Genie Manual and Hydraulic Concrete Buckets Operator's Manual [nl]

Page 1

Bedieningshandleiding

Se rienummer interval
Laadbak 500 liter Van serienummer: 61559
Laadbak 800 liter Van serienummer: 61557
Korf voor Bakstenen Van serienummer: 52981
Mengbak 250 liter Van serienummer: 61523
Mengbak 500 liter Van serienummer: 61504
Handbediende bak voor beton 500 lite 1. .Van serienummer: 53019
Hydraulische bak voor beton 500 liter. Van serienummer: 53143 Bevat inlichtingen
over het onderhoud
Handbediende bak voor beton 800 lite 1. .Van serienummer: 52988
Hydraulische bak voor beton 800 liter. Van serienummer: 53058
Eerste Uitgave
Eerste Herdruk

Code 57.0303.5180

Page 2

Waarschuwing

Stel u op de hoogte van en houd u aan deze veiligheidsvoorschriften en bedieningsinstructies voordat u de machine bedient. De machine mag alleen door getraind en bevoegd personeel worden bediend. Deze handleiding moet altijd bij de machine blijven.

Voor eventuele verduidelijkingen, contact opnemen met Terexlift.

Inhoud
Inleiding Pag. 3
Identificatie Van De Werktuigen Pag. 5
Aangebrachte Etiketten En Borden Pag. 7
Veiligheidsnormen Pag. 9
Beschrijving Van De Werktuigen Pag. 17
Controles Pag. 21
Gebruiksaanwijzing Pag. 25
Manutenzione Pag. 47
Technische Gegevens Pag. 51
Lasttabellen Pag. 57
Schema's Pag. 69
EG-Conformiteitsverklaring Pag. 71
Contact:

ZONA INDUSTRIALE I-06019 UMBERTIDE (PG) - ITALY Telefoon +39 075 941811 Telefax +39 075 9415382

Dienst Technische Bijstand

Telefoon: +39 075 9418129 +39 075 9418175

e-mail: UMB.Service@terex.com

Vertaling van de oorspronkelijke instructies Eerste Uitgave - Eerste Herdruk, Mei 2011

Om de elektronische versie van deze handleiding te raadplegen bezoek de website www.genielift.com/operator_manuals.asp

© Copyright 2011 TEREXLIFT srl - Alle rechten voorbehouden. Verwezenlijking: TEREXLIFT Technisch Documentatie Bureau Umbertide (PG) Italia

Page 3

Inleiding

Svmbologie

Gevarensymbool: gebruikt om personeel te waarschuwen voor mogeliik gevaar van persoonlijk letsel. Volg alle veiligheidsberichten die achter dit symbool staan op om mogelijk letsel of de dood te voorkomen.

A GEVAAR

Rood: aebruikt om aan te geven dat een gevaarliike situatie te verwachten is die. indien deze niet wordt vermeden. de dood of ernstia letsel tot gevolg zal hebben.

A GEVAAR Oranie: gebruikt om de aanwezigheid van een mogelijk gevaarlijke situatie aan te duiden die, indien deze niet wordt vermeden. de dood of ernstig letsel tot gevolg kan hehhen

A ATTENTIE

Geel: gebruikt om de aanwezigheid van een mogelijk gevaarlijke situatie aan te duiden die, indien deze niet wordt vermeden. licht of middelzwaar letsel tot gevolg kan hebben.

ATTENTIE

Blauw: geeft de aanwezigheid van een potentieel gevaar dat, indien niet wordt vermeden. schade aan de machine en aan de systemen kan veroorzaken.

Groen: gebruikt om ainformatie betreffende milieubeschermina aan te duiden.

3

Page 4

Pagina opzettelijk wit gelaten

Page 5

Identificatie Van De Werktuigen

Vergewis u ervan dat de Bedieningshandleiding overeenkomt met het eindwerktuig waarnaar wordt verwezen.

BENAMING:

✓ LAADBAK

✓ KORF VOOR BAKSTENEN

✓ MENGBAK

  • ✓ BAK VOOR BETON
  • MODELLEN:
    • ✓ Laadbak 500 liter
    • ✓ Laadbak 800 liter
    • ✓ Korf voor Bakstenen
      • ✓ Mengbak 250 liter
      • ✓ Mengbak 500 liter
    • ✓ Handbediende bak voor beton 500 liter
    • ✓ Hydraulische bak voor beton 500 liter
    • ✓ Handbediende bak voor beton 800 liter
    • ✓ Hydraulische bak voor beton 800 liter
TEREXLIFT srl

Industriegebied - I-06019 UMBERTIDE (PG) - ITALY Reg. Tribunaal te Perugia n. 4823 CCIAA Perugia n. 102886 Sofi-nummer en BTW nummer 00249210543

■ TOEGEPASTE NORMEN

Om de veiligheid van de bediener te garanderen zijn, bij het opmaken van de risicoanalysen van de heftruk mettelescopische arm, de volgende richtlijnen in beschouwing genomen voor de van belang zijnde aspecten:

Richtlijn Titel
2006/42/EG Machine Richtlijn
Norm Titel
EN 1459:1988/A2:20 009 Veiligheid van gemotoriseerde
transportwerktuigen.
Gemotoriseerde heftrucks met een
variabele reikwiidte.
■ IDENTIFICATIEPLAATJE

Op de eindwerktuigen is een identificatieplaatje aangebracht en veder weergegeven.

Op het identificatieplaatje zijn het model, de benaming, het serienummer, het gewicht, het draagvermogen en het bouwiaar van het eindwerktuig afgedrukt.

Genie.
Model:
Model Year: AAAA
Designation:
MMMMMMMMMMMMMM
MMMMMMMMMMMMMMMMMMMMM
имммммммммммммммм
иммммммммммммммм
Serial number: ААААААААА
Manufacture Year: AAAA
Unit mass (Kg) : AAAAAAAA
Rated capacity: MMMM ММММММММ
Center of gravity from m ounting face (mm): AAAAAAAAA
Country of Manufacture: ITALY
Manufacturer:
Terexlift srl z.i.Buzzaccher
06019 Umbertide, Italy
° CE
Page 6

Pagina opzettelijk wit gelaten

Page 7

Aangebrachte Etiketten En Borden

Page 8

Pagina opzettelijk wit gelaten

Page 9
GEVAAR TE WIJTEN AAN DEFECTE MACHINE

  • Gebruik het werktuig niet als het defect of beschadigd is.
  • Voer een zorgvuldige vooraf controle van het eindwerktuig uit en, alvorens met het werk te beginnen, voer een controletest uit van alle functies. In het geval van een defect eindwerktuig dit onmiddellijk aangeven en het toestel buitendienst stellen.
  • Vergewis u ervan dat alle onderhoudsingrepen uitgevoerd zijn in overeenstemming met de aanwijzingen uit deze handleiding en uit handleiding van de hefinrichting.
  • Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten en leesbaar zijn.
  • Vergewis u ervan dat de bedieningshandleiding heel, leesbaar en goed opgeborgen is in de speciale houder in de machine.
GEVAAR VOOR PERSOONLIJKE LETSELS

  • Gebruik het werktuig niet in geval van olielekkages uit het hydraulische systeem van de hefinrichting. Perslucht of hydraulische olie kan de huid binnendringen en/of brandwonden veroorzaken.
  • Altijd de machine in een goed geventileerde omgeving gebruiken om vergiftiging door koolmonoxyde te voorkomen.
  • Laat de arm pas neer als het gebied eronder vrij van mensen en obstakels is.
■ VEILIGHEIDSINRICHTINGEN

Er zijn veiligheidsinrichtingen op de wagen aangebracht, die niet mogen behandeld of losgemaakt worden.

Regelmatig controles uitoefenen op de goede werking.

In geval van slechte werking, werkzaamheden stopzetten en stukken vervangen.

Voor het nakijken van de veiligheidsinrichtingen, zie hoofdst. "Onderhoud" in de handleiding van het toestel.

Het lastbegrenzer systeem is speciaal ontworpen om de Bediener te helpen bij het behouden van de lengtestabiliteit van de machine door middel van lampjes en geluidssignalen die waarschuwen bij het benaderen van het limiet van de lengtestabiliteit. Deze inrichting kan echter niet de ervaring van de bediener vervangen: de bediener blijft verantwoordelijk voor het uitvoeren van veilige handelingen en voor het in acht nemen van alle voorgeschreven veiligheidsvoorschriften.

Page 10

Het niet opvolgen van de instructies en veiligheidsvoorschriften in deze handleiding heeft de dood of ernstig letsel tot gevolg.

Niet bedienen tenzij:

  • U de principes van het veilig bedienen van het eindwerktuig die in deze bedieningshandleiding beschreven worden, leert en in praktijk brengt. 1. Vermiid gevaarlijke situaties.
    • Zorg ervoor dat u de veiligheidsvoorschriften kent en begrijpt voordat u verder gaat met de volgende sectie.
    • 2. Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.
    • 3. Voer altijd functietests uit voordat u de eindwerktuig gebruikt.
    • 4. Inspecteer de werkplek.
    • 5. Gebruik de werktuigen alleen voor de werking waarvoor ze ontworpen zijn.
  • De instructies van de Fabrikant, de veiligheidsnormen, de veiligheids- en gebruikshandleiding en de stickers aandachtig doorlezen, begrijpen en in acht nemen.
  • De veiligheidsinstructies en de veiligheidsnormen betreffende de werkomgeving goed doorlezen, begrijpen en zorgvuldig in acht nemen.
  • De van kracht zijnde nationale wetgeving goed doorlezen, begrijpen en zorgvuldig in acht nemen.
  • U getraind en gekwalificeerd bent om de werktuigen veilig te bedienen.
■ ALGEMENE BESCHOUWING

De meeste ongelukken tijdens het werken mét of onderhouden van de wagens worden veroorzaakt door het niet in acht nemen van de basis veiligheidsnormen.

Het is dus nodig steeds oplettend te blijven tijdens het gebruik van de wagens en steeds attent te zijn op de eventuele uitwerking van de bedieningen op het machine.

