vermeld in de expliciete garantiebepalingen bij de betreffende producten en diensten. Aan de informatie in dit document kunnen geen rechten
worden ontleend. HP aanvaardt geen aansprakelijkheid voor technische fouten, drukfouten of weglatingen in deze publicatie.
Microsoft, Windows en Windows NT zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten.
Intel is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van Intel Corporation of zijn dochterondernemingen in de Verenigde Staten en andere
landen.
AMD is een handelsmerk van Advanced Micro devices, Inc.
UNIX is een gedeponeerd handelsmerk van The Open Group.
Doelgroep
Dit document is bedoeld voor de persoon die verantwoordelijk is voor de installatie en het beheer van
servers en opslagsystemen en de oplossing van problemen hiermee. HP neemt aan dat u bent
gekwalificeerd in het onderhoud van computerapparatuur en dat u bent getraind in het herkennen van
gevaren in producten met gevaarlijke energieniveaus.
Voor informatie over het oplossen van problemen met betrekking tot servers uit de HP ProLiant 100-serie,
raadpleegt u de betreffende gebruikershandleidingen bij de servers.
De zesde editie van HP ProLiant servers – Problemen oplossen, artikelnummer 375445-336, omvat de
volgende toevoegingen en updates:
• Toegevoegde informatie over het voorkomen van elektrostatische ontlading (op pagina 17).
• Toegevoegde nieuwe richtlijnen voor het hanteren van DIMM's (op pagina 20).
• Toegevoegde nieuwe procedures voor het oplossen van problemen met vaste schijven
(op pagina
• Toegevoegde informatie over nieuwe softwareprogramma's en oplossingen:
o HP Insight Control Environment Suites (op pagina 77)
48).
o HP Smart Update Manager (op pagina 83)
• Verbeterd firmware-onderhoud (op pagina 84):
o Toegevoegde nieuwe technologie
o Uitgebreide bestaande informatie
o Toegevoegde nieuwe firmware-updateprocedures voor niet-ondersteunde processorversie
Revisiegegevens
375445-xx5 (juni 2006)
De vijfde editie van HP ProLiant servers – Problemen oplossen, artikelnummer 375445-xx5,
omvatte de volgende toevoegingen:
• Toegevoegde drie nieuwe stroomdiagrammen voor c-Class serverkaart:
o Stroomdiagram Opstartproblemen van de c-Class serverkaart (op pagina 30)
o Stroomdiagram POST-problemen van de c-Class serverkaart (op pagina 34)
o Stroomdiagram Indicaties voor c-Class serverkaartstoringen (op pagina 39)
• Toegevoegde nieuwe processorfoutcodes:
o Windows® Event Log processorfoutcodes (op pagina 169)
o Insight Diagnostics processorfoutcodes (op pagina 170)
Inleiding 11
375445-xx4 (mei 2006)
De vierde editie van HP ProLiant servers – Problemen oplossen, artikelnummer 375445-xx4,
omvatte de volgende toevoegingen:
• Combinatie van lampjes op hot-pluggable SAS- en SATA-vaste schijven (op pagina 22)
• Problemen met besturingssystemen bij gebruikmaking van Intel® dual-core processoren
(HyperThreading enabled) (op pagina
• Problemen met tapedrives (op pagina 46)
• Nieuwe foutberichten in ADU-foutberichten (op pagina 94) en POST-foutberichten en -
geluidssignalen (op pagina
119)
63)
375445-xx3 (september 2005)
De derde editie van HP ProLiant servers – Problemen oplossen, artikelnummer 375445-xx3,
omvatte de volgende wijzigingen:
• Bijgewerkte richtlijnen voor SCSI-vaste schijven
• Toegevoegde combinatie van lampjes op hot-pluggable SCSI-vaste schijven (op pagina 21)
• Bijgewerkte stroomdiagrammen voor diagnose (op pagina 23)
• Toegevoegde problemen met het besturingssysteem (op pagina 62)
• Toegevoegde poort 85-codes en iLO berichten (op pagina 166)
• Aan ADU-foutberichten en POST-foutberichten en -geluidssignalen toegevoegde nieuwe foutberichten
• Bijgewerkte informatie over het opnemen van contact met HP:
o Contact opnemen met de technische ondersteuning of een geautoriseerde Business Partner
van HP
o Benodigde servergegevens
Inleiding 12
Aan de slag
Informatie over het oplossen van problemen met
servers uit de HP ProLiant 100-serie
Voor informatie over het oplossen van problemen met servers uit de HP ProLiant 100-serie raadpleegt u
de respectievelijke gebruikershandleidingen bij de servers.
Gebruik van deze handleiding
OPMERKING: Bij algemene procedures voor het oplossen van problemen worden onder de
Deze handleiding bevat algemene procedures en oplossingen voor uiteenlopende problemen met een
ProLiant server: van eenvoudige problemen met connectoren tot complexe problemen met betrekking tot
de softwareconfiguratie.
Raadpleeg de volgende beschrijvingen om een inzicht in de opzet van deze handleiding te krijgen en om
te bepalen waar u het beste kunt beginnen:
• Veelvoorkomende problemen oplossen (op pagina 19)
• Stroomdiagrammen voor diagnose (op pagina 23)
• "Hardwareproblemen" (op pagina 40)
term "server" zowel servers als serverkaarten verstaan.
