Kuppersbusch EEBD 6600.1 Instruction Manual [nl]

Page 1
db_orfhp^^ktfgwfkd
гЙн=гзен~ЦЙ~~епбатбеЦЙе
bb_a=SSMMKN
073295_R61
J771.036-0
Page 2
Veiligheidsvoorschriften
Het toestel voldoet aan de erkende technische regels en de desbe­treffende veiligheidsvoorschriften. Om schade en ongevallen te vermijden moet het toestel evenwel op deskundige wijze worden gebruikt. Neem de aanwijzingen in deze bedieningshandleiding in acht.
In overeenstemming met IEC 60335-1 geldt als voorschrift:
telijke vermogens of wegens hun onervarenheid of onkunde niet in staat zijn het toestel op een veilige manier te gebruiken, mogen dit toestel slechts gebruiken onder toezicht of met de hulp van een persoon die voor de veiligheid verantwoordelijk is.
Voor de eerste ingebruikneming
Het toestel mag uitsluitend volgens de aparte installatiehandleiding worden
gemonteerd en op de netstroom worden aangesloten. Laat de benodigde werkzaamheden uitvoeren door een erkende installateur/elektricien.
Verwerk het verpakkingsmateriaal volgens de plaatselijke voorschriften.Voordat u het pas geïnstalleerde toestel voor de eerste keer gebruikt, dient
u kennis te nemen van de instructies onder 'Eerste ingebruikneming'.
Stel de gewenste persoonlijke instellingen in.
2
Page 3
… Veiligheidsvoorschriften
Reglementair gebruik
Het toestel is bedoeld voor de bereiding van gerechten thuis. In de
kookruimte mag in geen geval bv. geflambeerd of met veel vet gebakken worden. Bij gebruik voor andere doeleinden of verkeerde behandeling bestaat er geen aansprakelijkheid voor eventuele schade.
Gebruik het toestel nooit voor het drogen van dieren, textiel en papier!Niet gebruiken om een ruimte te verwarmen of te bevochtigen.Het toestel mag slechts bij omgevingstemperaturen van 5 °C tot 35 °C
ingebouwd en gebruikt worden. Bij vorstgevaar kan het restwater in de pompen aanvriezen en deze beschadigen.
Uitsluitend de bij dit toestel meegeleverde kernthermometer mag worden
gebruikt.
Reparaties, wijzigingen of manipulaties aan of in het toestel, in het bijzon-
der aan stroomgeleidende onderdelen, mogen uitsluitend door de fabrikant, de klantendienst of een gelijk gekwalificeerd persoon worden uitgevoerd. Ondeskundige reparaties kunnen leiden tot zware ongevallen, schade aan het toestel en de inrichting, alsook tot gebruiksstoringen. Neem bij een storing aan het toestel of in geval van een reparatieopdracht de aanwijzingen in het hoofdstuk 'Reparatieservice' in acht. Wendt u zich indien nodig tot onze klantendienst.
Er mogen uitsluitend originele vervangingsonderdelen worden gebruikt.Bewaar de bedieningshandleiding zorgvuldig, zodat u deze te allen tijde
kunt raadplegen. Geef deze handleiding, alsook de installatiehandleiding, samen met het toestel door wanneer u het verkoopt of aan derden afstaat. De nieuwe eigenaar kan zich zo van de juiste bediening van het toestel en van de betreffende aanwijzingen op de hoogte stellen.
3
Page 4
… Veiligheidsvoorschriften
Bij kinderen in de huishouding
Verpakkingsonderdelen bijv. folie en piepschuim kunnen gevaarlijk zijn
voor kinderen. Verstikkingsgevaar! Houd verpakkingsonderdelen uit de buurt van kinderen.
Het toestel is bedoeld voor gebruik door volwassenen die kennis hebben
van de inhoud van deze bedieningshandleiding. Kinderen herkennen vaak de gevaren niet die door de omgang met elektrische apparaten ontstaan. Zorg voor het nodige toezicht en laat kinderen niet met het toestel spelen – ze zouden zich kunnen verwonden.
Gebruik de mogelijkheid van de kinderbeveiliging.
Gebruik
Als het toestel zichtbare beschadigingen vertoont, neem het dan niet in
gebruik en wendt u zich tot onze klantendienst.
Zodra er een functiestoring wordt ontdekt, moet het toestel van het
stroomnet worden losgekoppeld.
Zorg ervoor dat aansluitkabels van andere elektrische apparaten niet
tussen de toesteldeur ingeklemd raken. De elektrische isolatie kan worden beschadigd.
Als de aansluitleiding van het toestel is beschadigd, moet deze door de
klantendienst worden vervangen om gevaren te vermijden.
Kijk voor het sluiten van de toesteldeur na of er zich geen vreemde
voorwerpen of huisdieren in de kookruimte bevinden.
Bewaar geen voorwerpen in de kookruimte die bij onbedoelde inschake-
ling een gevaar kunnen vormen. Bewaar geen levensmiddelen en geen hittegevoelige of brandgevaarlijke materialen, bv. reinigingsmiddelen, bakovensprays, etc. in de kookruimte of in de toestel-/verwarmingslade.
Houd bij het grillen de toesteldeur gesloten. Door de hitte kan anders
schade aan bedienings- en display-elementen of aan de zich daarboven bevindende inbouwkast ontstaan.
4
Page 5
… Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig: verbrandingsgevaar!
Het toestel wordt bij gebruik zeer heet.Bij garen en bakken ontstaat hitte. De toesteldeur, met name het glas, kan
heet worden. Verbrandingsgevaar: niet aanraken, houd kinderen op afstand!
Bij het openen van de toesteldeur kunnen stoom en waterdruppels uit de
kookruimte ontsnappen. Als zich stoom in de kookruimte bevindt, reik er dan niet met de handen in.
Het verhitte toestel blijft na het uitschakelen nog langere tijd heet en koelt
slechts langzaam tot kamertemperatuur af. Wacht totdat het toestel is afgekoeld voordat u bijvoorbeeld begint met reinigen.
Oververhitte vetten en oliën kunnen gemakkelijk vlam vatten. Het verhitten
va n olie in de kookruimte voor het aanbraden van vlees is gevaarlijk en niet toegestaan. Probeer nooit brandende olie of brandend vet met water te blussen. Ontploffingsgevaar! Smoor een brand met een brandblusdeken en houd deuren en ramen gesloten.
Verhitte levensmiddelen mogen niet met sterke drank (cognac, whisky,
jenever, etc.) worden overgoten. Ontploffingsgevaar!
Laat het toestel niet onbewaakt achter wanneer u kruiden, brood, padden-
stoelen, etc. droogt. Bij overmatige uitdroging bestaat brandgevaar.
Houd de toesteldeur gesloten en onderbreek de stroomtoevoer wanneer u
rook door een vermoedelijke brand in het toestel of in de kookruimte waarneemt.
Toebehoren zoals rooster, platen, etc. worden in de kookruimte heet.
Gebruik beschermingshandschoenen of pannenlappen.
5
Page 6
… Veiligheidsvoorschriften
Voorzichtig: verwondingsgevaar!
Zorg ervoor dat niemand met de vingers in de deurscharnieren grijpt. Er
bestaat verwondingsgevaar bij het bewegen van de toesteldeur. Wees met name voorzichtig in de aanwezigheid van kinderen.
Laat de toesteldeur in geopende stand staan. Bij geopende toesteldeur
bestaat struikel- en beknellingsgevaar! Niet op de toesteldeur zitten of steunen en de toesteldeur niet als platform gebruiken.
Schade aan het toestel vermijden
Sla de toesteldeur niet dicht.Plaats bakvormen, gaarplaten, etc. niet direct op de bodem van de
kookruimte.
Leg geen beschermende folie of aluminiumfolie op de bodem van de
kookruimte. Dit leidt tot schade aan het toestel.
Het snijden met messen of snijwieltjes in de roestvrijstalen plaat, de
originele koekplaat en de geperforeerde roestvrijstalen plaat veroorzaakt zichtbare beschadigingen.
Gebruik de originele koekplaat niet bij het stomen.Schuif bij het stomen de roestvrijstalen plaat onder de geperforeerde
roestvrijstalen plaat of het rooster, om stukken voedsel en condensaat op te vangen.
Gebruik geen voorwerpen in de kookruimte die kunnen roesten.Laat de kookruimte drogen en de toesteldeur in geopende stand staan
totdat de kookruimte is afgekoeld, om corrosie te vermijden.
Zorg er bij het reinigen voor dat er geen water in het toestel dringt. Gebruik
een ietwat vochtige doek. Spuit het toestel nooit van binnen of van buiten met water af. Gebruik geen stoomreiniger. Binnendringend water veroor­zaakt schade.
6
Page 7
Inhoud
Veiligheidsvoorschriften 2
Voor de eerste ingebruikneming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Reglementair gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
Bij kinderen in de huishouding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Beschrijving van het toestel 10
Opbouw . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Bedienings- en display-elementen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Kookruimte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Toebehoren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Bediening 16
Eerste ingebruikneming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Voorbeeld . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Waterreservoir vullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Gebruikswijze kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Gebruikswijze wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Kookruimtetemperatuur kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Kookruimtetemperatuur controleren / wijzigen . . . . . . . . . . 20
Uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Waterreservoir leegmaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Persoonlijke instellingen 23
Kinderbeveiliging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Tijd-display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Geluidssignaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Waterhardheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Temperatuureenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Tijdnotatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Fabrieksinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
7
Page 8
… Inhoud
Klokfuncties 28
Klok instellen en wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Timer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Inschakeltijdsduur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Uitgestelde start . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Gebruikswijzen 34
Snel opwarmen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Kernthermometer 41
Kerntemperatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Malsgaren 44
Insteltips 47
Regenereren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Professioneel bakken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Hete lucht vochtig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 53
Bakken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Richtwaarden grillen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Richtwaarden braden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Malsgaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Richtwaarden kerntemperaturen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Richtwaarden werken met lage temperatuur . . . . . . . . . . . . 61
Drogen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Tips en trucs 63
Energie sparen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Verzorging en onderhoud 68
Buitenkant reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Toesteldeur reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 69
Draagrooster uitnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Deurpakking vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Toebehoren reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Kookruimte reinigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Ontkalken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Gloeilampen vervangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
8
Page 9
… Inhoud
Storingen zelf verhelpen 75
Wat te doen als ... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75
Na een stroomonderbreking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
Toebehoren en vervangingsonderdelen 82
Technische gegevens 84
Verwerking 86
Montage-instructies voor gespecialiseerd personeel 87
Elektriciteit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Inbouwmaten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
Inbouw in de keukenmeubels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
Overzicht van de trefwoorden 89
Korte handleiding 92
9
Page 10
Beschrijving van het toestel
Opbouw
1 2
3 4
5
6
1 Bedienings- en display-elementen 2 Deur voor waterreservoir (incl. aanwijzingen) 3 Ventilatieopening 4 Deurgreep 5 Toesteldeur 6 Toestel-/verwarmingslade *
* modelafhankelijk
10
Page 11
… Beschrijving van het toestel
Bedienings- en display-elementen
Toetsen
Displays
14:15
Verlichting Timer
Kookruimte-/ kerntemperatuur
Gebruikswijze Uit
Instelknop
Temperatuur
Klok, inschakeltijdsduur, uitschakeltijd, timer, etc.
200 c
Klok, inschakeltijdsduur, uitschakeltijd
Symbolen
Kookruimtetemperatuur Inschakeltijdsduur
Kerntemperatuur Uitschakeltijd
Timer Klok
Gebruikswijzen
* modelafhankelijk
11
Page 12
… Beschrijving van het toestel
Kookruimte
Er mag geen beschermingsinzetstuk of aluminiumfolie op de bo­dem van de kookruimte worden gelegd.
