Hotpoint Ariston PH 741 RQO GH, PH 720 RT, PZ 760 RF, PH 750 RT GH, PH 730 RT User Manual [de]

Gebruiksaanwijzing
KOOKPLAAT
NL
Nederlands, 1
Deutsch, 15
PH 760 RF
PH 760 RF GH
PZ 760 RF
PH 760 F
PH 750 RT GH
PH 750
PH 750 T
PH 741 RQO GH
PH 730 RT
PH 720 RT
BE
PT
Português, 28
Samenvatting
Het installeren, 2-7
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Gasaansluiting
Typeplaatje
Kenmerken van de branders en de straalpijpjes
Algemeen aanzicht
Starten en gebruik, 9-11
Praktisch advies voor het gebruik van de branders
Praktisch advies voor het gebruik van de Keramiek
kookvlak
Voorzorgsmaatregelen en advies, 12
Algemene veiligheidsmaatregelen
Afvalverwijdering
Onderhoud en verzorging, 13
De elektrische stroom afsluiten
Schoonmaken van het apparaat
Onderhoud gaskranen
Storingen en oplossingen, 14
NL
BE
Het installeren
NL
BE
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of
wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te
bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik
en veiligheid.
De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek
voor de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas
instelling van het apparaat) :
 Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;
 Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland.
Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen
en dient daarom te worden weggegooid volgens de
geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie
Voorzorgsmaatregelen en advies).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
! dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en
funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens
de voorschriften van de van kracht zijnde Normen:
 NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);
 NEN-1078 (voor Nederland).
De volgende eisen moeten in acht genomen worden:
Dit systeem kan worden
uitgevoerd door lucht direct van
buiten te onttrekken door middel
A
Voorbeelden ventilatie-opening voor verbrandingslucht
Aangrenzend vertrek
Te ventileren vertrek
van een buis met een doorsnede
van minstens 100 cm
2
en die
zodanig is geplaatst dat hij niet
per ongeluk verstopt kan raken.
Een andere manier is door op
indirecte wijze lucht te onttrekken
aan de aangrenzende vertrekken
die door middel van een
ventilatiebuis, zoals boven
Verhoging van de spleet tussen deur en vloer
beschreven, met buiten zijn
verbonden en die geen
gemeenschappelijke delen zijn
van het huis en ook geen ruimtes met hoog
brandgevaar of slaapkamers.
 (voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte
gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en
blijven laag hangen. Om deze reden moeten
vertrekken waar LPG-flessen staan laag geplaatste
ontluchtingsopeningen hebben voor het afvoeren
van eventueel ontsnapt gas. Lege of halfvolle LPG-
flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of
bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer
(kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik
zijnde fles in het vertrek te bewaren, zodanig
geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat
met warmtebronnen (oven, open haard, kachel,
enz.) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C
zouden kunnen brengen.
Inbouw
 Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over een
afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit kan
gebeuren door middel van een afzuigkap of een
elektrische ventilator die automatisch aangaan elke
keer als het apparaat wordt aangezet.
In het gevaal van een schoorsteen of vertakte rookleiding (gereserveerd voor fornuizen)
Rechtstreeks naar buiten
 Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben
dat dient voor de normale verbranding van het gas.
De luchttoevoer die nodig is voor een normale
verbranding moet niet minder dan 2 m
3
/h zijn per
kW geïnstalleerd vermogen.
2
Het gasfornuis en het gemengde fornuis hebben een
beschermingsgraad tegen oververhitting van het type X.
Het is daardoor mogelijk het apparaat naast meubels te
plaatsen die niet hoger zijn dan het keukenblad. Voor een
juiste installatie van de kookplaat moeten de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen:
 De meubels die direct naast de kookplaat staan en
hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm
van de rand van de plaat staan.
 Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens
de voorschriften die u kunt vinden in het
instructieboekje van de afzuigkap zelf en in ieder
geval op een afstand van minstens 650 mm.
