U heeft gekozen voor een oven van Etna. Optimaal gebruikscomfort en
een eenvoudige bediening stonden voorop bij de ontwikkeling van dit
product. De uitgebreide instelmogelijkheden maken het mogelijk exact
dìe bereidingswijze te kiezen die u voor ogen staat. De ovenfuncties zijn
in een logische volgorde op de functieknop ondergebracht.
Daarnaast heeft de oven een kookwekker. Deze schakelt de oven
automatisch uit als de bereidingstijd verstreken is. Doelmatig en zonder
poespas.
In deze handleiding staat beschreven op welke manier u de oven zo
optimaal mogelijk kunt benutten. Naast informatie over de bediening
treft u ook achtergrondinformatie aan die van dienst kan zijn bij het
gebruik van dit product. Tevens zijn onderhoudstips opgenomen.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing geheel en aandachtig door
voordat u het apparaat gaat gebruiken en bewaar deze zorgvuldig
voor latere raadpleging.
De handleiding dient bovendien als referentie voor de servicedienst.
Het gegevensplaatje bevat alle informatie die de servicedienst nodig
heeft om adequaat op uw vragen te reageren.
NL 4
Veel kookplezier!
Uw OveN
Beschrijving
1
2
3
445
8909BDMassief 90ovenelectronisch07-06-99
1. Deurgreep
2. Bedieningspaneel
3. Glazen overdeur
4. Ovenverlichting
5. Bovenelement
NL 5
Uw OveN
Bedieningspaneel
9
1
2
1011
1. Thermostaatknop
2. Indicatielampje oventhermostaat. Brandt
gedurende het opwarmen van de oven.
Het lampje dooft als de ingestelde
temperatuur bereikt is.
3
4
5
6
3. Display
4. + toets voor de kookwekker/timer
5. Kookwekker-/timertoets
6. - toets voor de kookwekker/timer
7. Functieknop
8. Indicatielampje ovenfunctie. Brandt bij het
inschakelen van één van de ovenfuncties.
9. Verwarmsymbool
10. AUTO (verschijnt bij gebruik van de timer)
11. Belsymbool (verschijnt bij het instellen
van de kookwekker)
NL 6
7
8
veIlIgHeID
Aansluiten en reparatie
• Dit toestel mag alleen door een hiertoe bevoegd installateur
• Controleer het toestel op transportschade. Sluit een beschadigd
• Open nooit de behuizing van het toestel. Alleen een service -
• Maak het toestel spanningsloos voordat met de reparatie wordt
Elektrische veiligheid
• Mocht er een storing optreden of is het toestel beschadigd, laat het
• Reparaties mogen uitsluitend uitgevoerd worden door technici die
• Om onveilige situaties te vermijden moet een beschadigde
• Zorg ervoor dat de aansluitkabel niet in contact kan komen met
• Het toestel is voorzien van een stekker en mag alleen op een
• Als de stekker na installatie niet meer bereikbaar is, moet de
• Gebruik geen adapters of verlengsnoeren. Deze kunnen warm
• Wees voorzichtig met snoeren van elektrische apparaten, zoals van
geïnstalleerd worden. Hierbij dienen de installatie voorschriften en
de plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften gevolgd te worden.
toestel niet aan.
technicus mag het toestel openen.
gestart. Bij voorkeur door de stekker uit het stopcontact te nemen,
de (automatische) zekering(en) uit te schakelen of de schakelaar in
de meterkast op nul te zetten bij een vaste aansluiting.
dan eerst deskundig repareren voordat u het in gebruik neemt.
zijn geïnstrueerd door de servicedienst. Is het apparaat defect,
schakel dan de zekering in de meterkast uit of haal de netstekker
uit het stopcontact. Neem contact op met de klantenservice.
aansluitkabel door de servicedienst worden vervangen.
delen van de oven die heet kunnen worden.
geaard stopcontact worden aangesloten. De groepen in de
meterkast moeten gezekerd zijn met minimaal 16 A (C of B
karakteristiek installatie-automaat).
aansluiting voorzien worden van een omnipolaire schakelaar met
een contactafstand van minimaal 3 mm.
worden tijdens gebruik, waardoor brand kan ontstaan.
een mixer. Deze kunnen bekneld raken tussen de deur van de hete
oven.
NL 7
veIlIgHeID
Tijdens gebruik
• Dit apparaat is alleen voor huishoudelijk gebruik bestemd. Gebruik
het uitsluitend voor het bereiden van gerechten.
