ELECTROLUX L87485FL User Manual

L 87485 FL L 87685 FL
NL Gebruiksaanwijzing 2 FR Notice d'utilisation 36
www.aeg.com
2
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
3. TECHNISCHE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
6. PROGRAMMA’S . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
7. VERBRUIKSWAARDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
8. VOOR HET EERSTE GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
9. BEDIENING VAN HET APPARAAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
10. AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
11. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
12. PROBLEEMOPLOSSING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
13. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt. De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor in­stallatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of permanente inva­liditeit.
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte licha­melijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kin­deren.
• Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinde­ren.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het ap­paraat als de deur open is.
• Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveili­ging, raden wij aan dit te activeren.
• Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS 3
1.2 Algemene veiligheid
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen ver­richt.
www.aeg.com
4
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Respecteer het maximale laadvermogen van 8 kg (raadpleeg hoofdstuk “Programmaschema”).
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabri­kant of diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situ­aties te voorkomen.
• De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)
• De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt
• Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
• Pas de stelvoeten aan om de nodige
2.1 Montage
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Bewaar de transportbouten. Als u het
apparaat gaat verplaatsen, moet de trommel worden geblokkeerd.
• Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
• Gebruik of installeer het apparaat niet
als de temperatuur lager is dan 0 °C of als het is blootgesteld aan het weer.
• Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
• Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak, stabiel, hittebestendig en schoon is.
• Plaats het apparaat niet op een plek
waar de deur niet helemaal open kan.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen
van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg dat er lucht tussen het apparaat
en de vloer kan circuleren.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
• Dit apparaat moet worden geaard.
• Controleer of de elektrische informatie
• Gebruik altijd een correct geïnstal-
• Gebruik geen meerwegstekkers en
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
ruimte tussen het apparaat en de vloerbedekking te creëren.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromon­teur.
leerd, schokbestendig stopcontact.
verlengsnoeren.
niet beschadigt. Indien de voedings­kabel moet worden vervangen, dan MOET dit gebeuren door onze Klan­tenservice.
• Steek de stekker pas in het stopcon-
tact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het aansluitnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Raak de stroomkabel of stekker niet
aan met natte handen.
• Dit apparaat voldoet aan de EU-richt-
lijnen.
Aansluiting aan de waterleiding
• Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
• Het apparaat moet met de nieuwe
slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet op­nieuw worden gebruikt.
• Laat het water stromen tot het schoon
is voordat u het apparaat aansluit op nieuwe leidingen of leidingen die lang niet zijn gebruikt.
• Zorg dat er geen lekkages zijn als u
het apparaat de eerste keer gebruikt.
2.2 Gebruik van het apparaat
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel, elektrische schokken, brand, brandwonden en schade aan het apparaat.
• Gebruik dit apparaat in een huishou-
delijke omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
• Volg de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het vaatwasmiddel op.
• Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlamba-
NEDERLANDS 5
re producten in, bij of op het appa­raat.
• Raak het glas van de deur niet aan als een programma in werking is. Het glas kan heet worden.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het wasgoed verwijdert.
• Plaats geen bak om mogelijke water­lekkage op te vangen onder het appa­raat. Neem contact op met de service­dienst om te raadplegen welke acces­soires gebruikt mogen worden.
2.3 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Ge­bruik geen schuurmiddelen, schuur­sponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
2.4 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deurgreep om te voorko­men dat kinderen en huisdieren opge­sloten raken in het apparaat.
3. TECHNISCHE INFORMATIE
Afmeting Breedte / hoogte /
diepte Totale diepte 640 mm
600 / 850 / 605 mm
www.aeg.com
6
Aansluiting op het elek­triciteitsnet:
Voltage Totale stroom Zekering Frequentie
De beschermkap biedt bescherming tegen vaste stoffen en vochtigheid, behalve op plaatsen waar de laagspanningsapparatuur geen bescherming tegen vocht biedt.
