Lees deze veiligheidsinstr ucties zorgvul dig door voorafgaande aan he t gebruik van het
Ambu® Mark IV Beadem ingsapparaat (voo r volwassenen en kinderen >15kg, hierna Ambu
Mark IV Adult genoemd) en Ambu® M ark IV Baby beademingsapparaat (voor
pasgeborenen, zuigelingen en kinderen tot 20 kg, hierna Ambu Mark IV Baby genoemd),
samen Ambu Mark IV ge noemd. De gebruiksaanwijzing kan zonder kennisgeving worden
bijgewerkt. Exemplaren van de huidige versie zijn op verzoek verkrijgbaar. Wij wijzen u
erop dat deze gebrui ksaanwijzing geen uitle g of bespreking bevat van klinische ingrepen.
Hierin worden uitsluitend de algemene werking en de te nemen voorzorgsmaatregelen
behandeld in verband met het gebruik v an het beademings apparaat. Het is ui terst
belangrijk dat gebruikers voldoende zijn opgeleid in klinische beademingstechnieken
voordat ze h et beademingsapparaat vo or de eerste keer ga an gebruiken en dat ze op de
hoogte zijn van het beoogde gebruik en de waarschuwingen, voorzorgsmaatregelen en
contra- indicaties in deze gebruik saanwijzing. Er is g een garantie op Ambu Mark IV.
1.1. Beoogd gebruik
De Ambu Mark IV is een he rbruikbaar bea demingsappara at dat bedoeld is voo r
longbeademing.
1.2. Indicaties voor gebruik
De Ambu Mark IV is bedoeld voor situaties waarin een handmatig cardiopulmonair
beademingsapparaat nodig is voor ondersteunde beademing van patiënten.
De Ambu Mark IV is geïndiceerd voor beademing en zuurstoftoevoer van patiënten totdat
een def initievere lucht weg kan worden opgezet of de patiënt is hersteld.
148
1.3. Beoogde patiëntenpopulatie
Het toepassingsbereik voor elke maat is als volgt:
• Maat Adult: Volwassenen en kinderen met een lichaamsg ewicht van meer dan 15 kg
(33 lbs).
• Maat Baby: Pas geborenen, zuigelinge n en kinderen met een lichaams gewicht van
maximaa l 20 kg (44 lbs).
1.4. Beoogde gebruiker
Medische professionals die zijn opgeleid in luchtwegbeheer, zoals anesthesiologen,
verpleegkundigen, reddingswerkers en noodhulpverleners.
1.5. Contra-indicaties
Geen bekend.
1.6. Klinische voordelen
De basistechniek vo or luchtwegbeheer met b ehulp van een handb eademingsballon maakt
beademing van en zuurstoftoevoer naar patiënten mogelijk totdat een def initievere
luchtwe g kan worden opgezet of de patiënt is hersteld.
1.7. Waarschuwingen en voorzorgsmaatregelen
Het niet in acht nemen v an deze voorzorgsmaatreg elen kan leiden tot ineff iciënte
beademing van de patiënt of beschadiging van de apparatuur.
nl
WAARSCHUWING
1. Herverwerk d e Ambu Mark IV altijd na elk gebruik om het risico op infec tie
te voorkomen.
2. Vermij d het gebruik van he t beademingsapp araat in giftige o f gevaarlijke
omgevingen om het risico op weefselschade te voorkomen.
3. Wanneer u extra zuurstof gebruik t, mag u niet roken of het apparaat gebruiken in
de buurt van open vuur, olie, vet, andere brandbare chemicaliën of apparatuur en
gereedschappen die vonken kunnen veroorzaken, vanwege het risico op brand
en/of explosie.
4. Insp ecteer het product altijd visueel en voer na he t uitpakken, monte ren en vóór
gebruik altijd een werkingstest uit, aangezien defecten en vreemde voorwerpen
kunnen leiden tot geen of verminderde beademing van de patiënt.
