Genie S-120 / S-125 Operator's Manual [nl]

Bedieningshandleiding
van S10015D-1001
van S10515D-983
van S12015D-1012
van S12515D-984
CE
met
onderhoudsinformatie
Vertaling van
originele instructies
Sixth Edition
Second Printing
Part No. 1261388DU
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inhoud
Inleiding ...................................................................... 1
Pictogrammen van symbolen en gevaren .................... 3
Algemene veiligheid .................................................... 5
Persoonlijke veiligheid ................................................. 8
Veiligheid werkgebied .................................................. 9
Legenda .................................................................... 20
Bedieningselementen ................................................ 21
Inspecties ................................................................. 29
Bedieningsinstructies ................................................ 45
Transport- en hefinstructies ....................................... 57
Onderhoud ................................................................ 60
Specificaties ............................................................. 63
Copyright © 2000 Terex Corporation
Zesde uitgave: Tweede druk, september 2015
Genie is een gedeponeerd handelsmerk van Terex South Dakota, Inc. in de Verenigde Staten en een groot aantal andere landen.
Voldoet aan EC-richtlijn 2006/42/EC Zie EC-conformiteitsverklaring
S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Eigenaars, gebruikers en bedieners:
Genie waardeert het dat u onze machine hebt gekozen voor uw gebruik. Onze voornaamste prioriteit is de veiligheid van de gebruiker, waaraan we gezamenlijk moeten werken voor het beste resultaat. We geloven dat u als gebruiker en bediener van de apparatuur een belangrijke bijdrage levert aan de veiligheid als u:
1 Zich houdt aan de voorschriften van de
werkgever, werkplek en overheid.
2 Zich op de hoogte stelt van en houdt aan de
instructies in deze en andere handleidingen die met deze machine zijn meegeleverd.
3 Gebruikmaakt van goede en veilige
werkmethoden en uw gezonde verstand.
4 Zorgt dat alleen getrainde/bevoegde
bedieners, onder goed geïnformeerde en
ingelichte supervisie, met de machine werken.
Neem contact met ons op als iets in deze handleiding niet duidelijk is of als er naar uw mening iets moet worden toegevoegd.
Internet: www.genielift.com
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inleiding
Gevaar
Als u zich niet houdt aan de instructies en veiligheids­voorschriften in deze handleiding, heeft dit de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg.
Niet bedienen tenzij:
U de principes van het veilig bedienen van de machine die in deze bedieningshandleiding worden beschreven, leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
Zorg ervoor dat u het bovenvermelde principe kent en begrijpt voordat u verdergaat met de volgende sectie.
E-mail: awp.techpub@terex.com
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 1
2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4 Controleer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
U de instructies en veiligheidsvoorschriften van de fabrikant en de veiligheids- en bedieningshandleidingen en machinestickers hebt gelezen en begrepen en u zich hieraan houdt.
U de veiligheids- en werkplekvoorschriften van de werkgever hebt gelezen en begrepen en u zich hieraan houdt.
U alle van toepassing zijnde overheidsvoorschriften hebt gelezen en begrepen en u zich hieraan houdt.
U getraind en gekwalificeerd bent om deze machine veilig te bedienen.
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inleiding
Classificatie van gevaren
Genie gebruikt symbolen, kleurcoderingen en signaalwoorden om het volgende aan te geven:
Veiligheidswaarschuwings­symbool - gebruikt om u te waarschuwen voor mogelijk lichamelijk letsel. Volg alle veiligheidsberichten achter het symbool op om mogelijk letsel of de dood te voorkomen.
Geeft een gevaarlijke situatie aan
Rood
Oranje
VOORZICHTIG
Geel
die, indien deze niet wordt voorkomen, de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg zal hebben.
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien deze niet wordt voorkomen, de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben.
Geeft een gevaarlijke situatie aan die, indien deze niet wordt voorkomen, licht tot middelzwaar lichamelijk letsel tot gevolg kan hebben.
Bedoeld gebruik
Deze machine is alleen bedoeld om personeel en hun gereedschap en materiaal naar een werkplek op hoogte te heffen.
Onderhoud van veiligheidstekens
Vervang ontbrekende of beschadigde veiligheidstekens. Vergeet nooit de veiligheid van de bediener. Gebruik milde zeep en water om veiligheidstekens te reinigen. Gebruik geen reinigingsmiddelen op basis van een oplosmiddel, aangezien dit het materiaal van een veiligheidsteken kan beschadigen.
Geeft informatie over mogelijke
Blauw
2 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
schade aan eigendommen.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Pictogrammen van symbolen en gevaren
Gevaarlijke situatie: ledematen kunnen worden verbrijzeld
Houd voldoende afstand.
Alleen getraind onderhouds­personeel mag compartimenten openen.
Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
Gevaarlijke situatie: ledematen kunnen worden verbrijzeld
Lees de bedienings­handleiding.
Gevaarlijke situatie: kans op explosies
Blijf uit de buurt van de route van een bewegend platform.
Gevaarlijke situatie: kans op vallen
Verboden te roken. Geen vuur. Stop de motor.
Gevaarlijke situatie: kans op vallen
Overbelast het platform niet. De lasvoedingsleiding weegt 34 kg.
Gevaarlijke situatie: elektrocutie mogelijk
Betreed dit oppervlak niet.
Gevaarlijke situatie: machine kan omkantelen
Herstelprocedure indien scheefstandalarm klinkt bij geheven stand.
Gevaarlijke situatie: machine kan omkantelen
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 3
Platform heuvelafwaarts:
1. Schuif arm in.
2. Laat arm neer.
Platform heuvelopwaarts:
1. Laat arm neer.
2. Schuif arm in.
Gevaarlijke situatie: machine kan omkantelen
Niet op gaan staan
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Pictogrammen van symbolen en gevaren
Veiligheidsgordel­verankeringspunten
elektrocutie mogelijk
Gevaarlijke situatie: kans op explosies
Wielbelasting
Vermijd contact.
Gebruik geen ether of andere hulpmiddelen voor starten met veel energie bij machines die zijn uitgerust met gloeibougies.
Gevaarlijke situatie: kans op brand
Vastzetinstructies VastzetinstructiesGevaarlijke situatie:
Gevaarlijke situatie: kans op explosies/ brandwonden
Houd een brandblusser nabij.
Houd vonken en vlammen uit de buurt.
Spanningsbereik voor voeding naar platform
Drukbereik voor luchtleiding naar platform
Lees de service­handleiding.
Plaats afdekking van uitschuifcilinder terug voordat u de machine bedient.
4 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Vervang banden door dezelfde banden.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Algemene veiligheid
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 5
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Algemene veiligheid
8267182487
114473
82487
82604
82604 C
82601 of 82547
82487
12.5 m/sec
114473
82487
82671
82604
82601
of 82547
6 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Algemene veiligheid
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 7
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Persoonlijke veiligheid
Bescherming tegen vallen
Persoonlijke bescherming tegen vallen is bij de bediening van deze machine verplicht.
Inzittenden dienen een (meerpunts-)veiligheids­gordel te dragen en zich te houden aan de van toepassing zijnde overheidsvoorschriften. Bevestig de veiligheidsgordel aan het verankeringspunten op het platform.
Bedieners dienen wat betreft het gebruik van persoonlijke bescherming te voldoen aan de voorschriften van de werkgever, werkplek en overheid.
Alle persoonlijke bescherming tegen vallen dient te voldoen aan de van toepassing zijnde overheidsvoorschriften en moet worden gecontroleerd en gebruikt in overeenstemming met de instructies van de fabrikant van de persoonlijke bescherming tegen vallen.
8 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Gevaarlijke situatie:
elektrocutie mogelijk
Deze machine is niet elektrisch geïsoleerd en biedt geen bescherming tegen contact met of nabijheid van elektrische stroom.
Blijf op veilige afstand van elektriciteitsdraden en elektrische apparaten in overeen­stemming met de van toepassing zijnde overheidsvoorschriften en de volgende tabel.
Lijnspanning Vereiste veiligheidsafstand
0 tot 50KV 3,0 m
50KV tot 200KV 4,6 m
200KV tot 350KV 6,1 m
350KV tot 500KV 7,6 m
500KV tot 750KV 10,6 m
750KV tot 1.000KV 13,7 m
Blijf uit de buurt van de machine als deze contact maakt met elektriciteitsdraden onder spanning. Personeel op de grond of op het platform mag de machine niet aanraken of bedienen totdat de elektriciteits­draden onder spanning zijn uitgeschakeld.
Gebruik de machine niet als massa bij laswerk, tenzij de machine is uitgerust met de optionele laskabel naar het platform en deze op de juiste wijze is aangesloten.
Gevaarlijke situatie: machine
kan omkantelen
Inzittenden, apparatuur en materialen mogen het maximum laadvermogen van het platform niet overschrijden.
Houd rekening met platformbeweging, slingeren en doorhangen van stroomdraden en pas op voor harde wind of windvlagen.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 9
Maximum laadvermogen platform
S-100 340 kg S-105 227 kg S-120 340 kg S-125 227 kg
Maximum bezetting 2
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Het gewicht van opties en accessoires, zoals pijphouders, paneelhouders en lasapparaten, verlaagt het nominale laadvermogen van het platform en moet met het totale laadvermogen van het platform worden verrekend. Zie de stickers van de opties en accessoires.
Zorg dat u bij gebruik van accessoires de bijbehorende stickers en instructies leest, begrijpt en zich hieraan houdt.
Breng de arm pas omhoog of schuif deze pas uit als de machine op een stevige, horizontale ondergrond is geplaatst.
Vertrouw niet op het scheefstandalarm ter indicatie van een vlakke stand. Het scheefstandalarm klinkt uitsluitend op het platform wanneer de machine zich op een sterke helling bevindt.
Als het scheefstandalarm klinkt bij geheven arm, dient u uiterst voorzichtig te werk te gaan. Het indicatielampje ‘machine NIET vlak’ gaat branden en de rijfunctie in een of beide richtingen werkt niet. Bepaal de toestand van de arm ten opzichte van de helling zoals hieronder weergegeven. Volg de stappen om de arm neer te laten voordat u de machine verplaatst naar een stevige, horizontale ondergrond. Draai de arm niet terwijl het platform wordt neergelaten.
Als het scheefstandalarm klinkt met het platform heuvelopwaarts: Laat eerst de arm neer en schuif deze vervolgens in.
Als het scheefstandalarm klinkt met het platform heuvelafwaarts: Schuif eerst de arm in en laat deze vervolgens neer.
Breng de arm niet omhoog wanneer de wind harder dan 12,5 m/s waait. Wanneer de windsnelheid 12,5 m/s overschrijdt terwijl de arm omhoog is gebracht, breng dan de arm omlaag en werk niet verder met de machine.
10 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Werk niet met de machine bij harde wind of bij windstoten. Vergroot het oppervlak van het platform of de lading niet. Als u het oppervlak vergroot dat aan de wind is blootgesteld, neemt de stabiliteit van de machine af.
Wees uiterst voorzichtig en houd een lage snelheid aan wanneer met de machine in de transportstand wordt gereden over oneffen terrein, puin, een onstabiele of gladde ondergrond en vlakbij gaten of afgereden kanten.
Vermijd contact tussen de arm en aangrenzende constructies.
Maak de arm of het platform niet vast aan aangrenzende constructies.
Plaats ladingen niet buiten de randen van het platform.
Pas eindschakelaars niet aan en schakel deze ook niet uit.
Duw niet tegen en trek niet aan objecten die zich buiten het platform bevinden.
Maximaal toegestane handkracht 400 N
Rijd niet met de machine op of nabij oneffen terrein en oppervlakken die niet stabiel zijn of in andere gevaarlijke omstandig­heden als de arm geheven of uitgeschoven is.
Gebruik de machine niet als kraan.
Gebruik de arm niet om de machine of andere objecten te duwen.
Breng geen wijzigingen aan in machineonderdelen en schakel machineonderdelen die op enige wijze invloed hebben op de veiligheid en de stabiliteit niet uit.
Vervang onderdelen die van invloed zijn op de stabiliteit van de machine niet door onderdelen met een ander gewicht of andere specificaties.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 11
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Breng geen aanpassingen of wijzigingen in hoogwerkerplatformen aan zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de fabrikant. Montage van houders voor gereedschappen of andere materialen op het platform, de voetplaten of het veiligheidsrelingsysteem kan het gewicht op het platform en het oppervlak van het platform of de lading vergroten.
Plaats of bevestig geen overhangende lading op/aan enig deel van deze machine.
Plaats geen ladders of steigers op het platform of tegen welk deel van deze machine dan ook.
Vervoer alleen gereedschappen en materialen als deze gelijkmatig zijn verdeeld en veilig door de persoon/personen op het platform kunnen worden gehanteerd.
Gevaren van bediening op
hellingen
Rijd niet met de machine op een helling die steiler is dan de voor de machine toelaatbare hellingshoek (omhoog en omlaag) of dwarshellingshoek. De toelaatbare hellingshoek is van toepassing op machines die in de transportstand staan.
Maximaal toelaatbare hellingshoek, transportstand
Platform heuvelafwaarts 40% (22°)
Platform heuvelopwaarts 40% (22°)
Dwarshelling 25% (14°)
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie.
Gebruik de machine niet op een bewegende of mobiele ondergrond of een bewegend voertuig.
Gebruik geen luchtgevulde banden. Deze machines zijn uitgerust met schuimgevulde banden. Het gewicht van de wielen is van doorslaggevend belang voor de stabiliteit.
Zorg ervoor dat alle banden in goede staat verkeren en de wielmoeren stevig zijn vastgedraaid.
Gebruik de platformbediening niet om een platform vrij te maken dat is vastgeklemd of is blijven haken of dat op andere wijze niet normaal kan bewegen vanwege een aangrenzende constructie. Er mogen zich geen personen op het platform bevinden als geprobeerd wordt het platform met behulp van de grondbediening vrij te maken.
12 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Gevaarlijke situatie:
kans op vallen
Inzittenden dienen een (meerpunts-)veilig­heidsgordel te dragen en zich te houden aan de van toepassing zijnde overheidsvoor­schriften. Bevestig de veiligheidsgordel aan de verankeringspunten op het platform.
Zit, sta of klim niet op de platformveiligheids­reling. Ga altijd stevig op de platformvloer staan.
Klim niet van het platform naar beneden als dit geheven is.