Veel serverproblemen worden veroorzaakt door loszittende aansluitingen, verouderde firmware en
andere kwesties. Raadpleeg dit gedeelte voor het verhelpen van veelvoorkomende problemen.
Wanneer een server symptomen vertoont die niet onmiddellijk het probleem aangeven, raadpleegt u
eerst dit gedeelte. Het bevat een reeks stroomdiagrammen die een basisprocedure voor het oplossen
van problemen met ProLiant servers aangeven. De stroomdiagrammen leiden u naar een
diagnoseprogramma of een procedure die nuttig kunnen zijn bij het verhelpen van het probleem.
Wanneer de symptomen op een probleem met een specifiek onderdeel duiden, zoekt u in dit
gedeelte naar oplossingen bij problemen met de voeding, algemene onderdelen, systeemkaarten,
onderbroken circuits en kortsluitingen op het systeem, of externe apparatuur.
• "Softwareproblemen" (op pagina 62)
Wanneer u een bekend, specifiek softwareprobleem heeft, gebruikt u de oplossingen die in dit
gedeelte worden aangegeven.
• "Softwareprogramma’s en oplossingen" (op pagina 68)
Gebruik dit gedeelte als naslaginformatie voor software- en hulpprogramma’s.
Aan de slag 13
• HP hulpbronnen voor het oplossen van problemen (op pagina 90)
Wanneer u aanvullende informatie nodig heeft, kunt u in dit gedeelte websites en aanvullende
documenten met informatie over het oplossen van problemen vinden.
• Foutberichten (op pagina 94)
Raadpleeg dit gedeelte voor een volledige lijst met de volgende berichten:
o ADU-foutberichten (op pagina 94)
o POST-foutberichten en -geluidssignalen (zie pagina 119)
o Gebeurtenisfoutberichten (op pagina 157)
o Foutberichten met betrekking tot de HP BladeSystem infrastructuur (op pagina 160)
o Poort 85-codes en iLO berichten (op pagina 166)
Stappen voorafgaand aan de diagnose
WAARSCHUWING: Lees in de serverdocumentatie ALTIJD alle informatie bij Waarschuwing en
Voorzichtig voordat u systeemonderdelen verwijdert, vervangt, terugplaatst of aanpast. Zo
1. Lees de belangrijke veiligheidsinformatie (zie pagina 14).
2. Verzamel symptoomgegevens (zie pagina 17).
3. Bereid de server voor voor de diagnose (zie pagina 18).
4. Gebruik het stroomdiagram Start van diagnose (zie pagina 25) om de diagnoseprocedure te
Belangrijke veiligheidsinformatie
voorkomt u mogelijke problemen.
BELANGRIJK: In deze handleiding vindt u informatie over meerdere servers. Sommige
informatie is wellicht niet van toepassing op uw server. Raadpleeg de serverdocumentatie voor
informatie over procedures, hardwareopties, hulpprogramma's en besturingssystemen die door
de server worden ondersteund.
starten.
Lees de veiligheidsinformatie in de volgende gedeelten goed door voordat u serverproblemen oplost.
Belangrijke veiligheidsinformatie
Lees voordat u met het onderhoud begint eerst het document Belangrijke veiligheidsinformatie dat bij de
server hoort.
Aan de slag 14
Symbolen op apparatuur
De volgende symbolen kunt u aantreffen op gedeelten van de apparatuur die mogelijk gevaar opleveren.
Dit symbool geeft de aanwezigheid van gevaarlijke stroomcircuits of de kans op een
gewicht in kg
gewicht in lb
elektrische schok aan. Laat alle onderhoud aan een gekwalificeerde
onderhoudstechnicus over.
WAARSCHUWING: Open deze gedeelten niet, om het risico van letsel door
elektrische schokken te beperken. Laat alle onderhoudswerkzaamheden en upgrades
aan een gekwalificeerde onderhoudstechnicus over.
Dit symbool duidt op het risico van elektrische schokken. De ingesloten gedeelten
kunnen niet door de gebruiker worden onderhouden. Open deze gedeelten dus nooit!
WAARSCHUWING: Open deze gedeelten niet, om het risico van letsel door
elektrische schokken te beperken.
Elke RJ-45-connector met dit symbool geeft een netwerkaansluiting aan.
WAARSCHUWING: Steek geen telefoon- of telecommunicatieconnectoren in deze
aansluiting, om het risico van letsel door elektrische schokken of brand of het risico
van schade aan apparatuur te beperken.
Dit symbool duidt op een heet oppervlak of een heet onderdeel. Aanraking van dit
oppervlak kan letsel veroorzaken.
WAARSCHUWING: Laat het oppervlak afkoelen voordat u het aanraakt, om het
risico van brandwonden te beperken.
Dit symbool geeft aan dat het onderdeel te zwaar is om door één persoon te worden
getild.
WAARSCHUWING: Houd u aan de voorschriften met betrekking tot veiligheid op de
werkplek en de richtlijnen voor het omgaan met zwaar materiaal om het risico van
persoonlijk letsel of schade aan de apparatuur te voorkomen.
Deze symbolen op voedingseenheden of systemen duiden op meerdere
voedingsbronnen.
WAARSCHUWING: Koppel alle netsnoeren los om de voeding van het systeem
geheel uit te schakelen. Zo beperkt u het risico van letsel als gevolg van elektrische
schokken.