Het snel herkennen van een potentieel gevaarlijke situatie kan ongelukken vermijden.

A GEVAAR

De instructies in deze handleiding zijn voorzien door TEREXLIFT het is niet uitgesloten dat er andere methodes bestaan om de machine en/of de werktuigen in werking te brengen en te herstellen, rekening houdend met ruimte en hulpmiddelen ter beschikking.

Indien men op andere wijze wil werken dan déze voorzien in de handleiding, is het noodzakelijk te verifiëren dat:

  • de methode die men wil volgen niet verboden is;
  • de methode veilig is en aan de normen en voorschriften van de handleiding voldoet;
  • de gebruikte methode geen directe of indirecte schade veroorzaakt aan het toestel en/of het werktuig en het zodoende onveilig maakt:
  • contact opnemen met de Technische Assistentie Dienst van TEREXLIFT voor eventuele suggesties en de noodzakelijke schriftelijke goedkeuring.
Page 11
VEREISTEN VAN HET PERSONEEL
Vereisten van de BEDIENER VAN HET HEFTRUCK

De bediener die de machine en/of de eindwerktuigen regelmatig of onregelmatig gebruikt moet absoluut aan de volgende vereisten voldoen:

medische vereisten:

geen alcohol, geneesmiddelen of andere middelen die het psycho-fysisch evenwicht aantasten, voor of tijdens het werken.

fysische vereisten:

goed zicht, goed gehoor, niet aan duizelingen lijden, goed coördinatievermogen en in staat zijn alle functies uit te oefenen, zoals in deze handleiding aangegeven.

mentale vereisten:

in staat zijn alle normen, regels en veiligheidsvoorschriften te verstaan; attent en bedachtzaam te zijn om het werk op een verantwoordelijke wijze uit te voeren.

emotionele vereisten:

emotionele vereisten:

kalm zijn en onder stress kunnen werken; in staat zijn eigen pschyco-fysische conditie te oordelen.

training:

deze handleiding moet grondig gelezen worden, zowel wat schema's, platen en veiligheidsborden betreft; men moet alle aspecten van het heftruck en/ of het werktuig kennen.

ATTENTIE

In sommige landen wordt een apart rijbewijs of toestemming vereist om met dit toestel te werken. Informeren bij overheid.

Vereisten van het PERSONEEL verantwoordelijk voor het ONDERHOUD

Het personeel verantwoordelijk voor het onderhoud van het heftruck en/of het werktuig moet gekwalificeerd zijn in mechaniek en moet aan de volgend vereisten voldoen:

fysische vereisten:

goed zicht, goed gehoor, niet aan duizelingen lijden, goed coördinatievermogen en in staat zijn alle functies uit te oefenen, zoals in deze handleiding aangegeven

mentale vereisten:

in staat zijn alle normen, regels en veiligheidsvoorschriften te verstaan; attent en bedachtzaam te zijn om het werk op een verantwoordelijke wijze uit te voeren

training:

deze handleiding moet grondig gelezen worden, zowel wat schema's, platen en veiligheidsborden betreft; men moet alle aspecten van het toestel kennen.

ATTENTIE

Het gewoon onderhoud van de machine en/ of van de werktuigen omvat geen bijzonder ingewikkelde technische handelingen en kan ook door de operator uitgevoerd worden indien deze een basiskennis van mechaniek bezit.

Page 12
WERK- EN ONDERHOUDSKLEDIJ

Bij het werken met of herstellen van het toestel moet men steeds de volgende kledij en veiligheidsuitrusting gebruiken:

  • Werkoverall of andere makkelijk zittende kleding, niet te wijd om niet in bewegende delen verstrikt te raken.
  • Oordoppen of gelijksoortige gehoorbeschermers.
  • Kleine beschermingshelm.
  • Handschoenen.
  • Veiligheidsschoenen.

Overeenstemmende en in goede staat van bewaring verkerende veiligheidsuitrusting gebruiken.

■ PERSOONLIJKE VEILIGHEIDSUITRUSTING

Wanneer de werktoestand het vereist dient men tevens in bezit te zijn van volgende uitrusting:

  • Ademhalingsmaskers (of stofmaskers).
  • Brillen of maskers voor de oogbescherming.
VERSCHILLENDE GEVAREN
Gevaren verbonden met de WERKRUIMTE

Steeds rekening houden met de eigenschappen van het werkterrein:

Het werkterrein goed bestuderen t.o.v. de wagen en zijn mogelijke standen.

Deze machine is niet elektrisch geïsoleerd en biedt geen bescherming tegen contact met of nabijheid

van elektrische stroom. Steeds een veilige afstand van deze bewaren, zowel met de telescopische arm als met de eventueel geheven vracht. Gevaar voor bliksem en elektrische ontladingen.

Blijf uit de buurt van de machine wanneer deze contact maakt met elektriciteitsdraden onder spanning. Personeel op de grond of in het machine dient de machine niet aan te raken of

te bedienen, totdat de elektriciteitsdraden onder spanning zijn uitgeschakeld.

RISIC 0 VOOR L DOOD 0 = ERN STIGE
VERV VOND INGEN WA NNEE RC ON ГАСТ MET
ONDE ER ST ROOM S TAA NDE E ELECT RIS CHE LI JNEN.
STEEL DS FF RST DE I FI FC TRICIT FITS-D IST RIRI IFF
FNTIT FIT V FRWITTI GEN AIVO RFNS TF WFRK FN IN
FFN 2 MET PO TEN TIFFI GEVA DFC NDFR
STRO OM FK AREIS T2S IOSN
AIVO DENC METHE EDTIIIC ERK 'EN
ALVO 1 10 LN.
s TRO OM LIJN 1 N IINIM/ ٩LE AFST AND
0 а 50 kV 3.00 т 10 ft
50 а 200 kV 4.60 т 15 ft
200 а 350 kV 6.10 т 20 ft
350 а 500 kV 7.62 т 25 ft
500 а 750 kV 1 10.67 т 35 ft
750 2 1000 12 72 m 45 ff

Het is verboden de machine tijdens onweer te gebruiken.

De bediener moet zijn zichtveld controleren alvorens de heftruck te gebruiken.

___ Genîe . __ BAK - KORF

Page 13
■ GEVAREN VERBONDEN MET DE WERKZAAMHEDEN EN HET ONDERHOUD

Alvorens met een werk te beginnen:

• Eerst en vooral nagaan of de onderhoudsbeurten nauwkeurig uitgevoerd werden.

Zet de machine in de bedrijfsstand en zorg dat hij goed uitgelijnd wordt door middel van de speciale waterpas aan de rechterzijde van de bedieningsplaats.

  • Controleer of er voldoende brandstof aanwezig is om een plotselinge stilstand van de machine, tijdens kritische manoeuvres, te voorkomen.
  • De instrumenten, de borden, de verlichtingselementen en de ruiten van de cabine zorgvuldig schoonmaken.
  • Verifieer de juiste werking van alle veiligheidsinrichtingen op de machine en in de werkzone.
  • In geval van problemen of moeilijkheden, van eender welke aard, eerst bij de meerdere melden. In geen geval het werk starten zonder de nodige veiligheidsvoorwaarden.
  • Het is verboden noodreparaties uit te voeren om alsmaar snel met het werk te starten!

Tijdens het werken, onderhouden of herstellen, steeds voorzichtig blijven:

  • Het is verboden onder de opgeheven lading te lopen of te staan of onder andere delen v/h voertuig, opgeheven door hydraulische cilinders of door koorden.
  • Grepen en voetplanken schoonhouden van olie, vet en vuil teneinde glijden en vallen te voorkomen.

• Bij in- en uitstappen cabine of andere geheven delen, nooit de rug naar het voertuig draaien.

  • Bij werken op gevaarlijke hoogtes (hoger dan 1,5 m. van grond), gebruik veiligheidsgordels of valschermen.
  • Het is verboden in of uit te stappen wanneer het voertuig in beweging is.
  • Het is verboden de bedieningsplaats te verlaten wanneer het voertuig in werking is.
  • Het is ten strengste verboden eender welk werk uit te voeren tussen de wielen van het voertuig met draaiende motor. Wanneer dit nodig zou zijn, is men verplicht de motor uit te draaien.
  • Het is verboden werken, onderhoud of herstellingen uit te voeren zonder de juiste verlichting.
  • Bij het gebruik van lampen, opletten dat de verlichting het werkend personeel niet verblind.
  • Alvorens elektrische kabels of onderdelen onder spanning te zetten, letten op de juiste verbinding en functie.
  • Het is verboden werken uit te voeren op elektrische delen onder spanning, hoger dan 48 V.
  • Het is verboden natte stekkers of stopcontacten te gebruiken.
  • Gevaar aanduidende borden en platen mogen nooit weggehaald, bedekt of onleesbaar gemaakt worden.
  • Het is verboden, tenzij voor onderhoudsreden, veiligheidsborden, koffers of beschermingscarters weg te halen. Wanneer dit toch nodig zou blijken, gelieve het heel voorzichtig en met uitgedraaide motor te doen; verplichtend alles terug op plaats te brengen alvorens de motor aan te draaien en met het voertuig te werken.
  • Het is nodig de motor stop te zetten en de accu te ontkoppelen telkens men onderhoud of herstellingen uitvoert.
Page 14

  • Het is verboden op bewegende delen olie aan te brengen of schoon te maken.
  • Het is verboden de handen te gebruiken om werken uit te voeren die met kenmerkende werktuigen dienen gedaan te worden.
  • Het is absoluut verboden om gereedschappen te gebruiken die niet in een perfecte onderhoudstoestand verkeren of om deze op een oneigenlijke wijze te gebruiken(bijv.: tangen in plaats van vaste sleutels).
  • Het is verboden om lasten op andere punten dan de gereedschapshouder aan te brengen.

A GEVAAR

Enkel gekwalificeerd personeel mag op hydraulisch vlak ingrijpen.

Het hydraulisch systeem van dit toestel bezit

drukaccu's die grote risico's kunnen betekenen indien men op het systeem zou ingrijpen zonder deze accu's eerst te ontladen.

