Gebruiksaanwijzing
OVEN
NL
Nederlands, 1
Deutsch, 11
PL AR
Polski, 31
FZ 61.1
FZ 61.1 IX
FZ 612.2
FZ 612.1 IX
FZ 62 C.1
FZ 62 C.1 IX
FZ 65.1
FZ 65.1 IX
FZ 65 C.1
FZ 65 C.1 IX
F 60.1
F 60.1 IX
FQ 61.1
DE
TR
Türkçe, 21
Samenvatting
NL
Het installeren, 2-3
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Typeplaatje
Beschrijving van het apparaat, 4
Algemeen aanzicht
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 5
De oven starten
De timer gebruiken
Analoog programmeren, 6
De tijd instellen
De oven starten
De kooktijd programmeren
Programmas, 7-8
Kookprogrammas
Praktische kooktips
Kooktabel
Voorzorgsmaatregelen en advies, 9
Algemene veiligheidsmaatregelen
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubesef
Service
Onderhoud en verzorging, 10
De elektrische stroom afsluiten
Schoonmaken van de oven
De ovendeur reinigen
Vervangen van het lampje
Montage van de Kit Glijders
FQ 61.1 IX
Het installeren
NL
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft,
verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij
de oven te bewaren zodat alle nodige informatie
voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik
en veiligheid.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor
kinderen en dient daarom te worden weggegooid
volgens de geldende normen ( zie
Voorzorgsmaatregelen en advies ).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is het
noodzakelijk de achterkant van het meubel te
verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op
twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een
enkele plank die een opening heeft van tenminste 45
x 560 mm (zie afbeeldingen ).
45 mm.
560 mm.
Centreren en bevestigen
Regel de 4 klemmetjes aan de zijkant van de oven in
overeenkomst met de 4 gaten in de lijst. De stand
hangt af van de dikte van de zijkant van het meubel:
als de dikte 20 mm is: verwijder
het bewegende gedeelte van
het klemmetje ( zie afb. );
in het bijzonder moet, in geval van meubels met
fineer, de lijm bestand zijn tegen temperaturen van
100°C;
voor het inbouwen van de oven, zowelonder het
aanrecht ( zie figuur ) alsin stapelbouw , dient het
keukenmeubel de volgende afmetingen te hebben:
567 mm.
45 mm.
558 mm.
593 mm.
23 mm.
595 mm.
5 mm.
595 mm.
545 mm.
24 mm.
! Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen
contact meer mogelijk zijn met de elektrische
onderdelen.
Het energieverbruik dat staat aangegeven op het
typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
als de dikte 18 mm is: gebruik
de eerste gleuf; zoals door de
fabrikant is voorzien ( zie afb. );
als de dikte 16 mm is: gebruik
de tweede gleuf ( zie afb. ).
Om het apparaat aan het keukenkastje te bevestigen:
open de ovendeur en schroef de 4 houtschroeven in
de 4 gaten in de zijrand.
! Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden
verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
2
Elektrische aansluiting
! De ovens met driepolige voedingskabel functioneren
met de wisselstroom, de spanning en de frequentie
die aangegeven staan op het typeplaatje ( zie onder ).
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het
klemmenbord op met
een schroevendraaier:
trek het deksel van het
klemmenbord open.
(zie afbeelding).
2. De voedingskabel in
werking stellen: maak
de schroef van de
kabelklem en de drie
schroeven van de
contacten L-N-
en bevestig de draden
onder de schroeven met
inachtneming van de
kleuren: Blauw (N) Bruin
NL
(L) Geel-Groen
afb. ).
3. Maak de kabel vast
aan de daarvoor bestemde kabelklem.
4. Maak het deksel van het klemmenbord dicht.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
los,
( zie
het stopcontact geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te verdragen, zoals aangegeven
op het typeplaatje ( zie onder );
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje ( zie onder );
het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten het
snoer en het stopcontact makkelijk te bereiken zijn.
! De kabel mag niet worden gebogen of
samengedrukt.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd
en mag alleen door erkende monteurs worden
vervangen ( zie Service ).
! De fabrikant kan niet verantwoordelijkheid w or den
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
Inhoud
Afmetingen model
met uitneembare
gleuven
Inhoud model met
uitneembare
gleuven
Elektrische
aansluitingen
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 41,5 cm
liter 58
breedte 37,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 41,5 cm
liter 50
spanning 230-240V ~ 50/60 Hz of
50Hz (zie typeplaatje)
maximum vermogen 2800W
NL
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje ( zie hiernaast ).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet men tussen het apparaat en het net
een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende normen (de aarding mag niet
worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig geplaatst worden dat hij
nergens een temperatuur bereikt die 50°C hoger is
dan de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor de correcte
elektrische verbinding en het in acht nemen van de
geldende veiligheidsnormen.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
ENERGY LABEL
Richtlij n 2002/40/ E G o p etiket van
elektrische ovens.
