JVC CA-MXG51R Instruction Manual [nl]

COMPACT COMPONENT SYSTEM
KOMPAKT-KOMPONENTEN-SYSTEM SYSTEME DE COMPOSANTS COMPACT KOMPACTO KOMPONENTEN-SYSTEEM

CA-MXG51R

STANDBY/ON
12
SLEEP
456
AUX
78
10
FADE
PTY/EON
MUTING
TAPE
FM/AM
CD
/
RM–SMXG51R REMOTE CONTROL
STANDBY
ECO
STANDBY/ON
PLAY & EXCHANGE
COMPACT COMPONENT SYSTEM
SUBWOOFER
3
LEVEL
SOUND MODE
9
FM MODE
+10
SELECT+
FADE
TAPE A/B
MUTING
DISC SKIP
+
VOLUME
VOLUME
PHONES
CLOCK
DISPLAY
/
TIMER
DISPLAY MODE PTY / EON SELECT
EJECT
PLAY
A
REPEAT PROGRAM
RANDOM
REC START
/STOPCDREC START
FULL - LOGIC CONTROL
MX-G51R
TUNING
DUBBING
DISC CHANGE
COMPACT
DIGITAL AUDIO
PRESET
SET
CANCEL
/DEMO
TAPE B
TAPE A
CD SYNCHRO RECORDING
CD-R/RW PLAYBACK
EJECT
REC/PLAY
B
SOUND
MODE
SUBWOOFER
LEVEL
INSTRUCTIONS
BEDIENUNGSANLEITUNG
MANUEL D’INSTRUCTIONS
GEBRUIKSAANWIJZING
For Customer Use:
Enter below the Model No. and Serial No. which are located either on the rear, bottom or side of the cabinet. Retain this information for future reference.
Model No. Serial No.
LVT0692-010A
Warnung, Achtung und sonstige Hinweise / Mises en garde, précautions et indications diverses / Waarschuwingen, voorzorgen en andere mededelingen
Achtung –– Netzschalter !
Ziehen Sie den Netzstecker ab, um die Stromversorgung vollständig auszuschalten (die Leuchte STANDBY/ON schaltet sich aus). Die Stromversorgung wird unabhängig davon, in welcher Stellung sich der Netzschalter befindet, nicht unterbrochen.
• Wenn sich die Anlage im Bereitschaftsbetrieb befindet, leuchtet die Anzeigeleuchte STANDBY/ON rot.
• Wenn die Anlage eingeschaltet ist, leuchtet die Anzeigeleuchte STANDBY/ON grün.
Die Stromversorgung kann per Fernsteuerung ein- und ausgeschaltet werden.
Attention –– Commutateur !
Déconnectez la prise d’alimentation secteur pour mettre l’appareil complètement hors tension (le témoin STANDBY/ON s’éteint). L’interrupteur , sur n’importe quelle position, ne peut pas déconnecter l’appareil du secteur.
• Quand l’appareil est en mode de veille, le témoin STANDBY/ON est allumé en rouge.
• Quand l’appareil est sous tension, le témoin STANDBY/ON est allumé en vert.
L’alimentation peut être télécommandée.
Waarschuwing –– toets!
Verwijder de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer helemaal uit te schakelen (het lampje STANDBY/ON gaat uit). Met de toets is het niet mogelijk om de stroomtoevoer naar de eenheid helemaal uit te schake­len. U moet hiertoe de stekker uit het stopcontact verwijderen.
• Als de eenheid standby staat, is het lampje STANDBY/ON rood van kleur.
• Als de eenheid is ingeschakeld, is het lampje STANDBY/ON groen van kleur.
De stroomtoevoer kan met behulp van de afstandsbediening worden geregeld.
– G-1 –
ACHTUNG
Zur Verhinderung von elektrischen Schlägen, Brandgefahr, usw:
1. Keine Schrauben lösen oder Abdeckungen enlfernen und das Gehäuse nicht öffnen.
2. Dieses Gerät weder Regen noch Feuchtigkeit aussetzen.
ATTENTION
Afin d’éviter tout risque d’électrocution, d’incendie, etc.:
1. Ne pas enlever les vis ni les panneaux et ne pas ouvrir le coffret de l’appareil.
2. Ne pas exposer l’appareil à la pluie ni à l’humidité.
VOORZICHTIG
Ter vermindering van gev aar v oor brand, elektrische schokk en, enz.:
1. V erwijder geen schroeven, panelen of de behuizing.
2. Stel het toestel niet bloot aan regen of vocht.
Deutsch
FrançaisNederlands
ACHTUNG
• Blockieren Sie keine Belüftungsschlitze oder -bohrungen. (Wenn die Belüftungsöffnungen oder -löcher durch eine Zeitung oder ein Tuch etc. blockiert werden, kann die entstehende Hitze nicht abgeführt werden.)
• Stellen Sie keine offenen Flammen, beispielsweise angezündete Kerzen, auf das Gerät.
• Wenn Sie Batterien entsorgen, denken Sie an den Umweltschutz. Batterien müssen entsprechend den geltenden örtlichen Vorschriften oder Gesetzen entsorgt werden.
• Setzen Sie die Anlage nicht in einem Badezimmer oder an Orten ein, an denen Wasser verwendet wird. Stellen Sie auch keine Behälter, die mit Wasser oder anderen Flüssigkeiten gefüllt sind (beispielsweise Kosmetik- oder Medikamentenbehälter, Blumenvasen, Topfpflanzen, Tassen etc) auf diese Anlage.
ATTENTION
• Ne bloquez pas les orifices ou les trous de ventilation. (Si les orifices ou les trous de ventilation sont bloqués par un journal un tissu, etc., la chaleur peut ne pas être évacuée correctement de l’appareil.)
• Ne placez aucune source de flamme nue, telle qu’une bougie, sur l’appareil.
• Lors de la mise au rebut des piles, veuillez prendre en considération les problèmes de l’environnement et suivre strictement les règles et les lois locales sur la mise au rebut des piles.
• N’utilisez pas cet appareil dans une salle de bain ou un autre endroit avec de l’eau. Ne placez aucun récipient contenant de l’eau (tel que des cosmétiques ou des médicaments, un vase de fleurs, un pot de fleurs, une tasse, etc.) sur cet appareil.
VOORZICHTIG
• Zorg dat u de ventilatieopeningen en -gaten niet afsluit. (Als de ventilatieopeningen en -gaten worden afgesloten door bijvoorbeeld papier of een doek, kan er hitte in het apparaat worden opgebouwd.)
• Zet geen bronnen met open vuur, zoals brandende kaarsen, op het apparaat.
• Wees milieubewust en gooi lege batterijen niet bij het huishoudelijk afval. Lege batterijen dient u in te leveren met het KCA of bij een innamepunt voor batterijen.
• Gebruik dit apparaat niet in een badkamer of in andere natte ruimten. Zet ook geen voorwerpen op het apparaat die zijn gevuld met water of andere vloeistoffen (zoals cosmetica, medicijnen, bloemenvazen, bloempotten, kopjes enz.).
– G-2 –
Vorsicht: Ausreichende Belüftung
Zur Vermeidung von elektrischen Schlägen, Feuer und sonstigen Schäden sollte das Gerät unter folgenden Bedingungen aufgestellt werden: 1 Vorderseite:
Hindernisfrei und gut zugänglich.
2 Seiten- und Rückwände:
Hindernisfrei in allen gegebenen Abständen (s. Abbildung).
3 Unterseite:
Die Stellfläche muß absolut eben sein. Sorgen Sie für ausreichende Luftzufuhr durch Aufstellung auf einem Stand mit mindestens 10 cm Höhe.
Attention: Aération correcte
Pour prévenir tout risque de décharge électrique ou d’incendie et éviter toute détérioration, installez l’appareil de la manière suivante: 1 Avant:
Bien dégagé de tout objet.
2 Côtés/dessus/dessous:
Assurez-vous que rien ne bloque les espaces indiqués sur le schéma ci-dessous.
3 Dessous:
Posez l’appareil sur une surface plane et horizontale. Veillez à ce que sa ventilation correcte puisse se faire en le plaçant sur un support d’au moins dix centimètres de hauteur.
Voorzichtig: Goede ventilatie vereist
Om brand, elektrische schokken en beschadiging te voorkomen, moet u het toestel als volgt opstellen: 1 Voorkant:
Geen belemmeringen en voldoende ruimte.
2 Zijkanten/boven-/onderkant:
Geen belemmeringen plaatsen in de hieronder aangegeven zones.
3 Onderkant:
Op vlakke ondergrond plaatsen. Voldoende ventilatieruimte voorzien door het toestel op een onderstel met een hoogte van 10 cm of meer te plaatsen.
Vorderansicht Seitenansicht Face Côté Vooraanzicht Zijaanzicht
15 cm
15
(5
/16 in.)
1 cm
7
(
/16 in.)
15 cm
(5
15
/16 in.)
15 cm
(5
15
/16 in.)
15 cm
(5
15
/16 in.)
1 cm
7
(
/16 in.)
CA-MXG51R
10 cm
15
(3
/16 in.)
15 cm
15
(5
CA-MXG51R
/16 in.)
– G-3 –
WICHTIGER HINWEIS FÜR LASER-PRODUKTE / IMPORTANT POUR LES PRODUITS LASER / BELANGRIJKE INFORMATIE VOOR LASERPRODUKTEN
ANBRINGUNGSORTE FÜR LASER-PRODUKTE / REPRODUCTION DES ETIQUETTES / VERKLARING VAN DE LABELS
1 KLASSIFIKATIONSETIKETTE AN DER RÜCKSEITE 1 ETIQUETTE DE CLASSIFICATION, PLACÉE A L’ARRIÈRE DU
COFFRET
1 KLASSIFIKATIELABEL, OP DE ACHTERZIJDE VAN HET
APPARAAT
CLASS 1 LASER PRODUCT
2 WARNETIKETTE IM GERÄTEINNEREN 2 ETIQUETTE D’AVERTISSEMENT PLACÉE À L’INTERIEUR DE
L’APPAREIL
2 WAARSCHUWINGSLABEL, IN HET APPARAAT
CAUTION: Invisible laser radiation when open and interlock failed or defeated. AVOID DIRECT EXPOSURE TO BEAM. (e)
ADVARSEL: Usynlig laser­stråling ved åbning, når sikkerhedsafbrydere er ude af funktion. Undgå udsæt­telse for stråling (d)
VARNING: Osynlig laser­strålning när denna del är öppnad och spärren är urkopplad. Betrakta ej strålen. (s)
VARO: Avattaessa ja suo­jalukitus ohitettaessa olet alttiina näkymättömälle lasersäteilylle. Älä katso säteeseen. (f)
1. LASER-PRODUKT DER KLASSE 1
2. ACHTUNG: Unsichtbare Laserstrahlung bei Öffnung und fehlerhafter oder beschädigter Spre. Direkten Kontakt mit dem Strahl vermeiden!
3. ACHTUNG: Das Gehäuse nicht öffnen. Das Gerät enthält keinerlei Teile, die vom Benutzer gewartet werden können. Überlassen Sie Wartungsarbeiten bitte qualifizierten Kundendienst-Fachleuten.
1. PRODUIT LASER CLASSE 1
2. ATTENTION: Radiation laser invisible quand l’appareil est ouvert ou que le verrouillage est en panne ou désactivé. Eviter une exposition directe au rayon.
3. ATTENTION: Ne pas ouvrir le couvercle du dessus. Il n’y a aucune pièce utilisable à l’intérieur. Laisser à un personnel qualifié le soin de réparer votre appareil.
1. KLAS 1 LASERPRODUKT
2. VOORZICHTIG: Onzichtbare laserstraling wanneer open en de beveiliging faalt of uitgeschakeld is. Voorkom het direkt blootstaan aan de straal.
3. VOORZICHTIG: De bovenkap niet openen. Binnenin het toestel bevinden zich geen door de gebruiker te repareren onderdelen: laat onderhoud over aan bekwaam vakpersoneel.
– G-4 –

