EC-Konformitätserklärung EC-Declaration of -Conformity
EC- Déclaration de conformité EC-Declaración de Conformidad
EC-Dichiarazione di conformità EC-Conformiteitverklaring
EC- Declaração de conformidade EC- Prohlášení o shode
EC-Deklaracja zgodnościEC-Заявлениеосоответствии
Electronic Balance: KERN PLE-N
5 PLE-N-BA-nl-1222
3 Grondopmerkingen (algemene informatie)
3.1 Gebruik volgens bestemming
De door u aangekochte weegschaal dient ter bepaling van het gewicht (de
weegwaarde) van het gewogen materiaal. Hij dient te worden beschouwd als een
“niet-zelfstandige weegschaal” d.w.z. de gewogen voorwerpen dienen met de hand
voorzichtig te worden geplaatst in het midden van het weegplateau. De weegwaarde
kan na bereiken van een stabiele aanduidingwaarde worden afgelezen.
3.2 Afwijkend gebruik
De weegschaal niet voor dynamische wegingen gebruiken. Indien de hoeveelheid
gewogen materiaal enigszins verminderd of vergroot wordt, kan het in de
weegschaal geplaatste “compensatie en stabilisatie” mechanisme uitlezing van
foutieve weegresultaten veroorzaken! (Voorbeeld: De vloeistof vloeit langzaam van
de container uit die op de weegschaal is geplaatst.)
Het weegplateau niet aan langdurige belasting blootstellen. Het kan beschadiging
van het meetmechanisme veroorzaken.
Stoten en overbelasting van de weegschaal boven aangegeven maximale last
(max.), met bestaande tarravooraftrek, absoluut mijden. Het kan beschadiging van
de weegschaal veroorzaken.
De weegschaal nooit in ruimtes met explosiegevaar gebruiken. Serie-uitvoering is
geen explosiebestendige uitvoering.
Geen wijzigingen in de constructie van de weegschaal aanbrengen. Het kan tot
foutieve weegresultaten, inbreuk op technische veiligheidsvoorwaarden als ook tot
beschadiging van de weegschaal leiden.
De weegschaal mag enkel conform beschreven richtlijnen worden gebruikt. Andere
gebruiksbereiken / toepassingsgebieden vereisen schriftelijke toestemming van de
firma KERN.
3.3 Garantie
De garantie vervalt ingeval van:
niet naleven van onze richtlijnen bepaald in de gebruiksaanwijzing;
gebruik niet volgens beschreven toepassingen;
wijziging of opening van de apparatuur;
mechanische beschadiging of beschadiging door werking van media, vloeistoffen,
gewoonlijk verbruik;
onjuiste plaatsing of onjuiste elektrische installatie;
overbelasting van het meetmechanisme.
PLE-BA-nl-1222 6
3.4 Toezicht over controlemiddelen
Vóór plaatsen en aanzetten van de weegschaal dient men
onderhavige gebruiksaanwijzing nauwkeurig te lezen, ook
indien u al ervaring met KERN weegschalen hebt.
Alle delen van de originele verpakking dienen te worden
behouden voor het geval van eventueel retourvervoer.
Alleen originele verpakking bij retourvervoer gebruiken.
Vóór versturen dienen alle aangesloten kabels en
losse/bewegende onderdelen te worden afgekoppeld.
Indien aanwezig dient de vervoerbescherming opnieuw te worden
aangebracht.
Alle delen, bv. de glazen windscherm, het weegplateau, de
netadapter, e.d. dienen voor uitglijden en beschadiging te worden
beveiligd.
In het kader van kwaliteitsverzekeringssysteem dienen regelmatig technische
meeteigenschappen van de weegschaal en eventueel beschikbare
controlegewichten te worden gecontroleerd. Daarvoor dient de bevoegde gebruiker
een juist tijdsinterval als ook aard en omvang van dergelijke controle te bepalen.
Informatie betreffende toezicht over controlemiddelen zoals weegschalen als ook
over noodzakelijke controlegewichten zijn toegankelijk op de website van de firma
KERN (www.kern-sohn.com). De controlegewichten en weegschalen kan men snel
en goedkoop ijken in een kalibratielaboratorium van de firma KERN geaccrediteerd
door DKD (Deutsche Kalibrierdienst) (terugzetten naar de norm geldende in bepaald
land).
4 Veiligheid grondrichtlijnen
4.1 Richtlijnen van de gebruiksaanwijzing nakomen
4.2 Personeelscholing
Het apparaat mag enkel door geschoolde medewerkers worden bediend en
onderhouden.
5 Vervoer en opslag
5.1 Controle bij ontvangst
Onmiddellijk na ontvangst van het pakket controleren of er geen zichtbare
beschadigingen aanwezig zijn, hetzelfde betreft het apparaat na uitpakken.
5.2 Verpakking / retourvervoer
7 PLE-N-BA-nl-1222
6 Uitpakken, installeren en aanzetten
De weegschaal waterpas zetten met schroefvoeten, de
luchtbel in de libel (waterpas) moet zich in het
aangetekende bereik bevinden.
6.1 Plaats van installatie, gebruikslocatie
De weegschalen zijn op dergelijke manier geconstrueerd dat er in normale
gebruiksomstandigheden geloofwaardige weegresultaten worden bereikt.
De keuze van juiste locatie van de weegschaal verzekert een precieze en snelle
werking.
