BruksanvisningManuel d´instructions
BrugsanvisningGebruiksaanwijzing
BruksanvisningInstrucciones de uso
KäyttöohjeetInstruzioni per l´uso
Instruction manualManual de instruções
BetriebsanweisungΟδηγίες Χρήσεως
0458 165 - 001 030827 Valid for Serial NO 917 XXX-XXXX
Rätt till ändring av specifikationer utan avisering förbehålles.
Ret til ændring af specifikationer uden varsel forbeholdes.
Rett til å endre spesifikasjoner uten varsel forbeholdes.
Oikeudet muutoksiin pidätetää n.
Rights reserved to alter specifications without notice.
Änderungen vorbehalten.
Sous réserve de modifications sans avis préalable.
Recht op wijzigingen zonder voorafgaande mededeling voorbehouden.
Reservado el derecho de cambiar las especificaciones sin previo aviso.
Ci riserviamo il diritto di variare le specifiche senza preavviso.
Reservamo-nos o direito de alterar as especificações sem aviso prévio.
∆ιατηρείται το δικαίωµα τροποποίησης προδιαγραφών Χωρίς προειδοποίηση.
Esab Welding Equipment AB, 695 81 Laxå, Zweden verklaart hierbij met volle
verantwoordelijkheid d at de DTG 405 stroombron met alsserienummer 917 928 00 1in
overeenstemming is met de Norm EN 60974-1 volgens de eisen van de Richtlijn 73/23/
EEG Supplementen 93/68/EEG.
Laxå 1999-07-09
Anders Birgersson
Directeur
Esab Welding Equipment AB
695 81 LAXÅ
ZWEDENTel: +46 584 81000Fax: +46 584 411924
2VEILIGHEID
Gebruikers van de ESAB lastoestellen moeten ervoor zorgen dat de personen die met de machine werken
of die in de buurt van de machine staan, alle veiligheidsmaatregelen naleven.
De veiligheidmaatregelen komen overeen met de maatregelen voor deze speciale lastoestellen.
Naast de normale maatregelen voor de werkplaats, moeten ook de volgende richtlijnen in acht worden
genomen.
Enkel opgeleide personen, die met de bediening en de functies van het toestel vertrouwd zijn mogen het
lastoestel bedienen.
Door ongepast gebruik van het toestel kan de bediener van het toestel gevaar lopen of het toestel kan stuk
gaan.
1.De bediener van het lastoestel moet vertrouwd zijn met:
• de bediening
• de functies
• de geldige veiligheidsmaatregelen
• het lassen.
2.De bediener moet ervoor zorgen:
• dat geen onbevoegde personen in de werkruimte aanwezig zijn als het toestel wordt aangezet.
• dat alle personen die zich dichtbij de brandende lichtboog bevinden de nodige bescherming
dragen.
3.De werkplaats moet:
• aangepast zijn aan het doeleinde
• vrij zijn van tocht.
4.Persoonlijke beschermingsuitrusting:
• Draag altijd de aangepaste beschermingsuitrusting zoals bijvoorbeeld lashelm, brandvrije kledij, en
handschoenen
• Draag geen loszittende voorwerpen zoals riemen, armbanden, ringen, enz. die kunnen blijven
hangen of brandwonden veroorzaken.
5.Allerlei:
• Zorg ervoor dat de overeenkomende werkstukkabel goed aangesloten is.
• Enkel bevoegd personeel mag de hoogspanningstoestellen bedienen.
• De nodige brandblusapparaten moeten zichtbaar aanwezig en makkelijk bereikbaar zijn.
• Smering en onderhoud van de toestellen mag niet tijdens de werking gebeuren.
- 130 -
NL
WAARSCHUWING
DOOR HET LASSEN EN SNIJDEN MET EEN LICHTBOOG KAN U ZICHZELF OF ANDEREN
VERWONDEN. TREF ALLE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ HET LASSEN. VOLG ALLE
VEILIGHEIDSRICHTLIJNEN VAN UW WERKNEMER NA. DEZE RICHTLIJNEN ZIJN OPGEMAAKT
OP BASIS VAN DE VOORZORGSMAATREGELEN VAN DE FABRIKANT.