Om de accu's de ontladen is het voldoende 8 tot 10 keer de rem in te duwen bij een stilstaande wagen.

  • Alvorens werk uit te voeren op onder druk staande lijnen (olie, lucht) en/of delen ervan los te maken, nagaan of de lijn niet meer onder druk staat en ze geen hete vloeistof bevat.
  • Het is verboden de katalysator en houders met hete stoffen te ledigen zonder van te voren de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen te hebben.

  • Alvorens het toestel in werk te stellen, nà herstelling of onderhoud, nakijken of er geen gereedschap of doeken in holtes blijven zitten die beweging of afkoeling kunnen belemmeren.
  • Orders worden gegeven aan slechts-één persoon tegelijk tijdens het werken met de hefinrichting.
  • Steeds aandacht wijden aan de gekregen orders.
  • Inmengingen vermijden tijdens het uitvoeren van werken en moeilijke behandelingen.
  • De aandacht van de operator niet afleiden zonder een ernstige reden.
  • Het is verboden het werkende personeel te verschrikken of met dingen te werpen, ook maar als grap.
  • Bij het einde van de werken is het verboden de machine achter te laten in een mogelijk gevaarlijke stand.
  • Verwijder het werktuig van het toestel alvorens onderhouds- of reparatiehandelingen uit te voeren.
  • Gevaarlijke toestanden VERBONDEN MET HET GEBRUIK VAN DE MACHINE

De volgende werkomstandigheden absoluut vermijden:

  • Lasten verplaatsen die boven het maximale draagvermogen van de machine liggen.
  • De arm heffen of uitschuiven als de machine niet op een stabiel en genivelleerd oppervlak staat.
  • De machine gebruiken als er een sterke wind staat. Het aan de wind blootgestelde oppervlak of last niet vergroten. Dit zou, in geval van sterke wind, de stabiliteit van de machine verminderen.
  • Als de machine op niet goed genivelleerde oppervlakken wordt gebruikt (bijv. in geval van puin of gladde oppervlakken, of in de buurt van sloten of kuilen) zeer zorgvuldig te werk gaan en de snelheid verminderen.
  • De verplaatsingssnelheid verminderen naargelang de toestand van de bodem, de hellingen, de in de buurt aanwezige personen en andere omstandigheden die botsingen kunnen veroorzaken.
  • Geen uitstekende lasten op de machine plaatsen of aanbrengen.

___ Genîe . __ BAK - KORF

Page 15
GEVAAR VOOR ONTPLOFFING OF BRAND

  • In geval van sporen of geur van LPG, benzine, dieselbrandstof of andere ontplofbare stoffen de motor niet starten.
  • Als de motor aan is geen brandstof bijtanken.
  • Brandstof bijtanken en batterijen opladen uitsluitend in een goed geventileerde zone, uit de buurt van vonken, vlammen of sigaretten.
  • De machine niet in een gevaarlijke omgeving of in de buurt van brandbare of ontplofbare stoffen gebruiken.
  • Geen ether in motoren met voorverwarm bougies doen.
  • Vermijden vaten of jerrycans met brandstof te laten slingeren op het werkterrein.
  • Het is verboden de katalysator en houders met hete stoffen te ledigen zonder van te voren de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen te hebben.
  • Alle gevaarlijke- en brandstoffen behoedzaam behandelen.
  • Het is verboden brandblusapparaten en drukaccu's te schenden.
■ GEVAAR VOOR SCHADE AAN MACHINEONDERDELEN

  • Om de motor te starten geen batterijoplader of batterijen gebruiken met een spanning boven de 12V.
  • De machine niet als aarding gebruiken om laswerkzaamheden uit te voeren.
Gevaar voor PERSOONLIJKE LETSELS

  • Bedien de machine niet als er een hydraulisch olieof luchtlek is. Perslucht of hydraulische olie kan de huid binnendringen en/of brandwonden veroorzaken.
  • Altijd de machine in een goed geventileerde omgeving gebruiken om vergiftiging door koolmonoxyde te voorkomen.
  • Laat de arm pas neer als het gebied eronder vrij van mensen en obstakels is.

Page 16

Pagina opzettelijk wit gelaten

Page 17
ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE LAADBAK

De bak bestaat uit een gelaste stalen holle constructie, ontworpen voor het laden en het verplaatsen van los materiaal zoals grond, zand, graan, inert materiaal. De hoofdonderdelen van de constructie zijn het voorblad, als geleider waarmee het materiaal "gesneden" wordt en waarmee het in de bak verzameld materiaal, wordt afgescheiden, het centrale holle deel waarin het materiaal verzameld wordt, en de afgesloten zijwanden om het nuttige volume van de bak vast te houden.

Aan de achterzijde van de bak zijn er twee platen gelast aan de hoofdstructuur, ontworpen voor de mechanische koppeling aan de basis gereedschapshouder van de telescopische GTH hefinrichtingen. Rekening houdend met de specifieke maximale rotatiebeperking van de gereedschapshouder, is het ontwerp van de bak en van de mechanische koppeling geoptimaliseerd voor het bereiken van het beste laad- en losvermogen voor het materiaal.

ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE KORF VOOR BAKSTENEN

Dit eindwerktuig is ontworpen om pallets met bakstenen te verplaatsen en ze op de gekozen locatie op het werkterrein te plaatsen.

Het bestaat uit een hoofdkorf van gelaste stalen vierkante buizen en stalen roosters die voorkomen dat het materiaal van een bepaalde afmeting ongewenst uit de korf valt, als deze van de grond is geheven.

Aan de rechterzijde van de korf is er een hek waardoor de laad- en loshandelingen van de pallets met bakstenen vergemakkelijkt wordt.

Het hek kan met de betreffende sleutel in de gesloten stand geblokkeerd worden. De gehele korf is op een basisstructuur gemonteerd dat bestaat uit twee rechthoekige holle stalen balken die dienen voor de invoer van de vorken van de heflift.

De langsbeweging van de korf, nadat de vorken geplaatst zijn, wordt geblokkeerd door een ketting met sluiting, die voor iedere beweging van het eindwerktuig bevestigd moet worden.

Dit eindwerktuig is aan de heflift bevestigd door middel van de gereedschapshouder B.

Dit eindwerktuig is aan de heflift bevestigd door

middel van de invoerruimtes voor de vorken A.

Code 57.0303.5180

Page 18
ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE MENGBAK

De mengbak is ontworpen voor kleinere hoeveelheden beton waarbij de hoofdbestanddelen (cement, inert materiaal, zand en water) gemengd worden en (na de bereiding) op de gekozen locatie van het bouwterrein gestort wordt. Hij bestaat vnl. uit een gelaste stalen holle constructie, ontworpen om. voor de menofase inert materiaal cement en zand van de grond op te nemen en om deze met water te mengen om het cementmateriaal te bereiden. De hoofdonderdelen van de constructie zijn het voorblad als geleider waarmee het materiaal "gesneden" wordt en waarmee het in de bak verzameld materiaal. wordt afgescheiden het centrale holle deel waarin het materiaal verzameld wordt, en de afgesloten zijwanden om het nuttige volume van de bak vast te houden. Om de ingrediënten te mengen is er een mengblad bestaande uit gevormde en gelaste platen die longitudinaal geïnstalleerd zijn ten opzichte van de hoofdas van de bak. Dit mengblad draait op lagers die gemonteerd zijn op de zijwanden van de bak en het wordt aangedreven door een hydraulische motor en een reductor aan de buitenkant geplaatst op de rechter zijwand van de bak.

Na het mengen wordt het beton gestort door middel van een speciale afvoeropening aan de onderkant van de bak en geactiveerd door een mechanisme en een hydraulische viizel. De mengblad en de afvoeropening voor het storten van het beton ziin hydraulisch aangedreven door de hulpliin aan het uiteinde van de arm. Deze twee functies worden bediend door een speciaal afgelegen bedieningspaneel dat ook door bedieners buiten de stuurcabine bediend kan worden. Voor de mengfase moet het bovenste deel van de bak afgesloten worden door middel van de speciale afscherming bestaande uit een stalen rooster bevestigd aan het bovenste uiteinde van de achterwand van de bak, om mogelijke contacten met de in beweging zijnde onderdelen te voorkomen. Door het rooster kan de bediener controleren of het materiaal klaar is om gestort te worden. Aan de achterzijde van de bak zijn er twee platen gelast aan de hoofdstructuur. ontworpen voor de mechanische koppeling aan de basis gereedschapshouder van de telescopische GTH hefinrichtingen.

Dit eindwerktuig is aan de heflift bevestigd door middel van de gereedschapshouder B.

BAK - KORF

Page 19
ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE BAK VOOR BETON

Deze bak bestaat uit een gelaste piramidevormige stalen constructie ontworpen om kleine hoeveelheden beton van een locatie naar een andere, op het bouwterrein, te verplaatsen en om de inhoud ervan op de gewenste plaatsen te storten.

Deze piramidevormige constructie is open aan de bovenkant, om het laden te vergemakkelijken en aan de onderkant wordt hij, geleidelijk strakker, om het storten van beton te vergemakkelijken.

Het beton wordt gestort door middel van een speciale stalen afvoeropening, aan de onderkant van de bak, die manueel door de bediener met een hendel geopend kan worden of, naargelang het gekozen model, door middel van een mechanische inrichting die hydraulisch vanuit de hulplijn, bovenaan de arm, geactiveerd wordt.

Het samenstel bak - openingsmechanisme is gemonteerd op een basisstructuur bestaande uit twee rechthoekige holle stalen balken die dienen als vork invoer van de heflift.

De langsbeweging van de bak, nadat de vorken geplaatst zijn, wordt geblokkeerd door een ketting met sluiting, die voor iedere activering van de bak moet worden vastgemaakt.

Dit eindwerktuig is aan de heflift bevestigd door middel van de invoerruimtes voor de vorken A.