7
6
5
4
8
9
5
3
4 3
2
2
1
10
11
1
1 Toesteldeur 7 Kookruimtetemperatuursensor 2 Deurpakking 8 Contactbescherming grill/ bovenhitte 3 Heteluchtventilator 9 Grill / Bovenhitte 4 Schroefmoer 10 Niveaus met indicatie 5 Verlichting 11 Stekkerbus voor kernthermometer 6 Kookruimteventilatie
12
De onderhitte bevindt zich onder de bodem van de kookruimte.
Page 13
… Beschrijving van het toestel
Toebehoren
Roestvrijstalen plaat
Bakvorm voor plaatkoek en koekjesDient als opvangschaal in combinatie met het
rooster of de geperforeerde roestvrijstalen plaat.
Het snijden met messen of snijwieltjes in de
roestvrijstalen plaat veroorzaakt zichtbare beschadigingen.
Het bij het bakken niet ten dele bedekken van de
roestvrijstalen plaat kan leiden tot vervormingen. Dit is een normaal verschijnsel. Bij het afkoelen zal de oorspronkelijk vorm terugkeren.
Schuif de «afschuining» 1 van de roestvrijstalen
plaat altijd volledig tot de achterwand van de kookruimte.
Niet geschikt voor de gebruikswijzen en .
Gebruik de roestvrijstalen plaat uitsluitend in de
normale gebruiksstand en niet ondersteboven.
Originele koekplaat
Bakvorm voor plaatkoek en koekjesHet snijden met messen of snijwieltjes in de
originele koekplaat veroorzaakt zichtbare beschadigingen.
Het bij het bakken niet ten dele bedekken van de
originele koekplaat kan leiden tot vervormingen. Dit is een normaal verschijnsel. Bij het afkoelen zal de oorspronkelijk vorm terugkeren.
Schuif de «afschuining» 1 van de originele koek-
1
plaat altijd volledig tot de achterwand van de kook­ruimte.
Niet geschikt voor de gebruikswijzen , ,
en + .
Gebruik de originele koekplaat uitsluitend in de
normale gebruiksstand en niet ondersteboven.
13
Page 14
… Beschrijving van het toestel
Rooster
Niveau voor braadgerei en bakvormenNiveau voor vlees, diepvriespizza, etc.
Voor het afkoelen van gebak
Bij het bereiden van diepvriesbroodjes en quiche
A bakpapier op het rooster leggen of een ronde koekplaat gebruiken.
Roestvrijstalen plaat geperforeerd
Voor het garen van verse of diepgevroren groente,
vlees en vis
Als niveau voor flanvormpjes, steriliseerglazen, etc.Voor het verwijderen van sap uit bessen, vruchten,
etc.
Het snijden met messen of snijwieltjes in de
geperforeerde roestvrijstalen plaat veroorzaakt zichtbare beschadigingen.
Niet geschikt voor de gebruikswijzen en .
14
Schuif bij het stomen de roestvrijstalen plaat onder de geperforeerde roestvrijstalen plaat, om stukken voedsel en condensaat op te vangen.
Kernthermometer met rechte handgreep
De kernthermometer is geschikt voor de meting van temperaturen in levensmiddelen in een bereik van 30 °C tot 99 °C.
Zodra de ingestelde kerntemperatuur is bereikt,
schakelt het toestel automatisch uit. Geschikte kerntemperaturen worden in de 'Insteltips' beschreven. De kernthermometer kan ook alleen worden gebruikt voor het meten van de kerntemperatuur. De gebruikswijze moet in dit geval handmatig worden uitgeschakeld.
Deze kan bij alle gebruikswijzen worden gebruikt.
Page 15
… Beschrijving van het toestel
Waterreservoir met deksel
Vul uitsluitend met vers, koud drinkwater.Er mag geen gedemineraliseerd (gefilterd) of
gedestilleerd water worden gebruikt.
De volgende toebehoren worden niet meegeleverd.
Gaarplaat geperforeerd
Voor het garen van verse of diepgevroren groente,
vlees en vis
Verkrijgbaar in twee verschillende hoogten
Gaarplaat ongeperforeerd
Voor het garen van vlees, vis, zuurkool, rijst, gierst,
graanproducten, ingeweekte peulvruchten, kikkererwten, etc.
Verkrijgbaar in drie verschillende hoogten
Rolschuif
Voor het veilig verwijderen van een of meer platen
of roosters, bv. voor het overgieten van braadvlees of het verwijderen van bakvormen
15
Page 16
Bediening
De gebruikswijze, de kookruimte- en kerntemperatuur, de inschakeltijdsduur, de uitschakeltijd en verschillende andere functies kunnen worden geselec­teerd door de betreffende toets eenmalig of meermaals in te drukken.
Het symbool van de geselecteerde functie brandt of knippert.In de betreffende digitale display knippert een voorstel.Door aan de instelknop te draaien wordt de instelling gewijzigd.Door op de instelknop te drukken wordt de instelling bevestigd of
het toestel neemt de instelling automatisch over na 10 seconden.
Verdere instellingen of wijzigingen kunnen te allen tijde worden uitgevoerd.Door de toets in te drukken schakelt het toestel uit.
16
Page 17
… Bediening
Eerste ingebruikneming
Voordat u het pas geïnstalleerde toestel voor de eerste keer gebruikt, moeten de volgende stappen worden uitgevoerd:
A Verwijder verpakkings- en transportmaterialen uit de kookruimte.
A Als in de rechter digitale display knippert, draai dan aan de instel-
knop en stel de klok in.
A Door op de instelknop te drukken kan van uren naar minuten
worden gesprongen.
A Door te draaien kunnen de uren of de minuten worden ingesteld.
A Door op de instelknop te drukken wordt de instelling
bevestigd of het toestel neemt de instelling automatisch over na 10 seconden.
A Reinig de kookruimte en de toebehoren..
Pas eventueel de waterhardheid aan in de persoonlijke instellingen.
A Verwarm de lege kookruimte (zonder rooster , platen, etc.) met gebruikswij-
ze bij 210 °C ca. 30 minuten.
17
Page 18
… Bediening
Voorbeeld
Bij bakken en garen ontstaat hitte. Verbrandingsgevaar! Gebruik beschermingshandschoenen of pannenlappen. Houd kinderen uit de buurt.
In de tabellen van de 'Insteltips' staat:
˚C
min.
Brood 200–210 nee 2 40–50
A Leg het gevormde broodde eg op de me t bakp apier bedekt e roestvrijstale n
plaat en laat het nog even rijzen.
A Schuif de roestvrijstalen plaat op niveau 2 in de koude kookruimte.
Waterreservoir vullen
Vul het waterreservoir uitsluitend met vers, koud drinkwater. Er mag geen gedemineraliseerd (gefilterd) of gedestilleerd water worden gebruikt.
A Vul het waterreservoir tot aan de markering «1,25» «liter» met vers, koud
drinkwater en schuif het in het hiervoor bedoelde vak.
Bij de gebruikswijzen , , , en + moet het gevulde
waterreservoir zich in het hiervoor bedoelde vak bevinden.
Bij de gebruikswijzen , , , + , en kan het reser-
voir in het vak blijven zonder dat hierdoor het resultaat wordt beïnvloed.
18
Page 19
… Bediening
Bijvullen van water
De inhoud van het waterreservoir is normaal voldoende voor een keer garen.
Als water moet worden bijgevuld:
A Vul het waterreservoir met maximaal 0,5 l water, zodat bij het terugpompen
het water niet overloopt.
Gebruikswijze kiezen
A Kies gebruikswijze .
– In de linker digitale display knippert de voorgestelde temperatuur. – De symbolen en knipperen.
De voorgestelde temperatuur betreft de temperatuur in de hetelucht­fase. De temperatuur van de stoomfase is vooraf ingesteld.
Gebruikswijze wijzigen
De ingestelde gebruikswijze kan tijdens het gebruik niet worden gewijzigd.
A Druk toets in.
– De ingestelde gebruikswijze wordt beëindigd.
A Kies een nieuwe gebruikswijze door de toets in te drukken.
19
Page 20
… Bediening
Kookruimtetemperatuur kiezen
A Draai aan de instelknop en stel de gewenste temperatuur in.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Bij de gebruikswijzen , , , , + en + klinkt bij het bereiken van de ingestelde kookruimtetemperatuur een enkel geluidssignaal.
Kookruimtetemperatuur controleren / wijzigen
De ingestelde kookruimtetemperatuur kan worden gecontroleerd of gewijzigd.
A Druk toets in.
– In de linker digitale display knippert de ingestelde
kookruimtetemperatuur.
– Het symbool knippert.
A Door aan de instelknop te draaien kan de kookruimtetemperatuur
worden gewijzigd.
20
Page 21
… Bediening
Uitschakelen
A Druk toets in.
– De symbolen en worden donker. – Bij alle gebruikswijzen met stoom kan aan het einde stoom worden
afgebouwd.
– Tijdens de stoomafbouw wordt er gedurende ca. 1 minuut gedoseerd
stoom uit de kookruimte aan de omgeving afgegeven. Hierdoor wordt voorkomen dat er veel stoom ontsnapt bij het openen van de toesteldeur.
– De koelingsventilator kan verder draaien.
Het toestel is uitgeschakeld als er geen symbolen meer oplichten.
Gerecht uitnemen
Bij het openen van de toesteldeur kan hete stoom resp. hete lucht uit de kookruimte ontsnappen. Verbrandingsgevaar! Het toebehoren is heet. Verbrandingsgevaar! Gebruik bescher­mingshandschoenen of pannenlappen.
Het brood is klaar wanneer er een holle klank te horen is als u op de onder­kant klopt.
A Neem het gebakken brood uit de kookruimte.
A Leg het op het rooster voor het afkoelen.
A Condensaat en stukken voedsel in de kookruimte moeten – na ieder
garingsproces met stoom – volledig gedroogd c. q. verwijderd worden.
A Laat de toesteldeur in geopende stand staan totdat de kookruimte is
afgekoeld, om corrosie te vermijden.
21
Page 22
… Bediening
Waterreservoir leegmaken
Het water in het waterreservoir kan heet zijn. Verbrandingsgevaar!
Het restwater wordt na het uitschakelen van het toestel in het waterreservoir teruggepompt.
A Verwijder, ledig en droog het waterreservoir na het terugpompen van het
water.
Uit veiligheidsoverwegingen wordt het restwater pas afgepompt wanneer het onder 80 °C is gedaald. Het is altijd mogelijk een gebruikswijze opnieuw te starten.
22
Page 23
Persoonlijke instellingen
U kunt de instellingen aanpassen.
A Houd de instelknop 5 seconden ingedrukt.
A Kies de instelling door aan de instelknop te draaien en bevestig de
instelling door op de instelknop te drukken.
Na een stroomonderbreking blijven de instellingen behouden.
23
Page 24
… Persoonlijke instellingen
Mogelijke instellingen
A Houd de instelknop 5 seconden ingedrukt.
Kinderbeveiliging
Tijd-display
Geluidssignaal
Verlichting
Waterhardheid
Temperatuureenheid
uit *
aan
zichtbaar *
niet zichtbaar
luid *
zacht
uit
automatisch met deur *
enkel met toets
36–50 ˚fH *
16–35 ˚fH
1–15 ˚fH
˚C *
˚F
24
Tijdsformaat
Fabrieksinstellingen
24 h *
12 h
geen wijziging
terugzetten
* Fabrieksinstelling
Page 25
… Persoonlijke instellingen
Kinderbeveiliging
De kinderbeveiliging moet onbedoeld inschakelen verhinderen.
Indien u een gebruikswijze probeert te kiezen – klinkt er een dubbel geluidssignaal – het indrukken van de toets blijft zonder werking en – In de digitale display staat .
Kinderbeveiliging in-/uitschakelen
A Houd de instelknop 5 seconden ingedrukt.
– In de digitale display staat .
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– In de digitale display staat voor kinderbeveiliging uit.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– In de digitale display knippert .
A Door aan de instelknop te draaien wisselt de digitale display naar
voor kinderbeveiliging aan.
