Recht op wijzigingen zonder voorafgaande mededeling voorbehouden.
TOCh
- 3 -
NL
1VEILIGHEID
De gebruiker van een ESAB uitrusting draagt de uiteindelijke verantwoordelijkheid voor de veilig
heidsmaatregelen die van toepassing zijn voor het personeel dat met of in de buurt van de
installatie werkt. De veiligheidsmaatregelen moeten voldoen aan de eisen die aan dit type
uitrusting gesteld worden. De inhoud van deze aanbevelingen moet beschouwd worden als
een aanvulling op de normale regels die van toepassing zijn voor een werkplaats.
Alle handelingen moeten uitgevoerd worden door personeel dat goed op de hoogte is van de
werking van de uitrusting. Een verkeerd maneuver kan tot een abnormale situatie leiden waar
door de operateur gewond kan raken en de machine beschadigd kan worden.
1.Al het personeel dat met de machine werkt, moet goed op de hoogte zijn van:
S de bediening
S de plaats van de noodstop
S de werking
S de geldende veiligheidsvoorschriften
S de las- en snijtechniek
2.De operateur moet controleren:
S of er zich geen onbevoegden binnen het werkgebied van de lasuitrusting bevinden,
voor hij begint te werken.
S of er niemand op een onbeschermde plaats staat wanneer de lichtboog wordt ontsto
ken.
3.De werkplaats moet:
S doelmatig zijn
S tochtvrij zijn
4.Persoonlijke veiligheidsuitrusting
S Draag altijd de aanbevolen persoonlijke veiligheidsuitrusting, waaronder een veilig
heidsbril, niet-ontvlambare kleding en veiligheidshandschoenen.
S Draag nooit loszittende kleding zoals sjaals, armbanden, ringen e.d. die beklemd kun
nen raken, of brandwonden kunnen veroorzaken.
5.Algemene veiligheidsvoorschriften
S Controleer of de aangeduide retourleiders goed aangesloten zijn.
S Alleen bevoegd personeel mag aande elektrische eenheden werken.
S De benodigde brandblusuitrusting moet gemakkelijk bereikbaar zijn op een duidelijk
aangegeven plaats.
S Wanneer de uitrusting in gebruik is, mag hij niet gesmeerd worden en mag er geen
onderhoud uitgevoerd worden.
LET OP!
Dit product is uitsluitend bedoeld voor booglassen.
De vlamboog en het snijden kunnen gevaarlijk zijn voor uzelf en voor anderen; daarom met u
voorzichtig zijn bij het lassen en snijden. Volg de veiligheidsvoorschriften van uw werkgever
op. Ze moeten gebaseerd zijn op de waarschuwingstekst van de producent.
ELEKTRISCHE SCHOK - Kan dodelijk zijn
SInstalleer en aard de uitrusting volgens de geldende normen.
SRaak delen die onder stroom staan en elektroden niet aan met onbedekte handen of met natte
beschermuitrusting.
SZorg dat u geïsoleerd bent van aarde en van het werkstuk.
SZorg ervoor dat u een veilige werkhouding hebt.
ROOK EN GAS - Kunnen uw gezondheid schaden
SZorg ervoor dat u niet met uw gezicht in de rook hangt.
SVervers regelmatig de lucht in de werkruimte en zorg ervoor dat de rook en het gas afgezogen
worden.
LICHTSTRALEN - Kunnen de ogen beschadigen en de huid verbranden
SBescherm uw ogen en uw lichaam. Gebruik een geschikte lashelm met filter en draag altijd be
schermende kleding.
SScherm uw werkruimte af met geschikte beschermmiddelen of gordijnen, zodat niemand anders
gewond kan raken.
BRANDGEVAAR
SDe vonken kunnen brand veroorzaken. Zorg er daarom voor dat er geen brandgevaarlijk mate
riaal in de buurt is.
LAWAAI - Geluidsoverlast kan het gehoor beschadigen
SBescherm uw oren. Gebruik gehoorbeschermers of andere gehoorbescherming.
SWaarschuw omstanders voor de gevaren.
BIJ DEFECTEN - Neem contact op met een vakman.
