ELRO HA68 User guide [nl]

HA68
GEBRUIKERSHANDLEIDING
W W W . - N L . C O M
NLNL
MULTI-ZONE PROFESSIONEEL ALARMSYSTEEM
DECLARATION OF CONFORMITY
KONFORMITATSERKLARUNG
Company ROOS ELECTRONICS Address, City Broekakkerweg 15, 5126 BD PO Box 115, 5126 ZJGILZE Country The Netherlands
Declares that the product:
Description Alarm system Product number HA68, SA68P, SA68R, SA68M Trade mark ELRO
Is herewith confirmed to comply with the requirements set in the Council Directive on the Approximation of the Member States relating to:
Electro Magnetic Compatibility Directive (89/336/EEC) R&TTE Directive (1999/5/EEC) LVD Directive (73/23/EEC)
Assessment of compliance of the product with the requirements relating to EMC was based on the following standards: EN 301 489-1/-3:V1.4.1 (2002-08)
The requirements relating to Electrical Safety was based on the following standards: EN 600950-1:2001 The requirements relating RF was based on the following standard: EN 300 220-1 :V1.3.1 (2000-09) EN 300 220-3:V1.1.1 (2000-09)
DECLARATION DE CONFORMITE
Société ROOS ELECTRONICS Adresse/Ville Broekakkerweg 15, 5126 BD of Boite postale 115, 5126 ZJ GILZE Pays Pays-Bas
Déclarons que le produit : Description Systeme d'alarme Référence produit HA68, SA68P, SA68R, SA68M Marque de commercialisation ELRO
Est certifié conforme aux exigences définies dans la Directive du Conseil d'approximation des Etats Membres suivante :
Compatibilité Electro magnétique (89/336/EEC) Directive R&TTE (1999/5/EEC) Directive Basse Tension (73/23/EEC)
L'évaluation de conformité du produit par rapport aux exigences de Compatibilité Electro Magnétique a été effectuée sur la base des normes suivantes : EN 301 489-1/-3:V1.4.1
Les exigences Electriques surette ont été vérifiées par rapport a la norme suivante EN 60950-1 :2001 Les exigences radio ont été vérifiées par rapport à la norme suivante : EN 300 220-1 :V1.3.1 (2000-09) EN 300 220-3: V1.1.1 (2000-09)
Firma ROOS ELECTRONICS Adresse Broekakkerweg 15, 5126 BD of Postbox 115, 5126 ZJ GILZE Land Niederlande
Erklärung des Produktes:
Artikelbeschreibung Alarm system Artikel-Nr.: HA68, SA68P, SA68R, SA68M Markenname: ELRO
Hiermit bestätigen wir, um die Anforderungen aus den Richtlinien des Rates über die Annäherung der Mitgliedsstaaten zu befolgen, die Anerkennung folgender Richtlinien:
Elektromagnetische Verträglichkeit (EMC) (89/336/EEC) R&TTE-Anforderung (1999/5/EEC) Niederspannungsrichtlinie (LVD) (73/23.EEC
Die Bewertung des Produktes bezüglich der Anforderung bezüglich EMC basiert auf den folgenden Standards: EN 301 489-1/-3:V1.4.1
Die Anforderungen bezuglich Elektrisch Sicherheit basiert auf den folgenden Standards: EN 60950-1:2001 Die Anforderungen bezüglich RF basiert auf den folgenden Standards: EN 300 220-1 :V1.3.1 (2000-09) EN 300 220-3:V1.1.1 (2000-09)
Authorized representative: Mr. Ad Netten
Date: 06.09.2005
NLNL
INHOUD SET
Het Alarmsysteem moet de volgende onderdelen bevatten:
- 1 x LCD Bedieningspaneel
- 2 x Draadloze PIR-detector
- 2 x Draadloos Magneet Contact
- 1 x Afstandsbediening
Ook inbegrepen:
- Adaptor Stroomtoevoer
- Draad voor telefoonverbinding
- Installatie & Handleiding
- Montage - set
- 2 x 6V/1.2Ahr Verzegelde loodzuuraccu
- 4 x 3.6V/950 mAhr grootte ½ AA
- 1 x 3V CR2032 Lithium
6V/1.2 Ahr Verzegelde loodzuuraccu (voor bedieningspaneel)
3.6v grootte 1/2AA Lithiumbatterij (voor PIR Detector en Magneet Contact )
3V CR2032 Lithium cel (voor afstandsbediening
BELANGRIJK
Controleer of alle voorwerpen die hierboven vernoemd worden in het pakket zitten.
