Verveelvoudiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
vooraankondiging worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP wordt uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd. Niets
in deze verklaring mag worden opgevat als
een aanvullende garantie. HP is niet
aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Edition 2, 1/2011
Handelsmerken
®
, Acrobat® en PostScript® zijn
Adobe
handelsmerken van Adobe Systems
Incorporated.
Java™ is een handelsmerk van Sun
Microsystems, Inc. in de Verenigde Staten.
Microsoft®, Windows®, Windows® XP en
Windows Vista® zijn in de Verenigde
Staten gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation.
®
UNIX
is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
ENERGY STAR en het ENERGY STARlogo zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde merken.
OCR-technologie van I.R.I.S., copyright
1987-2009, Alle rechten voorbehouden.
iHQC™-compressietechnologie van
I.R.I.S., copyright 2007-2009, Alle rechten
voorbehouden (octrooi aangevraagd).
PDF-iHQC™- en XPS-iHQC™-technologie
van I.R.I.S. copyright 2007-2009.
Inhoudsopgave
1 Basiskenmerken van het product ................................................................................................................. 1
Symbolen in deze handleiding ............................................................................................................. 2
De overige instellingen voor digitaal verzenden configureren ............................................................ 29
5 Originelen plaatsen ....................................................................................................................................... 31
Bijlage C Apparaatspecificaties ................................................................................................................... 109
Geheugen van de harde schijf ......................................................................................... 111
Bijlage D Overheidsinformatie ...................................................................................................................... 112
Index ................................................................................................................................................................. 116
vii
viii
1Basiskenmerken van het product
Symbolen in deze handleiding
●
Apparaatfuncties
●
Productintroductie
●
1
Symbolen in deze handleiding
De tips, opmerkingen en waarschuwingen in deze handleiding geven u belangrijke informatie.
TIP: Bij Tip vindt u handige tips of sneltoetsen.
OPMERKING: Bij Opmerking vindt u belangrijke informatie, zoals een toelichting bij een concept of
uitleg van een taak.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat u bepaalde procedures moet volgen om te voorkomen dat
gegevens verloren gaan of het apparaat wordt beschadigd.
WAARSCHUWING! Waarschuwingen geven aan dat u bepaalde procedures moet volgen om te
voorkomen dat letsel ontstaat, gegevens onherroepelijk verloren gaan of het apparaat zwaar wordt
beschadigd.
Papierverwerking●Documentinvoer: kan maximaal 50 vel papier bevatten.
●MEt (Memory Enhancement technology) voor automatische compressie van gegevens
en efficiënter gebruik van het RAM-geheugen.
●Geïntegreerde webserver (EWS) voor apparaatconfiguratie en toegang tot ondersteuning
Dubbelzijdig scannen: de documentinvoer is voorzien van een automatische
●
duplexeenheid voor het scannen van dubbelzijdige documenten.
Lege pagina's overslaan: lege pagina's overslaan bij scannen (werkt het beste bij witte
●
of lichtgekleurde pagina's).
●Standaarduitvoerlade: de uitvoerlade bevindt zich in het onderste gedeelte van het
apparaat. Deze lade kan maximaal 50 vel papier bevatten.
HP Precision Feed-technologie met meerfasig oppakproces, geavanceerde scheiding,
●
intelligente oppaktechnologieën, verwerking van gemengde stapels en ultrasonische
detectie van dubbele invoer.
Verbinding
Milieuvoorzieningen●De sluimervertraging bespaart energie
LAN-aansluiting (Local Area Network, RJ-45) voor de geïntegreerde HP Jetdirect-kaart
●
●Eén EIO-sleuf (Enhanced Input/Output) die wordt gebruikt voor de Jetdirect-kaart
●USB 2.0-poort voor draagbaar opslagapparaat met FAT-formattering
OPMERKING: USB-connected externe harde schijven worden niet ondersteund.