Houd de vloer van het platform vrij van puin.
Gevaarlijke situatie:
kans op botsing
Houd rekening met een beperkt gezichtsveld en dode hoeken terwijl u rijdt of werkt met de machine.
Houd rekening met de stand van de arm en de uitzwaai wanneer de draaitafel wordt geroteerd.
Controleer het werkgebied op hoog aangebrachte obstakels en andere mogelijke gevaren.
Wees u bewust van het risico van verbrijzeling wanneer u de platformveiligheidsreling vasthoudt.
Laat het platform­toegangsmiddenstuk neer of sluit het toegangshek voordat u de machine in bedrijf neemt.
Betreed of verlaat het platform pas wanneer de machine in de transportstand staat en het platform volledig is neergelaten.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 13
Houd u aan de kleurgecodeerde richtingpijlen op de platformbediening en het rijchassis voor de rij- en stuurfuncties.
Bedieners dienen wat betreft het gebruik van persoonlijke bescherming te voldoen aan de voorschriften van de werkgever, werkplek en overheid.
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Laat de arm pas neer als het gebied eronder vrij is van mensen en obstakels.
Stem de rijsnelheid af op de ondergrond, beschikbare ruimte, helling, plaats van medewerkers en eventuele andere factoren die tot een botsing kunnen leiden.
Bedien een arm niet als de machine zich in de route van een kraan bevindt, tenzij de bediening van de kraan is geblokkeerd en/of er voorzorgsmaatregelen zijn genomen om een mogelijke botsing te voorkomen.
Ga niet stuntrijden en speel geen spelletjes terwijl u een machine bedient.
Gevaarlijke situatie:
lichamelijk letsel mogelijk
Werk niet met de machine als er hydraulische olie weglekt of als er perslucht ontsnapt. Perslucht of hydraulische olie kan de huid binnendringen en/of brandwonden veroorzaken.
Bedien de machine altijd in een goed geventileerde ruimte om koolmonoxidevergiftiging te voorkomen.
Stel de machine niet in werking tenzij de afdekking van de secundaire uitschuifcilinder op de juiste wijze is geplaatst.
Onjuist contact met onderdelen die zich onder een afdekking bevinden, heeft ernstig lichamelijk letsel tot gevolg. Alleen getraind onderhoudspersoneel mag compartimenten openen. De bediener wordt geadviseerd compartimenten alleen tijdens de inspectie voor het gebruik te openen. Alle compartimenten moeten tijdens bedrijf zijn gesloten en vastgezet.
Gevaarlijke situatie:
Explosie- en brandgevaar
Start de motor niet als u LPG, benzine, dieselbrandstof of andere explosieve substanties ruikt of opmerkt.
Vul geen brandstof bij terwijl de motor draait.
Vul brandstof alleen bij en laad accu’s alleen op in een open, goed geventileerde ruimte, uit de buurt van vonken, vlammen of brandende tabak.
Bedien de machine niet op gevaarlijke plaatsen of op plaatsen waar mogelijk brandbare of explosieve gassen of deeltjes aanwezig zijn.
Spuit geen ether in motoren die met gloeibougies zijn uitgerust.
14 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Gevaarlijke situatie:
machine beschadigd
Gebruik een beschadigde of niet goed functionerende machine niet.
Voer een grondige inspectie voor het gebruik van de machine uit en test alle functies voor elke dienst. Voorzie een beschadigde of niet goed functionerende machine van een label en neem deze onmiddellijk uit bedrijf.
Zorg ervoor dat alle onderhoud is uitgevoerd volgens de specificaties in deze handleiding en in de desbetreffende Genie servicehandleiding.
Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten en leesbaar zijn.
Zorg ervoor dat de bedienings-, verantwoordelijkheids- en veiligheidshandleidingen compleet en leesbaar zijn en zich in de opbergruimte op het platform bevinden.
Gevaarlijke situatie:
onderdelen kunnen beschadigd raken
Gebruik geen accu of acculader van meer dan 12V als starthulp.
Gebruik de machine niet als massa voor laswerk.
Veiligheid accu
Gevaarlijke situatie: kans op brandwonden
Accu’s bevatten zuur. Trek altijd beschermen­de kleding aan en draag een veiligheidsbril wanneer u met accu’s werkt.
Vermijd morsen en zorg ervoor dat u niet in aanraking komt met accuzuur. Neutraliseer gemorst accuzuur met zuiveringszout en water.
Gevaarlijke situatie: kans op explosies
Houd vonken, vlammen en brandende tabak uit de buurt van accu’s. Accu’s geven een explosief gas af.
De accubak moet tijdens de gehele cyclus open blijven.
Raak de accupolen en de kabelklemmen niet aan met gereedschap­pen die vonken kunnen veroorzaken.
Gevaarlijke situatie:
elektrocutie mogelijk/kans op brandwonden
Vermijd contact met elektrische contacten.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 15
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Veiligheid bij platformbe-
scherming boven het hoofd
Het maximumgewicht voor de platformbescherming boven het hoofd is 11,5 kg en hoeft niet te worden afgetrokken van het totale laadverm=ogen van het platform.
Overschrijd het nominale laadvermogen van het platform niet. Als het gewicht van de platformbe­scherming boven het hoofd 11,5 kg overschrijdt, wordt het nominale laadvermogen van het platform verminderd en moet dit met het totale laadvermogen van het platform worden verrekend.
Het gewicht van de platformbescherming boven het hoofd kan de maximale bezetting op het platform beperken.
Blokkeer de in- of uitgang van het platform niet.
Blokkeer de platformbediening en de rode noodstopknop niet.
Gebruik de machine alleen als u voldoende bent getraind en u zich bewust bent van alle gevaren die gepaard gaan met bewegingen met aangebrachte platformbescherming.
Veiligheid bij onderste
platformbescherming
Het maximumgewicht voor de onderste platformbescherming is 13 kg en hoeft niet te worden afgetrokken van het totale laadvermogen van het platform.
Overschrijd het nominale laadvermogen van het platform niet. Als het gewicht van de onderste platformbescherming 13 kg overschrijdt, wordt het nominale laadvermogen van het platform verminderd en moet dit met het totale laadvermo­gen van het platform worden verrekend.
Het gewicht van de onderste platformbescherming kan de maximale bezetting op het platform beperken.
Zet de onderste platformbescherming vast aan de hiervoor aanwezige platformbevestigingspunten.
Blokkeer de in- of uitgang van het platform niet.
Blokkeer de platformbediening en de rode noodstopknop niet.
Gebruik de machine alleen als u voldoende bent getraind en u zich bewust bent van alle gevaren die gepaard gaan met bewegingen met aangebrachte platformbescherming.
16 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Veiligheid bij lassen
Stel u op de hoogte van en houd u aan alle met de lasvoedingseenheid meegeleverde waarschuwingen en instructies.
Sluit lasleidingen en -kabels pas aan als de lasvoedingseenheid met de platformbediening is uitgeschakeld.
Gebruik de machine pas als de laskabels juist zijn aangesloten en het lasapparaat juist is geaard.
Het gewicht van het lasapparaat verlaagt het nominale laadvermogen van het platform en moet met het totale laadvermogen van het platform worden verrekend. De lasvoedingsleiding weegt 34 kg.
Gebruik het lasapparaat alleen als er in de nabijheid een brandblusser beschikbaar is voor gebruik, conform OSHA-voorschrift 1926.352(d).
Veiligheid laskabel naar
platform
Stel u op de hoogte van en houd u aan alle met de lasvoedingseenheid meegeleverde waarschuwingen en instructies.
Sluit lasleidingen en -kabels pas aan als de lasvoedingseenheid met de platformbediening is uitgeschakeld.
Gebruik de machine pas als de laskabels juist zijn aangesloten.
Sluit de positieve leiding aan op de connector met draaisluiting bij de draaitafel en het platform.
Klem de negatieve leiding op de massapool bij de draaitafel en het platform.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 17
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Veiligheid pijphouder
Stel u op de hoogte van en houd u aan alle met de pijphouders meegeleverde waarschuwingen en instructies.
Overschrijd het nominale laadvermogen van het platform niet. Het pijphouderpakket en het gewicht in de pijphouders verlagen het nominale laadvermogen van het platform en moeten met het totale laadvermogen van het platform worden verrekend.
Het pijphouderpakket weegt 9,5 kg.
Het maximum laadvermogen van het pijphouder­pakket is 90,7 kg.
Het gewicht van het pijphouderpakket en de lading in de pijphouders kan de maximum bezetting op het platform beperken.
Centreer de lading tussen de randen van het platform.
Maak de lading aan het platform vast.
Blokkeer de in- of uitgang van het platform niet.
Blokkeer de platformbediening en de rode noodstopknop niet.
Alleen bedienen als u voldoende bent getraind en u zich bewust bent van alle gevaren die gepaard gaan met platformbeweging met een overhangende lading.
Veiligheid paneelhouders
Stel u op de hoogte van en houd u aan alle met de paneelhouders meegeleverde waarschuwingen en instructies.
Overschrijd het nominale laadvermogen van het platform niet. Het gezamenlijke gewicht van de houders, panelen, inzittenden, gereedschap en enige andere apparatuur mag het nominale vermogen niet overschrijden.
Het paneelhouderpakket weegt 13,6 kg.
Het maximum laadvermogen van de paneelhouders is 113 kg.
Het gewicht van de paneelhouders en de lading in de paneelhouders kan de maximum bezetting op het platform beperken tot één persoon.
Maak de houders vast aan het platform. Zet de panelen met de meegeleverde banden vast aan de platformreling.
Gebruik dit alleen als u voldoende bent getraind en u zich bewust bent van alle gevaren die gepaard gaan met het heffen van panelen.
Stel de machine niet bloot aan horizontale krachten of zijbelasting door een vaste of overhangende lading te heffen of neer te laten.
Maximum verticale hoogte van panelen: 1,2 m
Maximum windsnelheid: 6,7 m/sec
Stel de machine niet bloot aan horizontale krachten of zijbelasting door een vaste of overhangende lading te heffen of neer te laten.
Gevaarlijke situatie: elektrocutie mogelijk. Houd pijpen uit de buurt van alle elektrische geleiders.
18 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Maximum paneelgebied: 3 m
2
Blokkering na elk gebruik
1 Kies een veilige parkeerplaats uit: een stevige,
horizontale ondergrond vrij van obstakels en verkeer.
2 Schuif de arm in en laat deze neer in de
transportstand.
3 Roteer de draaitafel totdat de arm zich tussen
de wielen aan de cirkelzijde van de machine bevindt.
4 Draai het contactslot naar de stand ‘uit’ en
verwijder de sleutel om onbevoegd gebruik te voorkomen.
5 Blokkeer de wielen.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Veiligheid werkgebied
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 19
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Legenda
S-100 & S-120
S-105 & S-125
1 Wiel aan cirkelzijde (gele pijl)
2 Wiel aan vierkantzijde (blauwe pijl)
3 Grondbediening
4 Arm
5 Platformbediening
6 Platform
7 Jib (S-105 en S-125)
20 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
8 Veiligheidsgordelverankeringspunten
9 Schuifbaar middenstuk
10 Opbergruimte voor handleiding
11 Voetschakelaar
12 Bescherming boven het hoofd (optioneel)
13 Onderste bescherming (optioneel)
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
Grondbedieningspaneel
1 Knop ‘arm neer’
2 Knoppen ‘arm in-/uitschuiven’
3 Knop ‘arm op’
4 Motorsnelheidskeuzeknop
5 Bedieningsknoppen LCD-scherm
6 Benzine/LPG-keuzeknop
7 LCD-scherm
8 Dieselmodellen: Gloeibougieknop
Benzine-/LPG-modellen: Chokeknop
9 Rode noodstopknop
10 Contactslot voor selectie uit/platformbediening/
grondbediening
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 21
11 Motorstartknop
12 Noodvoedingsknop
13 Hogesnelheidsfunctie-inschakelknop
14 Lagesnelheidsfunctie-inschakelknop
15 Alarm
16 Knoppen ‘platformnivellering op/neer’
17 Modellen S-105 en S-125: Knoppen
‘jib op/neer’
18 Knoppen ‘platformrotatie links/rechts’
19 Knoppen ‘draaitafelrotatie links/rechts’
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
1 Knop ‘arm neer’
Druk op de knop ‘arm neer’ om de arm neer te laten.
2 Knoppen ‘arm in-/uitschuiven’
Druk op de knop ‘arm uitschuiven’ om de arm uit te schuiven. Druk op de knop ‘arm inschuiven’ om de arm in te schuiven.
3 Knop ‘arm op’
Druk op de knop ‘arm op’ om de arm omhoog te brengen.
4 Motorsnelheidskeuzeknop
Druk op de motorsnelheidskeuzeknop om het motortoerental te selecteren. Als het pijltje boven het konijn brandt, staat de motor in de stand hoog stationair. Als het pijltje boven de schildpad brandt, staat de motor in de stand laag stationair.
5 Bedieningsknoppen LCD-scherm
6 Benzine/LPG-keuzeknop
Druk op de brandstofkeuzeknop om de brandstofbron van de motor te selecteren. Als het pijltje boven de LPG-tank brandt, werkt de motor op LPG. Als het pijltje boven de benzinetank brandt, werkt de motor op benzine.
7 LCD-scherm
ab c de f
a indicatie ‘brandstoftank bijna leeg’
b indicatie van motoroliedruk
c indicatie van watertemperatuur
d indicatie van noodvoeding
e indicatie van hoog motortoerental
f urenteller
8 Gloeibougieknop (indien uitgerust met
handmatige gloeibougies)
Druk de gloeibougieknop in en houd deze 3 tot 5 seconden ingedrukt.
9 Rode noodstopknop
Druk de rode noodstopknop in naar de stand ‘uit’ om alle functies stop te zetten en de motor uit te schakelen. Trek de rode noodstopknop uit naar de stand ‘aan’ om de machine te bedienen.
10 Contactslot voor selectie uit/platformbediening/
grondbediening
Draai het contactslot naar de stand ‘uit’ om de machine uit te schakelen. Draai het contactslot naar de grondstand om met de grondbediening te werken. Draai het contactslot naar de platformstand om met de platformbediening te werken.
22 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
11 Motorstartknop
Druk op de motorstartknop om de motor te starten.