Daarom dient men bij keuze van plaats van installatie volgende regels in acht
te nemen:
de weegschaal op stabiele, even oppervlakte plaatsen;
extreme temperaturen als ook temperatuurverschillen bij bv. plaatsing bij
verwarming of in plaatsen met directe werking van zonnestralen mijden;
tegen directe werking van tocht beveiligen die door open ramen en deuren
wordt veroorzaakt;
bij wegen stoten mijden;
de weegschaal tegen hoge luchtvochtigheid, dampen en stof beschermen;
De weegschaal niet aan langdurige werking van grote vochtigheid
blootleggen. Ongewenst dauwen (condensatie van luchtvocht op het
apparaat) kan voorkomen indien een koud apparaat in een veel warmere
ruimte wordt geplaatst. In dergelijk geval dient het van netwerk gescheiden
apparaat ca. 2 uur acclimatisering aan de omgevingstemperatuur te
ondergaan.
statische ladingen mijden die van gewogen materiaal, weegschaalcontainer
en windscherm komen.
Ingeval van elektromagnetische velden (bv. van mobiele telefoons of
radioapparatuur), statische ladingen als ook instabiele elektrische voeding zijn grote
onregelmatigheden in weergave mogelijk (foutief weegresultaat). Men dient de
weegschaal dan te verplaatsen of de storingsbron verwijderen.
6.2 Uitpakken
De weegschaal voorzichtig uit de verpakking halen, plastic zakje uitnemen en de
weegschaal in een aangegeven werkplek plaatsen.
de toets lang drukken,
totdat het akoestische
signaal eindigt
De toets MENU
het gebruikersmenu
opvragen
menupunt kiezen – naar
voren scrollen
het gebruikersmenu
opvragen
het gebruikersmenu
verlaten
de aanduiding
omschakelen
De pijltoets
de numerieke waarde invoeren – naar achteren scrollen
Toets ON/OFF
in-/uitschakelen
het gebruikersmenu verlaten
Toets CAL
justeren
menupunt kiezen – naar achteren scrollen
De pijltoets
de numerieke waarde invoeren – naar voren scrollen
Toets PRINT
weeggegevens door interface doorgeven
de instellingen bevestigen/opslaan
De pijltoets
de numerieke waarde invoeren - cijferkeuze
Toets TARE
tarreren
op nul zetten
6.4.1 Aanduidingoverzicht
6.4.2 Toetsenbordoverzicht
PLE-BA-nl-1222 10
6.5 De voeding aan- en uitzetten
Bij geijkte weegschalen dient de opwarmingstijd van 30 minuten te
worden aangehouden.
Nadat de netadapter wordt aangesloten, wordt de de functie van tijd
aftellen aangezet.
De accu is voldoende opgeladen.
Het accuvolumen wordt binnenkort verbruikt. De netadapter zo
snel mogelijk aansluiten om de accu op te laden.
De spanning staat onder een bepaald minimum. De netadapter
aansluiten om de accu op te laden.
.
Voordat men de netadapter aansluit dient men te controleren of de geprinte
spanningswaarde met de locale spanning correspondeert. Enkel originele
netadapters van de firma KERN gebruiken. Gebruik van andere producten vereist
toestemming van de firma KERN.
Het contact van de netadapter in het weegschaalcontact zetten en aan het
netwerk aansluiten.
De weegschaal wordt zelfgediagnosticeerd. De weegschaal wordt dan in de
stand-by modus omgeschakeld.
De toets ON/OFF drukken. Nadat de nulaanduiding verschijnt, is de weegschaal
paraat. Bij weegschalen met een extern kalibratiegewicht wordt eerst het
justeren uitgevoerd. Tijdens dit proces verschijnt op display de melding “CAL”.
De toets ON/OFF opnieuw drukken. De weegschaal staat in de stand-by modus.
6.6 Bedrijf met accuvoeding (optie)
De accu wordt met behulp van de geleverde netadapter opgeladen.
De bedrijfstijd van de accu bedraagt ca. 30 uur, de oplaadtijd totdat de accu opnieuw
vol is bedraagt ca. 10 uur.
In het menu kan de functie AUTO-OFF time off] worden geactiveerd, zie
hoofdstuk 9.8. Afhankelijk van de instelling in het menu wordt de weegschaal
automatisch in de modus accubesparing gezet.
Tijdens bedrijf van de weegschaal met accuvoeding verschijnen op display de
volgende symbolen:
11 PLE-N-BA-nl-1222
6.7 Randapparatuur aansluiten
Vóór aansluiten of afkoppelen van extra apparatuur (printer, computer) aan de
gegevensinterface dient de weegschaal noodzakelijk van netwerk te worden
gescheiden.
Alleen accessoires en randapparatuur van de firma KERN die optimaal aan de
weegschaal worden aangepast, mogen met de weegschaal worden gebruikt.
6.8 Eerste ingebruikname
Om precieze weegresultaten met behulp van elektronische weegschalen te krijgen,
dienen ze een juiste werkingstemperatuur te bereiken (zie: “Opwarmingstijd”,
hoofdstuk 1).
Tijdens opwarming moet de weegschaal elektrisch gevoed worden (contact, accuset,
accu’s).
De juistheid van de weegschaal is van lokale valversnelling afhankelijk.
Men dient de voorschriften van het hoofdstuk "Justeren” absoluut te volgen.
6.8.1 Stabilisatieaanduiding
Indien op de display de stabilisatieaanduiding [ ] verschijnt, is de weegschaal in
een stabiele stand. In onstabiele stand verdwijnt de aanduiding [ ].
6.8.2 Nulaanduiding van de weegschaal
Indien bij onbelaste weegschaal op de weegschaaldisplay geen nulwaarde
verschijnt, dient de toets TARE te worden gedrukt en de weegschaal wordt op nul
gezet [ ].
7 Justeren
Omdat de waarde van de valversnelling niet op elke plek op aarde gelijk is, dient elke
weegschaal aangepast te worden - conform de weegregel voortvloeiende uit regels
van natuurkunde - aan de valversnelling op de plaats van installatie van de
weegschaal (enkel indien de weegschaal niet eerder in fabriek is gejusteerd op de
plaats van installatie). Een dergelijk justeerproces dient men uit te voeren bij eerste
ingebruikname, na elke wijziging van locatie van de weegschaal als ook bij
temperatuurschommelingen van de omgeving. Om precieze meetwaarden te
bereiken is het aanbevolen om aanvullend cyclisch de weegschaal te justeren ook in
de weegmodus.
