10 PROGRAMMA’S
14 VOORDAT U DE DROGER IN GEBRUIK NEEMT
14 BEDIENING VAN HET APPARAAT
14 WASGOED IN DE MACHINE DOEN
15 WASMIDDELEN EN TOEVOEGINGEN GEBRUIKEN
16 HET PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN
18 AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
18 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
19 ONDERHOUD EN REINIGING
24 PROBLEMEN OPLOSSEN EN SERVICE
27 TECHNISCHE GEGEVENS
27 MONTAGE
4 VEILIGHEIDSINFORMATIE
5 MILIEUBESCHERMING
6 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
7 ACCESSOIRES
7 BEDIENINGSPANEEL
KLANTENSERVICE
Wanneer u contact opneemt met de
klantenservice dient u de volgende
gegevens bij de hand te hebben. Deze
informatie treft u aan op het
typeplaatje.
Model
Productnummer
Serienummer
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Waarschuwing - Belangrijke
veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG
mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u
verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
NEDERLANDS3
Ga naar onze website voor:
- Producten
- Brochures
- Gebruikershandleidingen
- Oplossen van problemen
- Service-informatie
www.aeg.com
4
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u het apparaat installeert of gebruikt:
• Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
• Voor het milieu
• Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of
aan een ander geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
EN KWETSBARE MENSEN
• Mensen, met inbegrip van kinderen,
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet bedienen. Zij
moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van
dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
• Houd alle verpakkingsmaterialen uit
de buurt van kinderen. Gevaar voor
verstikking of letsel.
• Houd alle reinigingsmiddelen uit de
buurt van kinderen.
• Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als de deur
open is.
• Voordat u de deur van het apparaat
sluit, dient u te controleren dat er
geen kinderen of huisdieren in de
trommel zitten.
• Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit
te activeren.
KINDERBEVEILIGING
• Als u deze beveiliging activeert, kunt
u de deur niet sluiten. Dit voorkomt
dat u kinderen of huisdieren in de
trommel opsluit. Voor het inschakelen van de kinderbeveiliging ver-
plaatst u het draaigedeelte met een
muntstuk rechtsom totdat de groef
horizontaal staat. Voor het uitschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een
muntstuk linksom totdat de groef
weer verticaal staat.
ALGEMENE VEILIGHEID
• Gebruik het apparaat niet voor professioneel gebruik. Dit apparaat is
uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
• De specificaties van het apparaat
mogen niet worden veranderd. Risico
op letsel en beschadiging van het
apparaat.
• Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat. Brand- of explosiegevaar.
• Volg de veiligheidsinstructies van de
verpakking van het wasmiddel om
brandwonden aan ogen, mond en
keel te voorkomen.
• Zorg dat u alle metalen onderdelen
uit het wasgoed verwijdert. Hard en
scherp materiaal kan het apparaat
beschadigen.
• Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in gebruik is. Het
glas kan heet worden (alleen bij machines met laaddeur vooraan).
ONDERHOUD EN REINIGING
• Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
• Gebruik het apparaat niet zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste
wijze worden geïnstalleerd. Een on-
juiste installatie leidt tot waterlekkage.
MONTAGE
• Het apparaat is zwaar, wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat.
• Vervoer uw apparaat niet zonder
transportbouten, u kunt anders de interne componenten beschadigen en
lekkages en defecten veroorzaken.
• Installeer en sluit geen beschadigd
apparaat aan.
• Zorg dat u alle verpakkingsmaterialen en transportbouten verwijdert.
• Zorg er tijdens de installatie voor dat
de stekker uit het stopcontact is gehaald.
• Alleen een erkende persoon mag de
elektrische installatie, het loodgieterswerk en de installatie van het apparaat uitvoeren. Dit om het risico op
structurele schade of lichamelijk letsel te voorkomen.
• Installeer of gebruik het apparaat
niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt.
• Als u het apparaat installeert op
vloerbedekking, dient u ervoor te
zorgen dat er luchtcirculatie is tussen
het apparaat en de vloerbedekking.
Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de
vloerbedekking te creëren.
Aansluiting aan de waterleiding
• Sluit het apparaat niet aan met oude
slangen die al gebruikt zijn. Gebruik
alleen nieuwe slangen.
• Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt.
• Sluit het apparaat niet op nieuwe leidingen aan of op leidingen die lang
NEDERLANDS5
niet zijn gebruikt. Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de
toevoerslang pas aan.
• Let er bij het eerste gebruik op dat
de watertoevoerslangen en de koppelingen niet lek zijn.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
• Zorg ervoor dat het apparaat is geaard.
• Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt
met de stroomvoorziening.
• Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact.
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
• Vervang of verander het netsnoer
niet zelf. Neem contact op met het
servicecentrum.
• Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
• Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker.
HET APPARAAT AFVOEREN
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Snij het netsnoer van het apparaat
af en gooi dit weg.
3. Verwijder de deurvergrendeling. Dit
voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Gevaar
voor verstikking (alleen bij machines
met laaddeur vooraan).
MILIEUBESCHERMING
VERPAKKINGSMATERIALEN
Recycle de materialen met het symbool
.
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
6
MILIEUTIPS
Gebruik minder water en energie om
het milieu te helpen, volg deze instructies:
• Stel een programma in zonder de
voorwasfase om wasgoed dat normaal vervuild is te wassen.
• Start een wasprogramma altijd met
de maximum hoeveelheid wasgoed.
• Gebruik indien nodig een vlekkenverwijderaar als u een programma met
een lage temperatuur instelt.
• Controleer de waterhardheid om de
juiste hoeveelheid wasmiddel te gebruiken.
product niet als huishoudafval mag
worden behandeld, maar moet worden
afgegeven bij een verzamelpunt waar
elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de juiste manier
wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met
de gemeente, de gemeentereiniging of
de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Het symbool
op het product of op
de verpakking wijst erop dat dit
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
123
4
5
6
7
Bovenblad
1
afwasmiddeldoseerbakje
2
Bedieningspaneel
3
Handgreep
4
Typeplaatje
5
Afvoerpomp
6
8
Stelvoetjes
7
Afvoerslang
8
Watertoevoerklep
9
Hoofdkabel
10
Transportbouten
11
Stelvoetjes
12
9
10
11
12
ACCESSOIRES
NEDERLANDS7
12
BEDIENINGSPANEEL
123
Moersleutel
1
Om de transportbouten te verwijderen.
Plastic dopjes
2
Voor het afdichten van de gaten aan
de achterzijde van het apparaat nadat u de transportbouten hebt verwijderd.
Toevoerslang met geïntegreerd
34
3
beschermingssysteem tegen wateroverlast
Om mogelijke wateroverlast te
voorkomen.
Plastic slanggeleider
4
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen te bevestigen.
- Gain de Temps)
Toets Extra spoelen (Extra Spoelen
7
- Rinçage+)
Toets Vlekken (Vlekken - Taches)
8
Toets Kort centrifugeren (T/min.)
9
Toets Temperatuur (Temp. ºC)
10
8
AAN/UIT-TOETS
Druk op deze toets om het apparaat in
of uit te schakelen. Er klinkt een geluid
als het apparaat wordt ingeschakeld.
DeAUTO Stand-by functie schakelt het
apparaat automatisch uit om stroom te
besparen als:
• Er een programma is geselecteerd,
maar na 5 minuten van de instelling
nog niet op de toets is gedrukt.
– Alle instellingen worden geannu-
leerd
–
Druk op de knop
raat weer in te schakelen.
DISPLAY
ABCD
Op het display verschijnt:
A• De maximum temperatuur van het programma.
B• De standaard centrifugesnelheid van het programma.
C•
3
•
'Niet centrifugeren'
De displaysymbolen.
SymbolenBeschrijving
1
1
om het appa-
1)
Wasfase
4
.
en 'Spoelstop' symbolen.
2)
– Stel het wasprogramma en alle
mogelijke opties
weer in.
• 5 minuten na afloop van het wasprogramma. Raadpleeg 'Aan het einde
van het programma'.
PROGRAMMASCHAKELAAR
2
Draai deze knop om een programma in
te stellen. Het bijbehorende programma-indicatielampje gaat branden.
Spoelfases
Centrifugefase
Kinderbeveiliging
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het symbool
brandt.