ELEKTRISCHE SHOCKS- kunnen de dood als gevolg hebben.
•Installeer en aard het lastoestel volgens de geldende normen.
•Geen delen onder stroom noch elektroden met bl ote handen, natte han dschoenen of natte kledij
aanraken.
•U moet zichzelf van de aarding en het werkstuk isoleren.
•Zorg ervoor dat uw werkplaats veilig is.
LAS ROOK EN GASSEN - Kunnen de gezondheid schaden.
•Uw hoofd uit de rook houden.
•Gebruik een ventil atiesysteem of luch tververser bij de lic htboog, of beid e, om de rook en gassen
rond de werkruimte weg te zuigen
STRALING VAN DE LICHTBOOG - Kan uw ogen beschadigen en uw huid verbranden.
•Bescherm uw ogen en uw huid. Gebruik een lashelm met lasglas en draag veiligheidskledij.
•Bescherm omringend personeel met aangepaste schermen of gordijnen.
BRANDGEVAAR
•De vonken bij het lassen kunnen brand veroorzaken. Zorg ervoor dat er geen brandbare
materialen in de buurt zijn.
LAWAAI - Overmatig lawaai kan het gehoor schaden.
•Bescherm uw oren. Gebruik oordoppen of een andere oorbescherming.
•Waarschuw het omringend personeel over het gevaar.
STORING - Roep de hulp in van een expert bij geval van storing.
DE GEBRUIKSAANWIJZING DOORLEZEN VOORALEER U HET LASTOESTEL INST ALLEERT EN
IN GEBRUIK NEEMT.
BESCHERM UZELF EN DE ANDEREN!
3INLEIDING
OPGELET!Alle garantieverplichtingen van de leverancier vervallen op het
moment dat de klant de defecten van het toestel zelf probeert te
repareren tijdens de garantieperiode.
3.1Algemeen
De DTG 405 is een lasgelijkrichter met invertertechnologie voor TIG- en
elektrodelassen. Er kan gelast worden met zowel gelijkstroom als wisselstroom.
De invertertechnologie heeft verschillende voordelen zoals een laa g energie verbruik, een
licht gewicht en een klein formaat.
Moderne electronica zorgt voor een snelle regeling van de lasstroom met
lasstroomeigensch appen van topkwaliteit.
3.2Leveringsomvang
De DTG 405 wordt geleverd met:
• 5,1 m. voedingskabel.
• 5 m. werkstukkabel.
• 1,8 m. slang voor het beschermgas met 2 slangklemmen.
- 131 -
NL
3.3Technische gegevens
DTG 405
Regelbereik tig-lassen3-400 A
Regelbereik elektrode lassen3-400 A
Open Spanning gelijkstroom/
wisselstroom
Stroominstellingcontinu
ED 100%236 A
ED 60%305 A
ED 35%400 A
Max. elektrodediameter bij elektrode
lassen
Netspanning (50-60 Hz)400 V, 3 fassen
Max. capaciteit S116.1 kVA
Capaciteit S1 (100%)7.5 kVA
Max. stroomverbruik I123.3 A
Cos
ϕ0.89
Zekeringwaarde (traag)25 A
Primaire kabeldoorsnede4x4 qmm
Type netaansluitingCEE32
Type bescherming (IEC 529)IP23
90 / <48 V
6 mm
KoelingAF
Afmetingen910x642x835 mm.
Gewicht116 kg.
Inschakelduur
De inschakelduur toont de tijd in procent voor een periode van tien minuten waarin met
een gegeven stroomsterkte kan lassen zonder de stroomtoevoer te overladen.
Toepassing.
Het symbool betekent dat de stroomtoevoer voor het lastoestel ontworpen is om in
lokalen te werken met een verhoogd elektrischgevaar.
Bescherming
De IP code geeft de bescherming aan, m.a.w. de graad van bescherming tegen
doordringing van vaste voorwerpen en water. Toestellen met het symbool IP 23 zijn
ontworpen voor binnen- en buitengebruik.
S
- 132 -
NL
4INSTALLATIE
4.1Algemeen
De installatie moet aangesloten worden door een specialist.
