De klok instellen
De timer instellen
De oven starten
Programmas, 7-9
Kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel
Kookplaat, 10
Type kookplaat
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
Voorzorgsmaatregelen en advies, 11
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 12
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
De ovendeur reinigen
Vervangen van het lampje
Service, 13
NL
560 mm.
45 mm.
Installatie
!!
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele
!!
raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product
weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u
dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle
nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik
en veiligheid.
Plaatsing
!!
! Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
!!
kinderen en dient daarom te worden verwijderd volgens
de geldende normen voor gescheiden afvalinzameling
(zie Voorzorgsmaatregelen en advies).
!!
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
!!
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het
noodzakelijk de achterkant van het meubel te verwijderen.
Het is aan te raden de oven op twee houten balken te
plaatsen of eventueel op een enkele plank die een opening
heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen).
Centreren en bevestigen
Regel de 4 stelvoetjes aan de zijkant van de oven in
overeenkomst met de 4 gaten in de lijst, afhankelijk
van de dikte van de zijkant van het meubel:
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
in het bijzonder moet, in geval van meubels met fineer,
de lijm bestand zijn tegen temperaturen van 100°C;
voor het inbouwen van de oven, zowel onder het
aanrecht (zie figuur) als in stapelbouw, dient het
meubel de volgende afmetingen te hebben:
555
580
560
min
+4 -0
min
min
45
575-585
+4 -0
480
23
572
558
543545
500
39
15
595
595
!!
! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen
!!
contact meer mogelijk zijn met de elektrische
onderdelen.
Het energieverbruik dat staat aangegeven op het
typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
als de dikte 20 mm is:
verwijder het regelbare
gedeelte van het stelvoetje
(zie afbeelding);
als de dikte 18 mm is: gebruik
de eerste gleuf zoals door de
fabriek is voorzien
(zie afbeelding);
als de dikte 16 mm is: gebruik
de tweede gleuf
(zie afbeelding).
Om het apparaat aan het keukenkastje te
bevestigen: open de ovendeur en schroef de 4
houtschroeven in de 4 gaten in de zijrand.
!!
! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
!!
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden
verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
2
Elektrische aansluiting
NL2L3
L1
P
De keuken moet aan het elektrische net worden
aangesloten. Deze functioneert met de wisselstroom,
de spanning en de frequentie die aangegeven staan
op het typeplaatje (zie volgende pagina).
De kookplaat wordt aan het fornuis verbonden met een
speciale aansluiting.
INBOUWPLAAT
Slechts op
enkele modellen
aanwezig
WITROODGEELBLAUWGROEN
INBOUWFORNUIS
Nadat u de kookplaat heeft aangesloten, dient u de
metalen bescherming weer op zijn plaats te doen.
Als de kookplaat wordt verwijderd moet u de rode
dop, die oorspronkelijk op de rode connector zat,
weer op zijn plaats doen.
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de
zijkant van het deksel
van het klemmenbord op
met een
schroevendraaier: trek het
deksel van het
klemmenbord open (zieafb.).
2. Draai de schroef van
de kabelklem los en
verwijder hem met behulp
van een schroevendraaier
(zie afbeelding).
3. Verwijder de schroeven
van de contacten L-Nen bevestig de draden
onder de koppen van de
schroeven met
inachtneming van de
kleuren: Blauw (N) Bruin
(L) Geel-Groen (
Het klemmenbord is ingesteld voor een verbinding
op 400 V driefasenstroom (zie afbeeldingen onder).
NL
400V 3N~H05RR-F
5x2.5 CEI-UNEL 35363
NL3L1L2
5
3
4
1
2
Als de elektrische installatie andere eigenschappen
heeft (zie afbeeldingen onder), dient u de
elektrische verbinding tot stand te brengen door
middel van de verbindings-U-bouten in doos P.