• Houd kinderen op veilige afstand van de oven tijdens het bakken of
braden. De oven wordt heet tijdens gebruik. Raak de elementen en
het intereur pas aan nadat de oven volledig is afgekoeld.
• De buitenzijde van de oven kan warm worden nadat de oven
gedurende een lange periode bij hoge temperaturen is gebruikt.
Ook de ovenruit kan door langdurig gebruik van de oven op de
maximale temperatuur (bijv. bij het grillen) warm worden. Let op als
er kinderen in de buurt zijn.
• De oven is optimaal geïsoleerd. Desondanks vindt er altijd enige
warmteoverdracht plaats, waarbij de buitenzijde van het toestel
opwarmt. Deze opwarming valt ruimschoots binnen de normen.
• De oven heeft een ventilator die de ovenmantel koelt. Nadat de
oven is uitgeschakeld, kan deze ventilator nog enige tijd nadraaien.
• Controleer of het apparaat is uitgeschakeld voordat u de lamp
vervangt om het risico op een elektrische schok te vermijden.
• Zet geen oventoebehoren op de open ovendeur.
• Sluit de ovendeur tijdens het bakken en braden.
• Wees tijdens het bakken voorzichtig met het openen van de deur
omdat warme stoom kan ontsnappen.
• Bewaar geen brandbare materialen in de oven.
• Let op bij het bereiden van gerechten die alcohol bevatten.
Alcoholdamp kan vlam vatten wanneer zij bij hoge temperatuur in
contact komt met de hete ovendelen.
• Verwarm nooit gesloten conservenblikken. Er ontstaat een overdruk
in het blik, waardoor het kan exploderen.
• Diepvriesgerechten (pizza) altijd op een rooster bereiden. De
bakplaat kan vervormen door de grote temperatuurverschillen die
in de bakplaat ontstaan.
• De ovenbodem nooit afdekken met aluminiumfolie. Aluminiumfolie
houdt warmte tegen en geeft daardoor slechte bakresultaten.
Bovendien kan het emaille van de ovenbodem beschadigd raken.
• Zorg ervoor dat gerechten altijd voldoende verhit worden. De
tijd die daarvoor nodig is hangt van vele factoren af, zoals de
hoeveelheid en het soort gerecht. De eventueel in het voedsel
aanwezige bacteriën worden alleen gedood als het voedsel
minimaal 10 minuten bij een temperatuur hoger dan 70 °C verhit
NL 8
veIlIgHeID
wordt. Laat het voedsel wat langer garen als u niet zeker weet of
het voedsel genoeg verhit is.
• Kleinere hoeveelheden vragen een kortere bereidingstijd. Wanneer
de in recepten aangegeven bereidingstijden worden toegepast
kunnen ze verbranden.
• Gebruik nooit een hogedrukreiniger of stoomreiniger voor het
reinigen van de oven.
• Giet nooit koud water op de warme ovenbodem. Het emaille kan
beschadigd raken.
• Door vruchtensappen kunnen moeilijk te verwijderen vlekken
achterblijven op de ovenbodem. Gebruik daarom bij het bereiden
van vochtig gebak (appeltaart) de diepe braadslede als vangschaal.
• Gemorste suikerhoudende gerechten of vruchtensappen, zoals
pruimennat of rabarber, kunnen de kleur van het email aantasten.
Het verdient aanbeveling dit direct schoon te maken.
• Het apparaat is niet bedoeld voor gebruik door hulpbehoevenden,
kleine kinderen en/of personen met gebrek aan ervaring en kennis,
tenzij zij goede begeleiding krijgen of geïnstrueerd zijn in het veilig
gebruiken van het apparaat door een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
• Het apparaat is niet bedoeld om te worden bediend door middel
van een externe timer of een apart afstandsbedieningssysteem.
• Indien de aansluitkabel beschadigd is mag deze alleen worden
vervangen door de fabrikant, zijn service-organisatie of gelijkwaardig
gekwalificeerde personen, teneinde gevaarlijke situaties te
voorkomen.
NL 9
gebrUIk
Voor het eerste gebruik
• Verwijder alle delen van het toebehoren uit de oven en reinig ze met
• Schakel de oven één uur lang in op MAX met boven- en
• Als de oven voor de eerste maal sterk verhit wordt, zult u een
• Na het afkoelen de oven met warm water reinigen.
• Verwarm de oven alleen voor als dit in het recept of in de tabellen
Bak- en braadtips
Energiebewust ovengebruik
• Open de ovendeur zo weinig mogelijk.
