Flymo L470 User Manual [nl]

GB
IMPORTANT INFORMATION
Read before use and retain for future reference
D
WICHTIGE INFORMATION
Bitte vor dem Benutzen des Gerätes durchlesen und gut aufbewahren
RENSEIGNEMENTS IMPORTANTS
A lire avant usage et à conserver pour référence ultérieure
NL
BELANGRIJKE INFORMATIE
Leest u deze informatie voor het gebruik en bewaar ze voor toekomstige raadpleging
N
VIKTIG INFORMASJON
Les bruksanvisningen før bruk og oppbevar denne for senere bruk.
S
VIKTIG INFORMATION
Läs anvisningarna före användningen och spara dem för framtida behov
DK
VIGTIGE OPLYSNINGER
De bør læse dette før brug og gemme til senere henvisning
E
INFORMACIÓN IMPORTANTE
Léase antes de utilizar y consérvela como referencia en el futuro
P
INFORMAÇÕES IMPORTANTES
Leia antes de utilizar e guarde para consulta futura
I
INFORMAZIONI IMPORTANTI
Leggere prima dell’uso e conservare per consultazione futura
SF
TÄRKEÄÄ TIETOA
Lue tämä ennen käyttöä ja säilytä myöhempää tarvetta varten
L470
F
E
H G
J
1
1
2
3
C
A
1
2
3
4
5
90
0
B
1
2
D
2
3
1
N
9
8
7
5
6
1
2
3
4
M
P
Q
2
3
4
1
5
6
7
LK
GB - CONTENTS
1. Operator Presence Control
2. Choke Control Lever
3. Upper Handle
4. Cable Clip x 4
5. Handle Knob x 2
6. Washer x 2
7. Bolt x 2
8. Lower Handle
9. Hook Assembly
10. Fuel Tank Cap
11. Starting Handle
12. Retaining Clip x2
13. Pin x2
14. Rating Label
15. Warning Label
16. Spark Plug Lead
17. Instruction Booklet
18. Guarantee Card
D - INHALT
1. Bedienerpräsenz­Kontrollvorrichtung
2. Chokeschalthebel
3. Oberer Griff
4. Kabelhalter x 4
5. Griffknopt x 2
6. Unterlegscheibe x 2
7. Bolzen x 2
8. Unterer Griff
9. Hakeneinheit
10. Tankkappe
11. Starterseil
12. Stifte x 2
13. Sicherungsscheiben x 2
14. Produkttypenschild
15. Warnetikett
16. Zündkerzenzuleitung
17. Bedienungsanleitung
18. Garantiekarte
F - TABLE DES MATIÈRES
1. Arceau de sécurité (CPO) (Contrôle de Présence de l’Opérateur)
2. Manette de starter
3. Poignée supérieure
4. Attache câble x 4
5. Bouton de Guidon x 2
6. Rondelle x 2
7. Boulons x 2
8. Guidon inferieur
9. Montage du crochet
10. Bouchon du réservoir d’ essence
11. Poignée de démarrage
12. Axes x 2
13. Goupilles de fixation x 2
14. Plaquette d’identification
15. Etiquette d’avertissement
16. Fil de bougie
17. Manuel d’instructions
18. Carte de garantie
NL - INHOUD
1. Operator Presence Control (OPC of Veiligheids hendel)
2. Regelhendel choke
3. Bovenste duwboom
4. Snoerklem x 4
5. Knop voor duwboom x 2
6. Ring x 2
7. Bout x 2
8. Onderstuk van duwboom
9. Haak
10. Dop voor benzinetank
11. Starthendel
12. Borgveren x 2
13. Pennen x 2
14. Productlabel
15. Waarschuwingsetiket
16. Bougiekabel
17. Handboek
18. Garantiekaart
N - INNHOLD I ESKEN
1. Start/Stopp bryter
2. Chokens kontrollspak
3. Øvre håndtak
4. Kabelklemme (4 stk)
5. Vingemutter (2 stk)
6. Skiver (2 stk)
7. Bolt (2 stk)
8. Nedre håndtak (2stk)
9. Krokmontering (Hakemontering)
10. Bensintanklokk
11. Starthåndtak/snor
12. Bolt (2 stk.)
13. Låseklips (2 stk.)
14. Typeetiketten
15. Advarselsetikett
16. Ledning/hette for tennplugg
17. Bruksanvisning
18. Garantikort
SF - SISÄLTÖ
1. Käynnistys/pysäytys­katkaisin
2. Ryypytyksen säätövipu
3. Ylävarsi
4. Johdon pidike x 4
5. Kahvan nuppi x 2
6. Pultin välirengas x 2
7. Pultti x 2
8. Alempi kahva
9. Koukku
10. Polttoainesäiliön korkki
11. Käynnistyskahva
12. Tapit x 2
13. Sokka x 2
14. Tuotteen arvokilpi
15. Varoitusnimike
16. Sytytystulpan johdin
17. Käyttöohjeet
18. Takuukortti
S - INNEHÅLL
1. Motorbromsbygel
2. Kontrollspak för choke
3. Övre handtag
4. Kabelklämma x 4
5. Knopp för hantag x 2
6. Bricka x 2
7. Bult x 2
8. Nedre handtag
9. Hakenhet
10. Tanklock
11. Starthandtag
12. Låsklämma x 2