Norm EN 50304
Energieverbruik convectie
Natuurlijk - verwarmin
Traditioneel;
Energieverbruikverklaring Klasse
convectie Hetelucht verwarmingsfunctie: Gebak
Dit apparaat voldoet aan de
volgende EU Richtlijnen:
73/23/EEG van 19/02/73
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen - 89/336/EEG van
03/05/8 9 (Elektromagnetische
Compatibiliteit) en daaropvolgende
wijzigingen - 93/68/EEG van
22/07/93 en daaropvolgende
wijzigingen.
2002/96/EC
sfunctie:
3
Beschrijving van het apparaat
NL
Algemeen aanzicht
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
Bedieningspaneel
Knop
PROGRAMMAS
Knop
TIMER
GLEUVEN om
roosters in te
schuiven
positie 5
positie 4
positie 3
positie 2
positie 1
Knop
*
THERMOSTAAT
Controlelampje
THERMOSTAAT
Knop
PROGRAMMAS
Controlelampje
THERMOSTAAT
Knop
PROGRAMMAS
Knop
TIMER EINDE KOOKTIJD*
12
9
3
6
Knop
THERMOSTAAT
Knop
THERMOSTAAT
Controlelampje
THERMOSTAAT
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
4
Knop ANALOOG
PROGRAMMEREN
*
Starten en gebruik
! Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u
de oven hebt uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht
u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het
verdampen van de middelen die worden gebruikt om
de oven te beschermen.
De oven starten
1. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt
u het gewenste kookprogramma kiezen.
2. Kies de temperatuur door aan de knop
THERMOSTAAT te draaien. Een lijst met kooktijden en
aanbevolen kooktemperaturen kunt u terugvinden in
de Kooktabel (zie Programmas).
3. Als het controlelampje THERMOSTAAT aan is,
bevindt de oven zich in de verwarmingsfase en is
bezig de ingestelde temperatuur te bereiken.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
knop PROGRAMMAS;
- de temperatuur veranderen met behulp van de knop
THERMOSTAAT;
- het koken onderbreken door de knop
PROGRAMMAS weer op stand 0 te zetten.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Teneinde de hitte aan de buitenkant van de oven te
beperken, zijn enkele modellen voorzien van een
ventilator. Hierdoor ontstaat een luchtstroom die
tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt.
! Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator
draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Deze gaat werken door de knop PROGRAMMAS op
te draaien. Ze blijft aan wanneer u een
kookprogramma selecteert.
Gebruik van de timer
1. U dient in eerste instantie het geluidssignaal op te
laden door de knop TIMER bijna 360° met de klok
mee te draaien.
2. Draai de knop weer tegen de klok in en stel de
gekozen tijd in. Zorg ervoor dat de minuten die zijn
aangegeven op de knop TIMER overeenkomen met
de vaste aanwijzer op het bedieningspaneel.
3. De timer is een kookwekker: als de tijd verstreken
is, hoort u een geluidssignaal.
! De timer heeft niets te maken met het functioneren
van de oven.
*
Gebruik de timer Einde Kooktijd*
1. U moet allereerst het geluidssignaal opwinden door
de knop TIMER EINDE KOOKTIJD bijna helemaal met
de klok mee te draaien.
2. Draai de knop weer tegen de klok in en stel de
gekozen tijd in. Zorg ervoor dat de minuten die zijn
aangegeven op de knop TIMER EINDE KOOKTIJD
samenvallen met de vaste aanwijzer op het
bedieningspaneel.
3. Als de tijd verstreken is hoort u een geluidssignaal
en gaat de oven uit.
4. Als de oven uit is kan de timer als gewone
kookwekker worden gebruikt.
! Als u de oven handmatig wilt gebruiken, en dus de
timer voor het einde van de kooktijd wilt uitschakelen,
moet de knop TIMER EINDE KOOKTIJD tot aan het
symbool 9 worden gedraaid.
NL
Slechts op enkele modellen aanwezig.
*
5
Analoog programmeren
NL
12
9
3
6
De tijd instellen
Druk en draai de PROGRAMMEERKNOP tegen de
klok in totdat de huidige tijd is ingesteld.
! Het instellen van de tijd is alleen mogelijk als de
oven is verbonden aan het elektrische net. Als de
stroom uitvalt stopt de PROGRAMMERING:als de
stroom terugkeert dient u de tijd opnieuw in te stellen.
De oven starten
1. Draai de PROGRAMMEERKNOP tegen de klok in
totdat in het venster het symbool 9 verschijnt.
2. Trek aan de PROGRAMMEERKNOP en draai hem
tegen de klok in totdat het bewegende wijzertje op de
huidige tijd komt te staan. Bij einde handeling hoort u
een klik.
3. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt
u het gewenste kookprogramma kiezen.