230V 1N~H07RN-F 3x4
CEI-UNEL 35364
NL
5
3
4
1
2
400V 2N~H05RR-F
4x2.5 CEI-UNEL 35363
NL2L1
5
3
4
1
2
3. Maak de voedingskabel vast aan de speciale
kabelklem.
4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht.
).
3
NL
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje(zie hiernaast). Wanneer het apparaat
rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet u
tussen het apparaat en het net een meerpolige
schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de
contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het
elektrische vermogen en voldoend aan de geldende
normen (de aarding mag niet worden onderbroken door
de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig
worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur
bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur.
!!
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
!!
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te verdragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
!!
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
!!
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
!!
! De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.
!!
!!
! De kabel moet van tijd tot tijd worden
!!
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen (zie Service).
!!
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteldDe fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
!
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
!!
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteldDe fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
wanneer deze normen niet worden nageleefd.wanneer deze normen niet worden nageleefd.
wanneer deze normen niet worden nageleefd.
wanneer deze normen niet worden nageleefd.wanneer deze normen niet worden nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
Inhoud
Elektrische
aansluitingen
ENERGY
LABEL
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 41,5 cm
liter 58
spanning 230V/400V~ 3N 50/60Hz
of maximaal opgenomen vermogen
10800W
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket
van elektrische ovens. Norm EN
50304
Deze apparatuur voldoet aan de
volgende EU voorschriften:
73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en daaropvolgende
4
wijzigingen - 89/336/EEG van
03/05/89 (Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende
wijzigingen - 93/68/EEG van
22/07/93 en daaropvolgende
wijzigingen. 2002/96/EG
Beschrijving van
het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
Bedieningspaneel
Controlelampje
KOOKPLATEN
Knop
KOOKPLATEN
Knop
PROGRAMMA'S
DISPLAY
THERMOSTAATKNOP
GLEUVEN om
roosters in te
schuiven
positie 5
positie 4
positie 3
positie 2
positie 1
Knop
KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER
NL
Display
Knop
KOOKPLATEN DUBBELE DIAMETER
Aanwijzer van de
Voorverwarming
Ovenverlichting
Symbool
TIMER
Toets
INSTELLEN TIJDEN
Knop
INSTELLEN TIJDEN
Cijfers TEMPERATUREN
en TIJDEN
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbool
DUUR
Symbool
KLOK
Knop
KOOKPLATEN
5
Starten en gebruik
NL
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat
u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur
en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door
het verdampen van de middelen die worden
gebruikt om de oven te beschermen.
De klok instellen
U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als
wanneer hij aan is, maar alleen als u geen
uitgestelde bereiding heeft ingesteld.
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
en de twee cijfers op het DISPLAY
totdat het
totdat de andere
om te bevestigen.
voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de oven.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
knop PROGRAMMAS;
- de temperatuur veranderen met behulp van de
knop THERMOSTAAT;
- de duur en het einde van de kooktijd
programmeren
(zie kookprogrammas);
- het koken onderbreken door de knop
PROGRAMMAS weer op stand 0 te zetten.
5. Na twee uur gaat de oven automatisch uit: dit is
om veiligheidsredenen voor iedere kookfunctie van
te voren ingesteld.
U kunt de duur van de bereiding te veranderen
(zie kookprogrammas).
6. Wanneer de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het programma is
onderbroken. De geprogrammeerde functies worden
echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het
terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen.
!!
! Bij de programmas FAST COOKING en
!!
BARBECUE is geen voorverwarming voorzien.
De timer instellen
Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is
onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient
er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen
als de ingestelde minuten zijn verstreken.
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan
u een geluidssignaal zult horen.
en de drie cijfers op het DISPLAY
totdat het
om te bevestigen.
De oven starten
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de knop PROGRAMMAS te draaien.
2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de voorverwarming gaan aan.
De temperatuur kan veranderd worden door te
draaien aan de knop THERMOSTAAT.
