Dovre BOLD 300, BOLD 400 Installation Instructions And Operating Manual

INSTALLATIEVOORSCHRIFTEN EN GEBRUIKSAANWIJZING
HOUTKACHEL
INSTALLATION INSTRUCTIONS AND OPERATING MANUAL
WOOD STOVE
INSTALLATION ET MODE D’EMPLOI
POELE A BOIS
EINBAUANLEITUNG UND GEBRAUCHSANWEISUNG
INSTRUCCIONES DE INSTALACIÓN Y USO
ESTUFA DE LEÑA
REQUISITI PER L'INSTALLAZIONE E ISTRUZIONI PER L'USO
STUFA A LEGNA
MONTERINGS- OG BRUKSANVISNING
PEISOVN
BOLD 300 BOLD 400
BOLD
03.27170.100 - 09/2015
2
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Inhoudsopgave
Inleiding 3 Prestatieverklaring 4 Veiligheid 6 Installatiecondities 6
Algemeen 6 Schoorsteen 6 Ventilatie van de ruimte 7 Vloer en wanden 7 Productbeschrijving 8
Installatie 8
Algemene voorbereiding 8 Schoorsteenaansluitingvoorbereiden 9 Buitenluchtaansluiting voorbereiden 10 Plaatsen enaansluiten 11
Gebruik 11
Eerste gebruik 11 Brandstof 11 Aanmaken 12 Stoken met hout 12 Maximale hoeveelheid hout 13 Regeling verbrandingslucht 13 Doven van het vuur 14 Ontassen 14 Nevel en mist 15 Eventueleproblemen 15
Onderhoud 15
Schoorsteen 15 Schoonmaken en ander regelmatig onderhoud 15 Wisselstukken BOLD 17
Bijlage 1: Technische gegevens 18 Bijlage 2: Afmetingen 19 Bijlage 3: Afstand tot brandbaar materiaal 21 Bijlage 4: Diagnoseschema 23 Index 24
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
3
Inleiding
Geachte gebruiker, Met de aankoop van dit verwarmingstoestel van DOVRE heeft u gekozen voor eenkwaliteitsproduct. Dit product maakt deel uit van een nieuwe generatie energiezuinige en milieuvriendelijke ver­warmingstoestellen. Deze toestellen maken optimaal gebruik van zowel convectiewarmte als stra­lingswarmte.
Uw DOVRE toestel is geproduceerd met de modernste productiemiddelen. Mocht er onver­hoopt toch iets mankeren aanuw toestel, dan kunt u altijd een beroepdoen op de DOVRE service.
Het toestel mag niet gewijzigd worden; gebruik steeds origineleonderdelen.
Het toestel is bedoeldvoorplaatsing in een woon­ruimte. Het moet hermetisch worden aangesloten op een goed werkende schoorsteen.
Wij adviseren u het toestel te laten installerendoor eenbevoegd installateur.
DOVRE kan niet aansprakelijk wordengesteld voor problemenof schadedoor een onjuiste instal­latie.
Bij installatie en gebruik moeten dehiernabeschre­ven veiligheidsvoorschriften in acht worden geno­men.
In deze handleidingleest u hoe u het DOVRE ver­warmingstoestel op een veilige manierinstalleert, gebruikt en onderhoudt. Als u aanvullendeinformatie of technische gegevens wilt of een installatie-pro­bleem heeft, neemt u dan eerst contact op met uw leverancier.
© 2015 DOVRE NV
Prestatieverklaring
Volgens de bouwproductenverordening 305/2011
Nr. 051-CPR-2015
1. Unieke identificatiecode van het producttype:
BOLD 300-400 / 7kW
2. Type-, partij- of serienummer, dan wel een ander identificatiemiddel voor het bouwproduct, zoals voorgeschreven in artikel 11, lid 4:
Uniek serienummer.
3. Beoogde gebruiken van het bouwproduct, overeenkomstig de toepasselijke geharmoniseerde tech­nische specificatie, zoals door de fabrikant bepaald:
Kachel voorvaste brandstof zonder productie van warm water volgens EN 13240.
4. Naam, geregistreerde handelsnaam of geregistreerd handelsmerk en contactadres van de fabrikant, zoals voorgeschreven in artikel 11, lid 5:
Dovre N.V. Nijverheidsstraat 18 2381 Weelde Belgium.