Inleiding

We danken u voor de aanschaf van een van onze JVC-producten. Lees deze
gebruiksaanwijzing aandachtig en in zijn geheel door alvorens u deze
eenheid gaat gebruiken. Alleen zo kunt u het beste uit uw apparatuur halen.
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zodat u deze in de toekomst kunt
raadplegen.
Over deze gebruiksaanwijzing
Deze gebruiksaanwijzing is als volgt opgebouwd:
In deze gebruiksaanwijzing wordt met name gesproken
over de bediening van de eenheid met behulp van de toetsen en knoppen aan de voorzijde van de eenheid zelf. Het is echter in veel gevallen ook mogelijk de eenheid te bedienen met de toetsen van de
Nederlands
English
afstandsbediening. Deze toetsen hebben in dat geval dezelfde namen of zijn met dezelfde tekens gemarkeerd als die op de eenheid. Wanneer de bediening met de afstandsbediening afwijkt van de bediening op het paneel aan de voorzijde van de eenheid, wordt dit expliciet vermeld.
• De basisbediening en de bediening die voor veel functies hetzelfde is, worden op één plek in deze handleiding besproken en niet steeds opnieuw herhaald. We zullen u dus niet steeds vertellen hoe u de eenheid moet in- en uitschakelen, hoe u het volume regelt en hoe u bijvoorbeeld geluidsef f ecten kunt veranderen. Dit wordt allemaal uitgelegd in het hoofdstuk “Basisbediening” op pagina 9 – 10.
• In deze gebruiksaanwijzing komt u de volgende symbolen tegen:
Dit symbool staat voor een waarschuwing, bijvoorbeeld om een elektrische schok, brand of schade aan de eenheid te voorkomen. U ziet dit symbool ook staan bij alinea’s w aar u informatie kunt lezen over hoe u de best mogelijke prestaties met deze eenheid kunt bereiken.
Dit symbool staat voor tips en algemene informatie die de moeite waard zijn om te weten.
Netspanningskabel
• Trek de netspanningskabel bij de stekker uit het stopcontact. Trek nooit aan het snoer zelf.
Raak de netspanningskabel niet met natte handen aan!
Condensatie van vocht
Onder de volgende omstandigheden kan er in de eenheid vocht op de lens neerslaan:
• Nadat de verwarming in de kamer is ingeschakeld
• In een vochtige kamer
• Wanneer de eenheid wordt verplaatst van een koude naar een warme omgeving
In de bovenstaande omstandigheden kan het voorkomen dat de eenheid niet wil functioneren. Laat de eenheid in dergelijke gevallen enkele uren aanstaan. Als het vocht is verdampt, moet u de stekker uit het stopcontact verwijderen en deze er daarna weer insteken.
Overige opmerkingen
• Mocht er een metalen voorwerp in de eenheid zijn gevallen of gestoken, haal dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact en waarschuw de dealer voordat u andere stappen onderneemt.
• Als u de eenheid voor een langere periode niet gaat gebruiken, is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te verwijderen.
Schroef de eenheid NOOIT openen. In de eenheid bevinden zich geen onderdelen die door de gebruiker hoeven te worden onderhouden.
Voorzorgsmaatregelen
Installatie
• Plaats de ontvanger op een horizontaal oppervlak dat niet vochtig mag zijn of nat kan worden. De omgevingstemperatuur mag niet lager zijn dan — 5˚C en niet hoger worden dan 35˚C.
• Plaats de eenheid op een locatie waar voldoende ventilatie kan plaatsvinden zodat zich geen hitte in de eenheid kan opbouwen.
• Zorg voor voldoende ruimte tussen de eenheid en een eventuele TV.
• Plaats de luidsprekers uit de buurt van de TV om te voorkomen dat deze de ontvangst van televisiesignalen negatief beïnvloeden.
Plaats de eenheid NIET in de buurt van een warmtebron of op een plaats waar deze wordt blootgesteld aan direct zonlicht, veel stof of trillingen.
Mocht er iets misgaan, haal dan de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dealer.
– 1 –

Inhoud

Plaats van de toetsen en knoppen.............................. 3
De voorzijde van de eenheid ...................................... 3
Afstandsbediening...................................................... 5
Aan de slag .................................................................. 6
Uitpakken ................................................................... 6
Batterijen in de afstandsbediening plaatsen ............... 6
Antennes aansluiten ................................................... 6
Luidsprekers aansluiten.............................................. 7
Andere apparatuur aansluiten..................................... 8
De demonstratie op de display annuleren .................. 8
Basisbediening............................................................. 9
De stroom in- en uitschakelen.................................... 9
Stroombesparing tijdens standby met de ecologische
modus (ECO-modus)............................................ 9
De klok instellen ........................................................ 9
Afspeelbronnen selecteren ......................................... 9
Volume regelen......................................................... 10
Basgeluid versterken ................................................ 10
Geluidsmodi selecteren ............................................ 10
Luisteren naar FM-, MW- en LW-uitzendingen.... 11
Afstemmen op een station ........................................ 11
Voorkeurzenders instellen ........................................ 11
Afstemmen op een voorkeurzender.......................... 11
Cassettes afspelen ..................................................... 17
Een cassette afspelen................................................ 17
Opnames maken ....................................................... 18
Opnames maken op een cassette in deck B.............. 18
Hele cassette kopiëren (dubbing) ............................. 19
Synchrone opnames maken (CD Synchro
Recording) .......................................................... 19
Werken met de timers .............................................. 20
De Daily Timer instellen .......................................... 20
De Recording Timer instellen .................................. 21
De Sleep Timer instellen .......................................... 22
Prioriteiten van de timers ......................................... 22
Onderhoud ................................................................ 23
Problemen oplossen .................................................. 24
Aanvullende informatie............................................ 25
Specificaties ............................................................... 26
Nederlands
FM-stations met RDS ontvangen ............................ 12
De RDS-informatie wijzigen.................................... 12
Zoeken naar programma’s met behulp van
PTY-codes (de functie PTY Search)................... 12
Tijdelijk naar verkeersinformatie overschakelen ..... 13
CD’s afspelen............................................................. 14
CD’s plaatsen ........................................................... 14
Alle CD’s helemaal afspelen (de functie Continuous
Play).................................................................... 14
Basisbediening van de CD-speler ............................ 15
De afspeelvolgorde van tracks programmeren (de
functie Program Play)......................................... 15
Tracks in willekeurige volgorde afspelen (de functie
Random Play) ..................................................... 16
Tracks of CD’s herhaaldelijk afspelen (de functie
Repeat Play)........................................................ 16
De CD-speler vergrendelen (de functie Tray
Lock)................................................................... 16
– 2 –

Plaats van de toetsen en knoppen

Dit zijn de toetsen en knoppen die u op de eenheid aantreft.
De voorzijde van de eenheid
Nederlands
English
1
2 3
4
5 6
7 8 9 p
q w
e r
t
y
STANDBY
PHONES
DISPLAY MODE PTY / EON SELECT
ECO
STANDBY/ON
COMPACT COMPONENT SYSTEM
CLOCK
DISPLAY
/
TIMER
REPEAT PROGRAM
REC START
/STOPCDREC START
MX-G51R
RANDOM
PLAY & EXCHANGE
TUNING
DUBBING
CANCEL
TAPE A
/DEMO
DISC CHANGE
i
o
CD-R/RW PLAYBACK
;
a
SOUND
COMPACT
DIGITAL AUDIO
PRESET
MODE
SUBWOOFER
LEVEL
s
d
f
SET
g h
TAPE B
j k
u
EJECT
PLAY
A
FULL - LOGIC CONTROL
CD SYNCHRO RECORDING
REC/PLAY
EJECT
l
B
– 3 –
Weergavevenster van de display
1
7
2
3
4
5
Vervolg
6
p q
8
De getallen tussen haakjes verwijzen naar de pagina’s in deze handleiding waar u meer informatie over de desbetreffende knop of toets aantreft.
De voorzijde van de eenheid
1 Carrousel 2 De toets STANDBY/ON en het lampje STANDBY (9) 3 De toets ECO (9) 4 De toets 7 (Stop) (14 – 19) 5 De toets SET (9, 11, 15, 20 – 22) 6 De toets CANCEL (9, 16, 21, 22)
De toets DEMO (8)
7 Weergavevenster van de display 8 De toets TAPE 3 en bijbehorend lampje (9, 17, 19)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ing eschakeld.
9 De toets CD 6 (Play/Pause) en bijbehorend lampje
(9, 14 – 16)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ing eschakeld.
p De toets FM/AM en bijbehorend lampje (9, 11)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ing eschakeld.
q De toets DISPLAY (9) w De toets AUX en bijbehorend lampje (9)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ing eschakeld.
e De toets PHONES (10) r De toets CLOCK/TIMER (9, 20 – 22) t De RDS-bedieningstoetsen (12)
• DISPLAY MODE, PTY/EON en SELECT +/–
y De toets REPEAT (16)
De toets PROGRAM (15) De toets RANDOM (16)
u Deck A (Cassettecompartiment) (17, 19)
• Als u op de toets 0 EJECT drukt, wordt het compartiment geopend.
i De toets 0 (Carrousel openen/sluiten) (14 – 16)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ing eschakeld.
o De CD-nummertoetsen CD1, CD2 en CD3 en
bijbehorende lampjes (14, 15, 19)
Als u op een van deze toets en drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
; De toets DISC CHANGE (14, 15) a De sensor voor de afstandsbediening
9
s De knop SOUND MODE (10) d De PRESET +/– toetsen (11)
De 4 / ¢ toetsen (achteruit/vooruit zoeken) (9, 15, 20 – 22)
f De knop SUBWOOFER LEVEL (10) g De knop VOLUME (10) h De TUNING +/– toetsen (11)
1 / ¡ toetsen (snel terugspoelen/snel vooruit spoelen) (15, 17)
j De toets TAPE A (17)
De toets TAPE B (17)
k De toets REC START/STOP (18)
De toets CD REC START (19) De toets DUBBING (19)
l Deck B (Cassettecompartiment) (17 – 19)
• Als u op de toets EJECT 0 drukt, wordt het compartiment geopend.
Weergavevenster van de display
1 De indicators voor de timers
• De indicators DAILY (dagelijks), REC (opnemen) SLEEP (slaapstand) en -timer
2 De indicators voor de werking van het cassettedeck
• De indicators A/B (actieve cassettedeck), REC (opnemen) en 2 / 3 (richting van de cassette)
3 De indicators voor de afspeelmodus van de CD-speler
• De indicators REPEAT (herhalen: 1, 1 DISC, ALL DISC), PRGM (programma) en RANDOM (willeleurige volgorde)
4 De indicators voor de tuner
• De indicators MONO en ST (stereo)
5 De indicator SOUND MODE 6 CD-indicators 7 Indicators voor volumeniveau, subwooferniveau, en
geluidsmoduspatroon
8 De indicator SUBWOOFER LEVEL 9 Hoofdgedeelte van het display
• Geeft o.a. de naam van de afspeelbron en frequentie aan.
p De indicators voor de RDS-bedienings
• De indicators RDS, EON en TA
q De indicators voor de CD-track
Nederlands
– 4 –
Afstandsbediening
Nederlands
English
1 2
3 4
5 6
7
8
9
STANDBY/ON
12
SLEEP
4
AUX
78
+10
10
DISPLAY
PTY/EON
MODE
TAPE
FM/AM
CD
/
+
VOLUME
VOLUME
RM–SMXG51R REMOTE CONTROL
5
FM MODE
TAPE A/B
3
6
9
–SELECT
DISC SKIP
SUBWOOFER
LEVEL
SOUND
MODE
+
FADE
MUTING
p q
w e
r t
y u
i
o
Afstandsbediening
1 De toets STANDBY/ON (9) 2 De toets SLEEP (22) 3 De toets AUX (9)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
4 De cijfertoetsen (11, 15) 5 De toets TAPE 3 (9, 17)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
6 De toets FM/AM (9, 11)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
7 De toets CD 6 (9, 14 – 16)
Als u op deze toets drukt, wordt de eenheid tevens ingeschakeld.
8 De toets 4 (snel terugspoelen/achteruit zoeken)
(11, 15, 17)
9 De toets VOLUME – (10) p De toets SUBWOOFER LEVEL (10) q De toets SOUND MODE (10) w De toets FM MODE (11) e De toets RDS bedieningstoetsen (12)
• DISPLAY MODE, PTY/EON en SELECT +/–
r De toets TAPE A/B (17) t De toets FADE MUTING (10) y De toets DISC SKIP (14) u De toetsVOLUME + (10) i De toets ¢ (snel vooruit spoelen/vooruit zoeken)
(11, 15, 17)
o De toets 7 (Stop) (14 – 19)
SET
CANCEL
/DEMO
TUNING
TAPE A
TAPE B
CD SYNCHRO RECORDING
PLAY
DISC CHANGE
DIGITAL AUDIO
CD-R/RW PLAYBACK
SOUND
REC/PLAY
MODE
SUBWOOFER
LEVEL
EJECT
B
COMPACT
PRESET
STANDBY
ECO
STANDBY/ON
COMPACT COMPONENT SYSTEM
PHONES
CLOCK
/
TIMER
DISPLAY MODE PTY / EON SELECT
EJECT
PLAY
A
DISPLAY
REPEAT PROGRAM
RANDOM
REC START
/STOPCDREC START
FULL - LOGIC CONTROL
PLAY & EXCHANGE
MX-G51R
DUBBING
Richt de afstandsbediening bij gebruik altijd op de sensor die zich aan de voorzijde van de eenheid bevindt.
– 5 –