• Bereid gerechten met ongeveer dezelfde bereidingstemperatuur
• Bereid meer gerechten na elkaar, bijvoorbeeld een ovenmaaltijd na
• Dankzij de ovenisolatie kunnen gerechten met een langere
• Voorverwarmen is in het algemeen niet nodig, met uitzondering van
• Haal alles wat u niet nodig heeft voor de bereiding uit de oven.
• Schakel de oven uit voordat u het gare gerecht eruit haalt.
een warm sopje. Gebruik geen schurende schoonmaakmiddelen.
onderwarmte (zie pagina 14 en 15). Tijdens de fabricage gebruikte
beschermingsvetten worden dan verwijderd.
‘nieuwigheidsluchtje’ ruiken. Dit is normaal. Schakel eventueel de
wasemkap in.
van deze gebruiksaanwijzing is vermeld.
(bijvoorbeeld appeltaart en een ovenschotel) tegelijk op hetzelfde
rooster of met een hete lucht functie boven elkaar. Vlees laten
meestoven kan ook.
een cake. Vaak kan de bereidingstijd van het tweede gerecht dan
10 minuten korter zijn omdat de oven nog veel warmte in zich heeft.
bereidingstijd (vanaf 1 uur) nagaren op de restwarmte van de oven.
Schakel de oven 10 minuten eerder uit dan aangegeven staat, maar
laat de deur dicht.
gerechten waarvan de bereidingstijd korter dan 30 minuten is of
wanneer een recept dit aangeeft.
NL 10
Ovenservies
• In principe kunt u elk soort hittebestendig servies gebruiken.
• Spoel glazen servies niet direct na gebruik af onder koud water.
Door het plotselinge temperatuurverschil kan het glas barsten.
• Gebruik donkere of zwarte bakvormen. Deze geleiden de warmte
beter en laten het gerecht gelijkmatiger garen.
gebrUIk
Bodem niet afdekken
• Het afdekken van de ovenbodem met bijvoorbeeld aluminiumfolie
of een bakplaat kan tot oververhitting en beschadiging van het
email leiden.
• Vervuiling van de ovenbodem door het lekken uit een springvorm
wordt voorkomen door van aluminiumfolie een bakje te vouwen en
dat onder de vorm op het rooster te zetten of door bakpapier onder
de vorm te leggen.
Tijdinstelling
• Kies een 5 minuten kortere bereidingstijd dan in het recept staat
aangegeven. Daardoor kunt u in de laatste fase controleren of
het gerecht of gebak gaar en goed van kleur is. Zo niet, sluit dan
de ovendeur en controleer na enige tijd opnieuw. Het openen en
sluiten van de deur moet langzaam gebeuren. Bij voorkeur niet
voordat driekwart van de bereidingstijd is verstreken.
Warm houden
• U kunt de oven gebruiken voor het warm houden van reeds bereide
gerechten. Kies hiervoor de hete lucht functie en een temperatuur
van 75 °C. Dek gerechten die u warm wilt houden af om uitdrogen
te voorkomen.
Braden
Vlees braden
• Het meest geschikt is ‘groot vlees’ vanaf 1 kg. Het vlees krijgt
een regelmatig gevormde, krokante korst, waarbij vrijwel geen
gewichtsverlies optreedt.
• Wrijf het vlees een kwartier van tevoren in met zout en kruiden.
Gebruik voor het braden 80 tot 100 g boter of vet (of een mengsel
hiervan) per 500 g vlees.
Braadtijden
• Platte, dunne stukken hebben gemiddeld 5 minuten minder
braadtijd nodig dan dikke of opgerolde stukken vlees. Bij gebruik
van grotere stukken vlees moet per 500 gram meer een 15 tot
20 minuten langere braadtijd worden aangehouden.
• Leg het vlees in een braadslede en overgiet het met hete boter en/
of vet. Als het vlees een vette kant heeft, dan legt u deze tijdens
NL 11
gebrUIk
Grillen
het braden boven. Vlees zonder vette kant om de 15 minuten
bedruipen. Vlees met vette kant om de 30 minuten bedruipen.
• Voeg, als de jus te donker wordt, tijdens het braden nu en dan
enkele lepels water toe.
• Laat het vlees na de bereiding 10 minuten rusten, afgedekt met
aluminiumfolie, voordat u het aansnijdt.