Aan de slag 15
Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
WAARSCHUWING: Reparaties aan dit apparaat mogen alleen worden uitgevoerd door
technici die zijn getraind door HP. Alle procedures voor reparaties en het oplossen van
problemen bieden voldoende gegevens voor het repareren van subonderdelen en modules.
Vanwege de complexiteit van de afzonderlijke kaarten en subonderdelen mag niet worden
geprobeerd om onderdelen te repareren of printplaten te wijzigen. Ondeskundige reparaties
kunnen leiden tot gevaarlijke situaties.
WAARSCHUWING: Beperk het risico van persoonlijk letsel en schade aan de apparatuur door
ervoor te zorgen dat:
• de stelvoetjes van het rack op de grond staan;
• het volle gewicht van het rack op de stelvoetjes rust;
• de stabilisatiesteunen aan het rack zijn bevestigd (bij opstellingen bestaande uit één rack);
• de racks aan elkaar zijn gekoppeld (bij installatie van meerdere racks);
• er maar één onderdeel tegelijk uit het rack is geschoven. Het rack kan instabiel worden als
meer dan één onderdeel is uitgeschoven.
WAARSCHUWING: U beperkt als volgt het risico van elektrische schokken en beschadiging
van de apparatuur:
• Gebruik de geaarde stekker van het netsnoer. De geaarde stekker is een belangrijke
veiligheidsvoorziening.
gewicht in kg
gewicht in lb
• Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact dat altijd gemakkelijk bereikbaar is.
• Koppel het netsnoer van de voedingseenheid los om de stroom naar de apparatuur volledig
uit te schakelen.
• Zorg ervoor dat niemand per ongeluk op het netsnoer kan gaan staan en dat het snoer niet
bekneld kan raken door voorwerpen die erop of ertegenaan worden geplaatst. Let met
name op de stekker, het stopcontact en het punt waar het snoer uit de server komt.
WAARSCHUWING: Volg de onderstaande instructies op om het risico van
persoonlijk letsel en schade aan de apparatuur tot een minimum te beperken:
• Houd u aan de lokale gezondheids- en veiligheidsvoorschriften en richtlijnen voor
het hanteren van materialen.
• Zorg ervoor dat u het apparaat met meer personen optilt en in evenwicht houdt
wanneer u het installeert of verwijdert.
• De server is niet stabiel wanneer deze niet aan de rails is bevestigd.
• Verwijder de voedingseenheden en andere verwijderbare modules om het totale
gewicht van de server te verlagen wanneer u deze in een rack plaatst.
VOORZICHTIG: Zorg voor voldoende ventilatie rondom het systeem. Laat voor en achter de
server ten minste 7,6 cm ruimte vrij.
VOORZICHTIG: De server is ontworpen voor geaarde stroomvoorziening. Het apparaat kan
alleen naar behoren functioneren als u het netsnoer aansluit op een correct geaard
stopcontact.
Aan de slag 16
Elektrostatische ontlading
Schade door elektrostatische ontlading voorkomen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als u het systeem installeert of de onderdelen vastpakt, om
schade aan het systeem te voorkomen. Een ontlading van statische elektriciteit via vingers of andere
geleiders kan de systeemkaarten of andere onderdelen die gevoelig zijn voor elektrostatische ontlading,
beschadigen. Dit soort schade kan de levensduur van de apparatuur bekorten.
U voorkomt als volgt schade door elektrostatische ontlading:
• Raak onderdelen zo weinig mogelijk met de handen aan, door de onderdelen in de antistatische
verpakking te vervoeren en te bewaren.
• Bewaar onderdelen in de antistatische verpakking zolang de onderdelen zich niet op een plek
bevinden die vrij is van statische elektriciteit.
• Leg onderdelen op een geaard oppervlak voordat u ze uit de verpakking haalt.
• Vermijd aanraking van pinnen, voedingsdraden of circuits.
• Zorg ervoor dat u niet statisch geladen bent als u een onderdeel of eenheid aanraakt die gevoelig
is voor statische elektriciteit.
Aardingsmethoden ter voorkoming van elektrostatische ontlading
Voor aarding worden verschillende methoden gebruikt. Gebruik een of meer van de volgende methoden
wanneer u onderdelen die gevoelig zijn voor statische elektriciteit, hanteert of installeert:
• Gebruik een polsbandje dat via een aardedraad is verbonden met een geaard werkstation of de
behuizing van een computer. Polsbanden zijn flexibele aardingsbandjes met een minimale
weerstand van 1 MOhm ±10 procent in de aardedraden. Draag voor een juiste aarding de bandjes
strak tegen de huid.
• Gebruik hiel-, teen- of schoenbandjes bij staande werkstations. Draag de bandjes om beide voeten
wanneer u op een geleidende vloer of dissiperende vloermat staat.
• Gebruik geleidend onderhoudsgereedschap.
• Gebruik een draagbare gereedschapskist met een opvouwbare dissiperende werkmat.
Als u niet beschikt over de aanbevolen hulpmiddelen voor de juiste aarding, laat u een geautoriseerde
HP Business Partner het onderdeel installeren.
Neem contact op met een geautoriseerde Business Partner voor meer informatie over statische elektriciteit
of hulp bij de installatie van het product.
Symptoomgegevens
Verzamel de volgende informatie voordat u een serverprobleem gaat oplossen:
• Welke gebeurtenissen zijn aan de storing voorafgegaan? Na welke stappen doet het probleem
zich voor?
• Wat is er veranderd sinds de tijd dat de server nog werkte?
