waarom de vrije schijfruimte kleiner is dan opgegeven.
Een back-up maken van de systeempartitie
U kunt een back-up maken van de systeempartitie in een spiegelbeeldbestand. Een back-up maken van de systeempartitie:
1
Druk op de Novo-knop om het Lenovo OneKey Recovery-systeem te starten.
2
Ga naar System Recovery (Systeemherstel).
3
Selecteer een locatie voor de back-up en klik op Next (Volgende) om de back-up te starten.
Opmerkingen:
U kunt een locatie voor de back-up kiezen op de lokale harde schijf of op een extern
opslagapparaat.
Verwijder de verwijderbare hardeschijfstation voordat u het Lenovo OneKey Recovery-
systeem start. Anders kan er data vanaf de hardeschijfstation verloren gaan.
Het back-upproces kan even duren.
Het back-upproces kan alleen gebruikt worden wanneer Windows normaal gestart kan
worden.
Herstellen
U kunt kiezen of u de systeempartitie herstelt naar de oorspronkelijke status of naar een eerder gemaakt back-uppunt. De systeempartitie herstellen:
1
Druk op de Novo-knop om het Lenovo OneKey Recovery-systeem te starten.
2
Ga naar System Recovery (Systeemherstel). De computer wordt opgestart in de herstelomgeving.
26
Hoofdstuk 3. Lenovo OneKey Recovery-systeem
3
Volg de instructies op het scherm om de systeempartitie te herstellen naar de oorspronkelijke status of naar een eerder gemaakt back-uppunt.
Opmerkingen:
Het herstelproces is onomkeerbaar. Zorg ervoor dat u een back-up gemaakt hebt van alle
te bewaren gegevens op de systeempartitie vooraleer u het herstelproces start.
Het herstelproces kan even duren. Zorg er dus voor dat de netspanningsadapter
aangesloten is op de computer tijdens het herstelproces.
De bovenstaande instructies kunnen gevolgd worden wanneer Windows normaal gestart
kan worden.
Als Windows niet gestart kan worden, volgt u de onderstaande stappen om het Lenovo OneKey Recovery-systeem te starten:
1
Schakel de computer uit.
2
Druk op de Novo-knop. Selecteer System Recovery (Systeemherstel) in het Novo-knopmenu en druk op Enter.
27

Hoofdstuk 4. Problemen oplossen

Veelgestelde vragen - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

In dit onderdeel vindt u veelgestelde vragen per categorie.
Informatie opzoeken
Welke voorzorgsmaatregelen moet ik nemen bij het gebruik van mijn computer?
De
Gids met algemene en veiligheidsinformatie van Lenovo
computer) bevat voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van uw computer. Lees alle voorzorgsmaatregelen en volg deze bij het gebruik van de computer.
Waar vind ik de hardwarespecificaties voor mijn computer?
U vindt de hardwarespecificaties voor uw computer terug op de gedrukte brochures die geleverd zijn bij de computer.
Waar vind ik informatie over de garantievoorwaarden?
Voor de garantie die van toepassing is op uw computer, inclusief de garantieperiode en het soort garantie, kunt u de brochure met de Lenovo­garantieverklaring raadplegen die bij uw computer werd geleverd.
(geleverd bij de
Stuurprogramma's en vooraf geïnstalleerde software
Waar zijn de installatieschijven voor vooraf geïnstalleerde programma's (bureaubladsoftware) van Lenovo?
Er worden geen installatieschijven voor vooraf geïnstalleerde software van Lenovo geleverd bij de computer. Als u de vooraf geïnstalleerde software opnieuw moet installeren, kunt u het installatieprogramma terugvinden op de C- of D-partitie van uw harde schijf. Als u het installatieprogramma daar niet terugvindt, kunt u het downloaden via de website voor klantenondersteuning van Lenovo.
Waar vind ik de stuurprogramma's voor de verschillende hardwareonderdelen van mijn computer?
Als er op uw computer vooraf een Windows-besturingssysteem is geïnstalleerd, zet Lenovo de benodigde stuurprogramma's voor de hardwareonderdelen op de C- of D-partitie van de harde schijf. U kunt de recentste stuurprogramma's ook downloaden via de website voor klantenondersteuning van Lenovo.
28
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
Lenovo OneKey Recovery-systeem
Waar zijn de herstelschijven?
Er zijn geen herstelschijven geleverd bij uw computer. Gebruik het Lenovo OneKey Recovery-systeem als u de fabrieksinstellingen wilt herstellen voor het systeem.
Wat kan ik doen indien het back-upproces mislukt?
Als u de back-upfunctie kunt opstarten maar het misgaat tijdens het back­upproces, probeert u de volgende stappen:
1
Sluit alle geopende programma's en start het back-upproces opnieuw.
2
Controleer of de doelmedia beschadigd zijn. Selecteer een ander pad en probeer vervolgens opnieuw.
Wanneer moet ik het systeem naar de fabrieksstatus herstellen?
Gebruik deze functie als het besturingssysteem niet opstart. Als er belangrijke gegevens aanwezig zijn op de systeempartitie, moet u hier een back-up van maken voor u de herstelprocedure start.
Het hulpprogramma voor BIOS-instelling
Wat is het hulpprogramma voor BIOS-instelling?
Het hulpprogramma voor BIOS-instelling is een op ROM gebaseerde software. Deze software geeft basiscomputerinformatie door en voorziet opties voor het instellen van opstartapparaten, beveiliging, hardwaremodi en andere voorkeuren.
Hoe kan ik het hulpprogramma voor BIOS-instelling starten?
Om het hulpprogramma voor BIOS-instelling te starten, onderneemt u een van de volgende acties:
Schakel de computer uit. Druk op de Novo-knop en selecteer vervolgens
BIOS Setup (BIOS-instellingen).
Druk tijdens het opstarten op Fn + F2.
Hoe kan ik de opstartmodus wijzigen?
Er zijn twee opstartmodi: UEFI en Legacy Support (Legacy­ondersteuning). Om de opstartmodus te wijzigen, start u het
hulpprogramma voor BIOS-instelling en stelt u de opstartmodus in op
UEFI of Legacy Support (Legacy-ondersteuning) in het opstartmenu.
29
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
Wanneer moet ik de opstartmodus wijzigen?
UEFI is de standaardopstartmodus voor uw computer. Als u een
Windows-legacybesturingssysteem wilt installeren (dit is een besturingssysteem vóór Windows 8) op uw computer, moet u de opstartmodus wijzigen naar Legacy Support (Legacy-ondersteuning). Het Windows-legacybesturingssysteem kan niet geïnstalleerd worden als u de opstartmodus niet wijzigt.
Assistentie
Hoe kan ik contact opnemen met het customer support center?
Zie "Hoofdstuk 3. Assistentie en service" in Lenovo's Gids met algemene en veiligheidsinformatie.
30
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen

