Rätt ti ll ändring av specifikationer utan avisering förbehålles.
Ret til ændring af specifikationer uden varsel forbeholdes.
Rett til å endre spesifikasjoner uten varsel forbeholdes.
Oikeudet muutoksiin pidätetään.
Rights reserved to alter specifications without notice.
Änderungen vorbehalten.
Sous réserve de modifications sans avis préalable.
Recht op wijzigingen zonder voorafgaande mededeling voorbehouden.
Reservado el derecho de cambiar las especificaciones sin previo aviso.
Ci riserviamo il diritto di variare le specifiche senza preavviso.
Reservamo--nos o direito de alterar as especificações sem aviso prévio.
Esab Welding Equipment AB, S--695 81 Laxå, Zweden, verklaart geheel onder eigen
verantwoordelijkheid dat draadaanvoereenheid MLC 30C van het serienummer 911
in overeenstemming is met norm EN 60974--1 conform de bepalingen in richtlijn
(73/23/EEG) met annex (93/68/EEG) en met norm EN 50199 conform de bespalingen in richtlijn (89/336/EEG) met annex (93/68/EEG).
Anders Birgersson
Managing Director
Esab Welding Equipment AB
695 81 LAXÅ
SWEDENTel: + 46 584 81000Fax: + 46 584 41192
2VEILIGHEID
WAARSCHUWING
DE VLAMBOOG EN HET SNIJDEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN VOOR UZELF EN VOOR ANDEREN; DAAROM MOET U VOORZICHTIG ZIJN BIJ HET LASSEN. VOLG DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN VAN UW WERKGEVER OP. ZE MOETEN GEBASEERD ZIJN OP DE WAARSCHUWINGSTEKST VAN DE PRODUCENT.
ELECTRISCHE SCHOK -- Kan dodelijk zijn
SInstalleer en aard de lasuitrusting volgens de geldende normen.
SRaak delen die onder stroom staan en elektroden niet aan met onbedekte handen of met natte
beschermuitrusting.
SZorg ervoor dat u geïsoleerd staat van de aarde en van het werkstuk.
SZorg ervoor dat u een veilige werkhouding hebt.
ROOK EN GAS -- Kunnen uw gezondheid schaden
SZorg ervoor dat u niet met uw gezicht in de lasrook hangt.
SVervers regelmatig de lucht in de werkruimte en zorg ervoor dat de lasrook en het gas afgezo-
gen worden.
LICHTSTRALEN -- Kunnen de ogen beschadigen en de huid verbranden
SBescherm uw ogen en uw lichaam. Gebruik een geschikte lashelm met filter en draag altijd be-
schermende kleding.
SScherm uw werkruimte af met geschikte beschermmiddelen of gordijnen, zodat niemand an-
ders gewond kan raken.
BRANDGEVAAR
SDe vonken kunnen brand veroorzaken. Zorg er daarom voor dat er geen brandgevaarlijk mate-
riaal in de buurt is.
LAWAAI -- Geluidsoverlast kan het gehoor beschadigen
SBescherm uw oren. Gebruik gehoorbeschermers of andere gehoorbescherming.
SWaarschuw omstanders voor de gevaren.
BIJ DEFECTEN -- Neem contact op met een vakman.
LEES DEZE GEBRUIKSAANWIJZING GRONDIG DOOR VOOR U
OVERGAAT TOT INSTALLATIE EN GEBRUIK.
BESCHERM UZELF EN DE ANDEREN!
bm28d12h
-- 6 9 --
NL
3INTRODUCTIE
De elektrodeaanvoereenheid MLC 30C m aakt deel uit van het Aristo 2000 systeem
van ESAB. Het aanvoermechanisme schuift de draad via d e lasslang naar het
laspistool, waarna de door perslucht aangedreven motor in de kolf van het pistool de
draad naar het contactmondstuk trekt. Hierdoor krijgt u een gelijkm atige en
storingvrije draadaanvoer. Dit is handig voor het lassen met zachte toeslagmaterialen (bijvoorbeeld aluminium) en dunne draden.
De lasdraad is geïsoleerd vanaf het buitenomhulsel van het aanvoermechanisme.