Aan de slag

Vervolg
Uitpakken
Controleer nadat u uw aankoop hebt uitgepakt eerst of alle benodigde accessoires aanwezig zijn. Het getal tussen haakjes geeft aan om hoeveel toebehoren het moet gaan:
• AM (MW/LW) -raamantenne voor middengolf en lange golf (1)
• FM-antenne (1)
• Afstandsbediening (1)
• Batterijen (2)
Mochten er onderdelen ontbreken, neemt u dan contact op met uw leverancier.
Batterijen in de afstandsbediening plaatsen
Zorg er bij het plaatsen van de batterijen (UM-4/AAA/IEC R03) in de afstandsbediening voor dat de polen van de batterijen (+ en –) overeenkomen met de markeringen voor de polen op het batterijenvakje. Als u de eenheid niet meer met behulp van de afstandsbediening kunt bedienen, moet u beide batterijen tegelijkertijd vervangen door nieuwe.
Antennes aansluiten
FM-antenne
FM-antenne (meegeleverd)
AM
ANTENNA
FM [75 ]
1 Sluit de antenne aan op de coaxiale uitgang
met de markering FM [75 ].
2 Strek de draadantenne uit. 3 Hang de antenne op in een positie die de
beste ontvangst geeft.
Nederlands
1
Over de meegeleverde FM-antenne
De FM-antenne die bij deze eenheid wordt meegeleverd, kan als tijdelijke antenne dienst doen. Als de ontvangst te wensen overlaat, raden we u het gebruik van een FM-buitenantenne aan.
Een FM-buitenantenne aansluiten
Koppel alvorens de FM-buitenantenne aan te sluiten eerst de draadantenne af.
2
3
UM-4/AAA/IEC R03
-
FM-buitenantenne (niet meegeleverd)
AM
ANTENNA
FM [75 ]
• Gebruik GEEN oude batterij in combinatie met een nieuwe.
• Gebruik GEEN verschillende soorten batterijen door elkaar.
• Stel batterijen NIET bloot aan hitte of open vuur.
• Laat GEEN batterijen in het batterijenvakje achter als u van plan bent de afstandsbediening een lange tijd niet te gebruiken. U loopt anders het risico dat de batterijen gaan lekken en dat het batterijenvakje beschadigd wordt.
Gebruik een antenne met een impedantie van 75 en een coax-stekker (DIN 45325).
– 6 –
AM (MW/LW) -antenne
Luidsprekers aansluiten
Nederlands
English
1
ANTENNA
[ ]
FM 75
AM (MW/LW) -raamantenne voor middengolf en lange golf (meegeleverd)
AM
2
Geleidende draad met beschermlaag van vinyl (niet meegeleverd)
1
Luidsprekerkabel
(blauw/zwart)
LL
RR
Blauw
Luidsprekerkabel
(blauw/zwart)
MAIN SPEAKER
[ ]
4-8
Naar de
uitgang van
de rechter
luidspreker
Zwart
SUBWOOFER
[ ]
Zwart
uitgang van de
2
Luidsprekerkabel
(rood/zwart)
6-16
Rood
Luidsprekerkabel
(rood/zwart)
Naar de
rechter
subwoofer
1Druk de klemmen van de uitgangen met de
markering AM naar beneden. U vindt deze uitgangen aan de achterzijde van deze eenheid.
2 Sluit de AM (MW/LW) -raamantenne
volgens de afbeelding aan op de uitgangen met de markering AM.
3 Laat de klemsluiting los. 4 Draai de AM (MW/LW) -raamantenne tot de
best mogelijke ontvangst is verkregen.
Een AM (MW/LW) -buitenantenne aansluiten
Indien de ontvangst te wensen overlaat, is het raadzaam om een enkele draad met een beschermlaag van vinyl op de uitgang AM aan te sluiten en deze horizontaal op te hangen. (De AM (MW/LW) -raamantenne moet aangesloten blijven.)
Voor een betere ontvangst van FM-, MW- en LW­zenders
• Controleer of de antennedraden niet per ongeluk in contact staan met andere aansluitpunten, draden of uitgangen.
• Houd de antennekabel uit de buurt van metalen voorwerpen, netspanningskabels en elektrische apparatuur.
Naar de uitgang
van de linker
luidspreker
Naar de uitgang
van de linker
subwoofer
1 Druk de klemmen van de uitgangen voor de
luidsprekerkabels naar beneden. U vindt deze uitgangen aan de achterzijde van deze eenheid.
2 Plaats het uiteinde van de luidsprekerkabel
in de uitgang.
Let op de polariteit van de uitgangen: Blauw (+) op blauw (+), en zwart (–) op zwart (–); Rood (+) op rood (+) en zwart (–) op zwart (–).
3 Laat de klemsluiting los.
BELANGRIJK: Gebruik alleen luidsprekers met dezelfde impedantie als de impedantie die op de achterkant van de eenheid bij de klemsluitingen voor de luidsprekers staat aangegeven.
– 7 –
Andere apparatuur aansluiten
Op deze eenheid kan zowel analoge als digitale apparatuur worden aangesloten.
• Sluit GEEN apparatuur aan zolang de stroom van de eenheid niet is uitgeschakeld.
• Schakel GEEN apparatuur in zolang nog niet alle verbindingen tot stand zijn gebracht.
Een analoog apparaat aansluiten
Zorg ervoor dat de geluidskabels en stekkers aan de achterkant van de eenheid zijn voorzien van een kleurcode: witte stekkers en uitgangen zijn voor geluidssignalen links, rode stekkers en uitgangen zijn voor geluidssignalen rechts.
AUX IN
Audio- of video­apparatuur
Naar geluidsuitgang
Als u andere apparatuur via deze eenheid wilt afspelen,
moet u de geluidskabels aansluiten op de geluidsuitgangen van het andere apparaat en de ingang met de aanduiding AUX IN op dit apparaat (de benodigde geluidskabels zijn niet meegeleverd).
Geluidsapparatuur met een optische digitale uitgang aansluiten
Het is mogelijk om het geluid van een CD op een aangesloten digitaal apparaat op te nemen.
Als u een digitaal apparaat op deze eenheid wilt aansluiten, moet u de optische digitale kabel (niet meegeleverd) aansluiten op de optisch digitale uitgang van het optisch digitale apparaat en de ingang met de aanduiding DIGITAL OUT [OPTICAL] op deze eenheid.
Als u alle aansluitingen tot stand hebt gebracht, kunt u eindelijk de stekker van de netspanningskabel van de eenheid in het stopcontact steken!
De demonstratie op de display annuleren
Zodra u de stekker in het stopcontact steekt, wordt de demonstratie op de display van de eenheid gestart.
ALLEEN op de eenheid:
Druk als u de demonstratie op de display wilt stoppen, op de toets DEMO.
Als u op een andere toets drukt
De demonstratie wordt tijdelijk onderbroken. De demonstratie gaat automatisch verder (als u gedurende 2 minuten niets bedient) tenzij u de demonstratie alsnog annuleert door op de toets DEMO te drukken.
De demonstratie handmatig starten
Druk nogmaals op de toets DEMO en houd deze gedurende minimaal 2 seconden ingedrukt.
CANCEL
/DEMO
CANCEL
/DEMO
Nederlands
DIGITAL OUT
[ ]
OPTICAL
Naar optische digitale uitgang
Beschermdop
Verwijder de beschermdop uit de opening alvorens andere apparatuur aan te sluiten.
Geluidsapparatuur met een optische digitale uitgang
– 8 –

