Koken in uw nieuwe magnetron is veilig en comfortabel. U zet
binnen een handomdraai de lekkerste gerechten op tafel. Het toestel
is uiterst simpel te bedienen, mede dankzij de automatische kook- en
ontdooiprogramma’s.
In deze handleiding vindt u informatie over de installatie, veiligheid,
bediening en het onderhoud van uw magnetron.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing geheel en aandachtig door
voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar deze zorgvuldig
voor latere raadpleging.
De handleiding dient bovendien als referentie voor de servicedienst.
Plak daarom het los bijgeleverde gegevensplaatje in het daarvoor
bestemde kader, achter in de handleiding. Het gegevensplaatje bevat
alle informatie die de servicedienst nodig heeft om adequaat op uw
vragen te reageren.
Veel kookplezier!
Belangrijk om te weten
Tip
NL 4
10
12
1 2 3 4 5 6 7
8
9
11
13
14
15
16
ToestelbeschrijvingUW MAGNETRON
1. Deurvergrendeling
2. Deur
3. Ruit
4. Glazen draaiplateau
5. Geleidering
6. Aandrijving
7. Bedieningspaneel
8. Display
9. Magnetron
10. Aardappelen
11. Opwarmen
12. Start
13. Ontdooien
14. Klok
15. Stop
16. Instelknop
17. Deurontgrendeling
17
De magnetron mag niet gebruikt worden zonder geleidering en draaiplateau. Het
draaiplateau moet met de uitsparing voor de aandrijving naar beneden geplaatst worden.
NL 5
UW MAGNETRON
Houd rekening met onderstaande
veiligheidsvoorschriften om brand, elektrische
schokken, verwonding van personen en blootstelling
aan microgolven te voorkomen.
Houd het toestel schoon, dit verlengt de levensduur
van uw magnetron en voorkomt gevaarlijke situaties.
Deze magnetron is ontworpen voor huishoudelijk
gebruik en is niet bedoeld voor professioneel
gebruik of gebruik in de horeca. Gebruik dit toestel
uitsluitend voor het bereiden van etenswaren.
Wanneer het apparaat oneigenlijk gebruikt
wordt, kan er bij defecten geen aanspraak op
schadevergoeding worden gemaakt en vervalt het
recht op garantie.
• Voorzorgsmaatregelen om blootstellig aan
Veiligheidsvoorschriften
hoogspanning te voorkomen:
º Levensgevaar! De ommanteling van de
magnetron nooit verwijderen. Het aanraken
van interne onderdelen van dit toestel kan
aanzienlijke verwonding en zelfs de dood tot
gevolg hebben.
º Levensgevaar! In geen geval reparaties zelf
uitvoeren. Reparaties aan elektrische apparaten
mogen uitsluitend door geauthoriseerde
servicemedewerkers uitgevoerd worden. Het
toestel nooit gebruiken met onderdelen die niet
door de fabrikant zijn aanbevolen of geleverd.
• Voorzorgsmaatregelen om blootstelling aan
microgolven te voorkomen:
º Let op! Schakel de magnetron nooit in met de
deur open.
º Let op! Plaats geen enkel voorwerp tussen de
deur van de magnetron.
º Let op! Gebruik de magnetron niet als er
beschadigingen zijn aan de deur (verbogen), de
deurvergrendeling, de afdichting of het hangen sluitwerk.
º Let op! Houd deur en afdichting schoon.
NL 6
UW MAGNETRON
• Waarschuwing! Verhitting van vloeisto en in de
• Waarschuwing! Sluit het apparaat alleen aan op
• Waarschuwing! Maak het toestel spanningsloos
• Waarschuwing! Gebruik het toestel niet wanneer
• Waarschuwing! Kinderen herkennen de gevaren
• Waarschuwing! Let op met babyvoeding:
• Waarschuwing! Vloeisto en of etenswaren in
• Waarschuwing! Let op met vocht. Gebruik het
Veiligheidsvoorschriften
magnetron kan resulteren in kookpuntvertraging.