3. Als de aanwijzer van de voorverwarming
uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de
!!
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
!!
riskeert hiermee het email te beschadigen.
!!
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters.
!!
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom
teweeg die tussen het bedieningspaneel en de
ovendeur naar buiten komt. Bij het programma FAST
COOKING gaat de ventilator automatisch na tien
minuten aan. Bij het programma GEBAK gaat de
ventilator aan als de oven warm is.
!!
! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator
!!
draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder
willekeurig moment aan worden gedaan door op de
toets te drukken
.
6
Programmas
Kookprogrammas
! Alle programmas hebben een vooringestelde
kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden
aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de
40°C en de 250°C.
In het programma BARBECUE is de ingestelde
temperatuur in % uitgedrukt. Dit kan ook handmatig
worden gewijzigd.
Programma TRADITIONELE OVEN
Met deze traditionele kookwijze is het beter een
enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters
riskeert u een slechte temperatuursverspreiding.
Programma MULTIKOKEN
Aangezien de warmte in de hele oven constant is,
zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige
wijze gekookt en gebakken worden. Hier is het
mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
Als u aan de knop THERMOSTAAT draait, geeft het
display niveaus van stroomsterkte weer die gaan
van een minimum van 50% tot een maximum van
100%. Het koken onder de grill is vooral aan te
raden voor gerechten die een hoge en directe
temperatuur aan de buitenkant nodig hebben. Kook
met de ovendeur dicht.
Programma GRATINEREN
Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de
grill gecombineerd met de circulatie van de lucht in
de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
Programma FAST COOKING
Bij dit programma wordt de oven niet voorverwarmd.
Dit programma is vooral geschikt voor het snel koken
van kant en klare gerechten (diepvriesproducten en
voorgekookte gerechten). De beste resultaten
verkrijgt u als u een enkel rooster gebruikt.
Programma RIJZEN
De oven bereikt en behoudt een temperatuur van
40°C onafhankelijk van de stand van de knop
THERMOSTAAT. Dit programma is ideaal voor het
rijzen van beslag dat bakkersgist bevat.
Draaispit (slechts op enkele modellen aanwezig)
Voor het activeren van het
draaispit ( zie afbeelding)
gaat u als volgt te werk:
1. plaats de lekplaat in stand 1;
2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en
steek de vleespen in de speciale opening achterin
de oven;
3. activeer het draaispit met de knop
PROGRAMMAS op de stand
! Bij het programma
met draaien wanneer u de ovendeur opent.
zal het draaispit stoppen
of ;
NL
Programma PIZZA OVEN
Met deze combinatie wordt de oven snel warm dankzij
het aanzienlijke vermogen dat voornamelijk van
onderaf komt. Indien u meerdere roosters tegelijk
gebruikt moet u de gerechten halverwege de kooktijd
omwisselen.
Programma GEBAK OVEN
Deze functie is aanbevolen voor het bakken van fijne
gerechten (bijvoorbeeld taarten die moeten rijzen) en
kleine gerechten die u op 3 roosters tegelijkertijd wilt
koken.
7
NL
De bereiding programmeren
De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
Het programmeren van de kookduur
1. Druk meerdere malen op de toets
symbool
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de gewenste duur in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15.
en de drie cijfers op het DISPLAY
totdat het
om te bevestigen;
Praktische kooktips
! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete
lucht de fijne gerechten kunnen verbranden.
! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het
bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij
u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel
vet of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de
gerechten die meer warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
Het einde van een bereiding programmeren
Het programmeren van het einde van een bereiding
is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft
geselecteerd.
1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3;
2. druk daarna op de toets
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
4. druk nogmaals op de toets
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
5. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
6. druk nogmaals op de toets
7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
De symbolen
dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
de bereiding.