Waterleidingdruk Minimaal 0,5 bar (0,05 MPa)
Maximaal 8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale belading Katoen 8 kg Centrifugeersnelheid Maximaal 1400 tpm (L 87485 FL)
1)
Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 2 3 8
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
IPX4
1600 tpm (L 87685 FL)
9
0
Bovenblad
1
Afwasmiddeldoseerbakje
2
Bedieningspaneel
3
Handgreep
4
Typeplaatje
5
Afvoerpomp
6
4
5
1
6
7
Stelvoetjes
7
Afvoerslang
8
Watertoevoerklep
9
Hoofdkabel
10
Transportbouten
11
Stelvoetjes
12
2
4.1 Accessoires
1 2
34
4.2 Kinderbeveiliging
• Als u deze beveiliging activeert, kunt u de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trom­mel opsluit. Voor het inschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk rechtsom totdat de groef horizontaal staat. Voor het uitschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk links-
NEDERLANDS 7
Moersleutel
1
Om de transportbouten te verwijde­ren.
Plastic dopjes
2
Voor het afdichten van de gaten aan de achterzijde van het apparaat na­dat u de transportbouten hebt ver­wijderd.
Toevoerslang met geïntegreerd
3
beschermingssysteem tegen wa­teroverlast
Om mogelijke wateroverlast te voor­komen.
Plastic slanggeleider
4
Om een afvoerslang op de rand van een gootsteen te bevestigen.
om totdat de groef weer verticaal staat.
5. BEDIENINGSPANEEL
1 2 3
Katoen Eco
Coton Eco
45678910
www.aeg.com
8
Aan/Uit-toets (Auto Off)
1
Programmaknop
2
Display
3
Start/Pauze - Départ/Pause-toets
4
Startuitstel - Départ Différé-toets
5
Tijd Besparen - Gain de Temps-
6
toets Extra Spoelen / Rinçage+-toets
7
Vlekken/Voorwas - Taches / Préla-
8
vage-toets T/min.-toets
9
Temperatuurtoets(Temp.°C)
10
5.1 AUTO Off-toets
Druk op deze toets om het apparaat in of uit te schakelen. Er klinkt een geluid als het apparaat wordt ingeschakeld. De AUTO OFF-functie schakelt het ap­paraat automatisch uit om stroom te be­sparen als:
1
• Er een programma is geselecteerd, maar na 5 minuten van de instelling
4
nog niet op de – Alle instellingen worden geannu-
leerd.
Druk op de weer in te schakelen.
– Stel het wasprogramma weer in en
alle mogelijke opties.
• 5 minuten na afloop van het waspro­gramma. Raadpleeg 'Aan het einde van het programma'.
5.2 Programmaschakelaar
Draai deze knop om een programma in te stellen. Het bijbehorende program­ma-indicatielampje gaat branden.
toets is gedrukt.
1
om het apparaat
2
5.3 Display
A H
3
C D E F GB
JKL
Op het display verschijnt:
De temperatuur van het ingestelde programma
A
Koud water
De centrifugesnelheid van het ingestelde programma
B
Niet centrifugeren symbool
1)
Spoelstop symbool
1)
Alleen beschikbaar voor het programma Centrifugeren / wegpompen.
I
NEDERLANDS 9
Voorwasfase
Wasfase
Spoelgangenfase
Centrifugefase
C
De fasesymbolen
• Als een programma is ingesteld, gaan alle symbolen die verband houden met dat programma aan.
• Als het programma is begonnen, wordt alleen het symbool van de werkende fase getoond.
• Als het programma is voltooid, is het symbool van de laatste fase aan.
D
Het stoomsymbool gaat aan als u een Stoomprogramma kiest.
De wasmiddeloverdosering gaat aan het einde van de cy-
E
clus aan als het apparaat detecteert dat er te veel wasmid­del is gebruikt.
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het sym­bool aan is. U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool uit gaat.
F
Het symbool blijft aan, maar het programma is vol­tooid:
• De functie 'Spoelstop' is aan.
• Er staat water in de trommel.