13. Sprint x 2
14. Identifieringsetikett
15. Varningsetikett
16. Tändkabel
17. IInstruktionsbok
18. Garantikort
DK - INDHOLD
1. Start/stopkontakt
2. Chokerbetjeningsgreb
3. Øvre håndtag
4. Kabelklemme x 4
5. Håndtagsknop
6. Spændskive x 2
7. Bolt x 2
8. Nedre håndtag
9. Krogsamling
10. Benzindæksel
11. Starthåndtag
12. Monteringsclipsene x 2
13. Tappene x 2
14. Produktmærkat
15. Advarselsmœrkat
16. Tændrørsledning
17. Brugsvejledning
18. Garantibevis
E - CONTENIDO
1. Interruptor de contacto
2. Palanca de control del estrangulador
3. Manillar superior
4. Grapa de cable x 4
5. Manija de empuñadura x 2
6. Arandela x 2
7. Perno x 2
8. Empuñadura inferior
9. Montaje del enganche
10. Tapa del tanque de combustibles
11. Manilla de arranque
12. Pasadores x 2
13. Grapas de sujeción x 2
14. Etiqueta indicadora del producto
15. Etiqueta de Advertencia
16. Cable de la bujía
17. Manual de Instrucciones
18. Tarjeta de garantía
P - LEGENDA
1. Interruptor de Ligar/Desligar
2. Alavanca de Controlo da Válvula de Borboleta
3. Cabo Superior x 4
4. Grampo do cabo
5. Maçaneta x 2
6. Arruela x 2
7. Cavilha x 2
8. Guiador inferior
9. Conjunto do Gancho
10. Tampa do Depósito de Combustível
11. Pega de Arranque
12. Pernos x 2
13. Clips de fixação x 2
14. Etiqueta de Especificações do Producto
15. Etiqueta de Aviso
16. Fio da vela de ignição
17. Manual de Instruções
18. Cartão de garantia
I - NOMENCLATURA
1. Leva comando/controllo
2. Leva di comando starter
3. Manico superiore
4. Morsetto per il cavo x 4
5. Manopola dell’impugnatura x 2
6. Rondella x 2
7. Bullone x 2
8. Impugnatura inferiore
9. Gruppo gancio
10. Tappo serbatoio carburante
11. Maniglia di avviamento
12. Spinotti x 2
13. Bloccaggio x 2
14. Etichetta con dati prodotto
15. Etichetta di pericolo
16. Conduttore candela
17. Manuale d’istruzioni
18. Tagliando di garanzia
(GB) CARTON CONTENTS (D) KARTONINHALT (F) CONTENU DU CARTON (NL) INHOUD
(N) KARTONGENS
INNHOLD (SF) PAKETIN SISÄLTÖ (S) FÖRPACKNINGENS
INNEHÅLL (DK) KARTONINDHOLD
(E) CONTENIDO DEL
CARTON
(P) LEGENDAS DOS
DESENHOS
(I) DE CARTONE
1
2
3
4
4
4
5
5
6
6
7
8
9
10
11
12
12
13
13
15
14
16
18
17
4
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
Verklaring van de symbolen op de L470
Waarschuwing
Lees de handleiding voor de gebruiker aandachtig door, zodat u volledig vertrouwd bent met de verschillende bedieningselementen en de werking daarvan.
Zorg, dat de maaimachine tijdens het maaien altijd in contact blijft met de grond. Als de machine wordt opgetild of gekanteld, kunnen er onder hoge snelheid stenen naar buiten worden geworpen.
Zorg, dat omstanders uit de buurt blijven. Gebruik de maaimachine niet als er zich mensen, en vooral kinderen of huisdieren, op het te maaien terrein bevinden.
Wees voorzichtig met uw voeten en handen. Houd uw handen of voeten veilig uit de buurt van het roterende mes snijbladen.
Alvorens onderhoud uit te voeren aan de machine of de machine te reinigen of af te stellen, of wanneer de machine gedurende langere tijd niet zal worden gebruikt, dient de bougie te worden verwijderd.
Het mes blijft nog een tijdje roteren nadat de machine uitgeschakeld werd. Wacht totdat alle machine-onderdelen volledig stilstaan voordat u ze aanraakt.
Algemene opmerkingen
1. De grasmaaimachine mag nooit worden gebruikt door kinderen of personen die niet op de hoogte zijn van de instructies voor gebruik. Volgens plaatselijke wettelijke voorschriften kan er een minimum leeftijd van toepassing zijn voor bedieners van deze machine.
2. De grasmaaier is uitsluitend bestemd voor gebruik op de wijze waarop en voor de doeleinden die in deze instructies worden beschreven.