Er zijn verschillende alternatieven voor de plaatsing van de aanvoereenheid.
Uitgerust met een draaistuk kan de MLC 30 C draaibaar boven de stuurtap van de
stroombron worden gemonteerd. U kunt de MLC 30 ook met een ophangmechanisme uitrusten en boven de werkplek hangen. Bovendien is het mogelijk een wielenset
(trolley) te gebruiken voor verplaatsing op de vloer of de werktafel.
3.1Technische gegevens
Voedingsspanning42 V 50/60 Hz
Benodigd vermogen70 VA
GasaansluitingSlangnippel voor 6 mm slang
LuchtaansluitingAansluitstuk voor 1/4“ slang
2
LuchtdrukMin. 500 kPa (5 kg/cm
Draadaanvoersnelheid1,5 -- 18 m/min.
Draaddiameter0,8 -- 1,6 mm
LaspistoolPKB, slanglengtes tot 16 m
LasstroomMax. 400 A bij 60% intermittentie
InvoermondstukGatdiameter 2,7 mm
UitvoermondstukGatdiameter 1,5 mm
Bij lassen met 1,6 mm draad het uitvoermondstuk verwijderen
Remnaaf bestemd voor
draadbobine met:
Max. buitendiameter300 mm
Naafgat, diameter51,1 mm
Naaflengte100 mm
Afmetingen (l x b x h)493x336x268 mm
VeiligheidsformIP 21
Continue A--gewogen geluidsdrukwaarde58 dB
Gewicht22 kg
)
3.2Inhoud van de leverantie
Het aanvoermechanisme wordt met de volgende accessoires geleverd:
Invoermondstukken voor PKB laspistool
Mondstukken voor 0,8; 1,0; 1,2 en 1,6 mm Ss en Fe draad.
Mondstuk voor 0,8 -- 1.2 mm aluminium draad.
Aanvoerrollen
Voor 0,6 -- 1,0 mm en 1,0 -- 1,6 mm draad.
bm28d12h
-- 7 0 --
NL
4INSTALLATIE
WAARSCHUWING
Dit product is bestemd voor industrieel gebruik. In een woonomgeving kan dit
product radiostoring veroorzaken. Het is de verantwoor delijkheid van de gebruiker
om passende voorzorgsmaatregelen te nemen.
4.1Aansluiting
4.1.1Aansluitingen en bedieningspaneel
5.Nippel voor gasaansluiting.
6.Aansluiting voor besturingskabel vanaf de stroombron.
7.Aansluiting voor lasstroom vanaf de stroombron.
8.Aansluiting voor instelkastje, aansluiting naar keuze. Alleen instelkastje
PUA 1 of afsluitweerstand mogen hier worden aangesloten.
9.Aansluiting voor laspistool.
10. Instelkastje.
SSluit perslucht aan op de slang aan de achterzijde van het aanvoermechanisme.
4.1.2Lasslang aansluiten
1.Druk het invoermondstuk (a) in de lasslang.
Kies het invoermondstuk op basis van de
afmeting van d e elektrode.
2.Open de elektrodeaanvoereenheid aan de kant
waar het aanvoermechanisme is geplaatst.
Maak de borgschroef in de aansluitplaat los.
3.Sluit de lasslang (b) aan op de aanvoereenheid
en haal de borgschroef in de aansluitplaat aan.
4.Verwijder het kunststof deksel van het
pistoolhuis. Maak de borgschroef (e) los en
druk het andere uiteinde van de slang in het
pistool. Haal de borgschroef aan en monteer
het kunststof deksel.
bm28d12h
-- 7 1 --
NL
4.1.3Lasstroom aansluiten
Sluit de lasgeleider van de pluspool van de stroombron aan op de stroomkoppeling
aan de achterzijde van het aanvoermechanisme.
4.1.4Perslucht aansluiten
Sluit perslucht, minimaal 500 kPa, aan op de slang die aan de achterzijde van het
aanvoermechanisme uitsteekt.
De lucht gaat naar een filterregulator die vooraf op 500 kPa is ingesteld. De
regulateur draineert zichzelf als de perslucht wordt uitgeschakeld.