5. Geb ruik het product niet als de test voor fun ctionaliteit mislukt, aangezie n dit kan
leiden tot geen of verminderde ventilatie.
6. Uitsluitend bestemd voor gebruik door gebruikers die bekend zijn met de inhoud
van deze handleiding, aangezien onjuist gebruik schadelijk kan zijn voor de patiënt.
7. Professio nals die de procedur e uitvoeren, moe ten de keuze van de maat en
accessoires van het beademingsapparaat beoordelen (bijv. gezichtsmasker, PEEPklep enz .) in overeenstemming met de sp ecifieke conditie(s) van de patiënt,
aangezien onjuist gebruik de patiënt kan schaden.
8. Geb ruik het product niet als het verontrei nigd is door externe bronn en, omdat dit
infectie kan veroorzaken.
9. Zo rg ervoor dat de sp atbescherming o f een Ambu PEEP-klep op de exp iratiepoort i s
aangesloten. Een open expiratiepoort kan per ongeluk geblokkeerd raken, wat kan
leiden tot overmatig luchtvolume in de longen, wat kan leiden tot weefseltrauma.
10. De manometerdop moet altijd op de manometerpoort worden geplaatst wanneer
de druk nie t wordt bewaakt, o m lekkage te voorkomen, wat k an leiden tot een
verminderde afgifte van O₂ aan de patiënt.
11. Herverwerk de Ambu Mark IV altijd als er zichtbare resten of vo cht in het apparaat
achterblijven, om infecties en storingen te voorkomen.
12. Schakel de drukbegrenzingsklep alleen uit als een medische beoordeling de
noodzaak hiervan aangeeft. Een hoge beademingsdruk kan barotrauma veroorzaken.
13. Zorg er altijd voor dat de slang van het zuurstofreser voir niet geblokkeerd is,
omdat het b lokkeren van de sla ng kan voorkomen dat de compressiezak opnieuw
wordt gevuld, wat kan leiden tot geen mogelijke beademing.
14. H et gebruik van accessoires kan de inspiratoire en/of expiratoi re weerstand
verhogen. Bevestig geen accessoires als een verhoogde ademweerstand nadelig
kan zijn voor de patiënt.
15. Hergebruik het beademingsapparaat niet bij een andere patiënt zonder het te
herverwerken vanwege het risico op kruisbesmetting.
16. Ge bruik het produc t niet met een beves tigd gezichtsmasker bij het b eademen van
zuigelingen met aangeboren diafragmahernia vanwege het risico op insufflatie.
Schakel ove r op een alternatief voor het ge bruik van een gezi chtsmasker, indien
beschik baar, om lucht naar de patiënt te leiden.
17. Let op tekenen van volledige/gedeeltelijke obstructie van de bovenste luchtwegen
bij gebru ik van het beademingsapparaat dat aan e en gezichtsmasker is bevesti gd,
omdat dit geen of bep erkte zuurstof toediening tot g evolg heeft. Schakel alti jd over
op een alte rnatief voor het ge bruik van een gezichtsmaske r om lucht naar
de patiënt te leiden, indien beschikbaar.
18. G ebruik de Ambu Ma rk IV na herverwerking ma ximaal 30 keer (15 keer voor de
zuursto freservoir zak) om risico op infectie of s toring van het app araat te voorkomen .
19. G ebruik de Ambu Mark IV niet wanneer toediening van vrijstromende z uurstof
nodig is, vanwege mogelijk onvoldoende toediening van zuurstof, wat kan leiden
tot hypoxi e.
20. Zorg bij gebruik van he t beademingsapparaat met bevestigd gezichtsmasker vo or
een juiste plaatsing en afsluiting van het gezichtsmasker, aangezien e en onjuiste
afdichting kan leiden tot verspreiding van door de lucht verspreide infectieziekten
bij de gebruiker.