A Door op de instelknop te drukken wordt de instelling bevestigd of
het toestel neemt de instelling automatisch over na 10 seconden.
Bediening bij geactiveerde kinderbeveiliging
A Druk op de instelknop en kies gelijktijdig een gebruikswijze.
– De kinderbeveiliging is tijdelijk uitgeschakeld. De verdere bediening kan
zoals gewoonlijk verlopen.
– 10 minuten na het uitschakelen wordt de kinderbeveiliging automatisch
weer geactiveerd.
De toetsen / en kunnen onafhankelijk van de kinderbevei­liging direct worden gebruikt.
25
Page 26
… Persoonlijke instellingen
Tijd-display
In de instelling «niet zichtbaar» blijven de displays bij uitgeschakeld toestel donker. Hierdoor wordt het stroomverbruik tot een minimum beperkt. Bij ingeschakeld toestel is de klok in ieder geval zichtbaar.
De absolute laagste waarde van het stroomverbruik kan door het kie­zen van de persoonlijke instelling , «Tijd-display niet zichtbaar», worden bereikt. Ondanks de automatische standby-spaarfunctie blij­ven de veiligheidsfuncties actief. Als het garingsproces is beëindigd, worden alle displays donker.
Geluidssignaal
Het signaal kan op twee verschillende geluidssterkten ingesteld of uitgescha­keld worden.
luid maximale geluidssterkte
zacht verminderde geluidssterkte
uit geluidssignaal is uitgeschakelt
Bij een storing klint een geluidssignaal, ook als de instelling op «uit» is ingesteld.
Verlichting
Bij de instelling «automatisch met deur» wordt bij het openen van de toesteldeur de verlichting ingeschakeld en bij het sluiten van de toesteldeur de verlichting uitgeschakeld.
De verlichting kan te allen tijde worden in- of uitgeschakeld door de toets in te drukken. Als de verlichting niet wordt uitgeschakeld door de toets in te drukken, dan gaat deze 30 minuten na einde van het gebruik automa­tisch uit.
26
Page 27
… Persoonlijke instellingen
Waterhardheid
Het toestel beschikt over een systeem dat automatisch het juiste tijdstip voor het ontkalken aangeeft. Dit systeem kan voor huishoudens met zacht water (ook met een onthardingsinstallatie) en gemiddelde waterhardheid nog worden geoptimaliseerd door het passende bereik van de waterhardheid in te stellen in de persoonlijke instellingen.
Er zijn drie instelbereiken voor de waterhardheid:
Bereik
zacht 1 tot 15 1 tot 8 1 tot 11
gemiddeld 16 tot 35 9 tot 20 12 tot 25
hard 36 tot 50 21 tot 28 26 tot 35
Waterhardheid
[°fH]
Waterhardheid
[°dH]
Waterhardheid
[°eH]
Temperatuureenheid
De temperatuureenheid kan op °C en °F worden ingesteld.
°C Graden Celsius
°F Graden Fahrenheit
Tijdnotatie
Bij de instelling «24 h» is de Europese tijdnotatie actief. Bij de instelling «12 h» is de Amerikaanse tijdnotatie (a. m. / p. m.) actief.
Fabrieksinstellingen
Als een of meer persoonlijke instellingen worden gewijzigd, kunnen deze weer op de fabrieksinstelling worden teruggezet.
27
Page 28
Klokfuncties
De volgende klokfuncties zijn beschikbaar:
KlokTimer – deze kan altijd en onafhankelijk van alle andere functies worden
gebruikt
Inschakeltijdsduur – tijdgestuurd uitschakelen van het toestelUitgestelde start – tijdgestuurd in- en uitschakelen van het toestel
Bij uitgeschakeld toestel wordt de helderheid van de tijd-display’s
nachts van 24 tot 6 uur gereduceerd.
Als de tijdnotatie is gekozen, wordt de helderheid niet
gereduceerd.
Klok instellen en wijzigen
De klok kan niet worden gewijzigd als het toetsel in gebruik is of een uitgestelde start is ingesteld.
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knipperen de uren. – Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de uren in.
A Druk toets in of druk op de instelknop .
– In de rechter digitale display knipperen de minuten. – Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de minuten in.
Door op de instelknop te drukken wordt de instelling bevestigd of
het toestel neemt de instelling automatisch over na 10 seconden.
28
Page 29
… Klokfuncties
Timer
De timer werkt als een eierwekker. Deze kan altijd en onafhankelijk van alle andere functies worden gebruikt.
Instellen
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert . – Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de tijdsduur in.
De instelling gebeurt
tot 10 minuten in stappen van 10 seconden, bv. = 9 min. 50 sec.tot 10 minuten in stappen van minuten, bv. = 1 uur 12 min.
De maximale tijdsduur bedraagt 9 uur 59 min.
Door de toets 1× in te drukken kan de tijdsduur op worden teruggezet.
A Door op de instelknop te drukken start de timer.
– In de rechter digitale display is de aflopende restduur zichtbaar. – Het symbool licht op.
Na afloop van de ingestelde tijdsduur
– klinkt er gedurende een minuut een herhaalde reeks van 5 korte
geluidssignalen.
– Het symbool knippert.
A Door de toets in te drukken schakelt het geluidssignaal uit.
Controleren en wijzigen
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert de aflopende restduur. – Het symbool knippert.
A Door aan de instelknop te draaien kan de tijdsduur worden
gewijzigd.
29
Page 30
… Klokfuncties
Voortijdig uitschakelen
A Druk toets 2× in.
– In de rechter digitale display knippert . – Het symbool knippert.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Inschakeltijdsduur
Als de inschakeltijdsduur is afgelopen, schakelt de gekozen gebruikswijze automatisch uit.
Instellen
A Kies de gewenste gebruikswijze en kookruimtetemperatuur.
A Verwarm de kookruimte eventueel voor.
A Plaats het gerecht in de kookruimte.
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert . – Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de tijdsduur – maximaal – in.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Controleren en wijzigen
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert de restduur. – Het symbool knippert.
A Door aan de instelknop te draaien kan de tijdsduur worden
gewijzigd.
Voortijdig uitschakelen
A Druk toets in.
30
Page 31
… Klokfuncties
Inschakeltijdsduur afgelopen
– Na afloop van de inschakeltijdsduur schakelt de gekozen gebruikswijze
automatisch uit. – Gedurende een minuut klinkt een lang, onderbroken geluidssignaal. – In de linker digitale display staat de actuele kookruimtetemperatuur. – Het symbool knippert. – De instellingen blijven gedurende 3 minuten behouden.
A Druk toets in om uit te schakelen.
– De instellingen zijn gewist.
Inschakeltijdsduur verlengen
A Kies binnen 3 minuten de nieuwe tijdsduur door aan de instelknop
te draaien.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Uitgestelde start
De uitgestelde start is actief als bij de gekozen gebruikswijze zowel de inschakeltijdsduur als de uitschakeltijd zijn ingesteld. Het toestel schakelt automatisch in en weer uit op het gewenste tijdstip. Als de kernthermometer wordt gebruikt, moet een geschatte tijdsduur worden ingesteld. Richtwaarden vindt u in de 'Insteltips'. Het toestel schakelt met uitstel in en, als de ingestelde kerntemperatuur is bereikt, weer uit. Afhankelijk van de geschatte tijdsduur kan dit iets vroeger of later zijn dan de ingestelde uitschakeltijd.
Laat bederfelijke levensmiddelen niet ongekoeld.
A Plaats het gerecht in de kookruimte.
A Kies de gewenste gebruikswijze en kookruimtetemperatuur.
31
Page 32
… Klokfuncties
Inschakeltijdsduur instellen
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert . – Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de tijdsduur – maximaal – in.
Uitschakeltijd instellen
A Druk toets nogmaals in.
– In de rechter digitale display knippert bv. – Uitschakeltijd zonder
uitstel.
– Het symbool knippert.
A Draai aan de instelknop en stel de uitschakeltijd in.
De uitschakeltijd kan maximaal 23 uur 59 min. worden vertraagd. Als de tijdnotatie is gekozen, dan bedraagt het uitstel maximaal 11 uur 59 min.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– In de rechter digitale display staat de tijd. –Het symbool licht op. – De gekozen gebruikswijze blijft tot aan de automatische start
uitgeschakeld.
Voorbeeld:
32
A U kiest de gebruikswijze en 180 °C. A U stelt om 8 uur een inschakeltijdsduur van 1 uur en 15 min.
in.
A De uitschakeltijd stelt u in op 11 uur 30.
– Het toestel schakelt automatisch in om 10 uur 15 en weer
uit om 11 uur 30.
Page 33
… Klokfuncties
Controleren en wijzigen
A Druk toets 1× in.
– De inschakeltijdsduur is gedurende 3 seconden zichtbaar.
A Druk toets 2× in.
– De uitschakeltijd knippert en kan worden gewijzigd.
De inschakeltijdsduur, de gebruikswijze en de kookruimtetemperatuur kunnen niet worden gewijzigd.
Voortijdig uitschakelen
A Druk toets in.
Uitschakeltijd bereikt
Na afloop van de ingestelde tijdsduur
– schakelt het toestel automatisch uit
– klinkt gedurende een minuut een lang, onderbroken geluidssignaal
– knippert in de rechter digitale display
– knippert het symbool
– blijven de instellingen gedurende 3 minuten behouden.
A Druk toets in om uit te schakelen.
– De instellingen zijn gewist.
Inschakeltijdsduur verlengen
A Kies binnen 3 minuten de nieuwe tijdsduur door aan de instelknop
te draaien.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
33
Page 34
Gebruikswijzen
Neem de instructies in de 'Insteltips' en onder 'Tips en trucs' in acht.
A Kies de gebruikswijze door de toets eenmalig of meermaals in te
drukken.
Gebruikswijze Symbool Bereik
Stomen 30–100 °C 100 °C 1–5
Boven-/onderhitte 30–230 °C 200 °C 2
Hete lucht 30–230 °C 180 °C
Voorgestelde
waarde
Niveau
2
2 + 4
34
Page 35
… Gebruikswijzen
A Plaats de vormen op het rooster. A Schuif de «afschuining» van de roestvrijstalen plaat en de originele
koekplaat altijd volledig tot de achterwand van de kookruimte.
Gebruik Verwarming
Gaar maken van groente, rijst,
graanproducten, peulvruchten en
eiergerechten.
Pocheren van vlees, gevogelte en vis.
Verwijderen van sap uit vruchten en
bessen.
Voor het bereiden van yoghurt en voor
steriliseren.
Schuif de roestvrijstalen plaat onder
de geperforeerde roestvrijstalen plaat.
De kookruimte wordt
gelijktijdig verhit met stoom
en hete lucht.
Het gerecht wordt bij
et stomen verhit c. q. gaar
gemaakt.
5 4 3
2 1
Voor gebak, koekjes, brood en
braadvlees.
Gebruik voor een knapperig resultaat
een donker geëmailleerde plaat of een
vorm van dun plaatstaal.
Voor gebak, koekjes, brood en
braadvlees op twee niveaus.
Kies een temperatuur die ca. 20 °C
lager is dan bij .
De verwarming vindt plaats via de verwarmingselemen-
ten boven en onder.
De lucht in de kookruimte
wordt door de
verwarmingselementen
achter de achterwand van
de kookruimte verwarmd
en gelijkmatig
gecirculeerd.
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
35
Page 36
… Gebruikswijzen
Gebruikswijze Symbool Bereik
Regenereren 100–150 °C 120 °C 1–5
Profi-bakken 100–230 °C 210 °C
PizzaPlus 30–230 °C 200 °C 2
Voorgestelde
waarde
Niveau
2
2 + 4
Grill 30–230 °C 230 °C 4 of 5
36
Page 37
… Gebruikswijzen
Gebruik Verwarming
Opwarmen van voorgekookte gerech-
ten, diepvriesproducten, volledige en
half kant-en-klaargerechten.