3. Gebruik de grasmaaier nooit als u moe, ziek of onder invloed bent van alcohol, drugs of medicijnen.
4. De gebruiker is verantwoordelijk voor ongelukken of gevaren voor andere mensen of hun eigendommen.
Brandstofveiligheid WAARSCHUWING - Benzine is uiterst brandbaar
- Draag beschermende kleding wanneer u werkt met brandstoffen en smeeroliën.
- Voorkom contact met de huid.
- Verwijder benzine en machine-olie voordat u het product vervoert.
- Benzine dient te worden bewaard in een speciaal voor dit doel bestemde container. Over het algemeen zijn plastic containers ongeschikt voor dit doel.
- Gebruik alleen een houder die speciaal ontworpen is voor het mengen van brandstof.
- Uw gazonmaaier is uitgerust met een tweeslagmotor die loopt op een brandstofmengsel van 1 deel olie op 25 delen benzine.
- U mag niet het normale door garages verstrekte tweetakt mengsel, zuivere benzine of multigraad olie gebruiken.
- Gebruik een tweetakt olie van goede kwaliteit of een SAE 30 oliemengsel van goede kwaliteit met verse NORMALE loodvrije benzine.
- Buitenshuis bijtanken en niet roken tijdens het bijtanken.
- Vuil en gemaaid gras van de dop voor de benzinetank vegen om te voorkomen dat dit in de benzinetank terecht komt.
- Brandstof toevoegen ALVORENS de motor te starten. De dop van de benzine tank nooit verwijderen of benzine toevoegen terwijl de motor loopt of heet is.
- Indien benzine gemorst wordt niet proberen de motor te starten maar de machine van de plek waar de brandstof gemorst is verwijderen en ontstekingsbronnen vermijden totdat de benzinedampen vervlogen zijn.
- Gebruik nooit benzine die u van het vorig jaar over heeft of die lange tijd is opgeslagen.
- Alle doppen voor benzinetanks en houders moeten goed vast gedraaid worden.
- Voordat u de motor start, dient u de machine uit de buurt te duwen van de plaats waar u de tank heeft bijgevuld.
- Brandstof moet op een koele plaats worden opgeslagen, uit de buurt van open vlammen.
- Uw carburateur is in de fabriek ingesteld, gewoonlijk hoeft hij niet verder te worden afgesteld.
Voorbereiding
1. Maai het gras nooit op blote voeten of met sandalen aan. Draag altijd geschikte kleding, handschoenen en stevige schoenen.
2. Het gebruik van oorbeschermers wordt aanbevolen.
3. Controleer, dat er geen stokken, botten, ijzerdraad en rommel in het gras liggen; deze kunnen door het mes onder hoge snelheid naar buiten worden geworpen.
4. Vóór gebruik dient u altijd te controleren of mes, bout van dit mes en het maaimechanisme niet zijn versleten of beschadigd. Om de juiste balans te behouden, dient men bij vervanging van het mes altijd de hele bevestigingsset te vervangen.
5. Defecte geluiddempers dienen vervangen te worden.
Gebruik
1. Gebruik de machine niet in een afgesloten ruimte, waar de uitlaatgassen (koolmonoxide) zich kunnen ophopen.
2. Gebruik de maaimachine alleen bij daglicht of goed kunstmatig licht.
3. Vermijd waar mogelijk gebruik van de machine als het gras nat is.
4. Wees voorzichtig dat u niet uitglijdt als het gras nat is.
5. Wees op hellingen extra voorzichtig dat u niet uitglijdt en draag niet-slippend schoeisel.
6. Hellingen dienen altijd in overdwarse richting te worden gemaaid, en niet van boven naar beneden of andersom.
7. Wees uiterst voorzichtig wanneer u op een helling van richting verandert.
Indien deze grasmaaimachine niet op de juiste wijze wordt gebruikt, kan de machine gevaar opleveren. De machine kan ernstig letsel veroorzaken aan de bediener en omstanders; voor redelijke veiligheid en efficientie bij het gebruik van de grasmaaier, dienen de waarschuwingen en veiligheidsvoorschriften nauwkeurig te worden opgevolgd. De bediener draagt de verantwoordelijk voor het opvolgen van de waarschuwingen en veiligheidsvoorschriften, die in deze handleiding en op de grasmaaimachine vermeld staan.
25
NEDERLANDS - 1
STOP
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
8. Grasmaaien op hellingen en taluds kan gevaarlijk zijn. Niet maaien op taluds
of steile hellingen.
9. Loop niet achteruit met de grasmaaier, omdat u dan zou kunnen struikelen. Altijd lopen, nooit rennen.
10. Maai het gras nooit door de maaimachine naar u toe te trekken.
11. Voordat de maaimachine over oppervlakken zonder gras wordt geduwd en wanneer de machine naar en van het te maaien terrein wordt vervoerd, dient de motor te worden uitgeschakeld door de Operator Presence Control (ofwel de OPC) uit te schakelen.
12. De machine mag niet worden gebruikt als de beschermplaten beschadigd of afwezig zijn.
13. De motor mag niet te hard lopen en de instellingen van de toerenregelaar mogen niet worden gemodificeerd. Te hard rijden is gevaarlijk en verkort de levensduur van de maaimachine.