4. Om de oven uit te zetten draait u de knop
PROGRAMMAS op stand 0.
De kooktijd programmeren
Programmering onmiddellijke start kooktijd
1.Draai de PROGRAMMEERKNOP tegen de klok in
totdat de gewenste kooktijd in het afleesvenstertje
verschijnt.
2. Trek aan de PROGRAMMEERKNOP en draai hem
tegen de klok in totdat het bewegende wijzertje op de
huidige tijd komt te staan. Bij einde handeling hoort u
een klik.
3. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt
u het gewenste kookprogramma kiezen. De oven gaat
direct aan en zal tijdens de ingestelde kooktijd in
werking blijven.
4. Als de tijd verstreken is hoort u een geluidssignaal
en gaat de oven uit.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15 uur.
Een uitgestelde kooktijd programmeren
1.Draai de PROGRAMMEERKNOP tegen de klok in
totdat de gewenste kooktijd in het afleesvenstertje
verschijnt.
2. Trek aan de PROGRAMMEERKNOP en draai hem
tegen de klok in totdat het bewegende wijzertje op de
gekozen begintijd komt te staan.
3. Door aan de knop PROGRAMMAS te draaien kunt
u het gewenste kookprogramma kiezen. De oven zal
op de ingestelde begintijd aangaan en in werking
blijven gedurende de gekozen kooktijd.
4. Als de tijd verstreken is hoort u een geluidssignaal
en gaat de oven uit.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van
1 uur en 15 minuten en de begintijd om 11:00 uur.
Het programma zal automatisch om 11:00
beginnen en tot 12:15 duren.
! Voor het annuleren van een programmering draait u
de PROGRAMMEERKNOP tegen de klok in totdat het
symbool 9 op het afleesvenstertje verschijnt.
6
Programmas
Kookprogrammas
! U kunt voor alle programmas een temperatuur
instellen
tussen de 60°C en MAX, behalve voor:
BARBECUE (hierbij is het aanbevolen alleen MAX
te gebruiken);
GRATINEREN (hierbij is het aanbevolen niet meer
dan 200°C in te stellen).
Programma TRADITIONELE OVEN
De onderste en bovenste verwarmingselementen
gaan aan. Met deze traditionele kookwijze is het beter
een enkel rooster te gebruiken: met meerdere roosters
riskeert u een slechte temperatuursverspreiding.
Programma MULTIOVEN
Alle verwarmingselementen gaan aan (onder, boven
en cirkelvormig) en de ventilator gaat draaien.
Aangezien de warmte in de hele oven constant is,
zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze
gekookt en gebakken worden. Hierbij is het mogelijk
maximaal twee roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
draaien. Met deze combinatie wordt de oven snel
warm dankzij het aanzienlijke vermogen dat vooral
van onderaf komt. Indien u meerdere roosters gebruikt
moet u de gerechten halverwege de kooktijd
omwisselen.
Programma GEBAK OVEN
Het achterste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator gaat werken zodat een gelijkmatige, zachte
warmte wordt gecreëerd. Deze functie is aanbevolen
voor het bakken van kwetsbare gerechten (vooral
taarten die moeten rijzen) en kleine gerechten die u
op 3 hoogtes tegelijkertijd wilt koken.
Praktische kooktips
! Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: de hete lucht zou hier fijne
gerechten kunnen verbranden.
! Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN raden
wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om
eventueel vet of jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten
die meer warmte nodig hebben op stand 2.
NL
Het bovenste verwarmingselement gaat aan.
Het koken onder de grill is vooral aan te raden voor
gerechten die een hoge en directe temperatuur aan
de buitenkant nodig hebben. Kook met de ovendeur
dicht.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en de
ventilator gaat draaien. Hiermee wordt de
rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd
met de circulatie van de lucht in de oven. Eventueel
verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de
warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant.
Kook met de ovendeur dicht.
Programma PIZZA OVEN
De onderste en de cirkelvormige
verwarmingselementen gaan aan en de ventilator gaat
Plaats de lekplaat op de onderste stand en de grill
op de hoogste.