U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool uit
gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
• Er staat water in de trommel.
• De functie 'Spoelstop' is aan.
NEDERLANDS9
Startuitstel
D• De programmatijd
Als het programma start, vermindert de tijd in stappen van 1 minuut.
• De uitgestelde start
Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uitstelde starttijd.
•Alarmcodes
Als het apparaat een storing heeft, toont de display alarmcodes. Raad-
pleeg het hoofdstuk "Problemen oplossen".
•Err
Het display toont dit bericht enkele seconden als:
– U een functie instelt die niet van toepassing is voor het programma.
– U het programma wijzigt als het in werking is.
Het lampje van de toets Start/Pauze
•
Als het programma is voltooid.
1)
Alleen beschikbaar voor het programma Centrifugeren / afpompen.
2)
De symbolen verschijnen op de display als de bijbehorende fase of functie is ingesteld.
TOETS START/PAUZE
Druk op toets 4 om het programma te
starten of te onderbreken.
TOETS STARTUITSTEL
Druk op toets 5 om de start van een
programma vanaf 30 minuten tot 20 uur
uit te stellen.
TOETS TIJDBESPARING
Druk op de toets 6 om de programmatijd te verminderen.
• Druk een keer om een verkort programma in te stellen voor wasgoed
met dagelijks vuil.
• Druk twee keer voor het instellen van
een extra snel programma voor wasgoed dat bijna niet vuil is.
Sommige programma's accepteren uitsluitend een van de
twee functies.
TOETS EXTRA SPOELEN
Druk op toets 7 om spoelfases toe te
voegen aan het programma.
4
5
6
7
4
knippert.
Gebruik deze functie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelen en in
gebieden waar het water erg zacht is.
TOETS VLEKKEN
Druk op toets 8 om de vlekkenfase
toe te voegen aan het programma.
Gebruik deze functie voor wasgoed
met vlekken die moeilijk te verwijderen
zijn.
Als u deze functie instelt, doet u vlek-
kenverwijderaar in het vakje
Deze functie verlengt de duur
van het wasprogramma.
Deze functie is niet beschikbaar
bij een temperatuur lager dan
40°C.
8
TOETS CENTRIFUGEREN
Druk op deze toets om:
• De maximale snelheid van de centrifugefase te verlagen als u een programma instelt.
De display toont alleen de centrifugesnelheden die voor het
ingestelde programma beschikbaar zijn.
.
9
10
• Schakel de centrifugefase uit.
• Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel
deze functie in om kreukvorming in
stoffen te voorkomen. Het apparaat
pompt geen water af als het programma is voltooid.
Centrifugefase is uit.
De functie 'Spoelstop' is
aan.
TEMPERATUURTOETS
Druk op knop 10 om de standaard
temperatuur te wijzigen.
- -= koud water
10
GELUIDSSIGNALENFUNCTIE
U hoort geluidssignalen als:
• U het apparaat inschakelt.
• U het apparaat uitschakelt.
• U op een toets drukt.
• Het programma is voltooid.
• Het apparaat ondervindt een storing.
Voor het uitschakelen/inschakelen van
de geluidssignalen, drukt u tegelijker-
tijd op toets
6 seconden.
8
en toets 7 gedurende
Als u de geluidssignalen uitschakelt, blijven ze alleen werken als u op de toetsen drukt en
er een storing optreedt.
FUNCTIE KINDERSLOT
Deze functie voorkomt dat kinderen
spelen met het bedieningspaneel.
• Druk om de functie te activeren, tegelijkertijd op toets
totdat de display het symbool
toont.
• Druk om de functie te deactiveren,
tegelijkertijd op toets
totdat het symbool uitgaat.
U kunt de volgende functie activeren:
• Voordat u drukt op de toets Start/
4
Pauze
ten.
• Nadat u drukt op de toets Start/Pauze
programmaschakelaar uitgeschakeld.
: kan het apparaat niet star-
4
, worden alle toetsen en de
10
en toets
10
en toets
9
PERMANENTE EXTRA
SPOELFUNCTIE
Met deze functie kunt u de extra spoelfunctie permanent aan laten als u een
nieuw programma instelt.