14. De grasmaaier dient altijd voorzichtig te worden gestart, waarbij u er vooral op let dat uw voeten uit de buurt van de snijbladen blijven.
15. De grasmaaier niet kantelen bij het starten, behalve als de grasmaaier gekanteld moet worden bij het starten. In dit geval niet meer kantelen dan absoluut noodzakelijk is en alleen het gedeelte dat van de gebruiker af wijst oplichten. Altijd zorgen dat beide handen in de gebruikspositie zijn voordat het apparaat weer op de grond wordt gezet.
16. De maaimachine mag niet worden opgetild of gedragen met lopende motor.
17. De bougiekabel kan heet worden - wees voorzichtig.
18. Voer nooit onderhoud uit aan de machine als de motor heet is.
19. Laat de OPC los om de motor te stoppen en wacht tot het mes helemaal stilstaat:
20. Zet de regeling voor aanwezigheid van gebruiker in zijn vrij om de machine te stoppen, wacht totdat het mes is uitgedraaid, koppel de kabel van de bougie los en wacht totdat de motor is afgekoeld.
Onderhoud en opslag
1. Zorg, dat alle moeren, bouten en schroeven goed zijn aangedraaid zodat de maaier altijd veilig kan worden gebruikt.
2. Vervang versleten of beschadigde onderdelen onmiddellijk.
3. Gebruik voor vervanging uitsluitend originele, voor deze machine bestemde snijbladen, bladbouten, vulplaatjes en rotorbladen.
4. Zet de maaier nooit in een ruimte/gebouw waar benzinedampen in aanraking kunnen komen met open vuur of vonken als er nog benzine in de tank zit.
5. Laat de motor altijd eerst afkoelen voordat de machine wordt opgeborgen in een afgesloten ruimte.
6. Om brandgevaar te vermijden, dienen de motor, geluiddemper, accubak en de brandstoftank vrij te zijn van gras, bladeren of overmatig veel vet.
7. Als de benzinetank moet worden geleegd, dient dit buiten te gebeuren.
8. Wees voorzichtig bij het afstellen van de machine dat uw vingers niet bekneld raken tussen bewegende snijbladen en vaste onderdelen van de grasmaaier.
Instructies voor het mengen van de brandstof
1. Zorg dat mengfles en dop schoon zijn en op een plat oppervlak staan.
2. Giet verse normale loodvrije benzine in de fles tot de 1 liter streep op de fles bereikt is.
3. Giet tweetakt olie van goede kwaliteit in de fles tot
op de 25:1 streep (40 ml olie) op de fles.
4. Schroef de dop vast, schud de fles totdat olie en benzine goed vermengd zijn.
5. Reinig de dop voor de benzinetank en vul benzinetank.
Assembly and Adjustment
Montage van de onderste hendel aan de gazonmaaier
1. De haak (A2) die aan de onderste hendel (A1) zit halverwege door de middelste opening van de geleide (A3) doen, in de door de pijl aangegeven richting (A4).
2. Met de haak (A2) in de middelste opening van de geleide (A3) de onderste hendel (A1) een kwart slag 90° met de klok mee draaien, om de beide uiteinden van de onderste hendel tussen de steunhaken van de kap (A5) te plaatsen.
3. De pennen (B1) aanbrengen en met de clips (B2) vastzetten.
De bovenste hendel aan de onderste hendel monteren
Alvorens de bovenste hendel aan de onderste hendel te monteren moet u ervoor zorgen dat de onderste hendel stabiel is door de haak (D1) in de ‘parkeerstand’ (D2) te zetten.
1. Zorg ervoor dat de bedieningshendel voor de choke aan de rechterkant is, van de achterkant gezien.
2. Breng de onderste en bovenste hendel in lijn (zie
afbeelding C). Monteer de bouten (C1), sluitringen (C2) en borg deze met de hendelknoppen (C3).
3. Bevestig de kabels met de meegeleverde kabelklemmen aan de handgrepen en zorg dat de kabels niet klem komen te zitten tussen de bovenste en de onderste handgreep.
Stand van de hendels
De stand van de hendels kan met de geleide en haak versteld worden. Voor het verstellen van de stand:
1. Haak (D1) oplichten.
2. Op de gewenste stand zetten:
(D2) - Parkeerstand, (D3) - Maaistand.
- voordat u de benzinetank bijvult;
- voordat u een verstopping verwijdert;
- voordat u controles, reiniging of onderhoud uitvoert aan het apparaat;
- als u een vreemd voorwerp raakt. Gebruik de machine niet totdat u zeker bent dat de hele grasmaaimachine veilig is voor gebruik;
- als de maaimachine abnormaal trilt. U dient dit onmiddellijk te controleren. Te grote trillingen kan letsel veroorzaken.
- als u de machine enige tijd onbeheerd wilt achterlaten.