SA68P
Draadloze PIR-detector
SA68M
Draadloos Magneet Contact
HA68 Bedieningspaneel
SA68R
Afstandsbediening
NLNL
-1--64-
INTRODUCTIE EN OVERZICHT
MEERDERE GEBRUIKERS (USERS)
Het systeem kan door 5 gebruikers bediend worden en wordt door een hoofdgebruiker(Admin) geconfigureerd. Hierdoor kan het Event-log van het systeem bijhouden welke gebruiker het systeem in- en uitschakelt. Elke gebruiker heeft een verschillend Password(pincode). Bovendien kan de mogelijkheid tot stemopname in 4 seconden de naam van de gebruiker opslaan; deze kan dan toegepast worden met de Latch-key mogelijkheid.
Enkel de hoofdgebruiker heeft toegang tot de programmeerfuncties en enkel deze persoon is in staat het systeem configureren.
Opmerking: Elke systeemgebeurtenis wordt opgeslagen.
INSCHAKELEN SYSTEEM (SYSTEM ARMING)
Het systeem heeft een Arm-modus en twee Partial Arm-modi. Arm schakelt alle zones in; de Partial Arm-modi schakelen enkel de zones in die ingegeven werden voor die bepaalde inschakelmodus.
Bijvoorbeeld: Het systeem kan zodanig geconfigureerd worden dat 's nachts de Partial Arm 1 enkel zones inschakelt, die de onderste verdieping en bijgebouwen. Zo kan je op de bovenste verdieping vrij rondlopen zonder het alarm te laten aangaan.
Overdag als het gebouw bewoond is, schakelt Partial Arm 2 enkel de zones die de bijgebouwen beschermen. Maar als de woning leeg is, kan de Arm-modus alle zones inschakelen om het hele huis te beschermen (d.w.z. bovenste en onderste verdiepingen en bijgebouwen).
ZONES
Het systeem bevat 32 draadloze Alarmzones voor de indeling van de systeemdetectors. Deze worden gebruikt om de verschillende gebieden van het huis onafhankelijk te controleren. Bovenop de standaard indringersbescherming kan elke zone geconfigureerd worden om in een van de vier volgende modi te werken:
- Medical Help-modus biedt 24 uur controle van alle paniekknoppen in het systeem
- 24-hour Intruder-modus biedt 24u. bescherming tegen indringers voor gebieden/zones waar voortdurende controle vereist is (bv. Wapenkasten).
-Fire-modus biedt 24u. controle van Brand/Rookdetectors die tot het systeem behoren.
- Intruder-modus zorgt ervoor dat een zone gecontroleerd wordt als het systeem is ingeschakeld. Als een detector in een testzone aangaat, wordt dit opgenomen in het Event-log en klinkt het alarm.
Panic modus biedt 24u. controle van een noodgeval. Activatie van een
NLNL
-63--2-
BATTERIJEN
Vooraleer je het batterijdeksel verwijdert op een toestel zorg ervoor dat het system in Testmodus staat om een Alarm te voorkomen.
De specificaties voor de vervanging van batterijen gaat als volgt Opmerking: Oplaadbare batterijen mogen absoluut niet gebruikt worden.
Op het einde van hun nuttig leven moeten de batterijen weggegooid worden via een geschikt Recycleercentrum. Gooi ze niet weg in je normale huishoudelijke vuilbak. VERBRAND ZE NIET.
De herlaadbare batterijen bevatten zwavelzuur - PROBEER DE BEHUIZING NIET TE OPENEN.
paniekknop start onmiddellijk een Volledige Alarmtoestand.
Bovendien is er de mogelijkheid 4 zones met vast circuit aan te sluiten op het Bedieningspaneel. Elke zone is volledig configureerbaar met dezelfde kenmerken als de draadloze zones (1-32).
IN/UIT-SCHAKELVERTRAGING (EXIT/ENTRY DELAY)
Als het systeem ingeschakeld is met het Exit Delay aan, kan geen enkel alarmsignaal van een detector in een actieve zone een alarm starten totdat het Exit Delay verstreken is. Dit zorgt ervoor dat het systeem ingeschakeld kan worden van binnenin het huis; bovendien krijgt de gebruiker tijd om het huis te verlaten zonder het alarm te laten aangaan. Als het Exit Delay uitgeschakeld wordt, dan kunnen detectors in actieve zones onmiddellijk alarm slaan van zodra het systeem zich begint in te schakelen.
Het systeem Exit Delay kan geconfigureerd worden voor 10 tot 250 seconden of kan volledig uitgeschakeld worden.