WAARSCHUWING
Dit product is ontworpen voor industrieel gebruik. Bij huishoudelijk gebruik kan dit
toestel radiostoringen veroorzaken. De gebruiker is verantwoordelijk vo or de
nodige voorzorgsm aatregelen.
Netspanning400 V ± 10% 3 fassen
Netfrequentie50-60 Hz
Zekering, traag25 A
Netkabel, dwarsdoorsnede4x4 mm.2
2
Laskabel, dwarsdoorsnede50 mm.
4.2Opstelling en aansluiting
Om de spanningsdaling bij gebruik van een lan ge kabel te vermindere n, is het aan te
raden om een kabel te gebruiken met een grotere kabeldoorsnede.
• Stel het lastoestel zo op dat de inlaat en de uitlaat voor het luchtkoelingssysteem
open blijven.
• Het beschermgas aansluiten
• De TIG-toorts en de werkstukkabel aansluiten, of de laskabel en de werkstukkabel
aansluiten (zie fig. pagina 134).
• Zorg ervoor dat het lastoestel aan de juiste netspanning is aangesloten en dat ze
voldoende beschermd is. Zorg ook voor een beschermende aarding overeenkomstig
de gebruiksaanwijzing.
De aansluitingsgegevens zijn aangegeven op de achterkant van het lastoestel.
De machine is nu klaar voor gebruik.
- 133 -
NL
5GEBRUIK
5.1Algemeen
Algemene voorzorgsmaatregelen voor het gebruik van het lastoestel kunt u vinden op
pagina 1.
Lees de gebruiksaanwijzing alvorens het lastoestel te gebruiken.
5.2Bedieningspaneel en aansluitingen
ANetschakelaarFAansluitingskabel voor de bediening van
de TIG-toorts.
BKoelwater-terugloop (rood)G Gasaansluiting voor de TIG-toorts
CKoelwater-uitlaat (blauw)HAansluiting afstandsbediening
DSnel-koppeling voor de TIG-toortsISnelkoppeling plus
ESnel-koppeli ng mi nJCentraal aansluiting, TIG-toorts
Opgelet! De standen F en G zijn niet beschikbaar voor versies met een centrale
aansluiting.
5.3Afstandsbediening
De lasstroom tijdens het het TIG- of elektrodelassen kan met de afstandsbediening
geregeld worden.
Met de (voet) af standsbediening kunt u een lasstroom tussen 3 A en de ingestel de
lasstroom I2 op het toestel kiezen.
- 134 -
NL
5.4Bescherming tegen oververhitting
• Het ingebouwde thermische beveiliging beschermt het lastoestel tegen overbelasting.
• Het lassen wordt onderbr oke n en de fou tdi sp la y (16 ) ge eft de stori ng "4" aan .
• Het toestel moet u in deze toestand laten afkoelen met de netschakelaar en de
ventilator ingeschakeld.
OPGELET!Wanneer de storing "4" verdwijnt, dan is bij de stand "Elektrode" de
spanning bij nullast ingeschakeld, bij de positie "TIG" kan het lastoestel
opnieuw opgestart worden met de knop op de toorts.
Na het afkoelen, start het toestel automatisch op.
Zorg ervoor dat de electrode de lastafel, het werkstuk of een ander
geleidend voorwerp niet raakt tijdens het afkoelen om zo ongewenste
onsteking van de lichtboog te vermijd en bi j het herop s tarten.
Een onopzettelijk ontstoken lichtboog kan de elektrodehouder, het
werkstuk of het toestel beschadigen.
5.5Bedieningspaneel
1Draaiknop,
puntlastijd
2
3LED, externe
4LED,
5LED,
Bedienings
keuzeschakelaar
stroomkeuze
netspanning
lassen
Met deze draaiknop kan u de duur van puntlastijd instellen.
De tijd ligt tussen 0,1 en 10 sec.
• Elektrodelassen met beklede elektroden.
• TIG-puntlassen.
• TIG-lassen met 4 - taktfunctie.
• TIG-lassen met 2 - taktfunctie.
LED licht op, als er een voet- of handafstandsbediening wordt
aangesloten.
De groene LED licht op als het toestel wordt aangesloten aan de
netspanning en de hoofdschakelaar wordt ingescha keld.