Dit houdt in dat de vloeistof pas na verwijdering
uit de magnetron heftig kan gaan koken met
het risico dat u zich brandt. Het e ect van
kookpuntvertraging kunt u ophe en door een
kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof te
zetten alvorens de vloeistof op te warmen in de
magnetron.
wisselstroom, op een geaard stopcontact, met een
netspanning overeenkomstig met de informatie
aangegeven op het typeplaatje van het apparaat.
voordat met reparatie of schoonmaken wordt
gestart. Trek de stekker uit het stopcontact of draai
de schakelaar in de meterkast op nul.
de stekker, het snoer of het toestel beschadigd is
of wanneer het toestel niet (meer) naar behoren
functioneert.
niet die kunnen ontstaan bij het bedienen van
elektrische apparatuur. Laat de magnetron daarom
niet door kinderen bedienen en plaats het toestel
buiten bereik van kinderen.
º Let op! Schud of roer de inhoud van
baby esjes of potjes babyvoeding na
verwarming.
º Let op! Controleer de temperatuur van de
voeding zorgvuldig vóór consumptie om
brandwonden te voorkomen.
luchtdichte verpakking mag u alleen opwarmen
indien u gaatjes in de verpakking prikt. Dit in
verband met explosiegevaar.
toestel daarom niet in de buitenlucht, in vochtige
ruimten of in de buurt van een waterkraan. Raak
het toestel niet aan met natte handen.
NL 7
UW MAGNETRON
• Waarschuwing! Bestek en serviesgoed kan heet
• Voorzichtig! Gebruik uitsluitend bestek en
• Voorzichtig! Schakel de magnetron niet in als
• Voorzichtig! Laat het toestel niet zonder toezicht
• Let op! Het toestel is niet bedoeld voor gebruik
• Let op! Gebruik de magnetron alleen voor het
• Let op! In geval van rook of vuur in de
• Let op! Gebruik geen chemicaliën in dit toestel.
• Let op! Gebruik de ovenruimte niet voor
• Let op! Installeer de magnetron volgens het
• Let op! Trek niet aan het snoer of het toestel om
Veiligheidsvoorschriften
zijn na gebruik van de magnetron.
serviesgoed dat geschikt is voor gebruik in de
magnetron (let op serviesgoed met goud- of
zilverkleurige randjes).
º Let op! Verwijder metalen sluitstrips van
plastic zakken alvorens deze in de magnetron te
plaatsen.
deze leeg is. De magnetron kan zijn energie niet
kwijt en kan beschadigd raken.
achter wanneer deze in werking is.
warme oppervlakken.
door kleine kinderen, hulpbehoevenden en/
of personen met gebrek aan kennis en ervaring,
tenzij zij goede begeleiding krijgen of geïnstrueerd
zijn in het veilig gebruiken van het toestel door
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid.
ontdooien en bereiden van voedsel en niet voor
bijvoorbeeld het drogen van kleding of papier.
Deze kunnen vlam vatten.
magnetron:
º Schakel de magnetron uit.
º Houd de magnetrondeur gesloten.
º Haal de stekker uit het stopcontact.
opslagdoeleinden.
installatievoorschrift.
de stekker uit het stopcontact te halen.
NL 8
UW MAGNETRON
• Let op! Vermijd het aanraken van warme
• Let op! Indien het apparaat na het inschakelen
• Let op! Als u besluit het toestel, vanwege een
Veiligheidsvoorschriften
oppervlakken wanneer het toestel ingeschakeld is.
niet functioneert, dan is mogelijk de zekering
of de aardlekschakelaar in de meterkast
uitgeschakeld. De betre ende groep kan te zwaar
zijn belast of het geïnstalleerde toestel is defect.
defect, niet langer te gebruiken, adviseren
wij u, nadat u de stekker uit het stopcontact
heeft verwijderd, het snoer af te knippen.
Breng het toestel naar de betre ende
afvalverwerkingsafdeling van uw gemeente.
NL 9
GEBRUIK
Vóór het eerste gebruik
De klok instellen
Vóór gebruik
• Open de deur, verwijder al het verpakkingsmateriaal en controleer
de magnetron op beschadigingen. Installeer de magnetron niet als
deze beschadigd is, maar neem contact op met uw leverancier.
• Verwijder de beschermfolie van de ommanteling.
• Reinig de ovenruimte en het toebehoren met een vochtige doek.
Gebruik geen schuurmiddel of sterk geurende schoonmaakmiddelen.