G
Het symbool startuitstel gaat aan als u de functie startuit­stel inschakelt.
• De programmatijd Als het programma start, vermindert de programmatijd
in stappen van 1 minuut.
• De uitgestelde start Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de
uitgestelde starttijd.
H
•Alarmcodes Als er een storing in het apparaat optreedt, worden er
alarmcodes op de display weergegeven. Raadpleeg 'Probleemoplossing'.
• Het display toont dit bericht enkele seconden wanneer:
– U een functie instelt die niet van toepassing is voor het
programma.
– U het programma wijzigt als het in werking is.
www.aeg.com
10
• Als het wasprogramma is voltooid.
I
Grafische balkjes
Indien u een verkeerde keuze maakt, geeft het bericht Err aan dat keu- ze niet mogelijk is.
J
K
Het kinderslotsymbool gaat aan als het apparaat wordt in­geschakeld.
Het lege indicatiebalkje verschijnt alleen als de bijbehoren­de functie beschikbaar is voor het ingestelde programma.
Het indicatiebalkje gaat branden volgens de ingestelde functies.
Het symbool tijdbesparing gaat aan als u een van de pro­grammaduren instelt:
• Dagelijkse functie
• Functie Super snel
Het symbool extra spoelen gaat aan als deze functie is in­geschakeld.
Het nummer geeft het totaal aantal spoelgangen weer.
Het indicatiebalkje brandt volledig als u het maximale aan­tal spoelgangen instelt.
Het symbool Vlekken gaat aan als u de functie inschakelt.
Het symbool Voorwas gaat aan als u de functie inschakelt.
L
Het indicatiebalkje brandt niet volledig als u slechts één van de functies instelt.
Het indicatiebalkje gaat volledig branden als u de twee functies instelt.
5.4 Toets Start/Pauze
Druk op toets 4 om het programma te starten of te onderbreken.
5.5 Toets startuitstel
Druk op toets 5 om de start van een programma vanaf 30 minuten tot 20 uur uit te stellen.
5.6 Toets tijd
Druk op de toets 6 om de duur van het programma te verkorten.
6
4
5
– Eenmaal drukken om 'Verkorte duur'
in te stellen voor voorwerpen met da­gelijks vuil.
– Tweemaal drukken om 'Extra snel' in
te stellen voor licht vervuilde voorwer­pen.
Sommige programma's accepte­ren alleen één van de twee func­ties.
5.7 Toets extra spoelen
Druk op toets 7 om spoelfases toe te voegen aan het programma.
7
Gebruik deze functie voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is.
5.8 Toets Vlekken-Voorwas
Druk op de toets 8 om een vlekken en/ of voorwasfase toe te voegen aan het programma. Druk herhaaldelijk op de toets om één of twee opties in te schakelen. Het bijbe­horende symbool en het indicatiebalkje gaan branden op de display.
VLEKKEN PLUS
• Gebruik deze functie voor wasgoed met vlekken die moeilijk te verwijde­ren zijn.
Als u deze functie instelt, doet u vlek­kenverwijderaar in het vakje
functie verlengt de duur van het was­programma.
Deze functie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
VOORWAS
• Gebruik deze functie om een voorwas­fase toe te voegen voor de wasfase. We raden u aan om deze functie te gebruiken als u wasgoed heeft dat zeer vervuild is.
Het instellen van deze functie verlengt de duur van het waspro­gramma.
5.9 Toets centrifugeren
Druk op deze toets om:
• De maximale snelheid van de centrifu­gefase van het programma te verla­gen.
De display toont alleen de centri­fugesnelheden die voor het inge­stelde programma beschikbaar zijn.
• Schakel de centrifugefase uit.
• Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel deze functie in om kreukels in stoffen te voorkomen. Het apparaat pompt geen water af als het programma is voltooid.
8
. Deze
9
NEDERLANDS 11
5.10 Temperatuurtoets
Druk op knop 10 om de standaard tem­peratuur te wijzigen. Als het display het volgende weergeeft apparaat het water niet.