Gelijktijdig regenereren op meerdere
niveaus.
Brood, gistgebak, bladerdeeggebak
(vers en diepgevroren) op één of twee
niveaus.
Schuif het bakgoed in de koude
kookruimte.
Voor pizza, plaatkoek en quiche.
Gebruik voor een knapperig resultaat
een donker geëmailleerde plaat of een
vorm van dun plaatstaal.
Platte grillgerechten (steaks,
koteletten, delen van de kip, vis,
worst), gratineren van ovenschotels
en tosti’s.
Plaats het grillgerecht direct
op het rooster.
Bedek de originele koekplaat met
aluminiumfolie en schuif deze
onder het rooster.
De kookruimte wordt verhit
met stoom en hete lucht.
Het gerecht wordt behoed-
zaam opgewarmd en
droogt niet uit.
De kookruimte wordt door
een stoomfase en een automatisch volgende
heteluchtfase opgewarmd.
De verwarming vindt plaats via hete lucht en onderhitte. De bodem van het bakgoed
wordt intensiever
gebakken.
De verwarming vindt plaats via de verwarmingselemen-
ten van de grill.
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
37
Page 38
… Gebruikswijzen
Gebruikswijze Symbool Bereik
Kerntemperatuur
50–90 °C
Malsgaren
Hete lucht vochtig + 30–230 °C 180 °C
Hete lucht + bevochtigen
+ 30–230 °C 180 °C
Tijdsduur
2uur 30min. tot
4 uur 30 min.
Voorgestelde
waarde
Kerntemperatuur
70 °C
Tijdsduur
3uur 30min.
Niveau
2
2
2 + 4
2
2 + 4
38
Page 39
… Gebruikswijzen
Gebruik Verwarming
Gaar hoogwaardige stukken
vlees met de gewenste tijdsduur
perfect mals.
Voor gratin, ovenschotels,
gistgebak en brood op één of
twee niveaus.
Voor gratin, ovenschotels, vlees,
diepvriesproducten, kastanjes,
bladerdeeg- en gistgebak, brood
en convenienceproducten op
één of twee niveaus.
Schakel de stoomtoevoer in of
uit door op te drukken.
Als de stoomtoevoer is
geactiveerd, licht het symbool
op.
Gepatenteerd procedé
De lucht in de kookruimte wordt door de verwarmingselementen
achter de achterwand van de
kookruimte verwarmd en
gelijkmatig gecirculeerd.
De stoom die ontstaat wordt
minimaal uit de kookruimte geleid.
De vochtigheid van het gerecht
blijft behouden.
De lucht in de kookruimte wordt door de verwarmingselementen
achter de achterwand van de
kookruimte verwarmd en
gelijkmatig gecirculeerd. De stoomtoevoer kan de
energieoverdracht op het gerecht
verbeteren.
Stoom van meer dan 100 °C is
niet zichtbaar.
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
5 4 3
2 1
39
Page 40
… Gebruikswijzen
Snel opwarmen
Met snel opwarmen kan het voorverwarmen worden verkort. Snel opwarmen is mogelijk bij de gebruikswijzen / / en + .
A Kies de gewenste gebruikswijze en kookruimtetemperatuur.
A Houd de instelknop 2 seconden ingedrukt.
– Er klinkt een enkel geluidssignaal. – In de linker digitale display knippert .
Zodra de kookruimtetemperatuur is bereikt, klinkt er een geluidssignaal.
40
Page 41
Kernthermometer
Alleen de bijgeleverde kernthermometer mag worden gebruikt. De kernthermometer mag niet in de vaatwasmachine worden gereinigd.
Kernthermometer plaatsen
A Plaats de kernthermometer 1
zodanig in het vlees dat de spits
zich in het midden van het dikste
gedeelte bevindt. Voor een
correcte meting moet de
kernthermometer 1 zomogelijk
volledig door het gerecht zijn
bedekt.
3
1
Betrouwbare metingen zijn uitsluitend mogelijk voor stevige, com-
2
pacte stukken, d.w.z. het vlees eventueel vastbinden.
De kernthermometer mag niet in aanraking komen met beenderen
en niet in het vetweefsel steken.
A Plaats de kernthermometer bij gevogelte in de binnenzijde van de
poten.
De contactbus 3 voor de kernthermometer bevindt zich aan de rechter wand van de kookruimte. De stekker en de contactbus zijn stroomloos.
A Houd de stekker 2 altijd schoon.
A Klap de afdekking omhoog en steek de stekker 2 in de contactbus 3.
41
Page 42
… Kernthermometer
Kerntemperatuur
De kerntemperatuur kan pas worden ingesteld als de kernthermome­ter is geplaatst.
Instellen
A Kies de gewenste gebruikswijze en kookruimtetemperatuur.
A Druk toets 1× in.
– In de digitale display staat . – Het symbool knippert.
A U kunt de kerntemperatuur instellen door aan de instelknop te
draaien. Deze is afhankelijk van het stuk vlees en de gaarheid. Zie 'Insteltips'.
Kies als alleen de kerntemperatuur moet worden gemeten.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– Tijdens het garingsproces staat de actuele kerntemperatuur
aangegeven.
– Zolang de kerntemperatuur lager is dan 30 °C, wordt
weergegeven.
Controleren / wijzigen
A Druk toets 2× in.
– In de linker digitale display knippert de ingestelde kerntemperatuur. – Het symbool knippert.
A Door aan de instelknop te draaien kan de kerntemperatuur worden
gewijzigd.
42
Page 43
… Kernthermometer
Einde van het garingsproces
– Na het bereiken van de ingestelde kerntemperatuur schakelt het toestel
automatisch uit. – Er klinkt gedurende een minuut een geluidssignaal. – In de linker digitale display staat de actuele kerntemperatuur, bv. . – Het symbool knippert.
A Druk toets in om uit te schakelen.
Als het vl ees na het uits chak ele n in de kook rui mte wo rdt gela ten, stij gt de kerntemperatuur door de restwarmte nog verder.
43
Page 44
Malsgaren
Algemene aanwijzingen
Het malsgaren is een gepatenteerd gaarprocedé, waarbij aangebraden stukken vlees uiterst voorzichtig bij lage temperaturen met het programma «Malsgaren» worden bereid. Het grote voordeel is het precies kiesbare einde van het garingsproces onafhankelijk van het gewicht en de dikte van de stukken vlees. De tijdsduur kan tussen 2½ en 4½ uur worden ingesteld.
De regeling van de kookruimtetemperatuur gebeurt in samenspel met de kerntemperatuur van het vlees, die met behulp van de kernthermometer voortdurend wordt bepaald. Hierbij wordt de kookruimtetemperatuur automa­tisch volgens het optimale verloop geregeld, zodat het vlees op het ingestel­de tijdstip klaar is. De temperatuur die de kernthermometer in het vlees meet, speelt een belangrijke rol. De kernthermometer moet dan ook zorgvuldig worden geplaatst.
Voor het malsgaren zijn vooral magere, hoogwaardige stukken vlees geschikt. Het gewicht van het vlees moet tussen 500 en 2000 g liggen en voor een optimaal resultaat niet dunner zijn dan 4 cm. Stukken vlees met meer bindweefsel en vet zijn minder geschikt voor malsgaren.
Hoe langer de garingsduur, des te malser en sappiger het vlees. Dit geldt in het bijzonder voor dikkere stukken vlees.
A Het vlees kan naar wens gekruid of gemarineerd worden.
A Zout het vlees pas net voor het aanbraden.
A Verwijder marinades met kruiden, mosterd, etc. voor het aanbraden. Deze
bestanddelen branden gemakkelijk aan en veroorzaken een bittere smaak.
A Neem de instructies in de 'Insteltips' in acht.
44
Page 45
… Malsgaren
Voorbereiden
A Verhit wat braadvet in een pan.
A Het vlees moet rondom kort sterk worden aangebraden. De aanbraadduur
mag niet langer zijn dan 5 minuten.
A Leg vervolgens het vlees in een glazen of porseleinen vorm.
A Plaats de kernthermometer zodanig in het vlees dat de spits zich in het
midden van het dikste gedeelte bevindt. Voor een correcte meting moet de
kernthermometer zomogelijk volledig door het gerecht zijn bedekt.
A Schuif het rooster op niveau 2 en plaats de vorm op het rooster.
A Steek de kernthermometer in de contactbus.
Malsgaren selecteren en starten
Het selecteren en starten wordt getoond aan de hand van het voorbeeld «Malsgaren» «Lamsbout saignant».
A Druk toets 8× in.
– De symbolen / en lichten op.
– In de linker digitale display staat de vooringestelde kerntemperatuur van
.
– In de rechter digitale display staat voor een inschakeltijdsduur
van 3½ uur.
45
Page 46
… Malsgaren
Als de vooringestelde kerntemperatuur moet worden gewijzigd
A Druk toets in.
– In de linker digitale display knippert de voorgestelde
kerntemperatuur .
– Het symbool knippert.
A Wijzig de kerntemperatuur in door aan de instelknop te
draaien.
Als de vooringestelde tijdsduur moet worden gewijzigd
A Druk toets in.
– In de rechter digitale display knippert . – Het symbool knippert.
A U kunt de inschakeltijdsduur wijzigen door aan de instelknop
te draaien.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– Het malsgaren start. – In de linker digitale display staat de actuele kerntemperatuur. – In de rechter digitale display staat de actuele inschakeltijdsduur. – De symbolen / en lichten op.
Na de start kunnen de waarden niet meer worden gewijzigd.
Per ongeluk onderbreken
A Als de toets wordt ingedrukt, wordt het proces gepauzeerd.
– In de linker digitale display knippert .
A Door op de instelknop te drukken wordt het proces voortgezet.
Voortijdig uitschakelen
A Druk toets 2× in.
46
Page 47
Insteltips
Op de volgende pagina’s vindt u tips voor de bereiding van populaire gerech­ten. De opgegeven waarden voor bereidingsduur en temperatuur zijn richt­waarden. Naargelang van de aard en de vorm van het gerecht kunnen deze afwijken.
Groenten (vers)
Bonen 100 35–50
Broccoli/bloemkool in roosjes 100 20–35
Venkel gehalveerd 100 25–35
Gekookte aardappe­len
Aardappelen in de schil
Koolrabi in staafjes 100 15–30
Maïskolven 100 45–65
Pepers 100 10–20
Paprika in reepjes 100 10-20
Spruiten 100 25–35
Wortelen in schijfjes 100 20–30
Asperges 100 20–40
in stukken 100 20–30
heel 100 30–50
Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Bereidingsduur [min.]
Spinazie 100 7–15
Bleekselderij 100 25–35
Courgettes in schijfjes 100 10–20
mЙмдЙе 100 10-20
Tomaten pellen 80 5-12
47
Page 48
… Insteltips
Levensmiddelen (vers)
Rijst + vloeistof 200 g + 250 ml 100 35–50
Gries + vloeistof 200 g + 250 ml 100 20–35
Linzen + vloeistof 200 g + 375 ml 100 25–35
Gort + vloeistof 200 g + 375 ml 100 20–30
Knoedels Werkwijze Temperatuur-
Hoeveelheid Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Bereidingsduur [min.]
Bereidings­duur [min.]
instelling [°C]
Dampknoedels 100 20–40
Gistknoedels 100 10–20
Broodknoedels 100 20–60
Gevulde bollen 100 10–15
Eieren Werkwijze Temperatuur-
Bereidingsduur [min.]
instelling [°C]
Ei in een glas 100 8-10
Eieren, hardgekookt 100 10-12
Eieren, zachtgekookt 100 7-9
48
Page 49
… Insteltips
Vlees, gestoomd
Varkensfilet ca. 1500 g 100 25-30
Kippenbout 4 stuks 100 30-40
Kalkoenschnitzel 4 stuks 100 20-25
Casselerrib 500-1.000 g 100 45-60
Worstjes 80-100 5-10
Vis en zeevruchten
Forel 3 x 250 g 80 15-20
Forel 1.000 g 100 25-30
Mosselen 1.500 g 100 15-20
Groene mosse­len (diepgevro­ren)
Hoeveelheid Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Hoeveelheid Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
1.000 g 100 25-35
Bereidingsduur [min.]