 Hang de keukenkastjes naast de kap op een
minimum hoogte van 420 mm van het keukenblad
(zie afbeelding).
Als de kookplaat onder een
keukenkastje wordt geplaatst,
600mm min.
moet deze zich op een afstand
van minstens 700 mm van het
700mm min.
540mm min.
keukenblad bevinden (zie
afbeelding).
 De opening van het meubel moet de afmetingen
hebben die in de afbeelding zijn aangegeven.
De bevestigingsklemmen maken een bevestiging
mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van
tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede
bevestiging raden wij u aan alle bijgeleverde haken
te gebruiken.
555 mm
55 mm
475 mm
 Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt
geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank
aanbrengen. Deze moet op een minimum afstand
van 20 mm van de onderkant van de kookplaat
worden geplaatst.
Schema voor de bevestiging van de haken
Ventilatie
Om een goede ventilatie te bereiken moet u de
achterkant van het meubel verwijderen. Het verdient de
voorkeur de oven op twee houten balken te plaatsen, of
eventueel op een enkele plank die een opening heeft
van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen).
45 mm.
560 mm.
! Het is alleen mogelijk de kookplaat boven
inbouwovens te installeren als deze zijn voorzien van
afkoelingsventilatie.
Elektrische aansluiting
De kookplaten met driepolige voedingskabel werken
met de wisselstroom, spanning en frequentie die
aangegeven zijn op het typeplaatje (aan de onderkant
van de kookplaat). De aarding van de kabel wordt
aangegeven door de kleuren geel-groen. Als het
fornuis wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven
moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en
oven apart worden uitgevoerd, zowel voor
veiligheidsredenen als voor het eventueel makkelijker
verwijderen van de oven.
NL
BE
Stand haak voor Stand haak voor
keukenblad H=20mm keukenblad H=30mm
Voor
Stand haak voor Achter
keukenblad H=40mm
! Gebruik de haken die u vindt in de
toebehorenverpakking
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje.
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet u tussen het apparaat en het net
een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende normen (de aarding mag niet
worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij
nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan
de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
3
NL
BE
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
 het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
 het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op
het typeplaatje;
 de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
 het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het
snoer en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
! De kabel mag niet worden gebogen of
samengedrukt.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen
moet worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door
de geldende normen, en nadat men er zeker van is
dat het fornuis is ingesteld voor het type gas dat men
gaat gebruiken. In het omgekeerde geval (voor
België) gaat u te werk zoals beschreven in de
paragraaf Aanpassing aan verschillende types gas.
Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten
(II2E+3+ voor Belgie en I2L voor Nederland), dient
men eerst de verbinder te monteren.R (Deze is op
aanvraag verkrijgbaar bij de technische-service-dienst
Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de
verbinder G,die er uit ziet als een L , van de
voedings-struktuur te monteren. De verbinder is
gedraad: rond mannelijk 1/2
gas.
De aansluiting voert men uit
met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor
Belgie volgens de normen
NBN D51-003)
L
G
R
- of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de
muur zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk
draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit
gaskraantje aan de huidige Nationale Normen te
voldoen.
Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)
! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig
worden uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.
Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt
zich een L-vormig, richtbaar verbindingsstuk
waarvan de afdichting is verzekerd door een pakking.
Als het verbindingsstuk gedraaid moet worden is het
absoluut noodzakelijk de pakking te vervangen (bij
het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk waardoor
het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van
schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout.
Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis
aan een onafgebroken wand voorzien van
aanhechtingen met schroefdraad.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt
tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas
cilindrische schroefbout.
De in werking stelling van deze buizen moet zodanig
worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde
toestand niet meer dan 2000 mm is. Nadat de
aansluiting heeft plaatsgevonden moet u controleren
dat de flexibele metalen buis niet in contact komt met
de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt.
! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die
voldoen aan de geldende landelijke normen.
Controleren gasdichtheid
! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken
worden gecontroleerd met een zeepoplossing en
nooit met een vlam.
Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor
België)
Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander
soort gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven
op het typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat
of op de verpakking), moeten de straalpijpjes van de
branders op de volgende wijze worden vervangen:
4
1. verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de
branders uit hun plaats.
2. schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel
van 7mm en vervang ze met de straalpijpjes
geschikt voor het nieuwe type gas (zie tabel 1
Kenmerken van de branders en de straalpijpen).
3. zet de onderdelen weer op hun plaats door de
handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
4. aan het einde van deze handelingen moet u het
oude etiket dat de gasinstelling aangeeft
vervangen met het etiket dat overeenkomt met het
nieuwe gas dat u gaat gebruiken, verkrijgbaar bij
onze Technische Service Centers.
 Het regelen van de minimumstand (voor België)
1. Zet het kraantje op de minimumstand;
2. Verwijder de knop en
draai aan het
regelschroefje in of
naast de spil van het
kraantje totdat u een
kleine, regelmatige vlam
bereikt.
3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel
van hoog naar laag draait.
NL
BE
Het vervangen van de straalpijpjes van de brander
met "onafhankelijke dubbele vlamkronen":
1. verwijder de roosters en branders van hun plaats.
De brander bestaat uit twee aparte delen (zie
afbeeldingen);
2. schroef de straalpijpjes los met een sleutel van
7mm. De binnenste vlamkroon heeft een
straalpijpje, de buitenste heeft er twee (van
dezelfde maat). Vervang de straalpijpjes met
nieuwe die zijn aangepast aan het nieuwe type gas
(zie tabel1).
3. zet de onderdelen in omgekeerde volgorde weer op
hun plaats.
 Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor
België)
De branders hebben geen regeling van de primaire
lucht nodig.
4. Als bij de apparaten met een
veiligheidsmechanisme (thermo-element) dit
systeem niet werkt als de branders op de minimum
stand staan, moet u het minimum verhogen door
aan de stelschroef te draaien.
5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de
bypass schroefjes weer op hun plaats brengen met
zegellak of dergelijk materiaal.
! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel
dicht worden geschroefd.
! Aan het einde van deze handelingen moet u het
oude etiket van de gasinstelling vervangen met het
etiket dat correspondeert met het nieuwe gas,
verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend
(of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de
toevoerbuis een drukteregelaar worden aangebracht
die voldoet aan de geldende landelijke normen.
TYPEPLAATJE
Elektrische
aansluitingen
spanning 220-240V~ 50/60Hz
(zie typeplaatje)
maximum vermogen 2000W
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EU Richtlijnen:
73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
89/336/EEG van 03/05/89
(Elektromagnetische
Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen -
93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen.
EEG/90/336 van 29/06/90 (Gas)
en successievelijke modificaties.
2002/96/EC
5
NL
BE
Kenmerken van de branders en de straalpijpjes
Table 1 (Voo r Be lgie)
Gaspit Doorsnee Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
(mm ) Gere d. Nomin. (mm ) (mm ) Butan e Propa ne Nomin. (mm ) G20 G25
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Vloeibaar gas Natuurlijk gas
By-pass
1/100
Straal.
1/100
Bereik*
(g/h)
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
Straal.