Voor stabiele omgevingsomstandigheden zorgen. Vereiste opwarmingstijd
verzekeren (zie hoofdstuk 1) voor de stabilisatie van de weegschaal.
Opletten dat zich op het weegplateau geen voorwerpen bevinden.
PLE-BA-nl-1222 12
Opletten dat zich op het weegplateau geen voorwerpen bevinden. De toets CAL
drukken.
Afwachten totdat de waarde van het vereiste kalibratiegewicht verschijnt.
Tijdens de aanduiding blinkt, het vereiste kalibratiegewicht in het midden van
het weegschaalplateau stellen.
De blinkende aanduiding verdwijnt.
Na succesvol justeren wordt de weegschaal automatisch terug in de
weegmodus gezet.
Het kalibratiegewicht afnemen.
7.1.1 Justeren met aanbevolen kalibratiegewicht (fabriekinstelling)
De vereiste waarde van het kalibratiegewicht, zie hoofdstuk 1 “Technische
gegevens”.
13 PLE-N-BA-nl-1222
7.1.2 Justeren met gewichten met andere nominale waarden
Men dient daarbij op te letten dat zich op het weegplateau geen voorwerpen
bevinden. Men dient de toets CAL te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt.
Afwachten totdat de melding “load” verschijnt.
Tijdens de aanduiding blinkt, het kalibratiegewicht in het midden van het
weegschaalplateau stellen.
De blinkende aanduiding verdwijnt.
Na succesvol justeren wordt de weegschaal automatisch terug in de
weegmodus gezet.
Het kalibratiegewicht afnemen.
Bij een justeerfout of een onjuist kalibratiegewicht verschijnt op display de
foutmelding. Afwachten totdat de weegschaal terug in de weegmodus wordt
gezet en het justeerproces herhalen.
Voor wat betreft de meettechniek is justeren met gewichten met andere nominale
waarden ook mogelijk maar niet altijd optimaal, voor mogelijke justeerpunten zie
tabel 1.
Informatie betreffende de kalibratiegewichten kunnen op internet worden gezocht
onder:http://www.kern-sohn.com
PLE-BA-nl-1222 14
Aanzetten
In de stand-by modus (zie hoofdstuk 6.5) de toets ON/OFF
drukken.
De weegschaal is paraat direct nadat de gewichtsaanduiding
verschijnt.
Uitzetten
De toets ON/OFF drukken, de weegschaal keert terug in de
stand-by modus (zie hoofdstuk 6.5).
Vereenvoudigd
wegen
Het gewogen materiaal opleggen.
Afwachten totdat de stabilisatieaanduiding [ ] verschijnt.
Het weegresultaat aflezen.
Tarreren
De weegschaalcontainer opleggen en de toets TARE
drukken.
Afwachten totdat de melding “0-t” verschijnt.
Na succesvolle stabilisatiecontrole verschijnt de
nulaanduiding.
Het containergewicht wordt in het weegschaalgeheugen
gememoriseerd.
Het gewogen materiaal wegen, het netto gewicht verschijnt.
Nadat de weegschaalcontainer wordt weggenomen,
verschijnt zijn gewicht als een negatieve aanduiding.
Het tarragewicht blijft gememoriseerd totdat het gewist
wordt. Daarvoor dient men de weegschaal te ontlasten en
de toets TARE drukken. De melding “0-t” verschijnt,
afwachten totdat de nulaanduiding verschijnt.
Het tarreren kan willekeurige aantal keren worden
herhaald, bijvoorbeeld bij het wegen van enkele
ingrediënten van een mengsel (bijwegen). De grens wordt
bereikt op het moment dat het hele weegbereik wordt
gebruikt.
.
8 Basismodus
15 PLE-N-BA-nl-1222
Navigatie in het menu
Ingang tot het
menu
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en
gedrukt te houden totdat het akoestische signaal verdwijnt. De
eerste menupunt “units” verschijnt.
Keuze van de
menupunten
De afzonderlijke menupunten kunnen achter elkaar worden
gekozen door de toets MENU te drukken.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
Wijziging van de
instellingen
De gekozen menupunt met de toets PRINT bevestigen, de
actuele instelling verschijnt. Nadat de pijltoets elke keer
wordt gedrukt, wordt de volgende instelling afgelezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
De instellingen
opslaan
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de
volgende instelling in de menu kiezen of terug naar de
weegmodus gaan.
De menu sluiten/
terug naar de
weegmodus
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt
automatisch terug naar de weegmodus gezet.
9 Gebruikersmenu
Door het gebruikersmenu is het mogelijk om de weegschaalinstellingen te wijzigen.
Daardoor is het mogelijk om de weegschaal aan individuele eisen aan te passen.
De fabriekinstelling van het gebruikersmenu veronderstelt dat de wijzigingen in geen
modellen worden ingevoerd maar enkel in bijzondere bedrijfsomstandigheden.
PLE-BA-nl-1222 16
Menuoverzicht
Menupunt
Aanduidi
ng
Keuze
Beschrijving
Weegeenheid
(zie hoofdstuk 9.1)
Units
Gram
gram
Carat
karaat
Ounce
ons
Pound
pond
PEnn
pennyweight
OuncEtr
Troy ounce
GrAin
grain
tAEL Hon
tael (Hongkong)
tAEL SGP
tael (Singapore)
tAEL roc
tael (R.O.C.)