• Plaats de geleidering in het midden van de ovenruimte. Leg
het draaiplateau op de geleidering met de uitsparing voor de
aandrijving naar beneden. De magnetron mag niet gebruikt
worden zonder geleidering en draaiplateau.
• Test de magnetron op juiste werking. Plaats een glas water in de
ovenruimte. Schakel de magnetron één minuut in op de hoogste
stand (druk twee keer op de starttoets
a oop heet zijn.
De klok loopt zolang de oven op de netspanning is aangesloten.
Wanneer er geen tijd is ingesteld, geeft het display ‘0:00’ weer.
). Het water moet na
Wat wel, wat niet
Klok instellen
1. Druk op toets
In het display knippert het uur.
2. Draai aan de instelknop om de uren in te stellen.
3. Druk nog een keer op toets
In het display knipperen de minuten.
4. Draai aan de instelknop om de minuten in te stellen.
5. Druk nog een keer op toets
De tijd is ingesteld en de dubbele punt knippert.
Als de magnetron ingeschakeld is, mag de deur geopend worden; druk
op toets
stilgezet. Open de deur. Na het sluiten van de deur op de starttoets
, de magnetron schakelt uit en de ingestelde tijd wordt
drukken om de magnetron weer in te schakelen.
.
.
om de instelling te bevestigen.
NL 10
GEBRUIK Vóór gebruik
De magnetron is niet geschikt voor:
•het inmaken van etenswaren;
•het verhitten van frituurolie;
• het koken van eieren in de schaal in verband met explosiegevaar
(ook nadat de magnetron uitgeschakeld is).
Niet alle materialen mogen in de magnetron. In onderstaande tabel
wordt aangegeven welke materialen u wel en niet mag gebruiken.
• Voorzichtig! Gebruik uitsluitend bestek en serviesgoed dat
geschikt is voor gebruik in de magnetron (let op serviesgoed met
goud- of zilverkleurige randjes).
º Let op! Verwijder metalen sluitstrips van plastic zakken
alvorens deze in de magnetron te plaatsen.
MateriaalToegestaan
Papier Ja
AluminiumfolieJa
HuishoudfolieJa
Aluminium bakjesNee
Diepvries/magnetron serviesJa
Hittebestendig plasticJa
Ongeglazuurd aardewerkNee
Geglazuurd aardewerkJa
Metalen kookgereiNee
Normaal glasJa
Pyrex, ander ovenvast glas en keramiek Ja
Serviesgoed met metaalhoudende sierrand Nee
Metalen sluitstripNee
KwikthermometerNee
Afgesloten potNee
Fles met nauwe halsNee
BraadzakkenJa
NL 11
GEBRUIK Werking
Hoe werkt de magnetron
Een magnetron is een kooktoestel dat door middel van microgolven
voedsel verhit. Microgolven zijn elektromagnetische golven, net zoals
radio- en tv-golven. Een radio zet deze golven om in geluid. In een
magnetron worden de golven omgezet in warmte.
De warmte ontstaat doordat de microgolven water- en vetmoleculen,
die altijd in voedsel aanwezig zijn, snel laten bewegen. Hierdoor
schuren de moleculen snel langs elkaar en ontstaat er wrijving. Deze
wrijving veroorzaakt warmte (wrijf maar eens snel met uw handen
langs elkaar).
De magnetron verhit voedsel zeer intensief, omdat de golven direct
het voedsel binnendringen. De golven warmen dus niet alleen de
buitenkant van het gerecht op -zoals bij de traditionele manier van
koken het geval is-, maar dringen door tot de kern. Ten opzichte van
de conventionele manier van koken is de bereidingstijd bij kleine
hoeveelheden voedsel veel korter.
Magnetronvermogens
In onderstaande tabel kunt u zien uit welke vijf magnetronvermogens
u kunt kiezen en voor welke gerechten de vermogens geschikt zijn.