NEDERLANDS - 2
Starten en stoppen
Het starten van uw gazonmaaier
1. Plaats de hendel in de parkeerstand (D2). Open de tankontluchtingsschroef (E).
2. Open de benzinekraan (J1). Sluit de bougiekabel aan (F).
3. Plaats de bedieningshendel op 'cold start' (koude start) (G) wanneer de motor koud is of op 'normal' (normaal) (H) wanneer de motor heet is.
4. Trek de Operator Presence Control tegen de bovenduwboom; stevig vasthouden.
5. Met uw linkervoet op het dek, de maaier naar u toe kantelen. (K). Dit voorkomt dat er een ring in uw gazon wordt gemaaid.
6. Rustig de starthendel uittrekken totdat u weerstand voelt, de starthendel langzaam terug laten gaan.
7. De starthendel krachtig naar u toe trekken en volledig uittrekken.
8. Laat de motor eerst op toeren komen en laat de gazonmaaier dan rustig zakken.
9. Overtuig u dat wanneer de motor op bedrijfstemperatuur gekomen is, de bedieningshendel zich in de 'normal' stand bevindt.
Het stoppen van de gazonmaaier
• Het maaimes blijft ronddraaien na uitschakeling van de gazonmaaier. Roterende maaimessen kunnen lichamelijk letsel veroorzaken.
1. Ontspan de Operator Presence Control.
2. Kantel de grasmaaier lichtjes terwijl de motor tot stilstand komt. (L). Dit voorkomt dat er een ring in uw gazon wordt gemaaid.
3. Plaats de hendel in de parkeerstand (D2).
4. Wanneer de motor gestopt is, de gazonmaaier op de grond laten zakken.
5. Draai de benzinekraan (J1) en de tankontluchtingsschroef dicht.
Maaihoogte Instellen
Afstellen van de maaihoogte
• Gebruik nooit meer dan 2 vulringen.
• Vulringen kunnen alleen worden aangebracht tussen het maaimes en de waaier. Nooit tussen het maaimes en de mesbout. (M)
1. Zorg dat de Operator Presence Control is ontspannen wanneer de motor tot stilstand is gekomen - ontkoppel de bougiekabel!
2. Draai de benzinekraan (J1) en de tankontluchtingsschroef dicht. Draai uw gazonmaaier op de zijkant.
3. Verwijder de mesbout (M1) en het maaimes (M2) als omschreven in 'Verwijderen van het maaimes en de waaier'.
4. Om een lagere maaihoogte te verkrijgen brengt u maximaal 2 vulringen (M3) aan.
5. Om een hogere maaihoogte te verkrijgen ­vulringen (M3) verwijderen.
6. Brengt het maaimes weer aan, als omschreven in 'Monteren van maaimes en waaier'.
Het maaien het gazon
1. Zet de duwboom in de maaistand (D3). Begin aan de rand van het gazon en maai met de wijzers van de klok mee. (N)
2. Maai tijdens het groeiseizoen het gazon tweemaal per week. Uw gazonmaaier en gazon kan schade oplopen als u meer dan 1/3 van de graslengte per keer maait.
Verwijderen en monteren van het maaimes en de waaier
Hanteer het maaimes altijd met voorzichtigheid
- de scherpe randen kunnen lichamelijk letsel veroorzaken. De bougiekabel kan heet zijn ­oplettendheid is geboden. Verwijderen van het maaimes en de waaier
Vervang het metalen maaimes na 50 maaiuren
of 2 jaar, welke hiervan het eerste plaatsvindt, ongeacht de conditie.
Als het maaimes een scheurtje vertoont of
anderszins is beschadigd dient het door een nieuw maaimes te worden vervangen.
1. Zorg dat de Operator Presence Control is ontspannen wanneer de motor stilstaat en het maaimes niet meer draait - ontkoppel de bougiekabel.
2. Draai de benzinekraan (J1) en de tankontluchtingsschroef dicht. Draai uw gazonmaaier op de zijkant.
3. Om de mesbout (M1) te verwijderen, houdt u de waaier (M4) stevig vast en draait u de mesbout met de meegeleverd sleutel linksom los.
4. Verwijder de mesbout (M1), het maaimes (M2), de afstandsringen (M3) en de waaier (M4).
5. De gazonmaaier op schade inspecteren en indien nodig schoonmaken.
Monteren van het maaimes en de waaier
Vóór gebruik altijd onderwerpen aan visuele
inspectie om te zien of het maaimes en mesbout niet zijn versleten of beschadigd.
Gebruik nooit meer dan 2 vulringen.
Vulringen kunnen alleen worden aangebracht
tussen het maaimes en de waaier. Nooit tussen het maaimes en de mesbout.
1. Zorg dat de waaier zich in de juiste positie bevindt.
2. Plaats de vulringen (M3) op de waaier waarbij u erop moet toezien dat de nokken (M5) in de gaten (M6) steken.
3. Plaats het maaimes (M2) op de vulringen (M3). Zorg ervoor dat de nokken (M7) in de gaten (M8) van het maaimes steken en dat het zich in de positie bevindt als (Zie afb.M).