●Optionele HP Digital Sending Software (DSS)
●Hardware-integratiepocket
Veel onderdelen en materialen zijn recyclebaar
●
●Instant-on-technologie
●
Voldoet aan Energy Star
®
Apparaatfuncties3
Tabel 1-1 Kenmerken (vervolg)
Beveiligingsfuncties●Schijf beveiligd wissen
●Opslag veilig wissen
Bestanden veilig wissen
●
●Verificatie
◦Verificatie van toegangscode gebruiker
Windows (Kerberos en NTLM)
◦
LDAP
◦
●Jetdirect-kaart
◦IPsec
Wachtwoordbeveiliging
◦
◦SSL
◦TLS
◦SNMPv3
◦802.1x-verificatie
IPP via TLS
◦
Scannen en verzenden
●Beveiligde communicatie tussen het apparaat en netwerkservers
●IPsec-beveiliging (hardware)
Ondersteuning voor HP High Performance Secure Hard Disks
●
Modi voor tekstbestanden, grafische bestanden en combinaties van tekst en
●
afbeeldingen
●Geïntegreerde OCR
Functie voor het onderbreken van taken
●
●Animaties op bedieningspaneel (bijvoorbeeld voor het verhelpen van storingen)
●Scannen en verzenden naar e-mail, fax, netwerkmap en USB-apparaat
Adresboek voor e-mail en fax
◦
◦Verzenden naar digitale fax (faxen via internet en LAN)
●Contactpersonen ophalen uit een netwerkdirectory (LDAP)
Automatisch dubbelzijdig (duplex) scannen
●
4Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product
Productintroductie
Vooraanzicht
VOORZICHTIG: Als u het apparaat wilt verplaatsen, dient u dit altijd uit de basis te tillen. Houd het
apparaat hierbij niet aan het toetsenbord vast.
1Aan-uitknop
2Vergrendeling documentinvoer
3Afdekkapje van hardware-integratiepocket (HIP)
4USB-poort voor draagbaar opslagapparaat
5Bedieningspaneel
Productintroductie5
Achteraanzicht
1Aan-uitschakelaar
2Netvoedingsconnector
3USB-poorten
4Lampjes voor netwerkverbindingssnelheid
5Ethernetpoort
6Afgedekte ethernetpoort voor servicetoegang
7EIO-sleuf met Jetdirect-kaart
Locatie van serienummer en modelnummer
ModelnaamModelnummer
HP Scanjet Enterprise 7000nL2709A
L2708A
6Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product
2Bedieningspaneel
Het bedieningspaneel gebruiken
●
Navigeren in het menu Beheer
●
7
Het bedieningspaneel gebruiken
Het bedieningspaneel heeft een SVGA-aanraakscherm dat toegang tot alle apparaatfuncties biedt,
een virtueel en fysiek toetsenbord, en een toetsenblok met knoppen voor algemene taken. Met de
knoppen en het toetsenbord beheert u de taken en de apparaatstatus. Met de lampjes wordt de
algehele apparaatstatus aangegeven.
TIP: Als het aanraken van het aanraakscherm onverwachte (of geen) resultaten oplevert, moet u
het aanraakscherm wellicht opnieuw kalibreren. Als u wilt controleren of kalibratie noodzakelijk is,
moet u eerst het aanraakscherm testen. Zie
Indeling bedieningspaneel
Het bedieningspaneel bestaat uit een grafisch aanraakscherm, taakbedieningsknoppen, een
toetsenbord en drie statuslampjes.
Het aanraakscherm testen en kalibreren op pagina 61.
1ToetsenbordGebruik het toetsenbord om tekst en getallen in te voeren in de velden op
2AanraakschermGebruik het aanraakscherm voor toegang tot apparaatfuncties.
3
4
5
6
7
8
Knop SluimerIndien het apparaat gedurende lange tijd inactief is, schakelt het
Knop StopHiermee wordt de actieve taak gestopt en wordt het scherm Taakstatus
Knop StartenHiermee wordt een taak verzonden (bijvoorbeeld een e-mail of fax) of
WaarschuwingslampjeMet het waarschuwingslampje wordt aangegeven dat er een probleem is
GegevenslampjeMet het gegevenslampje wordt aangegeven dat er gegevens
GereedlampjeHet gereedlampje geeft aan dat het apparaat gereed is om een taak uit te
8Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel
het aanraakscherm.
automatisch over naar de sluimermodus. Als u het apparaat in de
sluimermodus wilt zetten of wilt activeren, drukt u op de sluimerknop.
geopend.
wordt een onderbroken taak voortgezet.
met het apparaat dat u moet oplossen.
binnenkomen op het apparaat.
voeren.