BARBECUE
Plaats de grill op stand 3 of 4, plaats de gerechten
op het midden van de grill.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA OVEN
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de bakplaat duurt het langer en
krijgt u waarschijnlijk geen krokante pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
7
NL
Kooktabel
Programma's Gerechten
Eend
Traditionele
oven
Multikoken
Barbecue
Gratineren
Pizza oven
Oven
Gebak
Braadstuk
Varkensrollade
Koekjes (kruimeldeeg)
Taarten
Pizza (op 2 roosters)
Lasagne
Lamsvlees
Kip + gebakken aardappels
Makreel
Plum-cake
Soesjes (op 2 roosters)
Koekjes (op 2 roosters)
Cake (op 1 rooster)
Cake (op 2 roosters)
Quiche
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Kabeljauwfilet
Gegrilde groenten
Kalfsbiefstuk
Koteletten
Hamburgers
Makreel
Toast
Gegrilde kip
Inktvis
Pizza
Braadstuk
Kip
Taarten
Vruchtentaart
Plum-cake
Cake
Gevulde flensjes (op 2 roosters)
Kleine cakejes (op 2 roosters)
Kaaskoekjes (op 2 roosters)
Soesjes (op 3 roosters)
Koekjes (op 3 roosters)
Schuimgebak (op 3 roosters)
Gewicht
(kg)
1
1
1
1
1
1
1
1+1
1
1
0.5
0.5
0.5
1
1.5
1
1
1
1
1
1
1
1
no. 4
1.5
1.5
0.5
1
1
0.5
1
0.7
0.5
1.2
0.6
0.4
0.7
0.7
0.5
Roosterstanden
3
3
3
3
3
2 en 4
3
2
2 en 4
2
2
2 en 4
2 en 4
2
2 en 4
3
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
4
2
2
3
2
2 of 3
3
2 of 3
3
3
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
1 en 3 en 5
Voorverwarmin
g (minuten)
15
15
15
15
15
15
10
10
15
10
10
10
10
10
10
15
5
5
5
5
5
5
5
5
5
10
10
15
10
10
15
15
15
15
15
15
15
15
15
15
Aangeraden
temperatuur
200
200
200
180
180
230
180
180
200
180
170
190
180
170
170
200
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
MAX.
200
200
220
220
180
180
180
180
160
200
190
210
180
180
90
Kooktijd
(minuten)
65-75
70-75
70-80
15-20
30-35
15-20
30-35
40-45
60-70
30-35
40-50
20-25
10-15
15-20
20-25
25-30
8-10
6-8
10
10-15
15-20
15-20
7-10
15-20
2-3
55-60
30-35
15-20
25-30
60-70
20-30
40-45
40-50
25-30
30-35
20-25
15-20
20-25
20-25
180
8
Voorzorgsmaatregelen en
advies
! Dit apparaat voldoet aan de geldende internationale
veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven
voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te
nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als
het in aanraking komt met regen of als het onweert.
Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant van de
oven als u het apparaat moet verplaatsen.
Raak de oven niet blootsvoets of met natte handen of
voeten aan.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend worden gebruikt door volwassenen en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding.
Gedurende het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur heet. Raak er niet aan en houd de kinderen
op een afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie
Service ).
Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur.
Afvalverwijdering
Verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan
de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal
hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2002/96/EC over Vernietiging van
Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist
dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet
mogen vernietigd via de normale ongesorteerde
afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden
ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte
materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op
de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool
op het product van de afvalcontainer met een kruis
erdoor herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u
het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de locale
autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van
vernietiging van hun oude apparaat.
Energiebesparing en milieubesef
NL
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Pak het handvat van de ovendeur alleen in het midden
vast: aan de zijkanten zou het heet kunnen zijn.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te
zetten en eruit te halen.
Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de oven.
Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als de oven
plotseling aan zou worden gezet, zou dit vlam kunnen
vatten.
Controleer altijd dat de knoppen in de positie l /
staan als de oven niet gebruikt wordt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken.
¡
Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot
aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat uw
elektriciteitscentrale minder wordt belast tijdens het
spitsuur.
Houdt bij de functie BARBECUE en GRATINEREN altijd
de ovendeur dicht: dit zowel om betere kookresultaten te
bereiken als voor een verhoogde energiebesparing
(circa 10%).
Houdt de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
Service
Dit dient u door te geven:
het model oven (Mod.)
het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het
apparaat en/of op de verpakking.
9
Onderhoud en verzorging
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Schoonmaken van de oven
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een
spons en een sopje worden afgenomen. Als de
vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het reinigen
dient u alles goed af te spoelen en te drogen. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste direct
na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is.
Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel,
spoel vervolgens af en droog met een zachte doek.
Gebruik geen schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de ovendeur met producten en
sponzen die niet schuren, en droog het af met een
zachte doek. U kunt voor een grondige reiniging de
ovendeur verwijderen:
1. open de deur volledig (zie afbeelding).
2. til de hendeltjes op die zich aan de scharnieren
bevinden en draai ze (zie afb.);
F
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
1. Schroef het glazen lampenkapje los.
2. Schroef het
lampje los en
vervang het met
eenzelfde soort
lampje: sterkte
25W, fitting E 14.
3. Plaats het
deksel er weer op
(zie afb.).
Montage van de Kit Glijders
Zo monteert u de glijders:
1. Schroef de twee
schroeven A los (zie
afbeelding ). Als de oven
A
A
2. Vervang de schroeven A met de schroeven en
afstandsleiders (B+C) die zich in de kit bevinden.
B
C
voorzien is van
zelfreinigende panelen
zullen deze tijdelijk van
hun plaats zijn.