Problemen oplossen - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Problemen met het beeldscherm
Wanneer ik de computer inschakel, verschijnt er niets op het scherm.
Wanneer ik de computer inschakel, verschijnt er een leeg scherm met een witte cursor.
Het scherm wordt plots zwart terwijl de computer ingeschakeld is.
Als het scherm leeg is, controleert u of:
- de netspanningsadapter op de computer is aangesloten en de stekker van het netsnoer in een werkend stopcontact is geplaatst.
- de computer is ingeschakeld. (Druk ter controle nogmaals op de aan/uit-knop.)
- Als u de netspanningsadapter of de batterij gebruikt en het statuslampje voor de batterij brandt, drukt u op F12 ( ) om het scherm helderder te maken.
Als u deze punten hebt gecontroleerd en het scherm
nog steeds leeg is, laat u de computer repareren.
Zet back-upbestanden terug naar uw Windows-
omgeving of herstel de oorspronkelijke inhoud van de harde schijf met behulp van het Lenovo OneKey Recovery-systeem. Als er nog steeds alleen een cursor op het scherm wordt weergegeven, laat u de computer repareren.
Mogelijk is een schermbeveiliging of
energiebeheerfunctie geactiveerd. U kunt op de volgende manieren de schermbeveiliging afsluiten of de computer wekken uit de slaapstand:
- Raak het touchpad aan.
- Druk op een willekeurige toets op het toetsenbord.
- Druk op de aan/uit-knop.
-Druk op F9 ( ) om te controleren of de achtergrondverlichting van het lcd-scherm uitgeschakeld is.
- Als het probleem zich blijft voordoen, probeert u de oplossing voor het onderstaande probleem "Het scherm is onleesbaar of vervormd".
31
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
Het scherm is onleesbaar of vervormd.
Er verschijnen verkeerde tekens op het scherm.
Controleer of:
- het juiste beeldschermstuurprogramma is geïnstalleerd.
- de beeldschermresolutie en de kleurkwaliteit correct zijn ingesteld.
- het juiste monitortype is ingesteld.
Hebt u het besturingssysteem of de programma's
correct geïnstalleerd? Als deze software correct is geïnstalleerd en geconfigureerd, laat u de computer repareren.
Problemen met BIOS-wachtwoorden
Ik ben mijn wachtwoord vergeten.
Als u uw gebruikerswachtwoord vergeten bent,
dient u uw systeembeheerder te vragen het wachtwoord te resetten.
Als u uw hardeschijfwachtwoord vergeet, kan het
wachtwoord niet worden gereset en kunnen de gegevens op de harde schijf niet worden hersteld, ook niet door een Lenovo-reparateur. U dient de computer naar een geautoriseerde Lenovo­reparateur of -vertegenwoordiger te brengen om de harde schijf te laten vervangen. Daarvoor is een aankoopbewijs vereist. Er wordt een vergoeding in rekening gebracht voor onderdelen en arbeidsloon.
Als u uw beheerderswachtwoord bent vergeten, kan
dit niet meer worden hersteld, ook niet door een Lenovo-reparateur. U dient de computer naar een geautoriseerde Lenovo-reparateur of ­vertegenwoordiger te brengen om het moederbord te laten vervangen. Daarvoor is een aankoopbewijs vereist. Er wordt een vergoeding in rekening gebracht voor onderdelen en arbeidsloon.
Problemen met de slaapstand
Er wordt een bericht over een kritieke lage batterijspanning weergegeven en de computer wordt onmiddellijk uitgeschakeld.
Het vermogen van de batterij is te laag. Sluit de
netspanningsadapter op de computer aan of vervang de batterij door een volledig opgeladen exemplaar.
32
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
De computer schakelt meteen na de Power-On Self-Test (POST) over naar de slaapstand.
Opmerking: Als de batterij is opgeladen en de temperatuur binnen het bereik is, laat u de
computer repareren.
De computer keert niet terug uit de slaapstand en werkt niet.
Controleer of:
- de batterij is opgeladen.