LED licht op als de lasstroomaansluit ingen onder spanning komen te
staan.
Bij de TIG-bediening, als de knop van de toorts geactiveerd wordt of,
als er voor elektrodelassen gekozen wordt.
- 135 -
NL
6LED,
beschermgas
aan.
7LED,
“Up-Slope“
8Instelling,
“Up-Slope“
9DisplayGeeft de waarde van de lasstroom aan voor de functie die op dat
10Instelling, I4 Stelt de pulsstroom I4 in tijdens pulserend lassen.
11LED, I4 actiefI4 actief. Tijdens gepulst bedrijf: Wisselt tussen de twee displays I4 en
12LED,
“Down-Slope“
13Instelling
“Down-Slope“
14Knop, gastestOm de slangen handmatig te spoelen met beschermgas. Door deze
LED licht op als de magnetische klep wordt geopend en het
beschermgas begint te stromen.
Als het toestel wordt aangeschakeld, dan worden de slangen
automatisch gespoeld met beschermgas.
LED licht op tijdens de Up-Slope.
Stelt de Up-Slopetijd in gerekend vanaf de min. stroom de l1 tot de
lasstroom I2.
Door de knop tegen de wijzers in te draaien daalt de Up-Slopetijd.
moment gebruikt wordt.
I2 met een vaste stroomstootfrequentie.
LED licht op tijdens Down-Slope.
Stelt Down-Slopetijd in gerekend vanaf de lasstroom I2 tot de
eindstroom I3.
Met de Down-Slope wordt een krater op het einde van de las
vermeden.
knop in te drukken, gaat de gasklep open zonder de elektrode onder
lasspanning te brengen.
Bij pulserend lassen: Als de knop voor de gas test wordt ingedrukt, dan
schakelt de display (10) over naar de I4 waarde.
15Display,
storingscode
16LED, centrale
storing
17Instelling
gasnastroomtijd
18Instelling,
wisselstroomfrequentie
19LED,
uitschakelings
stroom I3
20Instelling,
Balansregeling
21Stroomkeuze -
schakelaar
22LED, I1LED licht op, als de ontstekingsstroo m I1 actief is.
23Schakelaar,
pulserend
lassen/
normaal
lassen
,
Geeft mogelijke storingen aan.
LED licht op als er zich een storing voordoet in het toest el.
De storingsmelding verschijnt in de storing-display.
Stelt de gasnastroomtijd in na beëindiging van het lassen om zo het
smeltbad te beschermen.
De tijd kan ingesteld worden van ca. 0,2 tot ca. 30 sec.
Traploze instelling van de wisselstroomfrequentie tussen 50 Hz en
200 Hz.
LED licht op als de uitschakelingsstroom I3 actief is.
Als de draaiknop op de middelpositie wordt geplaatst, dan is het
aandeel van de positieve en de negatieve halve golf gelijk bij het
wisselstroomlassen.
Deze draaiknop werkt niet bij het gelijkst room lassen.
• Gelijkstroom (DC) met lift-arc-ontsteking
• Gelijkstroom (DC) met HF-ontsteking
• Rechthoekige wisselstroom (AC) met HF-ontsteking
• Sinusoïdale wisselstroom (AC) met HF-ontbranding
• Snelle puls
Pulsfrequentie van 250 Hz tot 5 Hz.
• Normale puls
Pulsfrequentie van 25 Hz tot 0.5 Hz.
• Normaal lassen
Normaal TIG-lassen zonder pulserende lasstroom.
- 136 -
NL
24Instelling,
ontstekingsstroom I1 SoftHot start
25Instelling,
pulstijd I2
26Instelling,
lasstroom I2
27LED,
lasstroom I2
28Instelling,
pulstijd I4
29Instelling,
uitschakelings
stroom I3
Draaiknop I1 bepaalt het ontsteekgedr ag bij elektrode- en TIG-lasse n.
De lasstroom kan procentueel ten opzichte van de maximael
lasstroom ingesteld worden.
Stelt de pulstijd voor de stroom I2 in.
Stelt de lasstroom in.
De lasstroom kan ingesteld worden bij null ast en verschijnt op de
display met 7 segmenten.