Algemene tips
• Bij het roosteren van vlees, wild, gevogelte en vis wordt het vlees
of de vis onmiddellijk dichtgeschroeid, waardoor de voedings- en
smaakstoffen behouden blijven. Boter of olie is daarvoor niet nodig.
Het meest geschikt zijn dikkere stukken klein vlees, dunne moten
vis of hele vissen.
Tips voor vlees
• Gebruik alleen vlees van goede kwaliteit. Reken per persoon
75-100 g vlees of 125-175 g vlees met been.
• Zet altijd een passende braadslede onder de gerechten om
afdruipend vet op te vangen. Droog het vlees zonodig met
keukenpapier, voordat u het onder de grill legt.
• Giet voor gerechten met een lange grilltijd, bijvoorbeeld rollade en
kip, ± 2,5 dl water in de braadslede.
NL 12
Tips voor vis
• Reken per persoon 150-200 g moten of hele vis of 100-125 g
gefileerde vis. Laat bij grotere vissen de kop verwijderen.
• Was de vis. Afdrogen met keukenpapier. Kerf dikke vis in. Leg de
vis op het rooster en schuif er een braadslede onder.
Garneringen en sausjes
• Garnering kan meegegrilld worden, zoals bijvoorbeeld plakken
appel, ananas of halve tomaatjes.
• Plakken kaas de laatste minuten op het vlees leggen en laten
smelten. Bestrooi het vlees pas na het grillen met peper en zout.
De dikte van het vlees bepaalt de plaats onder de grill. Over het
algemeen geldt dat dunne stukken hoog moeten worden geplaatst
(altijd op minstens 5 cm afstand van de grill) en dikkere stukken,
die gaar moeten worden, wat lager.
gebrUIk
• Draai dunne stukken vlees om met een vleestang. Gebruik een
ovenwant. Prik niet in het vlees omdat er dan vleessap verloren
gaat. Bij gegrilld vlees, waarbij immers geen jus wordt gevormd,
kan desgewenst afzonderlijk een saus of kruidenboter worden
gegeven.
• Snijd gegrilld vlees en dergelijke niet direct aan maar laat het eerst
enkele minuten afkoelen. Er zal dan bij het aansnijden minder
vleessap verloren gaan.
NL 13
beDIeNINg
Instellen van de klok
Als u het toestel voor de eerste keer aansluit, knipperen de symbolen
‘AUTO’ en ‘0 00’. U kunt nu de klok instellen.
1. Druk gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
2. Stel (als de punt nog knippert) met de + en de - toets de juiste
Bediening van de oven
1. Selecteer een temperatuur met de thermostaatknop en een
2. Zet de thermostaatknop en de functieknop na afloop van de
Het verwarmsymbool verschijnt en de punt gaat knipperen.
tijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft dat de tijd is
opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display.
▷ Indien de punt niet meer knippert, kunt u de tijd niet instellen.
U kunt de tijd nu aanpassen door de - toets en de + toets
gelijktijdig in te drukken en vast te houden totdat de punt weer
gaat knipperen.
ovenfunctie met de functieknop.
▷ Zie pagina 15 voor meer informatie over de verschillende
ovenfuncties die u kunt kiezen.
bereidingstijd op ‘0’ om de oven uit te schakelen.
NL 14
beDIeNINg
Ovenfuncties
Ovenverlichting (blijft altijd branden tijdens de werking)
Boven- en onderwarmte (conventioneel)
Een boven- en onderelement verwarmen het gerecht, geschikt voor de bereiding
van één gerecht. Deze functie wordt gebruikt voor luchtig gebak en taarten, waarbij
de warmtetoevoer van boven en onder gelijk moet zijn om een luchtig resultaat te
krijgen. Het gerecht bij voorkeur in een voorverwarmde oven plaatsen, d.w.z. als het
indicatielampje naast de thermostaatknop uitgegaan is. Instelling temperatuur van
50 °C tot MAX.
Conventioneel met ventilator
Het boven- en onderelement zijn ingeschakeld. De ventilator verspreidt de warmte
gelijkmatig door de ovenruimte. Deze functie is geschikt voor het braden van vlees
en het bakken van taarten. Met deze functie kunt u ook voedsel ontdooien. Zet
hiervoor de thermostaatknop op ‘0’. Instelling temperatuur van 50 °C tot MAX.
Onderwarmte met ventilator
Het onderelement is ingeschakeld. De ventilator laat de hete lucht circuleren. Deze
functie is ideaal voor het bakken van pizza, quiche, appel- en kwarktaart. Instelling
temperatuur van 50 °C tot MAX.