5. Indien van toepassing, naam en contactadres van de gemachtigde wiens mandaat de in artikel 12, lid 2, vermelde taken bestrijkt:
-
6. Het systeem of de systemen voor de beoordeling en verificatie van de prestatiebestendigheid van bouwproduct, vermeld in bijlage V:
Systeem 3
7. Indien de prestatieverklaring betrekking heeft op een bouwproduct dat onder een geharmoniseerde norm valt:
De aangesteldeinstantie KVBG, geregistreerdonderhet nummer 2013, heeft ondersysteem 3 een type-keur uitgevoerd en heeft het testrapport nr H2015/0078verstrekt.
8. Indien de prestatieverklaring betrekking heeft op een bouwproduct waarvoor een Europese tech­nische beoordeling is afgegeven:
-
4
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
5
9. Aangegeven prestatie:
De geharmoniseerde norm EN 13240:2001/A2 ;2004/AC :2007
Essentiële karakteristieken Prestaties Hout
Brandveiligheid
Vuurbestendigheid A1
Afstandtot brandbaarmateriaal
Minimaleafstand in mm Achterkant: 300 Zijkant: 500
Risico van uitvallende gloeiende deeltjes Conform
Emissie van verbrandingsproducten CO: 0,10% (13%O2)
Oppervlaktetemperatuur Conform
Elektrische veiligheid -
Gemakkelijk te reinigen Conform
Maximale werkingsdruk -
Rookgastemperatuurbij nominaal vermogen 246°C
Mechanische weerstand (gewicht dragen van schoor­steen)
Niet bepaald
Nominaal vermogen 7 kW
Rendement 80 %
10. De prestaties van het in de punten 1 en 2 omschreven product zijn conform de in punt 9 aan­gegeven prestaties.
Deze prestatieverklaring wordt verstrekt onder de exclusieve verantwoordelijkheid van de in punt 4 ver­melde fabrikant:
01/10/2013 Weelde
Tom Gehem CEO
In het kadervan een continue productverbetering, kunnen specificaties van het geleverde toestel afwijken van de beschrijving in deze brochure, zonder voorafgaande kennisgeving.
DOVRE N.V. Nijverheidsstraat 18 Tel : +32 (0) 14 65 91 91 B-2381 Weelde Fax : +32 (0) 1465 90 09 België E-mail : info@dovre.be
6
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Veiligheid
Let op! Alle veiligheidsvoorschriften moeten strikt worden nageleefd.
Lees aandachtig de instructies voor installatie, gebruik en onderhoud die met het toestel zijn meegeleverd, voordat u het toestel in gebruik neemt.
Het toestel moet wordengeïnstalleerd over­eenkomstig de wetgevingen voorschriften van uw land.
Alle lokale bepalingenen de bepalingendie betrekking hebben op nationale en Europese normen moeten worden nageleefd bij het instal­leren van het toestel.
Laat het toestel bij voorkeur installeren door eenbevoegd installateur. Deze is op dehoogte van de geldende bepalingen en voorschriften.
Het toestel is ontworpen voor ver­warmingsdoeleinden. Alle oppervlaktes, inclu­sief het glas en de aansluitbuis kunnen zeer heet worden(meer dan 100°C)! Gebruik voor de bediening een 'koude hand' of een hit­tebestendigehandschoen.
Zorg voor voldoende afscherming als jonge kin­deren, mindervaliden, ouderen en dieren zich in de nabijheid van het toestel bevinden.
Veiligheidsafstanden tot brandbaarmateriaal moeten strikt worden aangehouden.
Plaats geengordijnen, kleren, wasgoedof andere brandbare materialen bovenopof in de nabijheidvan het toestel.
Gebruik tijdens het gebruik van uw toestel geen licht ontvlambare of explosieve stoffen in de nabijheid van het toestel.
Voorkom schoorsteenbranddoor regelmatig de betreffendeschoorsteen te latenreinigen. Stook het toestel nooit met open deur.
Bij schoorsteenbrand: sluit de luchtinlaten van het toestel en waarschuw de brandweer.
Als het glas van het toestel is gebroken of gebarsten, moet dit glas wordenvervangen voordat u het toestel opnieuw in gebruik neemt.