LED licht op, als de lasstroom I2 actief is.
Bij gepulst bedrijf: Wisselt tussen de displays I2 en I4 met een vaste
pulsfrequentie.
Stelt de pulstijd voor de stroom I4 in.
Stelt de uischakelingsstroom I3 in.
Kies een waarde die geen krater aan het einde van de naad
veroorzaakt.
5.5.1Storingscodes
StoringMogelijke oorzaakOplossing
1Primaire
overspanning
2Primaire
onderspanning
3Primaire
overspanning
4Te hoge
temperatuur
5Storing bij het
koelwater
Storing in de stroomtoevoerKlantens ervice op de hoogte brengen
Storing bij de
stroomtoevoer
Defecte zekeringen
Generator is te kleinGebruik een generator met voldoende
De gebruikte spanning
komt niet overeen met de
voorgeschreven spanning
De toegelaten inschakelduur is overschreden
De luchttoelaat is
geblokkeerd
Te hoge temperatuur in de
werkruimte
Koelsysteem zonder waterVullen (Vergeet het antivriesmidde l niet!)
Defecte of verstopte
schakelaar
Controleer de stroomtoevoer
capaciteit
Controleer de stroomtoevoer.
Laat het toestel afkoelen met de
ventilator.
Controleer de luchttoevoer
Laat het toestel afkoelen met de
ventilator.
Een nieuwe schakelaar installeren.
Defecte waterpompEen nieuwe pomp installeren
- 137 -
NL
5.5.2Keuzeschakelaar voor werkmethoden (2)
Electrodelassen (MMA)
Lassen met beklede electroden.
De HF-eenheid en de lift-arc-functie zijn aangeschakeld, de Soft-Hot-Start functie is
geactiveerd.
TIG-Puntlassen
(Up-Slope en Down-Slope actief)
Lassen met vastgelegde tijdsduur (instelbaar van 0,1 tot 10 sec).
Door de knop van de toorts in te drukken:
• De lichtboog wordt ontstoken.
• De stroomsterkte stijgt tot de ingestelde lasstroomsterkte.
• De puntlastijd verstrijkt.
• De lasstroomwaarde daalt tot de ingestelde uitschakelingstroom.
• De lichtboog dooft uit en de ingestelde gasnastroomtijd verstrijkt.
• Door de knop van de brander nog eens in te drukken, kan het hele proces herhaald
worden.
4 - takt functie
onafgebroken lassen
• Door de knop van de toorts in te drukken begint de ontsteekstr oom I1 ( Soft-Hot-St art)
te stromen.
• Door de knop van de toor ts te lossen wordt de hoofdstr oom I2 geact iveerd (Up-Slo pe
actief).
• Door de knop van de toorts ingedrukt te houden, wordt de Down-Slope gestart.
• Door de knop van de toorts te lossen wordt het lassen beëindigd.
2 - takt functie
kort hechtlassen
• Door de knop van de toorts in te drukken, wordt de lichtboog ontstoken. (Up-Slope
actief).
• Door de knop los te laten, wordt de Down-Slope geactiveerd, en als de
uitschakelstroom bereikt is, wordt het lassen beëindigd.
5.5.3Lasstroomkeuzeschakelaar (22)
Gelijkstroom (DC) met lift-arc-ontsteking
• Plaats de toorts met de elektrode op de positie waar u het lassen wilt starten.
• Druk op de knop van de toorts.
• Hef de toorts op om de lichtboog te ontsteken.
• De lasstroom stijgt naar de ingestelde stroomsterkte.
Om het lassen te beëindigen, de knop van de toorts loslaten.
De lasstroom daalt tot de ingestelde uitschakelstroom.
- 138 -
NL
1
De toorts plaatsen.
2
Op de knop van de toorts
drukken.
3
De toorts schuin
houden.
De lichtboog ontbrandt
bij het opheffen.
4
Om het lassen te
beëindigen, de knop van
de toorts loslaten.
Gelijkstroom (DC) met HF-ontsteking
(contactloze ontsteking)
• De toorts met de elektrode op het punt plaatsen waar u met het lassen wil beginnen.
• Op de knop van de toorts drukken.
• De lichtboog ontsteekt.