12 Noodvoedingsknop
Gebruik de noodvoeding als de primaire krachtbron (motor) defect is. Druk de noodvoedingsknop in en activeer tegelijkertijd de gewenste functie.
13 Hogesnelheidsfunctie-inschakelknop
Druk op de hogesnelheidsfunctie-inschakelknop om de functies op het grondbedieningspaneel in te stellen op hoge snelheid.
14 Lagesnelheidsfunctie-inschakelknop
Druk op de lagesnelheidsfunctie-inschakelknop om de functies op het grondbedieningspaneel in te stellen op lage snelheid.
15 Alarm
16 Knoppen ‘platformnivellering op/neer’
Druk op de knop ‘platformnivellering op’ om het platform omhoog te brengen. Druk op de knop ‘platformnivellering neer’ om het platform neer te laten.
18 Knoppen ‘platformrotatie links/rechts’
Druk op de knop ‘platformrotatie links’ om het platform naar links te draaien. Druk op de knop ‘platformrotatie rechts’ om het platform naar rechts te draaien.
19 Knoppen ‘draaitafelrotatie links/rechts’
Druk op de knop ‘draaitafelrotatie links’ om de draaitafel naar links te draaien. Druk op de knop ‘draaitafelrotatie rechts’ om de draaitafel naar rechts te draaien.
17 Modellen S-105 en S-125:
Knoppen ‘jib op/neer’
Druk op de knop ‘jib op’ om de jib omhoog te brengen. Druk op de knop ‘jib neer’ om de jib neer te laten.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 23
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
1 2
43
65 7 8
9
10
29
Platformbedieningspaneel
1 Platformrotatie-
schakelaar
2 Platformnivellerings-
schakelaar
3 Indicatielampje ‘platform
niet vlak’
4 Indicatielampje ‘machine
niet vlak’
5 Indicatielampje ‘arm
inschuiven’
6 Indicatielampje ‘arm
omhoog’
7 Claxonknop 8 Generatorknop met
indicatielampje (optie)
9 Noodvoedingsknop met
indicatielampje
10 Dieselmodellen:
Gloeibougieknop met indicatielampje Benzine-/LPG-modellen: Chokeknop met indicatielampje
11 Motorstartknop met
indicatielampje
12 Motortoerentalkeuzeknop met
indicatielampjes:
· Konijn en voetschakelaar: door voetschakelaar geactiveerd hoog stationair
· Schildpad: laag stationair
· Konijn: hoog stationair
13 Benzine-/LPG-modellen:
Brandstofkeuzeknop met
indicatielampjes 14 Storingsindicatielampje 15 Indicatielampje ‘brandstoftank bijna
leeg’ 16 Indicatielampje ‘motor controleren’
24 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
2425262728
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
11 12 13 1514 17
16
STOP
!
1819
25 Knop ‘as inschuiven’ met
indicatielampje
26 Gebruikt voor optionele
uitrusting
27 Rij-inschakelknop met
indicatielampje
28 Twee-assige proportionele
joystick voor functies ‘arm op/neer’ en ‘links/rechts­draaitafelrotatie’
29 Modellen S-105 en S-125:
Tuimelschakelaar ‘jib op/neer’
17 Rode noodstopknop 18 Twee-assige proportionele
joystick voor de rij- en stuurfuncties OF proportionele joystick voor de rijfunctie en duim­schakelaar voor de
stuurfunctie 19 Voedingsindicatielampje 20 Indicatielampje
‘overbelasting platform’ 21 Stuurmodus-keuzeknoppen
met indicatielampjes
20212223
22 Rij-keuzeschakelaar met
indicatielampjes: symbool ‘machine op helling’: lage snelheid voor hellingen Symbool ‘machine op horizontale ondergrond’: hoge snelheid voor maximum rijsnelheid
23 Een-assige proportionele
joystick voor in-/ uitschuiffunctie arm
24 Knop ‘as uitschuiven’ met
indicatielampje
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 25
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
Platformbedieningspaneel
1 Platformrotatieschakelaar
Beweeg de platform-
rotatieschakelaar naar
rechts om het platform
naar rechts te draaien.
Beweeg de platform-
rotatieschakelaar naar
links om het platform
naar links te draaien.
2 Platformnivelleringsschakelaar
Beweeg de platform-
nivelleringsschakelaar
omhoog om het platform
omhoog te brengen.
Beweeg de platform-
nivelleringsschakelaar
omlaag om het platform
neer te laten.
3 Indicatielampje ‘platform niet vlak’
Het lampje brandt als de machine niet vlak
staat. Het scheefstandalarm klinkt. De
platformnivelleringsschakelaar werkt alleen in de
richting waarin het platform wordt genivelleerd.
Nivelleer het platform tot het lampje uitgaat.
4 Indicatielampje ‘machine niet vlak’
Het lampje gaat branden als het platform
omhoog is gebracht en de machine zich op een
steile helling bevindt. De rijfunctie in een of
beide richtingen werkt niet.
6 Indicatielampje ‘arm omhoog’
Om de arm verder uit te schuiven, dient deze te worden geheven tot het indicatielampje uitgaat.
7 Claxonknop
Druk op de claxonknop om de claxon te horen. Laat de claxonknop los om de claxon te stoppen.
8 Generatorknop met indicatielampje (optie)
Druk op de generatorknop om de generator in te schakelen. Het lampje gaat branden. Druk nogmaals op de knop om het lampje uit te schakelen en de machinefuncties te herstellen.
9 Noodvoedingsknop met indicatielampje
Gebruik de noodvoeding als de primaire krachtbron (motor) defect is. Houd de noodvoedingsknop ingedrukt en trap tegelijkertijd de voetschakelaar in. Activeer de gewenste functie. Het indicatielampje brandt wanneer de noodvoeding wordt gebruikt.
10 Gloeibougieschakelaar met indicatielampje
Beweeg deze schakelaar en houd deze 3 tot 5 seconden vast om de gloeibougies te activeren.
11 Motorstartknop met indicatielampje
Druk op de motorstartknop om de motor te starten. Het indicatielampje van de motorstartknop brandt als de knop is ingedrukt.
5 Indicatielampje ‘arm inschuiven’
Om de arm verder omlaag te brengen, dient
deze te worden ingeschoven tot het
indicatielampje uitgaat.
26 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
12 Motortoerentalkeuzeknop met indicatielampjes
Druk de motortoerentalkeuzeschakelaar in om
het motortoerental te kiezen. Het indicatielampje
naast de huidige instelling gaat branden.
13 Benzine-/LPG-modellen: Brandstofkeuzeknop
met indicatielampjes
Als het indicatielampje naast de LPG-tank
brandt, werkt de motor op LPG. Als het
indicatielampje naast de benzinetank brandt,
werkt de motor op benzine.
14 Storingsindicatielampje
Een brandend lampje geeft aan dat er in de
machine een of meer storingen aanwezig zijn.
Een storing is een abnormale situatie die
optreedt vanwege een defecte component of
verkeerd gebruik van het systeem. Zie de
desbetreffende servicehandleiding.
15 Indicatielampje ‘brandstoftank bijna leeg’
Een brandend lampje geeft aan dat de
brandstoftank van de machine bijna leeg is.
16 Indicatielampje ‘motor controleren’
Een brandend lampje duidt een motorstoring
aan.
17 Rode noodstopknop
Druk de rode noodstopknop in naar de stand ‘uit’
om alle functies stop te zetten en de motor uit te
schakelen. Trek de rode noodstopknop uit naar
de stand ‘aan’ om de machine te bedienen.
18 Twee-assige proportionele joystick voor de rij-
en stuurfuncties OF proportionele joystick voor de rijfunctie en duimschakelaar voor de stuurfunctie
Beweeg de joystick in de richting van de blauwe pijl op het bedieningspaneel om de machine vooruit te laten rijden. Beweeg de joystick in de richting van de gele pijl om de machine achteruit te laten rijden. Beweeg de joystick in de richting van de blauwe driehoek om de machine naar links te sturen. Beweeg de joystick in de richting van de gele driehoek om de machine naar rechts te sturen. OF Beweeg de joystick in de richting van de blauwe pijl op het bedieningspaneel om de machine vooruit te laten rijden. Beweeg de joystick in de richting van de gele pijl om de machine achteruit te laten rijden. Druk op de linkerzijde van de duimschakelaar om de machine naar links te sturen. Druk op de rechterzijde van de duimschakelaar om de machine naar rechts te sturen.
19 Voedingsindicatielampje
Het lampje brandt als de rode noodstopknop is uitgetrokken in de stand ‘aan’.
20 Indicatielampje ‘overbelasting platform’
Een knipperend lampje geeft aan dat het platform is overbelast. De motor stopt en er treden geen functies in werking.
Verwijder gewicht van het platform tot het lampje uitgaat en start vervolgens de motor opnieuw.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 27
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningselementen
21 Stuurmodus-keuzeknoppen met indicatielampjes
Druk de stuurmodus-keuzeknop in om de
stuurmodus te kiezen. Het indicatielampje naast
de huidige stuurmodus gaat branden.
22 Rij-keuzeschakelaar met indicatielampjes
Druk op de rij-keuzeschakelaar om de rij-
instelling te kiezen. Het indicatielampje naast de
huidige instelling gaat branden.
23 Een-assige proportionele joystick
voor
in-/uitschuiffunctie arm
Beweeg de joystick omhoog om de
arm in te schuiven.
Beweeg de joystick omlaag om de
arm uit te schuiven.
24 Knop ‘as uitschuiven’ met indicatielampje
Druk op de knop ‘as uitschuiven’ om de assen
uit te schuiven. Het indicatielampje knippert
terwijl de assen worden uitgeschoven en blijft
branden wanneer de assen volledig zijn
uitgeschoven.
25 Knop ‘as inschuiven’ met indicatielampje
28 Twee-assige proportionele joystick voor functies
‘arm op/neer’ en ‘links/rechts-draaitafelrotatie’
Beweeg de joystick omhoog om de arm omhoog te brengen. Beweeg de joystick omlaag om de arm neer te laten.
Beweeg de joystick naar links om de draaitafel naar links te draaien. Beweeg de joystick naar rechts om de draaitafel naar rechts te draaien.
29 Modellen S-105 en S-125: Tuimelschakelaar
‘jib op/neer’
Beweeg de schakelaar ‘jib op/neer’ omhoog om de jib omhoog te brengen. Beweeg de schakelaar ‘jib op/neer’ omlaag om de jib neer te laten.
Druk op de knop ‘as inschuiven’ om de assen in
te schuiven. Het indicatielampje knippert terwijl
de assen worden ingeschoven en blijft branden
wanneer de assen volledig zijn ingeschoven.
26 Gebruikt voor optionele uitrusting
27 Rij-inschakelknop met indicatielampje
Als het lampje brandt, geeft dit aan dat de
primaire arm voorbij een wiel aan de cirkelzijde
is gedraaid en de rijfunctie is uitgeschakeld.
Druk om te rijden de rij-inschakelknop in en
verplaats de rij-joystick langzaam uit het
midden.
28 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Grondbeginselen inspectie voor het gebruik
Het is de verantwoordelijkheid van de bediener om een inspectie voor het gebruik en periodiek onderhoud uit te voeren.
Niet bedienen tenzij:
U de principes van het veilig bedienen van de
machine die in deze bedieningshandleiding
worden beschreven, leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik
uit.
Zorg ervoor dat u de inspectie voor het
gebruik kent en begrijpt voordat u verder
gaat met de volgende sectie.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4 Controleer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
De inspectie voor het gebruik is een visuele inspectie die de bediener voor elke dienst uitvoert. De inspectie is bedoeld om te ontdekken of er iets duidelijk mis is met de machine voordat de bediener de functietests uitvoert.
De inspectie voor het gebruik dient ook om te bepalen of periodieke onderhoudsprocedures vereist zijn. Alleen gedeelten van het periodieke onderhoud die in deze handleiding genoemd worden, mogen door de bediener worden uitgevoerd.
Zie de lijst op de volgende pagina en controleer alle punten.
Indien er schade wordt ontdekt, of een ongeautoriseerde wijziging van de toestand waarin de machine door de fabriek is geleverd, dient de machine te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen.
Reparaties aan de machine mogen alleen uitgevoerd worden door een gekwalificeerde servicemonteur, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant. Als de reparaties zijn voltooid, moet de bediener opnieuw een inspectie voor het gebruik uitvoeren voordat de functietests worden uitgevoerd.
Periodieke onderhoudsinspecties moeten door gekwalificeerde servicemonteurs worden uitgevoerd, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant en de eisen die genoemd worden in de verantwoordelijkheids­handleiding.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 29
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Inspectie voor het gebruik
Zorg ervoor dat de bedienings-,
verantwoordelijkheids- en veiligheidshand-
leidingen compleet en leesbaar zijn en zich in de
opbergruimte op het platform bevinden.
Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten
en leesbaar zijn. Zie de sectie Inspecties.
Ga na of er een motorolielek is en controleer het
oliepeil. Vul indien nodig olie bij. Zie de sectie
Onderhoud.
Ga na of er een lek van hydraulische olie is en
controleer het oliepeil. Vul indien nodig olie bij.
Zie de sectie Onderhoud.
Ga na of er een koelvloeistoflek is en controleer
het motorkoelvloeistofpeil. Vul indien nodig
koelvloeistof bij. Zie de sectie Onderhoud.
Ga na of er een lek van accuvloeistoffen is en
controleer het vloeistofpeil. Voeg indien nodig
gedestilleerd water bij. Zie de sectie Onderhoud.
Controleer de volgende onderdelen of gedeelten op schade, onjuist geplaatste of ontbrekende onderdelen en ongeautoriseerde aanpassingen:
Arm- en asglijblokken
Banden en wielen
Motor en bijbehorende onderdelen
Eindschakelaars en claxon
Alarmen en flitslampen (indien aanwezig)
Moeren, bouten en andere bevestigingen
Platformtoegangsmiddenstuk of -hek
Veiligheidsgordelverankeringspunt
Controleer de gehele machine op:
Scheuren in lasnaden of constructiedelen
Deuken of beschadigingen aan de machine
Overmatige roest, corrosie of oxidatie
Zorg ervoor dat alle constructiedelen en andere cruciale onderdelen aanwezig zijn en alle bijbehorende bevestigingen en pennen op hun plaats zitten en stevig zijn vastgemaakt.