Momme
momme
Type gegevensuitgang
(zie hoofdstuk 9.2)
PC-Prtr
PC cont
uitgave continu
PC CMd
gegevensuitgave enkel nadat de
toets PRINT wordt gedrukt
Print
niet gedocumenteerd
De transmissiesnelheid
(zie hoofdstuk 9.3)
baud rt
br 1200
br 2400
br 4800
br 9600
Automatische correctie
van de nulpunt (zie
hoofdstuk 9.4)
Auto 0
Au0 OFF
de functie Auto-Zero
(automatisch op nul zetten) uit
Au0 1
functiebereik van Auto-Zero
±½ cijfer
Au0 2
functiebereik van Auto-Zero
±3 cijfer
Au0 3
functiebereik van Auto-Zero
±7 cijfer
Au0 3E
functiebereik van Auto-Zero
±7 cijfer in het gehele
weegbereik
Filter
(zie hoofdstuk 9.5)
Filter
Filt 1
instelling voor het doseren
Filt 2
gevoelig en snel, zeer rustige
locatie.
Filt 3
niet gevoelig maar traag,
onrustige locatie.
17 PLE-N-BA-nl-1222
Aanduiding van de
stabilisatiecontrole
(zie hoofdstuk 9.6)
Stabil
Stab 1
snelle stabilisatiecontrole / zeer
rustige locatie
Precieze stabilisatiecontrole /
zeer onrustige locatie
Verlichte achtergrond van
de display (zie hoofdstuk
9.7)
Blt
on
verlichte achtergrond aan
off
verlichte achtergrond uit
Auto
De verlichte achtergrond wordt
automatisch uitgeschakeld 3
seconden nadat de stabiele
weegwaarde wordt bereikt.
Nadat het gewicht wordt
gewijzigd of een toets wordt
gedrukt, wordt de verlichte
achtergrond opnieuw
automatisch aangezet.
Functie van automatisch
uitschakelen “AUTO OFF”
in de modus stand-by
(zie hoofdstuk 9.8)
time off
disab
de functie AUTO-OFF uit
2 min
de functie AUTO-OFF werkt na
2 minuten zonder
gewichtswijziging
5 min
de functie AUTO-OFF werkt na
5 minuten zonder
gewichtswijziging
15 min
de functie AUTO-OFF werkt na
15 minuten zonder
gewichtswijziging
Justeren (zie hoofdstuk 7)
Calib
*E-Cal
justeren met intern gewicht, (de
functie is geblokkeerd bij de
voor de ijking geschikte
weegschalen)
End
* = afhankelijk van model
PLE-BA-nl-1222 18
9.1 Weegeenheid
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt. De eerste menupunt “units” verschijnt.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
Symbool
Weegeenheid
Omrekeningscoëfficien
t 1 g =
Gram
gram
1.
Carat
karaat
5.
Ounce
ons
0.035273962
Pound
pond
0.0022046226
PEnn
pennyweight
0.643014931
*OuncEtr
Troy ounce
0.032150747
GrAin
grain
15.43235835
* tAEL Hon
tael (Hongkong)
0.02671725
tAEL SGP
tael (Singapore)
0.02646063
tAEL roc
tael (R.O.C.)
0.02666666
Momme
momme
0.2667
* niet in alle modellen toegankelijk
Afhankelijk van de eisen kan de weegschaal naar verschillende eenheden worden
omgeschakeld (bij de geijkte weegschalen zijn niet alle eenheden toegankelijk, zie
hoofdstuk 1 “Technische gegevens”). De gekozen weegeenheid blijft ook
gememoriseerd nadat de weegschaal van het netwerk wordt gescheiden.
19 PLE-N-BA-nl-1222
9.2 Type gegevensuitgang
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
“PC cont”
= uitgave continu
“PC CMd”
= gegevensuitgave enkel nadat de toets PRINT wordt
“Print”
= niet gedocumenteerd
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
PLE-BA-nl-1222 20
9.3 Transmissiesnelheid
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
21 PLE-N-BA-nl-1222
9.4 Functie Auto Zero
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Door deze menupunt is het mogelijk om de automatische correctie van het nulpunt
aan of uit te zetten. Bij drift of verontreinigingen bij aangezette functie wordt het
nulpunt automatisch gecorrigeerd.
Opmerking:
Indien de hoeveelheid gewogen materiaal enigszins verminderd of vergroot wordt,
kan het in de weegschaal geplaatste “compensatie en stabilisatie” mechanisme
uitlezing van foutieve weegresultaten veroorzaken! (b.v. de vloeistof vloeit langzaam
van de container uit die op de weegschaal is geplaatst, verdampen).
Tijdens doseren met kleine gewichtschommelingen is het aanbevolen om deze
functie uit te zetten.
PLE-BA-nl-1222 22
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
Au0 OFF = de functie Auto Zero is uit
Au0 1 = het bereik van de functie Auto-Zero ±½ cijfer
Au0 2 = het bereik van de functie Auto-Zero ±3 cijfers
Au0 3 = het bereik van de functie Auto-Zero ±7 cijfer
Au0 3E = het bereik van de functie Auto-Zero ±7 cijfers in het gehele
weegbereik
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
23 PLE-N-BA-nl-1222
9.5 Filter
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
Filter 1: instelling voor het doseren
Filter 2: de weegschaal reageert gevoelig en snel, een zeer rustige locatie.
Filter 3: de weegschaal reageert ongevoelig maar traag, onrustige locatie.
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
Door deze menupunt is het mogelijk om de weegschaal aan bepaalde
omgevingsomstandigheden en metingdoeleinden aan te passen.
PLE-BA-nl-1222 24
9.6 Aanduiding van de stabilisatiecontrole
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
25 PLE-N-BA-nl-1222
9.7 Verlichte achtergrond van de aanduiding
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
ON
verlichte achtergrond aan
OFF
verlichte achtergrond uit
Auto
De verlichte achtergrond wordt automatisch uitgeschakeld 3 seconden
nadat de stabiele weegwaarde wordt bereikt. Nadat het gewicht wordt
gewijzigd of een toets wordt gedrukt, wordt de verlichte achtergrond
opnieuw automatisch aangezet.