ONEIGENLIJK GEBRUIK

Met oneigenlijk gebruik wordt het gebruik van het eindwerktuig bedoeld dat niet in overeenstemming is met de instructies uit deze handleiding en die voor zichzelf en voor anderen gevaarlijk kunnen zijn.

Het nauwgezet opvolgen van de handleiding voor werk, onderhoud en herstel, zoals vastgesteld door de constructeur, vormen een essentiële basis voor een juist gebruik.

Hieronder worden de meest voorkomende en gevaarlijke gevallen van oneigenlijk gebruik van bakken en korf beschreven.

  • Het niet zorgvuldig navolgen van de gebruiksen onderhoudsinstructies uit deze handleiding en uit de handleiding van de hefinrichting.
  • De bak of de korf gebruiken om personen te heffen en/of te vervoeren.
  • Werken buiten de gebruiksbeperkingen van het werktuig.
  • Werken of parkeren op onvaste of wegzakkende oppervlakken
  • Werken op te sterke hellingen of met een niet uitgelijnde hefinrichting.
  • Op het hefinrichting wanden aanbrengen die de werking van de wind kunnen versterken en dus de stabiliteit verminderen.
  • Telescopische hefinrichtingen gebruiken die niet door TEREXLIFT goedgekeurd of gebouwd zijn voor de koppeling van de werktuigen uit deze handleiding.
  • Lasten op de arm aanbrengen op andere punten dan de verankeringspunten voor de werktuigen.

Het is tevens noodzakelijk dat alle algemeen herkende normen inzake veiligheid, arbeidsgeneeskunde en wegverkeer opgevolgd worden.

ATTENTIE

Het is verboden wijzigingen aan te brengen of ingrepen uit te voeren op het toestel of op de werktuigen, behalve de gewone onderhoudshandelingen. ledere willekeurige wijziging van het toestel of van het werktuig die niet door TEREXLIFT of door erkende assistentie centra zijn uitgevoerd, doen automatisch de overeenstemming van het toestel met de Richtlijn 2006/42/EG vervallen.

Page 20
■ TOEPASSINGSVELD VAN DE WERKTUIGEN

De volgende tabel toont de Terexlift modellen waarop de werktuigen uit deze handleiding gemonteerd kunnen worden:

Laadbak
500
Liter
Laadbak
800 Liter
Korf voor
Bakstenen
Mengbak
250 liter
Mengbak
500 liter
Handb./hydr.
bak voor
beton
500 liter
Handb./
hydr.
bak voor
beton
800 liter
GTH-2506 × × × × ×
GTH-3007 × × × × ×
GTH-4013SX
GTH-4017SX
× × × × ×
GTH-4013EX
GTH-4017EX
× × × × ×
GTH-4016SR
GTH-4018SR
× × × × ×

Page 21

Inachtnemen en respecteren:

  • Degrondbeginselen uitdezegebruikershandleiding en uit die van de machine, inzake de werking van het heftruck in een veilige toestand, leren en toepassen.
    • 1 Vermijd gevaarlijke situaties.
    • 2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.

Zorg ervoor dat u de inspectie voor het gebruik kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.

  • 3 Voer altijd functietests uit voordat u de machine gebruikt.
  • 4 Inspecteer de werkplek.
  • 5 Gebruik de machine en de werktuigen alleen voor de werking waarvoor ze ontworpen zijn.
Inspectie voor het gebruik Grondbeginselen

Het is de verantwoordelijkheid van de bediener om een inspectie voor het gebruik en routineonderhoud uit te voeren.

De inspectie voor het gebruik bestaat uit een visuele controle die door de bediener, voor iedere werkbeurt, wordt uitgevoerd, om het bestaan van storingen op de machine en/of op het werktuig vast te stellen alvorens de functies te testen.

De inspectie voor het gebruik dient ook om te bepalen of routineonderhoudsprocedures vereist zijn. Alleen gedeelten van het routineonderhoud die in deze handleiding genoemd worden, mogen door de bediener worden uitgevoerd.

Indien een storing of een niet vooraf goedgekeurde wijziging, ten opzichte van de oorspronkelijke toestand, wordt vastgesteld, het meteen aangeven en de machine en/of de werktuig buitendienst stellen.

De reparatie van de machine en/of van de werktuig mag uitsluitend door bevoegd technisch personeel uitgevoerd worden. Als de reparaties voltooid zijn, moet de bediener opnieuw een inspectie voor het gebruik uitvoeren voordat de functietests worden uitgevoerd.

Periodieke onderhoudsinspecties moeten door gekwalificeerde servicemonteurs worden uitgevoerd, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant.

Page 22
■ INSPECTIE VOOR HET GEBRUIK

Voor de inspectie voor het gebruik en het onderhoud van de hoogwerker raadpleeg de betreffende bedieningshandleiding binnen de cabine.

Voor het eindwerktuig:

  • Vergewis u ervan dat de gebruikershandleidingen heel zijn en goed leesbaar en dat ze bij de hefinrichting bewaard worden.
  • Zorg ervoor dat alle stickers op hun plaats zitten en leesbaar zijn. Raadpleeg het hoofdstuk "Aangebrachte etiketten en borden".
  • Ga na of er een hydraulisch olielek is en controleer het oliepeil. Voeg olie toe als dit nodig is. Zie de afdeling " Onderhoud ".

Controleer de volgende onderdelen om eventuele schade, ontbrekende of niet goed gemonteerde delen, of niet geautoriseerde wijzigingen vast te stellen:

  • elektrische onderdelen en kabels
  • hvdraulische pipen en koppelingen
  • hydraulische pijpen en koppelingen
  • tanks van brandstof en van het hydraulische systeem
  • moeren, bouten en andere blokkeer inrichtingen.

Controleer de gehele struktuur om het volgende vast te stellen:

  • de aanwezigheid van barsten in de lassen of in de structurele onderdelen
  • deuken of schade aan de struktuur.

Indien ook maar één van de genoemde controles negatief blijkt het werk niet beginnen, de machine stoppen en het probleem oplossen.

Indien de machine in een zeeomgeving of gelijksoortige omgeving gebruikt moet worden bescherm haar met de nodig anti zoutbehandeling om roestvorming te voorkomen.

Page 23
■ FUNCTIETESTS

De functietests zijn bedoeld om eventuele storingen te ontdekken voordat de machine in gebruik wordt genomen. De bediener moet de stapsgewijze instructies volgen om alle machinefuncties te testen. Een niet goed functionerende machine mag nooit worden gebruikt. Als storingen worden ontdekt, dient de machine te worden voorzien van een label en uit bedrijf te worden genomen. Reparaties aan de machine mogen alleen uitgevoerd worden door een gekwalificeerde servicemonteur, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant. Als de reparaties voltooid zijn, moet de bediener opnieuw een inspectie voor het gebruik en de functietests uitvoeren voordat de machine in gebruik wordt genomen.

Inachtnemen en respecteren:

  • Degrondbeginselenuitdezegebruikershandleiding en uit die van de hoogwerker, inzake de werking van het heftruck in een veilige toestand, leren en toepassen.
    • 1 Vermijd gevaarlijke situaties.
    • 2 Voer altijd een inspectie voor het gebruik uit.

Zorg ervoor dat u de inspectie voor het gebruik kent en begrijpt voordat u verder gaat met het volgende hoofdstuk.

  • 3 Voer altijd functietests uit voordat u de machine gebruikt.
  • 4 Inspecteer de werkplek.
  • 5 Gebruik de machine en de werktuigen alleen voor de werking waarvoor ze ontworpen zijn.
CONTROLES

Met betrekking tot de heftruck:

  • 1. Kies een stevig, vlak testgebied uit dat vrij is van obstakels.
  • 2. Treedt u in de bedieningsruimte en neem plaats op de bestuurderszitting.
  • 3. Maak de veiligheidsgordels vast.
  • 4. Regel alle spiegeltjes.
  • 5. Vergewis u ervan dat de handrem ingeschakeld is en dat de transmissie op neutraal is.
  • 6. Start de motor.

Alle voor de heftruck in de Bedieningshandleiding aangegeven controles uitvoeren.

Controle van de bedieningshendel

  • 7. Door middel van de bedieningshendel probeer het eindwerktuig te blokkeren/deblokkeren (voor hefliften met hydraulische blokkering van het werktuig).
  • Resultaat: Alle functies moeten actief zijn.
Page 24
■ INSPECTIE VAN DE WERKPLEK

Met de inspectie van de werkplek kan de bediener bepalen of de werkplek geschikt is om de machine veilig te bedienen. Deze inspectie dient door de bediener te worden uitgevoerd, voordat hij de machine naar de werkplek verplaatst.

Het is de verantwoordelijkheid van de bediener om de instructies over mogelijke gevaren op de werkplek door te lezen en te onthouden, er vervolgens op te letten en deze te vermijden bij het verplaatsen, opstellen en bedienen van de machine.

Let op en vermijd de volgende gevaarlijke situaties:

  • afgereden kanten of gaten
  • hobbels, hindernissen en puin op de vloer
  • hellingen
  • een onstabiele of gladde ondergrond
  • hoog aangebrachte obstakels en hoogspanningsgeleiders
  • gevaarlijke locaties
  • een te zachte ondergrond om alle belastingskrachten te weerstaan die door de machine worden opgewekt
  • wind- en weersomstandigheden
  • niet geautoriseerde personen aanwezig
  • alle andere mogelijk onveilige omstandigheden.

Page 25

Dit onderdeel wil de bediener en het grondpersoneel geleidelijk opleiden tot het gebruik van de hefinrichting met bak of korf.

Zowel de bediener als het grondpersoneel moeten de vereiste kwalificatie en ervaring hebben om de hefinrichting met werktuig te bedienen en moeten de werking ervan, voor het gebruik, goed kennen.

Deze kennis is nodig voor een correct gebruik tijdens de werkfase.

Het werkterrein controleren alvorens de heftruck te gebruiken. Kijken of er geen gaten, vuil, of wankelbare grond is die de controle over de machine in gevaar kunnen brengen.

Let goed op elektrische kabels. Zorg dat geen enkel deel van de machine op minder dan 6 meter van de kabels komt.