• De lasstroom stijgt tot de ingestelde waarde.
Om het lassen te beëindigen, de knop van de toorts loslaten.
De lasstroom daalt tot de ingestelde uitschakelstroom.
Rechthoekige (square wave) wisselstroom (AC) met HF-ontsteking
• Hoogste doeltreffendheid, door de stabiele lichtboog.
• Voor licht metaa l zoals aluminium en magneziu m.
Sinusvormige wisselstroom (AC) met HF-ontsteking
• Hoge doeltreffendheid.
• Minder lawaai dan bij de rechthoekige wisselstroom (AC).
5.5.4Afstandsbediening
LED voetafstandsbediening
Deze LED geeft aan dat een voetafst andsbedien ing is aangesloten o m de stroomste rkte
bij het lassen te regelen.
Het toestel schakelt automatisch over op het lassen met 2- takt zonder Up-Slope of DownSlope.
Door de voetafstandsbediening te gebruiken, wordt de maximale lasstroomsterkte
geregeld door de draaiknop I2 (27).
LED handafstandsbediening (stroomkeuze extern)
Deze LED (3) licht op als een externe voet- of handafst andsbediening aangesloten wordt.
De lasstroom wordt hiermee ingesteld.
De maximale lasstroom wordt ingesteld met de draaiknop I2 (27). Bij het aansluiten van
een handafstandsbediening moeten de Up-Slope (9) en de Down-Slope (14) ingesteld
worden.
- 139 -
NL
5.6Electrodelassen (MMA)
5.6.1Instellingen van het bedieningspaneel bij elektrodelassen.
De polariteit van de elekt ro de ha ng t a f va n he t so or t e l ektrod e en het lasproces. Volg de
gebruiksaanwijzing op de verpakking van de elektrode.
Lassen met pulserende stroom is mogelijk.
1. Sluit de lasstroomkabel aan de snelkoppeling (E) en (I) overeenkomstig de
polarisatie.
2. Methodekeuzeschakelaar (2) op elektrodelassen plaatsen.
LED (6) geeft de openspanning aan.
3. Met de lasstroomkeuzeschakelaar (22) het gewenste lasstroomtype instellen.
4. Met de draaiknop I1 (25) de Soft-Hot-Start-functie instellen.
Op de stand 0, verloopt de ontsteking altijd met een minimale stroomsterkte. Bij de
positie van 25%, is de ontstekingsstroom van een toestel me t maximaal 400 A
stroom, ongeveer 100 A.
5. Met de draaiknop (27) de lasstroomsterkte I2 instellen.
De lasstroom kan geregeld worden met een hand- of voetafstandsbediening.
- 140 -
NL
5.7TIG-lassen
Bij het TIG-lassen heeft de methodekeuzesch akelaar drie standen:
• Puntlassen
• TIG-lassen met 4 - takt functie
• TIG-lassen met 2 - takt functie
5.7.1Instelling van het controlepaneel bij TIG-lassen
1. Verbind de TIG-toorts met de aansluiting van de controlekabel (F) en de
gasaansluiting (G). Sluit de werkstukkabel aan de positieve koppeling (I).
Sluit de TIG-toorts met centraal-aansluiting aan op koppeling (J).
2. Gasvoorstroomtijd is vooraf intern ingesteld.
3. Plaats de methodekeuzeschakelaar (2) op de gewenste stand.
(Voor uitleg ove r de verschillende methodes, zie pagina 138.)
LED (6) geeft de lutg an gs spa nning aan na het indrukken van de knop van de toort s.
4. Kies de gewenste stroomsoort en de ontstekingsmethode met de
lasstroomkeuzeschakelaar (22).
5. Met de draaknop I1 (25) de Soft-Hot-Start-functie instellen.
Bij de stand 0 verloopt de ontsteking altijd met een mininale stroomsterkte. Bij de
stand van 25%, is de ontstekingsstroom van een toestel met maximaal 400 A
stroom, onge veer 100 A.
6. Met de draaiknop (27) de gewenste lasstroomsterkte I2 instellen.
De lasstroom kan met een hand- of voetafstandsbediening geregeld worden.