Als een detector in een zone met zijn Entry Delay ingeschakeld aangaat, dan ontstaat er geen alarmtoestand totdat het Entry Delay verstreken is. Dit geeft de gebruiker tijd om het huis terug in te gaan en het systeem uit te schakelen vooraleer een alarmtoestand optreedt. In het algemeen worden enkel de zones met de hoofdtoegang van het huis geconfigureerd met een Entry Delay. De resterende zones worden geconfigureerd met hun Entry Delay uitgeschakeld, zodat ze onmiddellijk een alarm kunnen starten als een detector in een zone aangaat.
Het Entry Delay voor elke zone kan geconfigureerd worden voor 10 tot 250 seconden of kan volledig uitgeschakeld worden.
SNELLE INSTELLING (QUICK SET)
Het systeem kan volledig ingeschakeld worden in 5 seconden via de mogelijkheid snelle instelling, die het geprogrammeerde Exit Delay uitschakelt Dit is handig om het systeem 's nachts in te stellen als de waarschuwingsbiep van het Exit delay stil gezet wordt na een paar seconden.
ZONEBLOKKERING (ZONE LOCKOUT)
Als een detector in een actieve zone aangaat en het systeem ingeschakeld is, treedt een alarmtoestand op. Nadat de geprogrammeerde alarmduur verstreken is, stopt het alarm. Als een enkele zone meer dan drie keer een alarmtoestand begint, wordt die zone 'Geblokkeerd' en zullen verdere alarmsignalen uit die zone genegeerd worden totdat het system uitgeschakeld wordt.
Opmerking: Het kenmerk Zone Lockout kan uitgeschakeld worden indien gewenst.
EVENT-LOG
Het Bedieningspaneel bevat een geheugen dat de laatste 50 systeemgebeurtenissen kan opslaan. Dit geeft de gebruiker de kans te zien
-3--62-
NLNL
welke gebruiker het systeem heeft ingeschakeld of uitgeschakeld en waar en wanneer een alarm is opgetreden. De tijd, datum en details worden voor elke systeemgebeurtenis opgeslagen.
BEL (CHIME)
Bel is een mogelijkheid van lage veiligheid die je gebruikt als het systeem in Standby-modus staat. Als de Chime-functie AAN is en een detector in een zone met ingeschakelde Chime-functie aangaat, produceert de interne luidspreker een waarschuwingstoon. De Chime-functie wordt typisch gebruikt voor een waarschuwing dat een deur geopend werd of een bepaald gebied betreden werd.
TELEFOONKIEZER MET INGESPROKEN BOODSCHAP (VOICE DIALER)
Als de Voice Dialer ingeschakeld is en er een alarmtoestand optreedt, belt het systeem voor hulp d.m.v. opgenomen alarmboodschappen; het kan bellen naar 6 telefoonnummers.
PIR-DETECTORS
Onder lage batterij-omstandigheden flikkert de LED achter de detectorlens wanneer hij beweging waarneemt. Dit duidt aan dat de batterij vervangen moet worden.
Onder normale batterij-omstandigheden licht de LED niet op tenzij de PIR­detector in Looptestmodus staat.
MAGNEET CONTACTEN
Onder lage batterij-omstandigheden, als de Detector geactiveerd is, licht de verzendings-LED ongeveer 1s op als de deur/het venster geopend wordt.
Onder normale batterij-omstandigheden licht de LED niet op als de Detector bediend wordt (tenzij de Detector in Testmodus staat met het batterijdeksel verwijderd).
Als een alarmtoestand ontstaat, belt de Voice Dialer (indien ingeschakeld) naar het eerste ingeprogrammeerde nummer en speelt hij de opgenomen alarmboodschappen af gedurende de geconfigureerde Playtime(Speelduur). De ontvanger moet de boodschap bevestigen door op de knop op hun telefoon te drukken. Als het gesprek niet beantwoord wordt of als een erkenning niet ontvangen wordt, belt de kiezer het volgende actieve nummer. De kiezer blijft naar elk nummer om beurten bellen totdat alle nummers in de reeks opgebeld werden volgens het ingestelde aantal keer of totdat de reeks gewist/erkend wordt door de ontvanger.
DIGITALE KIEZER (DIGITAL DIALER)
Als alternatief voor de Voicedialer kan het systeem geconfigureerd worden om te bellen met een centrale meldkamer.