1/100
Bereik*
(l/h)
Gere d.-Sne l (RR)
100 0,70 2,60 41 80 189 186 2,60 11 0 248 288
Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 30 70 138 1 36 1,90 106 181 218 Hulp (A) 55 0,40 1,00 30 50 73 71 1,00 79 95 111 Drievoudige Ring
(TC)
130 1,30 3,30 57 87 23 6 232 3,60 131 309 360
Extra snel (UR) 100 0,70 3,40 41 91 240 236 3,40 123 314 365 Half Vispan (SP) 0,70 1,50 41 60 109 107 1,50 88 143 166 Dubbele
vlamkroon (binnenste
30 0,40 0,90 30 44 65 64 0,90 72 86 100 DCDR) Dubbele
vlamkroon (buitenste
130 1,30 4,10 57 70 298 293 4,10 110 390 454 DCDR) 2 straalpijpjes
Spanning van voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20 35
37 25 45
20 15 25
25 15 30
Tabel 1 (Voor Nederland) Natuurlijk gas
Gaspit Doorsnee
(mm )
Gered.-Snel (RR) 100 2,60 0,70 110 288 Ha lf S ne l (S ) 75 1,90 0,40 106 218 Hu lp (A ) 55 1,00 0,40 79 111 Drievoudige Ring (TC) Extra snel (UR) 100 3,40 0,70 123 365 Ha lf V isp an (S P ) 1,50 0,7 0 88 1 66
Dubbele vlamkroon (binnenste DCDR)
Dubbele vlamkroon (buitenste DCDR) 2 straalpijpjes
Spanning van voeding
130 3,60 1,30 131 360
30 0,90 0,40 72 86
130 4,10 1,30 1 10 390
Thermisch vermogen
kW (p.c .s. *)
Nominale Gered. G 25
Nom inale (m b ar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
Straal.
1/100 (mm)
Bereik* (l/h)
25 20 30
6
* A 15°C et 1013 mbar-gaz sec
Propane P.C.S. = 50,37 MJ/kg
Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg
Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³
Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³
NL
BE
S
DC
SP
DC
A
PH 760 RF PH 750 RT GH PH 741 RQO GH PH 720 RT
PH 760 RF GH
PZ 760 RF
S
RR
DC TC
S
PH 730 RT PH 750 PH 750 T PH 760 F
! De kookplaat kan worden geïnstalleerd boven een ingebouwde oven op voorwaarde dat deze voorzien is
van afkoelingsventilatie.
S
A
UR
TC
S
A
DC
RR
TC
S
S
A
S
A
DC TC
RR
S
SP
S
A
7
Beschrijving
van het apparaat
NL
BE
Algemeen aanzicht
Roosters voor
PANNEN
KERAMISCH
KOOKVLAK*
GASBRANDERS
Controlelampje
WERKING KERAMISCH
KOOKPLAAT*
Knoppen voor het regelen
van de GASBRANDERS en
de KERAMISCH
KOOKPLAAT*
VEILIGHEIDSMECHANISME*
 Controlelampje WERKING KERAMISCH
KOOKPLAAT*: gaat aan als de knop niet op de
stand uit staat.
GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen
en vermogen. Kies de brander die het best
overeenkomt met de diameter van de pan die u wilt
gebruiken.
 Knoppen van de GASBRANDERS en van de
KERAMISCH KOOKPLAAT* voor het regelen van
de vlam of van het vermogen.
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
Bougie voor ontsteking van de
GASBRANDERS*
 Bougie voor het ontsteken van de
GASBRANDERS*: zorgt voor een automatische
ontsteking van de gekozen brander.
VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de
gastoevoer wordt onderbroken als de vlam per
ongeluk uitgaat.
8
Starten en gebruik
! Op iedere knop staat aangegeven waar de
gasbrander of de elektrische plaat* zich precies
bevindt.
Gasbranders
De gekozen brander kan met de betreffende knop als
volgt worden geregeld:
 Uit
Maximum
Minimum
Om een van de branders aan te steken dient u er een
vlam of aansteker bij te houden, de knop stevig in te
drukken en tegen de klok in te draaien tot u het
maximum vermogen heeft bereikt.
In de uitvoeringen die zijn voorzien van een
veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 2-3
seconden lang ingedrukt houden totdat het element
dat automatisch de vlam ontstoken houdt, warm
wordt.
Druk de knop in en draai hem tegelijkertijd tegen de
klok in: vonken steken de brander aan. Nadat de
brander aan is houdt u de knop lang genoeg
ingedrukt zodat het veiligheidssysteem geactiveerd
kan worden.
! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai
dan de knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u
hem weer probeert aan te steken.