- -, verwarmt het
10
5.11 Geluidssignalenfunctie
U hoort geluidssignalen als:
• U het apparaat inschakelt.
• U het apparaat uitschakelt.
• U op een toets drukt.
• Het programma is voltooid.
• Het apparaat ondervindt een storing. Voor het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd
8
op toets seconden.
en toets 7 gedurende 6
Als u de geluidssignalen uitscha­kelt, blijven ze alleen werken als u op de toetsen drukt en er een storing optreedt.
5.12 Functie kinderslot
Deze functie voorkomt dat kinderen spe­len met het bedieningspaneel.
• Druk om de functie te activeren, tege-
10
lijkertijd op toets dat de display het symbool
• Druk om de functie te deactiveren, te­gelijkertijd op toets totdat het symbool uitgaat.
U kunt de volgende functie activeren:
• Voordat u drukt op de toets Start/Pau-
4
: kan het apparaat niet starten.
ze
• Nadat u drukt op de toets Start/Pauze
4
, worden alle toetsen en de pro-
grammaschakelaar uitgeschakeld.
en toets 9 tot-
toont.
10
en toets
9
5.13 Permanente extra
spoelfunctie
Met deze functie kunt u de extra spoel­functie permanent aan laten als u een nieuw programma instelt.
• Voor het inschakelen van de functie
6
drukt u tegelijkertijd op toets
5
toets
tot de display het symbool
toont.
en
www.aeg.com
12
Druk, om de functie uit te schakelen tegelijkertijd op toets tot het symbool uit gaat.
6. PROGRAMMA’S
6
en toets
5
Programma Huishoudelijk
Katoen - Blanc/ Couleurs
Katoen 95° - Koud
Extra Stil - Extra Silence
Extra Stil 95° - Koud
Synthetica - Syn­thétiques
Synthetica 60° - Koud
Strijkvrij - Repassa­ge Facile
4)
Strijkvrij 60 - 0°
Type lading Max. gewicht van la­ding
Wit en bont katoen, nor­maal vervuild. max. lading 8 kg
Wit en bont katoen, nor­maal vervuild. max. lading 8 kg
Synthetische of gemeng­de stoffen, normaal ver­vuild. max. lading 4 kg
Synthetica, normaal ver­vuild. max. lading 4 kg
Beschrij­ving van de cyclus
Wassen Spoelgan­gen Lang centri­fugeren
Wassen Stop met water in de trommel Spoelgan­gen
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN
VLEKKEN
2)
TIJDBESPA-
3)
RING
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN
VLEKKEN
2)
TIJD BESPA­REN
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN
VLEKKEN
2)
TIJDBESPA­RING
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN TIJDBESPA­RING
NEDERLANDS 13
Programma Huishoudelijk
Fijne Was - Déli­cats
Fijne Was 40 - 0°
Wol / Zijde - Laine/ Soie
Wol/zijde
40 - 0°
Dekbed - Couette
Dekbed 60 - 30°
Anti-Allergie - An­ti-Allergies
Anti-allergie 60°
Centrifugeren / Pompen -Essora-
ge / Vidange
5)
Centr./Pompen 0°
Spoelen - Rinçages
Spoeling 0°
Type lading Max. gewicht van la­ding
Fijn wasgoed zoals acryl, viscose, polyester stof­fen, normaal vervuild. max. lading 4 kg
In de machine wasbare wol. Met de hand wasba­re wol en fijn wasgoed met het symbool 'hand­was'. max. lading 2 kg
Eén synthetische deken, dekbed, sprei enz. max. lading 3 kg
Witte katoenen kleding. Dit programma verwij­dert de micro-organis­mes dankzij het wassen op 60° en voegt een ex­tra spoeling toe. Op die manier is de actie effec­tiever. Doe een speciale toe­voeging voor hygiëne in het vakje vlekken en se­lecteer de optie vlekken. max. lading 8 kg
Alle stoffen. De maximale belading van wasgoed is afhanke­lijk van het type was­goed.