Om een programmering te annuleren draait u de
knop PROGRAMMAS op stand 0.
en gaan aan om aan te geven
otdat het symbool
totdat de andere
om te bevestigen;
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de
gerechten op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA OVEN
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de lekplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante
pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
8
Kooktabel
(kg)
Tra diti onele
oven
Multi koken
Barbecue
Gratineren
Pizza oven
Gebak oven
Fast cooking
Rijzen
! De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak worden aangepast. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig
worden gewijzigd.
Pizza op 2 roosters
(Vruchten)taarten op 2 roosters
Cake op 2 roosters (op lekplaat)
Gebraden kip + aardappels
Lamsvlees
Makr eel
Lasagne
Soesjes op 2 roosters
Koekjes op 2 roosters
Kaaskoekjes op 2 roosters
Hartige taarten
Makr eel
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Saucijzen
Hamburgers
Tosti (of geroosterd brood)
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Lam aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Gegrilde kip
Inktvis
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Eend aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Gebraden kalfs- of rundvlees
Gebraden varkensvlees
Lamsvlees
Pizza
Focaccia-brood
Taarten
Vruchtentaart
Cakejes
Kleine cakejes op 2 roosters
Cake
Soesjes op 3 roosters
Koekjes op 3 roosters
Gevulde flensjes
Meringue op 3 roosters
Kaaskoekjes
Diepvriesproducten
Pizza
Courgettes en garnalen in beslag
Spinaziequiche
Panzerotti (grote gefrituurde ravioli)
Lasagne
Gebakken broodjes
Kip-snacks
Voorge kookt e ger echten
Gebakken kippenvleugels
Verse etenswaren
Koekjes (kruimeldeeg)
Cakejes
Kaaskoekjes
Rijzen van deeg met bakkersgist (brioche,
brood, taarten, croissants, enz.)
Bij de oven hoort een kookplaat die
samengesteld kan zijn uit twee
verschillende
afbeelding 1
verwarmingselementen: elektrische
kookplaten van gietijzer (zieafbeelding 1) of glaskeramische
kookplaten die zowel traditioneel
kunnen zijn (zie afbeelding 2) als
verlengbaar (zie afbeelding 3).
A
afbeelding 2
A
C
A
A
A
afbeelding 3
B
C
B
A
Aanzetten kookplaat glaskeramiek
Traditioneel kookgedeelte
De traditionele straalelementen (A) zijn gemaakt van
cirkelvormige verwarmingselementen die pas zon
tiental seconden na ontsteking rood worden.
Ieder kookgedeelte heeft zijn eigen bedieningsknop
waarmee u 9 verschillende temperaturen kunt kiezen,
met een minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde
van 9.
Aangeraden stroomsterktes voor verschillend gebruik:
Stroomsterkte Straalelement
0Uit
1Boter of chocolade smelten
2 en 3Vloeistoffen o
4Crèmes of sausen bereiden
5Vlees stoven
6Pasta of ri
7 en 8Vlees, vis, eieren o
9Bakken
)
Beide kook
warmen
st koken
hoog vuur koken
edeeltes aanzetten
Praktische tips voor het gebruik van de
glaskeramische kookplaat
De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat
vetvlekjes achter op het glas. Voordat u de kookplaat
gebruikt, raden wij u aan de vlekken te verwijderen met
een niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de
eerste uren van gebruik is het mogelijk dat u een
rubbergeur ruikt, die echter snel wegtrekt.
Teneinde optimale resultaten te bereiken van de
kookplaat:
gebruik pannen met een platte bodem die perfect
aansluiten op het verwarmgedeelte;
Verlengbaar kookgedeelte
De verlengbare straalelementen (B) herkent u aan het
dubbele verwarmingsgedeelte. U kunt alleen het
binnenste gedeelte aansteken of beide gedeelten.
