Fisher Installation Guide: 1305C, 1305D | Fisher Manuals & Guides

Installatiegids Nederlands – meir 2002
1305 Serie
Inleiding
Instructiehandleiding voor de 1305 serie (formulier 1095, D100342X012).
PED-categorie
Dit product kan als veiligheidsaccessoire gebruikt worden bij drukapparatuur in de volgende categorieën van de Richtlijn Drukapparatuur 97/23/EG. Het kan ook gebruikt worden buiten de Richtlijn Drukapparatuur onder toepassing van de regels van goed vakmanschap (SEP) volgens onderstaande tabel.
NEGNITEMFATCUDORPNËEIROGETAC FOTSIEOLVEPYT
)hcni1(52NDPES1
Specificaties
Verkrijgbare constructies
Type 1305C: DN25 (1 inch) NPT inlaat- en DN 8 (1/4 inch)
NPT uitlaataansluiting; doorlaat 2 mm (5/64 inch). Drie veren zorgen voor een verminderd drukbereik van 0 tot 15,51 bar (0 tot 225 psig). Type 1305D: hetzelfde als 1305C, met grotere veerbehuizing en één zwaadere veer voor een drukbereik
van 13,79 tot 34,47 bar (200 tot 500 psig).
Pijpaansluitingen
Inlaat: DN 25 (1 inch) NPT Uitlaat: DN 6 (1/4 inch) NPT
Maximale uitlaatdruk (behuizing) voor noodsituaties
Type 1305C: 17,25 bar (250 psig) Type 1305D: 37,92 bar (550 psig)
Uitlaatdrukbereik
Type 1305C: 0 tot 5,17 bar (0 tot 75 psig), 0 tot 10,34 bar
(0 tot 150 psig) en 0 tot 15,51 bar (0 tot 225 psig)
Type 1305D: 13,79 tot 34,47 bar (200 tot 500 psig)
Maximaal toelaatbare inlaatdruk
275,8 bar (4000 psig)
(1)
(1)
(1)
Keuringsproefdruk
Alle drukhoudende delen zijn beproefd volgens Richtlijn 97/23/EG - Bijlage 1, Punt 7.4
Temperatuurbereik
-29 tot 93 °C (-20 tot 200°F)
(1)
Installatie
Alleen hiertoe bevoegd personeel mag een regelaar installeren of er onderhoud aan uitvoeren. Regelaars moeten geïnstalleerd, bediend en onderhouden worden
1. De druk/temperatuurgrenzen in deze installatiegids en beperkingen volgens van toepassing zijnde normen of reglementen mogen niet overschreden worden.
overeenkomstig internationale en toepasselijke reglementen en voorschriften en de instructies van Fisher.
Als er vloeistof uit de regelaar ontsnapt of als er een lek in het systeem ontstaat, betekent dit dat service nodig is. Wanneer de regelaar niet onmiddellijk buiten gebruik gesteld wordt, kan een gevaarlijke situatie ontstaan.
Lichamelijk letsel, beschadiging van de apparatuur of lekkage als gevolg van ontsnappende vloeistof of het barsten van onder druk staande onderdelen kan ontstaan als deze regelaar onder overdruk staat of geïnstalleerd is op een plaats waar de bedrijfstoestanden de in het hoofdstuk Specificaties opgegeven grenzen kunnen overschrijden, of waar nominale waarden van de aangrenzende buizen of buisverbindingen overschreden worden.
Om letsel of schade te voorkomen, moeten ontlastvoorzieningen of drukbegrenzers aangebracht worden (zoals vereist door het betreffende reglement, voorschrift of de betreffende norm) om te voorkomen dat de bedrijfstoestanden de grenzen overschrijden.
Verder kan fysieke beschadiging van de regelaar lichamelijk letsel en materiële schade als gevolg van ontsnappende vloeistof veroorzaken. Om letsel en schade te voorkomen, moet de regelaar op een veilige plaats geïnstalleerd worden.
Reinig alle pijpleidingen alvorens de regelaar te installeren en controleer of de regelaar tijdens het vervoer niet beschadigd is en of er geen ongewenst materiaal in opgehoopt is. Breng bij NPT-constructies borgmiddel aan op de buitenschroefdraad. Gebruik bij flensconstructies geschikte pakkingen en pas goedgekeurde verbindings- en boutmethodes toe. Installeer de regelaar in elke gewenste positie, tenzij anders wordt aangegeven, maar zorg dat de stroom door de constructie in de richting van de pijl op de constructie gaat.