149
VOORZORGSMAATREGELEN
1. Gebruik geen fenolhoudende stoffen om het product te reinigen. Fenolen
veroorzaken voortijdige slijtage en degradatie van de materialen, wat resulteert in
een kortere levensduur van het product.
2. Verwijder na het reinigen onmiddellijk alle reinigingsmiddelresten uit het
beademingsapparaat, aangezien resten voortijdige slijtage kunnen veroorzaken of
de levensduur van het p roduct kunnen verkorten.
3. Het beademingsapparaat nooit foutief opgevouwen opslaan, anders zou de ballon
permanent kunnen vervormen, wat de beademingsefficiëntie kan verminderen.
4. Observeer altijd de beweging van de borstkas en luis ter of u de expiratoire stroom
uit de patiëntklep hoort om de beademing te controleren. Schakel onmiddellijk
over op mond-op-mondbeademing als beademing met het beademingsapparaat
niet mogelijk is.
5. Prob eer de patiëntconnector ni et los te koppelen van de patiëntklep, om dat deze
permanent is aangesloten en demontage kan leiden tot schade aan en storingen
van het apparaat.
6. Probeer het beademin gsapparaat niet verder uit elkaar te halen dan beschreven in
deze inst ructies, vanwe ge het risico van bes chadiging en stor ingen van het appa raat.
7. Raadple eg indien van toepassing de verpakking van het accessoire voor specifieke
informatie over het b etreffende accessoire, a angezien onjuiste hanterin g kan
leiden tot storingen van het gehele product.
8. Het gebruik van producten van derden en zuurstoftoedieningsapparatuur (bijv.
filters en inademkleppen) met de Ambu Mark IV kunnen de prestaties van het
product beïnvloeden. Raadpleeg de fabrikant van het apparaat van derden om
de compatibiliteit met de Ambu Mark IV te controleren en informatie te
verkrijgen over mogelijke prestatiewijzigingen.
150
9. Houd onderdelen van hetzelfde apparaat altijd bij elkaar tijdens de herverwerking
om te voorkomen dat onderdelen met een verschillende duurzaamheid opnieuw in
elkaar worden geze t, wat het risico op pro ductdefecten tot gevolg kan hebb en.
10. Volg ens de federale wetgeving in d e VS mag dit apparaat ui tsluitend door of o p
voorsch rift van een bevoegde zorgverlener worden verkocht.
1.8. Mogelijke bijwerkingen
Mogelijke bijwerkingen in verband met beademing (niet uitputtend): barotrauma,
volutrauma, hypoxie, hypercarbie en aspiratiepneumonie.
1.9. Algemene opmerkingen
Als tijdens het gebruik van dit ap paraat of als gevolg van het gebruik erv an een ernstig
incident is opgetreden, meld dit dan aan d e fabrikant en uw nationale autoriteit .
2. Beschrijving van het apparaat
De Ambu Mark IV kan worden aangesloten op de Ambu® Disposable manometer, de Ambu
PEEP-kleppen en de Ambu-beademingsmaskers, evenals andere ademhalingsaccessoires
die voldo en aan EN ISO 5356-1 en EN ISO 13544-2.
3. Toelichting op de gebruikte symbolen
SymboolindicatieBeschrijving
Volwassene
15 kg
Beoogde ideale lichaamsmassa van me er dan 15 kg.
nl
CN
SymboolindicatieBeschrijving
Baby
20 kg
Rx Only
Een volledige lijst m et symboolverklaringen is te vind en op
https://www.ambu.com/symbol-exp lanation.
Beoogde ideale lichaamsmassa tot 20 kg.
Global Trad e Item Number (GTIN™ ).
Uitsluitend voor gebruik op voorschrift.
Partijnummer.
Land van fabrikant.
Medisch hulpmiddel.
MR-voorwaardelijk.