TELEFONISCHE TOEGANGSCONTROLE (LATCH KEY)
Als het systeem uitgeschakeld wordt, belt de Latch Key mogelijkheid, indien ingeschakeld, het eerste telefoonnummer met Latch Key op en speelt die de gebruikersboodschap af (die opgenomen werd onder gebruikersinstelling) gedurende de ingestelde Playtime. De ontvanger moet de boodschap bevestigen door op te drukken op het telefoontoetsenbord. Als het gesprek niet beantwoord wordt of als de bevestiging niet ontvangen wordt, wordt het tweede Latch Key-nummer opgebeld. De kiezer blijft naar elk nummer om beurt bellen totdat alle nummers in de reeks opgebeld werden volgens het ingestelde aantal keer of totdat de reeks bevestigt wordt door de ontvanger.
Bijvoorbeeld, de Latch Key-mogelijkheid is nuttig om ouders te verwittigen dat een kind thuisgekomen is van school en dat het kind het systeem heeft uitgeschakeld.
ONDERHOUD
Je Alarmsysteem vereist weinig onderhoud. Maar een paar eenvoudige taken zorgen voor een voortdurende betrouwbaarheid en werking.
BEDIENINGSPANEEL
De heroplaadbare accu’s hebben een gewone levensduur van 3-4 jaar en hebben geen onderhoud nodig tijdens deze periode. Zij moeten wel opgeladen blijven. De batterijen worden beschadigd als ze een lange tijd bewaard worden in een onopgeladen toestand.
DETECTORS EN AFSTANDSBEDIENING
De Detectors vereisen weinig onderhoud. De batterijen moeten een keer per jaar gecontroleerd worden of als een lage batterij-status aangegeven wordt.
BELANGRIJK: Als je, voor welke reden ook, het systeem volledig moet uitzetten (bv. voor een verhuis), zet dan eerst het system in Testmodus vóór je het deksel van het Bedieningspaneel verwijdert en de stroomtoevoer en reservebatterijen afkoppelt.
Afstandbedieningen 1 x 3V CR2032 Lithiumcellen
Magneet Contacten 1 x 3.6V 1/2 AA Grootte Lithiumcellen
PIR-detectors 1 x 3.6V 1/2 AA Grootte Lithiumcellen
NLNL
CONTROLE OP AFSTAND (REMOTE SYSTEM CONTROL)
Het is mogelijk naar het systeem te bellen via de aangesloten telefoonlijn om de systeemstatus op te vragen en basiscontrole te hebben over het systeem (bv. Het systeem in- en uitschakelen). Je kan ook de microfoon activeren op het
-61--4-
Druk op om mee te luisteren via de microfoon van het Bedieningspaneel.
Druk op om het meeluisteren te stoppen.
Opmerking: Meeluisteren wordt automatisch geannuleerd na 5 minuten als het niet manueel geannuleerd wordt.
Druk op om de systeemstatus op te vragen. Een boodschap met de laatste status wordt afgespeeld.
Druk op om de batterijstatus te tonen. Druk op om de controle op afstand te beëindigen en de lijn Bedieningspaneel op te hangen.
CONTROLEREN BATTERIJ
Alle systeemtoestellen controleren constant hun batterijtoestand. Het Bedie­ningspaneel controleert ook de batterijtoestand van alle PIR- en Magnetische detectors. Als het batterijniveau van een toestel onder aanvaard-bare niveaus daalt, wordt de indicatie lage batterij geactiveerd. Bovendien, als een PIR- of Magnetische Contactdetector een lage batterijstatus heeft, wordt het opgeslagen door het Bedieningspaneel en wordt een boodschap opgenomen in het Event­logboek.
7
#
8
9 #
Bedieningspaneel om mee te luisteren naar wat er gebeurt in de beschermde zone.
SABOTAGE BESCHERMING (TAMPER PROTECTION)
Alle systeemtoestellen (behalve de afstandbedieningen) bevatten een Tamper Protection. Deze beschermt je tegen onbevoegde pogingen om te knoeien met het toestel. Elke poging om de batterijdeksels te verwijderen van een toestel (behalve de afstandsbediening) of om de solarsirene of het bedieningspaneel van de muur te verwijderen, veroorzaakt een alarmtoestand (tenzij het system in test- of programmeermodi staat); zelfs als het systeem uitgeschakeld is.
STOORDETECTIE (JAMMING PROTECTION)
Alle pogingen tot illegale storing van het radiokanaal dat je alarmsysteem gebruikt, worden gedetecteerd door een speciale Jamming Protection functie in het Bedieningspaneel. Als de funktie ingeschakeld is en het radiokanaal constant gestoord wordt gedurende 30 seconden, stuurt de sirene een reeks korte bieps als voor-alarm gedurende 3 seconden indien het systeem ingeschakeld staat. Als de storing nog 10 seconden of meer voortgaat, treed een volledige alarmtoestand op. Als het systeem bovendien voor meer dan 10 seconden in een interval van 5 minuten gestoord wordt, veroorzaakt dit ook een Volledige Alarmtoestand.