Grill (met beperkt oppervlak en vermogen)
Het bovenelement is ingeschakeld. Deze functie is vooral voor kleinere hoeveelheden
geschikt, zoals stokbrood, visfilet of het gratineren van een ovenschotel. De
buitenkant krijgt een bruine kleur, zonder dat de binnenkant van het gerecht
beïnvloed wordt. Plaats het gerecht in het midden van het ovenrooster omdat het
element zich in het midden van de oven bevindt. Instelling temperatuur van 50 °C tot
200 °C.
Grill (met groot oppervlak)
Beide bovenelementen verhitten het gerecht. Deze functie is geschikt voor het
grillen van biefstuk, worstjes en tosties. De ventilator verspreidt de warmte van
het grillelement door de oven. Hierdoor worden de gerechten gelijkmatig gaar.
Ideaal voor grotere grillgerechten zoals gevogelte en grotere stukken vlees. Zet
een ovenschaal onder het gerecht om afdruipend vet op te vangen. Instelling
temperatuur van 50 °C tot 200 °C.
Hete lucht (rond verwarmingselement met ventilator)
Gerechten worden verwarmd door de hete lucht die is opgewarmd met het element
in de achterzijde van de oven. Door de gelijkmatige verhitting van de oven is deze
functie geschikt voor zowel het verwarmen van diepvries gerechten als het bakken
van cake en croissants. Met hete lucht kunt u meerdere niveau’s gelijktijdig benutten.
Instelling temperatuur van 50 °C tot MAX.
NL 15
beDIeNINg
Kookwekker
Met de kookwekker kunt u een bepaalde tijdsduur instellen. Is de tijd
verstreken, dan klinkt er een geluidssignaal. De kookwekker heeft geen
invloed op de werking van de oven, dus na afloop blijft de oven gewoon
functioneren.
1. Druk gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
Het belsymbool verschijnt en gaat knipperen.
2. Stel (als het belsymbool nog knippert) met de + en de - toets de
juiste tijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft dat de tijd
is opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display en het belsymbool stopt met
knipperen.
▷ Indien het belsymbool niet meer knippert, kunt u de tijd niet
instellen. Druk weer gedurende 3 seconden op de kookwekker-/
timertoets totdat het belsymbool gaat knipperen.
▷ Wilt u de ingestelde tijd bekijken of aanpassen, dan moet u weer
gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets drukken.
De tijd van de kookwekker verschijnt dan gedurende een aantal
seconden in de display.
3. Als de tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal en knippert
het belsymbool. Om het geluidssignaal uit te schakelen, drukt u
op een willekeurige toets. Het geluidssignaal schakelt uit, maar
het belsymbool blijft knipperen. Als u vervolgens lang op de
kookwekker-/timertoets drukt, verdwijnt het belsymbool.
Uitschakeltimer
NL 16
De uitschakeltimer kunt u op verschillende manieren gebruiken:
• U kunt de tijdsduur van het bakken/braden/grillen bepalen. De
oven schakelt uit zodra de ingestelde tijd is verstreken. Is de tijd
verstreken, dan klinkt er een geluidssignaal.
• Ook kunt u met de timer de tijd instellen waarop het bakken/
braden/grillen moet eindigen. De oven zal tot de ingestelde tijd op
de vooringestelde temperatuur en functie functioneren. Is de tijd
verstreken, dan klinkt er een geluidssignaal.
• Tot slot kunt u zowel een tijdsduur als ook een eindtijd ingeven
(een automatisch bakproces). De oven start automatisch en eindigt
automatisch. Als het automatische bakproces is afgelopen, klinkt er
een geluidssignaal
beDIeNINg
De duur van de baktijd programmeren
1. Druk gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
Het belsymbool verschijnt en gaat knipperen.
2. Druk nogmaals op de kookwekker-/timertoets.
In de display knippert ‘dur’ en ‘AUTO’, afgewisseld met ‘0 00’.
3. Stel (als de display nog knippert) met de + en de - toets de
gewenste baktijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft
dat de tijd is opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display en ‘AUTO’ stopt met
knipperen. De oven zal gedurende de ingestelde tijd op de
vooringestelde temperatuur en functie functioneren.
▷ Indien de display niet meer knippert, kunt u de tijd niet instellen.
Herhaal stap 1 en 2.