4. Productgebruik
4.1. Werkingsprincipe
De afbe elding op pagina 2 1 toont de be ademingsgasstr oom naar de ballon, e n van en
naar de patiënt tijdens handmatige bediening van het beademingsapparaat.
Mark IV Baby met zuurstofreservoir zak, c Mark IV Baby met
Adult,
b
zuurstofreservoirslang.
De gasstroom is vergelijkba ar met de stroom wanneer de pat iënt spontaan doo r het
apparaat ademt.
Het zuurstofreservoir is uitgerus t met twee klepp en, waarvan de ene omgevin gslucht
inlaat wanneer het reservo ir leeg is en de andere het overschot aan zuurstof af voert
wanneer de reser voirzak vol is.
1.1
Afgifte van overtollige zuurstof,
patiëntconnector,
1.5
expiratie,
1.1 1.2
1.2
luchtinlaat,
manometerpoort,
1.6
1.3
zuurstofinlaat,
drukbegrenzingsklep.
1.7
Mark IV
a
1.4
4.2. Inspectie en voorbereiding
Het beademingsapparaat moet worden uitgepakt en klaargemaakt (met inbegrip van het
uitvoeren van een werkingstest) voor onmiddellijk gebruik in noodsituaties.
4.2.1. Voorbereiding
• Bereid het beademingsapparaat voor volgens de montagegids en plaats alle
voorwerpen in de draagtas die bij het beademingsapparaat is meegeleverd.
• Als bij het beademingsapparaat een beademingsmasker is meegeleverd, moet u de
(eventuele) beschermzak vóór gebruik verwijderen.
• Voer vóór gebr uik op de patiënt een ko rte werkingstest uit, zoals beschr even in
hoofdstuk 4.2.2.
151
4.2.2. Werkingstest
Beademingsapparaat
Sluit de drukbegr enzingsklep af me t de uitschakeldo p (dit is alleen van toepassing op
Ambu Mark I V Baby) en sluit de patiëntconnector af met de duim
deballon. Het beademingsapparaat moet weerstand bieden tegen het knijpen.
3.1
Open de drukbegrenzingsklep door de uitschakeldop
herhalen. De drukbegrenzingsklep zou nu geactiveerd moeten zijn en het zou mogelijk
moeten zijn om de uitlaatluchtstroom ui t de klep te horen.
Verwijder de vinger van de patiëntconnector en knijp een aant al keer in de
beademingsball on om te controleren of er lucht door het klepsysteem en uit de
patiëntklep stroomt
OPMERKING: Tijdens de werking kan er een licht geluid van de bewegende klepschijven
te horen zij n. Dit heeft geen nadelige invloe d op de werking van het beademingsapparaat.
Zuurstofreservoirzak
Zorg voor een gasstroom van 10 l/min bij de zuurstofinlaatconnec tor. Maak het uitvou wen
van de zuur stofreservoi rzak mogelijk . Controleer of de zuurstofr eservoirzak zich vult. Als
dit niet he t geval is, controle ert u of de twee klepafsluiters intact zijn
gescheu rde zuurstofres ervoirzak. Pas vervolgens de toegevoerde gasstro om aan volgens
de medische indicatie.
Zuurstofreservoirslang
Zorg voor een gasstroom van 10 l/min bij de zuurstofinlaatconnec tor. Controleer of de
zuurstof bij het uiteinde van de zuurstofreser voirslang naar buiten stroomt. Als dit niet
geval is, co ntroleert u of de zuurstofreservoirslang verstopt is.
Pas vervo lgens de toegevoerde gasstroom aan vol gens de medische in dicatie.
.
7.2
te openen en de proce dure te
3.2 7.1
6.3
. Knijp stevig in
of op een
152
4.3. Het beademingsapparaat bedienen
• Pas aanbevo len technieken toe o m de mond en luchtwe g van de patiënt vrij t e maken
en de patiënt in de juiste houding te brengen om een open luchtweg te verkrijgen.