De stoordetectie zit onafhankelijk in het bedieningspaneel en de solarsirene
In geval dat de wisselstroomadaptor losgekoppeld wordt van het Bedienings­paneel, kan het Bedieningspaneel 2 dagen normal werken (onder standby­modus) door de oplaadbare back-up accu’s te gebruiken.
Opmerking: Vooraleer je het batterijdeksel van een toestel verwijdert om de batterij te vervangen, zorg ervoor dat het systeem in de Testmodus staat. Dit voorkomt het opstarten van een Volledige Alarmtoestand.
De lage batterij-aanduiding voor elk systeemonderdeel gaat als volgt:
BEDIENINGSPANEEL
Tijdens een stroomonderbreking wordt het Bedieningspaneel gevoed door back-
up accu’s. Onder normale batterij-omstandigheden flikkert de Stroom-LED op het panel op intervals van 1s. Onder lage batterijomstandigheden, als de stemkiezermodus ingesteld staat, wordt een vooropgenomen boodschap een keer per uur afgespeeld. Als het in de digitale kiezermodus staat, wordt onmiddellijk een radiosignaal uitgezonden naar het centrale controlestation en wordt dit herhaald na 4 uur.
AFSTANDSBEDIENING
Als de Afstandsbediening gebruikt wordt onder lage batterij-omstandigheden, flikkert de verzendings/LED nadat de knop losgelaten werd. Onder normale batterijomstandigheden gaat de LED uit als de knop losgelaten wordt.
Het circuit van de Jamming Protection is ontworpen om permanent te scannen naar stoorsignalen. Maar het is mogelijk dat het andere storing van lokale radio ontvangt, die legaal of illegaal op dezelfde frequentie werken. Als je de Jamming Protection wil gebruiken, raden we aan dat het systeem minstens 2 weken gecontroleerd wordt vóór je de Jamming Protection functie constant ingeschakeld laat.
BATTERIJCONTROLE (BATTERY MONITORING)
Naast de Batterij Leeg aanduidingen in elk toestel geeft het Bedieningspaneel ook een Batterij leeg-status aan binnen een Pir Detector of Magneet Contact op het systeem aan via het Event-log.
NLNL
-5--60-
JE DRAADLOOS ALARMSYSTEEM PLANNEN EN UITBREIDEN
Het volgende voorbeeld hieronder toont een typisch gebouw dat de voorgestelde posities toepast voor het Bedieningspaneel, PIR en Magnetische Detectors voor optimale veiligheid. Gebruik deze gids voor je installatie samen met de aanbevelingen in deze handleiding om je alarmsysteem tegen te plaatsen.
Magneet Contact
PIR-detector
PIR-detector
Afstands­bediening
Woonkamer
LCD Bediening­spaneel
Achterdeur
KEUKEN
HAL
Magneet Contact
EETKAMER
PIR­detector
SCHUUR
PIR­detector
CONTROLE OP AFSTAND
Als de mogelijkheid Controle op Afstand is ingeschakeld, beantwoordt het Bedieningspaneel het gesprek na het ingestelde aantal ringtonen. Het biept drie keer op de telefoonlijn voor een Gebruikerspincode die moet ingegeven worden met de telefoontoetsen.
Een geldige Gebruikerspincode wordt erkend met een lange biep. Een verkeerde code wordt erkend met twee korte bieps.
Als de Gebruikerspincode niet binnen de 30s ingegeven wordt of drie keer verkeerd ingetoets wordt, zal het Bedieningspaneel automatisch ophangen.
Door de knop in te drukken op het toetsenbord binnen de 30 seconden,
#
hangt het Bedieningspaneel automatisch op.
Gebruik met een Extern Antwoordapparaat:
Als de Controle op Afstand gebruikt wordt samen met een extern antwoord­apparaat.
Het nummer van 'ringtoon één gesprek' voor het Bedieningspaneel moet groter zijn dan dat van het Externe Antwoordapparaat. Anders neemt het Bedieningspaneel het gesprek op vóór het Antwoordapparaat.
Om in de mogelijkheid Controle op Afstand te raken, beschikt het Bedienings­paneel over een kenmerk 'inbel dubbel gesprek' waardoor het Bedieningspaneel het telefoongesprek beantwoordt vóór het Externe Antwoordapparaat tussen­komt. De procedure 'inbel dubbel gesprek' gaat als volgt:
1.Bel het systeem op en hang op na twee ringtonen.
2.Bel het systeem terug binnen maximum 28s (minimum 14s). Het systeem neemt op na 1 ringtoon.