• Druk om de functie te activeren, tegelijkertijd op toets
totdat het lampje van toets
brandt.
• Druk om de functie uit te schakelen,
tegelijkertijd op toets
totdat het lampje van toets 7 uit
gaat.
6
en toets
6
en toets
5
7
9
5
PROGRAMMA’S
Programma
Temperatuur
Katoen – Blanc/
Couleurs
Katoen
95° - Koud
Type lading
max. gewicht van
belading
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 8 kg
Beschrijving van
de cyclus
Wassen
Spoelen
Lang centrifugeren
Functies
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELING
TIJD BESPAREN
1)
Programma
Temperatuur
Katoen + Voorwas – Blanc/
Couleurs + Prélavage
Katoen + voorwas
95° - Koud
Extra Stil - Extra
Silence Extra Silent
Extra Stil
95° - Koud
Synthetica Synthétiques
Synthetische
stoffen
60° - Koud
Strijkvrij - Repassage Facile
2)
Strijkvrij
60° - Koud
Fijne Was - Délicats
Fijne Was
40° - Koud
Wol / Zijde Laine/Soie
Wol/Zijde
40° - Koud
Dekbed -
Couette
Donzen dekbed
60° - 30°
Type lading
max. gewicht van
belading
Wit en bont katoen,
zwaar vervuild.
max. 8 kg
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 8 kg
Synthetische of gemengde stoffen,
normaal vervuild.
max. 4 kg
Synthetische stoffen,
normaal vervuild.
max. 1,5 kg
4
Delicate stoffen
zoals acryl, viscose,
polyester stoffen,
normaal vervuild.
max. 4 kg
In de machine wasbare wol. Met de
hand wasbare wol
en fijn wasgoed met
het symbool «handwas».
max. 2 kg
Eén synthetische deken, dekbed, sprei
enz.
max. 2.5 kg
3
Beschrijving van
de cyclus
Voorspoelen
Wassen
Spoelen
Lang centrifugeren
Stop met water in
de trommel
Spoelen
Lang centrifugeren
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
Functies
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELING
TIJD BESPAREN
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELING
TIJD BESPAREN
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN
3)
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
1)
1)
1)
1)
12
Programma
Temperatuur
Type lading
max. gewicht van
Beschrijving van
de cyclus
Functies
belading
Centrifugeren /
Pompen - Essorage / Vidange
Centrifugeren /
Afpompen
4)
Spoelen - Rinçage
Spoelgang
Alle stoffen
De maximale lading
van wasgoed is afhankelijk van het type wasgoed.
Wegpompen van
het water
Centrifugefase op
de maximale snelheid.
Handwasartikelen.Spoelen
Lang centrifugeren
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
NIET CENTRIFUGEREN
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOE-
5)
LEN
Jeans
60° - Koud
Alle wasgoed van
spijkerstof. Items van
jersey met hi-techmaterialen.
max. 4 kg
8
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
CENTRIFUGETOERENTAL REDUCEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
20 Min. - 3 kg
30°
Katoenen en synthetische kleding met
lichte vervuiling of
Wassen
Spoelen
Kort centrifugeren
CENTRIFUGETOERENTAL RE-
DUCEREN
slechts eenmaal gedragen.
Super Eco
Koud
6)
Gemengde stoffen
(katoen en synthetische weefsels).
max. 3 kg
Wassen
Spoelen
Lang centrifugeren
CENTRIFUGE-
TOERENTAL RE-
DUCEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELEN
7)
Eco
60° - 40°
Wit en bont katoen,
normaal vervuild.
max. 8 kg
Wassen
Spoelen
Lang centrifugeren
CENTRIFUGE-
TOERENTAL RE-
DUCEREN
SPOELSTOP
VLEKKEN PLUS
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
1)
als u de functie Kort instelt, adviseren wij u de hoeveelheid belading te verminderen. Het is
mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar goede wasresultaten kunnen niet
worden gegarandeerd.
2)
De was- en centrifugefase is zacht om te voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken. De
wasautomaat voegt extra spoelgangen toe.