3. pak de deur aan de
zijkanten beet en sluit hem
langzaam, maar niet helemaal.
Druk op de klemmen F , trek
dan de deur naar u toe en haal
F
hem uit zijn voegen ( zie
afbeelding).
Zet de deur weer op zijn plaats
door deze handelingen in
omgekeerde volgorde uit te voeren.
Controleer de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichting
rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen
beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Technische Dienst te wenden (zie Service). Gebruik
de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
10
3. Schroef de nieuwe schroeven B en desbetreffende
afstandsleiders C weer vast en zet de zelfreinigende
panelen weer op hun plaats.
4. Zet de twee
verbindingen D van de
glijder vast in de
speciale gaten aan de
zijkant van de oven (zie
afbeelding ). De gaten
D
5. Zet de glijder vast op de afstandsleider C.
voor de linkerglijder
bevinden zich aan de
bovenkant, de gaten
voor de rechterglijder
aan de onderkant.
Bedienungsanleitung
BACKOFEN
NL
Nederlands, 1
Deutsch, 11
PL AR
Polski, 31
FZ 61.1
FZ 61.1 IX
FZ 612.2
FZ 612.1 IX
FZ 62 C.1
FZ 62 C.1 IX
FZ 65.1
FZ 65.1 IX
FZ 65 C.1
FZ 65 C.1 IX
F 60.1
F 60.1 IX
FQ 61.1
DE
TR
Türkçe, 21
Inhaltsverzeichnis
DE
Installation, 12-13
Aufstellung
Elektroanschluss
Typenschild
Beschreibung des Gerätes, 14
Geräteansicht
Bedienfeld
Inbetriebsetzung und Gebrauch, 15
Inbetriebsetzung des Backofens
Bedienung des Kurzzeitweckers
Analogprogrammierer, 16
Einstellen der Uhrzeit
Inbetriebsetzung des Backofens
Programmierung des Garvorgangs
Programme, 17-18
Garprogramme
Praktische Back-/Brathinweise
Back-/Brattabelle
Vorsichtsmaßregeln und Hinweise, 19
Allgemeine Sicherheit
Entsorgung
Energie sparen und Umwelt schonen
Kundendienst
Reinigung und Pflege, 20
Abschalten Ihres Gerätes vom Stromnetz
Reinigung des Gerätes
Reinigung der Tür
Lampenaustausch
Montage des Gleitschienen-Bausatzes
FQ 61.1 IX
Installation
DE
! Bewahren Sie diese Bedienungsanleitung sorgfältig auf,
damit Sie sie jederzeit zu Rate ziehen können. Sorgen Sie
dafür, dass sie im Falle eines Verkaufs, eines Umzugs
oder einer Übergabe an einen anderen Benutzer das
Gerät stets begleitet, damit auch der Nachbesitzer die
Möglichkeit hat, darin nachschlagen zu können.
! Lesen Sie bitte folgende Hinweise aufmerksam durch,
sie liefern wichtige Informationen hinsichtlich der
Installation, dem Gebrauch und der Sicherheit.
Aufstellung
! Verpackungsmaterial ist kein Spielzeug für Kinder. Es
ist entsprechend den Vorschriften bezüglich der
getrennten Müllsammlung zu entsorgen (siehe
Vorsichtsmaßregeln und Hinweise ).
! Die Installation ist gemäß den vorliegenden
Anweisungen und von Fachpersonal durchzuführen.
Jede unsachgemäße Installation kann Menschen und
Tiere gefährden oder Sachschaden verursachen.
Einbau
Um eine einwandfreie Betriebsweise des Gerätes zu
gewährleisten, muss der Umbauschrank folgende
Eigenschaften aufweisen:
Die an den Backofen angrenzenden Schrankwände
müssen aus hitzebeständigem Material gefertigt sein.
Belüftung
Um eine einwandfreie Belüftung zu gewährleisten, muss
die Rückwand des Schrankumbaus abgenommen werden.
Der Backofen sollte möglichst so installiert werden, dass er
auf zwei Holzleisten oder aber auf einer durchgehenden
Fläche aufliegt, die über einen Ausschnitt von mindestens
45 x 560 mm verfügt (siehe Abbildungen).
45 mm.
560 mm.
Zentrierung und Befestigung
Bringen Sie die 4 seitlich am Backofen befindlichen
Klampen mit den 4 Löchern des Rahmens in
Übereinstimmung. Achten Sie dabei darauf, dass bei
einer Stärke der Umbauschrankwand von:
20 mm: der bewegliche Teil der
Klampe abgenommen wird
(siehe Abbildung);
Bei Möbeln aus Furnierholz muss der verwendete
Leim einer Temperatur von 100°C standhalten.
Für den Einbau des Backofens in einen Unterschrank
(siehe Abbildung ) oder in einen Hochschrank , muss
das entsprechende Möbel über folgende
Abmessungen verfügen:
567 mm.