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
PLE-BA-nl-1222 26
9.8 Functie van automatisch uitschakelen “AUTO OFF”
In de weegmodus dient men de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de pijltoetsen de gewenste instelling kiezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
disab= functie AUTO-OFF uit
2 Min = de functie AUTO-OFF werkt na 2 minuten zonder gewichtswijziging
5 Min = de functie AUTO-OFF werkt na 5 Minuten zonder gewichtswijziging
15 Min = de functie AUTO-OFF werkt na 15 Minuten zonder gewichtswijziging
in de modus stand-by
27 PLE-N-BA-nl-1222
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de volgende
instelling in het menu kiezen of terug naar de weegmodus gaan.
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden totdat het
akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt automatisch terug naar de
weegmodus gezet.
PLE-BA-nl-1222 28
10 Gebruikersmenu
Count
Optellen
Dens
Dichtheidsbepaling van vaste
stoffen/vloeistoffen
HoL
Wegen met een tolerantiebereik
Perc
Percentagebepaling
M Load
Functie van de topwaarde
End
Navigatie in de menu:
Ingang tot het
menu
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste
menupunt “count” verschijnt.
Keuze van de
menupunten
De afzonderlijke menupunten kunnen achter elkaar worden
gekozen door de toetst MENU te drukken.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
Wijziging van de
instellingen
De gekozen menupunt met de toets PRINT bevestigen, de
actuele instelling verschijnt. Nadat de pijltoets elke keer
wordt gedrukt, wordt de volgende instelling afgelezen.
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
De instellingen
opslaan
De keuze met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal keert in de weegmodus terug. Indien nodig de
volgende instelling in het menu kiezen of terug naar de
weegmodus gaan.
Het menu sluiten/
terug naar de
weegmodus
Men dient de toets MENU te drukken en gedrukt te houden
totdat het akoestische signaal verdwijnt. De weegschaal wordt
automatisch terug naar de weegmodus gezet.
Door het gebruikersmenu is het mogelijk om de volgende bedrijfmodi te
activeren/deactiveren:
29 PLE-N-BA-nl-1222
10.1 Optellen
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
Met de toets PRINT bevestigen, het actuele aantal referentiestuks verschijnt.
Met de pijltoetsen het aantal referentiestuks kiezen (10, 25, 50, 100 of
handmatig = invoer van een numerieke waarde, zie hoofdstuk 10.1.3).
Naar voren scrollen met de toets MENU.
Naar achteren scrollen met de toets CAL.
Ingeval een weegschaalcontainer wordt gebruikt, dient deze te worden gelegd
voordat men de toets PRINT drukt. Het tarreerproces wordt automatisch gestart.
De melding “0-t” verschijnt.
Het gekozen aantal referentiestuks met de toets PRINT bevestigen.
Zo veel te tellen elementen opleggen als vereist in overeenstemming met het
ingestelde aantal referentiestuks.
Met de toets PRINT bevestigen en afwachten totdat de stabilisatiecontrole wordt
afgerond.
Na succesvolle bepaling van de referentiewaarde verschijnt het actuele aantal
stuks.
Het referentiegewicht afnemen. De weegschaal staat nu in de optelmodus en
telt alle elementen samen die zich op het weegplateau bevinden.
Voordat samentellen met de weegschaal mogelijk is, dient men het gemiddelde
gewicht van een stuk, zogenoemde referentiewaarde, te bepalen. Daarvoor dient
men bepaalde aantal getelde elementen op te leggen. Bepaling van totaalgewicht
volgt dat door het aantal elementen, zogenoemd aantal referentiestuks, wordt
gedeeld. Vervolgens wordt, op grond van berekend gemiddeld gewicht, samentellen
uitgevoerd.
Daarbij geldt als regel:
Hoe groter het referentieaantal hoe preciezer het optellen.
PLE-BA-nl-1222 30
Indien het niet mogelijk is om de referentiewaarde te bepalen omdat het
gewogen materiaal niet stabiel is of het referentiegewicht te klein is,
verschijnt tijdens de bepaling van de referentiewaarde de volgende
aanduiding:
ERR04 = het kleinste getelde gewicht overschrijden
Add SMP= Indien het opgelegde aantal stuks te klein is om de
referentiewaarde correct te bepalen, dienen volgende elementen te
worden gelegd, volgens onderstaande procedure.
De volgende elementen opleggen maar tenminste de dubbele
hoeveelheid.
De toets PRINT drukken, het referentiegewicht wordt opnieuw
berekend.
Indien het opgelegde aantal nog
steeds te klein blijkt, de volgende
elementen opleggen en met de
toets PRINT bevestigen. Het proces
zo vaak herhalen dat het aantal
stuks verschijnt.
Het opgelegde aantal stuks is
voldoende om de referentiewaarde
te bepalen.
Het referentiegewicht afnemen. De
weegschaal staat nu in de
optelmodus en telt alle elementen
samen die zich op het weegplateau
bevinden.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
31 PLE-N-BA-nl-1222
10.1.1 Omschakelen tussen de aanduiding van het aantal stuks en de
De automatische optimalisering van de referentiewaarde is niet actief
tijdens de numerieke invoer van de waarde van het referentiegewicht.
gewichtsaanduiding
Het gewogen materiaal opleggen en het aantal aflezen.
De toets MENU drukken, het totale gewicht van de opgelegde elementen
verschijnt.
of
De toets MENU drukken en zo lang gedrukt houden totdat het akoestische
signaal verdwijnt, het gemiddelde stukgewicht als eenheidsgewicht verschijnt.
Door de toets MENU te drukken kan men terug naar de aanduiding van het
aantal stuks teruggaan.