Alle stoffen. max. lading 8 kg
Beschrij­ving van de cyclus
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Afvoer van het water Centrifuge­fase.
Een spoel­gang met nabehan­delingsmid­del Centrifuge­fase
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN
VLEKKEN
2)
TIJDBESPA­RING
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
AANPASSEN TOERENTAL
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS VLEKKEN
1)
2)
EXTRA SPOE­LEN
AANPASSEN TOERENTAL NIET CENTRI­FUGEREN
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP EXTRA SPOE-
6)
LING
www.aeg.com
14
Programma Huishoudelijk
Jeans
60° - 0°
Type lading Max. gewicht van la­ding
Alle wasgoed van spij­kerstof. Stoffen van jer­sey met hi-techmateria­len. max. lading 8 kg
Beschrij­ving van de cyclus
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Functies
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOE­LEN
20 Min. - 3kg
40° - 30°
Super Eco
7)
Katoenen en syntheti­sche kleding met lichte vervuiling of slechts een­maal gedragen. max. lading 3 kg
Gemengde stoffen (ka­toen en synthetische stoffen). max. lading 3 kg
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
Wassen Spoelgan­gen Kort centri­fugeren
AANPASSEN TOERENTAL
AANPASSEN TOERENTAL NIET CENTRI­FUGEREN SPOELSTOP EXTRA SPOE­LEN
Katoen Eco -
Coton Eco
Katoen Eco 60° en 40°
Wit en bont katoen nor-
8)
maal bevuild. max. lading 8 kg
Wassen Spoelgan­gen Lang centri­fugeren
AANPASSEN TOERENTAL SPOELSTOP
VOORWAS VLEKKEN
2)
1)
EXTRA SPOE­LEN TIJDBESPA­RING
1)
Als u vloeibare wasmiddelen gebruikt, is het niet mogelijk om VOORWAS te kiezen.
2)
De functie Vlekken is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40 °C.
3)
Als u de functie extra kort kiest, adviseren wij u de maximale lading te beperken. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar een optimaal wasresultaat kan dan niet gegarandeerd worden.
4)
De was- en centrifugefase van dit programma is zacht om te voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken. De wasautomaat voegt extra spoelgangen toe.
5)
De standaardinstelling van de centrifugeersnelheid is gebaseerd op katoenen wasgoed. Stel de centrifugesnelheid in. Zorg ervoor dat het geschikt is voor het soort wasgoed. Voor het uitsluitend selecteren van het programma AFPOMPEN, stelt u de functie NIET CENTRIFUGEREN in.
6)
Druk op de toets EXTRA SPOELING om spoelgangen toe te voegen. Met een lage centrifugeersnelheid voert het apparaat delicate spoelgangen uit met kort centrifugeren.
7)
Stel dit programma in om de tijd en het water- en energieverbruik te verlagen. Gebruik een speciaal wasmiddel voor zeer lage temperatuur.
8)
Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden Volgens de
regulering 1061/2010 zijn deze programma's respectievelijk het “standaard 60° katoenprogramma” en het “standaard 40° katoenprogramma”. Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteits- en waterverbruik bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed. Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen. De tijd van het wasprogramma wordt verlengd.
NEDERLANDS 15
De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is aan-
gegeven voor het geselecteerde programma.
STOOMPROGRAMMA'S
Programma
1)
Opfrissen Opfrissen - Rafraîchir Dit programma verwijdert luchtjes uit
Type lading Max. bela-
ding
Katoen en syntheti-
tot 1.5 kg
sche stoffen
het wasgoed.
Stoom verwijdert geen dieren­luchtjes.
Stoom Ontkreuk Ontkreuk - Défroissa-
ge
Katoen en syntheti­sche stoffen
tot 1.5 kg
Deze cyclus helpt het wasgoed te ont­kreuken
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of eenmaal gedra­gen wasgoed. Deze programma's kunnen kreukels en luchtjes vermin­deren en het wasgoed zachter maken. Gebruik nooit een schoonmaakmiddel. Verwijder vlekken indien nodig door te wassen of plaatselijke vlekverwijderaar te gebruiken. Stoomprogramma's hebben geen hygiënische cyclus.