4. Steek de mesbout (M1) door het middelste gat (M9) van het maaimes.
5. Handvast draaien met de wijzers van de klok mee.
6. Houd de waaier stevig in positie en draai de mesbout met de meegeleverde sleutel goed vast.
NEDERLANDS - 3
NEDERLANDS - 4
Onderhoud - schoonmaken van het luchtfilter
GEVAAR Het luchtfilter mag niet worden gesmeerd
1. Volg de werkwijze zoals aangegeven in 'Onderhoud van uw gazonmaaier'.
De kap (Q2) of schroeven (Q3) NIET
VERWIJDEREN, tenzij zich hier duidelijk gras of vuil bevindt.
2. Verwijder de twee schroeven (Q4). Verwijder het filterdeksel (Q1).
3. Verwijder de twee filters (Q5) en (Q6). Maak de binnenkant van het filterdeksel (Q1) grondig schoon.
4. Het dikke filter (Q5) schudden of kloppen om alle vuil en stof te verwijderen.
5. Het dunne filter (Q6) vervangen indien dit vervuild is. Nieuwe filters zijn verkrijgbaar bij uw Electrolux Outdoor Products dealer.
6. Monteer het dikke filter (Q5) in het filterdeksel
(Q1). Plaats het dunne filter (Q6) er boven. DE FILTERS NIET VOUWEN OF KREUKELEN.
7. Het filterhuis (Q7) met een borstel schoonmaken. Monteer hierna het filterdeksel
(Q1) en de twee schroeven (Q4).
Onderhoud van de gazonmaaier
Wanneer uw gazonmaaier langere tijd niet gebruikt gaat worden, adviseren wij na gebruik de volgende werkwijze te volgen:
1. Leg de motor stil.
2. Draai de tankontluchtingsschroef dicht en sluit de benzinekraan volledig. (J1)
3. Start de motor opnieuw.
4. Kantel de grasmaaier lichtjes wanneer de motor begint stil te vallen als gevolg van een tekort aan benzine. (L)
5. Nadat de motor stilstaat ontspan de Operator Presence Contro.
6. Maak de bougiekabel los.
7. Verwijder de benzine uit de benzinetank.
Schoonmaken
Houd de gazonmaaier schoon - afgeknipt gras dat terecht komt in een luchtinlaat of in de motor is brandgevaarlijk.
Gebruik voor het reinigen van de gazonmaaier geen chemicaliën, of oplosmiddelen - sommige hiervan kunnen belangrijke kunststof onderdelen vernietigen.
1. Verwijder gras onder de maaikast met een borstel.
2. Met behulp van een zachte borstel verwijdert u gras in en rond het motorgedeelte en uit alle luchinlaten.
3. Verwijder de waaier - zie 'Verwijderen en monteren van het maaimes en de waaier' - en maak deze schoon met een zachte borstel.
4. Veeg de maaikast van uw gazonmaaier af met een droge doek.
Het dragen van de gazonmaaier
Draag de gazonmaaier nooit met een draaiende motor
Draag de grasmaaier in een evenwichtige positie met het mes van u weg en de luchtfilter naar boven gericht. (P)
Uw gazonmaaier opbergen
Uw grasmaaier op een koele, droge, vochtdichte en veilige plaats opbergen.
Aan het eind van het maaiseizoen
Nadat u voor het laatst heeft gemaaid in het jaar dient u de volgende servicebeurt uit te voeren door een Flymo dealer:-
1. Leg de motor stil.
2. Draai de tankontluchtingsschroef dicht en sluit de benzinekraan volledig. (J1)
3. Start de motor opnieuw.
4. Kantel de grasmaaier lichtjes wanneer de motor begint stil te vallen als gevolg van een tekort aan benzine. (L)
5. Nadat de motor stilstaat ontspan de Operator Presence Control.
6. Maak de bougiekabel los.
7. Verwijder de benzine uit de benzinetank.
8. Verwijder de bougiekabel en de bougie. Giet een theelepel (5 ml) olie door de bougie­opening. Trek twee- of driemaal aan de starthendel. Dit verdeelt de olie naar de interne delen van de motor. Controleer en reinig de bougie. Indien deze moet worden vervangen raadpleeg dan uw plaatselijke Electrolux Outdoor Products dealer. De bougiekabel mag
niet meer worden aangesloten.
9. Reinig het luchtfilter. Zie: 'Schoonmaken van het luchtfilter'.
10. Vervang het maaimes indien het is gebarsten of anderszins beschadigd dan wel verbogen. Vervang zo nodig de bladbout. Zie:
'verwijderen en monteren van maaimes en waaier' voor volledige instructies.
11. Gebruik alleen originele Flymo onderdelen en accessoires die voor dit produkt zijn gespecificeerd.
12. Maak uw gazonmaaier grondig schoon. Zie:
'Schoonmaken van de gazonmaaier'.
13.Uw plaatselijke Electrolux Outdoor Products dealer voert elke gewenste service of reparatie uit.