9Knop ResetHiermee worden de taakinstellingen teruggezet naar de fabriekswaarden
of door de gebruiker gedefinieerde waarden.
10
Knop voor helderheid van
aanraakscherm
Gebruik deze knop om de helderheid van het aanraakscherm te verhogen
of te verlagen.
Het bedieningspaneel gebruiken9
Beginscherm
Het beginscherm biedt toegang tot apparaatfuncties en geeft de huidige apparaatstatus weer.
1FunctiesAfhankelijk van de configuratie van het apparaat, kunnen de volgende functies hier worden
2ApparaatstatusregelDeze statusregel biedt informatie over de algehele apparaatstatus. Afhankelijk van de
3Knop HelpRaak de knop Help aan om het geïntegreerde helpsysteem te openen.
4SchuifbalkRaak de pijlen omhoog of omlaag op de schuifbalk aan om een volledige lijst van
5Aanmelden/AfmeldenGebruik deze knop om u aan of af te melden bij het apparaat. Als u zich hebt afgemeld,
weergegeven:
●Fax
E-mail
●
●Taakstatus
●Opslaan in netwerkmap
Opslaan op USB
●
●Snelinstellingen
Workflow
●
●Beheer
●Service
huidige status worden hier verschillende knoppen weergegeven.
beschikbare functies te zien.
worden de standaardinstellingen voor alle opties hersteld.
6Knop NetwerkadresRaak de knop Netwerkadres aan voor informatie over de netwerkverbinding.
7Datum en tijdHier worden de huidige datum en tijd weergegeven. U kunt de datum- en tijdsnotatie
10Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel
selecteren, bijvoorbeeld 12-uurs of 24-uurs.
Knoppen op het aanraakscherm
Op het aanraakscherm wordt informatie over de apparaatstatus weergegeven. Hier kunnen
verschillende knoppen worden weergegeven.
Knop Beginscherm. Raak deze knop aan om vanaf een willekeurig scherm naar het beginscherm
terug te keren.
Knop Starten. Raak deze knop aan om de handeling die bij de door u gebruikte functie hoort te
activeren.
OPMERKING: De naam van deze knop wijzigt per functie. Voorbeeld: bij de digitale faxfunctie heet
de knop Fax verzenden.
Knop Fout. Deze knop wordt weergegeven wanneer er een fout is opgetreden die moet worden
hersteld voordat er kan worden verdergegaan. Raak de knop Fout aan om een bericht weer te geven
met een beschrijving van de fout. Het bericht geeft ook instructies voor het oplossen van het probleem.
Knop Waarschuwing. Deze knop wordt weergegeven wanneer er een probleem is opgetreden, maar
het apparaat wel kan verdergaan. Raak de knop Waarschuwing aan om een bericht weer te geven met
een beschrijving van het probleem. Het bericht geeft ook instructies voor het oplossen van het
probleem.
Knop Help. Raak deze knop aan om het ingebouwde online-Help-systeem te openen.
Help-systeem op het bedieningspaneel
Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. U
opent het Help-systeem door de knop Help
Voor sommige schermen opent Help een algemeen menu waarin kan worden gezocht naar
specifieke onderwerpen. U kunt door de menustructuur bladeren door het aanraken van de
menuknoppen.
Voor schermen met instellingen voor afzonderlijke taken opent Help een onderwerp dat de opties
voor dat scherm uitlegt.
Als er een fout of waarschuwing op het apparaat wordt gegeven, raakt u de foutknop
waarschuwingsknop
aan om het bericht weer te geven waarin het probleem wordt beschreven. In
dat bericht staan ook instructies voor het oplossen van het probleem.
in de rechterbovenhoek van het scherm aan te raken.
of
Het bedieningspaneel gebruiken11
Navigeren in het menu Beheer
Raak in het beginscherm de knop Beheer aan om de menustructuur te openen. Mogelijk moet u
omlaag bladeren in het beginscherm om deze functie te zien.