10.1.2 Automatische optimalisering van de referentiewaarde
Om de precisie van het optellen te verbeteren kan de referentiewaarde worden
geoptimaliseerd door volgende elementen op te leggen. Bij elke optimalisering van
de referentiewaarde wordt het referentiegewicht opnieuw berekend. Omdat de extra
elementen de basis voor de berekeningen vergroten, wordt de referentiewaarde ook
preciezer.
Nadat het referentiegewicht wordt bepaald, het gegeven aantal elementen op het
weegschaalplateau leggen.
Het aantal elementen op het weegschaalplateau verdubbelen en op het
akoestische signaal wachten. Het referentiegewicht wordt opnieuw berekend.
Of de optimalisering van de referentiewaarde te herhalen door volgende
elementen toe te voegen (max. 255 elementen) of het optelproces starten.
PLE-BA-nl-1222 32
10.1.3 Numerieke invoer van het referentiegewicht
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
Met de toets PRINT bevestigen, het actuele aantal referentiestuks verschijnt.
Met de pijltoetsen de instelling “manual” kiezen.
Met de pijltoetsen het bekende referentiegewicht invoeren.
Ingeval een weegschaalcontainer wordt gebruikt, dient deze te worden gelegd
voordat men de toets PRINT drukt. Het tarreerproces wordt automatisch gestart.
De melding “0-t” verschijnt.
Het gewogen materiaal opleggen en het aantal aflezen.
De toets MENU drukken, het totale gewicht van de opgelegde elementen
verschijnt.
Door de toets MENU te drukken kan men terug naar de aanduiding van het
aantal stuks teruggaan.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
Indien het referentiegewicht/aantal stuks bekend is, kan deze met de cijfertoetsen
worden ingevoerd.
33 PLE-N-BA-nl-1222
10.2 Dichtheidsbepaling (hydrostatische weging)
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de toets MENUde optie “d Solid” kiezen.
Met de toets PRINT bevestigen.
Met de pijltoetsen de dichtheid van de meetvloeistof invoeren.
Met de toets PRINT de ingevoerde waarde bevestigen.
De dichtheid is de verhouding van het gewicht [ g ] ten opzichte van het volumen
[cm3]. Het gewicht wordt verkregen door het wegen van een monster in de lucht. Het
volumen wordt bepaald op grond van de opwaartse kracht [g] van een monster
gedompeld in een vloeistof. De dichtheid [g/cm3] van deze vloeistof is bekend (de
wet van Archimedes).
De dichtheid wordt met de uitrusting voor het wegen onder de vloer bepaald.
10.2.1 Dichtheidsbepaling van vaste stoffen
De weegschaal wordt als volgt voorbereid:
de weegschaal aanzetten,
het weegplateau afnemen en de weegschaal voorzichtig draaien,
de haak voor wegingen onder de vloer (optie) indraaien,
de weegschaal boven de opening plaatsen,
de monstergreep ophangen,
de meetvloeistof in de container, b.v. een glazen maatbeker, gieten en een
vaste temperatuur verkrijgen.
PLE-BA-nl-1222 34
De aanduiding voor de bepaling van het gewicht “van een monster in de lucht”
verschijnt.
Met de toets PRINT bevestigen.
Indien nodig de weegschaal tarreren en het monster opleggen.
Afwachten totdat de gewichtsaanduiding in de weegschaal stabiel wordt,
vervolgens de toets PRINT drukken. De blinkende melding “WEIAIR” verschijnt.
De aanduiding voor de bepaling van het gewicht “van een monster in de
meetvloeistof” verschijnt.
De lege monstergreep indompelen en met de toets TARE tarreren.
Het monster opleggen en dompelen.
Men dient daarbij op te letten dat de monstergreep de glazen maatbeker niet
aanraakt.
Afwachten totdat de gewichtsaanduiding in de weegschaal stabiel wordt,
vervolgens de toets PRINT drukken. De blinkende melding “WEI LIq” verschijnt.
De monsterdichtheid verschijnt.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
om een nieuwe meetcyclus met de toets MENU te starten.
Ingeval van fouten tijdens dichtheidsbepaling verschijnt de melding “d-----”.
35 PLE-N-BA-nl-1222
10.2.2 Dichtheidsbepaling van vloeistoffen
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de toets MENUde optie “d Liquid” kiezen.
Met de toets PRINT bevestigen.
Met de pijltoetsen de dichtheid van de glazen zinklood invoeren.
Met de toets PRINT de ingevoerde waarde bevestigen.
De monstervloeistof in een containe, b.v. een glazen meetbeker, gieten.
De temperatuur van de vloeistof zo lang afstellen totdat deze vast is.
Glazen zinklood met bekende dichtheid voorbereiden.
PLE-BA-nl-1222 36
De aanduiding voor de bepaling van het gewicht “van een glazen zinklood in de
lucht” verschijnt.
Met de toets PRINT bevestigen.
Indien nodig de weegschaal tarreren en de zinklood in het midden ophangen.
Afwachten totdat de gewichtsaanduiding in de weegschaal stabiel wordt,
vervolgens de toets PRINT drukken. De blinkende melding “WEIAIR” verschijnt.
De aanduiding voor de bepaling van het gewicht “van een glazen zinklood in de
meetvloeistof” verschijnt.
Indien nodig tarreren en het zinklood in de meetvloeistof dompelen.
Afwachten totdat de gewichtsaanduiding in de weegschaal stabiel wordt,
vervolgens de toets PRINT drukken. De blinkende melding “WEILIq” verschijnt.
De dichtheid van de monstervloeistof verschijnt.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
om een nieuwe meetcyclus met de toets MENU te starten.
Ingeval van fouten tijdens dichtheidsbepaling verschijnt de melding “d-----”.
37 PLE-N-BA-nl-1222
10.3 Wegen met een tolerantiebereik
Het gewogen materiaal onder het onder
tolerantiebereik.