3.Geef de Gebruikerspincode zoals gewoonlijk.
Begane Grond GARAGE
PIR-detector
Vooraleer je je Alarmsysteem probeert te installeren, is het belangrijk dat je de veiligheidsvereisten bestudeert en je installatie zorgvuldig plant. Het alarmsysteem kan uitgebreid worden om een grotere bescherming te bieden. Dit doe je door bijkomende PIR-detectors en Magneet Contacten te plaatsen voor zover nodig is.
De volgende functies kunnen toegepast worden via de afstandsbediening. Het systeem erkent elk signaal met een enkele lange biep.
Druk op om INSCHAKELEN te starten.
Druk op om Selectief inschakelen 1 te starten.
Druk op om Selectief inschakelen 2 te starten.
Druk op om het systeem UIT TE SCHAKELEN.
Druk op om de SIRENE AF.te zetten
1
2
3
4
5
. Druk op om de SIRENE AAN.te zetten
6
-59--6-
NLNL
MUTE
De Mute faciliteit kan alleen bediend worden met het systeem in Uitsch modus
Druk om de Mute facillieit te bewegen tussen AAN enUIT.
AFSTANDSBEDIENING
OPMERKING: Als Mute aanstaat, wordt er geen stemgids gemaakt tijdens
bediening. Als mute UIT is, is de stemgids aktief. Maar, als 'LIJN STATUS' LED oplicht wanneer Mute UIT is, is er geen stemgids verkrijgbaar.
TEL. TOEGANGS CONTROLE TOETS
Druk voor toegang naar de Tel ToegangsControle toets voor snelle programmering.
BEL
De Bel-mogelijkheid kan enkel bediend worden met het systeem in Uitschakelmodus. Druk op om de bel-mogelijkheid te wisselen tussen AAN en AF.
Opmerking: Als de Bel AAN staat en het systeem is ingeschakeld, dan blijft de Bel AAN als het systeem uitgeschakeld wordt.
EVENT-LOGBOEK
Het Event-logboek slaat de laatste 50 gebeurtenissen op i.v.m. Inschakelen, Uitschakelen, Alarm en Lage batterij van detector. Het Event-logboek onthoudt de tijd, dag en details van elke gebeurtenis. Als het systeem uitgeschakeld wordt, flikkert de LED 'ALARM GEHEUGEN' en biept het paneel elke 10s. Dit geeft aan dat er een alarm was. Om de LED te verwijderen en het gebiep te stoppen, moet je in het event-logboek gaan of druk op om het flikkeren van LED ‘ALARM GEHEUGEN' en het gebiep te stoppen. Om in het Event-logboek te raken (met het systeem Uitgeschakeld), druk op: .
Het Event-logboek start automatisch met het doorlopen en het tonen van de
datums vanaf de recentste gebeurtenis. De dag voor elke gebeurtenis wordt getoond op twee schermen; elk scherm wordt 5 seconden getoond vóór het verdergaat naar het volgende scherm en de volgende gebeurtenis.
Gebruik de knoppen om het event-logboek manueel te doorlopen naar de gewenste positie indien nodig.
Druk op om terug te keren naar Uitschakelen
DETECTIE TELEFOONLIJN
Als je de stemkiezer instelt en de LED 'LIJNSTATUS' flikkert, betekent dit dat de telefoonlijn-verbinding slecht is of dat het telefoonnetwerk niet werkt. Controleer de telefoonlijn en test ze opnieuw.
Als je de digitale kiezer instelt en de LED 'LIJNSTATUS' flikkert, betekent dit dat er twee oorzaken zijn voor een fout. De ene is een slechte telefoonlijn verbin­ding of een telefoonnetwerk dat niet werkt. De andere foutsoorzaak komt door het centrale beheersstation. Raadpleeg het centrale beheersstation voor hulp.
B C D
A
E
G
I
H
F
Voorkant Achterkant
A LED-indicator F Ring sleutelbos B Inschakelen G Batterijdeksel C Gedeeltelijk inschakelen H Negatieve polariteit D Uitschakelen I Positieve polariteit E Paniekknop
De afstandsbediening wordt gebruikt om het systeem in te schakelen, gedeeltelijk in te schakelen en uit te schakelen.
De afstandsbediening heeft ook een Paniekknop. Als de Paniekknop wordt geactiveerd, dan start onmiddellijk een Volledige Alarmtoestand; ook al is het systeem ingeschakeld of uitgeschakeld (tenzij het systeem in Testmodus of Programma modus staat).