4. Als de tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal, knippert
‘AUTO’ en de oven schakelt uit. Om het geluidssignaal uit te
schakelen, drukt u op een willekeurige toets. Het geluidssignaal
schakelt uit, maar ‘AUTO’ blijft knipperen. Als u vervolgens lang op
de kookwekker-/timertoets drukt, verdwijnt ‘AUTO’.
Het einde van de baktijd programmeren
1. Druk gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
Het belsymbool verschijnt en gaat knipperen.
2. Druk nogmaals twee keer achter elkaar op de kookwekker-/
timertoets.
In de display knippert ‘End’ en ‘AUTO’, afgewisseld met de huidige
tijd.
3. Stel (als de display nog knippert) met de + en de - toets de
gewenste eindtijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft
dat de tijd is opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display en ‘AUTO’ stopt met
knipperen. De oven zal tot de ingestelde tijd op de vooringestelde
temperatuur en functie functioneren.
▷ Indien de display niet meer knippert, kunt u de tijd niet instellen.
Herhaal stap 1 en 2.
4. Als de tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal, knippert
‘AUTO’ en de oven schakelt uit. Om het geluidssignaal uit te
schakelen, drukt u op een willekeurige toets. Het geluidssignaal
schakelt uit, maar ‘AUTO’ blijft knipperen. Als u vervolgens lang op
de kookwekker-/timertoets drukt, verdwijnt ‘AUTO’.
NL 17
beDIeNINg
Programmering van het automatische bakproces
1. Druk gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
Het belsymbool verschijnt en gaat knipperen.
2. Druk nogmaals op de kookwekker-/timertoets.
In de display knippert ‘dur’ en ‘AUTO’, afgewisseld met ‘0 00’.
3. Stel (als de display nog knippert) met de + en de - toets de
gewenste baktijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft
dat de tijd is opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display en ‘AUTO’ stopt met
knipperen.
▷ Indien de display niet meer knippert, kunt u de tijd niet instellen.
Herhaal stap 1 en 2.
4. Druk weer gedurende 3 seconden op de kookwekker-/timertoets.
5. Druk nogmaals twee keer achter elkaar op de kookwekker-/
timertoets.
In de display knippert ‘End’ en ‘AUTO’, afgewisseld met de huidige
tijd.
6. Stel (als de display nog knippert) met de + en de - toets de
gewenste eindtijd in en wacht op een geluidssignaal dat aangeeft
dat de tijd is opgeslagen.
De huidige tijd verschijnt in de display en ‘AUTO’ stopt met
knipperen.
▷ Indien de display niet meer knippert, kunt u de tijd niet instellen.
Herhaal stap 1 en 2.
• Voorbeeld:
Huidige tijd: 12.36
Ingestelde duur van het bakproces: 10 minuten
Ingestelde eindtijd van het bakproces: 14.00 uur
De oven start om 13.50 uur met het bakproces op de
vooringestelde temperatuur en functie en zal om 14.00 uur stoppen.
7. Als de tijd is verstreken, hoort u een geluidssignaal, knippert
‘AUTO’ en de oven schakelt uit. Om het geluidssignaal uit te
schakelen, drukt u op een willekeurige toets. Het geluidssignaal
schakelt uit, maar ‘AUTO’ blijft knipperen. Als u vervolgens lang op
de kookwekker-/timertoets drukt, verdwijnt ‘AUTO’.
NL 18
beDIeNINg
De toon van het geluidssignaal instellen
Het geluidssignaal is op drie verschillende tonen in te stellen;
• Hoge toon
• Gemiddelde toon
• Lage toon
1. Druk gedurende drie seconden gelijktijdig op de - toets en de
+ toets.
2. Druk daarna op de kookwekker-/timertoets.
In de display gaat ‘ton1’ knipperen’.
3. Druk herhaaldelijk op de - toets om een andere toon te kiezen.
4. Druk tot slot weer op de kookwekker-/timertoets om de gewenste
toon in te stellen.
NL 19
ONDerHOUD
Reinigen
Let op
• Maak de oven en toebehoren pas schoon nadat deze volledig zijn
afgekoeld. Door de oven regelmatig schoon te maken, voorkomt u
hard nekkige verontreinigingen.
• Maak het toestel spanningsloos voordat met de reiniging wordt
gestart. Bij voorkeur door de stekker uit het stopcontact te nemen,
de (automatische) zekering(en) uit te schakelen of de schakelaar in
de meterkast op nul te zetten bij een vaste aansluiting.