Bereidingsduur [min.]
Kreeft diepgevroren 100 20-25
Dorade ca. 1.000 g 80 35-40
Schelvis 1.500 g 80 20-25
49
Page 50
… Insteltips
Wecken
4 1 l-glazen
Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Bereidingsduur [min.]
Kersen 80
Peren
Perziken
90
30
Pruimen
Steriliseren in het huishouden betekent het houdbaar maken van levensmiddelen in glazen potten.
A Gebruik uitsluitend volkomen onbeschadigde glazen potten met een
maximale capaciteit van 1 liter.
A Schuif de roestvrijstalen plaat op niveau 1.
A Vul de levensmiddelen gelijkmatig in de glazen potten en sluit de glazen
potten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
A Zet de glazen potten volgens de
afbeelding op de roestvrijstalen plaat. De glazen potten mogen geen contact met elkaar maken.
A Kies gebruikswijze alsook de
kookruimtetemperatuur en de tijdsduur volgens de tabel.
A U bevestigt door op de instelknop
te drukken.
A Door indrukken van de toets kunt u
het toestel uitschakelen en de toesteldeur in geopende stand laten staan.
A Laat de glazen potten in de kookruimte volledig afkoelen.
A Neem de glazen potten uit het toestel en controleer of deze goed zijn
afgesloten.
50
Page 51
… Insteltips
Desserts Hoeveelheid Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Crème caramel 90 25-30
Yoghurt 40 5-6 heures
Appelcompote 500-1000 g 100 15-20
Perencompote 500-1000 g 100 25-30
Perzikencompote 500-1000 g 100 10-15
Uitpersen Werkwijze Temperatuurinstelling
[°C]
Vruchten (kersen, druiven, enz.)
100 cav.. 90 Bessen (rode bessen, bramen, enz.)
Blancheren Werkwijze Temperatuurinstelling
[°C]
Bereidingsduur [min.]
Bereidingsduur [min.]
Bereidingsduur [min.]
Groenten bijv. bonen, erwten enz.
100 ca. 5-10
51
Page 52
… Insteltips
Regenereren
Het gerecht in de niet voorverwarmde oven plaatsen. De gegevens voor slaan op het gelijktijdig regenereren op meerdere niveaus.
Opwarmen Werkwijze Temperatuurinstelling
[°C]
Opwarmen van ge­rechten (1-2 borden)
Opwarmen van ge­rechten (3-4 borden)
Bereiden van kant-en­klare gerechten
130 6-10
130 8-10
130 volgens aanwijzing
Ontdooien Hoeveelheid Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Brood 130 20-30
Deegwaren 500 g ca. 130 20-35
Rijst 500-800 g 130 25-30
Groenten 300-450 g 130 25-40
Bereidingsduur [min.]
Bereidingsduur [min.]
52
Page 53
… Insteltips
Professioneel bakken
Het gerecht in de niet voorverwarmde oven plaatsen.
Professioneel bakken
Inschuifhoogte Werkwijze Temperatuur-
instelling
Bereidings­duur [min.]
[°C]
Gisttulband (gugel­hopf)
Gistkrans 2 (2+4) 200-210 40-45
Bladerdeeggebak 2 (2+4) 200-220 20-35
Wit brood 2 190-210 50-60
Grijs brood 2 170-180 60-70
Broodjes 2 (2+4) 210-220 25-35
2 180-200 30-40
Hete lucht vochtig
Het gerecht in de niet voorverwarmde oven plaatsen.
Bakken met hete lucht vochtig
Inschuifhoogte Werkwijze Temperatuur-
instelling [°C]
Bereidings­duur [min.]
Gratin 2
Ovenschotel 2 160-180 30-60
(Klein) gistgebak 2 (2+4) 160-180 20-30
+
160-180 30-60
53
Page 54
… Insteltips
Bakken
Gebak Inschuif-
hoogte
Roerdeeg
Tulband 2 150-160 170-180 - 50-60
Cake 2 150-160 170-190 - 50-70
Zandgebak 2 150-160 160-180 - 60-70
Taarten 2 150-160 170-180 - 40-60
Taartbodems 2 170-180 180-200 - 20-30
Fijne fruittaar­ten
Koekjes 2 150-160 170-180 - 15-30
Plaatgebak
droog beleg 2 150-160 180-200 - 20-35
vochtig beleg 2 160-170 170-180 160-170 35-50
Gekneed deeg
Temperatuur Hete lucht
2 150-160 170-180 150-160 45-60
Temperatuur Boven- / onderwarmte
Temperatuur Pizzastand
Bakduur in minuten
Taartbodems 2 170-180 180-200 - 25-35
Kaastaart 2 140-150 160-170 140-150 70-90
Koekjes 2 140-150 180-200 - 15-30
Plaatgebak
droog beleg 2 150-160 180-200 - 20-35
vochtig beleg 2 160-170 170-180 160-170 35-50
Gistdeeg
Tulband 2 160-170 175-180 - 40-60
Gistkrans 2 170-180 180-190 - 35-45
54
Page 55
… Insteltips
Gebak Inschuif-
hoogte
Kerststol (voor­verwarmen)
Koekjes 2 160-170 180-190 - 15-30
Plaatgebak
droog beleg 2 150-160 180-200 - 20-35
vochtig beleg 2 160-170 170-180 160-170 30-50
Biscuitdeeg
Taarten (voor­verwarmen)
Rollen (voorver­warmen)
Eiwitgebak
Meringue 2 80-90 100-120 - 80-120
Kaneelkoekjes 2 100-120 120-149 - 20-40
Temperatuur Hete lucht
2 160-170 175-180 - 50-70
2 160-170 175-180 - 20-30
2 170-180 180-200 - 10-15
Temperatuur Boven- / onderwarmte
Temperatuur Pizzastand
Bakduur in minuten
Bitterkoekjes 2 100-120 120-140 - 20-50
Andere deeg­soorten
Bladerdeeg 2 170-180 190-210 - 15-30
Gistbladerdeeg 2 170-180 190-210 - 25-35
Kwarkblader­deeg
Soezendeeg 2 170-180 190-210 - 25-35
Kwark-oliedeeg 2 150-160 170-180 - 30-40
Honingkoek 2 140-150 170-180 - 25-40
2 160-180 180-200 - 30-40
55
Page 56
… Insteltips
Gebak Inschuif-
hoogte
Brood en pizza
Zuurdesem-/ gistbrood (voor­verwarmen 230 °C)
Wit brood (voor­verwarmen 180 °C)
1 pizza (voorver­warmen 230 °C)
2 pizza's (voor­verwarmen 230 °C)
2 180-190 180-190 180-190 50-70
2 180-190 200-210 180-190 25-60
2 220-230 14-16
2 + 4 200-220 20-25
Temperatuur Hete lucht
Temperatuur Boven- / onderwarmte
Temperatuur Pizzastand
Bakduur in minuten
56
Page 57
… Insteltips
Richtwaarden grillen
Vleessoort Niveau Grill G
1e kant 2e kant
in minuten
Varkenskotelet 5 10-12 8-10
Buikstuk 4 12-15 8-10
Varkensfilet 4 10-12 8-10
Leversneetjes 5 5-6 4-5
Braadworsten 5 8-10 6-8
Opgerolde braadworst 5 10-12 8-10
Sjasliek 4 9-11 7-8
Runderfilet, saignant 5 6-7 5-6
Runderfilet, medium 5 7-9 6-7
Kalfssteak 5 8-10 7-8
Lamskotelet 5 7-8 6-7
Kippenbout 4 15-18 10-12
Halve kip 4 18-20 10-12
Visfilet 5 6-7 4-5
Forellen 4 5-7 4-6
Toast 5 2-3 2-3
Toast met beleg 4 6-8
57
Page 58
… Insteltips
Richtwaarden braden
Vleessoort Hete lucht Boven-/
Braadduur
onderwarmte
Temperatuur in °C per cm vleeshoogte in
min.
Rundergebraad 160 170-190 18
Rosbief 180 200-220 8-10
Filet 180 200-220 8
Kalfsvlees 160 170-190 12
Varkensgebraad 160 170-190 12-15
Casseler rib 160 170-190 8
Varkensschouder 160 170-190 12-15
Varkensgebraad met zwoerd
Wild 160 170-190 15
Everzwijn 160 170-190 15
Filet van wild 180 180-200 8-10
160 170-190 12-15
Lam 150-160 170-190 15
Eend 160 170-190 12
Gans 160 170-190 12
Kip* 160 180-200 8*
Kalkoen 160 180-190 12
Vis 180 200-220 8
58
Page 59
… Insteltips
Malsgaren
Malsgaren Inschuif-
hoogte
Temperatuur instelling [°C]
Kalfsfilet saignant (Engels) 2 58
Kalfsfilet à point (medium)
262
Kalfsheup 2 67
Kalfsgebraad met nieren 2 67
Kalfsschouder 2 80
Kalfsnek 2 81
Runderfilet saignant (Engels) 2 53
Runderfilet à point (medium) 2 57
Entrecote, rosbief saignant (En­gels)
Entrecote, rosbief à point (me­dium)
252
255
Runderzadel 2 67
Runderschouder 2 72
Runderheup 2 67
Varkensrug 2 67
Varkensheup 2 67
Varkensnek 2 85
Lamsbout saignant 2 63
Lamsbout à point 2 67
Malsgaren individueel
270
Bereidings­duur
[min.]
1
3
/
2
heures
Instelbereik
1
/2-41/
2
2
heures
59
Page 60
… Insteltips
Richtwaarden kerntemperaturen
Gerecht Kerntemperatuur in °C
Rundvlees 40-45
Rosbief/runderfilet roze 50-55
Rosbief/runderfilet doorbakken 60-65
Rundergebraad 80-85
Varkensvlees
Varkenslende 65-70
Varkensgebraad/ham 80-85
Nek, poot 80-85
Koteletstuk, rug 75-80
Kotelet zonder been 70
Casseler rib 65-70
Gehakt 70-75
Kalfsvlees
Kalfsbraadstuk 70-75
Kalfsgebraad met nieren 75-80
Kalfspoot 80-85
Wild
Wildvlees 75-80
Wildrug 60-70
Wildfilet bloederig 40-45
Wildfilet roze 50-55
Wildfilet doorbakken 60-65
Lam 80-85
Gevuld gebraad 70-75
Gevogelte 85-90
Vis 70-80
60
Page 61
… Insteltips
Richtwaarden werken met lage temperatuur
Vleessoort Gewicht Aanbraden
min.
Varken
Filet 400-600g 5 60-90 80
Varkensfilet 800-1000g 7 90-105 80
Fricandeau 1000-1500g 10-12 230-250 80
Karbonade 800-1000g 8-10 120-140 80
Ribstuk 1000-1500g 10-12 120-150 80
Rund
Filet 700-1200g 5-9 100-140 80
Entrecote (dikke rib) 1500-1800g 10-12 150-180 80
Rosbief 700-1800g 10-12 180-210 70
Kogel 1500-2000g 10-12 200-230 80
Lende 1500-1800g 10-15 150-200 80
Kalf
Filet 500-800g 5-6 90-110 80
Kalfsrug (ribstuk) 1000-1500g 5-6 90-110 80
Kogel 1500-1800g 10-12 140-160 80
Lam
Rugfilet 400-600g 3-5 60-80 70
Lamsbout (uitgebeend) 2000-2500g 10-12 200-250 70
Gevogelte
Poulardenborst 400-600g 3-4 50-60 70
Eendenborst 400-600g 4-5 70-80 70
Gevogelte 85-90
Vis 70-80
Bakken min.