VermogenDisplayGerecht
HoogP 100- Water koken, opwarmen
- Koken van kip, vis en groenten
Midden hoogP 80- Opwarmen
- Koken van paddestoelen en schaaldieren
- Koken van gerechten die ei en kaas bevatten
MiddenP 50- Koken van rijst en soep
Midden laagP 30- Ontdooien
- Chocola en boter smelten
LaagP 10- Ontdooien van gevoelige/kwetsbare gerechten
- Ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten
- Consumptie-ijs zacht maken
- Laten rijzen van deeg
NL 12
BEDIENING
Koken
Koken
• Waarschuwing! Verhitting van vloeisto en in de magnetron kan
resulteren in kookpuntvertraging. Dit houdt in dat de vloeistof
pas na verwijdering uit de magnetron heftig kan gaan koken met
het risico dat u zich brandt. Het e ect van kookpuntvertraging
kunt u ophe en door een kunststof of glazen lepeltje in de vloeistof
te zetten alvorens de vloeistof op te warmen in de magnetron.
•Waarschuwing! Let op met babyvoeding:
º Let op! Schud of roer de inhoud van baby esjes of potjes
babyvoeding na verwarming.
º Let op! Controleer de temperatuur van de voeding zorgvuldig
vóór consumptie om brandwonden te voorkomen.
• Waarschuwing! Bestek en serviesgoed kan heet zijn na gebruik
van de magnetron.
De stappen voor het instellen van de tijd gaan als volgt:
2. Druk (meerdere keren) op toets
totdat ‘P 80’ (of ‘P 50’, ‘P 30’ of ‘P 10’) in het display verschijnt.
3. Druk op de starttoets
Het vermogen is ingesteld op ‘P 80’.
4. Draai aan de instelknop totdat ‘20:00’ in het display verschijnt.
5. Druk op de starttoets
op toets
Opmerking
Zie pagina 18 t/m 20 voor kooktips en informatie over gerechten.
.
om te stoppen.
NL 13
of draai aan de instelknop
om de instelling te bevestigen.
om de magnetron in te schakelen of
BEDIENING
Snelstart
Koken
Ontdooien op gewicht
Ontdooien op tijd
Automatisch opwarmen
Met één druk op de starttoets
vermogen koken. Door herhaaldelijk op de starttoets te drukken kunt
u de kooktijd in stappen van 30 seconden verlengen.
1. Druk op toets .
In het display verschijnt ‘dEF1’.
2. Draai aan de instelknop om het gewicht in te stellen van 100 tot
2000 gram.
In het display verschijnt het gewicht in gram en een ‘g’.
3. Druk op de starttoets
1. Druk twee keer op toets .
In het display verschijnt ‘dEF2’.
2. Draai aan de instelknop om de tijd in te stellen.
3. Druk op de starttoets
1. Druk op toets .
In het display verschijnt ‘200’.
2. Druk (meerdere keren) op toets
het gewicht in te stellen (200, 400 of 600 gram).
3. Druk op de starttoets
kunt u 30 seconden op maximaal
om de magnetron in te schakelen.
om de magnetron in te schakelen.
of draai aan de instelknop om
om de magnetron in te schakelen.
Informatieweergave
• Tijdens het kookproces kunt u het ingestelde vermogen in het
display laten weergeven door op toets
• Tijdens het kookproces kunt u de huidige tijd in het display laten
weergeven door op toets
NL 14
te drukken.
te drukken.
BEDIENING
Koken in fasen
Koken
U kunt maximaal twee fasen in een kookprogramma instellen. Indien
ontdooien een fase is in het kookprogramma, moet u deze als eerste
invoeren.
Voorbeeld
U wilt 5 minuten voedsel ontdooien, daarna 7 minuten koken op
80% vermogen.
1. Druk twee keer op toets
In het display verschijnt ‘dEF2’.
2. Draai aan de instelknop totdat ‘5:00’ in het display verschijnt.
3. Druk op toets
In het display knippert ‘P 100’.
4. Druk (meerdere keren) op toets
totdat ‘P 80’ in het display verschijnt.
5. Druk op toets
Het vermogen is ingesteld op ‘P 80’.
6. Draai aan de instelknop totdat ‘7:00’ in het display verschijnt.
7. Druk op de starttoets
Er klinkt een geluidssignaal en het ontdooien begint, de ontdooitijd
in de display telt af. Als de eerste fase klaar is, klinkt er weer een
geluidssignaal en de tweede fase begint. Als de tweede fase klaar is
klinkt er 5 keer een geluidssignaal.
.
.
of draai aan de instelknop
om de instelling te bevestigen.
om de magnetron in te schakelen.