Voor een optimale gebruiksveiligheid van het toestel met eindwerktuig, controleer altijd het gewicht van de lasten alvorens deze te verplaatsen.

Page 26

VERVANGING VAN DE EINDWERKTUIGEN

VOOR LAADBAKKEN EN MENGBAKKEN
Uitvoering met MANUELE BLOKKERING

Indien de eindwerktuig vervangen moet worden, op de volgende wijze handelen:

  • Zich naar de plaats begeven waar men het opgestelde eindwerktuig wil achterlaten (zo mogelijk op compacte grond en overdekt).
  • Ontkoppel de snelkoppelingen die eventueel op het werktuig aanwezig kunnen zijn.
  • Verwijder de pin 1 voor de blokkering van het werktuig, nadat de verwijdering van de veiligheidspen 2 aan het uiteinde ervan.

  • Het werktuig op de grond plaatsen.
  • Het gereedschapshouder naar voren zwaaien en de arm dalen om de boven blokkering van het werktuig los te maken.
  • Ga met de machine achteruit om het werktuig te verlaten, en beweeg naar het andere gewenste werktuig.
  • Met het gereedschapshouder naar voren zwaaien en de bovenkant van het nieuwe eindwerktuig vastschroeven.
  • Het werktuig intrekken en enkele centimeters omhoog tillen, het zal zich automatisch op het gereedschapshouder centreren.
  • Doe de pin 1 weer terug en zorg voor een goede bevestiging met de vooraf verwijderde veiligheidspen 2 .
  • Het eventueel gereedschap op het werktuig vastkoppelen.

Na het vervangen van een eindwerktuig, alvorens met de wagen te werken, visueel nagaan of het werktuig wel goed aan de arm gekoppeld is. Een werktuig dat niet goed vastgekoppeld is, brengt zowel de operator als alles wie of wat op het werkterrein tegenwoordig is in gevaar.

Uitvoering met HYDRAULISCHE BLOKKERING

Indien de eindwerktuig vervangen moet worden, op de volgende wijze handelen:

  • Zich naar de plaats begeven waar men het opgestelde eindwerktuig wil achterlaten (zo mogelijk op compacte grond en overdekt).
  • Ontkoppel de snelkoppelingen die eventueel op het werktuig aanwezig zijn en maak de pijpen voor de hydraulische blokker cilinder van de werktuigen op de koppelingen 3 weer vast.

  • Het werktuig op de grond plaatsen.
  • Verwijder de veiligheidspen 2 aan het uiteinde ervan.
  • Maak het in gebruik zijnde eindwerktuig los door middel van de bediening van de werktuigen blokkeer/deblokkeer cilinder.
  • Het gereedschapshouder naar voren zwaaien en de arm dalen om de boven blokkering van het werktuig los te maken.
Page 27

  • Ga met de machine achteruit om het werktuig te verlaten, en beweeg naar het andere gewenste werktuig.
  • Met het gereedschapshouder naar voren zwaaien en de bovenkant van het nieuwe eindwerktuig vastschroeven.
  • Het werktuig intrekken en enkele centimeters omhoog tillen, het zal zich automatisch op het gereedschapshouder centreren.
  • Handel op de bedieningshendel (optioneel) voor de definitieve blokkering van het werktuig en maak hem vast door middel van de vooraf verwijderde veiligheidspen 2.
  • Het eventueel gereedschap op het werktuig vastkoppelen.
■ VOOR BETON BAK EN KORF VOOR BAKSTENEN
Handel als volgt:

Regeling van de vorken: De vorken moeten in de breedte geregeld worden om overeen te komen met de invoerruimtes. Om dit te doen:

Met vorken type FEM:

  • Stophendel vorken omhoogtrekken.
  • Vorken op gewenste stand brengen en stophendel weer naar beneden duwen..

Met DRIJVENDE vorken:

  • Moer van bevestigingsschroeven losdraaien.
  • Vorken heffen en over as laten lopen tot men de gewenste afstand bereikt.
  • Bevestigingsschroeven en moer vastdraaien.
  • 2. Laadfase
  • Breng het eindwerktuig loodrecht op de te verplaatsen lading en controleer op de waterpas of de machine goed genivelleerd is.
  • Steek de vorken in en hef het eindwerktuig enkele centimeters van de grond.
  • Beweeg de vorken achteruit om de last terug te brengen.

• Blokkeer de langsbeweging van het eindwerktuig met ketting en sluiting aan de achterkant door het onderdeel aan de vorken te bevestigen.

De bak voor beton invoeren, houd rekening met de zijde waar het materiaal gestort zal worden.

______ BAK - KORF

Page 28
AANSLUITING VAN HET WERKTUIG

HYDRAULISCHE AANSLUITING (indien nodig)

Om de eindwerktuigen te gebruiken, moet de hydraulische aansluiting uitgevoerd worden volgens de hieronder weergegeven instructies:

  • na de verankering van het werktuig zoals eerder beschreven, maak de hydraulische slangen van de vijzel voor het vast/loskoppelen van de werktuigen los uit de snelkoppelingen 3,
  • plaats de zojuist losgekoppelde slangen in de ruststand.
  • maak de hydraulische slangen uit de werktuig aan de snelkoppelingen 3 vast.

Door deze hydraulische aansluiting is de werking van de eindwerktuigen mogelijk, door middel van de bedieningen die gewoonlijk gebruikt worden om de werktuigen vast of los te koppelen, zoals beschreven in de betreffende paragraven.

Page 29
CONTROLESYSTEEM VOOR DE STABILITEIT

Alle hoogwerkers zijn voorzien van een automatisch controlesysteem voor de stabiliteit waardoor het geleidelijk veranderen van de stabiliteit gesignaleerd wordt en waarmee het toestel geblokkeerd wordt voordat het de kritische toestand bereikt. Een display binnen de cabine weergeeft de stabiliteit toestand van het toestel en van het hieraan verbonden werktuig.

RISICO'S VERBONDEN AAN HET CONTROLE SYSTEEM LLMI/ LLMC

Het LLMI/LLMC systeem werkt volgens de ontwerp specifieken alleen als:

  • het voertuig stilstaat;
  • het voertuig op een solide, vlakke en genivelleerde bodem geparkeerd is;
  • het voertuig in de laad- of positionering modus is:
  • de LLMI/LLMC inrichting actief is (geen overbrugging).

De LLMI inrichting waarschuwt de bediener voor niet een geschikte stabiliteit toestanden langs het voorste lengte vlak.

De LLMI/LLMC inrichting is niet ontworpen om de bediener te waarschuwen voor een kantelgevaar in het geval van:

  • een plotselinge overbelasting:
  • een beweging met een opgeheven last:
  • een beweging op instabiele gronden of in geval van belemmeringen of kuilen;
  • een dwarsbewegingen of het keren op hellingen:
  • snelle bewegingen bij bochten of met een te nauwe draairuimte.

De regelingen die de instellingen van de LLMI/ LLMC inrichting beïnvloeden moeten uitsluitend door bevoegd personeel uitgevoerd worden.

Het stabiliteit controlesysteem is anders naargelang het model in uw bezit en kan gemakkelijk geïdentificeerd worden door middel van de in de cabine geïnstalleerde display.

MODEL NR. 1

  • 1. Alleen gebruikt voor de kalibratie
  • 2. Ledden staaf lastbegrenzer
  • 3. Groen controlelampje correcte elektriciteitsvoeding
  • 4. Alleen gebruikt voor de kalibratie. Op de modellen voorzien van stabilisatoren, gaat het branden als de stabilisatoren omlaag zijn.
  • 5. Alleen gebruikt voor de kalibratie.
Gebruik

Bij het starten gaan het lampje 3 , de leddenstaaf 2 en de knoppen 4 en 5 aan.

Het controlesysteem voert een diagnose controle uit. Tijdens het gebruik van het toestel gaat de ledden staaf 2 geleidelijk, naargelang de stabiliteit van het toestel, aan.

Page 30

Groene Ledden (L1 en L2): deze controlelampjes zijn aan bij een normale werkingstoestand, als het percentage van het kantel moment ten opzichte van de grenswaarde schommelt van 0 tot 89. De wagen is stabiel.

Oranje Ledden (L3 en L4): deze controlelampjes gaan aan als de wagen bijna een instabiele toestand bereikt: het percentage van het kantel moment ten opzichte van de grenswaarde ligt tussen 90 en 99. Het systeem treedt in een toestand van vooralarm : De zoemer geeft een intermitterend geluid af en de uitschuif en daal bewegingen van de arm en de vooruit beweging van de vorken worden vertraagd.

Rode Ledden (L5 en L6): Omkantel gevaar: het percentage van het kantel moment ten opzichte van de grenswaarde ligt boven de 100.

Het toestel treedt in een alarm toestand; er luidt een continu geluidsalarm en iedere gevaarlijke beweging wordt geblokkeerd: het stijgen, dalen en uitschuiven van de arm, het vooruit bewegen van de vorken.

Alarmcodes en Reset

De lastbegrenzer is voorzien van een inrichting voor de zelf diagnose die in staat is de defecten van de transductors, kapotte kabels en problemen aan het elektronische systeem waar te nemen. Indien een defect wordt waargenomen stelt de controlesysteem zich in een veilige toestand door de gevaarlijke manoeuvres te blokkeren. Het Led L6 gaat knipperen om een alarmcode aan te geven. De codes betreffende het waargenomen defect zijn weergegeven in het deel "Defecten en problemen opsporen" in de handleiding van de hoogwerker.

A GEVAAR

Alvorens het toestel te gebruiken, controleer of het 1ste groene LED-lampje brandt.

MODEL NR. 2

1 LED groen aan

Stabiele conditie. Het gewicht van de vracht overschrijdt niet de 90% van het gewicht toegestaan in deze werkstand.

2 LED geel aan

Voor-alarm situatie. Het gewicht is hoger dan 90% maar blijft lager dan het maximaal toegestane gewicht. De armbewegingen zijn vertraagd en het akoestisch signaal geeft korte piepgeluiden.