Basisbediening

De stroom in- en uitschakelen
Druk als u de stroom wilt inschakelen op de toets
STANDBY/ON zodat het lampje
STANDBY uitgaat.
Druk als u de eenheid wilt uitschakelen (in standby zetten) nogmaals op de
toets
STANDBY/ON zodat het lampje
STANDBY aangaat.
Er wordt altijd enige stroom verbruikt, ook als de eenheid in standby staat.
Als u de stroomtoevoer helemaal wilt uitschakelen, moet u de
Nederlands
stekker uit het stopcontact trekken.
Als u de stekker uit het stopcontact verwijdert of er zich een stroomstoring voordoet
De klok wordt ingesteld op “– – : – –” en na enkele dagen zonder stroom worden de ingestelde voorkeurzender uit het geheugen gewist (zie pagina 11).
English
STANDBY
STANDBY
Stroombesparing tijdens standby met de ecologische modus (ECO-modus)
Er kan alleen stroom worden bespaard als u de eenheid uitschakelt of in standby zet.
Druk als u de ECO-modus wilt gebruiken op de toets ECO terwijl de
eenheid is uitgeschakeld (of in standby staat). De verlichting (inclusief de demonstratie) verdwijnt van de display.
Druk als u de ECO-modus wilt uitschakelen nogmaals op de toets ECO. De verlichting van de display gaat weer aan.
STANDBY
STANDBY/ON
STANDBY/ON
STANDBY/ON
2
Druk op de toets 4 of de toets
PRESET
¢ om het uur te kiezen en druk
ECO
nadat u uw keuze hebt gemaakt op de toets SET om uw keuze in te stellen.
SET
ECO
Als u het uur wilt wijzigen nadat u op de
toets SET hebt gedrukt, moet u op de toets CANCEL drukken om uw keuze te annuleren. De cijferpositie voor hele uren begint opnieuw te knipperen.
3
Druk op de toets 4 of de toets
PRESET
¢ om de minuten aan te passen en druk op SET.
SET
De tijd controleren die de klok aangeeft
Druk tijdens het afspelen van een bron op de toets DISPLAY.
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt beurtelings de naam van de afspeelbron en de tijd weergegeven.
De klok opnieuw aanpassen
Als u de klok al eerder hebt aangepast, moet u net zo vaak op de
ECO
toets CLOCK/TIMER drukken tot de vermelding “CLOCK” is geselecteerd.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt er een andere
instelling voor de klok weergegeven, en wel in deze volgorde:
DAILY
Geannuleerd
Als er zich een stroomstoring voordoet
De klok verliest zijn instelling en wordt ingesteld op “– – : – –”. U dient de klok opnieuw in te stellen.
ON TIME
CLOCK
REC
ON TIME
DISPLAY
Over de ECO-modus
Als de ECO-modus is geactiveerd, wordt de demonstratie tijdelijk geannuleerd.
De klok instellen
Alvorens verder te gaan met de bediening van de eenheid is het raadzaam eerst de ingebouwde klok in te stellen. De klok kan worden ingesteld zowel wanneer de eenheid aanstaat als wanneer deze in standby staat.
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
CLOCK
/
1
Druk op de toets CLOCK/TIMER.
De cijferpositie voor hele uren op de display begint te knipperen.
TIMER
Afspeelbronnen selecteren
Druk als u naar een FM-, MW(middengolf)- of LW(lange golf)-zender wilt luisteren op de toets FM/AM. (Zie pagina 11). Druk als u een CD wilt beluisteren op de toets CD 6.
(Zie pagina 14 – 16). Druk als u een cassette wilt afspelen op de toets TAPE 3. (Zie pagina 17).
Druk als u een extern apparaat als afspeelbron wilt selecteren op de toets AUX.
Als u op de afspeeltoets van een bron drukt (bijvoorbeeld het apparaat dat is aangesloten op de uitgang AUX, of op de toets FM/AM, CD 6 en TAPE 3), wordt de eenheid automatisch ingeschakeld (en de eenheid begint met het afspelen van de geselecteerde bron als deze daarop is voorbereid. Deze voorziening wordt COMPU PLAY CONTROL genoemd).
– 9 –
Volume regelen
Het volume is alleen aan te passen wanneer de eenheid is ingeschakeld.
Draai de knop VOLUME met de wijzers van de klok mee als u de geluidssterkte wilt vergroten, draai deze knop tegen de wijzers van de klok in als u de geluidssterkte wilt verkleinen.
• Het volumeniveau kan in 32 stappen worden aangepast (VOL MIN, VOL 1 — VOL 30 en VOL MAX).
Als u gebruik maakt van de afstandsbediening moet u op de toets VOLUME + drukken om de geluidssterkte te vergoten en op de toets VOLUME – om de geluidssterkte te verkleinen.
Sluit voor persoonlijk luistergenot een hoofdtelefoon aan op de uitgang met de markering PHONES. Zodra u hierop een hoofdtelefoon aansluit, wordt er geen geluid meer via de luidsprekers ten gehore gebracht. Draai het volume eerst terug alvorens de hoofdtelefoon aan te sluiten of op uw
hoofd te zetten.
Persoonlijk luistergenot
Schakel de eenheid NIET uit (of in standby) bij een hoge geluidssterkte. De plotselinge geluidsexplosie die zich de volgende keer bij het inschakelen van de eenheid kan voordoen, kan de luidsprekers van de hoofdtelefoon en uw oren beschadigen. ONTHOUD dat u de geluidssterkte niet kunt aanpassen
wanneer de eenheid in standby staat.
De geluidssterkte tijdelijk laten afnemen
Druk op de afstandsbediening op de toets FADE MUTING. De geluidssterkte neemt langzaam af tot het niveau “VOL MIN”. U herstelt het geluidsniveau weer, als u nogmaals op deze toets drukt.
FADE
MUTING
Basgeluid versterken
Deze functie geldt alleen voor het afspelen van geluid en heeft geen invloed op opnames die u maakt.
Draai de knop SUBWOOFER LEVEL met de wijzers van de klok mee als u de geluidssterkte van de subwoofer wilt vergroten en draai deze knop tegen de wijzers van de klok in als u de geluidssterkte wilt verkleinen.
• Het subwooferniveau kan in 4 stappen worden aangepast (LEVEL 1 — LEVEL 4). Als u de knop met de wijzers van de klok mee tot LEVEL 4 draait, gaat de vermelding “MAX” enkele seconden op de display knipperen.
De indicator SUBWOOFER LEVEL op de display gaat altijd aan als de eenheid is ingeschakeld.
SUBWOOFER
LEVEL
Als u gebruik maakt van de afstandsbediening moet u op de toets SUBWOOFER LEVEL drukken om de geluidssterkte van de subwoofer aan te passen. Het niveau van de geluidssterkte wordt als volgt gewijzigd: LEVEL 1
= LEVEL 2 = LEVEL 3 =
LEVEL 4 (terug naar het begin).
Geluidsmodi selecteren
De geluidsmodi kunnen alleen worden toegepast op geluid dat wordt afgespeeld, niet bij het maken van opnames.
U kunt kiezen uit 6 standaard geluidsmodi (3 surround-modi en 3 SEA-modi. SEA staat voor Sound Effect Amplifier, oftewel geluidseffectversterking)
Als u een geluidsmodus wilt selecteren,
drukt u op de toets SOUND MODE zodat het bijbehorende lampje op de display van de eenheid oplicht.
Tevens licht de indicator SOUND MODE op de display op
Elk keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt er een
andere geluidsmodus op de display en wel in deze volgorde:
D.CLUB
(Dance CLUB)
OFF
(Geannuleerd)
HALL STADIUM ROCK
CLASSIC
POP
Surround-modi*:
D.CLUB: Deze modus vergroot de resonantie en het basgeluid. HALL: Deze modus voegt diepte en glans aan het geluid toe. STADIUM: Deze modus voegt helderheid toe en spreidt het
geluid op een manier die aan een stadion doet denken.
SEA-modi (Sound Effect Amplifier): ROCK: Deze modus versterkt de lage en hoge frequenties.
Geschikt voor akoestische muziek.
POP: Geschikt voor vocale muziek. CLASSIC: Geschikt voor klassieke muziek.
OFF: Hiermee schakelt u de geselecteerde geluidsmodus
uit.
* Er worden surround-elementen aan de SEA-elementen toegevoegd
zodat u in uw luisterruimte het gevoel krijgt er live bij te zijn. Als u een van deze modi kiest, gaat tevens de indicator SOUND MODE op de display aan en wel als volgt:
Als een van de SEA-modi is geselecteerd (SEA-elementen zonder surround-elementen), gaat tevens de indicator SOUND MODE op de display aan en wel als volgt:
Druk als u de afstandsbediening gebruikt op de toets SOUND MODE om de geluidsmodus te selecteren.
• Elk keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt er een andere geluidsmodus op de display en wel in deze volgorde:
D.CLUB
(Dance CLUB)
OFF
(Geannuleerd)
HALL STADIUM ROCK
CLASSIC
POP
SOUND
MODE
Nederlands
– 10 –

Luisteren naar FM-, MW- en LW-uitzendingen

Afstemmen op een station
1
Druk op de toets FM/AM.
De eenheid wordt automatisch ingeschakeld en stemt zichzelf af op het station waarop het eerder afgestemd stond (FM, MW of L W).
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, schakelt u heen en weer tussen de FM-,
MW- en LW-omroepband en andersom.
2
Zoek naar een station. Op de eenheid: Druk gedurende minimaal 1 seconde op de toets TUNING + of de toets TUNING – . Op de afstandsbediening:
Nederlands
Druk gedurende minimaal 1 seconde op de toets 4 of de toets ¢ .
De eenheid gaat op zoek naar een station en stopt wanneer er een station wordt gevonden met een uitzendsignaal dat sterk genoeg is.
English
Als het ontvangen programma in stereo wordt ontvangen, licht bovendien de indicator ST (stereo) op de display op.
Als u het zoeken naar een station wilt afbreken, drukt u op toets TUNING + of op TUNING – (of op de toets 4 of op ¢ op de afstandsbediening).
Als u de toets (
of
4
herhaaldelijk indrukt
De frequentie verandert stapsgewijs.
TUNING +
of
¢
op de afstandsbediening) kort en
of
TUNING –
De FM-ontvangstmodus wijzigen
Als een stereo-uitzending van een FM-station moeilijk is te ontvangen of als er ruis is te horen, kunt u de ontvangst verbeteren door op de afstandsbediening op de toets FM MODE te drukken. De vermelding “MONO” verschijnt en de indicator MONO op de display en de ontvangstkwaliteit verbetert.
Als u het stereo-effect weer wilt inschakelen, drukt u nogmaals op de toets FM MODE zodat op de display de vermelding “STEREO” verschijnt en de indicator MONO op de display uitgaat. Wanneer de ontvanger is ingesteld op de ontvangst van stereo­uitzendingen, zullen programma’s die in stereo worden uitgezonden in stereo worden ontvangen.
Voorkeurzenders instellen
Er kunnen maximaal 30 FM, 8 MW en 7 LW stations (zowel middengolf als lange golf) als voorkeurzender worden ingesteld.
Het kan voorkomen dat er in het geheugen van uw tuner al een of enkele voorkeurzenders zijn ingesteld. Deze zijn tijdens een controle in de fabriek aangebracht en het betreft dus geen storing van de tuner. Volg de onderstaande procedure om de stations van uw eigen keuze als voorkeurzender in het geheugen op te nemen.
• Voor de onderstaande bewerking is een tijdslimiet van kracht. Als u de instelling annuleert nog voordat u de bewerking hebt
voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Stem af op een station dat u als voorkeurzender wilt instellen.
Zie de paragraaf “Afstemmen op een station” hierboven.
TUNING
FM MODE
2
Druk op de toets SET.
3
Druk op de toets PRESET + of PRESET – om een nummer voor de voorkeurzender te selecteren.
4
Druk nogmaals op de toets SET.
Het station waar u in stap 1 op hebt afgestemd, wordt nu onder het nummer dat u in stap 3 hebt geselecteerd als
de
voorkeurzender in het geheugen opgeslagen.
• Als u een nummer aan een voorkeurzender toekent dat al aan een andere voorkeurzender is toegewezen, wordt die voorkeurzender uit het geheugen gewist.
Als u de stekker uit het stopcontact verwijdert of er zich een stroomstoring voordoet
De in het geheugen opgeslagen voorkeurzenders gaan na enkele dagen verloren. Mocht deze situatie zich voordoen, dan moet u de
voorkeurzenders opnieuw instellen.
Afstemmen op een voorkeurzender
1
Druk op de toets FM/AM.
De eenheid wordt automatisch ingeschakeld en stemt zichzelf af op het station waarop het eerder afgestemd stond (FM, MW of LW).
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, schakelt u heen en weer tussen de FM-, MW-
en LW-omroepband en andersom.
2
Selecteer een voorkeurzender. Op de eenheid: Druk op de toets PRESET + of PRESET –.
Met de afstandsbediening: Druk op een van de cijfertoetsen.
Bijvoorbeeld: Druk voor voorkeurzender 5
op de toets met het cijfer 5.
Druk voor voorkeurzender 15
op +10 en daarna op 5.
Druk voor voorkeurzender 20
op +10 en daarna op 10.
Druk voor voorkeurzender 25
tweemaal op +10 en daarna op 5.
Druk voor voorkeurzender 30 tweemaal op +10
en daarna op 10.
– 11 –
SET
PRESET
SET
PRESET
12
4
5
78
+10
10
3
6
9