3)
De functie Vlekken is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
4)
De standaardfase van de centrifugesnelheid is gebaseerd op katoenen wasgoed. Stel de
centrifugesnelheid in. Zorg ervoor dat het geschikt is voor het soort wasgoed.
5)
Druk op de toets EXTRA SPOELEN om spoelgangen toe te voegen. Met een lage
centrifugesnelheid voert het apparaat delicate spoelgangen en een korte centrifuge uit.
6)
Stel dit programma in om de tijd en het water- en energieverbruik te verlagen. Gebruik een
speciaal wasmiddel voor zeer lage temperatuur.
1)
NEDERLANDS13
7)
Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen.
De tijd van het wasprogramma wordt verlengd.
STOOMPROGRAMMA'S
Programma
1)
Opfrissen - Rafraîchir
Opfrissen
Dit programma verwijdert
luchtjes uit het wasgoed.
Stoom verwijdert geen
dierenluchtjes.
Ontkreuk - Défroissage
Ontkreuken
Dit programma helpt het was-
Type ladingMax. bela-
ding
Katoen en synthetica.
tot 1.5 kg
Stel het stoomprogramma niet
in voor dit type kleding:
• Kleding waar op het was-
voorschrift niet staat of het
geschikt is voor de droger.
• Kleding met veel ingewerkte
stukjes plastic, metaal, hout
tot 1.5 kg
en dergelijke.
goed te ontkreuken.
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of eenmaal gedragen
wasgoed. Deze programma's kunnen kreukels en luchtjes verminderen en
het wasgoed zachter maken.
Gebruik geen wasmiddel. Verwijder vlekken indien nodig door te wassen
of plaatselijke vlekverwijderaar te gebruiken.
Stoomprogramma's vormen geen hygiënische cyclus.
1)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de
cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren aan de lucht te drogen gedurende 10
minuten om de vochtigheid te laten verdampen. Het wasgoed moet zo snel mogelijk uit de
trommel worden verwijderd. Na een stoomcyclus kunt u de kleding toch nog strijken, maar
dan uiteraard met veel minder moeite!
Het katoen 60 °C eco en katoen 40 °C eco zijn de standaard programma's
voor katoen die normaal bevuild zijn. Deze programma's zijn geschikt om
normaal bevuild katoenen wasgoed te wassen en zijn de meest efficiëntste programma's op het vlak van water- en energieverbruik om dit type
katoenen wasgoed te wassen. De werkelijke watertemperatuur kan verschillen van de aangeduide cyclustemperatuur.
1)
Raadpleeg het display voor de programmatijd.
2)
De consumptiegegevens die in dit overzicht worden weergegeven, zijn indicatief. De
gegevens kunnen verschillen, afhankelijk van de hoeveelheid, het type wasgoed, de
temperatuur van de watertoevoer en de omgevingstemperatuur.
3)
Dit is het programma voor testinstituten. Het is overeenkomstig met EN60456.
VOORDAT U DE DROGER IN GEBRUIK NEEMT
1. Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem
te activeren.
2. Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert
al het mogelijke vuil uit de trommel
en de kuip.
BEDIENING VAN HET APPARAAT
1. Draai de waterkraan open.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Druk op toets
1
om het apparaat
in te schakelen.
4. Plaats het wasgoed in de machine.
5. Gebruik de juiste hoeveelheid was-
middelen en toevoegingen.
6. U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type
lading en de mate van vervuiling.
2)
Waterverbruik (li-
ter)
2)
WASGOED IN DE MACHINE DOEN
1. Open de deur van het apparaat.
2. Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasautomaat plaatst. Zorg
ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
3. Sluit de deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.
WASMIDDELEN EN TOEVOEGINGEN GEBRUIKEN
NEDERLANDS15
Het wasmiddelvakje van de voorwasfase en het inweekprogramma.
Voeg inweek- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma
start.
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het
starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter,
stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
Het vakje voor de vlekverwijderaar.
Plaats het product in het vakje en stel de vlekfunctie in voordat u
het programma start.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel.
Draai het klepje (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poeder
of vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
16
De stand van de klep controleren
5. Meet het wasmiddel en wasverzach-
ter af.
6. Sluit de wasmiddeldoseerlade voor-
zichtig. Zorg bij het sluiten van de
lade dat de klep geen blokkering
veroorzaakt.