3 LED rood aan

Alarm situatie. Het gewicht is hoger dan het maximaal toegestane: het akoestisch signaal geeft lange piepgeluiden en de bewegingen van de wagen zijn geblokkeerd. In dit geval zijn alleen de bewegingen mogelijk die de wagen terug stabiel maken.

Het bord van de controlesysteem is verdeeld in drie zones:

Zone LED : Er zijn drie LED die de werktoestand aanduiden:

  • 1 LED groen stabiele wagen
  • 2 LED geel wagen in vooralarm
  • 3 LED rood wagen in alarm
Bedieningsknoppen

  • ESC Om naar het vorige venster terug te keren
  • ENTER Om het venster te bevestigen en te openen.
  • PIJLEN Om langs de menu's omhoog en omlaag te bewegen.
  • PLUS(+) Extra selectie knop
    • MIN(-) Extra selectie knop

Page 31
1 55%
2 FORKS
3 -OUTRIGGERS LATERAL
4 -MAX LOAD 50.3t
5 RAISED LOAD 10.2t
6 -ANGLE 12.3°
7 -EXTENSION 12.3m
8 RADIUS 7m
fig. A
Display onderverdeeld in 8 regels_ fig.A

  • 1. Laadpercentage staaf
  • 2. Duidt eindwerktuig aan
  • 3. Duidt werkwijze aan
  • 4. Duidt het max. hefbare gewicht aan
  • 5. Duidt gewicht van vracht aan voor het tarra berekenen van het systeem
  • 6. Geeft de armhoek aan.
  • 7. Geeft de armextensie aan (met helemaal ingeschoven arm moet het = 0 meter zijn)
  • 8. Geeft de afstand van de lading vanaf de rotatieschijf aan en, indien nodig, weergeeft het betreffende waarschuwingsbericht.
Gebruik

  • Bij het in bedrijfstellen van het toestel voert het controlesysteem een progressieve controle uit en worden de softwaregegevens weergegeven.
  • Na ongeveer 3/4 seconden wordt de lijst van de eindwerktuigen die beschikbaar zijn weergegeven. Middels de pijlen moet de bediener de juiste uitrusting selecteren en vervolgens op ENTER drukken om te bevestigen.
  • Nadat de uitrusting geselecteerd is, weergeeft de display het Standaard Venster (fig. A).
  • Vanuit deze pagina kan de bediener, door enkele seconden op (PLUS) (+) te drukken, in een HOGER NIVEAU (B) treden, waar vier andere ondermenu's worden weergegeven, het menu LANGUAGE (taal) (C) kan gewijzigd worden, terwijl de andere drie ondermenu's CLOCK (klok) (D), EXTENSION SENSOR (extensie sensor) (E) en ANGLE SENSOR (hoeksensor) (F), alleen geraadpleegd kunnen worden.
  • Door op ESC te drukken keert u terug naar het Standaard Venster.

• Druk tegelijkertijd op de twee toetsen PLUS(+) en MIN(-) om in de Diagnose Pagina te treden. Deze pagina's zijn alleen voor raadpleging; gebruik de PIJLTOETSEN om van de ene pagina naar de andere te bewegen.

A GEVAAR

Alvorens het toestel te gebruiken, controleer of het 1ste groene LED-lampje voor de stabiliteit aanwijzing brandt en of de werkwijze, aangeduid in regel 3, en het werktuig type, aangeduid in regel 2, overeenkomen met hetgeen gebruikt wordt.

Page 32
GEBRUIK LASTTABELLEN

De lasttabellen 1 weergegeven de maximale toelaatbare last met betrekking tot armextensie en toegepast werktuig

Voor alle veiligheid, deze tabellen steeds nakijken. De uitschuif waarde van de arm kan vastgesteld worden door middel van de letters ( A B C D E ) geverfd op de arm (pos. 3). De reële inclinatiegraad van de arm is. daarentegen. zichtbaar door middel van de hoekindicator 2

Alle lasttabellen zijn op een speciale steun in de cabine geplaatst.

Het lipie 4 bovenaan iedere lasttabel weergeeft het in gebruik zijnde hulpstuk.

De tabellen hieronder weergegeven dienen enkel als illustratie, om de juiste vrachtbeperkingen te kennen, volg de tabellen die in de cabine van de machine zitten.

De tabellen in de cabine hebben betrekking op een stilstaand toestel op een vaste en vlakke ondergrond.

Voor de handbediende of hvdraulische Bak voor Beton en de Korf voor de Bakstenen moeten de lasttabellen toegepast worden die betrekking hebben op de VORKEN.

Page 33
BEDIENINGEN voor de LAADBAK

Bedieningen GTH-2506 en GTH-3007

Alvorens het materiaal te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Voor het laden/lossen van materiaal:

  • Breng de bedieningshendel in het midden.
  • Beweeg langzaam de hendel in de richting D om het materiaal te lossen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om het materiaal te laden.

Page 34

Bedieningen GTH-4013SX en GTH-4017SX

Alvorens het materiaal te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Voor het laden/lossen van materiaal:

  • Breng de hendel 4 in het midden.
  • Druk op de knop 1.
  • Beweeg langzaam de hendel in de richting D om het materiaal te lossen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om het materiaal te laden.

Page 35
Bedieningen GTH-4013EX en GTH-4017EX

Alvorens het materiaal te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig ziin.

Voor het laden/lossen van materiaal:

  • Breng de bedieningshendel in het midden.
  • Beweeg de hendel in de richting D om het materiaal te lossen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om het materiaal te laden.

Page 36

Bedieningen GTH-4016SR en GTH-4018SR

Alvorens het materiaal te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Voor het laden/lossen van materiaal:

MET LINKER JOYSTICK (Optionele configuratie)

  • Breng de bedieningshendel in het midden en druk op de knop 4.
  • Beweeg de hendel in de richting D om het materiaal te lossen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om het materiaal te laden.

MET RECHTER JOYSTICK ( Standaard configuratie )

  • Breng de bedieningshendel in het midden en druk op de knop 4.
  • Beweeg de hendel in de richting D om het materiaal te lossen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om het materiaal te laden.

Page 37
BEDIENINGEN voor de MENGBAK
GTH-2506 en GTH-3007

Neem de volgende aanwijzingen in acht:

  • Draai de potentiemeter voor de "Continu Olietoevoer" 18 in stand 0 en druk op de Toevoerknop 22 om het hydraulische toevoercircuit van de hulplijnen voor de verplaatsing van de hulpstukken te activeren.
  • 1. Door de Potentiemeter voor de "Continu Olietoevoer" 18 met de klok mee te draaien neemt het vermogen binnen het voedingscircuit van de lijnen voor de beweging van de eindwerktuigen, in de ene of de andere richting, toe.

Voor het gebruik van dit eindwerktuig en de radiobediening, raadpleeg de betreffende handleiding.

Neem de volgende aanwijzingen in acht:

  • Breng de keuzeschakelaar "Olietoevoer naar de Mengbak" A in stand 0 en activeer de schakelaar van de "Menger" B om de interne mengschoep te bewegen. De keuzeschakelaar is voorzien van blokkering waarmee de schakelaar ingedrukt blijft. Alvorens de schakelaar op een andere stand te zetten, deblokkeer de inrichting boven de keuzeschakelaar.
  • 2. Door de keuzeschakelaar A in stand 2 of 1 te zetten wordt de olietoevoer naar rechts of naar links geregeld.
  • Om het beton af te voeren, breng de keuzeschakelaar A in stand 0 en druk op de keuzeschakelaar "Hydraulisch hulpcircuit" C.

Voor het gebruik van dit eindwerktuig en de radiobediening, raadpleeg de betreffende handleiding.

Page 38

BEDIENINGEN voor de HYDRAULISCHE BETON BAK

Bedieningen GTH-2506 en GTH-3007

Alvorens het beton te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Om de afvoeropening open- of dicht te maken:

  • Breng de bedieningshendel in het midden.
  • Druk op de knop 1.
  • Beweeg de bedieningshendel in de richting D om de afvoeropening te openen.
  • Beweeg de bedieningshendel in de richting C om de afvoeropening te sluiten.

Page 39
Bedieningen GTH-4013SX en GTH-4017SX

Alvorens het beton te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Om de afvoeropening open- of dicht te maken:

  • Breng de hendel 4 in het midden.
  • Beweeg de hendel in de richting D om de afvoeropening te openen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om de afvoeropening te sluiten.

Page 40

Bedieningen GTH-4013EX en GTH-4017EX

Alvorens het beton te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Om de afvoeropening open- of dicht te maken:

  • Breng de bedieningshendel in het midden.
  • Druk op de knop 1.
  • Beweeg de bedieningshendel in de richting D om de afvoeropening te openen.
  • Beweeg de hendel in de richting C om de afvoeropening te sluiten.

Page 41
Bedieningen GTH-4016SR en GTH-4018SR

Alvorens het beton te storten, vergewis u ervan dat er geen mensen in de buurt aanwezig zijn.

Om de afvoeropening open- of dicht te maken:

MET LINKER JOYSTICK ( Optionele configuratie )

  • Breng de bedieningshendel in het midden en druk op de knop 4 .
  • Beweeg langzaam de hendel in de richting (A) om de afvoeropening te openen.
  • Beweeg de hendel in de richting () om de afvoeropening te sluiten.

MET RECHTER JOYSTICK ( Standaard configuratie )

  • Breng de bedieningshendel in het midden en druk op de knop 4.
  • Druk de knop 3 in en houd hem ingedrukt totdat de beweging voltooid is.
  • Beweeg langzaam de hendel in de richting () om de afvoeropening te openen.
  • Beweeg de hendel in de richting () om de afvoeropening te sluiten.

STANDAARD CONFIGURATIE

Page 42

DE BAK LADEN

De bediener moet zijn zichtveld controleren alvorens de heftruck te gebruiken.

• Bij het gebruik van de bak is het aangeraden het inscheppen uit te voeren met compleet ingetrokken arm en met rechte wielen tegen de berm te duwen.