Temperatuur
61
Page 62
… Insteltips
Drogen
Houd het drogen in de gaten. Bij overmatige uitdroging bestaat brandgevaar!
A Gebruik uitsluitend gezond, rijp fruit, verse paddenstoelen en kruiden.
A Reinig het fruit, paddenstoelen en kruiden en maak deze klein.
A Leg bakpapier op de toebehoren, verdeel de levensmiddelen erop en
schuif de toebehoren op het juiste niveau.
Er kunnen maximaal één rooster, één originele koekplaat en één geperforeerde gaarplaat worden gebruikt.
A Klem een houten lepel tussen het bedieningspaneel en de toesteldeur,
zodat er een kier van ca. 2 cm open blijft.
Draai de levensmiddelen regelmatig om, zodat deze gelijkmatiger drogen.
Voorverwarmen Instelbereik Duur
in uren
Appels met of zonder schil in schijfjes of rin-
70
gen snijden Paddestoelen in ca.
2mm dikke schijfjes ge­sneden
neen
50-60
2
2+4
Kruiden 1-1
12-13
4-5
1
/
2
62
Page 63
Tips en trucs
Stomen
Bij stomen kunnen meerdere gerechten tegelijk worden gaar gemaakt. Zo
kunnen bv. rijst of peulvruchten tegelijk met groente met vergelijkbare garingsduur worden bereid. Dit bespaart energie en servies.
Graan (bv. rijst of gierst) en peulvruchten (bv. linzen) kunnen met de
passende hoeveelheid nat in geschikte serveerschalen direct worden gaar gemaakt.
Levensmiddel
Rijst 100 g 1½ dl (zout water, bouillon, etc.)
Risotto 100 g 2½ dl (water, evt. wijn)
Maïsgriesmeel (polenta)
Griesmeel 100 g 2–3 dl
Linzen 100 g 2–3 dl
Ebly 100 g 1–1½ dl
Gierst 100 g 1½–2 dl
Kikkererwten ingeweekt
Schuif bij het stomen altijd de roestvrijstalen plaat onder de geperforeerde
Gewicht
levensmiddel
100 g 3 dl (water-/melkmengsel)
100 g ½–1 dl
Toe te voegen nat (bij benadering)
(afhankelijk van de gewenste consistentie)
roestvrijstalen plaat en het rooster, om stukken voedsel en condensaat op te vangen.
Plaats serveerschalen direct op de roestvrijstalen plaat of het rooster in de
kookruimte.
Het verdient aanbeveling om de groente pas na het stomen te kruiden.
63
Page 64
… Tips en trucs
Vochtige, warme doekjes
Vochtige, warme doekjes worden gebruikt voor het op aangename wijze rei­nigen van de handen na het eten.
A Leg schone, vochtige badstoffen doekjes zomogelijk uitgelegd op de
geperforeerde roestvrijstalen plaat.
A Kies de volgende instellingen:
˚C
80 nee 2 ca. 5
Hete lucht
Gebak of braadvlees
Resultaat Oplossing
Het gebak of het braad-
vlees ziet er van buiten goed uit. Het midden is
A Stel de kookruimtetemperatuur de
volgende keer lager in en verleng de
tijdsduur. echter deegachtig of niet gaar.
Regenereren
Resultaat Oplossing
Het geregenereerde
gerecht is uitgedroogd.
Te veel condensaat op
c. q. rondom het gerege-
A Stel de kookruimtetemperatuur de volgen-
de keer lager in en verkort de tijdsduur.
A Stel de kookruimtetemperatuur de volgen-
de keer hoger in en verleng de tijdsduur. nereerde gerecht.
min.
64
Page 65
… Tips en trucs
Profi-bakken
Laat brood, broodjes of ander bakgoed met gist na het vormen nog even
rijzen. Meestal zijn 10 minuten voldoende. Schuif het deeg vervolgens op de met bakpapier bedekte roestvrijstalen plaat in de koude kookruimte en bak het met .
Door het profi-bakken vormt zich een mooie glanzende korst. Bestrijk
bakgoed van gistdeeg of bladerdeeg niet met eigeel of room.
De toesteldeur mag tijdens de stoomfase niet worden geopend. Door het
binnenstromen van koude lucht wordt de stoomfase verlengd, zodat het brood van boven met stoom kan worden behandeld. Dit leidt tot een meer vlakke vorm.
Om een mooie, knapperige korst te verkrijgen, geldt: hoe kleiner het
bakgoed, hoe hoger de temperatuurinstelling in de heteluchtfase. De optimale temperatuurinstelling bij broodjes is meestal hoger dan bij een enkel brood.
Hete lucht + bevochtigen +
Door de condenserende stoom werkt de energieoverdracht op het gerecht efficiënter dan bij bakken met hete lucht. Hierdoor wordt het garingsproces bespoedigd. Het eigen vocht van het gerecht blijft behouden. Kwetsbare plaatsen verbranden minder snel. Deze gebruikswijze is bijzonder geschikt voor gerechten met knapperige oppervlakken, bv. gratin, smoorvlees, kant-en-klare diepvriesproducten zoals loempia's, aardappelproducten, etc.
A Schakel de stoomtoevoer uit door op de toets te drukken.
– Het symbool dooft.
A Schakel de stoomtoevoer in door op de toets te drukken.
– Het symbool licht op.
65
Page 66
… Tips en trucs
Gebak
Resultaat Oplossing
Het gebak zakt in. A Vergelijk de instellingen met de 'Insteltips'.
A Stel de kookruimtetemperatuur de volgen-
de keer lager in en verleng de tijdsduur.
A Roer het roerdeeg voldoende lang en bak
het direct nadat het gereed is.
A Klop bij biscuitdeeg het eigeel/eiwit langer
schuimig, breng het voorzichtig onder de
ma ssa om hoog en bak he t dire ct nadat he t
gereed is.
A Neem de aanwijzingen voor de hoeveelheid
bakpoeder in acht.
Verschil in bruinering
Resultaat Oplossing
Het bakgoed vertoont een
verschillende bruinering.
Het bakgoed is op de ene plaat
lichter van kleur dan
op de andere.
Een verschil in bruinering is normaal. De bruinering wordt gelijkmati­ger als de kookruimtetemperatuur lager wordt ingesteld.
66
A Stel de kookruimtetemperatuur de volgen-
de keer lager in en pas de tijdsduur aan.
A Controleer bij , , + en +
of de gekozen niveaus overeenstem-
men met de 'Insteltips'.
A
Plaats bakvormen of hoog bakgoed niet di-
rect voor
A Vergelijk de instellingen met de 'Insteltips'. A Bak de plaat met het lichtere bakgoed na.
de achterwand van de kookruimte.
Page 67
… Tips en trucs
Energie sparen
De gebruikswijze + heeft verhoudingsgewijs minder energie nodig
dan de gebruikswijze .
Vermijd de toesteldeur vaak te openen.Schakel de verlichting uitsluitend indien nodig in.Restwarmte gebruiken: Schakel vanaf een tijdsduur van 30 minuten het
toestel 5–10 minuten voor het einde van het bakken uit – behalve bij soufflés, biscuits, gebak van nat deeg en bladerdeeg.
Verwarm zo kort mogelijk voor.Verwarm de kookruimte uitsluitend voor als het bakresultaat ervan afhan-
kelijk is.
De absolute laagste waarde van het stroomverbruik kan door het kie­zen van de persoonlijke instelling , «Tijd-display niet zichtbaar», worden bereikt. Ondanks de automatische standby-spaarfunctie blij­ven de veiligheidsfuncties actief. Als het garingsproces is beëindigd, worden alle displays donker.
67
Page 68
Verzorging en onderhoud
Laat voor de reiniging het toestel en de toebehoren afkoelen.
Buitenkant reinigen
Gebruik in geen geval schurende of sterk zure reinigingsmiddelen of
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal.
Krassende schuursponsjes, staalwol, etc. mogen niet worden gebruikt.
Deze producten beschadigen de oppervlakken.
A Vuil of resten van reinigingsmiddelen moeten onmiddellijk worden
verwijderd.
A Reinig de oppervlakken met een zachte, met spoelwater bevochtigde doek
en wrijf na met een zachte doek – bij metaaloppervlakken in slijprichting. Vervolgens met een zachte doek droogwrijven.
A Reinig de toesteldeur met een zachte, met spoelwater bevochtigde doek.
Vervolgens met een zachte doek droogwrijven.
Toestel-/verwarmingslade
Voor reiniging kan de lade uit het toestel worden genomen.
A Trek de lade tot aan de aanslag naar buiten, til de lade iets op en trek deze
naar voren uit het toestel.
68
Page 69
… Verzorging en onderhoud
Toesteldeur reinigen
A Reinig de toesteldeur met een zachte, met spoelwater bevochtigde doek.
Vervolgens met een zachte doek droogwrijven.
Toesteldeur verwijderen
Wees voorzichtig bij het verwijderen en plaatsen van de toestel­deur. Deze weegt ca. 9 kg. Verwondingsgevaar!
3
2
A Open de toesteldeur volledig.
A Klap aan beide scharnieren 1 de
beugels 2 volledig naar voren.
1
A Sluit de toesteldeur volledig tot aan
de aanslag (ca. 30°).
A Trek de toesteldeur naar voren uit
30˚
het toestel.
Toesteldeur plaatsen
A Schuif beide scharnieren 1 van voren in de opening 3.
A Open de toesteldeur volledig en sluit de beugels 2 naar achteren.
69
Page 70
… Verzorging en onderhoud
Draagrooster uitnemen
A Draai de schroefmoer 1 vooraan aan
het draagrooster tegen de klok in los.
A Trek het draagrooster 2 iets naar de
kant weg van de schroef en neem het er naar voren toe uit.
1
2
Draagrooster plaatsen
A Plaats het draagrooster in de openingen van de achterwand van de
kookruimte en leg het op de schroef. Draai de schroefmoer met de klok mee tot de aanslag op de schroef.
Deurpakking vervangen
Om veiligheidstechnische redenen moet de deurpakking door onze klanten­dienst worden vervangen.
Toebehoren reinigen
De kernthermometer mag niet in de vaatwasmachine worden gereinigd.
De roestvrijstalen plaat, de geperforeerde roestvrijstalen plaat, het rooster
en het draagrooster kunnen in de vaatwasmachine worden gereinigd.
De originele koekplaat kan in de vaatwasmachine worden gereinigd, maar
de anti-aanbakwerking wordt hierdoor wel gereduceerd.
Waterafzetting in het waterreservoir kan met een gewoon ontkalkings-
middel worden verwijderd.
Als het ventiel van het waterreservoir druppelt, moet het ventiel worden
ontkalkt.
70
Page 71
… Verzorging en onderhoud
Kookruimte reinigen
Verbuig de temperatuursensor niet bij het reinigen.
Gebruik in geen geval schurende reinigingsmiddelen.
Krassende schuursponsjes, staalwol, etc. mogen niet worden gebruikt.
Deze producten beschadigen het oppervlak.
Condensaat en stukken voedsel moeten – na ieder garingsproces met
stoom – volledig gedroogd c. q. verwijderd worden.
A Reinig vuil indien mogelijk met vocht als de kookruimte nog handwarm is.
Gebruik een zachte, met spoelwater bevochtigde doek en wrijf na met een zachte doek.
A Ingedroogd vuil kan gemakkelijker worden verwijderd als het toestel voor
het reinigen voor korte tijd (zo’n 30 minuten) met de gebruikswijze en een temperatuur van 80 °C wordt ingeschakeld. Het vuil wordt zodoende wat losgeweekt.
In de kookruimte kunnen met een toenemende gebruiksduur glanzen­de regenboogkleuren ontstaan of kan het oppervlak ietwat mat wor­den. Dit beïnvloedt noch de gaar- en bakeigenschappen, noch de kwaliteit van het toestel als zodanig. Deze veranderingen kunnen met geschikte reinigingsmiddelen wor­den verwijderd. Hiervoor zijn alle niet-schurende reinigingsmiddelen voor roestrvrij staal geschikt die in de handel verkrijgbaar zijn.