Lees deze gebruiksaanwijzing grondig door voor u overgaat tot installatie en gebruik.
BESCHERM UZELF EN ANDEREN!
LET OP!
Class A-apparatuur is niet bedoeld voor gebruik in woonomgevingen
waar de elektrische stroom wordt geleverd via het openbare
elektriciteitsnet, dat een lage spanning heeft. In dergelijke omgevingen
kunnen moeilijkheden ontstaan met de elektromagnetische
compatibiliteit van Class A-apparatuur als gevolg van geleidings- en
stralingsverstoringen.
LET OP!
Lees deze gebruiksaanwijzing grondig door voor u
overgaat tot installatie en gebruik.
Breng afgedankte elektronische apparatuur naar een recyclestation!
In overeenstemming met de Europese richtlijn 2002/96/EG betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur en de toepassing hiervan overeenkomstig
nationale regelgeving, moet elektrische en/of elektronische apparatuur aan het einde van
de levensduur naar een recyclestation worden gebracht.
Als verantwoordelijke voor de apparatuur moet u zelf informatie inwinnen over
goedgekeurde inzamelpunten.
Neem voor meer informatie contact op met de dichtstbijzijnde ESAB-dealer.
ESAB heeft alle benodigde lasbeschermingsvoorzieningen en accessoires
voor u.
2INTRODUCTIE
De LAF 1601/ LAF 1601M zijn op afstand bestuurde, driefasige lasstroombronnen
bestemd voor hoogproductief poeder-booglassen (UP).
De lasstroombronnen zijn voorzien van ventilatorkoeling en een thermoschakelaar
tegen overbelasting. Wanneer de thermoschakelaar opent, gaat automatisch het
oranje lampje op het frontpaneel branden. De thermoschakelaar wordt automatisch
teruggesteld, wanneer de temperatuur is gedaald tot een toelaatbaar niveau.
3TECHNISCHE GEGEVENS
LAF 1601LAF 1601M
Aansluiting op het stroomnet:400/415/500 V, 350 Hz
400/440/550 V, 360 Hz
Primaire stroomI
Toegelaten belasting bij:
100 % intermittentie1600 A/ 44 V1600 A /44 V
Instelbereik100-1600 A /24-44 V100-1600 A /24-44 V
Nullastspanning56 V56 V
Nullastvermogen230 W230 W
Rendement89%89%
Vermogensfactor0,860,86
Gewicht585 kg585 kg
Afmetingen L x B x H774 x 598 x 1430774 x 598 x 1430
De IP-code geeft de beveiligingsklasse aan, d.w.z. de graad van bescherming tegen vaste voorwer
pen en vocht. Een apparaat met IP 23 is bestemd voor gebruik zowel binnen- als buitenshuis.
Gebruiksklasse
Het symbool betekent dat de lasstroombron geconstrueerd is voor het gebruik in ruimten
met een verhoogd elektrisch risico.
De installatie dient door een bevoegd persoon te worden uitgevoerd.
Opmerking!
Vereisten voor de netvoeding
Apparatuur met een hoog vermogen kan de vermogenskwaliteit van het openbare elektriciteitsnet
beïnvloeden door de primaire stroom die van het net wordt afgenomen. Voor sommige typen
apparatuur kunnen daarom aansluitbeperkingen of -vereisten gelden met betrekking tot de
maximaal toegestane netimpedantie of de vereiste minimale toevoercapaciteit bij het aansluitpunt
op het net (zie technische gegevens). In dat geval is het de verantwoordelijkheid van de
installateur of gebruiker van de apparatuur om indien nodig in overleg met de netwerkbeheerder te
waarborgen dat de apparatuur kan worden aangesloten.
4.1Plaatsing
WAARSCHUWING!
Veranker de uitrusting, met name wanneer de
ondergrond niet egaal is of schuin afloopt.
Verwijder de linker zijplaat.
Voer de wijzigingen uit in de aansluitingen op de
hoofd- en stuurtransformator volgens de
aansluitinstructie op bladzijde 16.