Oefengeen kracht uit op de deur, voorkom dat kinderen aan de geopende deur trekken, ga nooit op de geopende deur staan of zitten en plaats geen zware voorwerpen op de deur.
Zorg voor voldoende ventilatie van de ruimte waar het toestel wordt geplaatst. Bij onvol­doendeventilatie vindt onvolledige verbranding plaats, waardoor zich giftige gassen in de ruimte kunnen verspreiden. Zie het hoofdstuk "Installatiecondities" voor meer informatie over ventilatie.
Installatiecondities
Algemeen
Het toestel moet wordenaangesloten op eengoed werkende schoorsteen.
Voor de aansluitmaten: zie de bijlage "Technische gegevens".
Informeer bij de brandweer en/of ver­zekeringsmaatschappij naar eventuele specifieke vereisten en voorschriften.
Schoorsteen
De schoorsteenis nodig voor:
Het afvoerenvan deverbrandingsgassen door natuurlijke trek.
De warme lucht in de schoorsteen is lichter dande buitenlucht en stijgt daarom.
Het aanzuigen van lucht, nodig voorde verbranding van de brandstof in het toestel.
Een niet goed werkende schoorsteen kan tijdens het openenvan de deur rookterugslag geven. Schadeont­staan door rookterugslag is uitgesloten van garantie.
Sluit niet meerdere toestellen(bijvoorbeeld ook nogeen centraleverwarmingsketel) op dezelfde schoorsteen aan, tenzij lokale of nati­onale regelgeving hierin voorziet. Zorg in ieder geval bij twee aansluitingen dat het hoog­teverschil tussen de aansluitingen minimaal 200mm bedraagt.
Vraag uw installateurom advies over de schoorsteen. Raadpleegde Europese norm EN13384 voor een juiste berekening van de schoorsteen.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
7
De schoorsteenmoet aan de volgende voorwaarden voldoen:
De schoorsteenmoet gemaakt zijn van vuurvast materiaal, bij voorkeur keramiek of roestvrij staal.
De schoorsteenmoet luchtdicht en goed gereinigd zijn en voldoende trek garanderen.
Een trek/onderdruk van 15-20Pa tijdens nor­male belasting is ideaal.
De schoorsteenmoet - vertrekkend van de uitgang van het toestel - zo verticaal mogelijk lopen. Rich­tingsveranderingen en horizontale stukken ver­storen de afvoer van verbrandingsgassen en veroorzakenmogelijk roetophoping.
De binnenmaten mogen niet te groot zijn, om te voorkomen dat de verbrandingsgassen te sterk afkoelen waardoorde trek minder wordt.
De schoorsteenmoet bij voorkeur dezelfde dia­meter hebben als de aansluitkraag.
Voor de nominale diameter: zie de bijlage "Technische gegevens". Als het rookkanaal goed is geïsoleerd, kan de diametereventueel wat groterzijn (maximaal tweemaal de sectie van de aansluitkraag).
De sectie (oppervlakte) van het rookkanaal moet constant zijn. Verwijdingen en (vooral)ver­nauwingenverstoren de afvoer van ver­brandingsgassen.
Bij toepassing van een regenkap/afvoerkap op de schoorsteen: let eropdat de kap niet de uitmonding van de schoorsteen vernauwt en dat de kap niet de afvoer van verbrandingsgassen belemmert.
De schoorsteenmoet uitmonden in een zonedie niet wordt verstoord door omliggendegebouwen, vlakbijstaande bomen of andere hindernissen.
Het schoorsteengedeelte buiten de woning moet geïsoleerd zijn.
De schoorsteenmoet minimaal 4meter hoog zijn.
Als vuistregel geldt: 60cm bovende nok van het dak.
Als de nok van het dak meer dan 3meter is ver­wijderdvan deschoorsteen: houd dematen aandie in de volgende figuur zijn aangegeven. A = het hoogste punt van het dak binnen een afstand van 3meter.
Ventilatie van de ruimte
Voor een goede verbrandingheeft het toestel lucht (zuurstof) nodig. Die lucht wordt via regelbarelucht­inlatenaangevoerd vanuit de ruimte waarhet toestel is geplaatst.
Bij onvoldoende ventilatie vindt onvolledige ver­branding plaats, waardoor zich giftige gassen in de ruimte kunnen verspreiden.