Door middel van de bedieningsknop kunt u kiezen
tussen twee stroomsterktes; deze gaan beide van een
minimumwaarde van 1 tot een maximumwaarde van 9:
door de knop met de klok mee te draaien van 1 naar 9
stelt u een lagere stroomsterkte in.
door de knop te draaien tot aan het einde
))
(
)), te
))
herkennen aan een lichte klik, stelt u de maximum
stroomsterkte in, die geregeld kan worden tussen 9
en 1 door de knop tegen de klok in te draaien. Om de
minimum stroomsterkte weer in te stellen, moet u de
knop weer op stand 0 terugbrengen.
In het geval van dubbele kookgedeeltes, zal het eerste
deel van de draaiing het kleinere (binnenste)
kookgedeelte activeren. Om zowel het binnenste als het
buitenste gedeelte te activeren moet u de knop tot aan
het einde doordraaien (
))
)) en een stroomsterkte kiezen
))
tussen 9 en 1.
Controlelampjes resterende warmte (slechts op
enkele modellen aanwezig)
De warmtecontrolelampjes (C) geven aan dat het
betreffende kookgedeelte warmer is dan 60°C, ook
nadat het verwarmingselement is uitgeschakeld.
gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken teneinde alle
beschikbare hitte te benutten;
houdt de bodem van de pannen altijd schoon en
droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit
verlengt de levensduur van zowel de pannen als het
kookgedeelte.
vermijdt dezelfde pannen te gebruiken die u ook op
een gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van
gasbranders kan de bodem van pannen vervormen,
waardoor ze niet goed meer aansluiten;
laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een
pan erop. De verhitting, die snel het maximum niveau
bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen
beschadigen.
10
Voorzorgsmaatregelen
en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg
gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als
het onweert.
Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant
van de oven als u het apparaat moet verplaatsen.
Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen
of voeten aan.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en
alleen volgens de instructies die beschreven staan
in deze handleiding.
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak ze niet aan en houdt
kinderen op afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Pak het handvat van de ovendeur alleen in het
midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen zijn.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven
te zetten en eruit te halen.
Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven.
Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de
oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit
materiaal vlam kunnen vatten.
Controleer altijd dat de knoppen in de positie l/
¡ staan als de oven niet gebruikt wordt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische Dienst
(zie Service).
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
De glaskeramische kookplaat is bestand tegen
mechanische stoten. Hij kan echter worden
beschadigd (of barsten) als hij wordt geraakt door
een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap.
Als dit gebeurt, moet u onmiddellijk het apparaat
afsluiten van de elektrische stroom en contact
opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is
moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen
dat u een elektrische schok krijgt.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat
het wordt uitgeschakeld.
Houdt voorwerpen die kunnen smelten op afstand
van de kookplaat, zoals b.v. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen of folie: als u ze op het nog
warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u een zware
schade aanrichten.
Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels,
deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet
kunnen worden.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen, zodat het
verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur
(WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische
apparaten niet mogen vernietigd via de normale
ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten
apart worden ingezameld om zo het hergebruik van
de gebruikte materialen te optimaliseren en de
negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te
reduceren. Het symbool op het product van de
afvalcontainer met een kruis erdoor herinnert u aan
uw verplichting, dat wanneer u het apparaat
vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de
locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze
van vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubesef
Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur
tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw
elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het
spitsuur. De optie waarmee u programmas
voorprogrammeert, in het bijzonder de uitgestelde
kooktijd (zie Programmas) en de verlate
automatische reiniging (zie Onderhoud enverzorging), kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN
altijd de ovendeur dicht: dit om betere resultaten te
bereiken en voor een grotere energiebesparing
(circa 10%).
Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
NL
11
Onderhoud en verzorging
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het
reinigen dient u alles goed af te spoelen en te
drogen. Gebruik geen schuurmiddelen of
bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
3. pak de deur aan de
zijkanten beet en sluit hem
langzaam, maar niet helemaal.
Druk op de klemmen
dan de deur naar u toe en haal
F
hem uit zijn voegen (zie
afbeelding).