• Heeft u onlangs hardware of software toegevoegd of verwijderd? En heeft u in dat geval waar
nodig de bijbehorende serverinstellingen gewijzigd?
• Hoe lang vertoont de server al symptomen van problemen?
Aan de slag 17
• Als het probleem op willekeurige momenten optreedt, wat is dan de duur of frequentie daarvan?
Voor het antwoord op deze vragen is de volgende informatie wellicht van belang:
• Start HP Insight Diagnostics (zie pagina 79), ga naar de overzichtspagina en bekijk de huidige
configuratie of vergelijk deze met vorige configuraties.
• Raadpleeg de informatie die u over hardware en software heeft genoteerd.
• Raadpleeg serverlampjes en informatie over hun betekenis.
Voorbereidingen
1. Controleer of de bedrijfsomgeving van de server aan alle eisen voldoet qua voeding,
airconditioning en luchtvochtigheid. Raadpleeg de documentatie bij de server voor de
omgevingsvereisten.
2. Noteer eventuele foutberichten die op het scherm verschijnen.
3. Verwijder alle diskettes en cd's uit de drives.
4. Schakel de server en de randapparatuur uit als u offline een diagnose gaat stellen. Sluit de server zo
mogelijk altijd op de juiste wijze af. Dit betekent dat u:
a. alle applicaties afsluit;
b. het besturingssysteem afsluit;
c. de server uitschakelt.
5. Ontkoppel alle randapparatuur die voor de test niet nodig is (alle apparaten die niet nodig zijn om
de server op te starten). Laat de printer aangesloten als u foutberichten wilt afdrukken.
6. Zorg ervoor dat u alle materialen bij de hand heeft die u nodig heeft om het probleem op te lossen,
zoals hulpprogramma's, een Torx-schroevendraaier, loopbackadapters en een polsbandje tegen
elektrostatische ontlading.
o Op de server moeten de juiste Health-stuurprogramma's en Management Agents zijn
geïnstalleerd.
OPMERKING: Als u de configuratie van de server wilt controleren, gaat u naar de System
Management homepage (zie pagina
lijst met de naam en versie van alle geïnstalleerde HP stuurprogramma's, Management Agents
en hulpprogramma's en wordt aangegeven of ze up-to-date zijn.
78) en selecteert u Version Control Agent. Hier ziet u een
o Houdt de serverdocumentatie bij de hand voor serverspecifieke informatie.
o HP raadt u aan de SmartStart cd te gebruiken voor value-added software en stuurprogramma's
die u tijdens de probleemoplossing nodig kunt hebben.
OPMERKING: Download de huidige versie van SmartStart vanaf de HP website
(
http://www.hp.com/servers/smartstart).
Aan de slag 18
Veelvoorkomende problemen oplossen
Aansluitproblemen
Actie:
• Controleer of alle netsnoeren goed zijn aangesloten.
• Controleer of alle kabels van alle externe en interne onderdelen goed zijn uitgelijnd en aangesloten.
• Verwijder alle gegevens- en voedingskabels en controleer of ze beschadigd zijn. Controleer de
kabels op verbogen pinnen of beschadigde stekkers.
• Controleer of alle snoeren en kabels die zijn aangesloten op de server op de juiste manier via de
vaste kabelgoot worden geleid (indien aanwezig).
• Controleer of elk apparaat goed op zijn plaats zit. Voorkom het (door)buigen van printplaten
wanneer u onderdelen plaatst.
• Controleer of eventuele apparatuurvergrendelingen volledig zijn gesloten en vergrendeld.
• Controleer aan de hand van eventuele vergrendelings- of aansluitlampjes of elk onderdeel goed is
aangesloten.
• Verwijder elk apparaat en installeer het opnieuw als de problemen zich blijven voordoen.
Controleer connectoren, stekkers en voetjes op gebogen pinnen of andere schade.
Serviceberichten
Voor de meest recente serviceberichten raadpleegt u de HP website
(
http://www.hp.com/go/bizsupport). Selecteer het juiste servermodel en klik vervolgens op de koppeling
Probleem oplossen op de productpagina.
Firmware-updates
Download firmware-updates vanaf de volgende locaties:
• De HP Smart Components zijn verkrijgbaar op de HP Firmware Maintenance cd en de HP
ondersteuningssite (
• De meest recente versie van bepaalde server- of optiefirmware is verkrijgbaar op de HP
ondersteuningssite (
http://www.hp.com/support).
http://www.hp.com/support)
• Onderdelen voor updates van optiefirmware zijn verkrijgbaar op de HP Storage Products Software
and Drivers website (
HP biedt een abonnementsservice die melding van firmware-updates kan bieden. Raadpleeg voor meer
informatie het gedeelte "Subscriber's Choice" (op pagina
Raadpleeg voor meer informatie over het bijwerken van firmware het gedeelte "Onderhoud van de
firmware" (op pagina
http://www.hp.com/support/proliantstorage).
83).
84).
Veelvoorkomende problemen oplossen 19
Richtlijnen voor het hanteren van DIMM's
VOORZICHTIG: Als DIMM's niet op de juiste wijze worden gehanteerd, kan schade worden
veroorzaakt aan DIMM-onderdelen en aan de systeemkaartconnector.
Neem bij het hanteren van een DIMM de volgende richtlijnen in acht:
• Vermijd elektrostatische ontlading (op pagina 17).
• Pak DIMM's altijd uitsluitend bij de zijkanten vast.