Opmerking
Het is belangrijk dat de regelaar zodanig geïnstalleerd wordt dat de ontluchtingsopening in de veerbehuizing nooit geblokkeerd is. Bij installaties buitenshuis moet de regelaar uit de buurt van verkeer aangebracht worden en zodanig geplaatst worden dat water, ijs en ander ongewenst materiaal de veerbehuizing niet via de ontluchtingsopening kunnen binnendringen. Plaats de regelaar niet onder dakranden of regenpijpen, en zorg dat hij zich boven het vermoedelijke peil van de sneeuw bevindt.
Overdrukbeveiliging
De aanbevolen drukbegrenzingen zijn op het naamplaatje van de regelaar gestempeld. Overdrukbeveiliging is nodig als de werkelijke inlaatdruk de nominale maximale uitlaatdruk tijdens bedrijf overschrijdt. Overdrukbeveiliging moet ook voorzien worden als de inlaatdruk van de regelaar hoger is dan de veilige bedrijfsdruk van de apparatuur aan stroomafwaartse zijde.
Gebruik van de regelaar onder de maximale drukgrenzen sluit de mogelijkheid van beschadiging door externe bronnen of vuil in de leiding niet uit. De regelaar moet na iedere overdruksituatie op beschadiging geïnspecteerd worden.
D100342XNLD
www.FISHERregulators.com
1305 Serie
Opstarten
De regelaar is op de fabriek ingesteld op ongeveer het middelpunt van het gewenste veerbereik of de gewenste druk; het kan dus nodig zijn hem aanvankelijk bij te stellen om de gewenste resultaten te bereiken. Wanneer de installatie voltooid is en de ontlastkleppen goed afgesteld zijn, worden de afsluitkleppen aan de stroomopwaartse en stroomafwaartse zijde langzaam geopend.
Afstelling
Om de uitlaatdruk te wijzigen, wordt de afsluitkap verwijderd of de borgmoer losgedraaid en de stelschroef naar rechts gedraaid om de uitlaatdruk te verhogen of naar links om de druk te verlagen. Controleer de uitlaatdruk tijdens de afstelling met een testmeter. Plaats de afsluitkap terug of draai de borgmoer aan om de gewenste instelling te behouden.
Buiten gebruik stellen (stopzetten)
Om lichamelijk letsel als gevolg van het plotseling vrijkomen van druk te voorkomen, moet de regelaar van alle druk geïsoleerd worden voordat hij gedemonteerd wordt.
Onderdelenlijst
Code Beschrijving
1 Onderkant behuizing 2 Veerbehuizing 3 Inlaatadapter 4 Opening 5 Klepschijf 6 Klepsteel 7 O-ring 8 Wartelmoer 9 Splitring 10 Klephefboomconstructie 10A Klephefboom 10B Klephefboompen 11 Duwstaafconstructie 11A Duwstaaf 11B Rolpen 12 Hefboomsteunpen 14 Membraan 15 Membraankop 16 Zeskantmoer 17 Veer 18 Bovenste veerschotel 19 Stelschroef 20 Zeskantmoer 21 Machineschroef 23 O-ring 24 Pijpplug 27 Ontluchterzeef 28 Schot 30 O-ring
CR1399-A
Afbeelding 1. 1305 serie regelaar
©Fisher Controls International, Inc., 2002; Alle rechten voorbehouden
Fisher en Fisher Regulators zijn merken van Fisher Controls International, Inc. Het Emerson-logo is een handelsmerk en dienstmerk van Emerson Electric Co. Alle andere merken zijn het eigendom van hun respectieve eigenaars.
De inhoud van deze publicatie wordt uitsluitend voor informatieve doeleinden verstrekt, en hoewel alles in het werk is gesteld om de juistheid ervan te verzekeren, kan deze niet geïnterpreteerd worden als uitdrukkelijke of stilzwijgende garanties betreffende de hierin beschreven producten of diensten of hun gebruik of toepasbaarheid. Wij behouden ons het recht voor om de ontwerpen of specificaties van dergelijke producten te allen tijde zonder kennisgeving te veranderen.
Neem voor informatie contact op met Fisher Controls, International:
Binnen de VS (800) 588-5853 - Buiten de VS (972) 542-0132 Frankrijk - (33) 23-733-4700 Singapore - (65) 770-8320 Mexico - (52) 57-28-0888
Printed in U.S.A.
www.FISHERregulators.com
Loading...