In de afstandsbediening zit een CR2032 type Lithiumcel die onder normale omstandigheden een gewone levensduur heeft van één jaar. Onder normale batterij-omstandigheden licht de LED op de afstandsbediening enkel op als een knop wordt ingedrukt. Onder lage batterij-omstandigheden licht de LED echter elke keer op nadat dat de knop ingedrukt wordt. Als dit gebeurt, moeten de batterijen zo vlug mogelijk vervangen worden.
DE AFSTANDSBEDIENING INSTELLEN
1. Verwijder het deksel aan de achterkant door het schroefje op de achterkant van de afstandsbediening los te draaien.
2. Plaats de batterij en zorg ervoor dat het +ve uiteinde vanuit de PCB naar boven gericht is.
NLNL
-7--58-
Batterij
BEDIENINGSPANEEL
3. Plaats het deksel terug en draai het schroefje vast.
4. Om te communiceren met het Bedieningspaneel moet het Bedieningspaneel de ID-code van de afstandsbediening leren. Als je op de knop op de afstandsbediening drukt, zendt die onmiddellijk de ID-code naar het Bedienings-paneel. Het bedieningspaneel moet wel in de modus User Setup (Gebruikersinstellingen) staan.
Afstandsbediening:
Druk op de knop 'UITSCHAKELEN', .
Bedieningspaneel:
Gebruikerspincode
Als het systeem uitgeschakeld staat en de LED 'ALARM GEHEUGEN' flikkert en het paneel biept om de zoveel seconden, dan heeft er zich een alarmtoestand voorgedaan. Gebruik het Event-logboek om na te gaan wat er gebeurd is; noteer waar het alarm was om de oorzaak van het alarm beter te kunnen traceren.
HET BEDIENINGSPANEEL PLAATSEN
Als je een geschikte plaats zoekt voor het Bedieningspaneel, moet je de volgende punten in acht nemen.
1. Het Bedieningspaneel moet zo geplaatst worden dat het niet zichtbaar is voor potentiële indringers en dat het op een veilige plaats staat. Het moet wel gemakkelijk bereikbaar zijn om het systeem te gebruiken.
2. Het Bedieningspaneel moet geplaatst worden op een stevig, plat oppervlak opdat de achterste sabotageschakelaar op het Bedieningspaneel ingedrukt is als het paneel geplaatst is. Het Bedieningspaneel moet geplaatst worden op een handige hoogte tussen 1,5 en 2m en in een positie waar je het elke dag kan zien. Opmerking: Als er kleine kinderen wonen in het huis, moet je er extra op letten dat de eenheden uit hun bereik worden gehouden.
3. Het is aangeraden het Bedieningspaneel zo te plaatsen dat de Uit/In schakel­toon (die wordt uitgezonden door het Bedieningspaneel) buitenshuis gehoord kan worden.
4. Het Bedieningspaneel moet geplaatst worden binnen een beschermde zone. Zo kan een indringer niet aan het Bedieningspaneel zonder een beschermde deur te openen of zonder door een zone te lopen die beschermd wordt door een PIR-detector als het systeem ingeschakeld is.
5. Het Bedieningspaneel moet geplaatst worden in de buurt van een stopcontact.
6. Als de toepassing telefoonbasis gebruikt zal worden, dan moet het Paneel aangesloten worden op een handig telefoonpunt.
LCD-Bedieningspaneel Toetsenbord en Overzicht LED’S
Opmerking: Het is aangeraden de draad voor telefoonverbinding niet verder
te rekken dan 5m vóór je hem aansluit op het hoofd- of hulpstopcontact van een telefoon.
SNELLE INSTELLING
Om de functie snelle instelling te bedienen en het systeem volledig in te schakelen in 5s met overschrijving van het geprogrammeerde Uitstel Buitengaan, druk op:
Gebruikerspincode
PANIEKALARM
Een Volledige Alarmtoestand kan onmiddellijk opgestart worden op elk moment (of het systeem nu in- of uitgeschakeld is) in geval van dreiging of gevaar. Dit doe je door een Paniekknop te activeren op de Afstandsbediening of op het Bedieningspaneel.
Afstandsbediening:
Schuif de Paniekknop naar boven.
Bedieningspaneel:
Druk op en hou de knop ongeveer drie seconden ingedrukt. Het alarm blijft aan tijdens de duur van het alarm totdat het systeem zich automatisch reset of totdat het systeem uitgeschakeld wordt.
Sabotage
Als het batterijdeksel van een toestel verwijderd wordt of als de Sirene of het Bedieningspaneel verwijderd worden van de muur, dan start een Volledige Alarmtoestand; zelfs als het systeem uitgeschakeld staat. De alarmtoestand blijft aan tijdens de duur van het alarm totdat het systeem zich automatisch reset of totdat het systeem uitgeschakeld wordt. De LED 'ALARM GEHEUGEN' op het Bedieningspaneel biept om de zoveel seconden om aan te duiden dat een alarm is voorgevallen.