• Houd het gezi chtsmasker stevig tegen het gezicht van de patiënt .
• Schuif uw hand (Ambu Mark I V Adult) onder de handgreep (de Ambu Mark IV Baby
heeft geen steungreep).
Beademing van de patiënt: Let tijdens de insuf flatie op of de borstkas omh oog komt.
Laat de han d die de indrukbare ballon vasthoudt , abrupt los en luiste r naar de
expiratoire stro om uit de patiëntkl ep. Let ook op het visu eel dalen van de bor stkas.
• Als er aanhoudende wee rstand tegen insu fflatie wordt e rvaren, moet u de luchtweg
controleren op obstructie en moet de patiënt opnieuw worden gepositioneerd om
een open luchtweg te waarborgen.
• Als de patiënt tijdens de beademing moet overgeven, moet u het beademingsapparaat onmiddellijk verwijderen om de luchtwegen van de patiënt vrij te maken en he t
braaksel uit het beademingsapparaat te verwijderen door het apparaat enkele keren
krachti g en snel te schudden en samen te drukken voo rdat u de beademing hervat.
De patiëntklep kan worden gedemonteerd en gereinigd als de luchtstroom door een
grote hoeveelheid braaks el wordt geblokkeerd. Zie illustrat ies
informatie over het d emonteren en opnie uw monteren van de patiëntklep.
• Als er exter ne apparaten op het b eademingsapparaat word en aangesloten, mo et u
zorgen dat u de werkin g test en dat u de gebruiksaanwijzing leest d ie met deze
externe apparaten is meegeleverd.
Manometerpoort (alleen van toepassing op Ambu Mark IV Baby)
De Ambu- drukmeter voor eenmalig gebruik o f een drukmeter va n derden kunnen worden
aangesloten op de manometerpoort aan de bovenkant van de p atiëntklep. Verwijder de
dop en bevestig de manometer/drukmeter
.
8
2
5.5
6.1
en
voor meer
nl
Drukbegrenzingsklep (alleen van toepassing op Ambu Mark IV Baby)
De drukb egrenzingsklep is inges teld op openen bij 4 0cmH₂O (4,0 kPa).
Als een medische en professionele beoordeling aangee ft dat een druk van m eer dan
40cmH₂O vereist is, kan de drukbegrenzingsklep worden uitgeschakeld door de
uitschakeldop op d e klep in te drukken
De drukb egrenzingsklep kan ook worden uitg eschakeld door uw w ijsvinger op de blauwe
knop te plaatsen terwijl u in de ballon knijpt.
Toediening van zuurstof
Dien zuur stof toe conform de medische indicatie.
Afbeelding 4 toont de berekende toegediende zuurstofpercentages die kunnen worden
verkregen met verschillende beademingsvolumes en -frequenties bij verschillende
gasstro omsnelheden, ve rwijzend naar re spectievelij k Mark IV Adult
Volg deze ins tructies voor herver werking na elk gebruik om het r isico op kruisbesm etting
te verminderen.
Demontage
Voordat u het beademingsapparaat handmatig herverwerkt, moet u het demonteren tot
losse ond erdelen tot het nive au dat wordt weergegeven in
Baby met zu urstofreservoirzak),
opper vlakken toegankelijk te make n voor reiniging. Volg de methode die wordt g etoond
en
in
5.4
Houd onderdelen van hetzelfde apparaat bij elkaar tijdens de herverwerking om
hermontage van onderdelen met een andere duurzaamheid te voorkomen.
Aanbevolen herverwerkingsprocedures
Volg één van d e in Tabel 1 verme lde procedures voor volledige her verwerking van d e
Ambu Mark I V.
• Handmatige reiniging gevolgd door
chemische desinfectie.
Mark IV Adult en Mark
IV Baby (behalve
zuurstofreservoirslang)
Zuurstofreservoirslang
voor Mark I V Baby
.