• Vermijd aanraking van de connectoren aan de onderzijde van de DIMM.
• Omklem nooit een DIMM met uw vingers.
• Vermijd aanraking van de onderdelen aan de zijkanten van de DIMM.
• (Ver)buig de DIMM nooit.
Neem bij het installeren van een DIMM de volgende richtlijnen in acht:
• Lijn de DIMM uit met het slot, voordat u de DIMM plaatst.
• Pak de DIMM met twee vingers aan de zijkanten vast als u de DIMM uitlijnt en plaatst.
• Plaats de DIMM door met twee vingers voorzichtig op de bovenkant van de DIMM te drukken.
Neem de volgende richtlijnen in acht bij het toevoegen van vaste schijven aan de server:
• Alle schijfnummers worden automatisch ingesteld.
• Als u slechts één vaste schijf gebruikt, installeert u deze in de schijfpositie met het laagste
schijfnummer.
• Voor een zo efficiënt mogelijke opslagruimte moeten schijfeenheden die in dezelfde drivearray
worden gegroepeerd, dezelfde capaciteit hebben.
OPMERKING: ACU biedt geen ondersteuning voor het gelijktijdige gebruik van SAS- en SATA-
Richtlijnen voor SCSI-vaste schijven
• Elke SCSI-eenheid moet een unieke ID hebben.
• SCSI-ID's worden automatisch ingesteld.
• Als u slechts één SCSI-vaste schijf gebruikt, installeert u deze in de schijfpositie met het laagste
eenheden binnen hetzelfde logische volume.
nummer.
• Voor een zo efficiënt mogelijke opslagruimte moeten schijfeenheden die in dezelfde drivearray
worden gegroepeerd, dezelfde capaciteit hebben.
Veelvoorkomende problemen oplossen 20
Combinatie van lampjes van vaste schijven
Combinatie van lampjes van hot-pluggable SCSI-vaste schijven
Activiteitslampje (1)
Aan, uit of
knipperend
Aan, uit of
knipperend
Aan of
knippert
Aan Uit Uit Verwijder de vaste schijf niet.
Knippert Knippert Knippert Verwijder de vaste schijf niet. Als u een schijfeenheid verwijdert, kan
Uit Uit Aan De schijfeenheid is offline geplaatst vanwege een defecte vaste schijf
Uit Uit Uit Er is mogelijk sprake van een of meer van de volgende condities:
Onlinelampje (2)
Aan of uit Knippert Er is een foutwaarschuwing voor deze schijfeenheid ontvangen.
Aan Uit De schijfeenheid is online en maakt deel uit van een array.
Knippert Uit Verwijder de vaste schijf niet. Als u een schijfeenheid verwijdert,
Foutlampje (3)
Betekenis
Vervang de schijfeenheid zo snel mogelijk.
Als de arrayconfiguratie fouttolerantie ondersteunt en alle andere
schijfeenheden in de array online zijn, kunt u bij een
foutwaarschuwing of een capaciteitsupgrade de schijfeenheid online
vervangen.
wordt de huidige bewerking wellicht afgebroken en kan er sprake
zijn van gegevensverlies.
De vaste schijf wordt opnieuw opgebouwd of uitgebreid.
De schijfeenheid wordt benaderd, maar (1) maakt geen deel uit van
een array; (2) is een vervangende schijf die nog niet opnieuw is
opgebouwd; of (3) komt op snelheid tijdens POST.
dit leiden tot gegevensverlies in een niet-fouttolerante configuratie.
Er is mogelijk sprake van een of meer van de volgende condities:
• De schijf maakt deel uit van een array die wordt gebruikt door
een hulpprogramma voor arrayconfiguratie.
• Drive Identification (Schijfidentificatie) is geselecteerd in HP SIM
• De firmware van de schijfeenheid wordt bijgewerkt
of een communicatiefout in het systeem.
U moet de schijfeenheid wellicht vervangen.
• De schijf is niet geconfigureerd als onderdeel van een array
• De schijfeenheid is geconfigureerd als onderdeel van een array,
maar is een vervangende schijfeenheid die nog niet wordt
benaderd of opgebouwd
• De schijfeenheid is geconfigureerd als online reserve-eenheid
Als de schijfeenheid is aangesloten op een arraycontroller, kunt u de
schijfeenheid online vervangen.
Veelvoorkomende problemen oplossen 21
Combinatie van lampjes op SAS- en SATA-vaste schijven
OPMERKING: Er kunnen waarschuwingen voor een mogelijke fout optreden, wanneer de
Online/activiteitslampje
(groen)
Aan, uit of
knipperend
Aan, uit of
knipperend
Aan Oranje, regelmatig
Aan Uit De schijfeenheid is online, maar is momenteel niet actief.
Regelmatig
knipperend (1 Hz)
Regelmatig
knipperend (1 Hz)
Onregelmatig
knipperend
Onregelmatig
knipperend
Uit Continu oranje Er is een kritieke fout met betrekking tot deze schijfeenheid
Uit Oranje, regelmatig
Uit Uit De schijf is offline, een reserveschijf of niet geconfigureerd als
server is aangesloten op een Smart Array controller.