45 mm.
558 mm.
593 mm.
23 mm.
595 mm.
5 mm.
595 mm.
545 mm.
24 mm.
! Nach dem Einbau des Gerätes muss eine Berührung
mit den Elektroteilen ausgeschlossen sein.
Die auf dem Typenschild enthaltenen Verbrauchsangaben
wurden bei dieser Art der Installation ermittelt.
18 mm: die erste, werkseitig
bereits angebrachte Rille
genutzt wird (siehe Abbildung);
16 mm: die zweite Rille genutzt
wird (siehe Abbildung).
Zur Befestigung des Gerätes am Möbel: Öffnen Sie die
Backofentür und schrauben Sie die 4 Holzschrauben in
die 4 im Backofenrahmen vorgesehenen Löcher ein.
! Alle zum Schutz dienenden Teile müssen so befestigt
werden, dass ein Entfernen derselben ohne ein
Werkzeug zu Hilfe nehmen zu müssen, nicht möglich ist.
12
Elektroanschluss
! Die mit einem Dreileiterkabel ausgerüsteten Backöfen
sind für den Betrieb mit Wechselstrom bei der auf dem
Typenschild angegebenen Spannung und Frequenz
ausgelegt (siehe unten).
Anschluss des Netzkabels
1. Öffnen Sie das
Klemmengehäuse, indem
Sie unter Zuhilfenahme
eines Schraubenziehers
die seitlichen Zungen
des
Klemmengehäusedeckels
anheben. Ziehen Sie den
Deckel ab (siehe
Abbildung ).
2. Installation des
Netzkabels: Schrauben
Sie die Schraube der
Kabelklemme sowie die
drei Schrauben der
Kontakte L-N-
Befestigen Sie die Drähte
dann unter Beachtung
der entsprechenden
NL
Farben unter den
Schraubenköpfen: Blau
(N), Braun (L), Gelb/Grün
(siehe Abbildung).
3. Befestigen Sie das Kabel in der entsprechenden
Kabelklemme.
4. Schließen Sie den Deckel des Klemmengehäuses.
Anschluss des Versorgungskabels an das Stromnetz
Versehen Sie das Kabel mit einem Normstecker für die
auf dem Typenschild angegebene Belastung (siehe
nebenstehende Tabelle ).
Wird das Gerät direkt an das Stromnetz angeschlossen,
ist zwischen Stromnetz und Gerät ein allpoliger, der Last
und den einschlägigen Vorschriften entsprechender
Schalter mit einer Mindestöffnung der Kontakte von 3
mm zwischenzuschalten. (Der Erdleiter darf vom
Schalter nicht unterbrochen werden.) Das
Versorgungskabel muss so verlegt werden, dass es an
keiner Stelle einer Temperatur ausgesetzt wird, die 50°C
über der Raumtemperatur liegt.
! Der Installateur ist für den ordnungsgemäßen
elektrischen Anschluss sowie die Einhaltung der
Sicherheitsvorschriften verantwortlich.
Vor dem Anschluss stellen Sie bitte sicher, dass:
heraus.
die Steckdose geerdet ist und den gesetzlichen
Bestimmungen entspricht;
die Steckdose für die maximale Leistungsbelastung
des Gerätes ausgelegt ist, die auf dem Typenschild
angegeben ist (siehe unten);
die Versorgungsspannung im Bereich der auf dem
Typenschild angegebenen Werte liegt (siehe unten );
die Steckdose mit dem Gerätestecker kompatibel ist.
Sollte dies nicht der Fall sein, wechseln Sie bitte die
Steckdose oder den Stecker aus; verwenden Sie
keine Verlängerungen und Mehrfachsteckdosen.
! Elektrokabel und Steckdose müssen bei installiertem
Gerät leicht zugänglich sein.
! Das Kabel darf nicht gebogen oder eingeklemmt
werden.
! Das Kabel muss regelmäßig kontrolliert werden und
darf nur durch autorisiertes Fachpersonal ausgetauscht
werden (siehe Kundendienst).
! Der Hersteller lehnt jede Verantwortung ab, falls
diese Vorschriften nicht eingehalten werden sollten.
TYPENSCHILD
Abmessungen
Nutzvolumen
Abmessungen der
Modelle mit
ausziehbaren
Gleitführungen
Volumen der
Modelle mit
ausziehbaren
Gleitführungen
Elektrischer
Anschluss
ENERGIE-ETIKETT
Breite 43,5 cm
Höhe 32 cm
Tiefe 41,5 cm
Liter 58
Breite 37,5 cm
Höhe 32 cm
Tiefe 41,5 cm
Liter 50
Spannung 230-240V ~ 50/60 Hz
oder 50Hz (siehe Typenschild)
Maximale Leistungsaufnahme
2800W
Richtlinie 2002/40/EG über die
Etikettierung von Elektrobacköfen.