Het menu Beheer heeft verschillende submenu's die u kunt gebruiken bij bepaalde instellingstaken.
(Gebruik de geïntegreerde webserver om alle instellingen te configureren.) Raak een menunaam aan
om de structuur uit te vouwen. Een plusteken (+) naast een menunaam betekent dat het menu
submenu's bevat. Ga door met het openen van de structuur totdat u bij de optie komt die u wilt
configureren. Raak de knop Terug
OPMERKING: De knop Terug is niet beschikbaar in alle schermen.
U sluit het menu Beheer door de knop Beginscherm in de linkerbovenhoek van het scherm aan te
raken.
Het product heeft een ingebouwde Help met een uitleg voor alle functies die in de menu's
beschikbaar zijn. Voor een groot aantal menu's aan de rechterkant van het aanraakscherm is Help
beschikbaar.
In de tabel in dit gedeelte vindt u algemene informatie over elk menu. Raadpleeg de geïntegreerde
Help voor informatie over specifieke items binnen elk menu.
Tabel 2-1 Menu's in Beheer
Menu-itemOmschrijving
aan om terug te gaan naar het vorige niveau.
RapportenU kunt dit menu gebruiken om informatiepagina's en rapporten die intern op het apparaat zijn
opgeslagen weer te geven.
Algemene instellingenGebruik dit menu om de opties in te stellen voor het instellen van de tijd en de periode van
Instellingen voor scannen/
digitaal verzenden
FaxinstellingenMet dit menu stelt u opties voor faxverzending in.
Weergave-instellingenMet dit menu geeft u basisinstellingen op voor de weergave en de werking van het apparaat
NetwerkinstellingenMet dit menu stelt u opties voor I/O-time-out in en hebt u toegang tot het Jetdirect-menu.
inactiviteit waarna de sluimermodus van het apparaat moet worden ingeschakeld.
Met dit menu stelt u opties in voor e-mail, opslaan in netwerkmappen, opslaan op USBapparaten en service voor digitale verzending.
(geluid van toetsindrukken, schermtaal, weergave van de knop Netwerkadres, sluimerstand
en interval, en meer).
Jetdirect-menu's
Beheer > Netwerkinstellingen > Jetdirect-menu
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
Nee (standaard): Geen afdrukprotocollen gebruiken.
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
Beveiligingsrapport
afdrukken
TCP/IPInschakelenUit: Schakel het TCP/IP-protocol uit.
HostnaamEen alfanumerieke tekenreeks van maximaal 32
IPv4-instellingenConfiguratiemethodeSpecificeert de methode waarmee TCP/IPv4-
Ja: Het beveiligingsrapport afdrukken.
Nee (standaard): Het beveiligingsrapport niet
afdrukken.
Aan (standaard): Schakel het TCP/IP-protocol in.
tekens die wordt gebruikt voor de identificatie van het
apparaat. De naam staat op de configuratiepagina
van HP Jetdirect. De standaardhostnaam is
NPIxxxxxx, waarbij xxxxxx de laatste zes cijfers zijn
van het LAN-hardwareadres (MAC).
parameters worden geconfigureerd op de
HP Jetdirect-server.
Bootp: BOOTP (Bootstrap Protocol) gebruiken voor
automatische configuratie van een BOOTP-server.
DHCP: Gebruik DHCP (Dynamic Host Configuration
Protocol) voor de automatische configuratie vanaf
een DHCPv4-server. Als hiervoor wordt gekozen en
er sprake is van een DHCP-lease, zijn de menu's
DHCP-versie en DHCP vernieuwen beschikbaar om
de DHCP-lease-opties in te stellen.
Automatische IP: Gebruik automatische link-local
IPv6-adressering. Er wordt automatisch een adres in
de vorm 169.254.x.x toegewezen.
Handmatig: Met het menu Handmatige instellingen
configureert u TCP/IPv4-parameters.