Fout-/UID-lampje
Betekenis
(oranje/blauw)
Afwisselend oranje
en blauw
knipperend
Continu blauw De schijfeenheid werkt normaal en is geselecteerd door een
knipperend (1 Hz)
Oranje, regelmatig
knipperend (1 Hz)
Uit Verwijder de vaste schijf niet. Als u een schijfeenheid verwijdert,
Oranje, regelmatig
knipperend (1 Hz)
Uit De schijfeenheid is actief en werkt normaal.
knipperend (1 Hz)
De schijfeenheid is defect of er is voor deze schijfeenheid een
waarschuwing voor een mogelijke fout ontvangen; de
schijfeenheid is ook geselecteerd door een beheerapplicatie.
beheerapplicatie.
Er is een foutwaarschuwing voor deze schijfeenheid ontvangen.
Vervang de schijfeenheid zo snel mogelijk.
Verwijder de vaste schijf niet. Als u een schijfeenheid verwijdert,
wordt de huidige bewerking wellicht afgebroken en kan er sprake
zijn van gegevensverlies.
De schijfeenheid maakt deel uit van een array waarvoor een
capaciteitsuitbreiding of stripe-migratie wordt uitgevoerd, maar er
is een waarschuwing voor een mogelijke fout voor deze
schijfeenheid ontvangen. Vervang de schijfeenheid pas nadat de
uitbreiding of migratie is voltooid, om de kans op gegevensverlies
tot een minimum te beperken.
wordt de huidige bewerking wellicht afgebroken en kan er sprake
zijn van gegevensverlies.
De schijfeenheid wordt opnieuw opgebouwd of maakt deel uit
van een array waarvoor een capaciteitsuitbreiding of stripemigratie wordt uitgevoerd.
De schijfeenheid is actief, maar er is voor deze schijfeenheid een
waarschuwing voor een mogelijke fout ontvangen. Vervang de
schijfeenheid zo snel mogelijk.
gedetecteerd en de schijfeenheid is offline gezet. Vervang de
schijfeenheid zo snel mogelijk.
Er is een foutwaarschuwing voor deze schijfeenheid ontvangen.
Vervang de schijfeenheid zo snel mogelijk.
onderdeel van een array.
Veelvoorkomende problemen oplossen 22
Stroomdiagrammen voor diagnose
Stroomdiagrammen voor probleemoplossing
Voor een effectieve probleemoplossing wordt u aangeraden te beginnen met het eerste stroomdiagram,
"Stroomdiagram Start van diagnose" (zie pagina
stroomdiagrammen geen oplossing bieden, volgt u de diagnosestappen in "Stroomdiagram Algemene
diagnose" (op pagina
problemen en kan worden gebruikt als het probleem niet serverspecifiek is of niet direct in een van de
andere stroomdiagrammen valt onder te brengen.
U kunt de volgende stroomdiagrammen gebruiken:
26). Dit stroomdiagram geeft algemene informatie over het oplossen van
• Start van diagnose (zie pagina 25)
• Algemene diagnose (zie pagina 26)
25), en het juiste diagnosepad te volgen. Als de andere
• Opstartproblemen
o Opstartproblemen van de server (zie pagina 27)
o Opstartproblemen van de p-Class serverkaart (op pagina 29)
o Opstartproblemen van de c-Class serverkaart (op pagina 30)
• POST-problemen (op pagina 32)
o POST-problemen van de server en de p-Class serverkaart (op pagina 33)
o POST-problemen van de c-Class serverkaart
• Opstartproblemen van het besturingssysteem
• Indicaties voor serverstoringen (op pagina 37)
o Indicaties voor serverstoringen van de server en de p-Class serverkaart
o Indicaties voor serverstoringen van de c-Class serverkaart
Stroomdiagrammen voor diagnose 23
Referentiewebsites stroomdiagrammen voor probleemoplossing
Elk stroomdiagram bevat verwijzingen naar externe websites. De volgende websites corresponderen met
de genummerde websites in elk stroomdiagram:
1. HP Technische ondersteuning (http://www.hp.com/support)
Selecteer uw land en volg vervolgens de instructies voor de locatie van de software, firmware en
stuurprogramma's.
2. HP ProLiant Maintenance and Service-handleidingen:
o Website voor ondersteuning aan zakelijke klanten (http://www.hp.com/go/bizsupport)
Selecteer Manuals (Handleidingen). Onder Servers selecteert u ProLiant and tc series servers.
Selecteer het product, en zoek vervolgens de koppeling voor de Maintenance and Servicehandleiding.
o HP BladeSystem p-Class ondersteuning en documenten
Onder Product support, selecteert u het product. Selecteer Manuals (guides, supplements, addendums, etc). Onder Service and maintenance information (Informatie over service en
onderhoud), zoekt u de koppeling voor de Maintenance and Service-handleiding.
o HP BladeSystem c-Class Technical Documentation
(
http://www.hp.com/go/bladesystem/documentation)
Selecteer Support, Drivers and Manuals (Ondersteuning, stuurprogramma's en handleidingen),
en selecteer vervolgens het product. Selecteer Manuals (Handleidingen), en zoek vervolgens de
koppeling voor de Maintenance and Service-handleiding.
3. HP BladeSystem p-Class Support and Documents (http://www.hp.com/products/servers/proliant-
bl/p-class/info)
Als u de HP BladeSystem p-Class System Maintenance and Service Guide wilt zoeken, selecteert u
het product. Selecteer Manuals (guides, supplements, addendums, etc). Onder Service and
maintenance information (Informatie over service en onderhoud), zoekt u de koppeling voor het
document.