Stel het Stoomprogramma niet in voor dit type kleding:
• kleding waar op het wasvoorschrift niet staat of het geschikt is voor de dro­ger
• alle kledingstukken met veel ingewerkte stukjes plastic, metaal, hout, e.d.
1)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren aan de lucht te drogen gedurende 10 minuten om de vochtigheid te laten verdampen. Het wasgoed moet zo snel mogelijk uit de trommel worden verwijderd. Na een stoomcyclus kunt u de kleding toch nog strijken, maar dan uiteraard met veel minder moeite!
6.1 Woolmark-certificaat
De wolwascyclus van de machine is getest en goedgekeurd door Woolmark voor het was­sen van wollen kleding waarvan in het label staat dat het handwas is, op voorwaarde dat de kledingstukken worden gewassen volgens de instructies op het label in het kledingstuk en die van de fabrikant van deze wasmachi­ne. M1144 In het VK, Ierland, Hong Kong en India is het Woolmark-symbool is een certificeringshan­delsmerk.
www.aeg.com
16
7. VERBRUIKSWAARDEN
Bij start van het programma toont het display de programmaduur voor de maximale laadcapaciteit. Tijdens de wasfase wordt de programmaduur automatisch berekend en de­ze kan flink worden verlaagd als de wasgoedlading lager is dan de maxima­le laadcapaciteit (bijv. katoen 60°C, maximale laadcapaciteit 8 kg, de pro­grammaduur is langer dan 2 uur, lading 1 kg, de programmaduur is nog geen uur). Als het apparaat de echte programmaduur berekent, knippert er een punt in het display.
De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kun­nen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water en de omgevingstemperatuur.
Programma’s Lading
(kg)
Energie­verbruik
(kWh)
Water-
verbruik
(liter)
Gemid-
delde
pro-
gramma-
duur
(minu-
ten)
Reste-
rend
vocht
1)
(%)
L 87485
FL
Reste-
rend
vocht
(%)
L 87685
FL
Katoen 60 °C 8 1.5 66 179 52 43 Katoen 40 °C 8 0.9 66 175 52 43 Synthetische
stoffen 40 °C Fijne was 40
°C Wol/Handwas
30 °C
4 0.6 48 110 35 35
4 0.7 58 91 35 35
2 0.35 57 60 30 30
Standaard katoenprogramma's
Standaard 60 °C katoen
Standaard 60 °C katoen
Standaard 40 °C katoen
1)
Aan het einde van de centrifugeerfase.
8 0.89 60 223 52 43
4 0.74 37 190 52 43
4 0.49 37 171 52 43
Uit-modus (W) Modus aan laten (W)
0.05 0.05
De gegevens in de bovenstaande grafiek zijn in overeenstemming met de EU verordening 1015/2010 die richtlijn 2009/125/EC implementeert.
1)
8. VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1.
Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmid­dellade om het afvoersysteem te ac­tiveren.
2.
Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het pro­gramma voor katoen in op de hoog­ste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip.
9. BEDIENING VAN HET APPARAAT
NEDERLANDS 17
1.
Draai de waterkraan open.
2.
Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Druk op toets 1 om het apparaat in te schakelen.
4.
Plaats het wasgoed in de machine.
5.
Gebruik de juiste hoeveelheid was­middelen en toevoegingen.
6.
U dient het juiste programma in te stellen en te starten voor het type la­ding en de mate van vervuiling.
9.1 Wasgoed in de machine doen
1.
Open de deur van het apparaat.
2.
Plaats het wasgoed een voor een in de trommel. Schud de items voor u ze in de wasautomaat plaatst. Zorg ervoor dat u niet te veel was in de trommel plaatst.
3.