- de omgevingstemperatuur binnen het acceptabele bereik ligt. Zie "Hoofdstuk 2. Gebruik en onderhoud van de computer" in Lenovo's Gids met algemene en veiligheidsinformatie.
Als de computer in de slaapstand staat, sluit u de
netvoedingsadapter aan op de computer en drukt u vervolgens op een willekeurige toets of op de aan/ uit-knop.
Als de computer nog steeds niet uit de slaapstand
terugkeert, het systeem niet reageert of u de computer niet kunt uitschakelen, moet u de computer resetten. Hierbij kunnen niet-opgeslagen gegevens verloren gaan. Om de computer te resetten, houdt u de aan/uit-knop gedurende minstens 4 seconden ingedrukt.
Problemen met het geluid
Er komt geen geluid uit de luidspreker, ook niet als ik het volume hoger zet.
Controleer of:
- de dempfunctie is uitgeschakeld.
- de combo-audioaansluiting niet wordt gebruikt.
- de luidspreker geselecteerd is als afspeelapparaat.
Problemen met de batterij
De computer wordt uitgeschakeld voordat het statuslampje voor de batterij aangeeft dat de batterij leeg is.
-of-
De computer blijft werken terwijl het statuslampje voor de batterij aangeeft dat de batterij leeg is.
Reset de batterijmeter met behulp van Lenovo
Energy Management (Lenovo-energiebeheer). Als het probleem zich blijft voordoen, vervangt u de batterij door een nieuwe.
33
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
De computer werkt niet terwijl de batterij volledig is opgeladen.
Mogelijk is de piekspanningsbeveiliging in de batterij
actief. Schakel de computer uit en wacht een minuut om de beveiliging te annuleren. Schakel de computer vervolgens weer in.
Problemen met de harde schijf
De harde schijf werkt niet. • Controleer in het menu Boot (Opstarten) van het
hulpprogramma voor BIOS-instelling of het hardeschijfstation aanwezig is in de EFI-lijst.
Overige problemen
De computer reageert niet. • Om de computer uit te schakelen, houdt u de aan/
uit-knop gedurende minstens 4 seconden ingedrukt. Als de computer nog steeds niet reageert, verwijdert u de batterij en ontkoppelt u de netspanningsadapter.
De computer kan vastlopen als de slaapstand wordt
geactiveerd tijdens een communicatiebewerking. Schakel de timer voor de slaapstand uit wanneer u gebruikmaakt van het netwerk.
Ik wil de computer opstarten vanaf een aangesloten apparaat, maar het apparaat wordt niet weergegeven in de lijst met opstartapparaten.
Controleer de instelling voor de opstartmodus in het
hulpprogramma voor BIOS-instelling. Als de Boot Mode (Opstartmodus) ingesteld is op UEFI, dient u ervoor te zorgen dat het apparaat of het medium in het apparaat ondersteuning biedt voor opstarten via UEFI. Als het apparaat of het medium in het apparaat geen ondersteuning biedt voor opstarten via UEFI, stelt u de Boot Mode (Opstartmodus) in op Legacy Support (Legacy-ondersteuning). Als het apparaat nog steeds niet weergegeven wordt in de lijst met opstartapparaten, moet u een ander apparaat of medium kiezen.
34
Hoofdstuk 4. Problemen oplossen
Het aangesloten externe apparaat werkt niet.
Met uitzondering van USB-kabels mag u nooit kabels
van externe apparatuur aansluiten of ontkoppelen terwijl de computer is ingeschakeld, omdat de computer anders beschadigd kan raken.
Wanneer u een extern apparaat met een hoog
energieverbruik aansluit, zoals een extern optisch schijfstation via USB, moet u de netvoedingsadapter bij het betreffende externe apparaat gebruiken. Doet u dit niet, dan wordt het apparaat mogelijk niet herkend of wordt het systeem uitgeschakeld.
35

Handelsmerken

De volgende termen zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Lenovo in België, Nederland en/of andere landen.
Lenovo OneKey
Microsoft en Windows zijn handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Andere bedrijfs-, product- en servicenamen zijn mogelijk handelsmerken of servicemerken van derden.
36
©Lenovo China 2014
nl-NL
Rev. AA00
Loading...