ELECTROLUX EUF2244AOW, EUN 2244 AOW User Manual

EUF2244AOW
NL Vriezer 2 FR Congélateur 17
www.electrolux.com2

INHOUDSOPGAVE

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE............................................................................... 3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN...................................................................... 4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT..............................................................6
4. BEDIENING ....................................................................................................... 6
5. DAGELIJKS GEBRUIK.......................................................................................7
6. AANWIJZINGEN EN TIPS..................................................................................8
7. ONDERHOUD EN REINIGING.......................................................................... 9
8. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................11
9. MONTAGE .......................................................................................................12
10. TECHNISCHE INFORMATIE......................................................................... 15
WE DENKEN AAN U
Bedankt voor het kopen van een Electrolux-apparaat. U koos voor een product dat jaren professionele ervaring en innovatie bevat. Ingenieus en stijlvol, het werd ontworpen met u in het achterhoofd. Wanneer u het gebruikt, kunt u er op vertrouwen dat u keer op keer fantastische resultaten zult krijgen. Welkom bij Electrolux.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.electrolux.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registerelectrolux.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.electrolux.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van
kinderen.
Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd
door kinderen zonder toezicht.
NEDERLANDS 3

1.2 Algemene veiligheid

Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies;
dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen.
Gebruik geen mechanische of andere middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
www.electrolux.com4
Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat
te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Bewaar geen explosieve substanties zoals
spuitbussen met drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant
of diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Montage

WAARSCHUWING!
Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.
• Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.
• Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren.
• Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat aan de netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen.
• Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiators, fornuizen, ovens of kookplaten.
• De achterzijde van het apparaat moet tegen de muur worden geplaatst.
• Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht.
• Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of kelders.
• Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische schokken.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.
• Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de Servicedienst of een elektrotechnicus
om de elektrische onderdelen te wijzigen.
• De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.

2.3 Gebruik

WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.
• Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant.
• Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar.
• Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed.
• Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat.
• Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken.
• Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat.
• Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet.
• Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt.
NEDERLANDS 5
• Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in.
• Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking.

2.4 Onderhoud en reiniging

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen.
• Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen.

2.5 Verwijdering

WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
• Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
• Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk.
• Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat.
• Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt.
1
4
5
2
3
www.electrolux.com6

3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

3.1 Productoverzicht

Bedieningspaneel
1
Klepjes
2
Vriezermanden
3

4. BEDIENING

4.1 Inschakelen

Steek de stekker in het stopcontact. Het stroomlampje licht op.

4.2 Uitschakelen

Draai de temperatuurknop op de stand "O" om het apparaat uit te schakelen.
Het stroomlampje blijft AAN totdat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken.
Typeplaatje
4
MaxiBox-mandjes
5

4.3 Temperatuurregeling

De temperatuur wordt automatisch geregeld.
Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen:
• zet de temperatuurknop op een lagere
• zet de temperatuurknop op een
stand om de minimale koelte te verkrijgen.
hogere stand om de maximale koelte te verkrijgen.
NEDERLANDS 7
Een gemiddelde instelling is over het algemeen het meest geschikt.
De exacte instelling moet echter worden gekozen rekening houdend met het feit dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van:
• de kamertemperatuur
• hoe vaak het deksel wordt geopend
• de hoeveelheid voedsel die wordt bewaard
• de plaats van het apparaat.
LET OP!
Als de omgevingstemperatuur hoog is of als het apparaat volledig gevuld is en de thermostaatknop op de koudste instelling staat, kan het apparaat continu werken, waardoor er ijs op de achterwand gevormd wordt. In dat geval moet de knop op een hogere temperatuur gezet worden om automatische ontdooiing mogelijk te maken en zodoende het energieverbruik te beperken.

4.4 Alarm bij hoge temperatuur

Een temperatuurstijging in het vriesvak (bijvoorbeeld doordat de stroom is uitgevallen of doordat de deur open staat) wordt aangegeven door een knipperend alarmlampje.
Als de normale omstandigheden zijn hersteld, stopt het alarmlampje met knipperen.

5. DAGELIJKS GEBRUIK

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

5.1 Eerste inschakeling

LET OP!
Laat, voordat u de stekker in het stopcontact steekt en de koelkast voor de eerste keer aanzer, het apparaat eerst minimaal 4 uur rechtop staan. De olie heeft dan genoeg tijd om terug te keren naar de compressor. Anders kunnen de compressor of de elektronische onderdelen beschadigd raken.