Het gewogen materiaal in het tolerantiebereik
Het gewogen materiaal boven de boven
tolerantiegrens.
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de aanduiding voor invoer van de onder
tolerantiegrens verschijnt.
Met de pijltoetsen de onder grenswaarde invoeren.
Met de toets PRINT bevestigen, de aanduiding voor invoer van de boven
tolerantiegrens verschijnt.
Met de pijltoetsen de boven grenswaarde invoeren.
Het is mogelijk om de boven en onder grenswaarde te bepalen en daarmee te
verzekeren dat het gewogen materiaal zich precies binnen de bepaalde
tolerantiegrenzen bevindt.
Het teken [L], [OK] of [H] op display toont of het gewogen materiaal zich binnen de
twee tolerantiegrenzen bevindt.
De informatie of het gewogen materiaal zich binnen de tolerantiegrenzen bevindt kan
aanvullend met het akoestische signaal worden verkregen.
PLE-BA-nl-1222 38
Met de toets PRINT bevestigen, de aanduiding voor instelling van de
signaaltoon verschijnt.
Met de toets MENU de gewenste instelling kiezen:
Beep off
de signaaltoon uit
Beep on
de signaaltoon aan, indien het gewogen materiaal zicht binnen het
tolerantiebereik bevindt
Met de toets PRINT bevestigen.
De weegschaal staat nu in de modus controlewegen.
Het gewogen materiaal opleggen, de tolerantiecontrole wordt gestart.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
39 PLE-N-BA-nl-1222
10.4 Percentagebepaling
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Ingeval een weegschaalcontainer wordt gebruikt, dient deze te worden gelegd
voordat men de toets PRINT drukt. Het tarreerproces wordt automatisch gestart.
De melding “0-t” verschijnt.
Het referentiegewicht opleggen (= 100%)
Afwachten totdat de gewichtsaanduiding in de weegschaal stabiel wordt,
vervolgens de toets PRINTdrukken. De melding “LOAD” blinkt. Het gewicht
wordt als referentiewaarde (100%) overgenomen.
Het referentiegewicht afnemen. De weegschaal staat vanaf dat ogenblik in de
modus percentagebepaling.
Het gewogen materiaal opleggen.
Het monstergewicht verschijnt in percenten, ten aanzien van het
referentiegewicht.
Door de percentagebepaling wordt het mogelijk om het gewicht in percenten af te
lezen, ten opzichte van het referentiegewicht.
10.4.1 Het referentiegewicht door wegen invoeren
PLE-BA-nl-1222 40
10.4.2 Numerieke invoer van het referentiegewicht
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, de actuele instelling verschijnt.
Met de toets MENUde optie “PErc n” kiezen.
Met de toets PRINT bevestigen, de aanduiding voor invoer van het
referentiegewicht verschijnt.
Met de pijltoetsen het referentiegewicht (100%) invoeren.
Met de toets PRINT de ingevoerde waarde bevestigen. De weegschaal staat
vanaf dat ogenblik in de modus percentagebepaling.
Het gewogen materiaal opleggen.
Het monstergewicht verschijnt in percenten, ten aanzien van het
referentiegewicht.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
41 PLE-N-BA-nl-1222
10.5 Functie van de topwaarde
In de weegmodus de toets MENU drukken. De eerste menupunt “count”
verschijnt.
De toets MENU opnieuw drukken.
Met de toets PRINT bevestigen, het tarreerproces wordt automatisch gestart. De
melding “0-t” verschijnt.
De weegschaal staat vanaf dat moment in de modus topwaarde, bepaald door
het verschijnen van de letter “M”.
Het weegschaalplateau belasten. De hoogste lastwaarde verschijnt.
De topwaarde blijft op display totdat de toets TARE wordt gedrukt. Dan staat de
weegschaal voor volgende metingen bereid.
Terug naar de weegmodus
De toets ON/OFF drukken.
Door deze functie is het mogelijk om de hoogste lastwaarde (de topwaarde) van de
weging af te lezen.
De topwaarde blijft op de display totdat ze gewist wordt.
PLE-BA-nl-1222 42
11 Gegevensuitgave RS 232C
Pin 2: Signaal Tx
Pin 3: Signaal Rx
Pin 5: GND
9
8
7
6
5
4
3
2
1
RS232C
11.1 Technische gegevens
8-bit code ASCII
8 gegevensbits, 1 stopbit, geen pariteitsbit
Gekozen transmissiesnelheid: 1200 - 9600 baud
Een storingvrij interfacebedrijf wordt enkel verzekerd bij toepassing van een juiste
interfaceleiding van de firma KERN (max. 2 m)
11.2 Pinvaststelling van het contact voor de weegschaaluitgang
43 PLE-N-BA-nl-1222
11.3 Interface
1. teken
waardeteken / spatie (weegwaarde)
2-9. teken
gewicht of andere gegevens
10-12. teken
weegeenheid
13. teken
stabilisatieaanduiding
14. teken
carriage return (terugkeer van de drager)
15. teken
(line feed) volgende regel
Weegschaal
PC
3
2
7
2
3
5
Weegschaal
PC
2
3
5
2
3
5
Gegevensingang
GND
2
5
Weegschaal
Printer
Weegschaal - computer, 25-pin contact
Weegschaal - computer, 9-pin contact
Weegschaal – printer
11.4 Gegevenstransmissie
Een blok bestaat uit de volgende 14 tekens:
PLE-BA-nl-1222 44
11.5 Formaten van de gegevenstransmissie
1°
2°
3°
4°
5°
6°
7°
8°
9°
10°
11°
12°
13°
14°
15°r
teken
Gewicht
Weegeenheid
Stabilit
eit
CR
LF
1°
2°
3°
4°
5°
6°
7°
8°
9°
10°
11°
12°
13°
14°
15°
16°
17°
d = Dichtheid
Spatie
Weegeenheid
CR
LF
1°.