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met
de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot
aan het symbool ).
De brander met "onafhankelijke dubbele
vlamkronen"*
Deze brander bestaat uit twee vlamkronen die samen
of onafhankelijk kunnen functioneren. Tegelijk gebruikt
op maximum geeft verhoogde warmte en dus kortere
kooktijden vergeleken met de traditionele branders.
Ook verdelen de dubbele vlamkronen de warmte
onder de pannen gelijkmatiger, vooral als ze allebei
op minimum worden gebruikt. U kunt dus ook pannen
van verschillende grootte gebruiken, met de kleinere
pannen op alleen de binnenste vlamkroon. Iedere
vlamkroon van de brander met "onafhankelijke
dubbele vlamkronen" heeft zijn eigen bedieningsknop:
de knop met het symbool
vlamkroon;
de knop met het symbool
vlamkroon;
bedient de buitenste
bedient de binnenste
Voor het aansteken van de gewenste vlamkroon drukt
u de betreffende knop in en draait u hem tot aan
maximum
elektronische ontsteking die automatisch werkt zodra
u de knop indrukt.
Aangezien de brander is voorzien van het
veiligheidssysteem moet u de knop ongeveer 2-3
seconden ingedrukt houden totdat het
veiligheidssysteem warmt wordt en automatisch de
vlam aan houdt.
De bedieningsknop werkt als volgt:
. De brander is voorzien van
Uit
Maximum
Minimum
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met
de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot
aan het symbool ).
Keramiek kookvlak*
Deze kookzone is voorzien van stralingselementen
met dubbele diameter onder het glas. Het is mogelijk
alleen het ronde gedeelte "A" in te schakelen of, om
een grotere kookzone te krijgen, beide gedeelten "A"
ene "B". Voor het inschakelen van de ronde zone "A"
draait u de knop met de klok mee en zet hem op één
van de 12 posities. Voor het inschakelen van ook de
zone "B" zet u de knop op de positie 12 en dan nog
een stapje verder tot aan de positie
draait u de knop tegen de klok in tot op het gewenste
warmteniveau, gekozen uit de 12 posities.
De tekening geeft de warmtezone aan, die rood wordt
als hij is ingeschakeld.
A. ronde kookzone;
B. uitgebreide kookzone;
C.controlelampje overgebleven
warmte: dit geeft aan dat de
kookzone warmer is dan 60°C
ook nadat hij is uitgeschakeld.
Het controlelampje gaat aan bij iedere positie van de
knop behalve de uit-positie.
, vervolgens
B
A
C
NL
BE
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
9
NL
Praktisch advies voor het gebruik van de
branders
Practische raadgevingen voor het gebruik van de
Half vispan.
BE
Voor een optimaal rendement dient u het volgende te
onthouden:
 gebruik voor iedere brander de pan die erop past
(zie tabel) om te vermijden dat de vlammen er
onderuit vandaan komen.
 gebruik alleen pannen met een platte bodem en
met een deksel erop.
 draai de knop op het minimum zodra het kookpunt
is bereikt.
Brander ø Diameter pan (cm)
Gereduceerd sn el (RR ) 24 - 26 Half snel (S) 16 - 20 Hulpvlam (A) 10 - 14 Half vispan (SP) 16 - 20 Drievoudige ring (TC) 24 - 26 Extra snel (UR) 24 - 26
Dubbele vlamkroon (binnenste DCDR )
Dubbele vlamkroon (buitenste DCDR)
10 - 14
26 - 28
De aanwezigheid van de tweeovalen Half Vispan
branders, die 90° draaibaar zijn, maakt het kookvlak
nog flexibeler in het gebruik.
Voor het 90° draaien van de Half Vispan branders
gaat u als volgt te werk:
 Let op dat de branders koud zijn.
 Verwijder de branders van hun plaats.
 Plaats ze opnieuw in de gewenste positie.
 Let op dat de branders op de juiste wijze op hun
plaats zitten.