Standaard-IPGeef het IP-adres op dat standaard moet worden
DHCP-versieDit menu wordt weergegeven als het item
gebruikt als de Jetdirect-server geen IP-adres van
het netwerk kan krijgen tijdens een geforceerde TCP/
IP-herconfiguratie (bijvoorbeeld bij een handmatige
configuratie om BOOTP of DHCP te gebruiken).
Automatische IP: Er wordt een link-local IP-adres
169.254.x.x ingesteld.
Verouderd: Het adres 192.0.0.192 wordt ingesteld,
dat consistent is met oudere HP Jetdirect-apparaten.
Configuratiemethode is ingesteld op de waarde
DHCP en er sprake is van een DHCP-lease voor de
server.
Nee (standaard): De huidige DHCP-lease wordt
opgeslagen.
Ja: De huidige DHCP-lease en de geleasede IP-
adressen worden vrijgegeven.
Navigeren in het menu Beheer13
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
DHCP vernieuwenDit menu wordt weergegeven als het item
Handmatige instellingen(Alleen beschikbaar als het item Configuratiemethode
Configuratiemethode is ingesteld op de waarde
DHCP en er sprake is van een DHCP-lease voor de
server.
Nee (standaard): De Jetdirect-server vraagt niet om
het vernieuwen van de DHCP-lease.
Ja: De Jetdirect-server vraagt om het vernieuwen van
de actuele DHCP-lease.
is ingesteld op de waarde Handmatig) Configureer de
parameters rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel:
IP-adres: Het unieke IP-adres van het apparaat
(n.n.n.n), waarbij n staat voor een waarde van 0 t/m
255.
Subnetmasker: Het subnetmasker voor het apparaat
(m.m.m.m), waarbij m staat voor een waarde van 0
t/m 255.
Syslog-server: Het IP-adres van de syslog-server. Dit
wordt gebruikt voor de ontvangst en de opslag van
syslog-berichten.
Standaardgateway: het IP-adres van de gateway of
router voor communicatie met andere netwerken.
Time-out bij inactiviteit: De tijdsperiode in seconden
waarna een niet-actieve TCP-gegevensverbinding
wordt verbroken (standaard is 270 seconden, 0
schakelt de time-out uit).
Primaire DNSGeef het IP-adres (n.n.n.n) op van een primaire DNS-
Secundaire DNSGeef het IP-adres (n.n.n.n) op van een secundaire
IPv6-instellingenInschakelenMet dit item schakelt u de IPv6-werking op de server
AdresVoer het serveradres in. Dit is een 32-cijferig
server.
DNS-server.
in of uit.
Uit: IPv6 wordt uitgeschakeld.
Aan (standaard): IPv6 wordt ingeschakeld.
hexadecimaal IPv6-knooppuntadres dat de
dubbelepunts hexadecimale syntaxis gebruikt.
14Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
DHCPv6-beleidIngestelde router: De door de Jetdirect-server te
Primaire DNSMet dit item specificeert u een IPv6-adres voor de
Secundaire DNSMet dit item specificeert u een IPv6-adres voor de
HandmatigGebruik dit item om IPv6-adressen handmatig in te
gebruiken stateful-autoconfiguratiemethode wordt
bepaald door een router. De router specificeert of de
Jetdirect-server het adres, de configuratiegegevens
of beide verkrijgt van een DHCPv6-server.
Router niet beschikbaar (standaard): Als er geen
router beschikbaar is, moet de Jetdirect-server
proberen de stateful-configuratie van een DHCPv6server te krijgen.
Altijd: Met of zonder beschikbare router moet de
Jetdirect-server steeds proberen de statefulconfiguratie van een DHCPv6-server te krijgen.
primaire DNS-server die door de Jetdirect-server
moet worden gebruikt.
secundaire DNS-server die door de Jetdirect-server
moet worden gebruikt.
stellen op de server.
Inschakelen: Selecteer dit item en de instelling Aan
om handmatige configuratie in te schakelen of de
instelling Uit om handmatige configuratie uit te
schakelen.