SKies een voedingskabel met een passende
kabeldoorsnede en zeker de kabel af met de juiste
zekering in overeenstemming met de plaatselijke
voorschriften (zie tabel op pagina 8).
SVerwijder de frontplaten (2 stuks).
SSluit de massakabel aan op de bout met
het opschift .
SHaal de trekontlasting (1) aan.
SSluit de voedingskabels aan op de hoofdaansluitblokken L1, L2 en L3 (5).
SSluit de stuurkabel tussen de lasstroombron en de besturingskast aan op het
28-polige contact (2) binnen in de lasstroombron.
SSluit de 1-polige voedingskabel (4) voor de meting van de boogspanning aan op
de nulleider/laskop.
SSluit een passende las- en nulkabel aan op de contacten (3) met het opschrift
+ en - op het front van de lasstroombron.
SMonteer de zij- en frontpanelen.
Aansluiting op het net
LAF 160150 Hz60 Hz
Spanning (V)400 / 415500400 / 440550
Fasestroom I
Kabeldoorsnede (mm2)3 x 70+353 x 50+353x70+ 353x70+ 35
De bovenstaande kabeldiameters en zekeringen zijn in overeenstemming met de Zweedse
regelgeving. Ze zijn misschien niet van toepassing in andere landen: zorg dat de kabeldiameters en
zekeringen in overeenstemming zijn met de nationale
regelgeving.
De algemene veiligheidsvoorschriften voor het gebruik van de hier beschre
ven uitrusting vindt u op pagina 4. Lees deze voorschriften zorgvuldig door,
voordat u de uitrusting in gebruik neemt.
N.B. Lasstroombron nooit zonder zijplaten gebruiken!
NB! Om de PEI-bedieningseenheid te gebruiken, moet de stroombron op de analoge
stand zijn ingesteld.
5.1Bedieningsorganen
Het frontpaneel bestaat uit:
1.Hoofdschakelaar voor in- en uitschakeling van de netspanning en
de ventilator in de lasstroombron.
SStand “1” Aan
SStand “0” Uit
2.SHet controlelampje (wit) brandt bij bediening van de
hoofdschakelaar.
3.Controlelampje voor oververhitting (oranje)
SHet controlelampje brandt, wanneer de thermoschakelaar de
stroom verbreekt bij oververhitting van de lasstroombron.
SHet controlelampje dooft, wanneer de temperatuur in de
lasstroombron gedaald is tot een toelaatbaar niveau.
4.Drukknop voor het terugstellen van de automatische zekering FU2
voor een voedingsspanning van 42 V.
Alle garantievoorwaarden van de leverancier komen te vervallen als de klant zelf tijdens
de garantieperiode reparaties uitvoert.
6.1Reiniging
6.1.1Lasstroombron
WAARSCHUWING!
Een verstopte of geblokkeerde luchtuitlaat/luchtinlaat leidt tot oververhitting.
SReinig de lasstroombron zo nodig.
Doe dat bij voorkeur met droge perslucht.
6.1.2Contactgever
WAARSCHUWING!
Gebruik nooit perslucht om de contactgever schoon te spuiten zonder de
contactgever helemaal te demonteren.
Opmerking!
Houd de magnetische onderdelen schoon voor een veilige werking van de
contactgever.
Bij het schoonmaken van de contactgever dient u deze volledig te demonteren en
de onderdelen stuk voor stuk schoonmaken. U kunt ook een andere contactgever
monteren.
7BESTELLEN VAN RESERVEONDERDELEN
Reparaties en elektrisch onderhoud moeten worden uitgevoerd door een erkende
ESAB-onderhoudsmonteur.
Gebruik alleen originele ESAB-onderdelen.
LAF 1601/ LAF 1601M is zodanig geconstrueerd en getest dat deze voldoet aan de
internationale en europese norm EN 60974-1 en EN 60974-10. Na onderhoud- of
reparatiewerkzaamheden dient de uitvoerende instantie erop toe te zien dat het pro
duct nog steeds voldoet aan de bovengenoemde norm.
Reserveonderdelen kunt u bestellen via de ESAB-dealer. Zie de laatste pagina van
deze publicatie.