ESAB MA4 Instruction manual [nl]

NL
Control panel MA4
Gebruiksaanwijzing
Valid from program version. 1.300458 818 077 NL 051003
1 INLEIDING 3.........................................................
2 MENU’s 3...........................................................
2.1 Het hoofd-- en metingenmenu 3...............................................
2.2 Instelmenu 4...............................................................
3 MIG/MAG--LASSEN 4................................................
3.1 Draad of elektrode? 4........................................................
3.2 Instellingen 4...............................................................
3.3 Symbolen op het display 7....................................................
3.4 Voorbeeld instelling 8........................................................
4 MMA--LASSEN 11.....................................................
4.1 Instellingen 11...............................................................
4.2 Symbolen op het display 12....................................................
4.3 Voorbeeld instelling 12........................................................
5 ELEKTRISCH GUTSEN 14.............................................
5.1 Instellingen 14...............................................................
5.2 Symbolen op het display 14....................................................
5.3 Voorbeeld instelling 14........................................................
6 FOUTCODES 15......................................................
6.1 Foutcodelijst 15..............................................................
6.2 Beschrijvingen foutcodes 16...................................................
7 RESERVEONDERDELEN BESTELLEN 19...............................
SCHEMA 20.............................................................
BESTELNUMMER 21.....................................................
Recht op wijzigingen zonder voorafgaande mededeling voorbehouden.
TOCh
-- 2 --
NL
1 INLEIDING
Deze handleiding beschrijft het gebruik van het MA4--bedieningspaneel, dat is geïnstalleerd in draadaanvoereenheid AristoFeed 30--4 en AristoFeed 48--4.
Algemene informatie over de werking van de stroombron en draadaanvoereenheid vindt u in de bijbehorende handleiding.
1.1 Bedieningspaneel
1 Display 2 Knop voor instelling van de spanning 3 Knop voor instelling van de draadaan-
voersnelheid en de lasstroom.
4 Verhogen (+) of verlagen (--) selecteren
m.b.v. de functieknoppen.
5 Eerste, tweede en derde functieknop.
1.2 Afstandsbediening
Met de afstandsbediening kunnen de primaire parameters van het lasproces worden ingesteld zonder gebruik te maken van het bedieningspaneel.
Bij Aristo--apparatuur met geïntegreerde bedieningspanelen werkt de afstandsbediening alleen als programmaversie 1.21 of hoger is geïnstalleerd.
Werking bedieningspaneel na aansluiting van de afstandsbediening
S Het display blijft het menu tonen dat zichtbaar was toen de afstandsbediening
werd aangesloten.
De meet-- en instelwaarden worden bijgewerkt, maar worden alleen weergegeven in de menu’s waarin dit mogelijk is.
S Als er een foutcode wordt weergegeven, kan deze pas worden verwijderd nadat
de afstandsbediening is losgekoppeld.
2MENUs
Het bedieningspaneel heeft verschillende menu’s. Het hoofdmenu, het metingenmenu en het instelmenu.
2.1 Het hoofd-- en metingenmenu
Het hoofdmenu verschijnt zodra de machine is ingeschakeld. Het menu toont de ingestelde waardes. Als het hoofdmenu wordt getoond wanneer het lassen begint, schakelt het automatisch over om de gemeten waardes te
bi02d1ha
-- 3 --
NL
tonen (metingenmenu). De gemeten waardes blijven zichtbaar op het display, ook als u stopt met lassen.
Het instelmenu is toegankelijk zonder dat de gemeten waardes verloren gaan. Alleen als de knop wordt verdraaid worden de ingestelde in plaats van de gemeten waarden weergegeven.
2.2 Instelmenu
In het instelmenu kunt u verschillende waardes ingeven.
Druk op , , of om naar het instelmenu te gaan.
Wanneer de voedingsbron wordt uitgeschakeld en opnieuw wordt opgestart, worden de laatst ingestelde waardes weergegeven.
3 MIG/MAG--LASSEN
3.1 Draad of elektrode?
Bij MIG/MAG--lassen wordt een op een haspel gewonden gevulde lasdraad gebruikt. Dit soort elektrode wordt in deze handleiding draad genoemd.
3.2 Instellingen
Instellingen Instellingsbereik In stappen van: Standaardinstelling
Proces MIG/MAG, MMA of
elektrisch gutsen
Tweetakt/viertakt * Tweetakt of viertakt -- Tweetakt
Kratervulling* AAN of UIT -- UIT
Kratervultijd 0--5 s 0,1 s 1,7 s
Smoorspoelwerking 0 -- 100 1 70
Gasvoorstroomtijd 0,1--25,0 s 0,1 s 0,1 s
Kruipstart AAN of UIT -- AAN
Nabrandtijd 1 -- 350 ms 10 ms 100 ms
Gasnastroomtijd 0,1--20 s 1s 1s
Spanning 8--60V 0,25 V (op display we-
Draadaanvoersnelheid 0,8--25,0 m/min 0,1 m/min 5m/min
-- MIG/MAG
12 V ergegeven in één deci­maal)
*) Deze functies kunnen tijdens het lassen niet worden gewijzigd.
bi02d1ha
-- 4 --
NL
MIG/MAG
Bij MIG/MAG--lassen wordt een lasdraad met constante snelheid aangevoerd en ge­smolten. Het lasbad wordt beschermd door het beschermgas.
Tweetakt
Gasvoorstro­omtijd
In werking als de tweetaktregeling van de lastoorts wordt gebruikt.