Geëmailleerde delen
De binnenkant van de ovendeur, de zijwanden, de ovenbodem en
de bak- en braad plaat zijn geheel geëmailleerd. U kunt ze het beste
reinigen met een warm sopje, eventueel met vloeibare zeep en
nabehandelen met schoon water.
Chroom
Reinig richels en ovenrooster met een warm sopje of vloeibare zeep.
Behandel na met schoon water.
Kunststof/glas
Maak de handgreep en knoppen met een sopje of met glasreiniger
schoon.
NL 20
Afdichtrubber
Reinig het met een warm sopje en behandel na met schoon water.
Oven interieur
Voor het reinigen van de oven gebruikt u een schone doek en een sopje
van een mild schoonmaakmiddel.
• Gebruik geen schuurmiddelen of schuursponsjes.
• Gebruik een speciale ovenreiniger om hardnekkige vlekken te
verwijderen.
• De ovenwanden reinigen met een sopje van een schoonmaakmiddel
en een nylon borstel.
• Gebruik bij het schoonmaken nooit agressieve schoonmaakmiddelen, harde borstels, schuursponsjes, staalwol of een mes.
ONDerHOUD
De buitenzijde van de oven
Gebruik een sopje van een mild schoonmaakmiddel voor het reinigen
van de buitenzijde van de oven.
• Wrijf de oven droog met keukenpapier of een schone doek.
• Gebruik nooit schuurmiddelen, soda of ander agressieve producten.
Roestvrijstalen ovenfronten
Gebruik nooit staalwol, schuursponsjes of schuurmiddelen. Deze
kunnen het oppervlak aantasten.
Toebehoren
Reinig de toebehoren na ieder gebruik en droog ze met een keukendoek. Door de toebehoren eerst een half uur te weken in een warm
sopje zijn ze makkelijker te reinigen.
Ovendeur demonteren
• Open de ovendeur helemaal.
• Til de twee hendeltjes (bij de scharnieren) op.
• Sluit de deur op de eerste stand (die veroorzaakt wordt door de
• Til de deur naar boven en naar buiten op.
• Om de deur weer te plaatsen, schuift u de scharnieren weer terug
twee hendeltjes die u zojuist heeft opgetild).
in de behuizing en zet u de twee hendeltjes weer terug in de
sluitende positie.
Ovenlamp vervangen
Het lampje van de oven moet de volgende kenmerken hebben:
• geschikt voor temperaturen tot 300 °C.
• de juiste voeding: zie de waarde die wordt vermeld op het
typeplaatje.
• een vermogen van 25 W.
• een aanhechting van het type E14.
Om schade te voorkomen, kunt u het beste een theedoek in de oven
leggen.
• Draai de glazen bescherming van de lamp los.
• Draai het oude lampje los en vervang het door een nieuwe.
• Draai de glazen bescherming weer vast en verwijder de theedoek.
NL 21
StOrINgeN
Storingstabel
Wanneer u twijfelt over de goede werking van uw toestel, betekent
dit niet automatisch dat er een defect is. Controleer in elk geval de
volgende punten in onderstaande tabel of kijk voor meer informatie op
de website ‘www.etna.nl’.
SymptoomMogelijke oorzaakOplossing
Oven of grill wordt niet warm.Zekering in de meterkast
defect.
Temperatuur niet goed.Temperatuur verkeerd
ingesteld.
Thermostaat defect.Oven uitschakelen en de
Ovenverlichting brandt niet.Geen stroomtoevoer.Steek de stekker in het
Lamp defect.Oven uitschakelen en de
Vervang de zekering.
Stel de oventemperatuur
opnieuw in.
servicedienst bellen.
stopcontact.
lamp vervangen. Maak het
toestel spanningsloos door
de stekker uit het stopcontact
te trekken of door de hoofdschakelaar in de meterkast
om te draaien.
NL 22
INStallatIe
Inbouwmaten
min.
475
860
min.
560
517
850
478
472
894
27
min.
50
min.
480
860
min.
550
517
850
478
472
894
27
NL 23
INStallatIe
Technische gegevens
Dit toestel voldoet aan alle relevante CE richtlijnen.
OventypeA3911RVS
Aansluiting230V - 50Hz
Vermogen2,9 kW
Buitenmaten (BxHxD) 894 x 478 x 538 mm
Volume75 liter
NL 24
mIlIeUaSPeCteN
Afvoeren toestel en verpakking
Bij de vervaardiging van dit toestel is gebruik gemaakt van duurzame
materialen. Dit toestel moet aan het eind van zijn levenscyclus op
verantwoorde wijze worden afgevoerd. De overheid kan u hierover
informatie verschaffen.