Voorgeprogrammeerd programma
1. Stel eerst de klok in (zie pagina 10).
2. Voer het kookprogramma in door vermogen en tijd in te stellen.
U kunt maximaal 2 fasen instellen. Indien ontdooien een fase is in
het kookprogramma, moet u deze als eerste invoeren.
Let op: druk na het instellen NIET op de starttoets
3. Druk op toets
In het display knippert het uur.
4. Draai aan de instelknop om de uren in te stellen.
5. Druk nog een keer op toets
In het display knipperen de minuten.
6. Draai aan de instelknop om de minuten in te stellen.
7. Druk op de starttoets
Als de deur gesloten is en de ingestelde tijd is verstreken hoort u twee
keer een geluidsignaal waarna het kookproces start.
.
.
.
om de instelling te bevestigen.
NL 15
BEDIENING
Aardappels
Automatisch koken
Koken
1. Druk op toets .
In het display verschijnt ‘200’.
2. Druk (meerdere keren) op toets
het gewicht in te stellen (200, 400 of 600 gram).
3. Druk op de starttoets
1. Draai aan de instelknop om een automatisch programma te kiezen
(A - 1 tot en met A - 8, zie onderstaande tabel).
2. Druk op de starttoets
3. Draai aan de instelknop om het gewicht in te stellen.
In het display verschijnt het gewicht in gram en een ‘g’.
4. Druk op de starttoets
op toets
In onderstaande tabel kunt u zien welke kookprogramma’s u kunt
gebruiken en voor welke gerechten de programma’s geschikt zijn.
ProgrammaToepassingenGewichtDisplay
A - 1Pizza200 g200 g
A - 2Stukjes kip200 g200 g
A - 3Vlees250 g250 g
A - 4Groente200 g200 g
A - 5Vis250 g250 g
om te stoppen.
om de magnetron in te schakelen.
om de instelling te bevestigen.
om de magnetron in te schakelen of
of draai aan de instelknop om
400 g400 g
400 g400 g
600 g600 g
800 g800 g
350 g350 g
450 g450 g
300 g300 g
400 g400 g
350 g350 g
450 g450 g
NL 16
Kinderslot
KinderslotBEDIENING
ProgrammaToepassingenGewichtDisplay
A - 6Pasta50 g
(met 450 ml
koud water)
100 g
(met 800 ml
koud water)
A - 7Soep200 ml200 ml
400 ml400 ml
A - 8Pap550 g550 g
1100 g1100 g
U kunt uw magnetron ‘op slot’ zetten, waardoor het starten van de
magnetron niet meer mogelijk is.
In werking stellen van het kinderslot:
Druk op toets
een geluidssignaal klinkt.
In het display verschijnt een tekening van een slot. Alle bedieningsfuncties
zijn buiten werking gesteld.
en houd deze toets drie seconden vast totdat er
50 g
100 g
Uitschakelen van het kinderslot:
Druk op toets
een geluidssignaal klinkt.
De magnetron kan weer normaal worden gebruikt.
en houd deze toets drie seconden vast totdat er
NL 17
Opwarmen en koken
KooktipsBEDIENING
• De magnetron verwarmt altijd met dezelfde intensiteit. Hoe meer
u in de magnetron plaatst, des te langer de kooktijd.
• Vlakke en platte gerechten zijn sneller warm dan smalle, hoge
gerechten.
• Gerechten afdekken met magnetronfolie of een passende deksel
voorkomt spetteren, verkort de gaartijd en helpt de vochtigheidsgraad te behouden. Na a oop de folie of het deksel voorzichtig
verwijderen.
ºLet op! De vrijkomende stoom kan zeer heet zijn!
• Gerechten die snel uitdrogen eventueel bevochtigen. Zet
aardappels en groenten eerst even in koud water voordat u ze in
de magnetron plaatst. Hiermee voorkomt u dat er zich een velletje
op vormt.
• Voor een gelijkmatig resultaat kunt u het beste gerechten één- tot
tweemaal roeren of keren.
• Kies voor het opwarmen van reeds bereide gerechten altijd de
hoogste magnetronstand.
• Bij het koken hoeft u maar weinig water, zout en kruiden te
gebruiken. Zout kunt u het beste na a oop toevoegen. Hiermee
voorkomt u dat het vocht aan het gerecht wordt onttrokken.