Sluit de deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlek­kage of beschadigd wasgoed ontstaan.
www.aeg.com
18
9.2 Wasmiddel en additieven (wasverzachter, vlekkenmiddel)
toevoegen
Het wasmiddelvakje van de voorwasfase en het inweekprogram­ma. Voeg inweek- en voorwasmiddelen toe voordat u het program­ma start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase. Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel). Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmid­delen.
Het vakje voor de vlekverwijderaar. Plaats het product in het vakje en stel de vlekfunctie in voordat u het programma start.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel. Draai het klepje (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poe­der of vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
De stand van de klep controleren
5.
Meet het wasmiddel en wasverzach­ter af.
6.
Sluit de wasmiddeldoseerlade voor­zichtig. Zorg bij het sluiten van de lade dat de klep geen blokkering veroorzaakt.
9.3 Een programma instellen en starten
1.
Draai de programmaschakelaar. Het bijbehorende programma-indicatie­lampje gaat branden.
2.
Het lampje van toets 4 knippert in het rood.
NEDERLANDS 19
1.
Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot deze stopt.
2.
Druk de hendel in om de lade uit te trekken.
3.
Draai de klep omhoog om poeder­wasmiddel te gebruiken.
4.
Draai de klep omlaag om vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OM­LAAG:
– Gebruik geen gelatineachtige
of dikke vloeibare wasmidde­len.
– Giet niet meer vloeibaar was-
middel in het vakje dan de li-
miet op de klep. – Stel de voorwasfase niet in. – Stel de startuitstelfunctie niet
in.
3.
De display toont de standaard tem­peratuur, de centrifugesnelheid en de lege indicatiebalkjes van de be­schikbare functies.
4.
Om de temperatuur en/of de centri­fugesnelheid te wijzigen, drukt u op de bijbehorende toetsen.
5.
Stel de beschikbare functies in.
www.aeg.com
20
6.
Druk op toets 4 om het program­ma te starten. Het lampje van toets
4
is aan.
De afvoerpomp kan even werken als het apparaat gevuld wordt met water.
De wasmachine past de cy­clustijd automatisch aan op het wasgoed dat u in de trommel hebt gedaan, voor perfecte wasresultaten bin­nen een minimaal benodigde tijd. Na ongeveer 15 minuten vanaf de start van het pro­gramma geeft de display de nieuwe tijdwaarde weer.
9.4 Een programma onderbreken
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indi­catielampje knippert.
2.
Als u opnieuw op toets 4 drukt. Het wasprogramma gaat verder.
9.5 Een programma annuleren
1.
Druk op toets 1 om het program­ma te annuleren en om het apparaat uit te schakelen.
2.
Druk opnieuw op toets 1 om het apparaat in te schakelen. U kunt nu een nieuw wasprogramma kiezen.
Het apparaat pompt geen water weg.
9.6 Een functie wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen voordat ze gaan werken.
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het indi­catielampje knippert.
2.
De ingestelde functie wijzigen.
9.7 Het startuitstel instellen
1.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot het aantal minuten of uren op de display verschijnt. De bijbehorende symbolen gaan branden.
2.
Druk op toets 4 , het apparaat be­gint met aftellen van de uitgestelde start.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automa­tisch gestart.
Voordat u op toets 4 drukt om het apparaat te starten, kunt u de instelling van de uitgestelde start annuleren of wijzigen. U kunt de uitgestelde start niet instellen bij het Stoom program­ma.
9.8 De uitgestelde start annuleren
1.
Als u op de toets 4 drukt: Het bij­behorende indicatielampje knippert.
2.
Druk herhaaldelijk op toets 5 tot de display 0’ toont.
3.
Als u op de toets 4 drukt: Het pro­gramma wordt gestart.
9.9 Deur openen
Als een programma of het startuitstel in werking is, is de deur van de wasmachi­ne vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.
Druk op toets 4 . Het deurvergren­delingssymbool in de display gaat uit.
2.
Open de deur van het apparaat.
3.
Sluit de deur van de machine en druk op toets
of startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het water­peil in de trommel te hoog zijn, blijft het symbool voor de deur­vergrendeling aan en kunt u de deur niet openen. U opent in dat geval de deur als volgt:
1.