Zet de deur weer op zijn plaats door deze
handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Het controleren van de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen
beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Technische Dienst te wenden (zie Service). Gebruik
de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
FF
F, trek
FF
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de deur met een spons en niet
schurende producten. Droog met een zachte doek.
Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe
schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen
krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen
barsten. U kunt voor een grondige reiniging
de ovendeur verwijderen:
1. open de deur volledig (zieafbeelding).
2. til de hendeltjes op die
zich aan de twee scharnieren
F
bevinden en draai ze (zie
afbeelding);
1. Schroef het glazen lampenkapje los.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: sterkte 25W, fitting E 14.
3. Plaats het deksel er weer op (zie afb.).
12
Servicedienst
Belangrijk:
Het apparaat is voorzien van een diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het
display aflezen met berichten zoals: F gevolgd door nummers.
In dit geval moet u de technische dienst inschakelen.
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze laatste informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat
NL
13
Bedienungsanleitung
BACKOFEN
DE
NL
Nederlands, 1
DE
Deutsch, 14
RS
Русский, 40
H 89 V.1/HA
H 89 V.1 IX/HA
GR
ЕллзнйкЬ, 27
Inhaltsverzeichnis
Installation, 15-17
Aufstellung
Elektroanschluss
Technische Daten
Beschreibung des Gerätes, 18
Geräteansicht
Bedienfeld
Display
Inbetriebsetzung und Gebrauch, 19
Einstellung der Uhr
Einstellung des Kurzzeitweckers
Inbetriebsetzung des Backofens
Kochfeldart
Einschalten des Glaskeramik-Kochfeldes
Praktische Hinweise zum Gebrauch des
Glaskeramik-Kochfeldes
Vorsichtsmaßregeln und Hinweise, 24
Allgemeine Sicherheit
Entsorgung
Energie sparen und Umwelt schonen
Reinigung und Pflege, 25
Abschalten des Gerätes vom Stromnetz
Reinigung des Gerätes
Reinigung der Backofentür
Lampenaustausch
Kundendienst, 26
Installation
560 mm.
45 mm.
!!
! Bewahren Sie diese Bedienungsanleitung bitte
!!
sorgfältig auf, damit Sie sie jederzeit zu Rate ziehen
können. Sorgen Sie dafür, dass sie im Falle eines
Verkaufs, eines Umzugs oder einer Übergabe an
einen anderen Benutzer das Gerät stets begleitet,
damit auch der Nachbesitzer die Möglichkeit hat,
darin nachschlagen zu können.
! Lesen Sie bitte die nachfolgenden Hinweise aufmerksam
durch: sie liefern wichtige Informationen hinsichtlich der
Installation, des Gebrauchs und der Sicherheit.
Aufstellung
!!
! Verpackungsmaterial ist kein Spielzeug für Kinder.
!!
Es ist entsprechend den Vorschriften zur getrennten
Müllsammlung zu entsorgen (sieheVorsichtsmaßregeln und Hinweise).
!!
! Die Installation ist gemäß den vorliegenden
!!
Anweisungen und von Fachpersonal durchzuführen.
Jede unsachgemäße Installation kann Menschen
und Tiere gefährden oder Sachschaden verursachen.
Einbau
Belüftung
DE
Um eine einwandfreie Belüftung zu gewährleisten, muss
die Rückwand des Schrankumbaus abgenommen
werden. Der Backofen sollte möglichst so installiert
werden, dass er auf zwei Holzleisten oder aber auf einer
durchgehenden Fläche aufliegt, die über einen Ausschnitt
von mindestens 45 x 560 mm verfügt (siehe Abbildungen).
Zentrierung und Befestigung
Bringen Sie die 4 seitlich am Backofen befindlichen
Klampen mit den 4 Löchern des Rahmens in
Übereinstimmung. Achten Sie dabei darauf, dass
bei einer Stärke der Umbauschrankwand von:
Um eine einwandfreie Betriebsweise des Gerätes zu
gewährleisten, muss der Umbauschrank folgende
Eigenschaften aufweisen:
Die an den Backofen angrenzenden Schrankwände
müssen aus hitzebeständigem Material gefertigt sein.