Hot start
Lassen Krater
vulling
Gasnastroomtijd
Gasvoorstroom (indien gebruikt) begint als de schakelaar van de lastoorts wordt ingedrukt (1). Het lasproces begint. Als de schakelaar wordt losgelaten (2), begint de kratervulling (indien geselecteerd) en de lasstroom wordt ge stopt. Gasnastroom begint (indien geselecteerd).
TIP: Als u tijdens het kratervullen de lastoortsschakelaar weer indrukt, gaat het kratervullen verder totdat de schakelaar wordt losgelaten (stippellijn). Kratervulling kan ook onderbroken worden door de lastoortsschakelaar tijdens het proces snel in te drukken en los te laten.
Viertakt
Gasvoorstro­omtijd
In werking als de viertaktregeling van de lastoorts wordt gebruikt.
bi02d1ha
Hot start
Lassen Krater
vulling
-- 5 --
Gasnastroomtijd
NL
Gasvoorstroom begint als de schakelaar van de lastoorts wordt ingedrukt (1): als u de schakelaar loslaat begint het lasproces. Als de schakelaar weer wordt ingedrukt (3), begint het kratervullen (indien geselecteerd) en wordt de lasstroom verminderd. Als de schakelaar wordt losgelaten (4), stopt het lasproces en start de gasnastroom (indien geselecteerd).
TIP: De kratervulling stopt als de lastoortsschakelaar wordt losgelaten. Als u de schakelaar ingedrukt houdt, gaat de kratervulling door (de stippellijn).
Kratervulling
Kratervulling voorkomt poriën, hittescheuren en kratervorming in de lasnaad.
Smoorspoelwerking
Lage smoorspoelinstelling produceert een hardere, stabielere en geconcentreerde boog. Hoge smoorspoelinstelling geeft een minder harde boog (minder spatten) en meer warmte, zodat het lasbad meer kan uitlopen.
Gasvoorstroom
De gasvoorstroomtijd is de tijd waarin het beschermgas stroomt voordat de boog wordt ontstoken.
Kruipstart
Bij een kruipstart wordt de draad op 50 % van de ingestelde snelheid aangevoerd tot de draad elektrisch contact met het werkstuk maakt.
Nabrandtijd
Nabrandtijd is de vertraging tussen het tijdstip waarop de draadaanvoersnelheid afneemt en het tijdstip waarop de stroombron de lasstroom uitschakelt. Een te korte nabrandtijd resulteert in een langere ”draadpeuk”. Er bestaat dan een kans dat de draad in het stollende lasbad blijft steken. Een te lange nabrandtijd resulteert in een kortere ”draadpeuk”, waarbij de kans bestaat dat de lasboog in het lasmondstuk slaat.
Gasnastroomtijd
Gasnastroomtijd is de tijd waarin het bescher mgas blijft stromen nadat de boog gedoofd is.
Spanning
Een hogere spanning zorgt voor een langere boog en produceert een heter en breder lasbad.
Ongeacht het weergegeven menu kan de waarde voor spanning worden gewijzigd. De waarde wordt alleen in het hoofdmenu weergegeven.
bi02d1ha
-- 6 --
NL
Draadaanvoersnelheid
Voor instelling van de gewenste draadaanvoer snelheid in meter/minuut.
Ongeacht het weergegeven menu kan de waarde voor de draadaanvoersnelheid worden gewijzigd. De waarde wordt alleen in het hoofdmenu weergegeven.
3.3 Symbolen op het display
Functiesymbolen
MIG/MAG Smoorspoel
Tweetakt Viertakt
Gasvoorstroom Gasnastroom
Kratervulling Kratervultijd
Kruipstart Nabrandtijd
Uitleg over d e symbolen
Actief--symbool (donkere achtergrond). Actief betekent dat de bij het symbool behorende functie in werking kan worden gesteld. Nieuwe waardes kunnen alleen worden ingegeven als het symbool actief is.
Non-- actief-- symbool (lichte achtergrond). Non--actief betekent dat de bij het
symbool behorende functie niet veranderd kan worden.
Als er in het instelmenu een non--actief--symbool wordt ingedrukt zal de machine naar het hoofdmenu terugkeren.
bi02d1ha
Een punt in de rechter bovenhoek geeft aan dat kratervulling aanstaat..
-- 7 --
NL
Waard esymbolen
De waardesymbolen voor iedere functie worden in het instelmenu weergegeven.
Weinig smoorspoelwerking Veel smoorspoelwerking
Geen gasstroomtijd Lange gasstroomtijd
Kruipstart AAN Kruipstart UIT
Kortere nabrandtijd Langere nabrandtijd
3.4 Voorbeeld instelling
Hier volgt een voorbeeld van de instellingen die worden gebruikt bij MIG/M AG--las­sen.
Instellingen Waarde
Proces MIG/MAG
Tweetakt/viertakt Viertakt
Kratervulling AAN
Kratervultijd 1s
Smoorspoelwerking 80%
Kruipstart UIT
Nabrandtijd 150 ms
Gasvoorstroomtijd 0,7 s
Gasnastroomtijd 3s
Spanning 30 V
Draadaanvoersnelheid 10,0 m/min
Proces = MIG/MAG--lassen
S Druk op de eerste functieknop voor weergave van het hoofdmenu voor
MIG/MAG--lassen.
bi02d1ha
-- 8 --
Loading...
+ 16 hidden pages