FM-stations met RDS ontvangen

Vervolg
Met RDS kunnen FM-zenders een extra signaal meesturen met de gewone programmasignalen. De zenders sturen bijvoorbeeld de naam van de zenders, evenals informatie over het soort programma dat wordt uitgezonden, zoals sport of muziek, aan.
Wanneer u afstemt op een FM-zender die de RDS-service biedt, wordt de RDS-indicatie op de display verlicht.
Met dit apparaat kunt u de volgende soorten RDS-signalen ontvangen.
PS (Programmaservice):
Hiermee worden algemeen bekende zendernamen weergegeven.
CT (Kloktijd):
Geeft de tijd weer die het station uitzendt.
RT (Radiotekst):
Hiermee worden tekstberichten weergegeven die de zender verstuurt.
EON (Enhanced Other Networks):
Hiermee wordt informatie weergegeven over de soorten programma’s die door andere RDS-zenders worden uitgezonden.
Zoeken naar programma’s met behulp van PTY-codes (de functie PTY Search)
Een van de voordelen van RDS is dat u een bepaald type programma kunt zoeken door de PTY-codes op te geven.
• Zie “Aanvullende informatie” op pagina 25 voor meer informatie over de PTY-codes.
Zoeken naar een programma aan de hand van de PTY-codes
VERGEET NIET dat u FM RDS-zenders moet programmeren om de PTY-codes te kunnen gebruiken. Zie pagina 11 als u dit nog niet hebt gedaan.
• Voor de onderstaande bewerking is een tijdslimiet van kracht. Als u de instelling annuleert nog voordat u de bewerking hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
1
Druk op de toets PTY/EON.
2
Druk op de toets SELECT + of SELECT – totdat de gewenste PTY-code op de display wordt weergegeven.
PTY / EON
SELECT
Nederlands
Meer informatie over RDS
• Bepaalde FM-, MW- en LW- zenders geen RDS-signalen uit.
• Verschillende FM RDS-zenders kunnen verschillende RDS­services aanbieden. Neem contact op met de plaatselijke radiozenders, als u meer informatie wilt over de RDS-services in uw omgeving.
• RDS functioneert mogelijk niet goed als de ontvangen zender de signalen niet goed uitzendt of als de signaalsterkte zwak is.
De RDS-informatie wijzigen
U kunt RDS-informatie op de display lezen terwijl u naar een FM-zender luistert.
Druk op de toets DISPLAY MODE.
• Telkens wanneer u op deze knop drukt, wordt de volgende informatie weergegeven:
*
PS NAME
(Naam programmaservice)RT(Radiotekst)
Frequentie station
(of kanaal voorkeurzender)
* De tijd van de klok die op de display wordt
weergegeven, is niet hetzelfde als de kloktijd (CT) die het station uitzendt.
Als een zender geen PS NAME-, CT- of RT-signalen uitzendt
wordt in de hoofddisplay “NO PS,” “NO CT” of “NO RT” weergegeven.
CT
(Kloktijd)
DISPLAY MODE
• Telkens wanneer u op deze knop drukt, wordt een van de volgende PTY-codes weergegeven:
NEWS AFFAIRS INFO SPORT EDUCATE “ DRAMA CUL TURE SCIENCE VARIED POP M ROCK M M.O.R. M LIGHT M CLASSICS OTHER M WEATHER FINANCE CHILDREN SOCIAL A RELIGION PHONE IN TRAVEL LEISURE JAZZ COUNTRY NATIONAL OLDIES FOLK M DOCUMENT (terug naar het begin)
3
Druk nogmaals op de toets
PTY / EON
PTY/EON.
De FM-voorkeurzenders worden samen met hun nummers op de display weergegeven. Het apparaat zoekt in 30 geprogrammeerde FM-zenders, stopt zodra het door u geselecteerde programma wordt gevonden en stemt daarop af.
• Als er geen programma wordt gevonden, keert de eenheid terug naar het station dat als laatste werd ontvangen.
De zoekopdracht onderbreken
Druk tijdens het zoeken op de toets SELECT + of SELECT –.
– 12 –
Tijdelijk naar verkeersinformatie overschakelen
Wanneer er EON-gegevens van FM RDS-stations worden ontvangen, kan de EON-functie ervoor zorgen dat de eenheid tijdelijk overschakelt naar verkeersinformatie die door een ander radiostation wordt uitgezonden.
• De EON-functie werkt alleen als u luistert naar een geprogrammeerde FM RDS-zender die EON-informatie uitzendt.
• De EON-indicatie licht op wanneer u een zender met EON­informatie ontvangt.
De EON-functie activeren:
VERGEET NIET dat u FM RDS-zenders moet programmeren om de EON-functie te kunnen gebruiken. Zie pagina 11 als u dit nog niet hebt gedaan.
Nederlands
1
Druk op de toets PTY/EON en houd deze ingedrukt.
Elke keer wanneer u op de toets PTY/EON drukt en deze ingedrukt houdt, verschijnen de
English
vermeldingen “TA ON” en “TA OFF” beurtelings op de display.
TA OFFTA ON
TA ON: Tijdelijk overschakelen naar verkeersinformatie
is ingeschakeld.
TA OFF: Tijdelijk overschakelen naar verkeersinformatie
is uitgeschakeld.
PTY / EON
Zo werkt de EON-functie:
SITUATIE 1 Als geen enkel station verkeersinformatie uitzendt
De eenheid speelt verder met het station dat is geselecteerd.
«
Wanneer er een station is dat verkeersinformatie uitzendt, zal de eenheid automatisch naar dat station overschakelen. De TA-indicator gaat knipperen.
«
Wanneer de verkeersinformatie is afgelopen, keert de eenheid terug naar het station waarop het eerder was afgestemd, maar de EON-functie blijft ingeschakeld.
SITUATIE 2 Als er een station is dat verkeersinformatie uitzendt
De eenheid stemt af op het desbetreffende programma. De TA-indicator gaat knipperen.
«
Wanneer de verkeersinformatie is afgelopen, keert de eenheid terug naar het station waarop het eerder was afgestemd, maar de EON-functie blijft ingeschakeld.
SITUATIE 3 Als het FM-station waar u naar luistert
verkeersinformatie gaat uitzenden
De eenheid blijft afgestemd op het station en de TA­indicator gaat knipperen.
«
Als het programma is afgelopen, stopt de TA-indicator met knipperen maar blijft de EON-functie geactiveerd.
Meer informatie over de EON-functie
• EON-informatie van sommige zenders is mogelijk niet compatibel met dit apparaat. Als dat het geval is, werkt de EON-functie mogelijk niet goed.
• Wanneer u luistert naar een programma waarop met de EON­functie is afgestemd, wordt niet naar een andere zender overgeschakeld, ook al begint een andere zender een programma met dezelfde EON-informatie uit te zenden.
• De EON-functie wordt geannuleerd wanneer u de bron wijzigt in CD, TAPE of AUX; de functie wordt tijdelijk geannuleerd wanneer u de bron wijzigt in MW of LW.
– 13 –

CD’s afspelen

Deze eenheid is ontworpen om de volgende soorten CD’s af te spelen: audio-CD’s, CD-R’s en CD-RW’s.
Veelvuldig gebruik van CD’s met een afwijkende vorm (bijvoorbeeld hart- of stervormig in plaats van rond) kan de eenheid schade toebrengen.
Vervolg
Over de indicators voor de CD’s
Elke indicator komt overeen met een van de uitsparingen in de carrousel.
Als u een CD-R of CD-RW afspeelt
Zelfgemaakte CD-R’s (Recordable) en CD-RW’s (Rewritable) kunnen alleen worden afgespeeld als de eindbewerking (finalization) heeft plaatsgevonden.
• U kunt uw originele CD-R’s en CD-RW’s afspelen waarop muziek in de originele CD-indeling is opgenomen (Afspelen is misschien niet mogelijk bij bepaalde, heel specifieke opnamekenmerken of
-omstandigheden).
• Lees alvorens een CD-R’s of CD-RW’s af te spelen eerst de bij de disk meegeleverde instructies aandachtig door.
• Bepaalde CD-R’s en CD-RW’s kunnen mogelijk niet op deze eenheid worden afgespeeld vanwege een heel specifieke opnamemethode, vuil op beschadigingen op de disk of een vuiltje op de lens.
• Voor CD-RW’s is soms een langere leestijd nodig. (Dit heeft te maken met het feit dat de weerkaatsing van CD-RW’s minder is dan van CD’s).
CD’s plaatsen
1
Druk op de toets 0.
De eenheid schakelt zichzelf automatisch in en de carrousel komt naar buiten geschoven.
2
Leg een of twee CD’s van uw keuze met het label naar boven in de daarvoor bestemde uitsparingen in de carrousel.
CD-nummer
CD-indicator
• De cirkelvormige indicator gaat aan zodra er een CD in de overeenkomstige uitsparing van de carrousel wordt aangetroffen.
• De CD-indicator draait rond als de CD in de overeenkomstige uitsparing wordt afgespeeld.
• De CD-indicator gaat uit als de eenheid merkt dat er geen CD in de overeenkomstige uitsparing is geplaatst.
Cirkelvormige indicator
Alle CD’s helemaal afspelen (de functie Continuous Play)
Het is mogelijk om CD’s doorlopend af te spelen.
1
Plaats de CD’s.
2
Druk op de CD-toets (CD1, CD2 of CD3) van de CD die u wilt afspelen.
Het afspelen begint bij de eerste track van de CD die u hebt geselecteerd.
Het tracknummer van de CD die wordt afgespeeld knippert. (Er worden niet meer dan 16 tracknummers weergegeven.)
Nederlands
GOED
• Plaats een CD-single (8 cm) in de kleine uitsparing van de carrousel.
3
Druk als u een derde CD wilt
FOUT
plaatsen op de toets DISC CHANGE op de eenheid op de toets DISC SKIP op de afstandsbediening.
De carrousel draait éénderde rond.
4
Druk nogmaals op de toets 0.
De carrousel wordt gesloten.
DISC CHANGE
DISC SKIP
Tracknummer
• Als u op de toets CD 6 in plaats van op een van de CD-toetsen drukt, wordt begonnen bij een van de CD’s in de carrousel.
Als u de eenheid inschakelt, gaat de indicator ALL DISC op de display automatisch aan. Als u niet wilt dat alle CD’s worden afgespeeld, moet u de vermelding 1 DISC selecteren door op de toets REPEAT te drukken.
ALL DISC
REPEAT ALL DISC REPEAT 1 DISC
ALL DISC: Met deze instelling worden alle
1 DISC: Met deze instelling wordt er één CD
Als u het afspelen wilt stoppen, drukt u op de toets 7. Als u een CD wilt verwijderen, drukt u op de toets 0.
1 DISC
geplaatste CD’s afgespeeld.
afgespeeld.
Verstreken speelduur
REPEAT 1
– 14 –
Volgorde waarin CD’s worden afgespeeld (als ALL DISC is
PRESET
ME
Wanneer er drie CD’s in de carrousel liggen, worden die in een van de onderstaande volgorden afgespeeld:
• Als u op CD1 drukt : CD1 ] CD2 ] CD3. Daarna wordt het afspelen gestaakt.
• Als u op CD2 drukt : CD2 ] CD3 ] CD1. Daarna wordt het afspelen gestaakt.
• Als u op CD3 drukt : CD3 ] CD1 ] CD2. Daarna wordt het afspelen gestaakt. * Als er slechts 2 CD’s zijn geladen, worden die in dezelfde volgorde afgespeeld,
geselecteerd)
maar wordt de lege lade overg eslagen.
Basisbediening van de CD-speler
Tijdens het afspelen van een CD kunnen de volgende bewerkingen worden uitgevoerd.
CD’s verwisselen tijdens het afspelen van een andere CD
Druk op de toets DISC CHANGE om de CD uit de carrousel te kunnen nemen. De carrousel komt naar buiten geschoven. Als er tijdens het afspelen CD’s worden verwisseld,
Nederlands
stopt het afspelen pas nadat de laatste CD die is verwisseld helemaal is afgespeeld. Druk als u de carrousel wilt sluiten op de toets DISC CHANGE of
op de toets 0.
Naar een andere CD in de carrousel gaan
Druk op de afstandsbediening op de toets DISC SKIP.
Het afspelen kort onderbreken
Druk op de toets CD 6. Zolang het afspelen is onderbroken, wordt de vermelding “PAUSE” op de display weergegeven.
Als u het afspelen wilt hervatten, drukt u nogmaals op de toets CD 6
Als u een bepaald punt in een track wilt opzoeken
Druk tijdens het afspelen van de CD op de toets 1 of op de toets ¡ en houd de toets ingedrukt.
1: Achteruit zoeken.
¡: V ooruit zoeken. Als u de afstandsbediening gebruikt, moet u de toets 4 of de toets ¢ indrukken en ingedrukt houden.
.
DISC CHANGE
DISC SKIP
TUNING
De afspeelvolgorde van tracks programmeren (de functie Program Play)
Het is mogelijk de volgorde waarin tracks worden afgespeeld te bepalen voordat u met afspelen begint. Er kunnen maximaal 32
tracks worden geprogrammeerd.
• Als u een door uzelf samengesteld programma herhaaldelijk wilt afspelen (zie pagina 16), moet u eerst Program Play activeren en
daarna op de toets REPEAT drukken.
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Plaats de CD’s.
Als de geselecteerde afspeelbron momenteel niet de CD-speler
is, moet u eerst op de toets CD 6, en daarna op de toets 7 drukken alvorens naar de volgende stap te gaan.
PROGRAM RANDO
2
Druk op de toets PROGRAM zodat de vermelding “PROGRAM” op de display verschijnt.
Tevens gaat de indicator PRGM (programma) op de display aan.
Als er een programma in het geheugen ligt opgeslagen, wordt
dat programma opgeroepen.
3
Druk op een van de CD-toetsen (CD1, CD2 of CD3) om de CD van uw keuze af te kunnen spelen.
Tracknummer
AT
Naar een andere track gaan
Druk voor of tijdens het afspelen van de CD herhaaldelijk op de toets
4: Hiermee gaat u terug naar het begin van de huidige of vorige tracks.
¢: Hiermee gaat u naar het begin van de volgende of daarop volgende tracks.
Als u voor of tijdens het afspelen op de eenheid op de toets 4 of ¢ drukt en deze ingedrukt houdt.
U kunt voortdurend andere tracks kiezen.
4 of de toets ¢.
Rechtstreeks naar een andere track gaan met behulp van de cijfertoetsen
Met de cijfertoetsen kunt u voor of tijdens het afspelen direct aangeven welke track u wilt
.
horen
Bijvoorbeeld:Druk voor track 5 op de toets
met het cijfer 5.
Druk voor track 15 op +10 en
daarna op 5.
Druk voor track 20 op +10 en
daarna op 10.
Druk voor track 32 drie maal op +10 en daarna op 2.
12
4
78
10
PRESET
5
+10
3
6
9
4
– 15 –
CD-nummer
Nummer van de programmastap
Druk op de toets 4 of de toets ¢ om het gewenste tracknummer van de CD te selecteren en druk vervolgens op de toets SET.
Elke keer wanneer u een track selecteert en op de toets SET drukt, wordt het geselecteerde tracknummer aan de CD­tracknummers op het display toegevoegd.
SET
5
M
Programmeer naar keuze nog andere tracks.
• Als u tracks van dezelfde CD wilt programmeren, herhaalt u stap 4.
• Als u tracks van een andere CD wilt programmeren, herhaalt u stap 3 en 4.
6
Druk op de toets CD 6.
De tracks worden afgespeeld in de volgorde waarin u deze hebt geprogrammeerd.
Als u het afspelen wilt stoppen, drukt u op de toets 7. Als u de programmeerfunctie wilt verlaten, drukt u voor of na het
afspelen nogmaals op de toets PROGRAM zodat de eenheid overschakelt naar de reguliere afspeelfunctie (Continuous Play). (Het door u samengestelde programma wordt in het geheugen bewaard tot u de eenheid uitschakelt of het programma uit het
geheugen verwijdert).
Het programma aanpassen
Het is mogelijk om voor het afspelen van een programma de geprogrammeerde track die op het display wordt weergegeven uit het programma te wissen. U doet
dit door op de toets CANCEL te drukken.
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, wordt de laatst geprogrammeerde track uit het programma verwijderd.
Als u tijdens het afspelen van het programma een andere track wilt kiezen, moet u op de toets
af te spelen track volgens het programma wordt gewijzigd (een latere track of een eerder track wordt afgespeeld).
Als u voordat u het afspelen van het programma begint tracks aan het programma wilt toevoegen, hoeft u alleen maar de CD-
nummers en/of tracknummers te selecteren die u wilt toevoegen. Volg hiertoe stap 3 en 4 van de programmeerprocedure op pagina 15.
Als u het programma voor of tijdens het afspelen van een programma wilt wissen, moet u tweemaal op de toets
Het programma wordt ook gewist als u de carrousel opent.
Als u een 33e stap probeert te programmeren
De vermelding “FULL” wordt op de display weergegeven.
Als uw programmeerpoging wordt genegeerd
U hebt geprobeerd een track te programmeren van een lege CD-lade of u hebt een tracknummer opgegeven dat niet bestaat. Dergelijke programmeerpogingen worden genegeerd.
¢
of de toets
4
CANCEL
/DEMO
drukken zodat de
7
drukken.
Tracks in willekeurige volgorde afspelen (de functie Random Play)
• De tracks worden automatisch in een willekeurige volgorde afgespeeld. Het afspelen in willekeurige volgorde stopt
wanneer alle tracks een keer zijn afgespeeld.
Als u het afspelen wilt stoppen, moet u op de toets 7 drukken.
• Het afspelen in willekeurige volgorde stopt ook als u op de toets 0 drukt.
Als u de functie voor het afspelen in willekeurige volgorde wilt verlaten, moet u tijdens het afspelen nogmaals op de toets
RANDOM drukken zodat de eenheid overschakelt naar de reguliere afspeelmodus (Continuous Play).
Als u de afspeelmodus Random Play wilt gebruiken, dient u eerst de afspeelmodus Program Play te verlaten.
Als u op de toets ¢ of de toets 4 drukt
Er wordt automatisch een willekeurige andere track geselecteerd.
Tracks of CD’s herhaaldelijk afspelen (de functie Repeat Play)
U kunt alle CD’s, een heel programma of losse tracks net zo vaak achter elkaar ten gehore brengen als u wilt.
PROGRA
Als u tracks of CD’s herhaaldelijk wilt afspelen,
moet u voor of tijdens het afspelen op de toets REPEAT drukken.
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de herhaalfunctie die op de display verschijnt, en wel in deze volgorde
ALL DISC
REPEAT ALL DISC REPEAT 1 DISC
REPEAT 1: Als u deze optie kiest, wordt één track op REPEAT 1 DISC*: Als u deze optie kiest, worden alle tracks REPEA T ALL DISC: Als u deze optie kiest, worden alle tracks
* De optie REPEAT 1 DISC kan niet worden gekozen in
combinatie met Program Play.
Druk als u de herhaalfunctie wilt annuleren, net zo vaak op de toets REPEAT tot de bijbehorende indicator (REPEAT 1,
REPEAT 1 DISC of REPEAT ALL DISC) op de display uitgaat.
• De herhaalfunctie (Repeat Play) en de functie voor afspelen in willekeurige volgorde (Random Play) kunnen niet tegelijkertijd
worden gebruikt.
1 DISC
één CD herhaald.
van één CD herhaald. op alle CD’s herhaald.
REPEAT 1
REPEAT
De CD-speler vergrendelen (de functie Tray Lock)
Nederlands
:
Bij het afspelen van tracks in willekeurige volgorde worden de tracks van de CD in de carrousel in een volstrekt willekeurige
volgorde ten gehore gebracht.
1
Plaats een CD.
• Als de geselecteerde afspeelbron momenteel niet de CD-speler is, moet u eerst op de toets CD 6, en daarna op de toets 7
drukken alvorens naar de volgende stap te gaan.
2
Druk net zo vaak op de toets RANDOM
RANDOM
tot de vermelding “RANDOM” op de display verschijnt.
Tevens gaat de indicator RANDOM op de display aan.
Met de vergrendelingsfunctie Tray Lock kunt u voorkomen dat de carrousel wordt geopend en er CD’s worden uitgenomen.
• Deze bewerking kan alleen aan de voorzijde van de eenheid worden uitgevoerd als de CD-speler als afspeelbron is geselecteerd
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
Om te voorkomen dat er CD’s worden uitg enomen, moet u op de
toets 0 voor de carrousel drukken terwijl u de toets 7 ingedrukt houdt. De vermelding “LOCKED” verschijnt op de display om aan te geven dat de carrousel met CD’s nu ontoegankelijk is.
Als u de vergrendelingsfunctie wilt opheffen, drukt u nogmaals op de toets 0 voor de carrousel terwijl u de toets 7 ingedrukt houdt. De vermelding “UNLOCKED” verschijnt enige tijd op de display om aan te geven dat de carrousel weer toegankelijk is.
Als u probeert de CD’s te verwijderen
Op de display verschijnt de vermelding “LOCKED” om aan te geven dat de vergrendelingsfunctie Tray lock actief is.
– 16 –
.