• Nadat de magnetron is uitgeschakeld gaart het gerecht nog enige
tijd na. Houd hier rekening mee door het gerecht niet te lang op
te warmen.
• Let op! Plaats, bij het opwarmen van kleine hoeveelheden
poedervormige producten (zoals bij het drogen van kruiden),
altijd een bekertje water in de magnetron. Anders bestaat er, door
de geringe hoeveelheid, kans op zelfontbranding.
Ontdooien
• Ontdooi grote compacte stukken altijd met behulp van het
ontdooiprogramma. Doordat het gerecht geleidelijk en gelijkmatig
ontdooit, loopt u niet de kans dat de buitenkant uitdroogt terwijl
de kern nog bevroren is.
• Om het ontdooiproces sneller te laten verlopen, wordt aanbevolen
om het gerecht na enige tijd in stukken te verdelen.
NL 18
BEDIENING Kooktips
• Las, bij grote stukken vlees en compacte gerechten, tweemaal een
pauze in.
• Bij het ontdooien van onregelmatig gevormde gerechten kunt
u dunne delen na de helft van de ontdooitijd afdekken of
omwikkelen met aluminiumfolie.
Factoren die van invloed zijn op het kookproces
• De temperatuur van ingrediënten is van invloed op de
bereidingstijd. Een koude maaltijd heeft een langere kooktijd
nodig dan een maaltijd op kamertemperatuur.
• Lichte, poreuze gerechten garen sneller dan zware en massieve
gerechten, zoals stoofgerechten of rollades. Let op bij het bereiden
van lichte, poreuze gerechten. De randen worden snel droog en taai.
• Kleine gerechten worden gelijkmatiger verwarmd als u ze los van
elkaar, liefst cirkelvormig, in de magnetron plaatst.
• Botten en vet geleiden hitte beter dan vlees. Aluminiumfolie
blokkeert de magnetrongolven. Door dunnere gedeelten van
gerechten (zoals kippenpoten en -vleugeltjes) af te dekken
voorkomt u dat ze te snel garen.
• Magnetrongolven dringen tot ongeveer 3 cm in het gerecht door.
De kern van dikke gerechten wordt verhit doordat de warmte zich
van het verwarmde deel (de buitenkant) naar binnen verspreidt.
• Vlees en gevogelte dat langer dan een minuut of 15 in de
magnetron gekookt wordt, bruint lichtjes. Gerechten die korter
bereid worden kunt u van te voren insmeren met een ‘bruinende’
saus, zoals Worcestershire saus, sojaolie of barbecue saus.
• Vetvrij papier voorkomt spetteren en helpt warmte vast te houden.
Basistechnieken
Plaatsen
• Plaats dikkere stukken aan de buitenkant op het draaiplateau.
Gerechten die aan de buitenkant op het draaiplateau geplaatst
worden ontvangen de meeste microgolven.
Roeren
• Door gerechten regelmatig te roeren verspreidt u de opgeslagen
warmte. Roer altijd van buiten naar binnen, aangezien de
buitenkant van het gerecht altijd het eerste warm wordt.
NL 19
BEDIENING Kooktips
Omdraaien
• Grote, dikke gerechten regelmatig omdraaien. Ze garen dan
regelmatiger en sneller.
Prikken
• Gerechten met een vel of schaal, zoals eierdooiers, schaaldieren en
fruit, barsten open in de magnetron. Voorkom dit door er van te
voren enkele keren met een vork of satéprikker in te prikken.
Controleren
• Gerechten garen snel. Controleer ze daarom regelmatig. Haal
gerechten net voordat ze gaar zijn uit de magnetron.
Nagaren
• Laat gerechten, nadat u ze uit de magnetron hebt gehaald, over
het algemeen 3 tot 10 minuten afgedekt staan. De gerechten garen
dan na. Gerechten met een droge korst, zoals cake, niet afdekken.
Invriezen
• Bij het invriezen kunt u al rekening houden met het ontdooien in
de magnetron, door geen aluminiumfolie of -bakjes te gebruiken
en door plattere porties in te vriezen.