1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit
tot deze stopt.
2. Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
3. Draai de klep omhoog om poeder-
wasmiddel te gebruiken.
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OMLAAG:
– Gebruik geen gelatineachtige
of dikke vloeibare wasmiddelen.
– Giet niet meer vloeibaar was-
middel in het vakje dan de li-
miet op de klep.
– Stel de voorwasfase niet in.
– Stel de startuitstelfunctie niet
in.
HET PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN
1. Draai de programmaschakelaar. Het
bijbehorende programma-indicatielampje gaat branden.
2.
Het lampje van toets
het rood.
4
knippert in
3. Op het display verschijnt de stan-
daard temperatuur en centrifugesnelheid. Om de temperatuur en/of
de centrifugesnelheid te wijzigen,
drukt u op de bijbehorende toetsen.
4. Stel de beschikbare functies in. Het
lampje van de ingestelde functie
gaat aan, of de display toont het bijbehorende symbool.
5.
Druk op toets
ma te starten. Het lampje van toets
4
is aan.
4
om het program-
NEDERLANDS17
2.
Druk op toets
gint met aftellen van de uitgestelde
start.
Nadat het aftelproces voltooid is,
wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Voordat u op toets 4 drukt om
het apparaat te starten, kunt u
de instelling van de uitgestelde
start annuleren of wijzigen.
U kunt de uitgestelde start niet
instellen bij het Stoom pro-
gramma.
4
, het apparaat be-
EEN PROGRAMMA
ONDERBREKEN
1.
Als u op de toets
catielampje knippert.
2.
Als u opnieuw op toets
Het wasprogramma gaat verder.
4
drukt: Het indi-
4
drukt.
EEN PROGRAMMA
ANNULEREN
1.
Druk op toets
ma te annuleren en om het apparaat uit te schakelen.
2.
Druk opnieuw op toets
apparaat in te schakelen. U kunt nu
een nieuw wasprogramma kiezen.
Het apparaat pompt geen water
weg.
1
om het program-
1
om het
EEN FUNCTIE WIJZIGEN
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1.
Als u op de toets
catielampje knippert.
2. De ingestelde functie wijzigen.
4
drukt: Het indi-
HET STARTUITSTEL
INSTELLEN
1.
Druk herhaaldelijk op toets
het aantal minuten of uren op de
display verschijnt. De bijbehorende
symbolen gaan branden.
5
tot
DE UITGESTELDE START
ANNULEREN
1.
Als u op de toets
behorende indicatielampje knippert.
2.
Druk herhaaldelijk op toets
de display 0’ toont.
3.
Als u op de toets
gramma wordt gestart.
4
drukt: Het bij-
5
4
drukt: Het pro-
tot
DEUR OPENEN
Als een programma of het startuitstel in
werking is, is de deur van de wasmachine vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.
Druk op toets
delingssymbool in de display gaat
uit.
2. Open de deur van het apparaat.
3. Sluit de deur van de machine en
druk op toets
of startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het waterpeil in de trommel te hoog
zijn, blijft het symbool voor de
deurvergrendeling aan en kunt
u de deur niet openen. U opent
in dat geval de deur als volgt:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Wacht enkele minuten.
3. Zorg ervoor dat er zich geen
water in de trommel bevindt.
4
. Het deurvergren-
4
. Het programma
18
Als u het apparaat uit zet, dient
u het programma opnieuw in te
stellen.
AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
• Het apparaat stopt automatisch.
• De geluidssignalen klinken.
•
In de display gaat het symbool
aan.
• Het indicatielampje van de toets
Start/Pauze
• Het deurvergrendelingssymbool gaat
uit.
•
Druk op toets
te schakelen. Vijf minuten na het einde van het programma wordt het apparaat door de energiebesparende
functie automatisch uitgeschakeld.
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als
laatste ingestelde programma in
de display weergegeven. Draai
de programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
• Haal het wasgoed uit de wasmachine. Zorg ervoor dat de trommel leeg
is.
• Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
4
gaat uit.
1
om het apparaat uit
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
• Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
– De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
– De deur blijft vergrendeld.