Vooral de twee branders kunnen samen worden
gebruikt of apart, met pannen van verschillende
vormen en afmetingen:
 Dubbele brander als Vispan voor ovalen pannen
(afb.A).
 Dubbele brander voor biefstukgrill of rechthoekige
of vierkante pannen minimum 28x28 (afb.B).
 Enkele brander voor middelgrote pannen (diameter
16-20 cm) (afb.C).
Gebruik NOOIT de dubbele brander in de
combinatie zoals aangegeven in afbeelding D.
! Bij de modellen die voorzien zijn van een
reductieroostertje moet dit alleen gebruikt worden
voor de Dubbele Vlammen brander (DCDR intern) als
u een pan gebruikt die een doorsnede heeft van
minder dan 12 cm.
Voor het herkennen van het soort brander verwijzen
wij u naar de afbeeldingen in paragraaf Kenmerken
van de branders en straalpijpen.
Afb. A Afb. B
Afb. C Afb. D
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
10
Practische raadgevingen voor het
gebruik van de keramische
Pos Stralingsplaat
0
Uit
1 Boter, chocolad e smelten 2
Opwarmen vloeistoffen
3 4
Vla en sausen
5 6
Aan de kook brengen
7 8
Braadstukken
9
10
Groot stoofvlees
11
12 Bakken
Onthoud het volgende voor het beste rendement:
 Op het keramische kookvlak kunt u alle soorten
pannen gebruiken. Het belangrijkste is dat de
bodem perfect plat is: pannen met een dikke
bodem verdelen de warmte het beste.
 Gebruik pannen die de kookzone geheel bedekken,
zodat u alle beschikbare hitte gebruikt.
 Let erop dat de bodem van de pan schoon en
droog is voor goed contact en een lange
levensduur van het kookvlak en van de pannen zelf.
 Gebruik geen pannen die op een gasfornuis zijn
gebruikt. De hitte van de branders kan de bodem
vervormd hebben en zo krijgt u niet het gewenste
resultaat op het keramische kookvlak.
NL
BE
Inschakeling van beide kookzones
! De lijm die gebruikt is voor het verzegelen van het
glas kan vetsporen nalaten. Verwijder deze voor het
gebruik van het apparaat met een niet-schurend
schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste uren van
gebruik kan zich een rubberachtige geur ontwikkelen,
die snel verdwijnt.
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
11
Voorzorgsmaatregelen en advies
NL
BE
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede werking
behoefte aan een regelmatige luchtverversing.
Controleer dat bij het installeren aan de
vereisten wordt voldaan beschreven in de
paragraaf Plaatsing.
Deze instructies gelden alleen voor de landen
wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op
het typeplaatje staan.
 Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
 Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of
onweer.
 Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt
en alleen volgens de instructies die beschreven
staan in deze handleiding.
 Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de
kookplaat terechtkomen.
 Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
 Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per
ongeluk tegenaan stoot.
 Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag
als de gasbranders nog warm zijn.
 Gebruik geen instabiele of vervormde pannen.
Afvalverwijdering
 Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u
aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
 De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur
(WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische
apparaten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten
moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te
optimaliseren en de negatieve invloed op de
gezondheid en het milieu te reduceren. Het
symbool op het product van de afvalcontainer met
een kruis erdoor herinnert u aan uw verplichting,
dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat
apart moet worden ingezameld.
Consumenten mogen hun apparaat naar publieke
afvalstortplaatsen brengen of, als de nationale
wetgeving dit toestaat, naar de handelaar brengen
als er een soortgelijk nieuw product wordt gekocht.
Alle fabrikanten van grote huishoudelijke apparaten
zijn aktief bezig met het creëren van systemen om
het inzamelen en de verwijdering van oude
producten te regelen.
 Controleer altijd dat de knoppen in de stand l/
¡ staan als de oven niet wordt gebruikt.
 Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken maar door de stekker zelf beet
te pakken.
 Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
 Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).
12
Loading...
+ 28 hidden pages