De verpakking van het toestel is recyclebaar. Gebruikt kunnen zijn:
• karton;
• polyethyleenfolie (PE);
• CFK- vrij polystyreen (PS- hardschuim).
Deze materialen dient u op verantwoorde wijze en conform de
overheidsbepalingen af te voeren.
Om op de verplichting tot gescheiden verwerking van elektrische
huishoudelijke apparatuur te wijzen, is op het product het symbool
van een doorgekruiste vuilnisbak aangebracht. Dit betekent dat het
apparaat aan het einde van zijn levensduur niet bij het gewone huisvuil
mag worden gevoegd. Het toestel moet naar een speciaal centrum voor
gescheiden afvalinzameling van de gemeente worden gebracht of naar
een verkooppunt dat deze service verschaft.
Het apart verwerken van huishoudelijke apparaten voorkomt mogelijk
negatieve gevolgen voor het milieu en de gezondheid die door een
ongeschikte verwerking ontstaat. Het zorgt ervoor dat de materialen
waaruit het apparaat bestaat, teruggewonnen kunnen worden om een
aanmerkelijke besparing van energie en grondstoffen te verkrijgen.
Conformiteitsverklaring
Wij verklaren dat onze producten voldoen aan de van toepassing zijnde
Europese Richtlijnen, Besluiten en Verordeningen en de eisen die zijn
vermeld in de normen waar naar wordt verwezen.
NL 25
NL 26
SOmmaIre
Votre four
Sécurité
Utilisationn
Commandes
Introduction 4
Description 5
Panneau de commande 6
Raccordement et réparation 7
Sécurité électrique 7
En fonctionnement 8
Avant la première utilisation 10
Conseils culinaires 10
Rôtir 11
Griller 12
Réglage de l'horloge 14
Commande du four 14
Fonctions four 15
Minuteur de cuisson 16
Minuteur coupe-circuit 16
Réglage de la tonalité du signal sonore 19
Entretien
Nettoyage 20
Démontage de la porte du four 21
Remplacement de la lampe du four 21
Vous avez choisi un four Etna. Souplesse d'emploi optimale et
commande simples ont régi le développement de ce produit. Le grand
nombre de réglages vous permet de choisir avec précision le mode de
préparation que vous envisagez. Les fonctions four sont reprises sur le
bouton de fonction selon une séquence logique.
Le four est également équipé d'un minuteur de cuisson. Ce dernier
coupe automatiquement le four lorsque la durée de cuisson est
atteinte. Efficace et sans fioritures inutiles.
Ce manuel décrit comment utiliser le four de façon optimale. Outre les
informations relatives aux commandes, il vous propose également des
informations de base qui peuvent s'avérer utiles lors de l'utilisation de
ce produit. Vous y trouverez également des conseils d'entretien.
Veuillez lire attentivement l'intégralité du mode d'emploi avant
d'utiliser l'appareil pour la première fois, et de conserver
soigneusement ce document pour une utilisation future.
Le mode d'emploi fait par ailleurs office de référence pour le service
après-vente. La plaquette signalétique comporte toutes les données
nécessaires pour répondre de manière appropriée à leurs questions.
FR 4
Nous vous souhaitons beaucoup de plaisir à cuisiner !
vOtre fOUr
Description
1
2
3
445
8909BDMassief 90ovenelectronisch07-06-99
1. Poignée de porte
2. Panneau de commande
3. Porte de four vitrée
4. Eclairage four
5. Elément du haut
FR 5
vOtre fOUr
Panneau de commande
9
1
2
1011
1. Bouton de thermostat
2. Lampe-témoin thermostat four.
Est allumée pendant la montée en
température du four. La lampe s'éteint
lorsque la température prédéfinie est
3
4
5
6
atteinte.
3. Affichage
4. Touche + pour le minuteur de cuisson/
horloge
5. Touche minuteur de cuisson/horloge
6. Touche - pour le minuteur de cuisson/
horloge
7. Bouton de fonction
8. Lampe-témoin fonction four. S'allume lors
de l'activation d'une des fonctions four.
9. Symbole de chauffage
10. AUTO (s'affiche lorsque l'horloge est
utilisée)
11. Symbole de sonnette (s'affiche lors du
réglage du minuteur de cuisson)
FR 6
7
8
Loading...
+ 68 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.