• Loodrecht de vracht benaderen met oog op het luchtbelletje voor de juiste nivellering van de wagen.

  • Plaats de bak onder de last en hef de last enkele centimeters van de grond.
  • Beweeg de bak achteruit om de last goed te plaatsen.

Indien op de bak ronde voorwerpen geplaatst worden, zoals in het voorbeeld, bussen met brandstof, olie e.d. maak deze voorwerpen goed vast met kabels of riemen en rij langzaam.

Niet te gebruiken voor het graven van grond.

Gebruik de bak niet om mensen te tillen of te vervoeren.

■ DE KORF VOOR BAKSTENEN LADEN

  • Benader de plaats waar het materiaal opgestapeld is.
  • Breng de korf op de grond.
  • Maak de deur open.
  • Laad het materiaal.
  • Sluit de deur weer en maak hem vast met de meegeleverde pin 1.

Mogelijk valgevaar van los materiaal!

De korf voor bakstenen is ontworpen voor de verplaatsing van bakstenen op pallets. IN GEEN ENKEL GEVAL MAG HET PLATFORM GEBRUIKT WORDEN OM MENSEN TE VERVOEREN! Niet gebruiken om mensen te tillen of te vervoeren!

BAK - KORF

Page 43
DE BAK VOOR BETON LADEN

  • Benader de plaats waar het materiaal opgestapeld is.
  • Breng de bak voor beton op de grond.
  • Controleer of de opening voor het storten gesloten is. Als dat niet het geval is, draai de hendel 2 met de klok mee voor de manuele uitvoering, of handel op de bedieningshendel voor de hydraulische uitvoering.
DE MENGBAK LADEN

Voor het gebruik van dit eindwerktuig en de radiobediening, raadpleeg de betreffende handleiding.

Doe er beton in vanuit de bovenkant.

Page 44
HET GELADEN MATERIAAL VERPLAATSEN

Zodra het materiaal geladen is, de volgende instructies in acht nemen:

  • Breng het werktuig op een vervoerhoogte van 300-500 mm van de grond.
  • Alvorens te bewegen, controleer of de last voldoende van de grond is geheven ten opzichte van omliggende voorwerpen.
  • Controleer het parkoers om eventueel aanwezige risico's vast te stellen.
  • Beweeg niet op bijzonder oneffen ondergronden.
  • Tijdens het vervoer zijn de volgende hellingen toegestaan: 10% afwaarts, 15% opwaarts, 5% zijdelings.
  • Begin te bewegen op laagst mogelijke snelheid.
  • Beweeg zeer langzaam (1,5 km/h).

  • Het personeel niet onder een last laten lopen of staan.
  • De last niet onbewaakt achterlaten.
  • Alvorens de last te bewegen alle mensen uit de buurt weg laten gaan.

• Om hellingen met een vol werktuig op te gaan, beweeg altijd met de vooruit versnelling, en houd de last zo laag mogelijk.

• Om hellingen met een vol werktuig af te gaan, beweeg altijd met het voertuig achteruit.

• Om hellingen op te gaan met lege werktuig, beweeg altijd met het voertuig achteruit.

• Om hellingen af te gaan met volle werktuig, beweeg altiid met het voertuig vooruit.

Alvorens een last te heffen, kies de ruimte waar deze geplaatst zal worden. De voorbereiding van de ruimte is afhankelijk van het soort last.

Page 45
HET PARKEREN EN HET BUITENBEDRIJF STELLEN van het WERKTUIG en van de HEFINRICHTING

ATTENTIE

Het werktuig op een vlakke en droge ondergrond plaatsen.

Om het werktuig uit de hefinrichting los te maken:

  • Zich begeven naar de plek waar men het werktuig wil plaatsen.
  • Het werktuig naar beneden brengen.
  • De motor van de hoogwerker stilzetten.
  • De hydraulische leidingen van het werktuig van de armkoppelingen loskoppelen.
  • De motor weer starten.
  • Handel op de speciale bedieningshendel om het werktuig uit de houder los te maken.
  • Met de werktuigen houder naar voren, de arm omlaag brengen om de bovenkant van het werktuig los te maken.
  • Met de hoogwerker achteruit rijden.

Het werktuig kan bewogen worden door middel van de hoogwerker waarop het gemonteerd is of door middel van vorken van het juiste draagvermogen.

Korte haltes

Bij het einde van iedere werkdag, elke werkbeurt of, in ieder geval tijdens de nachtrust, de wagen op een veilige wijze parkeren.

De nodige voorzorgen nemen om risico's te voorkomen aan personen die in de nabijheid van de stilstaande wagen kunnen komen:

  • De machine parkeren op een plaats waar hij niets in de wegstaat.
  • De parkeerrem inschakelen.
  • De sleutel uit de startomschakelaar verwijderen en de cabine deur op slot doen.
Lange haltes

Om de hoogwerker en/of het werktuig voor een langere periode te parkeren, moet, behalve de voorschriften voor een korte stilstand periode, ook het volgende in acht worden genomen:

• Wagen goed schoonmaken. Om dit goed te doen, roosters en protectiekoffer losmaken.

Gebruik geen benzine, oplosmiddelen of andere brandbare vloeistoffen als reinigingsmiddelen; gebruik daarentegen goedgekeurde in de handel zijnde, brandvrije en niet giftige producten. Indien perslucht gebruikt wordt, draag een veiligheidsbril en beschermmasker. Indien een waterstraal gebruikt wordt, let erop dat de straal niet op elektrische onderdelen wordt gericht.

  • Na het wassen, alle delen goed drogen met luchtstraal.
  • Wagen compleet invetten.
  • Eventuele versleten onderdelen vervangen.
  • Eventuele versleten delen herschilderen.
  • Wagen op een overdekte en geventileerde plaats zetten.
Page 46

Ook tijdens lange stilstand periodes moet de regelmatige onderhoudsbeurt uitgevoerd worden, met bijzondere aandacht aan alle vloeistoffen verslijtbare delen. In ieder geval, alvorens de hoogwerker en/of de werktuigen weer in dienst te zetten, een buitengewone onderhoudsbeurt uitvoeren met speciale aandacht voor alle mechanische, hydraulische en elektrische delen.

Na de werkcyclus van de van de hoogwerker en/ of van het eindwerktuig wordt aangeraden de onderdelen ervan niet in het milieu te verspreiden maar zich tot bevoegde bedrijven te wenden die dit kunnen doen met inachtneming van de van kracht zijnde wetgeving.

Afbraak batterijen

De lege loodbatterijen mogen niet met het gewone vaste industrieel afval verwijderd worden, maar, daar ze bestaan uit schadelijke stoffen, moeten ze verzameld, gesloopt en/of gerecycleerd worden volgens de wetgeving van de Lidstaten.

De lege batterij moet op een droge geïsoleerde plaats bewaard worden. Verifieer tevens dat de batterij droog is en dat de doppen goed afgesloten zijn. Plaats op de batterij een waarschuwingsbord met het gebruiksverbod. Als de batterij, voor de afbraak, op een open plaats wordt gehouden moet deze afgedroogd worden, een vetlaag aangebracht worden zowel op de behuizing als op de elementen en moeten de doppen op de elementen afgesloten worden. Plaats de batterij liefst niet direct op de grond; het is beter om de batterij op houten planken of houten bank te plaatsen en af te dekken. De afbraak van de batterij moet zo snel mogelijk worden uitgevoerd.

BAK - KORF

Page 47

Onderhoud

Houd u aan het volgende:

* Alleen gedeelten van het routineonderhoud die in deze handleiding genoemd worden, mogen door de bediener worden uitgevoerd.

Periodieke onderhoudsinspecties moeten door gekwalificeerde servicemonteurs worden uitgevoerd, in overeenstemming met de specificaties van de fabrikant.

Legenda onderhoudssymbolen:

Deze symbol geeft de tijden voor de onderhoudsingrepen aan, uitgedrukt in werkuren.

Inrijden
Gewoon
VOOROPGESTELD

Een juiste periodieke onderhoudsbeurt garandeert een veilige machine.

Daarom, nadat men onder speciale omstandigheden met de machine gewerkt heeft (op slijk- of stofgrond,

e.d.) is het nodig deze goed schoon te maken, in te smeren en een goede onderhoudsbeurt te geven.

Steeds nagaan of alle delen wel goed werkend zijn, dat er geen olieverlies is, dat de protectie en de veiligheidsinrichtingen in goede staat verkeren, zo niet, de oorzaak ervan opzoeken en maatregels treffen.

De garantie van TEREXLIFT vervalt automatisch bij het niet opvolgen van de geprogrammeerde onderhoudsnormen, aangegeven in deze handleiding.

ATTENTIE

Het is verboden wijzigingen aan te brengen of ingrepen uit te voeren op het toestel of op de eindwerktuigen, behalve de gewone onderhoudshandelingen. Iedere willekeurige wijziging van het toestel of van het werktuig die niet door TEREXLIFT of door erkende assistentie centra zijn uitgevoerd, doen automatisch de overeenstemming van het toestel met de Richtlijn 2006/42/EG vervallen.

Page 48

Onderhoud

SMEEROLIËN- HYGIËNE- EN VEILIGHEIDSNORMEN
Hygiëne

Langdurig contact van oliën met de huid kan irritatie veroorzaken. Het is daarom aangeraden handschoenen en protectiebril te dragen. Nadat men met olie gewerkt heeft, handen wassen met water en zeep.

Opberging

Smeeroliën in een gesloten plaats opbergen, buiten bereik van kinderen. Nooit op een open plek en zonder stikker met inhoudsaanduiding wegzetten.

Afbraak

Olie, nieuwe of gebruikte, is altijd hoogst vervuilend! Nieuwe olie zorgvuldig bewaren en de gebruikte olie in vaten verzamelen voor de afbraak door specifieke centra.

Verspreiding

In geval van toevallige verspreiding van olie, zorgen dat deze opgenomen wordt door zand of toegestane korrels. Het opgenomen materiaal wegnemen en afbreken als chemische afval.