Producttests hebben aa ngetoond dat de Amb u Mark IV volledig fu nctioneel is na
30volledige her verwerkingscycli, zo als vermeld in Tabel 1, met uit zondering van de
zuurstofreser voirzak, die maximaal 15 keer kan worden gesteriliseerd of maximaal 30 keer
kan worden gedesinfecteerd.
Het is de verantwoordelijkheid van de gebruike r om eventuele afwijkinge n van de
aanbevolen verwerkingscycli en -methoden te kwalificeren en ervoor te zorgen dat het
aanbevolen aantal herverwerkingscycli niet wordt overschreden.
Voer vóór elk gebruik altijd een werkings test uit (zie hoofdstuk 4.2 .2).
Procedures voor herverwerking
HANDMATIGE REINIGING
1. Spoel de onderdelen af onder stromend koud leidingwater om grof vuil te verwijderen.
2. Bereid een reinigingsbad voor met een reinigingsmiddeloplossing, bijv. Neodisher®
MediClean Forte o f gelijkwaardig , voor het verwijd eren van opgedro ogd en
gedenatureerd bloed en eiwitten met de door de fabrikant aanbevolen concentratie
van het reinigingsmiddel.
• Handmatige reiniging gevolgd door sterilisatie.
• Geautomatiseerde reiniging, inclusief een thermische
desinfectiefase, gevolgd door sterilisatie.
• Geautomatiseerde reiniging, inclusief een thermische
desinfectiefase, gevolgd door chemische desinfectie.
• Handmatige reiniging gevolgd door
chemische desinfectie.
Tabel 1: Aanbevolen herverwerkingsprocedures.
153
3. Dompel de onderdelen volledig onder om ze ondergedompeld te houden in de
oplossing volgens het instructielabel van het reinigingsmiddel. Reinig de onderdelen
tijdens het weken grondig met een zachte b orstel en spoel de zakken en lumina totdat
al het zichtbare vuil is verwijderd.
4. Spo el de artikelen grondig af do or ze volledig onde r te dompelen in kraanwater, te
roeren en m inimaal 3 minuten te laten drogen .
5. Herhaal de vori ge stap nog twee ke er voor in totaal drie keer spoe len met telkens een
nieuwe hoeveelheid kraanwater.
6. Droog de onderdelen met een schone, pluisvrije doek en perslucht.
AUTOMATISCHE REINIGING EN THERMISCHE DESINFECTIE (NIET VAN TOEPASSING OP
ZUURSTOFRESERVOIRSLANG)
1. Spoel de onderdelen af onder stromend koud leidingwater om grof vuil te verwijderen.
2. Plaat s de onderdelen op e en verdeelrek of in e en draadmand in de wasmachine.
3. Selecteer de cyclus zoals hieronder vermeld:
Fase
Voorwascyclus02:00Koud leidingwatern.v.t .
Wascyclus01:0 0
Spoeling05:00
Thermische
desinfectie
Droogtijd0 7:009 0 °C (192 °F)n.v.t .
Tabel 2: Geautomatiseerde reinigingsprocedure voor Mark IV beademingsapparaat.
154
Recirculatieduur
(minuten).
05:0091 °C (196 °F)n.v.t .
Temperatuur
43 °C (110 °F)
kraanwater
43 °C (110 °F)
kraanwater
Type en conce ntratie
reinigingsmiddel
Neodish er® MediClean Fo rte
of een gelijkwaardig
reinigingsmiddel met de
door de fa brikant
aanbevolen concentratie
n.v.t .
CHEMISCHE ONTSMETTING
1. Balanceer het bad van Cidex OPA- of een gelijkwaardig OPA-ontsmettingsmiddel
(orthof talaldehyde) op de te mperatuur die wordt gespecificeerd in de inst ructies van
de fabrikant van het OPA-ontsmettingsmiddel.