Koken van groente
Koken van vis
• Gebruik indien mogelijk verse groenten. Als groenten al wat slap
zijn geworden doordat ze te lang gelegen hebben kunt u ze een
tijdje in koud water leggen, zodat ze zich weer vol kunnen zuigen.
• Gebruik voor het koken van groente een ruime schaal, zodat de
schaalbodem bedekt wordt met een niet al te dikke laag.
• Kook groente bij voorkeur met aanhangend water.
• Dek de schaal altijd af met een deksel of magnetronfolie.
• Voeg geen zout toe. De van nature in de groente aanwezige zouten
geven meestal voldoende smaak. Indien u toch zout toe wilt
voegen, doe dat dan na het koken.
• Kook groente zo kort mogelijk. Houd rekening met het nagaren.
• Controleer met een satéprikker of vork of de groente gaar is.
Vis moet geleidelijk gaar worden. Schakel daarom bij dunne vissen,
vette vissen of kleine porties het vermogen in op 30%. In andere
gevallen kunt u het vermogen gerust iets hoger instellen. Houd wel
rekening met nagaren. Vis is gaar als het vlees ondoorschijnend is
geworden.
NL 20
ONDERHOUD Algemeen
Houd uw toestel mooi
• Reinig de binnen- en buitenzijde regelmatig; gebruik een
sopje van afwasmiddel en maak de oven met een droge doek
goed droog. Zorg dat de afdekking van de microgolfverdeler
(rechterzijde van de ovenruimte) schoon is. Vervuiling van de
afdekking kan leiden tot vonkvorming.
• Reinig de binnenzijde direct na gebruik. Verwijder overgekookt
vocht en voedselresten met een vochtige doek. Achtergebleven
kruimels en vocht absorberen microgolven en verlengen de
kooktijd.
• Reinig het toebehoren regelmatig; gebruik een sopje van
afwasmiddel met een borstel en maak het toebehoren met
een droge doek goed droog. Het toebehoren mag ook in de
vaatwasmachine.
• Geurtjes verdwijnen als u een glas azijn of water met citroen in de
ovenruimte zet. Schakel de magnetron gedurende twee minuten in
op vol vermogen. Daarna afnemen met een vochtige doek.
NL 21
STORINGEN Wat moet ik doen als...
Wat moet ik doen als...
Als de kookresultaten niet naar wens zijn, er vonken overspringen in
de magnetron, de magnetron niet start etc., probeer dan eerst zelf de
oorzaak van de storing te vinden voordat u de servicedienst belt.
Controleer:
•Zit de stekker in het stopcontact?
•Is de deur goed gesloten?
•Is het vermogen en de bereidingsduur goed ingesteld?
•Staan er voorwerpen in de magnetron die er niet thuishoren?
•Is het juiste keukengerei gebruikt?
•Zijn de geleidering en het draaiplateau in de magnetron?
•Zijn de ventilatie-openingen niet geblokkeerd?
•Is het voedsel voldoende ontdooid?
•Is het voedsel tijdens de bereiding gekeerd of geroerd?
•Is het kinderslot ingeschakeld?
NL 22
INSTALLATIEVOORSCHRIFT Algemeen
Technische gegevens
Op het gegevensplaatje aan de binnenzijde van het toestel worden
de totale aansluitwaarde, de vereiste spanning en de frequentie
aangegeven.
Productspeci caties
Afmetingen toestel (bxdxh)595 x 400 x 388 incl. frame
Magnetron inhoud25 liter
Diameter draaiplateau315 mm
Netvoeding230 V / 50 Hz
Aansluitwaarde1450 W
Magnetronvermogen900 W
Elektrische aansluiting
Voor dit toestel is een netvoeding vereist van 230V, 50 Hz
wisselstroom. Het toestel heeft een netsnoer voorzien van
aardeverbinding.
Let op! Voor veilig gebruik is het noodzakelijk dat het toestel correct
geaard is. Sluit het toestel nooit aan op gelijkstroomvoeding. Verkeerd
gebruik kan elektrische schokken tot gevolg hebben.
NL 23
INSTALLATIEVOORSCHRIFT Inbouwen
Plaatsing
• Levensgevaar! De ommanteling van de magnetron nooit
verwijderen. Het aanraken van interne onderdelen van dit toestel
kan aanzienlijke verwonding en zelfs de dood tot gevolg hebben.