– U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
Het water wegpompen:
1. Verlaag zo nodig de centrifugesnel-
heid.
2.
Druk op de toets Start/Pauze
Het apparaat voert het water af en
centrifugeert.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool uit
en kunt u de deur openen
4. Schakel het apparaat uit.
Na ongeveer 18 uur begint het
apparaat automatisch met het
afvoeren van water en centrifugeren.
4
.
WASGOED SORTEREN
• Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
• Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
• Was witte en bonte artikelen niet samen.
• Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden
gewassen. We raden daarom aan om
dit soort kleding de eerste keer dan
ook apart te wassen.
• Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak
riemen vast.
• Maak alle zakken leeg en vouw alle
artikelen open.
• Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten.
• Verwijder hardnekkige vlekken.
• Was delen met zware vervuiling met
een speciaal wasmiddel.
• Wees voorzichtig met de gordijnen.
Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop.
• Niet in de machine wassen:
– Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
– Beugelbeha's.
– Gebruik een waszakje om kleine
stuk wasgoed te wassen.
• Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen handmatig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw
starten.
HARDNEKKIGE VLEKKEN
Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te
verwijderen voordat u deze artikelen in
de machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekverwijderaar die geschikt is voor het type
vlek en stof.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
• Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld
zijn voor gebruik in een wasautomaat.
• Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
• Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen.
• Volg altijd de instructies die u vindt
op de verpakking van deze producten.
NEDERLANDS19
• Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling.
• Stel geen voorwasfase in als u vloeibare wasmiddelen gebruikt.
• Als uw machine geen wasmiddellade
heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbal.
WATERHARDHEID
Als de waterhardheid in uw gebied
hoog of gemiddeld is, raden we u het
gebruik van waterverzachter voor wasautomaten aan. In gebieden waar de
waterhardheid zacht is, is het gebruik
van een waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met de plaatselijke
waterautoriteit voor de waterhardheid
in uw gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van de producten.
Gelijkwaardige eenheden meten de
waterhardheid:
• Duitse graden (°dH).
• Franse graden (°TH)
• mmol/l (millimol per liter - een internationale eenheid voor de hardheid
van water).
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter
te gebruiken om deze kalk te verwijderen.
Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de producent.
Doe dit apart van het wassen van wasgoed.
BUITENKANT REINIGEN
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten.
DEURRUBBER
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij programma's met lage temperaturen is het mogelijk dat er wat wasmiddel achterblijft in de trommel. Voer regelmatig een onderhoudswas uit. Om
dit te doen:
• Haal al het wasgoed uit de trommel.
• Stel het heetste wasprogramma in
voor katoen
• Gebruik de juiste hoeveelheid poederwasmiddel met biologische eigenschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke
wasbeurt, om schimmels te voorkomen
en onprettige geurtjes te verwijderen.
Controleer het deurrubber regelmatig
en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
TROMMEL
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen.
Ga als volgt te werk:
• Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrij staal.
• Start een kort programma voor katoen op de maximale temperatuur
met een kleine hoeveelheid wasmiddel.
WASMIDDELDOSEERLADE
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
1
2
NEDERLANDS21
1. Druk op de hendel.
2. Trek de doseerlade naar buiten.
3. Verwijder het bovenste gedeelte
van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
4. Maak alle onderdelen schoon met
water.
5. Maak de ruimte van de wasmiddel-
doseerlade schoon met een borstel.
6. Plaats de wasmiddeldoseerlade te-
rug in de ruimte.
AFVOERPOMP
Controleer de afvoerpomp regelmatig en zorg dat deze
schoon is.
De pomp schoonmaken als:
• Het apparaat geen water wegpompt.
• De trommel niet kan draaien.
• Het apparaat een ongebruikelijk geluid maakt door een blokkade in de
afvoerpomp.
• De display een alarmcode weergeeft
door een probleem met de waterafvoer.
WAARSCHUWING!
1. Trek de stekker uit het stop-
contact.
2. Verwijder het filter niet als
het apparaat in gebruik is.
Reinig de afvoerpomp niet
als het water in de machine
heet is. Het water moet koud
zijn voordat u de afvoerpomp kunt reinigen.
Loading...
+ 47 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.