Adres: Met dit item voert u een 32-cijferig
hexadecimaal IPv6-knooppuntadres in dat de
dubbelepunts hexadecimale syntaxis gebruikt.
ProxyserverHiermee wordt de proxyserver gespecificeerd die
ProxypoortVoer het poortnummer in dat door de proxyserver
Time-out bij inactiviteitTime-out bij inactiviteit: De tijdsperiode in seconden
moet worden gebruikt door de in het apparaat
geïntegreerde toepassingen. Een proxyserver wordt
gewoonlijk gebruikt voor internettoegang door
netwerkclients. Deze slaat webpagina's op en biedt
bepaalde internetbeveiliging voor deze clients.
Als u een proxyserver wilt opgeven, voert u het IPv6adres of een volledige domeinnaam in. De naam mag
maximaal 255 octetten hebben.
Voor sommige netwerken moet u mogelijk contact
opnemen met uw ISP (Independent Service Provider)
voor het proxyserveradres.
voor cliëntondersteuning wordt gebruikt. Het
poortnummer identificeert de poort die is
gereserveerd voor proxyactiviteit op het netwerk en
kan een waarde hebben tussen 0 en 65535.
waarna een niet-actieve TCP-gegevensverbinding
wordt verbroken (standaard is 270 seconden, 0
schakelt de time-out uit).
Navigeren in het menu Beheer15
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
IPX/SPXInschakelenNiet van toepassing op de HP Scanjet Enterprise
AppleTalkInschakelenNiet van toepassing op de HP Scanjet Enterprise
DLC/LLCInschakelenNiet van toepassing op de HP Scanjet Enterprise
BeveiligingBeveiligd webGeef voor het configuratiebeheer op of de
IPSecGeef de IPsec-status op de Jetdirect-server op.
802.1XDe standaardwaarden voor de 802.1X-instellingen
7000n
7000n
7000n
geïntegreerde webserver voor communicatie alleen
HTTPS (veilige HTTP) of zowel HTTP als HTTPS
accepteert.
HTTPS vereist: Voor veilige, gecodeerde
communicatie kan alleen toegang worden verkregen
via HTTPS. De Jetdirect-server wordt weergegeven
als een beveiligde site.
HTTPS optioneel (standaard): Toegang via HTTP of
HTTPS is toegestaan.
Behouden: De IPsec- of firewallstatus blijft zoals
momenteel geconfigureerd.
Uitschakelen: IPsec- of firewallwerking op de
afdrukserver wordt uitgeschakeld.
herstellen.
Nee (standaard): Huidige 802.1X-instellingen
behouden.
Ja: De standaardwaarden voor de 802.1X-
instellingen herstellen.
Wissen inschakelen:De meeste configuratie-instellingen worden gewist
tijdens een koude reset. U kunt echter aangeven of u
ook opgeslagen digitale certificaten wilt wissen.
Ja: Alle opgeslagen digitale certificaten wissen
tijdens een koude reset.
Nee (standaard): Opgeslagen digitale certificaten niet
wissen tijdens een koude reset.
16Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel
Tabel 2-2 Jetdirect-menu's (vervolg)
Menu-itemSubmenu-itemSubmenu-itemWaarden en beschrijving
Beveiliging opnieuw
instellen
Verbindingssnelheid De verbindingssnelheid en communicatiemodus van
Geef op of de huidige beveiligingsinstellingen van de
Jetdirect-server worden opgeslagen of worden
hersteld naar de fabrieksinstellingen.
Nee (standaard): De actuele beveiliginginstellingen
blijven geldig.
Ja: Beveiligingsinstellingen worden teruggezet naar
de fabrieksinstellingen.
de Jetdirect-server moeten overeenkomen met die
van het netwerk. De beschikbare instellingen zijn
afhankelijk van het apparaat en de geïnstalleerde
Jetdirect-server. Kies één van de volgende
configuratie-instellingen voor de verbinding:
VOORZICHTIG: Als u de verbindingsinstelling
wijzigt kan de netwerkcommunicatie met de Jetdirectserver en het netwerkapparaat verloren gaan.