7. De Up-Slope met de draaiknop Up-Slope (9) instellen.
8. De Down-Slope met de draaiknop Down-Slope (14) instellen.
9. Met de draaiknop I3 (30) de gewenste uitschakelstroom instellen.
10. De gasnastroomtijd met de draaiknop (18) instellen.
- 141 -
NL
5.7.1.1Puntlassen
1. De puntlastijd met de draaiknop (1) tussen 0,1 en 10 sec. instellen.
2. De gasnastroomtijd met de draaiknop (18) instellen.
3. De knop van de toorts kort indrukken om het lasproces te onderbreken na de
ingestelde tijd.
Door de knop opnieuw in te drukken, wordt het proces herhaald.
5.7.1.2TIG-lassen met 4 - takt functie
Fase 1:Door de knop van de toorts in te drukken wordt de Soft-Hot-Start
(ontstekingsstroom) losgelaten, de ingestelde gasvoorstroomtijd verstrijkt.
De lichtboog ontbrandt als gevolg van de ontstekingsstroom ingesteld door
middel van de draaiknop I1 (25).
Fase 2:Door de knop van de toorts los te laten, neemt de lasstroomsterkte I2 toe als
gevolg van de door de draaiknop Up-Slope ingestelde tijdsduur.
Fase 3:Door de knop weer in te drukke n, start de Down-Slope funct ie en daalt de stroom
tot de ingestelde uitscha kel stroo m I3.
Fase 4:Door de knop van de toorts los te laten, dooft de lichtboog en de ingestelde
gasnastroomtijd verstrijkt.
- 142 -
NL
Het TIG-lasproces met 4 - takt functie
4
3
2
1
5
6
7
1. De gasvoorstroomtijd is vooraf intern ingesteld.
2. De ontstekingsstroom I1 met de draaiknop (25) instellen.
3. Up-Slope met draaiknop (9) instellen; bij een maximale instelling (I2=400A) wordt
een stroomtoename van 10 sec bereikt. De stroomtoename hangt af van de
lasstroom I2.
4. De lasstroom I2 met draaiknop (27) instellen.
5. Down-Slope met draaiknop (14) instellen ; bij een maximale instelling (I2=400A)
wordt een stroomafname van 10 sec. bereikt. De stroomafname hangt af van de
lasstroom I2.
6. De uitschakelingsstroom I3 met de draaiknop (30) instellen.
7. De gasnastroomtijd met de draaiknop (1 8) instellen 0,2 – 30 sec.
5.7.1.3Het TIG-lassen met 2 - takt functie
Fase 1:Door de knop van de toorts in te drukken, wordt de Soft-Hot-Start gestart en de
ingestelde gasvoorstroomtijd verstrijkt.
De lichtboog ontsteekt met de ontstekingsstroom ingesteld door middel van de
draaiknop I1 (25).
Als de ingestelde ont stekingstijd is ver streken, stijgt de stroom m et de Up-S lope
snelheid die was ingesteld door middel van de Up-Slope (9) tot aan de
lasstroomsterkte die was ingesteld door middel van de draaiknop I2 (27).
Fase 2:Door de knop van de toorts los te laten, daalt de stroom tot de ingestelde
uitschakelstroom I3 over een tijdsduur inge steld met de draaiknop D own-Slope.
Daarna dooft de lichtboog uit en de gasnastroomtijd verstrijkt.
- 143 -
NL
5.7.1.4Schakelaar gepulst/normaal lassen (24)
Snelle puls
The lichtboog pulseert tussen de twee stroomsterkten die ingesteld werden door middel
van de draaiknop I2 (hoogste waarde) (27) en de draaiknop I4 (laagste waarde) (11).
De tijd voor I2 kan door midd el van de draaikn op pulsti jd I2 (26) ing esteld wo rden; de tij d
voor I2 wordt door middel van de draaiknop pulstijd (29) ingesteld.
De lasstroom I4 kan niet ingesteld worden zonder de gastestknop (15) in te drukken.
De intervallen die met deze kno p kunnen inge steld wo rden, re iken van 0, 002 tot 0,1se c.,
wat overeenkomt met een frequentiebereik van 250 tot 5 Hz.