N.B.! Controleer regelmatig of de drainage van de regulator functioneert. Water in de
perslucht naar het pistool veroorzaakt bedrijfsstoringen.
4.2Afsluitweerstand
De afsluitweerstand moet in de uiteinden van de CAN--bus zijn gemonteerd om communicatiestoringen te voorkomen. Het instelkastje heeft een ingebouwde weerstand,
de stroombron en het aanvoermechanisme hebben dat niet. De afsluitweerstand
wordt met de stroombron geleverd.
Afhankelijk van de koppelsituatie wordt de weerstand als volgt aangesloten:
Afsluitweerstand
Afsluitweerstand
Instelkastje aangesloten op aanvoermechanisme
Sluit de afsluitweerstand aan de achterzijde
van de stroombron aan. Op deze manier
aangesloten bij leverantie.
Instelkastje aangesloten op stroombron
Sluit de afsluitweerstand aan de voorzijde
van het aanvoermechanisme aan.
5WERKING
5.1Instellingen
Het aanvoermechanisme heeft geen bedieningspaneel. U kunt de instellingen
uitvoeren met het instelkastje, dat op het aanvoermechanisme of de stroombron kan
worden aangesloten. Bij het instelkastje hoort een programmeerhandboek waarin de
toepassingen worden beschreven.
bm28d12h
-- 7 2 --
NL
5.1.1Remnaaf
De elektrodebobine zit op een remnaaf, die bij leverantie
is afgesteld. Als u achteraf wilt afstellen, dient u de
onderstaande aanwijzingen te volgen.
U kunt het remmechanisme afstellen met de twee
schroeven S (de veren) die binnenin de naaf zijn
gemonteerd. Draai de schroeven met de wijzers van de
klok mee om het remmechanisme te verminderen. Stel de
naaf zodanig af dat de draad enigszins slap is als de
aanvoer ophoudt.
5.1.2Koude--draadaanvoer
Als u de draadaanvoer start, geeft de stroombron spanning en de gasklep gaat
open. Als de draad niet in contact komt m et het werkstuk, worden de spanning en
het gas na circa drie seconden uitgeschakeld. De draadaanvoer gaat door totdat u
de pistooltrekker loslaat.
5.1.3Draadaanvoerdruk
Het aanvoermechanisme is voorzien van een aangedreven aanvoerrol en een
meelopende drukrol. De drukrol is gemonteerd op een as die van een lager is
voorzien. U kunt de druk op de draad wijzigen met een in de as bevestigde veer die
in verschillende standen kan worden ingesteld.
WAARSCHUWING!
Met roterende delen loopt men het risico beklemd te raken. Wees daarom
extra voorzichtig.
5.2Draad vervangen
De draadgeleider is vervaardigd van kunststof en is gevoelig voor scherpe
voorwerpen. Vijl scherpe bramen en randen op de draadpunt weg voordat u de
nieuwe lasdraad in de draadgeleider doet.
1.Maak de veer van de drukrol in het aanvoermechanisme en het pistool los.
2.Rol de achtergebleven draad uit de draadgeleider. Verwijder de bobine.
3.Monteer de nieuwe bobine.
4.Rek 5--10 cm van de draad uit en vijl bramen op de punt van de draad weg.
5.Controleer of de volgende onderdelen de juiste afmeting hebben: de aanvoerrol,
het uitvoermondstuk, het invoermondstuk van de lasslang en het
contactmondstuk van het laspistool. Zie onderstaande tabel.
6.Voer de draad in het aanvoermechanisme in. Let erop dat de draad op de juiste
manier in het spoor van de aanvoerrol en in het uitvoermondstuk komt. Bij
lassen met 1,6 mm lasdraad moet u eerst het uitvoermondstuk verwijderen. Voer
de draad circa 10 cm in de lasslang in.
bm28d12h
-- 7 3 --
NL
7.Zet de veer van de drukrol in stand 1, zie de afbeelding rechts.
Stel de druk op de drukrol van het laspistool in volgens de
tabel.
Leg de lasslang zo recht mogelijk.