Eerste hulp bij ongevallen

  • Ogen: Bij contact met ogen, overvloedig spoelen met stromend water. Indien de irritatie blijft, een Medische Hulpdienst opzoeken.
  • Inslikken: Bij het inslikken van olie, geen braken veroorzaken maar de hulp van een arts inroepen.
  • Huid: In geval van langdurig contact met de huid, wassen met water en zeep.
Brand

In geval van brand, brandblusapparaat met droge of schuimige koolstof anhydride gebruiken. Geen water gebruiken.

GEPROGRAMMEERD ONDERHOUD

Een verkeerde of onvoldoende onderhoudsbeurt kan de wagen en/of de werktuig gevaarlijk maken voor de operator of voor de mensen die in nabijheid komen. Zorg ervoor dat onderhouds- en smeerhandelingen regelmatig uitgevoerd worden zoals aangegeven door de fabrikant, zodat het toestel en het eindwerktuig doeltreffend en veilig blijven. De onderhoudsbeurten staan in verband met het aantal werkuren die de wagen en/of de werktuig uitvoert. De urenteller nakijken en steeds werkend houden.

Nagaan of alle onregelmatigheden, ondervonden tijdens de onderhoudsbeurt, hersteld worden alvorens de wagen alweer te gebruiken.

Bij elk gebruik

  • 1. Visueel nagaan of het werktuig niet beschadigd is alvorens het te gebruiken.
  • 2. Maak het werktuig zorgvuldig schoon met water, na afloop van iedere werkdag of in ieder geval voor iedere langere stilstand om het verharden van de resten te voorkomen.
  • 3. Controleer of er geen hydraulische olie lekkages uit de leidingen of uit de snelkoppelingen zijn ( indien aanwezig ).
  • 4. De snelkoppelingen na iedere ontkoppeling zorgvuldig afschermen om te voorkomen dat vuil in het circuit terecht komt ( indien aanwezig ).
  • 5. Controleer, na ieder gebruik, de kettingen en vervang ze als ze versleten of beschadigd zijn ( indien aanwezig ).

Page 49

Onderhoud

Elke onderhoudsingreep wordt uitgevoerd met: stilstaande motor; parkeerrem ingeschakeld; eindwerktuigen op grond geplaatst en versnellingshendel uitgeschakeld.

Het is ten strengste verboden aan het hydraulische systeem te werken indien niet bevoegd personeel. De hydraulische installatie van deze wagen is

voorzien van druk-accumulators die ongelukken kunnen veroorzaken indien niet compleet ontladen alvorens er aan te werken.

Om deze accumulators te ontladen is het voldoende van 8 tot 10 maal op het rempedaal te duwen met stilstaande motor.

Alvorens werk uit te voeren op hydraulische leiding of delen, nagaan of er geen restdruk op de installatie zit. Daarom, nadat men de motor heeft stilgezet en de parkeerrem heeft ingeschakeld, op de bedieningshendel van de verdelers werken (alternatief in de werkrichtingen) om de druk van het hydraulische circuit te ontladen.

De hoge druk leidingen mogen enkel door bevoegd personeel vervangen worden.

Onzuiverheden die in het gesloten circuit gaat circuleren kunnen het stukgaan van de transmissie veroorzaken.

Hetgemachtigdepersoneeldatophethydraulische circuit werkt moet eerst de omstaande ruimte zorgvuldig schoonmaken.

Het behandelen of afbreken van gebruikte olie kan onderhevig zijn aan nationale of regionale richtlijnen. Gebruik maken van de aangewezen installaties.

ATTENTIE

Om een willekeurige reparatie- of onderhoudsingreep uit te voeren en, in het bijzonder. om laswerkzaamheden op het toestel

uit te voeren, moet de hoofdschakelaar van de batterij, in de motorruimte uitgeschakeld worden.

Page 50

Pagina opzettelijk wit gelaten

Page 51
LAADBAK 500 LITER

  • code 59.0201.9002 voor GTH-2506 en GTH-3007
  • LAADBAK 800 LITER
  • code 59.0201.9003 voor GTH-2506 en GTH-3007

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 2036 mm
Hoogte 810 mm
Θ Lengte 980 mm
Gewicht 355 kg
Capaciteit werktuig 500 L
D Zwaartepunt 360 mm
TECHNISCHE GEGEVENS
A Breedte 2036 mm
Hoogte 940 mm
Θ Lengte 1175 mm
Gewicht 420 kg
Capaciteit werktuig 800 L
D Zwaartepunt 485 mm
Page 52
LAADBAK 800 LITER

  • code 59.0201.9004 voor GTH-4013SX, GTH-4013EX, GTH-4017SX en GTH-4017EX
  • LAADBAK 800 LITER
  • code 59.0201.9001 voor GTH-4016SR en GTH-4018SR

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 2435 mm
0 Hoogte 940 mm
Θ Lengte 1070 mm
Gewicht 450 kg
Capaciteit werktuig 800 L
D Zwaartepunt 440 mm
TECHNISCHE GEGEVENS
A Breedte 2435 mm
Hoogte 1170 mm
Θ Lengte 1140 mm
Gewicht 510 kg
Capaciteit werktuig 800 L
D Zwaartepunt 420 mm

Page 53
MENGBAK 250 LITER

• code 59.0401.2003 voor GTH-2506 en GTH-3007

MENGBAK 500 LITER

code 59.0401.2002 voor GTH-4013SX, GTH-4013EX, GTH-4017SX, GTH-4017EX, GTH-4016SR en GTH-4018SR

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 1506 mm
6 Hoogte 840 mm
Θ Lengte 795 mm
Gewicht 460 kg
Capaciteit werktuig 250 L
D Zwaartepunt 470 mm
Max
(I/mi
Max. hydraulisch vermogen
(l/min)/(bar) 65/250
TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 1650 mm
Hoogte 990 mm
Θ Lengte 880 mm
Gewicht 550 kg
Capaciteit werktuig 450 L
D Zwaartepunt 415 mm
Max. hydraulisch vermogen
(l/min)/(bar) 60/220
60/220

Code 57.0303.5180

Page 54

  • HANDBEDIENDE BAK VOOR BETON 500 LITER
  • code 59.0400.0000 voor ALLE MODELLEN

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 1110 mm
Hoogte 1320 mm
Θ Lengte 1110 mm
Gewicht 230 kg
Capaciteit werktuig 500 L
D Zwaartepunt 700 mm

  • HYDRAULISCHE BAK VOOR BETON 500 LITER
  • code 59.0400.1000 voor ALLE MODELLEN

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 1110 mm
Hoogte 1320 mm
Θ Lengte 1110 mm
Gewicht 244 kg
Capaciteit werktuig 500 L
D Zwaartepunt 700 mm
Max. hydraulisch vermogen (l/min)/(bar) 65/250
Page 55

  • HANDBEDIENDE BAK VOOR BETON 800 LITER
  • code 59.0400.2000 voor ALLE MODELLEN

TECHNISCHE GEGEVENS
A Breedte 1110 mm
Hoogte 1520 mm
Θ Lengte 1110 mm
Gewicht 250 kg
Capaciteit werktuig 800 L
D Zwaartepunt 750 mm

  • HYDRAULISCHE BAK VOOR BETON 800 LITER
  • code 59.0400.3000 voor ALLE MODELLEN

TECHNISCHE GEGEVENS
A Breedte 1110 mm
Hoogte 1520 mm
Θ Lengte 1110 mm
Gewicht 264 kg
Capaciteit werktuig 800 L
D Zwaartepunt 750 mm
Max. hydraulisch vermogen
(l/min)/(bar) 60/220
Page 56

KORF VOOR BAKSTENEN

• code 59.0400.7000 voor ALLE MODELLEN

TECHNISCHE GEGEVENS
Breedte 800 mm
Hoogte 1150 mm
Θ Lengte 1110 mm
Gewicht 120 kg
Capaciteit werktuig 500 L
D Zwaartepunt 550 mm

Page 57
GTH-2506 MET LAADBAK EN MENGBAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Page 58

GTH-3007 MET LAADBAK EN MENGBAK

Page 59

GTH-4013SX EN GTH-4013EX MET LAADBAK EN MENGBAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Genîe. BAK - KORF

Page 60

GTH-4017SX EN GTH-4017EX MET LAADBAK EN MENGBAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Page 61

GTH-4016SR MET LAADBAK EN MENGBAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Code 57.0303.5180

Page 62

GTH-4018SR MET LAADBAK EN MENGBAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Page 63
GTH-2506 MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Code 57.0303.5180

Page 64

GTH-3007 MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Page 65

GTH-4013SX EN GTH-4013EX MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Code 57.0303.5180

Page 66

GTH-4017SX EN GTH-4017EX MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Page 67
GTH-4016SR MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Het hefvermogen wordt berekend door het gewicht van het eindwerktuig te vermeerderen met het gewicht van het verplaatste materiaal (bijv. bakstenen, beton, enz.)

Code 57.0303.5180

Page 68

GTH-4018SR MET KORF VOOR BAKSTENEN EN BETON BAK

Genie.

Page 69

Schema's

HYDRAULISCH SCHEMA

ALLEEN voor Hydraulische Bak voor Beton

Page 70

Schema's

HYDRAULISCH SCHEMA

ALLEEN voor Mengbak

Page 71

EG-Conformiteitsverklaring

■ EG-CONFORMITEITSVERKLARING

Bouwer en bevoegde persoon voor het samenstellen van het technische dossier TEREXLIFT s.r.l. Zona Industriale Buzzacchero 06019 Umbertide (PG) Italia We verklaren dat het volgende toestel Benaming: Mobiel Hoogwerkplatform Werking: heffen van personen en voorwerpen Model XXXXX Serienummer XXXXX Voldoet aan alle bepalingen van de Machinerichtlijn 2006/42/EG, bijlage IV Het volgende EG-conformiteitscertificaat type XXXXXXXX heeft verkregen, afgegeven door de volgende aangemelde instantie: XXXXX Voldoet tevens aan de Europese en nationale normen en technische specificaties: EN 280/A2:2009

Page 72

Loading...