• Plaats de magnetron op een stevige en vlakke ondergrond.
• Zorg voor voldoende ventilatie rondom de magnetron. Houd aan
de achterzijde en zijkanten minimaal 10 cm ruimte vrij.
• Dek de ventilatie-openingen niet af.
• Verwijder de stelvoetjes nooit.
• Plaats de magnetron niet in de buurt van warmtebronnen.
• Zend- en ontvangstapparatuur zoals radio’s en televisietoestellen
kunnen de werking van de magnetron beïnvloeden.
Inbouwmaten
40-50
550-580
380
600
560
500
388
400
595
Opening
voor luchttoevoer
NL 24
380
560
500
400
388
595
INSTALLATIEVOORSCHRIFT
Monteren van de beugel
• Let op! Lees de instructies op de bijgeleverde aftekenmal.
Inbouwen
a
a
T EDGE RIGH
LEFT EDGE
CENTER LINE
FRONT EDGE
•Gebruik de aftekenmal om de positie van de beugel te bepalen.
Screw A
Bracket
a
a
Centre line
•Schroef de beugel in de kast.
Screw A
Bracket
NL 25
Installeren
InbouwenINSTALLATIEVOORSCHRIFT
1. Schuif de magnetron helemaal in de kast en zorg ervoor dat de
magnetron in het midden staat.
2. Open de deur en schroef (met bijgeleverde schroef) de magnetron
vast.
NL 26
Afvoeren toestel en verpakking
Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt van duurzame
materialen. Dit toestel moet aan het eind van zijn levenscyclus op
verantwoorde wijze worden afgevoerd. De overheid kan u hierover
informatie verscha en.
De verpakking van het toestel is recyclebaar. Gebruikt kunnen zijn:
•karton;
•polyethyleenfolie (PE);
•CFK- vrij polystyreen (PS- hardschuim).
Deze materialen dient u op verantwoorde wijze en conform de
overheidsbepalingen af te voeren.
Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische
huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool
van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat
het apparaat aan het einde van zijn levensduur niet bij het gewone
huisvuil mag worden gevoegd. Het toestel moet naar een speciaal
centrum voor gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden
gebracht of naar een verkooppunt dat deze service verschaft.
Het apart verwerken van huishoudelijke apparaten voorkomt mogelijk
negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid die door een
ongeschikte verwerking ontstaat. Het zorgt ervoor dat de materialen
waaruit het apparaat bestaat, teruggewonnen kunnen worden om een
aanmerkelijke besparing van energie en grondsto en te verkrijgen.
Afvoeren toestel en verpakkingBIJLAGE
NL 27
NL 28
NOTICE D’UTILISATION Table des matières
Votre four à micro-ondes
Introduction 4
Description de l’appareil 5
Consignes de sécurité 6
Utilisation
Avant utilisation 10
Fonctionnement 12
Commande
Cuisson 13
Sécurité enfants 17
Conseils de cuisson 18
Entretien
Généralités 21
Pannes
Que faire si... 22
Instructions d’installation
Généralités 23
Encastrement 24
Pièce jointe
Que faire de l’emballage et de l’appareil usé 27
FR 3
IntroductionVOTRE FOUR À MICROONDES
Cuisiner avec votre nouveau four à micro-ondes est simple et sûr. Vous
servirez en un tour de main des plats délicieux. Le four est ultrasimple
à utiliser, grâce aux programmes de cuisson et de décongélation
automatiques.
Vous trouverez dans ce manuel des informations à propos de
l’installation, des mesures de sécurité, de l’utilisation et de l’entretien
de votre four à micro-ondes.
Conservez bien ce manuel pour permettre à un autre utilisateur
éventuel d’en tirer aussi pro t.
En outre, le manuel sert aussi de référence au service après-vente.
Dans ce sens, collez la plaque d’identi cation de l’appareil
dans le cadre réservé à cet e et, au dos du manuel. La plaque
d’identi cation de l’appareil donnée comprennent toute l’information
nécessaire au service après-vente pour répondre correctement à vos
questions.
Nous vous souhaitons bien du plaisir à cuisiner !
Pictogrammes utilisés
Important à savoir
Conseil
FR 4
Loading...
+ 76 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.