8.Start de stroombron. Kies motorsterkte 1 A voor de
aanvoermotor als de draaddiameter 0,8 -- 1 mm is. Voor
grovere draden kiest u de motorsterkte die in de
onderstaande tabel wordt getoond. (De volgende
motorsterktes zijn beschikbaar: 1,0 -- 1,25 -- 1,5 en 1,75 A.)
U stelt de motorsterkte in met behulp van het instelkastje.
Begin in het hoofdmenu en selecteer de volgende functies:
9.Druk de pistooltrekker volledig in, voer de draad via de lasslang aan en via het
contactmondstuk uit.
Als de motor niet genoeg kracht heeft voor het aanvoeren van de draad, laat de
motorsterkte dan met één trap toenemen.
10. Stel de juiste aanvoerdruk en motorsterkte in volgens de onderstaande tabel.
11. Controleer of de remnaaf correct is afgesteld, zie 5.1.1 op de vorige pagina.
Markeer en selecteer de gewenste motorsterkte.
BELANGRIJK!
Om te voorkomen dat de draadbobine van de remnaaf
glijdt; Vergrendel de bobine met behulp van de rode knop,
volgens de instructie die naast de remnaaf staat.
5.2.1Aanbevolen instelling en
Deze tabel geldt voor PKB laspistolen met 5, 10 en 16 meter slanglengte.
Draadtype
∅j (mm)
InzetstukMarkeringOrder nr.
AIMg ∅ 0,8--1,0Kunststof0.8/0.30258 002 5853min.1,25
AIMg ∅ 1,2Kunststof0.8/0.30258 002 5854gem.1,25--1,5
AISi ∅ 1,0Kunststof0.8/0.30258 002 5853min.1,25
AISi ∅ 1,2Kunststof0.8/0.30258 002 5854min.1,25
Fe ∅ 0,8Staal0.8/0.30258 005 5815gem.1,25--1,5
Fe ∅ 0,9--1,0Staal1.0/0.40258 002 5825gem.1,25--1,5
Fe ∅ 1,2Staal1.2/0.50258 002 5834gem.1,5
Fe ∅ 1,4--1,6Staal1.6/0.60258 002 5845gem.1,5
Ss ∅ 0,8Staal0.8/0.30258 002 5815gem.1,25--1,5
Ss ∅ 1,0Staal1.0/0.40258 002 5825gem.1,25--1,5
Ss∅1,2Staal1.2/0.50258 002 5835gem.1,5
PKB invoermondstuk
Draaddruk
MLCPKB
Motor--sterkte
MLC (A)
5.3Lassen
Voor het beste lasresultaat dient u de synergiestand te gebruiken. U kunt ook
onafhankelijke instellingen (handmatige instelling) gebruiken. De onder staande
beschrijving geldt voor de synergiestand.
Stel het aanvoermechanisme in en pas het aan voor de te gebruiken lasdraad, zie
5.2 boven.
Voer vervolgens de volgende instellingen uit:
bm28d12h
-- 7 4 --
NL
1.Stel de stop draadsnelheid in. Dit is de draadaanvoersnelheid als de lasstroom
wordt uitgeschakeld (en de aanvoermotor stopt). Als u voor een lage
stopsnelheid heeft gekozen, verbrandt de draad in het contactmondstuk. Bij een
te hoge snelheid krijgt u een te lange “stick out“ en/of een onvrijwillige lasstop.
U stelt de stopsnelheid in met het instelkastje. Begin vanuit het hoofdmenu en
selecteer de volgende functies:
De stopsnelheid kan tussen 0,8 en 10 meter per minuut worden ingesteld.
Voorbeeld: Als de draadaanvoersnelheid 13 m/min. of meer is, moet de
stopsnelheid circa 10 m/min. zijn. Als de aanvoer 3 tot 4 m/min. is, moet de
stopsnelheid circa 1 m/min. zijn.
2.Stel de startgegevens in. Als u met lassen begint, heeft de stroombron informatie
over de draadaanvoersnelheid nodig om de juiste spanning te kunnen geven.