Bei Möbeln aus Furnierholz muss der verwendete
Leim einer Temperatur von 100°C standhalten.
Für den Einbau des Backofens in einen
Unterschrank (siehe Abbildung) oder einen
Hochschrank muss das entsprechende Möbel
über folgende Abmessungen verfügen:
555
580
560
min
+4 -0
min
45
+4 -0
480
23
572
558
543545
500
39
15
595
595
!!
! Nach dem Einbau des Gerätes muss eine
!!
Berührung mit den Elektroteilen ausgeschlossen
sein. Die auf dem Typenschild enthaltenen
Verbrauchsangaben wurden bei dieser Art der
Installation ermittelt.
min
575-585
20 mm - der bewegliche Teil
der Klampe abgenommen
wird (siehe Abbildung);
18 mm - die erste, werkseitig
bereits angebrachte Rille
genutzt wird (sieheAbbildung);
16 mm - die zweite Rille
genutzt wird (sieheAbbildung).
Befestigung des Gerätes am Möbel: Öffnen Sie die
Backofentür und schrauben Sie die 4 Holzschrauben
in die 4 im Backofenrahmen vorgesehenen Löcher
ein.
!!
! Alle zum Schutz dienenden Teile müssen so
!!
befestigt werden, dass ein Entfernen derselben ohne
Zuhilfenahme eines Werkzeugs nicht möglich ist.
15
DE
NL3L1L2
1
3
2
4
5
NL2L3
L1
P
NL
1
3
2
4
5
Elektroanschluss
Der Anschluss an das Stromnetz ist am Herd
vorzunehmen, der werkseitig für den Betrieb mit
Wechselstrom zu der auf dem Typenschild (siehenachfolgende Seite) angegebenen Spannung und
Frequenz ausgelegt ist.
Das Kochfeld wird mittels eines geeigneten Verbinders
an den Herd angeschlossen.
Das Klemmengehäuse ist werkseitig für den
Anschluss an ein 400 V/3-Phasen-Netz voreingestellt
(siehe untenstehende Abbildung).
400V 3N~H05RR-F
5x2.5 CEI-UNEL 35363
Bringen Sie den metallenen Schutz nach Anschluss
des Kochfeldes wieder an. Im Falle eines Ausbaus
des Kochfeldes muss der rote Originalstöpsel wieder
auf den roten Verbinder aufgesetzt werden.
Anschluss des Netzkabels
Sollte die Hausanlage andere Eigenschaften
aufweisen (siehe untenstehende Abbildung), sind
beim Elektroanschluss die im Gehäuse P
untergebrachten Brücken zu verwenden.
230V 1N~H07RN-F 3x4
CEI-UNEL 35364
1. Öffnen Sie das
Klemmengehäuse,
indem Sie unter
Zuhilfenahme eines
Schraubenziehers die
seitlichen Zungen des
Klemmengehäusedeckels
anheben. Ziehen Sie den
Deckel ab (sieheAbbildung).
2. Schrauben Sie die
Schraube der
Kabelklemme aus und
drücken Sie sie durch
Einwirken auf den
Schraubenzieher heraus.
3. Schrauben Sie die
NL2L1
5
3
4
2
400V 2N~H05RR-F
4x2.5 CEI-UNEL 35363
1
Schrauben der Kontakte
L-N-
aus und
befestigen Sie die
Drähte dann unter
Beachtung der
entsprechenden Farben
unter den
Schraubenköpfen: Blau
3. Befestigen Sie das Zuleitungskabel in der
entsprechenden Kabelklemme.
4. Schließen Sie den Deckel des Klemmengehäuses.
(N), Braun (L), Gelb/
Grün (
).
16
Loading...
+ 36 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.