Auto (standaard): De Jetdirect-server gebruikt
automatische onderhandeling om zichzelf te
configureren met de hoogst toegestane linksnelheid
en communicatiemodus. Als de automatische
onderhandeling mislukt, wordt ofwel de waarde
100TX Half of de waarde 10T Half ingesteld,
afhankelijk van de vastgestelde verbindingssnelheid
van de hub-/switch-poort. (Een 1000T half-duplexselectie wordt niet ondersteund.)
10T Half: 10 Mbps, half-duplex-werking.
10T Vol: 10 Mbps, volledige duplexwerking.
100TX Half: 100 Mbps, half-duplex-werking.
100TX Vol: 100 Mbps, volledige duplex-werking.
100TX Auto: Beperkt de automatische
onderhandeling tot een maximale
verbindingssnelheid van 100 Mbps.
1000T Vol: 1000 Mbps, volledige duplexwerking.
Navigeren in het menu Beheer17
3Ondersteunde hulpprogramma's voor
Windows
HP Web Jetadmin
●
Geïntegreerde webserver
●
HP Digital Sending Software (HP DSS)
●
18Hoofdstuk 3 Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
HP Web Jetadmin
HP Web Jetadmin is een eenvoudig softwarehulpmiddel voor het beheer van afdruk- en
beeldbewerkingsapparatuur. Het helpt u het gebruik van het apparaat te optimaliseren, de kosten van
kleurenafdrukken te beheersen, apparaten te beveiligen en het beheer van benodigdheden te
stroomlijnen met configuratie op afstand, proactieve controle, oplossen van beveiligingsproblemen en
rapporten van afdruk- en beeldbewerkingsapparaten.
Ga voor het downloaden van de laatste versie van HP Web Jetadmin en voor de nieuwste lijst met
ondersteunde hostsystemen naar
Als het programma op een hostserver is geïnstalleerd, kan een Windows-client met een
ondersteunde webbrowser (zoals Microsoft® Internet Explorer) toegang tot HP Web Jetadmin krijgen
door naar de HP Web Jetadmin-host te navigeren.
www.hp.com/go/webjetadmin.
Geïntegreerde webserver
Het apparaat beschikt over een geïntegreerde webserver, die toegang geeft tot informatie over
apparaat- en netwerkactiviteiten. Deze informatie wordt weergegeven in een webbrowser, zoals
Microsoft Internet Explorer of Mozilla Firefox.
De geïntegreerde webserver bevindt zich in het apparaat. Hij is niet geladen op een netwerkserver.
De geïntegreerde webserver biedt een interface voor het apparaat die toegankelijk is voor iedereen
met een standaardwebbrowser en een op het netwerk aangesloten computer. Er is geen speciale
software die moet worden geïnstalleerd en geconfigureerd, maar u moet wel een ondersteunde
webbrowser op de computer hebben. Als u naar de geïntegreerde webserver wilt gaan, typt u het IPadres van het apparaat in de adresregel van de browser. (Voor het IP-adres raakt u de knop
Netwerkadres in het beginscherm aan.)
HP Digital Sending Software (HP DSS)
U kunt de optionele HP Digital Sending Software installeren. Deze software wordt uitgevoerd als een
netwerkservice met behulp waarvan meerdere apparaten taakopdrachten via de server kunnen
verzenden. Installatie van software of drivers op de computers van individuele gebruikers is niet
nodig. Ga naar
om de software aan te schaffen.
www.hp.com/go/dss voor meer informatie over compatibele versies van HP DSS en
HP Web Jetadmin19
4Het apparaat configureren
Bepaalde netwerkparameters dienen mogelijk op het apparaat te worden geconfigureerd. U kunt
deze parameters configureren met behulp van de geïntegreerde webserver of (bij de meeste
netwerken) de HP Web Jetadmin-software.
Ondersteunde netwerkprotocollen
●
Het apparaat configureren voor netwerkgebruik
●
E-mailinstellingen configureren
●
De overige instellingen voor digitaal verzenden configureren
●
20Hoofdstuk 4 Het apparaat configureren
Ondersteunde netwerkprotocollen
Het product ondersteunt het TCP/IP-netwerkprotocol. Dit is het meest gebruikte en geaccepteerde
netwerkprotocol. Dit protocol wordt gebruikt door een groot aantal netwerkservices. De volgende
tabellen geven een overzicht van de ondersteunde netwerkservices en -protocollen.