4. HP BladeSystem Power Sizer (http://www.hp.com/go/bladesystem/powercalculator)
Maak gebruik van de Power Sizer voor het plannen van uw voedingsinfrastructuur en om te voldoen
aan de vereisten van een HP BladeSystem oplossing.
5. Beheer op afstand (http://www.hp.com/servers/lights-out)
Als u de Integrated Lights-Out User Guide wilt zoeken, selecteert u het product, en selecteert u
vervolgens Support & Documents (Ondersteuning en documenten). Selecteer Manuals
(Handleidingen) en zoek vervolgens de koppeling naar het document.
6. SmartStart Support and Documents (http://www.hp.com/support/smartstart/documentation)
In het gedeelte over Gebruikershandleidingen, zoekt u de koppeling voor de HP ROM-Based Setup
Utility User Guide.
7. System Management homepage (https://localhost:2381)
Bekijk geconsolideerde systeembeheerinformatie.
Stroomdiagrammen voor diagnose 24
Stroomdiagram Start van diagnose
Gebruik het volgende stroomdiagram om de diagnoseprocedure te starten.
Ga naar
Algemene
diagnose
Ga naar Opstart-
problemen
Ga naar POST-
problemen
Ga naar
Opstartproblemen
van het besturings-
systeem
Ga naar Indicaties
voor
serverstoringen
Ja
Nee
Nee
Nee
besturingssysteem goed
Ja
Start
Diagnose
Wilt u de algemene
diagnose uitvoeren?
Nee
Wordt de server
ingeschakeld?
Ja
Wordt de POST
goed voltooid?
Ja
Wordt het
opgestart?
Ja
Geeft Insight
Management Agent
of een lampje een
Nee
Ga naar
Algemene
diagnose
fout aan?
Stroomdiagrammen voor diagnose 25
Stroomdiagram Algemene diagnose
Het stroomdiagram Algemene diagnose geeft algemene informatie over het oplossen van problemen.
Gebruik dit stroomdiagram als u niet zeker weet wat het probleem is of als de andere stroomdiagrammen
u niet helpen.
Start Algemene
diagnose
Noteer symptoomgegevens.
Start server opnieuw om te
zien of probleem nog steeds
optreedt.
Is de server
zojuist geïnstalleerd?
Nee
Ja
Plaats tijdens transport losgeraakte
onderdelen opnieuw en start server
opnieuw.
Doet het probleem
zich nog voor?
Ja
Nee
Heeft u onlangs opties
toegevoegd of de configuratie
gewijzigd?
Nee
Controleer op
serviceberichten
.
Download de nieuwste
software en firmware van
de HP website.
Doet het
probleem zich
nog voor?
Nee
Isoleer de gewijzigde onderdelen. Controleer de
installatie daarvan. Zet de server terug op de
oorspronkelijke of de laatstbekende goed
werkende configuratie. Raadpleeg de Maintenance
and Service-handleiding voor servers of
Ja
serverkaarten op de HP website.
Doet het probleem
zich nog voor?
Isoleer en minimaliseer de
Ja
geheugenconfiguratie.
Nee
Vervang reserveonderdelen van
server of los problemen daarmee
op. Raadpleeg de Maintenance and
Service-handleiding voor servers of
serverkaarten op de HP website.
Ja
Doet het
probleem zich
nog voor?
Breng de server terug tot
minimale configuratie.
Ja
Doet het
probleem zich
nog voor?
Nee
Doet het probleem
zich nog voor?
Nee
Noteer symptoom-& foutgegevens
op reparatielabel als u een defect
onderdeel retourneert.
Ja
Nee
Controleer of het volgende beschikbaar is:
•Survey momentopnamen van de configuratie
•Gebeurtenislogboek van besturingssysteem
•Volledige crashdump
Plaats onderdelen één voor één terug om
defect onderdeel te isoleren. Raadpleeg de
Maintenance and Service-handleiding voor
servers of serverkaarten op de HP website.
Doet het probleem
zich nog voor?
Ja
Bel HP Business
Partner.
Nee
Noteer de
ondernomen actie.
Einde
Stroomdiagrammen voor diagnose 26
Stroomdiagram Opstartproblemen
Stroomdiagram Opstartproblemen van de server
Symptomen:
• De server kan niet worden ingeschakeld.
• Het systeemvoedingslampje is uit of oranje.
• Het lampje voor de conditie van het externe systeem is rood of oranje.
• Het lampje voor de conditie van het interne systeem is rood of oranje.
OPMERKING: Raadpleeg de documentatie bij de server voor de locatie van de serverlampjes
Mogelijke oorzaken:
• Niet goed geplaatste of defecte voedingseenheid
• Niet goed aangesloten of defect netsnoer
• Probleem met de voedingsbron
en informatie over hun betekenis.
• Er is een probleem met het opstartcircuit.
• Niet goed geplaatst onderdeel of vergrendelingsprobleem
• Defect intern onderdeel
Stroomdiagrammen voor diagnose 27
Nee
Welke kleur heeft het
aan/uit-lampje van het systeem?
Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor
de server op de
HP website.
Uit
Controleer of
netsnoeren goed
vastzitten.
Uit
Controleer op
problemen met de
voedingsbron.
Plaats voedingseenheid
opnieuw of vervang deze.
Raadpleeg de
Maintenance and Service-
handleiding voor de server
op de HP website.
Doet het
probleem zich
nog voor?
Nee
Start Opstartproblemen
Is lampje voor conditie van
intern systeem rood of oranje?