Cassettes afspelen

Een cassette afspelen
1
Druk op de toets EJECT (0) van het cassettedeck dat u wilt gebruiken.
Nederlands
Voor deck A
2
Plaats een cassette in het cassettedeck. Met het gedeelte waar u de band ziet omlaago.
• Het is alleen mogelijk om cassettes van Type 1 af te spelen.
Druk als u het afspelen wilt stoppen op de toets 7. Druk als u het andere deck wilt bedienen op de toets
TAPE A of de toets TAPE B (of op de toets TAPE A/B op de afstandsbediening) en daarna op de toets TAPE 3.
Druk als u de cassette snel vooruit wilt spoelen op de toets ¡ (of op de toets ¢ op de afstandsbediening). De indicator voor de geselecteerde cassett (3) gaat snel op de display knipperen.
Druk als u de cassette snel terug wilt spoelen op de toets 1 (of op de toets 4 op de afstandsbediening). De indicator voor de geselecteerde cassette (2) gaat snel op de
EJECT
EJECT
Voor deck B
display knipperen. Druk als u de cassette wilt verwijderen op de toets
0 EJECT als u de cassette in deck A wilt verwijderen of op de toets EJECT 0 als u de cassette in deck B wilt verwijderen.
EJECT
EJECT
3
Sluit het cassettecompartiment voorzichtig.
Als u in zowel deck A als deck B een cassette hebt geplaatst, wordt het laatste deck waarin u een cassette hebt geplaatst geselecteerd. Als u het andere deck wilt bedienen, moet u op de toets TAPE A of de toets TAPE B drukken (of op de toets TAPE A/B op de afstandsbediening).
4
Druk op de toets TAPE
De cassette wordt afgespeeld en de indicator voor de cassette die wordt afgespeeld (3) gaat langzaam op de display knipperen.
Als de cassette het einde van de band heeft bereikt,wordt het afspelen automatisch beëindigd.
33
3 .
33
TAPE
Het gebruik van C-120 of cassettes met een dunnere band wordt afgeraden aangezien de kwaliteit van deze cassettes snel afneemt en de band in veel gevallen vastloopt in het rolmechanisme van het cassettedeck.
– 17 –

Opnames maken

C
Vervolg
BELANGRIJK:
Het is niet toegestaan opnames te maken van materiaal waarop copyright berust of dit materiaal te beluisteren zonder uitdrukkelijke toestemming van degene bij wie het copyright berust.
• Het opnameniveau wordt automatisch ingesteld. U kunt het volume tijdens het maken van een opname dus niet met de knop VOLUME, SOUND MODE en SUBWOOFER LEVEL beïnvloeden. U kunt tijdens het maken van een opname wel het geluid van de geluidsweergave aanpassen, zonder dat dit van invloed is op het geluidsniveau van de opname.
• Tijdens het maken van een opname kunt u via de luidspreker of hoofdtelefoon naar geluidsmodi luisteren, maar het geluid wordt zonder geluidsmodi opgenomen (zie pagina 10).
• Als op opnames die u maakt veel ruis of ander ongewenst geluid voorkomt, kan het zijn dat de eenheid te dicht in de buurt van een TV is opgesteld. Plaats de eenheid in dat geval uit de buurt van de TV.
• Voor het maken van opnames dient u cassettes van Type 1 te gebruiken.
Voorkomen dat u belangrijke opnames per ongeluk wist
Cassettes zijn uitgerust met twee wispreventielipjes, waarmee u belangrijke opnames kunt beveiligen. Verwijder het linker lipje gezien van de speelkant van de cassette als er op die kant een opname staat die u niet per ongeluk wilt wissen. Als u het gat dat ontstaat met plakband afplakt, kunt u weer opnames op de desbetreffende kant van de cassette maken.
De beste geluidskwaliteit voor opnemen en afspelen
De opnameknop, geleidewielen of pinnen van de cassettedecks trekken vuil aan en dit resulteert in:
• Verminderde geluidskwaliteit
• Onderbroken weergave van geluid
• Wegvallen van het geluid
• Onvolledig wissen
• Problemen met het maken van opnames
Opnames maken op een cassette in deck B
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Druk op de toets EJECT 0 van deck B.
EJECT
EJECT
2
Plaats een cassette waarop opnames kunnen worden gemaakt, met het gedeelte waar zich de band bevindt naar beneden, in het deck.
3
Sluit het cassettecompartiment voorzichtig.
4
Start het afspelen van de bron: een FM­zender, MW-zender, LW-zender, de CD­speler of een extern apparaat dat op de ingang AUX IN is aangesloten.
• Als u een cassette wilt kopiëren verwijzen we u naar de paragraaf “Hele cassette kopiëren (dubbing)” op pagina 19.
• Als de CD-speler de afspeelbron is, kunt u ook synchrone opnames maken met behulp van de functie CD Synchro Recording (zie de paragraaf “Synchrone opnames maken (CD Synchro Recording)” op pagina
19).
Nederlands
De koppen, pinnen en geleidewielen reinigen
Gebruik een wattenstaafje gedrenkt in alcohol.
Pin
Wiskop
Geleidewiel
Koppen
De kop demagnetiseren
Schakel de eenheid uit en gebruik een demagnetisatiecassette (verkrijgbaar bij elektronica- en audiozaken).
5
Druk op de toets REC START/STOP.
De indicator REC op de display gaat aan en het opnemen begint.
Druk als u het opnemen wilt beëindigen nogmaals op de toets REC START/STOP of druk op de toets 7.
Druk als u de cassette wilt verwijderen op de toets EJECT 0 van deck B.
– 18 –
REC START
/STOPCDRE
Hele cassette kopiëren (dubbing)
N
Synchrone opnames maken (CD Synchro Recording)
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Druk op de toets TAPE 3, en daarna op de toets 7.
2
Plaats de broncassette in deck A en een
Nederlands
cassette die geschikt is voor het maken van opnames in deck B.
3
Druk op de toets DUBBING.
Het kopiëren begint. De vermelding “DUBBING” wordt op de display weergegeven en de indicator REC (opnemen) op display gaat aan.
Dit is de meest eenvoudige manier om een CD op cassette op te nemen.
• U kunt de tracks van een CD ook in de volgorde waarin u deze in een door u zelf samengesteld programma hebt geplaatst op cassette opnemen.
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Plaats een cassette waarop opnames kunnen worden gemaakt in deck B.
2
Plaats een CD in een van de uitsparingen van de carrousel. Let er daarbij op dat de label naar boven wijst.
DUBBING
RT
3
Druk op de juiste CD-toets (CD1, CD2 of CD3) om de geplaatste CD te selecteren en druk daarna op de toets 7.
Als u het kopiëren van de cassette wilt beëindigen, drukt u
op de toets 7. Als u de cassettes wilt verwijderen drukt u op de toets
0 EJECT voor deck A en op de toets EJECT 0 voor deck B.
RT
CD
4
Druk op de toets CD REC START.
De vermelding “CD REC” wordt op de display weergegeven en de indicator REC (opnemen) gaat aan.
Deck B begint met opnemen en de CD-speler begint met afspelen. Als het opnemen is voltooid, stoppen de CD­speler en deck B.
Als u het maken van de synchrone opname wilt stoppen,
drukt u op de toets 7.
Als u de cassette wilt verwijderen, drukt u op de toets EJECT 0 voor deck B.
REC START
DUBBI
– 19 –