Circa 1,3 seconden na de lasstart haalt de stroombron de actuele
snelheidsgegevens uit het aanvoermechanisme. Voor een goede start is het van
belang dat de startgegevens niet te veel van de werkelijke snelheid afwijken. Er
zijn vier manieren om de startgegevens in te stellen:
a.Selecteer MEET vanuit het hoofdmenu en voer minimaal 2 seconden
koude draad aan. De laatst getoonde draadaanvoersnelheid wordt als
startgegeven opgeslagen.
b.Selecteer MEET vanuit het hoofdmenu en stel de draadsnelheid met het
instelkastje in.
c.Selecteer STEL vanuit het hoofdmenu en stel de draadsnelheid met het
instelkastje in.
d.Haal uw startgegevens uit de geheugenpositie waar u ze eerder heeft
opgeslagen.
Als u de startgegevens niet wijzigt, gelden de laatst gebruikte startgegevens bij
de volgende lasstart.
3.Begin met lassen.
a.Druk eerst de pistooltrekker ongeveer 1 seconde in, zodat de lucht begint te
stromen. Dit zorgt voor gasvoorstroming en de stroombron wordt
geactiveerd. Druk niet zo lang dat de draad begint aan te voeren.
b.Druk vervolgens harder, zodat de draadaanvoer start en u met lassen kunt
beginnen.
c.Na de lasstart voelt de stroombron de draadsnelheid en past de spanning
hierop aan.
d.Als u de kratervullingsfunctie bij de lasstop wilt gebruiken, vermindert u de
draadaanvoer geleidelijk voor de stop. In dat geval moet u de stopsnelheid
iets lager instellen dan staat aangegeven onder punt 1. boven.
e.Na het afsluiten van het lassen herstart de stroombron na 0,4 seconden.
Deze is vervolgens circa twee seconden geactiveerd. Door deze functie is
snel herstarten mogelijk, bijvoorbeeld bij puntlassen.
4.Tijdens lassen of draadaanvoer mogen de instellingen of menusymbolen op het
instelkastje niet worden gewijzigd, aangezien dit tot een lasonderbreking kan
leiden. Het instelkastje toont dan foutcode 23.
In de gebruiksaanwijzing van het laspistool vindt u meer informatie over hoe u met
het pistool de draadsnelheid kunt regelen.
bm28d12h
-- 7 5 --
NL
6ONDERHOUD
N.B.
Als u zelf reparaties aan de machine uitvoert om eventuele storingen te verhelpen,
wijst ESAB alle verantwoordelijkheid af en kunt u geen aanspraken maken op
schadevergoeding of u beroepen op de garantie.
6.1Reinigen
Voor een betrouwbare en veilige werking is regelmatig onderhoud van groot belang.
6.1.1Aanvoermechanisme
Reinig en vervang de slijtende onder delen van het aanvoermechanisme regelmatig.
Let op dat een te hard ingestelde druk op de drukrollen abnormale slijtage van de
drukrol, de aanvoerrol en de draadgeleider kan veroorzaken.
6.1.2Laspistool
Blaas de draadgeleider regelmatig schoon en reinig het gasmondstuk.
6.1.3Demonteren bij reinigen:
1.Maak de schroef in het aansluitblok los met behulp van een inbussleutel. Verwijder de lasslang.
2.Maak de twee stopschroeven los, die het in-- en uitvoermondstuk op hun plaats
houden en verwijder deze.
3.Monteer alles in omgekeerde volgorde.
7ACCESSOIRES
Aansluitsets: stroombron -- aanvoermechanisme
Best. nr.Benaming
0456 528 880Aansluitset, 1,7 meter
0456 528 881Aansluitset, 8 meter
0456 528 882Aansluitset, 16 meter
0456 528 883Aansluitset, 25 meter
0456 528 884Aansluitset, 35 meter
Overige accessoires
Staan vermeld in de lijst van reserveonderdelen.
8BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN
Bij bestellingen a.u.b. het type machine, het nummer van de machine alsmede de
naam en het nummer volgens de lijst met reserveonderdelen aangeven. Dit vergemakkelijkt de administratieve afhandeling en garandeert een correcte levering.
bm28d12h
-- 7 6 --
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.