14. Bewaar uw gazonmaaier op een koele, droge, vochtbestendige en veilige plaats.
Garantie en garantiebeleid
Als enig onderdeel binnen twee jaar na aankoop van het product fabricagefouten vertoont, zal Electrolux Outdoor Products dit via een door haar erkend servicecentrum geheel kosteloos repareren of vervangen, mits: (a) de fout direct via de erkende reparateur is gemeld; (b) de klant een bewijs van aankoop heeft overhandigd; (c) het defect niet is veroorzaakt door fout gebruik,
verwaarlozing of foute afstelling door de gebruiker;
(d) het defect niet het gevolg is van normale slijtage
door gebruik;
(e) de machine niet is onderhouden of gerepareerd, uit
elkaar gehaald of gemodificeerd door een persoon die hiervoor niet uitdrukkelijk is gemachtigd door
Electrolux Outdoor Products; (f) de machine niet is verhuurd; (g) de machine in het bezit is van de oorspronkelijke eigenaar; (h) de machine niet is gebruikt buiten het land dat
oorspronkelijk is gespecificeerd; (i) de machine niet voor commerciÎle doeleinden is gebruikt. * Deze garantie is een aanvulling op uw wettelijk
geldende rechten als consument, en tasten uw
rechten op geen enkele wijze aan.
Defecten die het gevolg zijn van de hieronder genoemde oorzaken vallen niet onder de garantie, en het is dan ook uiterst belangrijk dat u de instructies in de handleiding goed doorleest en het gebruik en onderhoud van de machine begrijpt.
Defecten die niet onder de garantie vallen:
* Vervanging van versleten mes * Defecten die het gevolg zijn van het niet melden van
een fout. * Defecten die het gevolg zijn van een schok/stoot. * Defecten die het gevolg zijn van gebruik dat afwijkt van
de instructies en aanbevelingen in de handleiding. * Machines die gebruikt zijn voor verhuur vallen niet
onder de garantie. * De volgende onderdelen zijn onderhevig aan slijtage
en hun levensduur is afhankelijk van regelmatig
onderhoud en vallen daarom gewoonlijk niet onder
een garantieclaim: Snijblad, aandrijfriem. * Voorzichtig!
Electrolux Outdoor Products aanvaardt geen
aansprakelijkheid onder de garantie voor defecten die
geheel of gedeeltelijk, direct of indirect, het gevolg zijn
van het monteren van vervangingsonderdelen of
aanvullende onderdelen die niet zijn gemaakt noch zijn
goedgekeurd door Electrolux Outdoor Products, of indien
de machine op welke wijze dan ook is gemodificeerd.
Informatie Met Betrekking Tot Het Milieu
De producten van Electrolux Outdoor Products worden geproduceerd volgens EMS (ISO 14001), waarbij, waar dit uitvoerbaar is, gebruik wordt gemaakt van componenten die zijn geproduceerd op de meest milieuvriendelijke manier volgens de werkijzen van het bedrijf en met de mogelijkheid om aan het einde van de levensduur van het product gerecycled te worden. * De verpakking kan gerecycled worden en plasic
componenten zijn van een label voorzien (voor zover dat mogelijk was) voor recycling op categorie.
* Milieubewuste overwegingen dienen mee te spelen
bij het weggooien van een product aan het einde van de levensduur.
* Indien nodig, kunt u kontakt opnemen met de
gemeentelijke autoriteit voor informatie over de verwerking.
VER
WERKING VAN BRANDSTOFFEN EN SMEEROLIËN
• Draag beschermende kleding wanneer u werkt met
brandstoffen en smeeroliën.
• Voorkom contact met de huid.
• Verwijder benzine en machine-olie voordat u het
product vervoert.
• Neem contact op met de gemeentelijke autoriteit voor
informatie over het dichtstbijzijnde recycling­/verwerkingsstation.
Gooi brandstoffen en oliën NIET weg met het
huishoudelijk afval.
• Afgewerkte brandstoffen of oliën zijn schadelijk
voor het milieu en dienen te worden verwerkt via de erkende recyclingfaciliteiten.
• Gooi afgewerkte brandstoffen of oliën NIET weg in water.
• NIET verbranden.
Aanbevolen service
• Uw product is voorzien van een unieke identificatie in de vorm van een zilver en zwart gekleurd productkwaliteitslabel.
• U wordt ten zeerste aangeraden uw product ten minste elke twaalf maanden een service-beurt te geven, vaker indien het beroepshalve veelvuldig wordt gebruikt.
Tips voor foutenopsporing
Motor wil niet starten
1. Zorg dat de Operator Presence Control stevig tegen de bovenduwboom wordt aangetrokken.
2. Controleer of zich voldoende brandstof van de juiste samenstelling in de tank bevindt.
3. De motor kan zijn "verzopen" Bougie verwijderen en drogen.
4. Brandstofmengsel is verouderd of verkeerd gemengd
- vervang dit dan voor een vers brandstofmengsel.
5. Controleer of de mesbout vast zit. Een losse bout kan een startprobleem veroorzaken.
6. Indien de motor nog steeds niet start, ontkoppel
dan de bougiekabel en raadpleeg uw plaatselijke Electrolux Outdoor Products dealer.