Normale puls
De lichtboog pulseert tussen de twee stroomsterkten ingesteld door middel van de
draaiknop I2 ((hoogste waarde) (27) en de draaiknop I4 (laagste waarde) (11).
De tijd voor I2 kan door midd el van de draaikn op pulsti jd I2 (26) ing esteld wo rden; de tij d
voor 14 wordt door middel van de draai k nop puls ti jd (29 ) ingesteld.
De lasstroom I4 kan niet ingesteld worden zonder de gastestknop (15) in te drukken.
De intervallen die met deze knop kunnen worden inges teld reiken van 0,0 2 tot 1 sec., wat
overeenkomt met een frequentiebereik van 25 tot 0,5 Hz.
- 144 -
NL
5.7.2Instelling, gelijkstroom en wisselstroom
Instellen van het gewenste lasstroomtype met de keuzeschakelaar (22).
5.7.2.1Gelijkstroom
Bij het lassen met gelijkstroom is de elektrode (TIG- en elektrodelassen) aan de negatieve
pool aangesloten en de werkstukkabel aan de positieve pool.
5.7.2.2Wisselstroom
Aansluiting zoals bij de gelijkstroom. Er kunnen twee verschillende soorten wisselstroom
gekozen word en door middel van de keuzeschakelaar (22).
• Een rechthoekige wisselstroom, met de typische stabiele lichtboog, maar met meer
lawaai tijdens het werken.
• Een sinusvormige wisselstroom zorgt voor een wisselstroomcurve met minder lawaai.
Met de draaiknop wisselstroomfrequentie (19) kan de frequentie continu aangepast
worden van 50 tot 200 Hz . Hoe h oger de w isselstroom frequen tie, hoe g econcentr eerder
en stabieler de lichtboog.
Deze instelling is aangepast voor lagere stromen en voor het lassen van dunne platen.
Met de draaiknop wisselstroo m balans (21) kan de balans tussen de positieve en de
negatieve halve golf geregeld worden.
Een verschuiving van de balans in de positieve richting zorgt voor een grotere reinigende
werking. Een verschuiving naar de negatieve kant zorgt voor een diepere inbranding.
5.8Gedwongen onderbreking
Als de knop van de toorts of van de voetafstandsbediening geactiveerd wordt, maar er
geen lichtboog tot stand komt, dan wordt de spanning automatisch na 2 seconden
uitgeschakeld. De spanning wordt ook uitgeschakeld als de lichtboog dooft.
De lichtboog kan opnieuw opgestart worden door de knop van de toorts los te laten en
opnieuw te activeren.
Deze functie beschermt tegen:
• Ongecontrolleerde lichtboog ontsteking • Een lek van beschermend gas
• Materiële schade• Ongevallen
- 145 -
NL
6ONDERHOUD
6.1Algemeen
OPGELET!Alle garantieverplichtingen van de leverancier vervallen op het
moment dat de klant de defecten van het toestel zelf probeert te
repareren tijdens de garantieperiode.
6.2Controle en schoonmaak
Maak de stroom bron een keer per jaar schoon met droge en onder lage druk
samengeperste lucht. Maak het stoffilter regelmatig schoon. Als de machine in een
stoffige of smerige werkruimte staat, moet ze vaker schoongemaakt worden.
Voor een maximale veiligheid, moet de machine regelmatig door een bevoegd
persoon op veiligheid worden geïnspecteerd (nen 3140 3Edruk).
HW 18, 3,8 m OKC, watergekoelt0588 000 748
HW 18, 7,2 m OKC, watergekoelt0588 000 749
HW 18, 3,8 m centrale ansluiting, watergekoelt0588 000 750
HW 18, 7,2 m centrale ansluiting, watergekoelt0588 000 751
2
)
Bestelnummer
8BESTELLING VAN RESERVEONDERDELEN
Reserveonderdelen kunnen besteld w orden bij de d ichtstbijzijn de ESAB vestiging ( zie de
laatste pagina van deze uitgave). Als u reserveonderdelen bestelt, moet u het
machinetype, het serienummer, en de naam en het nummer van het re serveonderde el
volgens de lijst op pagina 224 verm e ld en .
Zo zullen de juiste reserveonderdelen snel en goed besteld worden.
- 146 -
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.