5.2 Het bewaren van ingevroren voedsel

Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, het apparaat minstens 2 uur laten werken voordat u er producten in plaatst.
De vriesladen zorgen ervoor dat u het voedselpakket dat u wenst, snel en makkelijk kan vinden. Indien grote hoeveelheden voedsel moeten worden bewaard, verwijder dan alle lades behalve de onderste lade die nodig is voor een goede luchtcirculatie. Het voedsel kan op alle schappen tot 15 mm ver naar de deur uitsteken.
www.electrolux.com8
WAARSCHUWING!
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder 'maximale bewaartijd bij stroomuitval' is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Plaats het verse in te vriezen voedsel de twee bovenste vakken.
De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, staat vermeld op het typeplaatje, een etiket dat zich aan de binnenkant van het apparaat bevindt.
Het invriesproces duurt 24 uur. voeg tijdens deze periode geen ander voedsel toe om in te vriezen.
Wanneer het invriesproces is voltooid, de vereiste temperatuur weer instellen (zie "-functie").

5.3 Invriezen van vers voedsel

Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
Om kleine hoeveelheden vers voedsel in te vriezen is het niet nodig om de instelling te veranderen.
Om vers voedsel in te vriezen, activeer de -functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt.

6. AANWIJZINGEN EN TIPS

6.1 Normale bedrijfsgeluiden:

De volgende geluiden zijn normaal tijdens de werking:
• Een zacht gorgelend en borrelend geluid als het koelmiddel door leidingen wordt gepompt.
• Een zoemend en kloppend geluid van de compressor als het koelmiddel wordt rondgepompt.
• Een plotseling krakend geluid uit de binnenkant van het apparaat veroorzaakt door thermische uitzetting (een natuurlijk en ongevaarlijk natuurkundig fenomeen).
• Een zacht klikkend geluid van de thermostaat als de compressor aan of uit gaat.

6.2 Tips voor energiebesparing

• De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.

5.4 Ontdooien

Diepgevroren of ingevroren voedsel kan, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur ontdooid worden.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen.
• Verwijder indien aangebracht de koelelementen niet uit de vriesmand.

6.3 Tips voor het invriezen

Om u te helpen het voedsel zo goed mogelijk in te vriezen, volgen hier een paar belangrijke tips:
• De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, wordt vermeld op het typeplaatje.
• Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft
• Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt
• Mager voedsel kan beter worden ingevroren dan vet voedsel. Zout zorgt dat het voedsel minder lang in de vriezer goed blijft
• Water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen
NEDERLANDS 9
• Het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is.
6.4 Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u
• verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk;
• als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren;
• bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.

7. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

7.1 Algemene waarschuwingen

LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken.
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de koeleenheid. Onderhoud en hervullen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici.
De toebehoren en onderdelen van het apparaat zijn niet geschikt om in een afwasmachine gewassen te worden.
7.2 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen. Deze beschadigen de lak.

7.3 Periodieke reiniging

LET OP!
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet.
www.electrolux.com10
LET OP!
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
LET OP!
Til de voorkant van de koelkast op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van restjes zijn.
3. Spoel ze af en maak ze grondig droog.
4. Maak indien toegankelijk de condensor en de compressor aan de achterkant van het apparaat schoon met een borstel. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen.

7.4 De vriezer ontdooien

LET OP!
Gebruik nooit scherpe metalen hulpmiddelen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten.
Stel ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien een lagere temperatuur in om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking.
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats.
WAARSCHUWING!
Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de producten vastvriezen.
3. Laat de deur open staan en steek de kunststof schraper in de daarvoor bedoelde opening in het midden van de bodem, plaats er een opvangbak onder om het dooiwater op te vangen.
Om het ontdooiproces te versnellen kunt u een bak warm water in het vriesvak zetten. Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken voordat het ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant grondig droog maken en
de schraper bewaren voor toekomstig gebruik.
5. Zet het apparaat aan. Plaats na drie uur het eerder verwijderde
voedsel terug in het vriesvak.

7.5 Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt

Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.

8. PROBLEEMOPLOSSING

WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid.

8.1 Problemen oplossen

Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitge‐
De stekker zit niet goed
Er staat geen spanning
Het apparaat maakt law‐ aai.
De compressor werkt con‐ tinu.
Er worden veel product‐
De omgevingstempera‐
Het voedsel dat in het
schakeld.
in het stopcontact.
op het stopcontact.
Het apparaat is niet ste‐ vig en stabiel geplaatst.
De temperatuur is goed ingesteld.
en tegelijk geplaatst.
tuur is te hoog.
apparaat werd geplaatst, was te warm.
NEDERLANDS 11
2. verwijder al het voedsel
3. Ontdooi het apparaat en toebehoren
(indien nodig) en maak alles schoon.
4. Laat de deur/deuren open staan om onaangename luchtjes te voorkomen.
WAARSCHUWING!
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft als de stroom uitvalt.
Zet het apparaat aan.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat op het stopcontact aan. Neem contact op met een gekwalificeerd elektri‐ cien.
Controleer of het apparaat stabiel staat.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bediening'.
Wacht een paar uur en con‐ troleer dan nogmaals de temperatuur.
Zie het typeplaatje voor de klimaatklasse.
Laat voedsel afkoelen tot ka‐ mertemperatuur voordat u het opslaat.
Loading...
+ 25 hidden pages