Elektrische onderdelen, bedrading en
elektrische kabels
Hydraulische slangen, koppelingen, cilinders
en ventielenblokken
Brandstoftank en hydraulische tank
Rij- en draaitafelmotoren en aandrijfnaven
30 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Zorg ervoor dat de afdekking van de secundaire uitschuifcilinder op de juiste wijze is geplaatst.
Controleer nadat u de inspectie voltooid hebt of alle compartimentafdekkingen op hun plaats zitten en vergrendeld zijn.
Afdekking van de secundaire uitschuifcilinder
Niet bedienen tenzij:
U de principes van het veilig bedienen van de
machine die in deze bedieningshandleiding
worden beschreven, leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
Zorg ervoor dat u de functietests kent en
begrijpt voordat u verder gaat met de
volgende sectie.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Grondbeginselen functietests
De functietests zijn bedoeld om eventuele storingen te ontdekken voordat de machine in gebruik wordt genomen. De bediener moet de stapsgewijze instructies volgen om alle machinefuncties te testen.
Een niet goed functionerende machine mag nooit worden gebruikt. Als er storingen worden ontdekt, moet de machine worden voorzien van een label en uit bedrijf worden genomen. Reparaties aan de machine mogen alleen uitgevoerd worden door een gekwalificeerde servicemonteur, in overeen­stemming met de specificaties van de fabrikant.
Als de reparaties zijn voltooid, moet de bediener opnieuw een inspectie voor het gebruik en de functietests uitvoeren voordat de machine in gebruik wordt genomen.
4 Controleer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
1 Kies een gebied uit dat stevig, horizontaal en vrij
van obstakels is.
Grondbediening
2 Draai het contactslot naar grondbediening.
3 Trek de rode noodstopknop uit naar
de stand ‘aan’.
Resultaat: Het LCD-scherm licht op en geeft geen foutmeldingen weer. De flitslamp (indien aanwezig) dient te knipperen.
Opmerking: In koude klimaten moet het LCD­scherm opwarmen voordat het scherm aangaat.
4 Start de motor (zie de sectie
Bedieningsinstructies).
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 31
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Noodstop testen
5 Druk de rode noodstopknop in naar de
stand ‘uit’.
Resultaat: De motor dient af te slaan en geen
enkele functie mag in werking treden.
6 Trek de rode noodstopknop uit naar de
stand ‘aan’ en start de motor opnieuw.
Hydraulisch olieretourfilter testen
7 Druk op de motortoerentalkeuzeknop totdat het
indicatielampje naast de stand hoog stationair
(konijnsymbool) gaat branden.
8 Til de draaitafelafdekking aan de tankzijde op en
controleer de toestandindicator van het
hydraulisch retourfilter.
Resultaat: De indicator dient zich in het groene
gebied te bevinden.
9 Sluit de draaitafelafdekking aan de tankzijde en
zet deze vast.
10 Druk op de motortoerentalkeuzeknop totdat het
indicatielampje naast de stand laag stationair
(schildpadsymbool) gaat branden.
Uitschuifbare assen testen
Opmerking: Begin deze test met ingeschoven assen.
11 Druk de functie-inschakel/
snelheidskeuzeknop bij de grondbediening in en houd deze ingedrukt. Druk nu op de knop ‘arm op’.
Resultaat: De arm dient omhoog te worden gebracht tot 10° boven de horizontale lijn en dan te stoppen. De arm mag alleen boven de eindschakelaar omhoog worden gebracht wanneer beide assen zijn uitgeschoven.
12 Druk een functie-inschakel/snelheidskeuzeknop
in, en houd deze ingedrukt. Druk nu op de knop ‘arm neer’.
Resultaat: De arm dient te worden neergelaten en terug te keren in de transportstand.
13 Druk een functie-inschakel/snelheidskeuzeknop
in en houd deze ingedrukt. Druk vervolgens op de knop ‘arm uitschuiven’.
Resultaat: De arm mag niet uitschuiven.
14 Draai het contactslot naar
platformbediening. Trap bij de platformbediening de voetschakelaar in, verplaats de rij-joystick in voorwaartse richting en druk op de knop ‘as uitschuiven’.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden en de assen dienen te worden uitgeschoven. Het indicatielampje knippert terwijl de assen bewegen en blijft branden wanneer de assen volledig zijn uitgeschoven.
Opmerking: De functie ‘as uitschuiven’ werkt alleen als de machine in beweging is.
32 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
15 Ga terug naar de grondbediening. Draai het
contactslot naar grondbediening. Druk een
functie-inschakel/snelheidskeuzeknop in en
houd deze ingedrukt. Druk dan op de knop ‘arm
op’ en vervolgend op de knop ‘arm neer’.
Resultaat: De arm dient normaal omhoog te
worden gebracht en neer te worden gelaten.
16 Druk de functie-inschakel/snelheidskeuzeknop
bij de grondbediening in en houd deze ingedrukt.
Druk vervolgens op de knoppen ‘arm
uitschuiven’ en ‘arm inschuiven’.
Resultaat: De arm dient normaal te worden uit-
en ingeschoven.
Machinefuncties testen
17 Houd geen enkele functie-inschakel/
snelheidskeuzeknop ingedrukt. Probeer elke
arm- en platformfunctieknop te activeren.
Resultaat: Geen enkele arm- of platformfunctie
mag in werking treden.
18 Druk een functie-inschakel/snelheidskeuzeknop
in en houd deze ingedrukt. Activeer elke arm- en
platformfunctieknop.
Resultaat: Alle arm- en platformfuncties dienen
een volledige cyclus te doorlopen. Het daalalarm
(indien aanwezig) dient te klinken terwijl de arm
wordt neergelaten.
Noodbediening testen
19 Draai het contactslot naar grondbediening en
schakel de motor uit.
20 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
‘aan’.
21 Houd tegelijkertijd de
noodvoedingsknop ingedrukt en druk elke armfunctieknop in of activeer elke armfunctietuimelschakelaar.
Opmerking: Test elke functie gedurende een gedeeltelijke cyclus om accu’s te sparen.
Resultaat: Alle armfuncties dienen in werking te treden.
Scheefstandschakelaar testen
22 Druk op een van de LCD-
schermknoppen totdat TURNTABLE LEVEL SENSOR X-DIRECTION (X-RICHT SCHUIN­STANDSCHAK DRAAITAF) wordt weergegeven.
Resultaat: Op het LCD-scherm moet de hoek in graden worden weergegeven.
23 Druk op een van de LCD-schermknoppen totdat
TURNTABLE LEVEL SENSOR Y-DIRECTION (Y-RICHT SCHUINSTANDSCHAK DRAAITAF) wordt weergegeven.
Resultaat: Op het LCD-scherm moet de hoek in graden worden weergegeven.
24 Druk op een van de LCD-schermknoppen totdat
PLATFORM LEVEL SENSOR DEGREES (GRAD SCHUINSTANDSCHAK PLATF) wordt weergegeven.
Resultaat: Op het LCD-scherm moet de hoek in graden worden weergegeven.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 33
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Werkbereik testen
25 Druk de aangegeven LCD
schermknoppen
tegelijkertijd in en laat deze
weer los om de
statusmodus te activeren.
26 Druk op een van de
aangegeven LCD-
schermknoppen totdat
BOOM ANGLE (HOEK
ARM) wordt weergegeven.
27 Breng de arm omhoog en bekijk het LCD-
scherm.
Resultaat: Het LCD-scherm moet het volgende
weergeven:
< 10
>= 10
>= 53
> 68
28 Druk op een van de
aangegeven LCD-
schermknoppen totdat
BOOM LENGTH (LENGTE
ARM) wordt weergegeven.
Platformbediening
Noodstop testen
31 Draai het contactslot naar platformbediening.
32 Druk de rode noodstopknop op het platform in
naar de stand ‘uit’.
Resultaat: De motor dient af te slaan en geen enkele functie mag in werking treden.
33 Trek de rode noodstopknop uit en start de motor
opnieuw.
Claxon testen
34 Druk op de claxonknop.
Resultaat: De claxon dient te klinken.
Scheefstandalarm testen
35 Druk op een knop, bijvoorbeeld de
motortoerentalknop of de brandstofkeuzeknop.
Resultaat: Het alarm bij de platformbediening dient te klinken.
29 Schuif de arm uit en bekijk het LCD-scherm.
Resultaat: Het LCD-scherm moet het volgende
weergeven:
bij 0
> 0
> 75
= 100
> 100
30 Schuif de arm in.
34 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Voetschakelaar testen
36 Druk de rode noodstopknop op het platform in
naar de stand ‘uit’.
37 Trek de rode noodstopknop uit naar
de stand ‘aan’, maar start de motor niet.
38 Druk de voetschakelaar in en probeer de motor
te starten door de motorstartknop in te drukken.
Resultaat: De motor mag niet starten.
39 Druk de voetschakelaar niet in en start de motor
opnieuw.
40 Druk de voetschakelaar niet in en test elke
machinefunctie.
Resultaat: Geen enkele machinefunctie mag in
werking treden.
Machinefuncties testen
41 Druk de voetschakelaar in.
42 Activeer elke joystick, tuimelschakelaar of knop
voor machinefuncties.
Resultaat: Alle functies dienen een volledige
cyclus te doorlopen.
Stuurinrichting testen
43 Druk de
stuurmodus­keuzeknop in voor besturing van de vierkantzijde (blauwe pijl).
44 Druk de voetschakelaar in.
45 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
aangegeven door de blauwe driehoek op het bedieningspaneel OF druk de duimschakelaar in de richting aangegeven door de blauwe driehoek.
Resultaat: De wielen aan de vierkantzijde dienen in de richting te draaien waarin de blauwe driehoeken op het rijchassis wijzen.
46 Druk de
stuurmodus­keuzeknop in voor besturing van de cirkelzijde (gele pijl).
47 Druk de voetschakelaar in.
48 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
aangegeven door de gele driehoek op het bedieningspaneel OF druk de duimschakelaar in de richting aangegeven door de gele driehoek.
Resultaat: De wielen aan de cirkelzijde dienen in de richting te draaien waarin de gele driehoeken op het rijchassis wijzen.
49 Druk de
stuurmodus­keuzeknop in voor krabbesturing.
50 Druk de voetschakelaar in.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 35
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
51 Verplaats de rij-
joystick langzaam
in de richting
aangegeven door
de blauwe
driehoek op het bedieningspaneel OF druk de
duimschakelaar in de richting aangegeven door
de blauwe driehoek.
Resultaat: Alle wielen draaien in de richting
waarin de blauwe driehoeken op het rijchassis
wijzen.
52 Druk de stuurmodus-keuzeknop in voor
gecoördineerde besturing.
53 Druk de voetschakelaar in.
54 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
aangegeven door de blauwe driehoek op het
bedieningspaneel OF druk de duimschakelaar in
de richting aangegeven door de blauwe driehoek.
Resultaat: De wielen aan de vierkantzijde dienen
in de richting te draaien waarin de blauwe
driehoeken op het rijchassis wijzen. De wielen
aan de cirkelzijde dienen in de richting te draaien
waarin de gele driehoeken op het rijchassis
wijzen.
Rijden en remmen testen
55 Druk de voetschakelaar in.
56 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
aangegeven door de blauwe pijl op het bedieningspaneel totdat de machine gaat rijden en zet de joystick vervolgens weer in de middelste stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen in de richting waarin de blauwe pijl op het rijchassis wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
57 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
aangegeven door de gele pijl op het bedieningspaneel totdat de machine gaat rijden en zet de joystick vervolgens weer in de middelste stand.
Resultaat: De machine dient zich te verplaatsen in de richting waarin de gele pijl op het rijchassis wijst en vervolgens abrupt te stoppen.
Opmerking: De remmen moeten in staat zijn de machine tegen te houden op elke helling die door de machine kan worden genomen.
36 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Rij-inschakelsysteem testen
58 Druk de voetschakelaar in en laat de arm neer in
de transportstand.
59 Roteer de draaitafel totdat de arm voorbij een
van de wielen aan de cirkelzijde wordt bewogen.
Resultaat: Het indicatielampje
‘rijden ingeschakeld’ dient te
branden zolang de arm zich in
het aangegeven bereik
bevindt.
60 Verplaats de rij-joystick uit het midden.
Resultaat: Geen enkele rijfunctie mag in werking
treden.
61 Druk de rij-inschakelknop in en verplaats de rij-
joystick langzaam uit het midden.
Resultaat: De rijfunctie moet in werking treden.
Opmerking: Als het rij-inschakelsysteem in gebruik is, kan de machine gaan rijden in een richting die tegengesteld is aan de richting waarin de joystick voor rijden en sturen wordt bewogen.
Gebruik de kleurgecodeerde richtingpijlen op de platformbediening en het rijchassis om de rijrichting te bepalen.
Blauw
Beperkte rijsnelheid testen
62 Druk de voetschakelaar in.
63 Breng de arm omhoog tot 10° boven de
horizontale lijn.
64 Verplaats de rij-joystick langzaam naar de
maximale rijstand.
Resultaat: De maximaal haalbare rijsnelheid met de arm geheven mag niet hoger zijn dan 30 cm per seconde.
Opmerking: De machine legt 12,2 m af in 40 seconden.
65 Laat de arm neer in de transportstand.
66 Schuif de arm 1,2 m uit.
67 Verplaats de rij-joystick langzaam naar de
maximale rijstand.
Resultaat: De maximaal haalbare rijsnelheid met de arm uitgeschoven mag niet hoger zijn dan 30 cm per seconde.
Opmerking: De machine legt 12,2 m af in 40 seconden.
Als de rijsnelheid met geheven of uitgeschoven arm hoger is dan 30 cm per seconde, dient de machine onmiddellijk te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen.
Als de rij-joystick niet binnen twee seconden na het indrukken van de rij­inschakelknop wordt bewogen, treedt de rijfunctie niet in werking.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 37
Geel
68 Breng de arm omhoog naar een horizontale
stand. Schuif de arm zo ver mogelijk uit.
69 Verplaats de rij-joystick langzaam naar de
maximale rijstand.
Resultaat: De maximaal haalbare rijsnelheid met volledig uitgeschoven arm mag niet hoger zijn dan 18 cm per seconde.
Opmerking: De machine legt 12,2 m af in 70 seconden.