2. Zorg vo or de minimale ef fectieve concen tratie (MEC) van het O PA-ontsm ettingsmidde l
met behulp van de OPA-teststrips die in de ins tructies van de fabrikant van het OPAontsmettingsmiddel worden vermeld.
3. Dompel het apparaat volledig on der in de OPA en zorg ervoor dat alle luchtbellen van
het oppe rvlak van het app araat worden verw ijderd door het apparaat te sc hudden.
4. Laat het appar aat weken gedurend e de tijd die is aangegeven in de instructies van de
fabrikant voor het OPA-ontsmettingsmiddel.
5. Spo el het apparaat grondig af door het volledig onde r te dompelen in gezuiverd
water, schud het goed en l aat het minimaal 1 minu ut opdrogen. Spo el de zak door met
gezuiverd water.
6. Herhaal stap 5 n og twee keer voor in totaal 3 keer spoelen met telkens een nieuwe
hoeveelheid gezuiverd water.
7. Droog het apparaat met een steriele, p luisvrije doek .
STERILISATIE (NIET VAN TOEPASSING OP ZUURSTOFRESERVOIRSLANG)
Sterilise er het product me t behulp van een zw aartekracht-stoomauto claaf die een
volledige cyclus b ij 13 4 – 135°C (274 – 275 °F) uitvo ert, met een blo otstellingstij d van
10minuten en e en droogtijd van 45 mi nuten. Laat de onde rdelen volledig drogen en/of
afkoelen voordat u het beademingsapparaat weer in elkaar zet.
Inspectie van de onderdelen
Inspecteer alle onderdelen na de herverwerking zorgvuldig op beschadigingen, resten of
overmatige slijtage en vervang ze indien nodig. Door sommige reinigingsmethoden
kunnen de rubberen onderdelen verkleuren. Dat heeft geen invloed op de levensduur.
Als materialen tekenen van slijtage vertonen, zoals barstvorming, moeten de onderdelen
worden weggegooid en vervangen door nieuwe onderdelen.
nl
In geval van sterilis atie kan de zuursto freservoirz ak er enigszins ger impeld uitzien.
Dit heef t geen invloed op de levensduur of de werk ing ervan.
Het apparaat opnieuw in elkaar zetten
Zet de onderdelen van het beademingsapparaat handmatig weer in elkaar zoals getoond in 6.
• Let er bij het plaatsen van het klephuis van de inlaatkl ep op dat de zakopening goed
aansluit te gen de flens.
• Zorg er bij het plaatsen v an de klepschijven voor dat het uiteinde v an de steel door
het gat in he t midden van de klepzitting wordt geduwd, zoals g etoond in
afbeeldingen
• Bij het monteren van het spatsche rm: Let erop dat de opening van he t spatscherm
naar beneden
• Om de zuursto freservoirballon op de Ambu Mark IV B aby te monteren, beve stigt u de
adapter aan de inlaatklep van het beademingsapparaat door de geribbelde
adapterconnector op de inlaatconnec tor te monteren en de zuurstof inlaatconnector
bovendien met de adapterdop af te dekken. Vervolgens kan de zuurstofreservoirzak
worden aangesloten op de geribbelde connector van de adapter.
Voer na de hermontage en vóór de voorbereiding op onmiddellijk gebruik in noodsituaties
een werkingstest uit.
.
6.3
wijst.
6.1
Onderhoud
Het beademingsapparaat vereist geen routinematig onderhoud behalve regelmatige
herverwerking, inspectie en testen.
4.5. Afvalverwerking
Gebrui kte producten m oeten in overeens temming met de lok ale procedures wo rden afgevoerd.
5. Technische productspecificaties
5.1. Toegepaste normen
De Ambu Mark IV is in overe enstemming met de p roductspeci fieke norm EN ISO 10651-4.