Norm EN 50304
Energieverbrauch Natürliche
Konvektion – Heizfunktion:
Standard Plus
Deklarierte
Energieverbrauchsklasse
Erzwungene Konvektion Heizfunktion :
Dieses Gerät entspricht den
folgenden EG-Richtlinien:
73/23/EWG vom 19.02.73
(Niederspannung) und
nachfolgenden Änderungen 89/336/EWG vom 03.05.89
(elektromagnetische
Verträglichkeit) und nachfolgenden
Änderungen - 93/68/EWG vom
22.07.93 und nachfolgenden
Änderungen.
2002/96/EC
Gebäck
DE
13
Beschreibung des Gerätes
DE
Geräteansicht
Einschub
BACKOFENROST
Einschub FETTPFANNE
Bedienfeld
Bedienfeld
Drehknopf
PROGRAMME
Drehknopf
KURZZEITWECKER
GLEITFÜHRUNGEN für
die Einschübe
Einschubhöhe 5
Einschubhöhe 4
Einschubhöhe 3
Einschubhöhe 2
Einschubhöhe 1
*
Kontrollleuchte
THERMOSTAT
Drehknopf
PROGRAMME
Kontrollleuchte
THERMOSTAT
Drehknopf
PROGRAMME
Drehknopf
THERMOSTAT
Drehknopf
TIMER ZUR EINSTELLUNG DES GARZEITENDES*
Drehknopf
THERMOSTAT
Drehknopf
THERMOSTAT
12
9
3
6
Kontrollleuchte
THERMOSTAT
* Nur bei einigen Modellen
14
Drehknopf
ANALOGPROGRAMMIERER
*
Inbetriebsetzung und
Gebrauch
! Bei erstmaliger Inbetriebnahme sollte der leere
Backofen für etwa eine Stunde bei Höchsttemperatur
und geschlossener Backofentür in Betrieb genommen
werden. Schalten Sie das Gerät dann aus, öffnen Sie
die Backofentür und lüften Sie die Küche. Der bei
diesem Vorgang entstehende Geruch wird durch das
Verdunsten der zum Schutz des Backofens
aufgetragenen Stoffe verursacht.
Inbetriebsetzung des Backofens
1. Wählen Sie das gewünschte Garprogramm durch
Drehen des Knopfes PROGRAMME aus.
2. Stellen Sie die Temperatur durch Drehen des
Knopfes THERMOSTAT ein. Eine Liste von
Garprogrammen nebst der empfohlenen
Temperaturen kann in der Back-/Brat-Tabelle
eingesehen werden (siehe Programme).
3. Die Kontrollleuchte des THERMOSTATEN bleibt
während der Aufheizphase bis zum Erreichen der
Temperatur eingeschaltet.
4. Während des Garvorgangs sind folgende
Einstellungen jederzeit möglich:
- Änderung des Garprogramms durch Betätigen des
Drehknopfes PROGRAMME;
- Änderung der Temperatur mit Hilfe des Drehknopfes
THERMOSTAT;
- Unterbrechung des Garvorgangs durch Drehen des
Knopfes PROGRAMME auf die Position 0.
! Stellen Sie niemals Kochgeschirr auf den
Backofenboden, da dadurch das Email beschädigt
werden könnte.
! Stellen Sie Ihr Kochgeschirr stets auf den mit dem
Gerät gelieferten Backofenrost.
Kühlluftgebläse
Um die Temperaturen an den äußeren Teilen des
Backofens abzusenken, sind einige Modelle mit einem
Kühlluftgebläse ausgestattet. Dieses erzeugt einen
Luftstrahl, der zwischen Bedienfeld und Backofentür
austritt.
! Nach Abschluss des Garvorgangs bleibt das
Gebläse solange in Betrieb, bis der Backofen
ausreichend abgekühlt ist.
Backofenlicht
Um dieses einzuschalten, drehen Sie den Knopf
PROGRAMME auf
ein Garprogramm eingestellt wird.
Bedienung des Kurzzeitweckers
1. In erster Linie muss das Läutewerk durch eine fast
komplette Umdrehung (nach rechts) des Knopfes
KURZZEITWECKER aufgezogen werden.
2. Um die gewünschte Zeit einzustellen drehen Sie
den Knopf wieder zurück, bis die auf dem Knopf
KURZZEITWECKER angegebenen Minuten mit dem
auf dem Bedienfeld befindlichen Bezugszeichen
übereinstimmen.
3. Der Kurzzeitwecker ist eine Minutenuhr: Nach
Ablauf der Zeit ertönt ein akustisches Signal.
! Der Kurzzeitwecker steuert nicht das Ein- und
Ausschalten des Backofens.