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Afschakeling rij-kantelhoek testen
70 Druk de voetschakelaar in.
71 Rijd met de machine, met de arm volledig in
transportstand, een helling op waar de
chassishoek over de Y-as (van voren naar
achteren) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te blijven rijden.
72 Verplaats de machine naar een horizontale
ondergrond en schuif de arm ongeveer 110 cm
uit.
73 Rijd met de machine een helling op waar de
chassishoek over de Y-as (van voren naar
achteren) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te stoppen zodra
de machine een chassiskantelhoek van 4,5°
bereikt.
74 Schuif de arm in de transportstand in of rijd in de
tegenovergestelde richting.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden.
75 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng de arm tot ongeveer 15° boven de
horizontale lijn omhoog.
76 Rijd met de machine een helling op waar de
chassishoek over de Y-as (van voren naar
achteren) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te stoppen zodra
de machine een chassiskantelhoek van 4,5°
bereikt.
77 Laat de arm neer in de transportstand of rijd in
de tegenovergestelde richting.
79 Druk de voetschakelaar in.
80 Rijd met de machine, met de arm volledig in
transportstand, een helling op waar de chassishoek over de X-as (van zijde naar zijde) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te blijven rijden.
81 Verplaats de machine naar een horizontale
ondergrond en schuif de arm ongeveer 110 cm uit.
82 Rijd met de machine een helling op waar de
chassishoek over de X-as (van zijde naar zijde) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te stoppen zodra de machine een chassiskantelhoek van 4,5° bereikt.
83 Schuif de arm in de transportstand in of rijd in de
tegenovergestelde richting.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden.
84 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng de arm tot ongeveer 15° boven de horizontale lijn omhoog.
85 Rijd met de machine een helling op waar de
chassishoek over de X-as (van zijde naar zijde) groter dan 4,5° is.
Resultaat: De machine dient te stoppen zodra de machine een chassiskantelhoek van 4,5° bereikt.
86 Laat de arm neer in de transportstand of rijd in
de tegenovergestelde richting.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden.
Resultaat: De machine dient te gaan rijden.
78 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng de arm in de transportstand.
38 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
87 Ga terug naar een horizontale ondergrond en
breng de arm in de transportstand.
Noodbediening testen
88 Schakel de motor uit.
89 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
‘aan’.
90 Druk de voetschakelaar in.
91 Houd de noodvoedingsknop
ingedrukt en activeer
tegelijkertijd elke joystick,
tuimelschakelaar en knop
voor machinefuncties.
Opmerking: Test elke functie gedurende een gedeeltelijke cyclus om accu’s te sparen.
Resultaat: Alle arm- en stuurfuncties dienen in
werking te treden.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Hef/rij-keuzefunctie testen
92 Druk de voetschakelaar in.
93 Verplaats de rij-joystick uit het midden en
activeer een armfunctietuimelschakelaar.
Resultaat: Geen enkele armfunctie mag in
werking treden. De machine rijdt in de richting
die wordt aangegeven op het bedieningspaneel.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 39
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Inspectie van de werkplek
Let op en vermijd de volgende gevaarlijke situaties:
• afgereden kanten of gaten
• hobbels, obstakels op de vloer of puin
Niet bedienen tenzij:
U de principes van het veilig bedienen van de
machine die in deze bedieningshandleiding
worden beschreven, leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4 Controleer de werkplek.
Zorg ervoor dat u de inspectie van de
werkplek kent en begrijpt voordat u verder
gaat met de volgende sectie.
5 Gebruik de machine alleen zoals is bedoeld.
Grondbeginselen
De inspectie van de werkplek helpt de bediener te bepalen of de werkplek geschikt is om de machine veilig te bedienen. Deze inspectie dient door de bediener te worden uitgevoerd voordat de machine naar de werkplek wordt verplaatst.
• hellende ondergrond
• een onstabiele of gladde ondergrond
• hoog aangebrachte obstakels en hoogspanningsgeleiders
• gevaarlijke plaatsen
• ondergrond die te zacht is om alle belastingskrachten te weerstaan die door de machine worden opgewekt
• wind- en weersomstandigheden
• de aanwezigheid van onbevoegd personeel
• andere eventueel onveilige omstandigheden
Het is de verantwoordelijkheid van de bediener om de instructies over mogelijke gevaren op de werkplek door te lezen en te onthouden, er vervolgens op te letten en deze te vermijden bij het verplaatsen, opstellen en bedienen van de machine.
40 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Inspectie van stickers met symbolen
Ga na of er op de stickers op uw machine tekst of symbolen worden gebruikt. Controleer aan de hand van de betreffende inspectie of alle stickers zich op hun plaats bevinden en leesbaar zijn.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Onder- Beschrijving Aantal deelnr.
27204 Pijl - Blauw 1
27205 Pijl - Geel 1
27206 Driehoek - Blauw 4
27207 Driehoek - Geel 4
28159 Label - Diesel 1
28174 Label - Voeding naar 2
platform, 230V
28235 Label - Voeding naar 2
platform, 115V
40434 Label - Veiligheids- 3
gordelverankering
44981 Label - Luchtleiding 2
naar platform (optie)
61227 Grondbedieningspaneel 1
65182 Platformbedieningspaneel 1
65264 Uiterlijk - Genie S-125 1
65265 Uiterlijk - S-125 1
65266 Uiterlijk - 4 x 4 1
65267 Uiterlijk - Genie S-120 1
65268 Uiterlijk - S-120 1
65278 Label - Niet op gaan staan 4
72119 Label - Werkbereik, 1
S-120 en S-125
Onder- Beschrijving Aantal deelnr.
72147 Uiterlijk - Genie S-100 1
72148 Uiterlijk - Genie S-105 1
72149 Uiterlijk - S-100 1
72150 Uiterlijk - S-105 1
72152 Label - Werkbereik, 1
S-100 en S-105
82240 Label - geluidsniveau 1
82422 Label - Werkverlichting of 1
rijlichten (optie)
82472 Label - Gevaarlijke situatie: 6
ledematen kunnen worden verbrijzeld
82473 Label - Toegang tot compartiment 1
82481 Label - Veiligheid accu 1
82487 Label - Handleiding lezen 2
82487 Label - Handleiding lezen, 2
paneelhouder (optie)
82487 Label - Handleiding lezen, 2
pijphouder (optie)
82547 Label - Maximum laadvermogen 1
340 kg, S-100 en S-120
82548 Label - Gevaarlijke situatie: 2
ledematen kunnen worden verbrijzeld, platform
82577 Label - Draadverbinding 1
‘overbelasting platform’
Deze inspectie wordt vervolgd op de volgende pagina.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 41
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
82487
82487
40434
82548
T114286 114249
82472
65268 of 65265 of 72149 of 72150
27206
65278
27204
27207
65278
27207
27205
65278
27206
65266
114247
114252
T114286
65264 of 65267 of 72147 of 72148
Arcering geeft aan dat de sticker niet zichtbaar is en zich bijvoorbeeld onder een afdekking bevindt.
133067
82472
28159
114251
133205
82481
133067
114252
82473
114112
114249
82472
146418
of 146419 of 146420 of 146421
82422 82603 65182 82577
114473
44981
97815
82487
28174
of 28235
82601
of 82547
82671
82604
Serielabel
82240
97757 82487
72119 of 72152
61227 237886
T110549CS
133067
114249
82472 82472
42 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
146418 of 146419 of 146420 of 146421
114112
146418 of 146419 of 146420 of 146421
114249
82671
44981
28174 of 28235
82472
T114286
133067
T114286
40434
82548
114252
Inspectie van stickers met symbolen
Ga na of er op de stickers op uw machine tekst of symbolen worden gebruikt. Controleer aan de hand van de betreffende inspectie of alle stickers zich op hun plaats bevinden en leesbaar zijn.
Deze inspectie is een vervolg van de vorige pagina.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
Onder- Beschrijving Aantal deelnr.
82601 Label - Maximum laadvermogen 1
227 kg, S-105 en S-125
82603 Label - Draadverbinding 1
‘rijden inschakelen’
82604 Label - Max. handkracht, 400 N 1
82671 Label - Laskabel naar 2
platform (optie)
97757 Label - Peil hydraulische olie 1
97815 Label - Onderste middenstuk 1
114112 Label - Transportschema 2
114247 Label - Niet op gaan staan of 1
meerijden
114249 Label - Gevaarlijke situatie: 4
machine kan omkantelen, banden
114251 Label - Gevaarlijke situatie: 1
kans op explosies
114252 Label - Gevaarlijke situatie: 4
machine kan omkantelen, eindschakelaar
114473 Label - Gevaarlijke situatie: 1
machine kan omkantelen, scheefstandalarm
133067 Label - Gevaarlijke situatie: 4
elektrocutie mogelijk
133205 Label - Gevaarlijke situatie: 1
elektrocutie mogelijk, accu
Onder- Beschrijving Aantal deelnr.
146418 Label - Wielbelasting, S-100 4
146419 Label - Wielbelasting, S-105 4
146420 Label - Wielbelasting, S-120 4
146421 Label - Wielbelasting, S-125 4
T110549CS Label - Storingscodediagram 1
237886 Label - Nooddalen 1
T114286 Label - Afdekking plaatsen/ 8
Handleiding lezen
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 43
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Inspecties
82487
82487
40434
82548
T114286 114249
82472
65268 of 65265 of 72149 of 72150
27206
65278
27204
27207
65278
27207
27205
65278
27206
65266
114247
114252
T114286
65264 of 65267 of 72147 of 72148
Arcering geeft aan dat de sticker niet zichtbaar is en zich bijvoorbeeld onder een afdekking bevindt.
133067
82472
28159
114251
133205
82481
133067
114252
82473
114112
114249
82472
146418
of 146419 of 146420 of 146421
82422 82603 65182 82577
114473
44981
97815
82487
28174
of 28235
82601
of 82547
82671
82604
Serielabel
82240
97757 82487
72119 of 72152
61227 237886
T110549CS
133067
114249
82472 82472
44 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
146418 of 146419 of 146420 of 146421
114112
146418 of 146419 of 146420 of 146421
114249
82671
44981
28174 of 28235
82472
T114286
133067
T114286
40434
82548
114252
Niet bedienen tenzij:
U de principes van het veilig bedienen van de machine die in deze bedieningshandleiding worden beschreven, leert en in praktijk brengt.
1 Vermijd gevaarlijke situaties.
2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.
3 Voer altijd functietests uit voordat u de
machine gebruikt.
4 Controleer de werkplek.
5 Gebruik de machine alleen zoals is
bedoeld.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Grondbeginselen
In de sectie Bedieningsinstructies staan instructies voor elk aspect van de bediening van de machine. Het is de verantwoordelijkheid van de bediener alle veiligheidsvoorschriften en instructies in de bedieningshandleiding, veiligheidshandleiding en verantwoordelijkheidshandleiding op te volgen.
Het gebruik van de machine voor een ander doel dan het heffen van personen, samen met gereedschappen en materialen, naar een werkplek in de lucht is onveilig en gevaarlijk.
De machine mag alleen door getraind en bevoegd personeel worden bediend. Als meerdere bedieners op verschillende tijdstippen in dezelfde dienst een machine bedienen, mag het hier alleen om gekwalificeerde bedieners gaan van wie verwacht wordt dat zij alle veiligheidsvoorschriften en instructies in de bedienings-, verantwoordelijkheids­en veiligheidshandleidingen opvolgen. Dat betekent dat elke nieuwe bediener een inspectie voor het gebruik, functietests en een inspectie van de werkplek moet uitvoeren voordat hij de machine gebruikt.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 45
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Motor starten
1 Draai het contactslot van de grondbediening in
de gewenste stand.
2 Zorg ervoor dat de rode noodstopknop van zowel
de grond- als platformbediening uitgetrokken is naar de stand ‘aan’.
Deutz-modellen
1 Dieselmodellen met gloeibougieknop: Druk de
gloeibougieknop in.
Dieselmodellen met automatische gloeibougies: Oranje lampje gaat branden wanneer de gloeibougies ingeschakeld zijn.
2 Verplaats de
motorstarttuimelschakelaar naar een van beide zijden. De motorstartschakelaar kan worden bewogen op elk moment dat de gloeibougies zijn ingeschakeld. Als de motor niet start of afslaat, schakelt de herstartvertraging de startschakelaar gedurende 3 seconden uit.
Perkins-modellen
1 Beweeg de gloeibougieschakelaar naar een van
beide zijden en houd deze vast.
Noodstop
Druk de rode noodstopknop van de grond- of platformbediening in naar de stand ‘uit’ om alle functies stop te zetten en de motor uit te schakelen.
Repareer elke functie die nog werkt als de rode noodstopknop is ingedrukt.
De grondbediening krijgt voorrang op de rode noodstopknop op het platform.
Noodbediening
Gebruik de noodvoeding als de primaire krachtbron (motor) defect is.
1 Draai het contactslot naar grond- of
platformbediening.
2 Trek de rode noodstopknop uit naar de stand
‘aan’.
3 Druk de voetschakelaar in wanneer u de
noodbediening bedient vanaf het platform.
4 Houd de noodvoedingsknop
ingedrukt en activeer tegelijkertijd de gewenste functie.
De rijfunctie werkt niet op noodvoeding.
2 Verplaats de motorstarttuimelschakelaar naar
een van beide zijden. Als de motor niet start of afslaat, schakelt de herstartvertraging de startschakelaar 3 seconden uit.
Als de motor na 15 seconden ronddraaien niet start, dient u de oorzaak hiervan vast te stellen en eventuele storingen te repareren. Wacht 60 seconden voordat u opnieuw probeert te starten.
Warm onder koude omstandigheden, -6 °C en lager, de motor gedurende 5 minuten op voordat de machine in bedrijf wordt genomen om schade aan het hydraulische systeem te voorkomen.
Onder extreem koude omstandigheden, -18 °C en lager, dienen machines te worden uitgerust met optionele koude-startsets. Als u probeert de motor te starten bij temperaturen onder de -18 °C kan het gebruik van een hulpaccu nodig zijn.
46 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Bediening vanaf de grond
1 Draai het contactslot naar grondbediening.
2 Trek de rode noodstopknop uit
naar de stand ‘aan’.
3 Benzine-/LPG-modellen: Kies de brandstof door
de brandstofkeuzeknop in te drukken.
4 Start de motor.
Platform plaatsen
1 Druk een functie-inschakel/
snelheidskeuzeknop in en houd deze ingedrukt.