Werken met de timers

Vervolg
Deze eenheid beschikt over drie timers (tijdschakelaars): de Daily Timer, Recording Timer en Sleep Timer.
U kunt deze timers alleen op betrouwbare wijze gebruiken nadat u de in deze eenheid ingebouwde klok goed hebt ingesteld. (Zie de
paragraaf “De klok instellen” op pagina 9).
De Daily Timer instellen
Met deze functie kunt u wakker worden met uw favoriete muziek of radioprogramma. U kunt de Daily Timer te allen tijde instellen, of
de eenheid nu is in- of uitgeschakeld.
Hoe de Daily Timer in de praktijk werkt
Als de Daily Timer is ingesteld, schakelt de eenheid zich automatisch op de ingestelde tijd en met het ingestelde volume in en begint de geselecteerde bron te spelen. (De indicator zolang de timer actief is). Wanneer het tijdstip van uitschakelen is aangebroken, schakelt de eenheid zichzelf automatisch uit (standby). De instellingen van de timer blijven in het geheugen van de eenheid aanwezig tot u deze opnieuw instelt.
• Voor de onderstaande bewerking is een tijdslimiet van kracht. Als u de instelling annuleert nog voordat u de bewerking hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
• Als u tijdens het instellen van de timer een fout maakt, moet u op de toets CANCEL drukken. (Dit werkt echter niet in alle gevallen. Als u de fout niet met de toets CANCEL kunt annuleren, moet u herhaaldelijk op de toets CLOCK/TIMER drukken en weer bij
stap 1 beginnen).
Voordat u begint...
Als u een CD als afspeelbron wilt gebruiken: – Zorg ervoor dat er zich een CD in de uitsparing van
de carrousel bevindt die overeenkomt met het CD­nummer.
Als u een cassette als afspeelbron wilt gebruiken: – Zorg ervoor dat er zich een cassette in het
cassettedeck bevindt waarvan de indicator op de display aan is (Deck A of Deck B).
Als u een extern apparaat als afspeelbron wilt
gebruiken:
– Zorg ervoor dat de tijd van de klok op het externe
apparaat gelijkloopt met de tijd van deze eenheid.
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Druk net zo vaak op de toets CLOCK/TIMER tot de vermelding “DAILY” op de display
wordt
weergegeven.
De indicator gaat aan en de indicator DAILY begint op de display te knipperen.
knippert
CLOCK
/
TIMER
2
Druk nogmaals op de toets CLOCK/TIMER.
De vermelding “ON TIME” wordt circa 2 seconden op de display weergegeven. Vervolgens kunt u de
inschakeltijd invoeren.
3
Geef het tijdstip op waarop de eenheid moet worden ingeschakeld.
1) Druk op de toets 4 of ¢ om het uur
in te stellen. Druk daarna op de toets SET.
2) Druk op de toets 4 of ¢ om de
minuut in te stellen.Druk daarna op de toets SET. Vervolgens wordt gedurende circa 2 seconden de vermelding “OFF TIME” weergegeven. U
kunt nu de uitschakeltijd invoeren.
4
Geef het tijdstip op waarop de eenheid moet worden uitgeschakeld (in standby te zetten).
1) Druk op de toets 4 of ¢ om het uur
in te stellen. Druk daarna op de toets SET.
2) Druk op de toets 4 of ¢ om de minuut
in te stellen. Druk daarna op de toets SET. Vervolgens kunt u de afspeelbron opgeven.
5
Druk op de toets 4 of de toets ¢ om een afspeelbron te selecteren en druk daarna op de toets SET.
Elke keer wanneer u op de toets 4 of de
toets ¢ drukt, wordt er een andere afspeelbron geselecteerd:
TUNER FM
TUNER MW
TAPEAUX
TUNER LW
CD
CLOCK
/
PRESET
SET
PRESET
SET
PRESET
TIMER
Nederlands
SET
Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de modus
van de timer en wel als volgt:
DAILY
Geannuleerd
ON TIME
CLOCK
(Zie pagina 9).
REC
ON TIME
TUNER FM: Hiermee stemt u op een FM-voorkeurzender af.
= Ga naar stap 6.
TUNER MW: Hiermee stemt u op een MW-voorkeurzender af.
= Ga naar stap 6.
TUNER LW : Hiermee stemt u op een LW-voorkeurzender af.
= Ga naar stap 6.
CD: Hiermee speelt u een CD vanaf de eerste track af.
= Ga naar stap 7.
TAPE: Hiermee speelt u een cassette in deck A of B af.
= Ga naar stap 7.
AUX: Hiermee speelt u het externe apparaat af.
= Ga naar stap 7.
– 20 –
6
Selecteer het nummer van een voorkeurzender.
Druk op de toets 4 of de toets ¢ om een voorkeurzender te selecteren en druk daarna op de toets SET. U kunt nu het gewenste volume opgeven.
7
Druk op de toets 4 of de toets ¢ om het volumeniveau in te
stellen.
• U kunt een van de volgende instellingen voor het volume selecteren: VOL MIN, VOL 1 — VOL 30 en VOL MAX.
Nederlands
8
Druk op de toets SET om het instellen van de Daily timer te voltooien.
De indicator DAILY stopt met knipperen en blijft nu continu branden. De door u opgegeven instellingen worden een voor een op de display bevestigd.
9
Druk op de toets
STANDBY/ON eenheid uit te schakelen (in standby te zetten) als u de timer hebt ingesteld terwijl de eenheid was ingeschakeld.
Als de eenheid al in ingeschakeld als de inschakeltijd aanbreekt
De Daily timer werkt niet.
om de
STANDBY
PRESET
PRESET
STANDBY/ON
SET
SET
De Recording Timer instellen
Met deze timer kunt u automatisch een opname van een radio-uitzending op een cassette maken. De Recording Timer kan worden ingesteld wanneer de eenheid is ingeschakeld of uitgeschakeld.
Hoe de Recording Timer in de praktijk werkt
Als de Recording Timer is ingesteld, schakelt de eenheid zich automatisch op de ingestelde tijd en met het volume “VOL MIN” in en wordt van de geselecteerde bron opgenomen. (De indicator knippert zolang de timer actief is). Wanneer het tijdstip van uitschakelen is aangebroken, schakelt de eenheid zichzelf automatisch uit (standby). De instellingen van de timer blijven in het geheugen van de eenheid aanwezig tot u deze opnieuw instelt.
• Voor de onderstaande bewerking is een tijdslimiet van kracht. Als u de instelling annuleert nog voordat u de bewerking hebt voltooid, moet u opnieuw bij stap 1 beginnen.
• Als u tijdens het instellen van de timer een fout maakt, moet u op de toets CANCEL drukken. (Dit werkt echter niet in alle gevallen. Als u de fout niet met de toets CANCEL kunt annuleren, moet u herhaaldelijk op de toets CLOCK/TIMER drukken en weer bij stap 1 beginnen).
ALLEEN met behulp van de toetsen op de eenheid:
1
Plaats een cassette waarop opnames kunnen worden gemaakt in deck B.
ECO
2
Druk net zo vaak op de toets CLOCK/TIMER tot de vermelding “REC” op de display wordt weergegeven.
De indicator gaat aan en de indicator REC begint op de display te knipperen.
CLOCK
/
TIMER
De Daily Timer in- of uitschakelen nadat de instellingen zijn opgegeven
1 Druk net zo vaak op de toets
CLOCK/TIMER tot de vermelding “DAILY” op de display wordt weergegeven.
2 Druk als u de Daily Timer wilt
uitschakelen op de toets CANCEL.
De indicator DAILY op de display gaat uit (de vermelding “OFF” wordt enige tijd weergegeven). De Daily Timer wordt geannuleerd, maar de instelling voor de timer blijft in het geheugen bewaard.
Druk als u de Daily Timer wilt inschakelen op de toets SET.
De indicator DAILY op de display gaat aan. De door u opgegeven instellingen worden een voor een ter bevestiging op de display weergegeven.
CLOCK
/
TIMER
CANCEL
/DEMO
SET
3
– 21 –
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verandert de modus van de timer en wel als volgt:
DAILY
Geannuleerd
ON TIME
CLOCK
(Zie pagina 9).
Druk nogmaals op de toets
REC
ON TIME
CLOCK
/
TIMER
CLOCK/TIMER.
De vermelding “ON TIME” wordt circa 2 seconden op de display weergegeven. Vervolgens kunt u de inschakeltijd invoeren.
4
Geef het tijdstip op waarop de
PRESET
eenheid moet worden ingeschakeld.
1) Druk op de toets 4 of ¢ om het uur in
te stellen. Druk daarna op de toets SET.
2) Druk op de toets 4 of ¢ om de minuut in
te stellen. Druk daarna op de toets SET. Vervolgens wordt gedurende circa 2 seconden de vermelding “OFF TIME” weerge geven. u
kunt nu de uitschakeltijd invoeren.
5
Geef het tijdstip op waarop de
PRESET
eenheid moet worden uitgeschakeld (in standby te zetten).
1) Druk op de toets 4 of ¢ om het
uur in te stellen. Druk daarna op de toets SET.
2) Druk op de toets 4 of ¢ om de minuut in
te stellen. Druk daarna op de toets SET. Vervolgens kunt u de voorkeurzender opgeven.
6
Selecteer een voorkeurzender.
1) Druk op de toets 4 of de toets ¢
om de gewenste omroepband te selecteren (“TUNER FM”, “TUNER MW” of “TUNER LW”) en druk daarna op de toets SET.
2) Druk op de toets 4 of de toets ¢ om het
nummer van de voorkeurzender te selecteren. Druk daarna op de toets SET. De indicator REC stopt met knipperen en blijft continu branden. De door u opgegeven instellingen worden ter bevestiging een voor een op de display weergegeven.
7
Druk op de toets
PRESET
SET
STANDBY
STANDBY/ON
STANDBY/ON om de eenheid uit te schakelen (in standby te zetten) als u de timer hebt ingesteld terwijl de eenheid was ingeschakeld.
SET
SET
De Sleep Timer instellen
Met deze timer kunt u in slaap vallen met uw favoriete muziek. De Sleep Timer kan worden ingesteld wanneer de eenheid aanstaat.
Hoe de Sleep Timer in de praktijk werkt
De eenheid wordt automatisch uitgeschakeld nadat er een bepaalde periode is verstreken.
ALLEEN op de afstandsbediening:
1
Druk op de toets SLEEP.
De tijdsduur tot de uitschakeltijd wordt weergegeven en de indicator SLEEP begint op de display te knipperen.
• Elke keer wanneer u op deze toets drukt, verschijnt er een andere tijdsduur op de display en wel in
deze volgorde:
SLEEP10
OFF
(Geannuleerd)
2
Wacht na het instellen van de tijdsduur
SLEEP20 SLEEP30 SLEEP60
SLEEP90SLEEP120
SLEEP
Nederlands
ongeveer 5 seconden.
De indicator SLEEP stopt met knipperen en is nu continu aan.
Als u wilt weten hoeveel tijd er nog resteert tot de eenheid wordt uitgeschakeld, moet u eenmaal op de toets SLEEP drukken.
Gedurende ongeveer 5 seconden kunt u zien over hoeveel minuten de eenheid door deze functie wordt uitgeschakeld.
Als u de uitschakeltijd wilt wijzigen, drukt u net zo vaak op de toets SLEEP tot de gewenste tijdsduur verschijnt.
Als u de instelling wilt annuleren, drukt u net zo vaak op de
ECO
toets SLEEP tot de vermelding “OFF” op de display verschijnt en de indicator SLEEP op de display uitgaat.
• De functie Sleep Timer wordt ook uitgeschakeld als u de eenheid zelf uitschakelt.
Prioriteiten van de timers
Als u tijdens het maken van een opname naar een andere
U moet het opnemen beëindigen. Druk hiertoe op de toets REC START/ STOP of 7. Het is niet mogelijk een andere afspeelbron te beluisteren zonder het opnemen te beëindigen.
afspeelbron wilt luisteren
De Recording Timer in- of uitschakelen nadat de instellingen zijn opgegeven
CLOCK
/
1 Druk net zo vaak op de toets
CLOCK/TIMER tot de vermelding “REC” op de display wordt weergegeven.
2 Druk als u de Recording Timer wilt
uitschakelen op de toets CANCEL.
De indicator REC op de display gaat uit (de vermelding “OFF” wordt enige tijd weerge ge v en). De Recording Timer wordt geannuleerd, maar de instelling voor de timer blijft in het geheugen bewaard.
Druk als u de Recording Timer wilt inschakelen op de toets SET.
De indicator REC op de display gaat aan. De door u opgegeven instellingen worden een voor een ter bevestiging op de display weergegeven.
TIMER
CANCEL
/DEMO
SET
Aangezien elke timer onafhankelijk van elke andere timer kan worden ingesteld, zult u zich misschien afvragen wat er gebeurt als de instellingen elkaar overlappen. De timers hebben in verschillende omstandigheden verschillende prioriteiten. Hieronder volgen enkele voorbeelden.
• De Recording Timer gaat voor de Daily Timer.
Als de Daily Timer is ingesteld om te worden geactiveerd wanneer de Recording Timer al actief is, zal de Daily Timer helemaal niet worden geactiveerd.
Als de Sleep Timer is ingesteld om te worden geactiveerd wanneer er al een andere timer actief is (de Daily Timer of de Recording Timer), gaat de timer met de vroegste uitschakeltijd
voor.
Sleep Timer Recording Timer
AM 6:00
7:30
7:006:30
geannuleerd.
Als u de Recording timer en de Sleep timer zodanig hebt ingesteld dat deze op hetzelfde tijdstip actief worden, moet u goed letten op de uitschakeltijd.
– 22 –

