Filling the special salt container26
Filling the rinse-aid container27
Not suitable for the dishwasher28
Arranging crockery , glasses,
etc. in the dishwasher29. . . . . .
fr
Consignes de sécurité44. . . . . .
Présentation de l’appareil45. . .
Installation d’adoucissage46. .
Remplissage du sel spécial47.
Remplissage du liquide de rinçage48
Vaisselle inadéquate49. . . . . . .
Classement de la vaisselle50. .
Détergent52. . . . . . . . . . . . . . . .
nl
Veiligheidsvoorschriften65. . . .
Kennismaking met het apparaat66
Wateronthardingsinstallatie67.
Zout bijvullen68. . . . . . . . . . . . .
Vullen met glansspoelmiddel69
Ongeschikt servies70. . . . . . . .
Serviesgoed sorteren71. . . . . .
Afwasmiddelen73. . . . . . . . . . . .
Index
Sommaire
Inhoud
Detergents31. . . . . . . . . . . . . . .
Programme overview34. . . . . .
Washing dishes35. . . . . . . . . . .
Care and maintenance36. . . . .
Fault finding38. . . . . . . . . . . . . .
Customer Service40. . . . . . . . .
Important information41. . . . . . .
Installation42. . . . . . . . . . . . . . . .
Tableau des programmes55. . .
Laver la vaisselle56. . . . . . . . . .
Nettoyage et entretien57. . . . . .
Détection des pannes59. . . . . .
Appeler le service après-vente61
Remarques62. . . . . . . . . . . . . . .
Installation63. . . . . . . . . . . . . . . .
Programma-overzicht76. . . . . .
Afwassen77. . . . . . . . . . . . . . . .
Schoonmaken en onderhoud78
Opsporing van storingen80. . . .
Inschakelen van de Servicedienst82
Attentie83. . . . . . . . . . . . . . . . . .
Installatie83. . . . . . . . . . . . . . . . .
nl
Veiligheidsvoorschriften
Bij aflevering
Controleer onmiddellijk of de
verpakking en de afwasautomaat
tijdens het transport beschadigd zijn.
Een beschadigd apparaat niet in
gebruik nemen maar contact opnemen
met uw leverancier.
Het verpakkingsmateriaal volgens de
bestaande milieuvoorschriften (laten)
afvoeren.
Bij de installatie
Het apparaat volgens het installatie- en
montagevoorschrift plaatsen en
aansluiten.
Tijdens het installeren mag de
afwasautomaat niet op het lichtnet zijn
aangesloten.
Overtuig u ervan dat het
aardingssysteem van de elektrische
huisinstallatie volgens de geldende
elektrotechnische voorschriften is
geïnstalleerd.
De elektrische aansluitvoorwaarden
moeten overeenkomen met de
gegevens op het typeplaatje van de
afwasautomaat.
Gebruik bij het aansluiten nooit een
verlengkabel.
Voor een goede stabiliteit van het
apparaat mogen integreerbare of
onderbouwapparaten alleen onder een
doorlopend werkblad worden
ingebouwd dat aan de kasten ernaast
is vastgeschroefd.
Na het plaatsen van het apparaat moet
de stekker gemakkelijk te bereiken zijn.
Niet bij alle modellen:
Het kunststof huis aan de wateraansluiting bevat een elektrisch
ventiel. In de toevoerslang bevinden
zich de aansluitingsleidingen. De slang
niet doorsnijden en het kunststof huis
niet in water onderdompelen.
Waarschuwing
Als het toestel niet in een nis staat en
daardoor een zijwand toegankelijk is, dan
moeten de deurscharnieren om
veiligheidsredenen bedekt worden (gevaar
voor verwondingen).
De afdekkingen krijgt u als extra
toebehoren bij de klantendienst of uw
dealer.
Dagelijks gebruik
De afwasautomaat alleen in het
huishouden en voor het aangegeven
doel: het afwassen van huishoudelijk
serviesgoed, gebruiken.
Niet op de geopende deur gaan zitten
of staan. Het apparaat kan kantelen.
Het water in de spoelruimte is geen
drinkwater.
Doe geen oplosmiddel in de
spoelruimte. Kans op explosie!
Tijdens het programmaverloop de deur
alleen voorzichtig openen. Er bestaat
gevaar dat er water uit het apparaat
spuit.
Bij kinderen in het huishouden
Kleine kinderen mogen niet met de
afwasautomaat spelen of deze
bedienen.
Kleine kinderen uit de buurt van
afwasmiddelen en glansspoelmiddelen
houden.
Kleine kinderen uit de buurt van de
geopende afwasautomaat houden. Er
kunnen nog resten afwasmiddel in het
apparaat zijn achtergebleven.
65
nl
Kinderbeveiliging *
* niet bij alle modellen
Bekijk eerst de afbeeldingen in de omslag.
40Kinderbeveiliging inschakelen
( Handgreep voor het openen van de
deur
2 )
41Deur met ingeschakelde
kinderbeveiliging openen
42Kinderbeveiliging uitschakelen
Bij schade
Reparaties mogen alleen door een
vakkundig monteur worden uitgevoerd.
Bij reparaties mag het apparaat niet op
het lichtnet zijn aangesloten. Stekker uit
het stopcontact trekken of de zekering
in de meterkast uitschakelen. Alleen
aan de stekker trekken, niet aan de
aansluitkabel. Kraan dichtdraaien.
Bij het afvoeren van het
apparaat
Afgedankte apparaten onmiddellijk
onbruikbaar maken waardoor
ongevallen worden voorkomen. Stekker
uit het stopcontact trekken,
aansluitkabel doorknippen en de
deursluiting onklaar maken.
Het apparaat volgens de bestaande
milieuvoorschriften (laten) afvoeren.