A Reinig de kookruimte met een geschikt reinigingsmiddel en een
zachte, vochtige doek. Vervolgens met water goed naspoelen en drogen.
71
Page 72
… Verzorging en onderhoud
Ontkalken
Bij iedere stoomvorming zet zich, afhankelijk van de plaatselijke waterhard­heid (d.w.z. van het kalkgehalte van het water), kalk in de stoomgenerator af. Een systeem in het toestel herkent automatisch wanneer er moet worden ontkalkt.
– In de digitale display knippert .
Het ontkalkingsinterval is afhankelijk van de waterhardheid en de regelmaat van het gebruik. Bij 4 × 30 minuten stomen per week moet afhankelijk van de waterhardheid als volgt worden ontkalkt:
Waterhardheid Ontkalken na ca.
zacht 18 maanden
gemiddeld 9 maanden
hard 6 maanden
Het gehele ontkalkingsproces duurt ca. 45 minuten.
Het verdient aanbeveling het ontkalken uit te voeren als de melding verschijnt. Als het toestel niet wordt ontkalkt, moet met een verminderde functionaliteit of zelfs beschadiging van het toestel rekening worden gehouden.
72
Page 73
… Verzorging en onderhoud
Ontkalkingsmiddel Durgol Swiss Steamer
Het ontkalkingsmiddel bevat sterke zuren. Verwijder eventuele spatten onmiddellijk met water.
Gebruik voor het ontkalken uitsluitend de voor dit toestel ontwikkelde speciale ontkalker, die bij de drogisterij verkrijgbaar is. Met dit middel kunt u professioneel en behoedzaam ontkalken.
Gewone ontkalkingsmiddelen zijn niet geschikt, omdat deze schuimvormende bestanddelen bevatten of niet werkzaam genoeg zijn.
Als er een ander ontkalkingsmiddel wordt gebruikt, kan het schuim eventueel
in de kookruimte overschuimen
de verdamper onvoldoende ontkalken
in het uiterste geval het toestel beschadigen
Ontkalken uitvoeren
Het toestel moet uitgeschakeld zijn. Het ontkalken moet met geslo­ten toesteldeur worden uitgevoerd. Verbrandingsgevaar! Na de start kan het om veiligheidsredenen niet meer worden afgebroken.
A Druk de toetsen en tegelijk in.
– In de digitale display knippert . – Vervolgens knippert in de digitale display .
A Doe de complete inhoud van de speciale ontkalker onverdund in het
waterreservoir.
A Schuif het waterreservoir in het hiervoor bedoelde vak.
73
Page 74
… Verzorging en onderhoud
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
– In de digitale display knippert . – De ontkalkingsfase van het toestel duurt ongeveer 30 minuten. – Vervolgens knippert in de digitale display .
A Verwijder het waterreservoir, verwijder de ontkalker en vul het reservoir met
1,2 l koud water.
A Schuif het waterreservoir weer op zijn plaats.
– In de digitale display staat . – Het toestel is nu in de spoelfase. – Vervolgens knippert in de digitale display .
A Verwijder het waterreservoir, verwijder het water en vul het reservoir nog-
maals met 1,2 l koud water.
A Schuif het waterreservoir weer op zijn plaats.
– In de digitale display blijft staan resp. staat .
Afhankelijk van de vervuilingsgraad van de uitgepompte vloeistof moeten eventueel nog meer spoelbeurten worden uitgevoerd.
– In de digitale display staat resp. .
A Als in de digitale display staat, verwijder, ledig en droog dan het
waterreservoir. – De melding verdwijnt en de tijd is weer zichtbaar.
A Als zich wat vloeistof op de bodem van de kookruimte heeft verzameld,
verwijder dit dan met een zachte doek.
Als na het ontkalken de gebruikswijzen , en + wor­den gebruikt, kan het water in het waterreservoir na het einde van het garingsproces een beetje troebel zijn. Dit heeft noch invloed op de gaareigenschappen, noch op de kwaliteit van het gerecht.
Gloeilampen vervangen
Uit veiligheidsoverwegingen dient u bij een defecte gloeilamp contact op te nemen met onze klantendienst.
74
Page 75
Storingen zelf verhelpen
Hierna worden storingen behandeld die met behulp van de beschreven stappen eenvoudig zelf verholpen kunnen worden. Als het om een andere storing gaat of als een storing niet verholpen kan worden, bel dan de service.
Noteer, voordat u de service belt, het FN-nummer en de complete storingsmelding bv. / .
Wat te doen als ...
… het toestel niet werkt en alle units donker zijn
Mogelijke oorzaak Oplossing
XX XX
De stop of automatische
zekering van de woning c. q. de huishoudelijke
A Vervang de stop. A Schakel de automatische zekering weer
aan.
installatie is defect.
De stop of de automati-
A Bel de service op.
sche zekering brengt dit meermaals teweeg.
Uitvallen van de
A Controleer de stroomtoevoer.
stroomtoevoer.
… de verlichting functioneert niet
Mogelijke oorzaak Oplossing
De gloeilamp is defect. A Uit veiligheidsredenen dient u bij een defec-
te g loe ila mp conta ct o p te neme n me t onze klantendienst.
75
Page 76
… Storingen zelf verhelpen
… bij het grillen sterke rookontwikkeling optreedt
Mogelijke oorzaak Oplossing
De gerechten bevinden
zich te dicht bij de
A Controleer of het gekozen niveau met de
'insteltips' overeenkomt. verwarmingselementen.
De kookruimtetempera-
A Stel de kookruimtetemperatuur lager.
tuur is te hoog.
… tijdens het gebruik geluiden te horen zijn
Mogelijke oorzaak Oplossing
Bedrijfsgeluiden kunnen
tijdens het gebruik altijd
U hoeft niets te ondernemen. Deze geluiden
zijn normaal. optreden (schakel- en pompgeluiden).
… aan het einde van het garingsproces gedurende langere tijd geen water
wordt teruggepompt
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het water in de stoom-
generator wordt om veiligheidsredenen pas weggepompt wanneer de temperatuur onder 80 °C komt.
76
Als zich nog voldoende water in het waterre-
servoir bevindt, wordt dit automatisch in de
stoomgenerator gepompt. Hierdoor wordt het
water in de stoomgenerator afgekoeld.
Als zich niet voldoende water in het waterre-
servoir bevindt, moet u wachten totdat deze is
afgekoeld (dit kan tot 30 minuten duren). Het
toestel kan desondanks worden gebruikt.
Page 77
… Storingen zelf verhelpen
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het waterreservoir is niet
A Plaats het waterreservoir.
geplaatst.
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het waterreservoir bevat
geen water.
Bij het ontkalken. A Het water moet worden ververst.
A Vul het waterreservoir en schuif het in het
hiervoor bedoelde vak.
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
De toesteldeur is open. A Sluit de toesteldeur.
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
De kernthermometer is
niet geplaatst.
A Steek de kernthermometer in de
contactbus.
77
Page 78
… Storingen zelf verhelpen
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het ontkalken is gekozen,
maar nog niet gestart.
A Doe de inhoud van het speciale
ontkalkingsmiddel onverdund in het waterreservoir en schuif het waterreservoir in het hiervoor bedoelde vak.
A U bevestigt door op de instelknop te
drukken.
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
Het malsgaren is
onderbroken.
A Om het proces te hervatten kunt u
bevestigen door op de instelknop te drukken.
A Druk toets in om af te breken.
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
De verdamper in het
A Start het ontkalken.
toestel is verkalkt.
78
Page 79
… Storingen zelf verhelpen
knippert
Mogelijke oorzaak Oplossing
Ongeschikt ontkalkings-
middel gebruikt.
Het ontkalken is niet juist
verlopen.
A Voer nogmaals een ontkalking uit met het
voorgeschreven ontkalkingsmiddel.
A Als de melding na meerdere keren
ontkalken niet verdwijnt, noteer dan het FN­nummer en de complete storingsmelding.
A Bel de service.
afwisselend met knippert
XX
XX
Mogelijke oorzaak Oplossing
Verschillende situaties
kunnen tot een storingsmelding leiden.
A Druk de toets in om de
storingsaanwijzing te verlaten.
A Onderbreek de stroomtoevoer voor
ca. 1 minuut.
A Schakel de stroomtoevoer weer in. A Indien de storing opnieuw verschijnt,
noteer dan het FN-nummer en de complete storingsmelding.
A Onderbreek de stroomtoevoer. A Bel de service.
79
Page 80
… Storingen zelf verhelpen
afwisselend met knippert
XX
XX
Mogelijke oorzaak Oplossing
Storing in de
stroomtoevoer.
A Druk de toets in om de
storingsaanwijzing te verlaten.
A Onderbreek de stroomtoevoer voor
ca. 1 minuut.
A Schakel de stroomtoevoer weer in.
A Indien de storing opnieuw verschijnt,
noteer dan het FN-nummer en de complete storingsmelding.
A Onderbreek de stroomtoevoer.
A Bel de service.
wordt weergegeven
XX
Mogelijke oorzaak Oplossing
Verschillende situaties
kunnen tot een «CA»­melding leiden.
Deze treden op tijdens
Als wordt weergegeven, bevindt het
toestel zich in de ontkalkingsfase.
Als of wordt weergegeven,
bevindt het toestel zich in een spoelfase. het ontkalken.
80
Page 81
… Storingen zelf verhelpen
wordt weergegeven
Mogelijke oorzaak Oplossing
Tijdens het ontkalken is
de toets ingedrukt.
Het toestel schakelt na korte tijd automatisch over naar de spoelfases.
A Als er in het display staat, moet u het
waterreservoir met vers water vullen. – De spoelfase wordt automatisch
voortgezet.
Het ontkalken is in dit geval niet juist verlopen en moet nogmaals volledig worden uitgevoerd.
Na een stroomonderbreking
Na een stroomonderbreking knipperen in de rechter digitale display en het symbool .
A Draai aan de instelknop en stel de uren in.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
A Draai aan de instelknop en stel de minuten in.
A Door nogmaals op de instelknop te drukken wordt de tijd bevestigd.
De persoonlijke instellingen blijven behouden.Indien de stroomonderbreking tijdens het «Malsgaren» plaatsvindt,
wordt dit programma afgebroken. Het programma kan niet worden hervat.
Vindt de stroomonderbreking tijdens het ontkalken plaats, dan
wordt het ontkalken automatisch na het instellen van de klok voortgezet.
81
Page 82
Toebehoren en vervangingsonderdelen
Geef bij bestellingen altijd het modelnummer en de juiste benaming aan.
Toebehoren
Breedte × Hoogte ×
Diepte [mm]
Roestvrijstalen plaat *
Roestvrijstalen plaat geperforeerd *
370 × 25 × 429,5
370 × 25 × 429,5
Rooster * 370 × 25 × 429,5
Originele koekplaat *
370 × 25 × 429,5
Gaarplaat ongeper­foreerd,
1
3
GN
/
325 × 40 × 177
Gaarplaat geperfo­reerd,
1
3
/
GN
325 × 40 × 177
Rolschuif
530208
530209
530210
530207
565054
565048
* Meegeleverd
De afmetingen voldoen aan de gastronorm GN, ½ GN c. q. GN.