Raadpleeg de gebruikershandleiding
voor de server op de
HP website.
Oranje of groen
Druk op
de aan/
standby-knop.
Nee
Vervang de voedingseenheid.
Controleer
op problemen
Ja
met het
opstartcircuit.
Ja
Is lampje voor conditie
van extern systeem rood
of oranje? Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor
de server op de
HP website.
Ja
Heeft systeem één
voedingseenheid en is
lampje voor conditie van
extern systeem rood?
Ja
Raadpleeg de Maintenance
and Service-handleiding
voor de server op
de HP website.
Branden er lampjes voor
de conditie van onderdelen?
Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor
de server op de
HP website.
Ja
Plaats aangegeven
onderdeel opnieuw.
Controleer op loszitten
de aansluitingen.
Druk op
de aan/
standby-
Nee
Storing is verholpen. Controleer
voedingseenheden goed vastzit .
knop.
Is lampje voor
conditie van extern systeem
rood of oranje? Raadpleeg
de gebruikershandleiding
voor de server op de
HP website.
Nee
of netsnoer van redundante
Gebruik
Nee
Ja
onderhoudsprogramma's om
probleem vast te
stellen.
Als het probleem aanhoudt,
vervangt u het aangegeven
onderdeel. Raadpleeg de
Maintenance and Service-
handleiding voor de server op
de HP website.
Markeer bijbehorende
vermelding
IML
als hersteld
(indien aanwezig).
Vervang voedingseenheid
als het groene lampje daarvan
niet brandt. Controleer of
netsnoer goed vastzit.
Raadpleeg de Maintenance
and Service-handleiding
voor de server op
de HP website.
Einde
Stroomdiagrammen voor diagnose 28
Stroomdiagram Opstartproblemen van de p-Class serverkaart
Ga naar Algemene
diagnose
Vervang onderdelen van de
BladeSystem infrastructuur of los
problemen daarmee op. Raadpleeg de
Maintenance and Service-handleiding
voor het BladeSystem op de HP
website.
Vervang interne
onderdelen van de
server of los problemen
daarmee op. Raadpleeg
de Maintenance and
Service-handleiding
voor de serverkaart op
de HP website.
Controleer of er voldoende voeding
beschikbaar is voor de serverkaa rt.
Raadpleeg de Maintenanc e and Service-
handleiding voor de serverkaart op de HP
website.
Nee
Branden er foutlampjes
voor de serverkaart of voor
Is er voldoende
voeding beschikbaar voor de
serverkaart?
Vervang interne onderdelen van de server
of los problemen daarmee op. Raadpleeg
de Maintenance and Service-handleiding
voor de serverkaart op de HP website.
Ja
Nee
Vervang de serverkaart
of energiebeheermodule
of los problemen
Vervang onderdelen van de
BladeSystem infra structuur of los
problemen daarmee op. Raadpleeg de
Maintenance and Service-handleiding
voor het BladeSystem op de HP
website.
Ga naar
Algemene
diagnose
Voeg meer
voedingseenheden of
voedingsbehuizingen toe.
Raadpleeg de Maintenance
and Service-ha ndleiding
voor de serverkaart op de
HP website.
Zet de aan/uit-schakelaar van de
voedings-/serverkaartbehuizing op
Ja
voedingsbehuizing,
serverkaartbehuizing en busbars
energiebeheer?
Ja
daarmee op.
beheermodules op de juiste wijze
aan. Raadpleeg de Maintenance
and Service-handleiding voor het
BladeSystem op de HP website.
ON (AAN).
Nee
Staat de aan/uit-
schakelaar op de
op
ON (AAN)?
Ja
Zijn de kabels
van de beheermodules
op de juiste wijze
aangesloten?
Nee
Sluit de kabels van alle
Nee
server of los problemen daarmee op.
ja
Start
Wordt de server
automatisch
ingeschakeld?
Nee
Einde
Branden er lampjes
op de voorkant van de
serverkaart? R aa dp lee g de
gebruikershandleiding
voor de serverkaart
op de HP website.
Ja
Controleer of alle aansluitingen
en netsnoeren goed vas tzitten.
Vervang interne onderdelen van de
Raadpleeg de Maintenance and
Service-handleiding voor de
serverkaart op de HP website.
Als het probleem
zich blijft voordoen: Is in
iLO de optie "Automatically
Power On Server" (Server
automatisch inschakelen)
geselecteerd?
Nee
Wijzig de instelling in iLO en
plaats de serverkaart terug.
Raadpleeg de
gebruikershandleiding voor
Integrated Lights-Out op de HP
website.
Ja
Stroomdiagrammen voor diagnose 29
Stroomdiagram Opstartproblemen van de c-Class serverkaart
Symptomen:
• De server kan niet worden ingeschakeld.
• Het systeemvoedingslampje is uit of oranje.
• Het lampje voor de systeemconditie is rood of oranje.
OPMERKING: Raadpleeg de documentatie bij de server voor de locatie van de serverlampjes
Mogelijke oorzaken:
• Niet goed geplaatste of defecte voedingseenheid
• Niet goed aangesloten of defect netsnoer
• Probleem met de voedingsbron
• Er is een probleem met het opstartcircuit.
• Niet goed geplaatst onderdeel of vergrendelingsprobleem
• Defect intern onderdeel
en informatie over hun betekenis.
Stroomdiagrammen voor diagnose 30
Loading...
+ 158 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.