Slechte zweving of gebrek aan vermogen
1. Ontkoppel de bougiekabel.
2. Reinig de onderkant van de maaikast, het luchtfilter, de
waaier, het gedeelte rond de motor en de luchtinlaten.
3. Brandstofmengsel is verouderd of verkeerd gemengd
- vervang dit dan voor een vers brandstofmengsel.
4. Indien slecht zweven of gebrek aan vermogen blijft
voortduren, ontkoppel dan de bougiekabel en raadpleeg uw plaatselijke Electrolux Outdoor Products dealer.
Overmatig trillen
1. Ontkoppel de bougiekabel.
2. Controleer of het maaimes op de juiste wijze is bevestigd. Zie: 'Verwijderen en monteren van het maaimes en de waaier'.
3. Als het maaies is beschadigd of versleten, vervang het dan door een nieuw maaies.
4. Indien de trilling blijft aanhouden, gebruik de
gazonmaaier dan niet. Ontkoppel de bougiekabel en raadpleeg uw plaatselijke Electrolux Outdoor Products dealer.
NEDERLANDS - 5
BELGIQUE/BELGIË Flymo Belgique/België
Tel: 02 363 0311, Fax: 02 363 0391
ČESKÁ REPUBLIKA Electrolux, spol. s.r.o., oz Electrolux Outdoor Products,
Dobronická 635, 148 25 Praha 4 Tel: 02/6111 2408-9, Info-linka: 0800/110 220 Internet: www.partner-flymo.cz E-mail: info@husqvarna.cz
DANMARK Electrolux Outdoor Products, Flymo/Partner A/S,
Lundtoftegårdsvej 93A, DK 2800 Kgs.Lyngby Tel: 45 877577, www.flymo-partner.dk
DEUTSCHLAND Flymo Deutschland
Tel: 097 21 7640, Fax:097 21 764202
ESPAÑA Electrolux Zanussi Industrial SA., division Flymo Iberica
Tel: 34 1 883 0429, Fax: 34 1 882 7841
ESTONIA Electrolux Estonia Ltd (Electrolux Eesti AS)
Tel: (372) 6650010
FRANCE Flymo France SNC
Tel 01 46 67 8141, Fax 01 43 34 2491
FINLAND SUOMI Flymo Finland Suomi
Tel: 00 39611, Fax: 00 39 612632
ITALIA McCulloch Italiana s.r.l. - Via Como 72, 23868 Valmadrera
(LECCO) - ITALIA, Tel: 800 017829, Fax: 0341 581671
IRELAND Flymo Ireland
Tel: 01 4565222, Fax: 01 4568551
MAGYARORSZÁG Electrolux Lehel Kft
Tel: 00 36 1 251 41 47
NORGE Flymo/Partner, div. av Electrolux Motor a.s.
Tel: 69 10 47 90
NEDERLAND Flymo Nederland
Tel: 0172-468322, Fax: 0172-468219
ÖSTERREICH HUSQVARNA Zentralwerkstätte, Industriezeile 36, 4020 LINZ,
Tel: 0732 770101-60, Fax: 0732 795922
POLSKA Electrolux Poland Sp. z.o.o. Husqvarna, 01-612 Warszawa
Myslowicka 10/2 Tel:- (22) 8332949
PORTUGAL Electrolux Zanussi Industrial SA., division Flymo Iberica
Tel :- 34 1 883 0429, Fax :- 34 1 882 7841
SLOVENIJA SKANTEH d.o.o.
Tel:- (061) 133 70 68, Fax:-(061) 133 70 68
SLOVENSKA Electrolux Slovakia s.r.o., Borova Sihot 211, 033 01 Lipt. Hradok
Tel: 044 522 14 19, Fax: 044 522 14 18, www.flymo-partner.sk
SCHWEIZ/SUISSE/SUIZZERA Flymo Schweiz/Suisse/Suizzera
Tel 062 889 93 50 / 889 94 25, Fax 062 889 93 60 / 889 94 35
SVERIGE Electrolux Outdoor Products, Sverige
Tel: 036 – 14 67 00, Fax: 036 – 14 60 70
UNITED KINGDOM Electrolux Outdoor Products United Kingdom
Tel: 01325 300303, Fax: 01325 310339
5118248-04
Electrolux Outdoor Products
Aycliffe Industrial Park
NEWTON AYCLIFFE
Co.Durham DL5 6UP
ENGLAND
Telephone - (00) 44 1325 300303 Fax - (00) 44 1325 310339
UK Customer Helpline - 01325 300303 Fax - 01325 310339
Our policy of continuous improvement means that the specification of products may be altered from time to time without prior notice.
Electrolux Outdoor Products manufacture products for a number of well known brands under various registered patents, designs and
trademarks in several countries.
© Electrolux Outdoor Products Ltd. Registered Office, Electrolux Works, Oakley Road, Luton LU4 9QQ
Registered number 974979 England
The Electrolux Group is the world’s largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor use. More than 55
million Electrolux Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines, vacuum cleaners, chain saws and lawn
mowers) are sold each year to a value of approx. USD 14 billion in more than 150 countries around the world.
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
Loading...