82
1
3
/
2
3
/
Page 83
… Toebehoren en vervangingsonderdelen
*
Vervangingsonderdelen
Draagrooster links / rechts
Schroefmoer
Deksel voor waterreservoir
Waterreservoir
Kernthermometer met rechte handgreep
Ontkalkingsmiddel
566372
530211
530211
531460
566405
83
Page 84
Technische gegevens
Elektrische aansluiting
A Zie serviceplaatje 1
1
Elektrische aansluiting
Aansluiting d.m.v. stekker in een contactdoos. Totaal vermogen 3,7 kW Aanslmuitwaarden 230 - 240 V, 50 Hz Zekering 16 A
Verwarmingsvermogen
Hete lucht 2200 W Bovenwarmte 1200 W Onderwarmte 1250 W Grill 2500 W Stoomgenerator 1400 W
* Optie
Aanwijzing voor testinstituten
De energie-efficiëntieklasse volgens EN 60350 / EN 50304 wordt met de gebruikswijzen + en bepaald. Het bepalen van het gebruiksvolume volgens EN 60350 / EN 50304 vindt plaats met gedemonteerde draagroosters.
Algemene aanwijzing
Maximale lading 3 kg
Kookruimtetemperatuurmeting
De kookruimtetemperatuur wordt volgens een internationaal geldende norm in de lege kookruimte gemeten. Eigen metingen kunnen onnauwkeurig zijn en zijn niet geschikt om de nauwkeurigheid van de temperatuur te controleren.
84
Page 85
… Technische gegevens
Automatische standby-spaarfunctie
Om onnodig energieverbruik te vermijden is het toestel met een automatische standby-spaarfunctie uitgerust.
De absolute laagste waarde van het stroomverbruik kan door het kie­zen van de persoonlijke instelling , «Tijd-display niet zichtbaar», worden bereikt. Ondanks de automatische standby-spaarfunctie blij­ven de veiligheidsfuncties actief.
85
Page 86
Verwerking
Verpakking
Het verpakkingsmateriaal (karton, plasticfolie PE en piepschuim EPS) is
gemerkt en moet zomogelijk gerecycled worden en op een milieuvriende­lijke manier verwijderd.
Deïnstallatie
Koppel het toestel los van de netstroom. Bij een vast gemonteerd toestel
moet dit door een erkend elektricien worden uitgevoerd!
Veiligheid
Om ongevallen door ondeskundig gebruik te vermijden, met name door
spelende kinderen, dient het toestel onbruikbaar te worden gemaakt.
Trek de stekker uit het stopcontact, c. q. laat de aansluiting door een
elektricien demonteren. Snij vervolgens het netsnoer van het toestel.
Afdanken
Het oude toestel is geen waardeloos afval. Door een juiste verwijdering
kunnen de grondstoffen worden hergebruikt.
Op het serviceplaatje van het toestel is het symbool afgebeeld. Het
wijst er op dat afdanken met het normale huishoudelijke afval niet toegela­ten is.
Het afdanken moet volgens de lokale voorschriften voor afvalverwerking
gebeuren. Voor meer informatie over de behandeling, verwerking en recycling van het product kunt u zich wenden tot de verantwoordelijke instanties van uw gemeentebestuur, bij het plaatselijke recyclingcentrum voor huishoudelijk afval, of tot de handelaar bij wie u het toestel heeft gekocht.
86
Page 87
Montage-instructies voor gespecialiseerd personeel
De wettelijke voorschriften en aansluitvoorwaarden van de plaatselijke
elektriciteitsmaatschappij moeten strikt worden nageleefd.
Bij aansluiting, reparatie en vervangen van de gloeilamp het apparaat
stroomloos maken. De geaarde stekker uit de contactdoos trekken of de zekering uitschakelen.
Bij het ingebouwde apparaat mag geen contact mogelijk zijn met onderde-
len die bij het gebruik onder spanning staan.
Het apparaat wordt met stekker geleverd en mag alleen op een reglemen-
tair geïnstalleerde, geaarde contactdoos worden aangesloten. De installa­tie van een contactdoos, het vervangen van poolleider en neutrale leider of het vervangen van de aansluitkabel mag alleen door een elektrotechnicus worden uitgevoerd, waarbij de geldende voorschriften moeten worden na­geleefd.
Als de stekker na het inbouwen niet meer bereikbaar is, moet, om aan de
geldende veiligheidsvoorschriften te voldoen, op de plaats van installatie een scheidingsinstallatie voor alle polen met een contactafstand van ten minste 3 mm aanwezig zijn.
De inbouwkast voor de combinatiestoomoven moet tot 100 °C tempera-
tuurbestendig zijn. Dat geldt in het bijzonder voor fineer, kantstukken, kunststofoppervlakken, lijm en lak. De aangrenzende meubelfronten moe­ten tegen een temperatuur van ten minste 70 °C bestand zijn.
Het apparaat moet in elk geval horizontaal op een effen, stevige plank wor-
den ingebouwd. De plank mag niet doorbuigen.
Als het meubel niet aan de muur is bevestigd, met een gebruikelijk hoek-
ijzer vastschroeven.
Elektriciteit
Aansluiting: d.m.v. stekker in een contactdoos. Totaal vermogen: 3,7 kW Aansluitwaarden: 230 - 240 V, 50 Hz Zekering: 16 A
87
Page 88
… Montage-instructies voor gespecialiseerd personeel
Inbouwmaten
Voor een passende opening:
Inbouw in de keukenmeubels
Apparaat inbouwen:
A Stekker in de contactdoos steken.
Als nu in het display "U2" verschijnt, moet de stekker worden gedraaid. Als dat niet mogelijk is, moeten door een vakman de neutrale leider en de poolleider in de con­tactdoos worden verwisseld.
A Het apparaat volledig in de kastopening
schuiven. Daarbij de aansluitkabel van het apparaat niet inklemmen
Apparaat bevestigen:
A De ovendeur openen en het apparaat
met de meegeleverde schroeven ­schuin inzetten - van binnen naar buiten aan het kastelement vastschroeven.
88
Page 89
Overzicht van de trefwoorden
A
Aanwijzingen ................................. 10
Afdanken........................................ 86
B
Bediening....................................... 16
Bedieningselementen.................. 11
Beschrijving van het toestel ....... 10
Bijvullen van water ....................... 19
Boven-/onderhitte ........................ 34
Bovenhitte...................................... 12
Buitenafmetingen ......................... 84
Buitenkant reinigen ...................... 68
C
C-meldingen.................................. 80
Contactbescherming ................... 12
D
Deïnstallatie................................... 86
Deurpakking.................................. 12
Vervangen................................. 70
Display-elementen........................ 11
Displays ......................................... 11
Draagrooster................................. 70
E
Eerste ingebruikneming.............. 17
Elektrische aansluiting ................ 84
Energie sparen ............................. 67
F
F-/E-meldingen ............................. 79
Fabrieksinstellingen............. 24, 27
G
Gaarplaat ....................................... 15
Gebruikswijzen ............................. 34
Kiezen ........................................ 19
Wijzigen..................................... 19
Geluidssignaal....................... 24, 26
Gerecht uitnemen ........................ 21
Gloeilampen vervangen ............. 74
Grill .......................................... 12, 36
H
Hete lucht............................... 34, 64
Hete lucht + bevochtigen .... 38, 65
Hete lucht vochtig........................ 38
Heteluchtventilator....................... 12
H-meldingen ................................. 77
I
Ingebruikneming ............................ 2
Inschakeltijdsduur........................ 30
K
Kerntemperatuur.......................... 42
Kernthermometer.................. 14, 41
Plaatsen .................................... 41
Kinderbeveiliging .................. 24, 25
Kinderen in de huishouding ........ 4
Klok instellen ................................ 28
Klokfuncties .................................. 28
Kookruimte
Reinigen.................................... 71
Temperatuurmeting ................ 84
Ventilatie ................................... 12
Kookruimtetemperatuur
Controleren / wijzigen ............ 20
Kiezen........................................ 20
Korte handleiding ........................ 92
L
Lading............................................ 84
M
Malsgaren .............................. 38, 44
89
Page 90
… Overzicht van de trefwoorden
Selecteren en starten ............. 45
Voorbereiden ........................... 45
N
Niveaus.......................................... 12
O
Onderhoud.................................... 68
Ontkalken ...................................... 72
Uitvoeren................................... 73
Ontkalkingsmiddel....................... 73
Opbouw ......................................... 10
Originele koekplaat ..................... 13
P
Persoonlijke instellingen............. 23
PizzaPlus ....................................... 36
Profi-bakken........................... 36, 65
R
Regenereren.......................... 36, 64
Reiniging ....................................... 68
Roestvrijstalen plaat.................... 13
Roestvrijstalen plaat geperforeerd .
14
Rolschuif........................................ 15
Rooster .......................................... 14
S
Schroefmoer ................................. 12
Serviceplaatje ............................... 84
Snel opwarmen ............................ 40
Standby.......................................... 85
Stekkerbus .................................... 12
Stomen ................................... 34, 63
Stoomtoevoer in-/uitschakelen . 65
Storingen zelf verhelpen............. 75
Stroomonderbreking ................... 81
Symbolen ...................................... 11
T
Technische gegevens................. 84
Temperatuureenheid ........... 24, 27
Temperatuursensor..................... 12
Testinstituten ................................ 84
Tijd instellen ................................. 28
Tijd-display............................. 24, 26
Tijdnotatie .............................. 24, 27
Timer.............................................. 29
Tips en trucs ................................ 63
Toebehoren ........................... 13, 82
Reinigen ................................... 70
Toesteldeur................................... 12
Verwijderen .............................. 69
Toestellade ................................... 10
Reinigen ................................... 68
Toetsen ......................................... 11
U
U-/E-meldingen............................ 80
Uitgestelde start .......................... 31
Uitschakelen................................. 21
Uitschakeltijd................................ 31
V
Veiligheid ...................................... 86
Veiligheidsvoorschriften
Bij kinderen in de huishouding 4
Gebruik ........................................ 4
Reglementair gebruik ............... 3
Voor de eerste ingebruikneming
2
Verlichting....................... 12, 24, 26
Verpakking ................................... 86
Verschil in bruinering.................. 66
Vervangingsonderdelen............. 83
Verwarmingslade......................... 10
Reinigen ................................... 68
Verwarmingsvermogen .............. 84
Verzorging .................................... 68
Vochtige, warme doekjes .......... 64
Voor de eerste ingebruikneming. 2
Voorbeeld: Brood........................ 18
Voorverwarmen ........................... 67
90
Page 91
… Overzicht van de trefwoorden
W
Waterhardheid ...................... 24, 27
Waterreservoir............................... 15
Leegmaken............................... 22
Vullen......................................... 18
91
Page 92
Korte handleiding
Lees eerst de veiligheidsvoorschriften in deze bedieningshandleiding!
Klok instellen
A Druk toets in.
A Draai aan de instelknop en stel de uren in.
A Druk toets nogmaals in.
A Draai aan de instelknop en stel de minuten in.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Gebruikswijze kiezen
A Druk de toets zo vaak in, totdat de gewenste gebruikswijze verschijnt.
A Stel de gewenste kookruimtetemperatuur in door aan de instelknop
te draaien.
A U bevestigt door op de instelknop te drukken.
Toestel uitschakelen
A Druk toets in.
Timer instellen
A Druk toets in.
A Stel de tijdsduur in door aan de instelknop te draaien.
Page 93
Page 94
Page 95
Page 96
h§mmbop_rp`e=e^rpdboûqb=^d
mзлнС~ЕЬ=NM=MN=POI=aJQRUMN=dЙдлЙевбкЕЬЙеI=hΩййЙклДмлЕЬлнкK=NSI=aJQRUUP=dЙдлЙевбкЕЬЙе
qЙдЙСззеW=EMO=MVF=Q=MNJMI=нЙдЙС~сW=EMO=MVF=Q=MNJP=MP
пппKвмЙййЙклДмлЕЬKЗЙ
hΩййЙклДмлЕЬ=dЙлKгKДKeK
bбнеЙкЦ~ллЙ=NPI=NOPN=tбЙеI=нЙдЙСззеW=MN=L=U=SS=UMJMI=нЙдЙС~сW=MN=L=U=SS=UM=TO
пппKвмЙййЙклДмлЕЬK~н=⋅ =ЙJг~бдW=оЙкв~мС]вмЙййЙклДмлЕЬK~н
Loading...