2 Druk op de betreffende functieknop
aan de hand van de markeringen op het bedieningspaneel.
De rij- en stuurfuncties zijn niet beschikbaar vanaf de grondbediening.
Bediening vanuit het platform
1 Draai het contactslot naar platformbediening.
2 Trek de beide rode noodstopknoppen van de
grond- en platformbediening uit naar de stand ‘aan’.
3 Benzine-/LPG-modellen: Kies de brandstof door
de brandstofkeuzeknop in te drukken.
4 Start de motor. Druk de voetschakelaar niet in
wanneer u de motor start.
Platform plaatsen
1 Druk de voetschakelaar in.
2 Verplaats de betreffende functie-joystick of
functietuimelschakelaar langzaam of druk op de betreffende knop aan de hand van de markeringen op het bedieningspaneel.
Sturen
1 Druk de voetschakelaar in.
2 Kies de stuurmodus door een stuurmodus-
keuzeknop in te drukken. Het indicatielampje naast de huidige stuurmodus gaat branden.
3 Verplaats de rij-joystick langzaam in de richting
van de blauwe of gele driehoeken OF druk op de duimschakelaar boven op de joystick.
Gebruik de kleurgecodeerde richtingdriehoeken op de platformbediening en het rijchassis om de draairichting van de wielen te bepalen.
Rijden
1 Druk de voetschakelaar in.
2 Snelheid verhogen: Verplaats de rij-joystick
langzaam in de richting van de blauwe of gele pijlen.
Snelheid verlagen: Verplaats de rij-joystick langzaam naar het midden toe.
Stoppen: Plaats de rij-joystick terug in het midden of laat de voetschakelaar los.
Gebruik de kleurgecodeerde richtingpijlen op de platformbediening en het rijchassis om de rijrichting van de machine te bepalen.
De rijsnelheid van de machine wordt beperkt als de arm is geheven of uitgeschoven.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 47
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Rijden op een helling
Bepaal de toelaatbare hellingshoek (omhoog en omlaag) of dwarshellingshoek voor de machine en bepaal het stijgingspercentage van de helling.
Maximaal toelaatbare hellingshoek, platform heuvelafwaarts (klimvermogen): 40% (22°)
Maximaal toelaatbare hellingshoek, platform heuvelopwaarts: 40% (22°)
Maximaal toelaatbare dwarshellingshoek: 25% (14°)
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie. De term klimvermogen is alleen van toepassing op het platform voor heuvelafwaarts rijden.
Zorg ervoor dat de arm onder de horizontale lijn is en dat het platform zich tussen de achterwielen bevindt.
Leg het stuk hout op de helling.
Leg de waterpas aan de voet van de helling op de bovenrand van het stuk hout en hef het uiteinde op tot het stuk hout horizontaal komt.
Meet de afstand tussen de onderzijde van het stuk hout en de grond terwijl u het stuk hout horizontaal houdt.
Deel de met het meetlint gemeten afstand (verval) door de lengte van het stuk hout (pad) en vermenigvuldig de uitkomst met 100.
Bijvoorbeeld:
pad
verval
Stuk hout = 3,6 m
Pad = 3,6 m
Verval = 0,3 m
0,3 m 3,6 m = 0,083 x 100 = stijgingspercentage van 8,3%
Stijgingspercentage bepalen:
Meet de helling met een digitale hellingsmeter OF hanteer de volgende procedure.
U hebt nodig:
waterpas
recht stuk hout van minstens 1 m
meetlint
48 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Als de helling steiler is dan de toelaatbare hellingshoek (omhoog en omlaag) of dwarshellingshoek, moet de machine met behulp van een lier of een transportvoertuig op de helling worden gebracht of ervan af worden gehaald. Zie de sectie Transport- en hefinstructies.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Rijden inschakelen
Als het lampje brandt, duidt dit aan dat de arm voorbij een wiel aan de cirkelzijde is gedraaid en de rijfunctie is uitgeschakeld.
Druk om te rijden de rij-inschakelknop in en verplaats de rij-joystick langzaam uit het midden.
Als de rij-joystick niet binnen twee seconden na het indrukken van de rij-inschakelknop wordt bewogen, treedt de rijfunctie niet in werking. Laat de rij­inschakelknop los en druk deze opnieuw in.
Houd er rekening mee dat de machine kan gaan rijden in de richting die tegengesteld is aan de richting waarin de rij- en stuurbedieningselementen worden bewogen.
Gebruik altijd de kleurgecodeerde richtingpijlen op de platformbediening en het rijchassis om de rijrichting van de machine te bepalen.
Instelling motortoerental
Selecteer het motortoerental door de keuzeknop in te drukken. Het indicatielampje naast de huidige instelling gaat branden.
Lampje ‘motor controleren’
Lampje brandt en de motor is afgeslagen: Voorzie de machine van een label en neem deze uit bedrijf.
Lampje brandt en de motor draait nog: Neem binnen 24 uur contact op met onderhoudspersoneel.
Werkbereikindicatielampjes
De werkbereikindicatielampjes gaan branden om aan te geven dat een functie is onderbroken en/of dat er een handeling van de bediener nodig is.
Indicatielampje ‘arm omhoog’ knippert: om de arm verder uit te schuiven, dient de arm omhoog te worden gebracht tot het indicatielampje uit is.
Indicatielampje ‘arm inschuiven’ knippert: om de arm verder omlaag te brengen, dient de arm te worden ingeschoven tot het indicatielampje uit is.
Indicatielampje ‘machine niet vlak’ knippert: Het scheefstand-alarm klinkt als dit lampje knippert. Verplaats
· Konijn- en voetschakelaarsymbool: door voetschakelaar geactiveerd hoog stationair
· Schildpadsymbool: laag stationair
· Konijnsymbool: hoog stationair
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 49
de machine naar een stevige, horizontale ondergrond.
Indicatielampje ‘platform niet vlak’ knippert: Het scheefstand-alarm klinkt als dit lampje knippert. De platformnivellerings-tuimelschakelaar werkt alleen in de richting waarin het platform wordt genivelleerd. Nivelleer het platform tot het indicatielampje uitgaat.
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Overbelasting platform
Een knipperend lampje geeft aan dat het platform is overbelast. De motor stopt en er treden geen functies in werking.
Verwijder gewicht van het platform tot het lampje uitgaat en start vervolgens de motor opnieuw.
Lastweegsysteem overbrugging actief
Als het LCD-scherm van de grondbediening OVERLOAD RECOVERY (LASTWEEGSYSTEEM OVERBRUGGING ACTIEF) weergeeft, is het nooddaalsysteem gebruikt terwijl het platform overbelast was. Raadpleeg voor informatie over het terugzetten van dit bericht de desbetreffende Genie servicehandleiding.
Generator (indien aanwezig)
Druk de generatorknop in om de generator te bedienen. Het indicatielampje gaat branden en de motor blijft draaien.
Sluit elektrische gereedschappen aan op de GFCI-contactdoos die de voeding naar het platform verzorgt.
Indicatielampje ‘machine niet vlak’ (indien aanwezig)
Als het scheefstandalarm klinkt terwijl het platform omhoog is gebracht, gaat het indicatielampje ‘machine niet vlak’ branden en werkt de rijfunctie in een of beide richtingen niet. Bepaal de toestand van de arm ten opzichte van de helling zoals hieronder weergegeven. Volg de stappen om de arm neer te laten voordat u de machine verplaatst naar een stevige, horizontale ondergrond. Draai de arm niet terwijl het platform wordt neergelaten.
Als het scheefstandalarm klinkt met het platform heuvelopwaarts:
1 Laat de arm neer.
2 Schuif de arm in.
Als het scheefstandalarm klinkt
met het platform heuvelafwaarts:
1 Schuif de arm in.
2 Laat de arm neer.
Druk op de generatorknop om de generator uit te zetten. Het indicatielampje gaat uit.
50 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
LCD-scherm (indien aanwezig)
Op het LCD-scherm worden de urenteller, spanning, oliedruk en koelvloeistoftemperatuur weergegeven. Op het scherm worden tevens storingscodes en andere service-informatie weergegeven.
Perkins-motor
Met Perkins 854F-34T-dieselmotoren uitgeruste machines zijn voorzien van een regeneratiemodus die automatisch in werking dient te treden wanneer dit noodzakelijk is.
Op het LCD-scherm worden de meldingen REGEN FORCED (REGEN GESTART) en WARNING HIGH EXHAUST SYSTEM TEMP (WAARSCHUWING TEMP. UITLAATSYSTEEM HOOG) weergegeven wanneer de regeneratie­modus in werking is getreden. Geen onderhoud vereist.
Na elk gebruik
1 Kies een veilige parkeerplaats uit: een stevige,
horizontale ondergrond vrij van obstakels en verkeer.
2 Schuif de arm in en laat deze neer in de
transportstand.
3 Roteer de draaitafel totdat de arm zich tussen
de wielen aan de cirkelzijde bevindt.
4 Draai het contactslot naar de stand ‘uit’ en
verwijder de sleutel om onbevoegd gebruik te voorkomen.
5 Blokkeer de wielen.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 51
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Storingscode-indicatiedisplay
Als op het LCD-scherm van de grondbediening een storingscode verschijnt, wordt de storingsbron weergegeven als “Fault XXX” en het type fout als “xx Source”. Zie onderstaand voorbeeld.
Fault 006_12 Source
Indien er een storingscode wordt aangegeven, dient de machine te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen en, voordat deze opnieuw wordt gebruikt, te worden gerepareerd door een gekwalificeerde monteur.
Storingsbron
ID Beschrijving
6 Snelheid arm op/neer 8 CAN-netwerk 9 Motor
18 Rij-controller - CAN-netwerk 20 Joystick arm uit-/inschuiven 21 Joystick arm op/neer 28 Richtingsschakelaar arm op/neer 29 Richtingsschakelaar arm uit-/inschuiven
30Joystick aandrijving 35Aandrijfventiel 39 Aandrijfventiel - grote stroom
40 Joystick draaitafelrotatie 48 Jib-ventiel 49 Jib-richtingsschakelaar 50 Jib-ventiel 52 Stuurjoystick 53Stuursensor, linksvoor 54 Stuursensor, rechtsvoor 55 Stuursensor, linksachter 56 Stuursensor, rechtsachter 61 Asrichtingsschakelaar 62 Asventiel 63 X-richting scheefstandschakelaar draaitafel 64 Y-richting scheefstandschakelaar draaitafel 70 Softwareversie draaitafelcontroller - platformcontroller 73 Motoroliedruksensor 74 Motortemperatuursensor
81 Ventiel arm op/neer 82 Ventiel arm uit-/inschuiven 85 Snelheid arm uit-/inschuiven 91 Richtingsschakelaar draaitafelrotatie 92 Ventiel draaitafelrotatie 94Draaitafelsnelheid 98 Platformcontroller - scheefstandschakelaar platform 99 Richtingsschakelaar platformnivellering
110 Richtingsschakelaar platformrotatie 117 Schakelaar overbelasting platform 119 Multifunctioneel ventiel 120 Veiligheidsschakelaar P3 121 Veiligheidsschakelaar P6R1
Type storing
ID Beschrijving
11 Waarde bij 5V 12 Waarde te hoog 13 Geen reactie 15 Waarde te laag 16 Waarde bij 0V 17 Niet gekalibreerd 21 Storing
Storingsbron
ID Beschrijving
122 Veiligheidsschakelaar P6R2 123 Veiligheidsschakelaar P7 124 Veiligheidsschakelaar P7R 125 Veiligheidsschakelaar P9A 126 Veiligheidsschakelaar P9B 127 Veiligheidsschakelaar P10 128 Veiligheidsschakelaar P11 129 Veiligheidsschakelaar P12 130 Veiligheidsschakelaar P14 131 Veiligheidsschakelaar P18 132 Veiligheidsschakelaar P22 133 Veiligheidsschakelaar P22R 134 Rij-controller - veiligheidsschakelaar P7R 135 Veiligheidsschakelaar LSB8AS 136 Veiligheidsschakelaar LSB9AS 137 Veiligheidsschakelaar LSB4ES 138 Veiligheidsschakelaar LSB2RS 141 Uitschakelmodus 145 Ventiel draaitafelrotatie rechtsom 146 Ventiel draaitafelrotatie linksom 147 Doorstroomventiel draaitafel 150 Ventiel arm uitschuiven 151 Ventiel arm inschuiven 152 Ventiel arm op 153 Ventiel arm neer 154 Doorstroomventiel arm uit-/inschuiven 155 Doorstroomventiel arm op/neer 156 Ventiel primaire blokkering P1 157 Ventiel primaire blokkering P2 158 Armhoekschakelaars 159 Armlengteschakelaars 160 Stuurventiel(en), linksvoor 161 Stuurventiel(en), rechtsvoor 162 Stuurventiel(en), linksachter 163Stuurventiel(en), rechtsachter 165 Aandrijfventiel - alleen grote stroom 166 Remventiel 167 Ventiel motorspoel 175 Ventiel platformnivellering 176 Ventiel platformrotatie
52 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Instructies pijphouders
Het pijphouderpakket bestaat uit 2 pijphouders die elk aan een zijde van het platform worden geplaatst en met veerstroppen aan de veiligheidsreling worden gemonteerd.
Houd u aan het volgende:
Pijphouders moeten aan de binnenzijde van het platform worden geplaatst.
Pijphouders dienen de platformbediening of de toegang naar het platform niet te blokkeren.
De onderzijde van de pijphouderbuis moet op de platformvloer rusten.
Zorg dat het platform horizontaal staat voordat u een pijphouder plaatst.
Plaatsing van pijphouders
1 Plaats aan beide zijden van het platform een
pijphouder. Raadpleeg de illustratie links. Zorg dat de onderzijde van de pijphouderbuis op de platformvloer rust.
2 Plaats twee veerstroppen vanaf de buitenkant
van de platformreling door elke pijphouder­bevestiging.
3 Zet elke veerstrop vast met 2 ringen en
2 moeren.
a Band
b Veerstroppen
c Pijphouderbevestiging
d Bovenste
platformreling
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 53
e Pijphouderlaswerk
f Middelste
platformreling
g Platte ringen
3
h
/8-inch nylock
moeren
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Gebruik van pijphouders
1 Zorg dat de instructies voor montage en
plaatsing van de pijphouders juist zijn opgevolgd en dat de pijphouders zijn vastgezet aan de platformreling.