5.2. Specificaties
Volume van
beademingsapparaat
Gelever d volume met één
*, ****
hand
Gelever d volume met twee
*, ****
handen
Afmetingen
(lengte x diameter)****
Gewicht zonder res ervoir
en masker
Drukbegrenzingsklep
Dode ruimte
Volume van
zuurstofreservoirz ak
Inspiratoire weerstand
****
****
****
**
met zuurstofreservoirslang:
***, *****
met zuurstofreservoirzak:
Mark IV Ba byMark IV Adult
420ml1450ml
300ml6 00ml
-900ml
265 x 80mm270 x 130mm
190 g415 g
40 cmH₂
O
≤ 5ml + 10%
van het geleverde
volume
≤ 5ml + 10%
van het geleverde
1500ml (zak)
100ml (slang)
0,6 cmH₂O bij 5 l/min
4,0 cmH₂O bij 50 l/min
3,7 cmH₂O bij 50 l/min
0,8 cmH₂O bij 5 l/min
4,9 cmH₂O bij 50 l/min
-
volume
150 0ml
155
Mark IV Ba byMark IV Adult
Expiratoire weerstand
***, *****
1,3 cmH₂O bij 5 l /min
4,4 cmH₂O bij 50 l/min
2,2 cmH₂O bij 50 l/min
met zuurstofreservoirslang:
PEEP gegenereerd door
beademingsapparaat bij
normaal gebruik met
toegevoegde
toevoergasstroom
***, *****
Patiëntconnector
Expiratieconnector (voor
bevestiging van PEEP-klep)
Connector van
drukmeterpoort
Connector van
ballonnavulklep
Lekkag e voorwaarts en
achterwaarts
*
< 2 cmH₂O
bij 5, 10, en 15 l/min
met zuurstofreservoirzak:
2,5 cmH₂O bij 5 l/min
3,7 cmH₂O bij 10 l/min
bij 5, 10, en 15 l/min
(V
4,5 cmH₂O bij 15 l/min
20 ml, f 60)
(V
T
Buiten 22mm mannelijk (EN ISO 5356-1)
Binnen 15mm vrouwelijk (EN ISO 5356-1)
30mm mannelijk (EN ISO5356-1)
Ø4,2 +/- 0,1mm
-
Niet meetbaar
O₂-inlaatconnectorConform EN ISO 13544-2
Bedrijfstemperatuurlimieten
*
-18°C tot +50°C (-0,4 °F tot +122 °F)
156
< 2 cmH₂O
225 ml en 600 ml,
T
f 20)
Binnen 32mm
vrouwelijk
Opslagtemperatuurlimieten
Aanbevolen voor langdurige opslag in gesloten verpakking bij kamertemperatuur,
uit de buur t van zonlicht.
*
-40°C tot +60°C (-40 ° F tot +140 °F)
Opmerkingen:
– 10 cmH₂O = 1,0 kPa
Mark IV Ba byMark IV Adult
: Beademingsvolume, f: Frequentie (ademhaling per minuut).
– V
T
*
Getest co nform EN ISO 10651-4.
**
Een hogere luchtwegdruk kan worden verkregen door de drukbegrenzingsklep tijdelijk
uit te schakelen.
***
Onder algemene testomstandigheden volgens EN ISO 10651-4:2009.
****
Waarden zijn bij benadering.
*****
Maximumwaarden
5.3. MRI-veiligheidsinformatie
De Ambu Mark IV is MR-veilig en kan dus veilig worden gebruikt in e en MR-omgevin g (niet
in de MR-boring) onder de volgende omstandigheden.
• Statisch magne tisch veld van 7 tesla en m inder, met
• Maximale spatiële veldgradiënt van – 10.000 G/cm (100 T/m)
• Maximaal kr achtproduct van – 450.000. 000 G
Gebruik in de MR-b oring kan de kwaliteit van het MR-beeld beïnvloeden.
RF-geïnduceerde verwarming en MR-beeldartefacten zijn niet getest. Metalen onderdelen
zijn volle dig ingekapsel d en maken geen contac t met het menselij k lichaam.