. Es bleibt eingeschaltet, wenn
*
Einsatz des TIMERS ZUR EINSTELLUNG
DES GARZEITENDES*
1. In erster Linie muss das Läutewerk durch eine fast
komplette Umdrehung (nach rechts) des Drehknopfes
TIMER ZUR EINSTELLUNG DES GARZEITENDES
aufgezogen werden.
2. Um die gewünschte Zeit einzustellen drehen Sie
den Knopf wieder zurück, bis die auf dem Drehknopf
TIMER ZUR EINSTELLUNG DES GARZEITENDES
angegebenen Minuten mit dem auf dem Bedienfeld
befindlichen Bezugszeichen übereinstimmen.
3. Nach Ablauf der Zeit ertönt ein akustisches Signal
und der Backofen wird ausgeschaltet.
4. Bei abgeschaltetem Backofen kann der TIMER ZUR
EINSTELLUNG DES GARZEITENDES als normaler
Kurzzeitwecker eingesetzt werden.
! Bei Einsatz des Backofens im Handbetrieb, d.h.
unter Ausschluss des Garzeit-Timers, muss der
Drehknopf TIMER ZUR EINSTELLUNG DES
GARZEITENDES auf das Symbol 9 gedreht werden.
DE
Nur bei einigen Modellen.
*
15
Analogprogrammierer
DE
12
9
3
6
Einstellen der Uhrzeit
Drücken Sie den Knopf PROGRAMMIERER und
drehen Sie ihn gleichzeitig nach links bis auf die
genaue Uhrzeit.
! Die Uhrzeit kann nur dann eingestellt werden, wenn
der Backofen am Stromnetz angeschlossen ist. Bei
Stromausfall bleibt der PROGRAMMIERER stehen.
Nach Rückkehr der Stromzufuhr muss die Uhrzeit
erneut eingestellt werden.
Programmierung des Garvorgangs
Programmierung einer Garzeit mit sofortigem Start
1. Drehen Sie den Drehknopf des
PROGRAMMIERERS nach links, bis in dem kleinen
Fenster die gewünschte Garzeit angezeigt wird.
2. Ziehen Sie den PROGRAMMIERER-Knopf etwas
heraus und drehen Sie ihn gleichzeitig nach links, bis
der bewegliche Zeiger auf der laufenden Uhrzeit
steht, und hörbar einrastet.
3. Wählen Sie das gewünschte Garprogramm mittels
des Drehknopfes PROGRAMME aus. Der Backofen
setzt sich sofort in Betrieb und bleibt für die gesamte
eingestellte Garzeit eingeschaltet.
4. Nach Ablauf der Zeit ertönt ein akustisches Signal
und der Backofen wird ausgeschaltet.
Beispiel: Es ist 9:00 Uhr und es wird eine
Programmdauer von 1 Std. und 15 Min.
programmiert. Das Programm stoppt automatisch
um 10:15 Uhr.
Programmierung einer Garzeit mit verzögertem
Start
Inbetriebsetzung des Backofens
1. Drehen Sie den Knopf PROGRAMMIERER gegen
den Uhrzeigersinn, bis in dem kleinen Fenster das
Symbol 9 erscheint.
2. Ziehen Sie den PROGRAMMIERER-Knopf etwas
heraus und drehen Sie ihn gleichzeitig nach links, bis
der bewegliche Zeiger auf der laufenden Uhrzeit
steht, und hörbar einrastet.
3. Wählen Sie das gewünschte Garprogramm mittels
des Drehknopfes PROGRAMME aus.
4. Durch Drehen des Knopfes PROGRAMME auf
Position 0 schalten Sie den Backofen aus.
1. Drehen Sie den Drehknopf des
PROGRAMMIERERS nach links, bis in dem kleinen
Fenster die gewünschte Garzeit angezeigt wird.
2. Ziehen Sie den PROGRAMMIERER-Knopf etwas
heraus und drehen Sie ihn gleichzeitig nach links, bis
der bewegliche Zeiger mit der für den Start des
Garvorgangs vorgesehenen Uhrzeit übereinstimmt.
3. Wählen Sie das gewünschte Garprogramm mittels
des Drehknopfes PROGRAMME aus. Der Backofen
setzt sich zu der gewünschten Zeit in Betrieb und
bleibt für die gesamte eingestellte Garzeit
eingeschaltet.
4. Nach Ablauf der Zeit ertönt ein akustisches Signal
und der Backofen wird ausgeschaltet.
Beispiel: Es ist 9:00 und es wird eine Dauer von 1
Std. und 15 Min. mit Startzeit 11:00 Uhr
vorprogrammiert. Der Garvorgang setzt sich
automatisch um 11.00 Uhr in Gang und wird um
12.15Uhr abgeschlossen.
! Möchten Sie eine Vorwahl wieder löschen, dann
drehen Sie den Knopf PROGRAMMIERER gegen den
Uhrzeigersinn, bis in dem kleinen Fenster das Symbol
9 erscheint.
16