2 Plaats de lading zodanig dat deze in beide
pijphouders rust. De lading dient in de lengte parallel te liggen aan de lengte van het platform.
3 Centreer de lading in de pijphouders.
4 Zet de lading aan elke pijphouder vast. Haal de
nylon band over de lading. Druk de sluiting in en schuif de band erdoor. Zet de band vast.
5 Trek en duw de lading voorzichtig om te
controleren of de pijphouders en de lading goed vastzitten.
6 Zorg dat de lading blijft vastzitten als de
machine in beweging is.
Gevaarlijke situatie: machine kan omkantelen. Het gewicht van het pijphouderpakket en de lading in de pijphouders verlagen het nominale laadvermogen van het platform en moeten met het totale laadvermogen van het platform worden verrekend.
Gevaarlijke situatie: machine kan omkantelen. Het gewicht van het pijphouderpakket en de lading in de pijphouders kan de maximum bezetting op het platform beperken.
Maximum laadvermogen pijphouders
Alle modellen 90,7 kg
Gewicht pijphouderpakket 9,5 kg
54 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Paneelhouderpakket
1 Breng de waarschuwingssticker aan op de
voorzijde van elke paneelhouder (indien nodig).
2 Plaats rubberen schokdemper 1 in de
paneelhouderbasis. Zie de illustratie.
3 Zet de schokdemper vast met 2 hoge
borgmoeren en 2 ringen.
Plaatsing van paneelhouders
1 Steek het haakstuk door de sleuven in de
paneelhouderbasis.
2 Haak de paneelhouder op de gewenste plek aan
de onderste platformbuis.
3 Plaats rubberen schokdemper 2 door de
paneelhouderbasis en het haakstuk. Zie de illustratie.
4 Zet deze vast met 2 lage borgmoeren.
5 Als de paneelhouder aan een steunbuis van de
platformvloer is geplaatst, steekt u de veerstrop door de vloer aan weerszijden van de buis en in de paneelhouderbasis.
Plaatsing van voering
1 Plaats de twee stukken voering op de
platformreling. Plaats de voering zodanig dat deze de panelen beschermt tegen contact met de platformreling.
Plaatsing van band
1 Maak de klem open en plaats deze rond een
verticale buis van de platformreling.
2 Steek een bout met een ring door een zijde van
de klem.
3 Plaats de eindplaat van de bandconstructie op
de bout.
4 Steek de bout door de andere zijde van de klem.
5 Zet deze vast met een ring en een moer. Draai
niet te vast. De eindplaat van de bandconstruc­tie moet over de platformreling kunnen schuiven.
6 Zet de veerstrop vast met 2 moeren en 2 ringen.
Ga verder naar stap 9.
7 Gebruik de meegeleverde aluminium buis als de
paneelhouder niet bij een steunbuis van de platformvloer is geplaatst.
8 Plaats de buis tussen de paneelhouder en de
platformvloer. Steek de veerstrop door de vloer aan weerszijden van de buis en in de paneelhouderbasis.
9 Herhaal het bovenstaande voor de tweede set
onderdelen.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 55
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Bedieningsinstructies
Gebruik van paneelhouders
1 Maak beide paneelhouders vast aan het
platform.
2 Plaats de lading zodanig dat deze in beide
paneelhouders rust.
3 Centreer de lading op het platform.
4 Maak de lading met de band vast aan het
platform. Zet de band vast.
rubberen schokdemper 1
sticker
haakstuk
rubberen
schokdemper 2
bevestigingssleuven
veerstrop
paneel-
houderbasis
voering
klem
haak
56 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Transportinstructies Houd u aan het volgende:
Deze bevestigingsgegevens worden aanbevolen door Genie Industries. De bestuurder is verantwoordelijk voor het veilig bevestigen van de machine en voor de keuze van de aanhangwagen. Hierbij moet rekening worden gehouden met alle van toepassing zijnde overheidsvoorschriften, wetten en het bedrijfsbeleid.
Klanten van Genie die een hefvoertuig of ander product van Genie in een container moeten vervoeren, dienen dit uit te besteden aan een gekwalificeerd transportbedrijf dat gespecialiseerd is in het voorbereiden, laden en bevestigen van bouw- en hefmachines voor internationaal transport.
Alleen bevoegde hoogwerkerbedieners mogen de machine op en van het transportvoertuig rijden.
Het transportvoertuig dient op een horizontale ondergrond geparkeerd te worden.
Het transportvoertuig moet worden geblokkeerd om wegrollen bij het laden van de machine te voorkomen.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Transport- en hefinstructies
Zorg ervoor dat de draaitafel voor transport wordt vastgezet met de anti-rotatievergrendeling van de draaitafel. Zorg ervoor dat de draaitafel wordt ontgrendeld voor gebruik.
Rijd niet met de machine op een helling die steiler is dan de toelaatbare hellingshoek en dwarshellingshoek. Zie Rijden op een helling in de sectie Bedieningsinstructies.
Als de helling van de laadvloer van het transportvoertuig steiler is dan de maximaal toelaatbare hellingshoek (omhoog of omlaag), moet de machine worden geladen en afgeladen met behulp van een lier zoals beschreven.
Vrijloopconfiguratie voor hijsen met lier
Blokkeer de wielen om te voorkomen dat de machine gaat rollen.
Zet de remmen vrij door alle vier de vrijloopkappen van de eindaandrijving om te keren.
Zorg ervoor dat de lierkabel goed vastzit aan de vastzetpunten op het rijchassis en dat het pad vrij is van obstakels.
Voer de beschreven procedures in omgekeerde volgorde uit om de remmen opnieuw te activeren.
deactiveren
activeren
Zorg ervoor dat het draagvermogen van het voertuig, de dragende ondergrond en de kettingen of banden voldoende zijn om het gewicht van de machine te kunnen dragen. Genie hefapparaten zijn relatief zwaar voor hun afmetingen. Zie het serielabel voor het gewicht van de machine. Zie de sectie Stickers voor de plaats van het serielabel.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 57
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Transport- en hefinstructies
Vastzetten voor vervoer
Gebruik altijd de draaitafelborgpen als de machine wordt getransporteerd.
draaitafelborgpen
Draai het contactslot naar de stand ‘uit’ en verwijder de sleutel voorafgaand aan het transport.
Controleer de gehele machine op losse of niet­vastgezette onderdelen.
Chassis vastzetten
Gebruik kettingen die een grote belasting aankunnen.
Gebruik ten minste 5 kettingen.
Stel de takelage bij om schade aan de kettingen te voorkomen.
Platform vastzetten - S-100 en S-120
Laat de arm neer in de transportstand.
Breng het platform zo ver mogelijk van de grond omhoog (zie hieronder).
Voer een riem door de platformsteun tussen de platen naast de rotator.
Bevestig de riem aan elke hoek van de laadvloer.
Het platform steekt achter de vrachtwagen uit.
Laadvloer
Platform vastzetten - S-105 en S-125
Laat de jib neer in de transportstand.
Breng het platform zo ver mogelijk omlaag, zodat jib en platform onder de arm worden opgeborgen.
Laadvloer
58 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Voer een riem door de platformsteun tussen de platen naast de rotator.
Bevestig de riem aan elke hoek van de laadvloer.
Het platform steekt achter de vrachtwagen uit.
Laadvloer
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Transport- en hefinstructies
Hefinstructies
Laat de arm volledig neer en schuif deze volledig in. Plaats de jib (indien aanwezig) parallel aan de grond. Verwijder alle losse onderdelen van de machine.
Houd u aan het volgende:
Alleen bevoegde kraanmachinisten mogen de machine takelen en heffen.
Zorg ervoor dat het draagvermogen van de kraan, de dragende ondergrond en de banden of lijnen voldoende zijn om het gewicht van de machine te kunnen dragen. Zie de serieplaat voor het gewicht van de machine.
Zet de draaitafel vast met de anti­rotatievergrendeling.
Bepaal het zwaartepunt van de machine aan de hand van de tabel en de afbeelding op deze pagina.
Bevestig de takelage alleen aan de aangegeven hefpunten op de machine. Er bevinden zich twee hefpunten op het chassis en twee op de draaitafel.
Stel de takelage bij om schade aan de machine te voorkomen en om de machine horizontaal te houden.
Gebruik een spreidbalk om beschadiging van de machine door de takelage te voorkomen.
Plaats van zwaartepunt
X-as Y-as
S-100 2,08 m 1,30 m
S-105 2,02 m 1,51 m
S-120 2,0 m 1,34 m
S-125 1,93 m 1,55 m
Hefpunten draaitafel (2)
Y-as
Hefpunten van het chassis (2) -
X-as
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 59
achter de wielen
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Onderhoud
Motoroliepeil controleren
Het is voor goede prestaties en een lange levensduur van de motor van essentieel belang dat
Houd u aan het volgende:
Alleen de gedeelten van het periodieke onderhoud die in deze handleiding genoemd worden, mogen door de bediener worden uitgevoerd.
Periodieke onderhoudsinspecties moeten door gekwalificeerde servicemonteurs worden uitgevoerd in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant en de eisen die genoemd worden in de verantwoordelijkheids­handleiding.
Voer het materiaal af volgens de van toepassing zijnde overheidsvoorschriften.
Legenda onderhoudssymbolen
De volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt om de bedoeling van de instructies te verduidelijken. Wanneer een of meer symbolen aan het begin van een onderhoudsprocedure worden weergegeven, heeft dit de volgende betekenis.
Geeft aan dat er gereedschappen nodig zijn om deze procedure uit te voeren.
Geeft aan dat er nieuwe onderdelen nodig zijn om deze procedure uit te voeren.
het juiste motoroliepeil wordt gehandhaafd. Als de machine gebruikt wordt met een onjuist oliepeil, kunnen motoronderdelen beschadigd raken.
Opmerking: Controleer het oliepeil bij een uitgeschakelde motor.
1 Controleer de motoroliepeilstok. Vul olie bij als dit
nodig is.
Cummins-motor B3.3C80
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 10W-30
Deutz-motor TD2011L04i
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 5W-30
Perkins-motor 804D-33T
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 5W-40
Perkins-motor 1104D-44T
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 10W-30
Perkins-motor 854D-34T
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 5W-30
Deutz-motor TD2.9L
Type olie 15W-40
Type olie - koude omstandigheden 5W-30
Geeft aan dat de motor koud dient te zijn voordat deze procedure wordt uitgevoerd.
60 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Onderhoud
Peil hydraulische olie controleren
Het is voor een goede werking van de machine van essentieel belang dat het juiste peil van de hydraulische olie wordt gehandhaafd. Bij een onjuist peil van de hydraulische olie kunnen hydraulische onderdelen beschadigd raken. Met dagelijkse controles kan de controleur wijzigingen in het oliepeil vaststellen die kunnen wijzen op problemen met het hydraulische systeem.
1 Zorg ervoor dat de arm in de transportstand
staat en inspecteer vervolgens visueel het kijkglas aan de zijkant van de hydraulische­olietank. Vul olie bij als dit nodig is.
Resultaat: Het peil van de hydraulische olie dient zich binnen de bovenste 5 cm van het kijkglas te bevinden.
Specificaties hydraulische olie
Type hydraulische olie Chevron Rando-equivalent
Vereisten ten aanzien van dieselbrandstof
Een goede werking van de motor is afhankelijk van het gebruik van brandstof van goede kwaliteit. Het gebruik van brandstof van goede kwaliteit levert het volgende resultaat op: een lange levensduur van de motor en een aanvaardbaar uitstootniveau.
Hieronder worden de minimale vereisten ten aanzien aan dieselbrandstof voor elke motor vermeld.
Perkins-motor 1104D-44T
Brandstoftype Laagzwavelige diesel (LSD)
Perkins-motor 854D-34T
Brandstoftype Ultralaagzwavelige diesel (ULSD)
Deutz-motor TD2011L04i
Brandstoftype Laagzwavelige diesel (LSD)
Deutz-motor TD2.9L
Brandstoftype Ultralaagzwavelige diesel (ULSD)
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 61
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Onderhoud
Accu’s controleren
Voor een veilige werking en goede motorprestaties is het van essentieel belang dat de accu zich in goede staat bevindt. Een onjuist vloeistofpeil of beschadigde kabels en aansluitingen kunnen schade aan motoronderdelen en gevaarlijke situaties tot gevolg hebben.
Gevaarlijke situatie: elektrocutie mogelijk. Contact met elektrisch geladen circuits kan de dood of ernstig lichamelijk letsel tot gevolg hebben. Doe alle ringen, horloges en andere sieraden af.
Gevaarlijke situatie: lichamelijk letsel mogelijk. Accu’s bevatten zuur. Vermijd morsen en zorg ervoor dat u niet in aanraking komt met accuzuur. Neutraliseer gemorst accuzuur met zuiveringszout en water.
Opmerking: De accu voor de bedieningselementen bevindt zich onder de startaccu.
1 Trek beschermende kleding aan en draag een
veiligheidsbril.
2 Zorg ervoor dat de accukabelaansluitingen goed
vastzitten en vrij zijn van corrosie.
3 Zorg ervoor dat de accuklem goed vastzit.
4 Verwijder de accu-ontluchtingsdoppen.
Motorkoelvloeistofpeil controleren - vloeistofgekoelde modellen
Het is voor de levensduur van de motor van essentieel belang dat het juiste motorkoelvloeistof­peil wordt gehandhaafd. Indien het koelvloeistofpeil niet juist is, heeft dit invloed op de koelmogelijk­heden van de motor en raken motoronderdelen beschadigd. Met dagelijkse controles kan de controleur wijzigingen in het koelvloeistofpeil vaststellen welke kunnen wijzen op problemen met het koelsysteem.
1 Controleer het koelvloeistofpeil. Vul vloeistof bij
als dit nodig is.
Resultaat (Deutz-motor TD2.9L): Het vloeistofpeil dient in het kijkglas van het ontluchtingsreservoir zichtbaar te zijn.
Resultaat (alle overige motormodellen): Het vloeistofpeil dient zich in het bereik NORMAL (normaal) te bevinden.
Gevaarlijke situatie: lichamelijk letsel mogelijk. Vloeistoffen in de radiateur en het ontluchtingsreservoir staan onder druk en zijn zeer heet. Ga uiterst voorzichtig te werk als u de dop verwijdert en het systeem bijvult.