2°
3°
4°
5°
6°
7°
8°
9°
10°
11°
12°
13°
14°
15°
16°
Aantal
elementen
:
Spatie
Aantal stuks
1°.
2°
3°
4°
5°
6°
7°
8°
9°
10°
11°
12°
13°
14°
15°
16°
17°
18°
19°
20°
Gewicht
:
Spatie
Weegwaarde
Spatie g
Spatie S
1°.
2°
3°
4°
5°
6°
7°
8°
9°
10°
11°
12°
13°
14°
15°
16°
17°
18°
PMU
Gemiddeld
elementengewicht
:
Spatie
Weegwaarde
Spatie g
Weegmodus (continue gegevensuitgave en bevel van afstandsbediening)
Dichtheidsbepaling (enkel bevel van afstandsbediening)
Optellen (enkel bevel van afstandsbediening)
Aantal elementen
Het gewicht van de opgelegde elementen
Gemiddeld elementengewicht
45 PLE-N-BA-nl-1222
11.6 Bevelen voor afstandsbediening
Instructie
Functie
„T” = H54
Tarreren
„C” = H43
Justeren
„E” = H45
Enter
„M” = H4D
Menu
„O” = H4F
ON/OFF
11.7 Printermodus
Om de communicatie tussen de weegschaal en de printer te verzekeren moet er aan
volgende eisen worden voldaan:
De weegschaal met de printerinterface met een juiste leiding verbinden. Een
storingvrij bedrijf wordt enkel verzekerd bij toepassing van een juiste
interfaceleiding van de firma KERN.
De transmissiesnelheid van de weegschaal en van de printer moeten
overeenkomen, zie hoofdstuk 9.3.
PLE-BA-nl-1222 46
Voorbeelden van afdrukken:
Weegmodus / functie topwaarde
Dichtheidsbepaling
d
Meetwaarde van de “dichtheid”
Optellen
PCS
Aantal elementen
Gewicht
Het gewicht van de opgelegde elementen
PMU
Gemiddeld elementengewicht
Percentagebepaling
Perc
De aanduidingwaarde in [ % ]
Gewicht
De aanduidingwaarde in [ g ]
Perc. 20 %
Weight: 30.000 g
= 2.80066 g/cm3d
………. 22.000 g
Pcs 100
Weight: 300.000 g
PMU: 3.000 g
47 PLE-N-BA-nl-1222
12 Foutmeldingen
ERR01
Onstabiele gewichtswaarde of onmogelijk op nul zetten.
De omgevingsomstandigheden controleren.
De gegevenstransmissie is niet mogelijk omdat de
gewichtswaarde onstabiel is. De omgevingsomstandigheden
controleren.
ERR06
De gewichtswaarde in de modus dichtheidsbepaling onstabiel.
De omgevingsomstandigheden controleren.
“UNLOAD”:
Weegbereik overschreden.
De plaatsing van het weegschaalplateau controleren.
“CAL But”
De weegschaal justeren.
Het weegbereik overschreden, de geplaatste last overschrijdt
de mogelijkheden van de weegschaal. De weegschaal
ontlasten.
Het weegbereik overschreden, b.v. het weegschaalplateau niet
opgelegd.
13 Onderhoud, behouden van werkprestatie, verwijderen
13.1 Reiniging
Voordat men aan reiniging begint dient het apparaat van de voedingsbron te worden
gescheiden.
Men dient geen agressieve reinigingsmiddelen te gebruiken (oplosmiddel, e.d.) maar
het apparaat enkel met een doekje reinigen met lichte zeeploog. Men dient daarbij
op te letten dat het vloeistof niet binnen het apparaat doordringt en na reinigen de
weegschaal drogen met een zacht doekje.
Losse monsterrestanten / poeder kan men voorzichtig met een kwast of
handstofzuiger verwijderen.
Het apparaat mag enkel door geschoolde en door de firma KERN gekeurde
medewerkers worden bediend en onderhouden.
Vóór openen dient de weegschaal van netwerk te worden gescheiden.
13.3 Verwijderen
Verpakking en apparaat dienen conform de landelijke of regionale wetgeving geldig
op de gebruikslocatie van het apparaat te worden verwijderd.
PLE-BA-nl-1222 48
14 Hulp bij kleine storingen
Storing
Mogelijke oorzaak
Gewichtsaanduiding brandt
niet.
De weegschaal staat niet aan.
Onderbroken verbinding met het netwerk
(voedingskabel niet aangesloten/beschadigd).
Gebrek aan netwerkspanning.
Onjuist geplaatste of lege batterijen/ accu’s
Geen batterijen/ accu’s.
Gewichtsaanduiding
verandert continu.
Tocht/luchtbeweging
Tafel-/grondvibratie
Het weegplateau is in contact met vreemde
lichamen.
Elektromagnetische velden/statische ladingen
(andere instellingplaats voor de weegschaal
kiezen/indien mogelijk het apparaat uitzetten dat
storingen veroorzaakt)
Weegresultaat is duidelijk
foutief
Weegschaalaflezing is niet op nul gesteld
Onjuist justeren
Grote temperatuurschommelingen.
De bepaalde opwarmingstijd werd niet
aangehouden.
Elektromagnetische velden/statische ladingen
(andere instellingplaats voor de weegschaal
kiezen/indien mogelijk het apparaat uitzetten dat
storingen veroorzaakt)
Bij storingen van programmaloop dient de weegschaal kort te worden uitgeschakeld
en van netwerk gescheiden. Vervolgens het weegproces opnieuw starten.
Hulp:
Ingeval andere foutmeldingen voorkomen, de weegschaal uit- en opnieuw aanzetten.
Indien de foutmelding nog steeds voorkomt, bij de producent melden.
49 PLE-N-BA-nl-1222
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.