Opmerking: De mogelijkheid tot Sabotagebescherming op de Sirene werkt onafhankelijk. Als de Sabotage op de Sirene wordt geactiveerd, verschijnt dit niet op het Bedieningspaneel.
NLNL
-57--8-
INSCHAKELEN
Het system kan ingesteld worden in INSCHAKELMODUS via de Afstandsbe­diening of het Bedieningspaneel als volgt:
7. Plaats het Bedieningspaneel zeker op 1m van grote metalen objecten, (bv. spiegels, radiators, enz.), omdat dit het radiobereik van het Bedieningspaneel kan beïnvloeden.
Afstandsbediening:
Druk op de knop 'INSCHAKELEN'
Bedieningspaneel:
Druk op de knop Inschakelen, gevolgd door de Gebruikerspincode en de knop Enter
Gebruikerspincode
Door te drukken op wordt het geprogrammeerde Uitstel buitengaan overschreven tot 5 seconden.
GEDEELTELIJK INSCHAKELEN 1
Het systeem kan ingesteld worden in SELECTIEVE INSCHAKELMODUS 1 via de Afstandsbediening of het Bedieningspaneel als volgt:
Afstandsbediening:
Druk op de knop 'SELECTIEF INSCHAKELEN'
Bedieningspaneel:
Gebruikerspincode
Door te drukken op wordt de geprogrammeerde Inschakel Vertraging overschreven tot 5 seconden.
HET BEDIENINGSPANEEL OPSTELLEN
1. Draai de twee vastgezette vijsjes bovenaan het paneel los en open het deksel. Het deksel hangt vast aan de onderste rand.
2. Maak de twee back-up accu’s van het paneel los en verwijder ze.
3. Hou het Bedieningspaneel in positie op de muur en duid de posities aan van de vier montagegaten. Verwijder het panel en boor vier 5mm gaten en steek de muurpluggen van 25mm erin.
BELANGRIJK: Boor de montage gaten niet als het Bedieningspaneel in positie is; het vrijkomende stof en trillingen kunnen de interne onderdelen van het bedieningspaneel beschadigen en de garantie ongeldig maken.
4. Steek twee schroeven van 18mm No.4 bijna helemaal in de bovenste gaten en hang het Bedieningspaneel over deze schroeven via de twee sleutelgatgleuven
in de bovenste hoeken van de behuizing.
5. Leg de kabel vanuit de adapter aan langs de rechter achterzijde van
het Bedieningspaneel; verbind de stekker met het gelijkstroom-stopcontact in het paneel. Zorg ervoor dat de kabel niet vastzit tussen het paneel en de muur.
6. Maak het Paneel vast aan de muur met twee schroeven van 18mm No. 4 in de
lagere twee Montagegaten in het paneel en draai de hogere schroeven vast totdat die de behuizing juist vasthouden. Draai de schroeven niet te vast, omdat dit de behuizing kan beschadigen en/of vervormen.
GEDEELTELIJK INSCHAKELEN 2
Het systeem kan ingesteld worden in SELECTIEVE INSCHAKELMODUS 2 via de Afstandsbediening of het Bedieningspaneel als volgt:
Afstandsbediening:
Druk twee keer op de knop 'SELECTIEF INSCHAKELEN'.
Bedieningspaneel:
Gebruikerspincode
Door te drukken op wordt de geprogrammeerde Inschakel Vertraging overschreven tot 5 seconden.
UITSCHAKELEN
Het system kan ingesteld worden in UITSCHAKELMODUS via de Afstands-
7. Zorg ervoor dat de Jumpers 'Reset' en de 'Sirene sabotagedetectie op vaste
circuits' in de OFF-positie staan.
8. Verbind Accudraden met de back-up accu’s en plaats deze terug.
Batterij 1 (boven): Rode draad naar +V batterij-uiteinde
Blauwe draad naar -V batterijuiteinde
Batterij 2 (onder): Blauwe draad naar +V batterijuiteinde
Zwarte draad naar -V batterijuiteinde
Belangrijk: Wees voorzichtig als je accudraden aansluit op de accu’s, aangezien een verkeerde aansluiting de accu’s of het Bedieningspaneel kan beschadigen.
Opmerking: De stroom-LED kan oplichten om aan te duiden dat het apparaat werkt vanuit de back-up accu’s en dat de hoofdstroom niet aanwezig is.
-9--56-
NLNL
Loading...
+ 23 hidden pages