5 Controleer het accuzuurniveau. Vul indien nodig
gedestilleerd water bij tot onder aan de vulbuis van de accu. Vul niet te veel bij.
6 Plaats de ontluchtingsdoppen.
Opmerking: Door poolkappen en een corrosiewerend afdichtmiddel aan te brengen, voorkomt u corrosie op de polen en kabels van de accu.
62 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Periodiek onderhoud
Onderhoud per kwartaal, per jaar en per twee jaar dient uitgevoerd te worden door een persoon die getraind en gekwalificeerd is om onderhoud aan deze machine uit te voeren in overeenstemming met de procedures die te vinden zijn in de servicehandleiding voor deze machine.
Een machine die langer dan drie maanden buiten gebruik geweest is, moet, alvorens in gebruik te worden genomen, eerst de kwartaalinspectie ondergaan.
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
S-100
Maximum werkhoogte 32,5 m
Maximum platformhoogte 30,5 m
Maximum transporthoogte 3,1 m
Maximum horizontaal bereik 22,9 m
Breedte, assen ingeschoven 2,5 m
Breedte, assen uitgeschoven 3,35 m
Transportlengte 13 m
Maximum laadvermogen 340 kg
Maximum windsnelheid 12,5 m/s
Wielbasis 3,7 m
Draaicirkel, binnen, 2,74 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,05 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, binnen, 4,14 m assen ingeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,58 m assen ingeschoven
Draaitafelrotatie (in graden) 360°, continu
Draaitafeluitzwaai, 1,68 m assen ingeschoven
Draaitafeluitzwaai, 1,22 m assen uitgeschoven
Bedieningselementen 12V DC proportioneel
Afmetingen platform, 2,4 m x 91 cm lengte x breedte
Platformnivellering zelfnivellerend
Platformrotatie 160°
AC-contactdoos op platform standaard
Maximum druk hydraulisch systeem 293 bar (rijfuncties)
Systeemspanning 12V
Bandenmaat, 385/65 D22,5 koordlaag 16 schuimgevulde banden
Bandenmaat, massief rubberen banden 385/65 D24
Totale trillingswaarde waaraan het hand-/armsysteem wordt blootgesteld, is niet hoger dan 2,5 m/s
Maximale kwadratische gemiddelde waarde van de gewogen versnelling waaraan het gehele lichaam wordt blootgesteld, is niet hoger dan 0,5 m/s
Bodemvrijheid 35,6 cm
Inhoud brandstoftank 151 liter
Gewicht 18.008 kg (Machinegewicht hangt af van opties)
Rijsnelheden
Rijsnelheid, transport 4,8 km/u
Rijsnelheid, 1,1 km/u geheven of uitgeschoven 12,2 m/40 sec
Rijsnelheid, 0,6 km/u volledig uitgeschoven 12,2 m/70 sec
Maximaal toelaatbare hellingshoek, transportstand
Platform heuvelafwaarts 40% (22°)
Platform heuvelopwaarts 40% (22°)
Dwarshelling 25% (14°)
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie.
Informatie belasting ondergrond
Belastbaarheid banden, maximum 8.460 kg
Contactdruk banden 7,4 kg/cm
Ingenomen vloerdruk 1.172 kg/m assen uitgeschoven 11,5 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.552 kg/m assen ingeschoven 15,2 kPa
Opmerking: De informatie over de belasting van de ondergrond is een benadering. De verschillende optionele configuraties zijn niet in de beschouwing opgenomen. De informatie mag alleen worden gebruikt met inachtneming van toereikende veiligheidsfactoren.
Het beleid van Genie is gericht op voortdurende verbetering van de producten. Productspecificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder verplichting worden gewijzigd.
2
2
12,2 m/9,1 sec
724 kPa
2
2
2
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 63
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
S-105
Maximum werkhoogte 34 m
Maximum platformhoogte 32 m
Maximum transporthoogte 3,1 m
Maximum horizontaal bereik 24,7 m
Breedte, assen ingeschoven 2,5 m
Breedte, assen uitgeschoven 3,35 m
Transportlengte 14 m
Maximum laadvermogen 227 kg
Maximum windsnelheid 12,5 m/s
Wielbasis 3,7 m
Draaicirkel, binnen, 2,74 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,05 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, binnen, 4,14 m assen ingeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,58 m assen ingeschoven
Draaitafelrotatie (in graden) 360°, continu
Bandenmaat, massief rubberen banden 385/65 D24
Totale trillingswaarde waaraan het hand-/armsysteem wordt blootgesteld, is niet hoger dan 2,5 m/s
Maximale kwadratische gemiddelde waarde van de gewogen versnelling waaraan het gehele lichaam wordt blootgesteld, is niet hoger dan 0,5 m/s
Bodemvrijheid 35,6 cm
Inhoud brandstoftank 151 liter
Gewicht 18.144 kg (Machinegewicht hangt af van opties)
Rijsnelheden
Rijsnelheid, transport 4,8 km/u
Rijsnelheid, 1,1 km/u geheven of uitgeschoven 12,2 m/40 sec
Rijsnelheid, 0,6 km/u volledig uitgeschoven 12,2 m/70 sec
Maximaal toelaatbare hellingshoek, transportstand
Platform heuvelafwaarts 40% (22°)
Platform heuvelopwaarts 40% (22°)
Dwarshelling 25% (14°)
2
2
12,2 m/9,1 sec
Draaitafeluitzwaai, 1,68 m assen ingeschoven
Draaitafeluitzwaai, 1,22 m assen uitgeschoven
Bedieningselementen 12V DC proportioneel
Afmetingen platform, 2,4 m x 91 cm lengte x breedte
Platformnivellering zelfnivellerend
Platformrotatie 160°
AC-contactdoos op platform standaard
Maximum druk hydraulisch systeem 293 bar (rijfuncties)
Systeemspanning 12V
Bandenmaat, 385/65 D22,5 koordlaag 16 schuimgevulde banden
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie.
Informatie belasting ondergrond
Belastbaarheid banden, maximum 9.617 kg
Contactdruk banden 7,4 kg/cm
724 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.172 kg/m assen uitgeschoven 11,5 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.552 kg/m assen ingeschoven 15,2 kPa
Opmerking: De informatie over de belasting van de ondergrond is een benadering. De verschillende optionele configuraties zijn niet in de beschouwing opgenomen. De informatie mag alleen worden gebruikt met inachtneming van toereikende veiligheidsfactoren.
Het beleid van Genie is gericht op voortdurende verbetering van de producten. Productspecificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder verplichting worden gewijzigd.
64 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
2
2
2
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
S-120
Maximum werkhoogte 38,6 m
Maximum platformhoogte 36,6 m
Maximum transporthoogte 3,1 m
Maximum horizontaal bereik 22,9 m
Breedte, assen ingeschoven 2,5 m
Breedte, assen uitgeschoven 3,35 m
Transportlengte 13 m
Maximum laadvermogen 340 kg
Maximum windsnelheid 12,5 m/s
Wielbasis 3,7 m
Draaicirkel, binnen, 2,6 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, buiten, 5,7 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, binnen, 4,01 m assen ingeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,7 m assen ingeschoven
Totale trillingswaarde waaraan het hand-/armsysteem wordt blootgesteld, is niet hoger dan 2,5 m/s
Maximale kwadratische gemiddelde waarde van de gewogen versnelling waaraan het gehele lichaam wordt blootgesteld, is niet hoger dan 0,5 m/s
Bodemvrijheid 35,6 cm
Inhoud brandstoftank 151 liter
Gewicht 20.112 kg (Machinegewicht hangt af van opties)
Rijsnelheden
Rijsnelheid, transport 4,8 km/u
Rijsnelheid, 1,1 km/u geheven of uitgeschoven 12,2 m/40 sec
Rijsnelheid, 0,6 km/u volledig uitgeschoven 12,2 m/70 sec
Maximaal toelaatbare hellingshoek, transportstand
Platform heuvelafwaarts 40% (22°)
Platform heuvelopwaarts 40% (22°)
Dwarshelling 25% (14°)
2
2
12,2 m/9,1 sec
Draaitafelrotatie (in graden) 360°, continu
Draaitafeluitzwaai, 1,68 m assen ingeschoven
Draaitafeluitzwaai, 1,24 m assen uitgeschoven
Bedieningselementen 12V DC proportioneel
Afmetingen platform, 2,4 m x 91 cm lengte x breedte
Platformnivellering zelfnivellerend
Platformrotatie 160°
AC-contactdoos op platform standaard
Maximum druk hydraulisch systeem 293 bar (rijfuncties)
Systeemspanning 12V
Bandenmaat, 445/65 D22,5 koordlaag 18 schuimgevulde banden
Bandenmaat, massief rubberen banden 445/65 D24
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie.
Informatie belasting ondergrond
Belastbaarheid banden, maximum 9.639 kg
Contactdruk banden 7,4 kg/cm
724 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.299 kg/m assen uitgeschoven 12,7 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.723 kg/m assen ingeschoven 16,9 kPa
Opmerking: De informatie over de belasting van de ondergrond is een benadering. De verschillende optionele configuraties zijn niet in de beschouwing opgenomen. De informatie mag alleen worden gebruikt met inachtneming van toereikende veiligheidsfactoren.
Het beleid van Genie is gericht op voortdurende verbetering van de producten. Productspecificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder verplichting worden gewijzigd.
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 65
2
2
2
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
S-125
Maximum werkhoogte 40,1 m
Maximum platformhoogte 38,1 m
Maximum transporthoogte 3,1 m
Maximum horizontaal bereik 24,4 m
Breedte, assen ingeschoven 2,5 m
Breedte, assen uitgeschoven 3,35 m
Transportlengte 14,2 m
Maximum laadvermogen 227 kg
Maximum windsnelheid 12,5 m/s
Wielbasis 3,7 m
Draaicirkel, binnen, 2,6 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, buiten, 5,7 m assen uitgeschoven
Draaicirkel, binnen, 4,01 m assen ingeschoven
Draaicirkel, buiten, 6,7 m assen ingeschoven
Totale trillingswaarde waaraan het hand-/armsysteem wordt blootgesteld, is niet hoger dan 2,5 m/s
Maximale kwadratische gemiddelde waarde van de gewogen versnelling waaraan het gehele lichaam wordt blootgesteld, is niet hoger dan 0,5 m/s
Bodemvrijheid 35,6 cm
Inhoud brandstoftank 151 liter
Gewicht 20.248 kg (Machinegewicht hangt af van opties)
Rijsnelheden
Rijsnelheid, transport 4,8 km/u
Rijsnelheid, 1,1 km/u geheven of uitgeschoven 12,2 m/40 sec
Rijsnelheid, 0,6 km/u volledig uitgeschoven 12,2 m/70 sec
Maximaal toelaatbare hellingshoek, transportstand
Platform heuvelafwaarts 40% (22°)
Platform heuvelopwaarts 40% (22°)
Dwarshelling 25% (14°)
2
2
12,2 m/9,1 sec
Draaitafelrotatie (in graden) 360°, continu
Draaitafeluitzwaai, 1,68 m assen ingeschoven
Draaitafeluitzwaai, 1,24 m assen uitgeschoven
Bedieningselementen 12V DC proportioneel
Afmetingen platform, 2,4 m x 91 cm lengte x breedte
Platformnivellering zelfnivellerend
Platformrotatie 160°
AC-contactdoos op platform standaard
Maximum druk hydraulisch systeem 293 bar (rijfuncties)
Systeemspanning 12V
Bandenmaat, 445/65 D22,5 koordlaag 18 schuimgevulde banden
Bandenmaat, massief rubberen banden 445/65 D24
Opmerking: De toelaatbare hellingshoek is afhankelijk van de bodemconditie en van voldoende tractie.
Informatie belasting ondergrond
Belastbaarheid banden, maximum 10.773 kg
Contactdruk banden 7,4 kg/cm
724 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.294 kg/m assen uitgeschoven 12,7 kPa
Ingenomen vloerdruk 1.723 kg/m assen ingeschoven 16,9 kPa
Opmerking: De informatie over de belasting van de ondergrond is een benadering. De verschillende optionele configuraties zijn niet in de beschouwing opgenomen. De informatie mag alleen worden gebruikt met inachtneming van toereikende veiligheidsfactoren.
Het beleid van Genie is gericht op voortdurende verbetering van de producten. Productspecificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder verplichting worden gewijzigd.
66 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
2
2
2
Geluidsuitstoot door de lucht
Niveau geluidsdruk bij grondwerkstation 83 dBA
Niveau geluidsdruk bij platformwerkstation 71 dBA
Gewaarborgd geluidsvermogensniveau 105 dBA
BedieningshandleidingZesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
Onderdeelnr. 1261388DU S-100 • S-105 • S-120 • S-125 67
Bedieningshandleiding Zesde uitgave • Tweede druk
Specificaties
Diagram werkbereik S-105Diagram werkbereik S-100
33,5 m
30,5 m
27,4 m
24,4 m
21,3 m
18,3 m
15,2 m
12,2 m
9,1 m
6,1 m
3 m
0 m
36,6 m
33,5 m
30,5 m
27,4 m
24,4 m
21,3 m
18,3 m
15,2 m
12,2 m
9,1 m
6,1 m
3 m
0 m
-3 m
-3 m
0 m
0 m
3 m
3 m
6,1 m
6,1 m
9,1 m
9,1 m
12,2 m
15,2 m
12,2 m
15,2 m
18,3 m
18,3 m
21,3 m
21,3 m
Diagram werkbereik S-125Diagram werkbereik S-120
36,6 m
33,5 m
30,5 m
27,4 m
24,4 m
21,3 m
18,3 m
15,2 m
12,2 m
9,1 m
6,1 m
3 m
0 m
39,6 m
36,6 m
33,5 m
30,5 m
27,4 m
24,4 m
21,3 m
18,3 m
15,2 m
12,2 m
9,1 m
6,1 m
3 m
0 m
-3 m
-3 m
0 m
0 m
3 m
3 m
6,1 m
6,1 m
9,1 m
9,1 m
12,2 m
15,2 m
12,2 m
15,2 m
18,3 m
18,3 m
21,3 m
24,4 m
21,3 m
27,4 m
24,4 m
68 S-100 • S-105 • S-120 • S-125 Onderdeelnr. 1261388DU
Loading...