Onderhoud

De eenheid functioneert het beste wanneer u zowel uw geluidsdragers (CD’s, cassettes) als apparatuur goed onderhoudt.
CD’s
Nederlands
• Neem de CD uit de doos door de CD bij de randen vast te pakken en met de wijsvinger op het gat in het midden van de CD te drukken.
• Raak het zilverkleurige oppervlak van de CD niet met de vingers aan. Let erop dat u de CD niet buigt.
• Plaats de CD na gebruik weer terug in de doos of hoes om beschadiging en kromtrekken te voorkomen.
• Let erop dat u geen krassen op het oppervlak van de CD maakt als u de CD weer in de doos plaatst.
• Voorkom dat de CD wordt blootgesteld aan direct zonlicht, extreme temperatuurschommelingen en vocht.
De CD reinigen
Als een CD niet schoon is, moet u die met een zachte doek reinigen. Beweeg de doek vanuit het midden van de CD naar de rand.
Cassettes
• Als de band los in de cassette zit, kunt u het losse gedeelte met behulp van een pen die u in een van de wieltjes steekt voorzichtig oprollen.
• Een losse band kan snel beschadigd raken, beschadigingen veroorzaken, of vastlopen.
• Raak de band van de cassette nooit met de vingers aan.
• Bewaar cassettes niet op de volgende plaatsen: — In een stoffige omgeving — In direct zonlicht of in een warme
omgeving — In een vochtige omgeving — In de buurt van ee magneet
Gebruik GEEN oplosmiddelen zoals reinigers voor grammofoonplaten, een spuitbus met oplosmiddelen, of terpentine om de CD schoon te maken.
– 23 –

Problemen oplossen

Mocht er zich een probleem met de eenheid voordoen, dan raden wij u aan eerst deze lijst met bekende problemen en oplossingen door te lopen alvorens contact op te nemen met de leverancier. Als u het probleem niet kunt verhelpen aan de hand van de tips die onderstaand worden gegeven, of als de eenheid fysieke schade heeft opgelopen, raden we u aan contact op te nemen met een erkende reparateur, zoals uw leverancier.
Probleem
De demonstratie op de display kan niet worden geannuleerd.
Geen geluid.
Uitzending is moeilijk te volgen vanwege ongewenst geluid.
Geluid van de CD wordt onderbroken.
De carrousel gaat niet open of dicht.
De CD speelt niet. De cassettecompartimenten kunnen niet
open. Kan geen opnames maken.
Geen enkele functie lijkt te werken.
De afstandsbediening doet het niet.
Oorzaak
U hebt geprobeerd de demonstratie met behulp van andere toetsen te beëindigen.
De aansluitingen zitten los of zijn verkeerd tot stand gebracht.
• Antenne is losgeraakt.
• De AM (MW/LW) -raamantenne staat te dicht op de eenheid.
• De FM-antenne is niet voldoende uitgestrekt of opgehangen.
De CD is beschadigd of vuil.
• De stekker zit niet in het stopcontact.
• De carrousel is vergrendeld.
De CD is ondersteboven geplaatst. De stekker is tijdens het afspelen van de
cassette uit het stopcontact verwijderd. De wisprevenstielipjes zijn van de cassette
verwijderd. De microprocessor in de eenheid werkt niet
vanwege elektrische storingen van buitenaf.
• Het pad tussen de afstandsbediening en de sensor op de eenheid is geblokkeerd.
• De batterijen zijn (bijna) leeg.
Oplossing
Druk op DEMO op de eenheid (zie pagina 8).
Controleer alle aansluitingen en verbeter deze (zie pagina 6 – 8).
• Sluit de antenne aan zodat deze niet los kan schieten.
• Plaats de AM (MW/LW) -raamantenne ergens anders of draai de antenne enigszins.
• Hang de FM-antenne op een plaats op waar de beste ontvangst wordt verkregen.
Maak de CD schoon of vervang de CD (zie pagina 23).
• Plaats de stekker in het stopcontact.
• Hef de vergrendeling van de carrousel op (zie pagina 16).
Draai de CD om. Steek de stekker in het stopcontact.
Plak de opening op de cassette met plakband af.
Trek de stekker van de netspanningskabel uit het stopcontact en steek de stekker vervolgens opnieuw in het stopcontact.
• Verplaats het voorwerp dat de rechte lijn onderbreekt.
• Vervang de batterijen.
Nederlands
– 24 –

Aanvullende informatie

Beschrijving van de PTY-codes:
NEWS: Nieuws. AFFAIRS: Een programma over een actueel onderwerp,
achtergronden bij het nieuws, een debat, of commentaar.
INFO: Informatief programma in de breedste zin van het
woord.
SPORT: Sportprogramma in de breedste zin van het woord. EDUCATE: Educatief programma. DRAMA: Hoorspelen en feuilletons. CULTURE: Cultureel programma, op regionaal of nationaal
niveau, en betrekking hebbend op taal, theater, etc.
SCIENCE: Programma over wetenschap en technologie. VARIED: Gevarieerd programma, zoals quizzen, spelletjes en
Nederlands
POP M: Moderne, populaire muziek. ROCK M: Rock-muziek. M.O.R. M: Eigentijdse muziek die als easy-listening kan worden
LIGHT M: Instrumentele muziek, vocale muziek en koren. CLASSICS: Klassieke muziek, orkesten, symfonieën,
OTHER M: Muziek die niet in een van de muziekcategorieën
WEATHER: Weersvooruitzichten.
interviews.
getypeerd.
kamermuziek, aan.
past.
FINANCE: Beursberichten, informatie over handel en
nijverheid, financiële analyses, aan.
CHILDREN: Programma’s voor een jeugdig publiek. SOCIAL A: Programma’s over sociale wetenschappen,
geschiedenis, geografie, psychologie en de maatschappij.
RELIGION: Godsdienstig programma. PHONE IN: Een programma waarin luisteraars hun mening
kunnen geven, hetzij telefonisch, hetzij in een panel.
TRAVEL: Verkeersinformatie en toeristische informatie. LEISURE: Programma’s over vrijetijdsbesteding. JAZZ: Jazz-muziek. COUNTRY: Country-muziek. NATIONAL: Populaire muziek uit het land of de streek in de taal
van het land.
OLDIES: Muziek uit de categorie “goud van oud”. FOLK M: Muziek die zijn oorsprong vindt in de muzikale
cultuur van een bepaald land.
DOCUMENT:Documentaire over een actueel onderwerp,
onderzoeksjournalistiek.
Bepaalde FM-stations hanteren mogelijk een enigszins afwijkende classificatie van de PTY-codes.
– 25 –

Specificaties

Versterker — CA-MXG51R
Uitgangsvermogen (IEC268-3/DIN)
SUBWOOFERS: 60 W per kanaal, min. RMS, beide
kanalen aangestuurd met 6 bij 63 Hz, en een totale harmonische vervorming van niet meer dan 10%.
HOOFDLUIDSPREKERS: 30 W per kanaal, min. RMS, beide
kanalen aangestuurd met 6 bij 1 kHz, en een totale harmonische vervorming van niet meer dan 10%.
Gevoeligheid/impedantie audio-input
(bij 1 kHz, gemeten bij HOOFDLUIDSPREKERS)
AUX: 400 mV/50 k
Digitale output: DIGITAL OUT (OPTICAL)
Signaalgolflengte: 660 nm Output-niveau: –21 dBm tot –15 dBm
Impedantie luidsprekers: 6 — 16
Tuner
FM-tuner afstembereik: 87,50 MHz — 108,00 MHz AM-tuner afstembereik:
Middengolf (MW):522 kHz — 1 629 kHz Lange golf (LW): 144 kHz — 288 kHz
Nederlands
CD-speler
Capaciteit van de CD-speler: 3 CD’s Dynamisch bereik: 85 dB Signaal/ruis-verhouding: 85 dB
Cassettedeck
Frequentierespons
Normal (Type I):50 Hz — 14 000 Hz
Wow en flutter
0,15% (WRMS)
Algemeen
Vereist vermogen: 230 V , 50 Hz Verbruik: 130 W (bij normaal gebruik)
17 W (in standby)
3,5 W (in eco-modus) Afmetingen (ong.): 270 mm x 317 mm x 447 mm (L/H/D) Gewicht (ong.): 8,9 kg
Meegeleverde accessoires
Zie pagina 6.
Ontwerp en specificaties kunnen zonder voorafgaande aankondiging worden gewijzigd.
– 26 –
VICTOR COMPANY OF JAPAN, LIMITED
GE, FR, NL
JVC
0201KSMMDWSAM
Loading...