Tabel 4-1 Netwerkapparaten opsporen
ServicenaamBeschrijving
SLP (Service Location Protocol)Protocol voor het opsporen van apparaten, dat wordt
gebruikt om netwerkapparaten te zoeken en configureren.
Dit protocol wordt voornamelijk gebruikt door programma's
voor Microsoft.
Tabel 4-2 Berichten en beheer
ServicenaamBeschrijving
HTTP (Hyper Text Transfer Protocol)Hiermee kunnen webbrowsers met de geïntegreerde
webserver communiceren.
EWS (geïntegreerde webserver)Hiermee kunt u het apparaat beheren via een webbrowser.
SNMP (Simple Network Management Protocol)Wordt door netwerktoepassingen gebruikt voor beheer van
LLMNR (Link Local Multicast Name Resolution)Hiermee stelt u in of het apparaat reageert op LLMNR-
TFTP-configuratieHiermee kunt u TFTP gebruiken voor het downloaden van
het apparaat. SNMP V1-, SNMP V3- en standaard MIB-IIobjecten (Management Information Base) worden
ondersteund.
verzoeken via IPv4 en IPv6.
een configuratiebestand met aanvullende
configuratieparameters voor een HP Jetdirect-kaart,
bijvoorbeeld SNMP- of niet-standaardinstellingen.
Tabel 4-3 IP-adressen
ServicenaamBeschrijving
DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol)Voor automatische IPv4- en IPv6-adrestoewijzing. Het
BOOTP (Bootstrap-protocol)Voor de automatische toewijzing van IP-adressen. De
apparaat wordt door de DHCP-server van een IP-adres
voorzien. Meestal krijgt het apparaat een IP-adres
toegewezen door de DHCP-server zonder dat daarvoor actie
van de gebruiker vereist is.
BOOTP-server voorziet het apparaat van een IP-adres.
Hiervoor moet de beheerder het MAC-hardware-adres van
het apparaat invoeren in de BOOTP-server, zodat het
apparaat een IP-adres kan krijgen van de server.
Ondersteunde netwerkprotocollen21
Tabel 4-3 IP-adressen (vervolg)
ServicenaamBeschrijving
Auto IPVoor de automatische toewijzing van IP-adressen. Als er
HandmatigVoor de handmatige toewijzing van IP-adressen. Vereist het
noch een DHCP-server noch een BOOTP-server aanwezig
is, gebruikt het product deze service om een uniek IP-adres
te genereren.
handmatig toewijzen van een statisch IP-adres door de
beheerder.
Tabel 4-4 Beveiligingsfuncties
ServicenaamBeschrijving
IPsec/firewallVerzorgt netwerklaagbeveiliging op IPv4- en IPv6-netwerken.
SNMP v3Werkt met een op gebruikers gebaseerd beveiligingsmodel
Toegangsbeheerlijst (ACL)De lijst van afzonderlijke hostsystemen of netwerken van
SSL/TLSHiermee kunt u vertrouwelijke documenten via internet
Met de firewall kan het IP-verkeer eenvoudig worden
gecontroleerd. IPsec biedt aanvullende beveiliging met
verificatie- en coderingsprotocollen.
voor SNMP v3, dat gebruikersverificatie en de
vertrouwelijkheid van gegevens verzorgt middels codering.
hostsystemen die toegang hebben tot de server en het
aangesloten netwerkapparaat.
verzenden en de vertrouwelijkheid en de gegevensintegriteit
garanderen tussen de client- en de servertoepassingen.
IPsec-batchconfiguratieVerzorgt netwerklaagbeveiliging met een eenvoudige
controle van het IP-verkeer van en naar het apparaat. Dit
protocol combineert de voordelen van codering en verificatie
en is geschikt voor meervoudige configuraties.
22Hoofdstuk 4 Het apparaat configureren
Loading...
+ 98 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.