Waarschuwing
Kinderen kunnen in het toestel ingesloten
raken (verstikkingsgevaar) of in andere
situaties terechtkomen.
Daarom: Stekker uittrekken, netkabel
afsnijden en weggooien. Deurslot zodanig
kapot maken dat de deur niet meer sluit.
Kennismaking met het
apparaat
De afbeeldingen van het
bedieningspaneel en van de binnenkant
van het apparaat zijn op de laatste
uitklapbare bladzijde van deze brochure
afgedrukt. A.u.b. vóór het lezen deze
bladzijde openklappen.
Bedieningspaneel
1Hoofdschakelaar
2Handgreep voor het openen van de
deur
3Indicatie einde van het programma
4Indicatie zout bijvullen *
5Indicatie glansspoelmiddel bijvullen *
6Programmatoetsen
* niet bij alle modellen
Binnenkant van het apparaat
Bovenste servieskorf met etagère
20
Extra bestekkorf voor de bovenste
21
servieskorf *
Bovenste sproeiarm
22
Onderste sproeiarm
23
Zoutreservoir met bijvul-indicatie *
24
Zeven
25
Bestekkorf
26
Onderste servieskorf
27
Vergrendeling
28
Reservoir voor glansspoelmiddel
29
met bijvulindicatie
Afwasmiddelbakje
30
Typeplaatje
31
* niet bij alle modellen
66
Inkopen voordat u het apparaat
voor het eerst in gebruik neemt:
– zout
– afwasmiddel
– glansspoelmiddel
Gebruik enkel producten die geschikt zijn
voor de vaatwasmachine.
nl
Wateronthardingsinstallatie
Voor een goed afwasresultaat heeft de
afwasautomaat zacht water, d.w.z. water
met weinig kalk nodig. Anders zetten zich
witte kalkresten op het serviesgoed en de
binnenkant van de spoelruimte af.
Leidingwater met een te hoge
hardheidsgraad moet voor gebruik in de
afwasautomaat onthard, d.w.z. ontkalkt
worden.
Dit gebeurt met behulp van speciaal zout
in de wateronthardingsinstallatie van de
afwasautomaat.
De instelling en daarmee de benodigde
hoeveelheid zout zijn afhankelijk van de
hardheidsgraad van het leidingwater.
Instellen van de
wateronthardingsinstallatie
Vraag de hardheidsgraad van het water
bij het waterleidingbedrijf of bij de
Servicedienst op.
De juiste instelling vindt u in de tabel
voor de waterhardheid.
Programmatoets B ingedrukt houden
en de hoofdschakelaar
inschakelen. Daarna de toetsen
loslaten.
De indicatie
lampjes bij de toetsen
branden.
(De instelwaarde van de hardheid werd
door de fabriek ingesteld op stand 2.)
Om de instelling te veranderen:
programmatoets
elke druk op de toets wordt de instelling
steeds met één stand verhoogd (0–3).
Als de lampjes boven de toetsen
B en C branden, is de maximale
instelwaarde van de waterhardheid
bereikt.
Als de instelwaarde nu weer verhoogd
wordt, dan gaan de lampjes uit en staat
de instelwaarde van de hardheid weer
op stand 0 (geen enkel lampje boven
de toetsen brandt).
Hoofdschakelaar 1 uitschakelen. De
ingestelde waarde is in het geheugen
opgeslagen.
Om de onthardingsinstallatie te regeneren
is ca. 4 liter water nodig. Hierdoor wordt
het waterverbruik per afwasprogramma –
afhankelijk van de instelling voor de
waterhardheid – met 0 tot 4 liter verhoogd.
4 knippert en de
1
A en B
B indrukken. Bij
A ,
Tabel voor de waterhardheid
_dh_Clarke mmol/
0–6
7–16
17–21
22–35
_fH
0–11
12–29
30–37
38–60
0–8
9–20
21–26
27–44
0–1,1
1,2–2,9
3,0–3,7
3,8–6,2
ABC
l
Reset
0
1
2
3
67
nl
Zout bijvullen
Werking van het zout
Tijdens het afwassen wordt het zout
automatisch uit het zoutreservoir in de
wateronthardingsinstallatie gespoeld
waar de kalk wordt opgelost.
De kalkhoudende oplossing wordt uit de
afwasautomaat gepompt. Daarna
functioneert het onthardingssysteem weer.
Het regenereren functioneert alleen als het
zout in het water is opgelost.
De schroefdop van het voorraadreservoir
24 openen.
Voordat u het apparaat voor het eerst in
gebruik neemt: ca. 1 l water in het
zoutreservoir gieten.
De meegeleverde trechter in de
vulopening zetten.
Daarna zoveel zout toevoegen tot het
zoutreservoir vol is (maximaal 1,5 kg).
Als u het reservoir met zout vult, dan wordt
het water verdrongen en loopt weg.
Verwijder vervolgens de zoutresten rond
de vulopening en sluit het reservoir zonder
het deksel er schuin op te draaien.
De indicatie zout bijvullen 4 op het
bedieningspaneel brandt eerst en gaat na
enige tijd uit als zich een voldoende
zoutconcentratie heeft gevormd.
Bij instelling op ’0’ moet u geen
regenereerzout gebruiken
omdat er tijdens het afwassen
geen zout gebruikt wordt.
Bij instelling op ’1’ tot ’3’ moet
het zoutreservoir met zout
worden gevuld.
Attentie!
Het zoutreservoir nooit met
afwasmiddel vullen. Hierdoor
gaat de onthardingsinstallatie
kapot.
Indicatie zout bijvullen
Zodra de indicatie zout bijvullen 4 op
het bedieningspaneel brandt, moet u zout
bijvullen.
68
Loading...
+ 16 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.