2.
3.
Als u het apparaat uit zet, dient u het programma opnieuw in te stellen.
4
. Het programma
Schakel het apparaat uit. Wacht enkele minuten. Zorg ervoor dat er zich geen
water in de trommel bevindt.
9.10 Aan het einde van het programma
• Het apparaat stopt automatisch.
• De geluidssignalen klinken.
In de display gaat het symbool
• Het indicatielampje van de toets Start/
4
Pauze
• Het deurvergrendelingssymbool gaat uit.
Druk op toets te schakelen. Vijf minuten na het einde van het programma wordt het appa­raat door de functie AUTO OFF auto­matisch uitgeschakeld.
• Haal het wasgoed uit de wasmachine. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
• Laat de deur iets open staan om de vorming van schimmel en onaangena­me luchtjes te voorkomen.
gaat uit.
1
om het apparaat uit
Als u het apparaat weer inscha­kelt, wordt het einde van het als laatste ingestelde programma in de display weergegeven. Draai de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen.
aan.
NEDERLANDS 21
• Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar er staat water in de trommel:
– De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen. – De deur blijft vergrendeld. – U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
Het water wegpompen:
1.
Verlaag zo nodig de centrifugesnel­heid.
2.
Druk op de toets Start/Pauze 4 . Het apparaat voert het water af en centrifugeert.
3.
Als het programma is voltooid, gaat het deurvergrendelingssymbool uit en kunt u de deur openen.
4.
Schakel het apparaat uit.
Na ongeveer 18 uur begint het apparaat automatisch met het af­voeren van water en centrifuge­ren.
10. AANWIJZINGEN EN TIPS
10.1 Wasgoed sorteren
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet sa­men.
• Sommige bonte weefsels kunnen uit­lopen als zij de eerste keer worden ge­wassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle ar­tikelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken bin­nenstebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met de gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordij­nen in een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen: – Wasgoed zonder zomen of met
scheuren – Beugelbeha's. – Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
• Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen hand­matig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw starten.
10.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en was­middel niet voldoende.
www.aeg.com
22
We raden u aan om deze vlekken te ver­wijderen voordat u deze artikelen in de machine stopt. Er zijn speciale vlekverwijderaars ver­krijgbaar. Gebruik een speciale vlekver­wijderaar die geschikt is voor het type vlek en stof.
10.3 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
• Gebruik alleen wasmiddelen en nabe­handelingsproducten die bedoeld zijn voor gebruik in een wasautomaat.
• Vermeng geen verschillende soorten wasmiddel met elkaar.
• Gebruik niet meer dan de benodigde hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen.
• Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van deze producten.
• Gebruik de juiste producten voor het type en de kleur stof, de programma­temperatuur en de mate van vervui­ling.
• Stel geen voorwasfase in als u vloeiba­re wasmiddelen gebruikt.
• Als uw machine geen wasmiddellade heeft met klepje, voeg dan het vloei­bare wasmiddel toe met een doseer­bal.
10.4 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterverzachter voor wasautomaten aan. In gebieden waar de waterhardheid zacht is, is het gebruik van een waterver­zachter niet nodig. Neem contact op met de plaatselijke waterautoriteit voor de waterhardheid in uw gebied. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producten. Gelijkwaardige eenheden meten de wa­terhardheid:
• Duitse graden (°dH).
• Franse graden (°TH)
• mmol/l (millimol per liter - een interna­tionale eenheid voor de hardheid van water).
• Clarke-graden.
Waterhardheidstabel
Niveau Type
°dH °TH mmol/l Clarke
1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9 2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16 3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25 4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25
11. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voor­dat u het apparaat reinigt.
11.1 Ontkalken
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter
Waterhardheid
te gebruiken om deze kalk te verwijde­ren. Gebruik een speciaal product voor was­automaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de produ­cent. Doe dit apart van het wassen van was­goed.
Loading...
+ 50 hidden pages