Een vuistregel is dat de luchttoevoer 5,5cm²/kW moet zijn. Extra ventilatie is nodig:
Als het toestel in een ruimte staat die goed is geï­soleerd.
Als er mechanische ventilatie is, bv eencentraal afzuigsysteem of een afzuigkap in een open keu­ken.
U kunt voor extra ventilatie zorgen door een ven­tilatierooster in de buitenmuur te laten plaatsen.
Zorg dat andere luchtverbruikende apparaten (zoals eenwasdroger, ander verwarmingstoestel of bad­kamerventilator) eeneigen buitenluchtaanvoer heb­ben, of zijn uitgeschakeld wanneer u het toestel stookt.
U kunt het toestel ook aansluiten op bui­tenluchtaanvoer. Hiervooris eenaansluitset meegeleverd. Extra ventilatie is dan niet nodig.
Vloer en wanden
De vloer waarop het toestel wordt geplaatst, moet vol­doendedraagvermogen hebben. Voor het gewicht van het toestel: zie de bijlage "Technische gegevens".
Bescherm een brandbare vloerdoor middel van eenonbrandbare vloerplaat tegen warmte-
8
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
uitstraling. Zie de bijlage "Afstand tot brand­baar materiaal".
Verwijder brandbaar materiaal zoals linoleum, tapijt, enzovoorts onderde onbrandbare vloer­plaat.
Zorg voor voldoende afstandtussen het toestel en brandbare materialen zoals houten wanden en meubels.
Ook de aansluitbuis straalt warmte uit. Zorg voor voldoende afstandof afscherming tussen de aansluitbuis en brandbarematerialen. De vuistregel vooreen enkelwandige buis is eenafstand van driemaal de diameter. Als een bekledingsschelp rond debuis is aangebracht, is een afstand van eenmaal de diameter toe­laatbaar.
Een vloerkleed moet minimaal 80cm van het vuur verwijderdzijn.
Bescherm een brandbare vloervoor de kachel met behulp van een onbrandbare vloerplaat tegeneventueel uitvallende assen. De vloer­plaat moet voldoen aannationale normen.
Voor de afmetingen van de onbrandbare vloer­plaat: zie de bijlage "Afstand tot brandbaar materiaal".
Voor verdereeisen in verband met brand­veiligheid: zie de bijlage "Afstand tot brandbaar materiaal".
Productbeschrijving
09-20021-092
1
2
3
4
1. Aansluitkraag
2. Deur
3. Grendel
4. Luchtschuif
Deursluiting
Het toestel wordt geleverd met de grendelknop (4) gemonteerd. De deur wordt geopend door degren­delknop in te drukken. Omdat de grendelknop tijdens het gebruik warm wordt, is er een handschoen bij­geleverd die u kunt gebruiken als bescherming voor uw hand.
Installatie
Algemene voorbereiding
Controleer het toestel onmiddellijk bij ontvangst op (transport)schadeen eventuele andere gebreken. Het toestel is aan de onderkant met schroeven op de pallet gemonteerd.
Als u (transport)schade of gebrekenhebt geconstateerd, neem het toestel dan niet in gebruik en stel de leverancier op de hoogte.
Verwijder de demontabele onderdelen (vuurvaste binnenplaten, stookrooster, topplaat, aslade)uit het toestel voordat u het toestel gaat installeren.
Door demontabele onderdelente verwijderen, kunt u het toestel gemakkelijker verplaatsen en beschadiging voorkomen.
Let bij het verwijderenvan demontabele onder­delen op hun oorspronkelijke positie, om ze later weer op dejuiste plaats te kunnen aan­brengen.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
9
09-20021-090
1
2
3
1. Verwijder het toestel van depallet door de bouten (1)te verwijderen.
2. Verwijder de bevestigingsbeugels (2) doorde stel­voeten (3) uit te draaien.
3. Hermonteerde stelvoeten (3).
4. Open de deur; zie volgendefiguur.
09-20021-093
5. Verwijder de vuurvaste binnenplaten; zie volgende figuur.
a. Verwijder eerst de vlamplaat(05).
b. Verwijder de binnenplaten rechts (07) enlinks
(08).
c. Verwijder debinnenplaat achter (06).
d. Verwijder de vuurkorf aan de voorkant (09).
e. Verwijder de vuurkorf links (04)en rechts (03).
f. Verwijder devuurkorf aande achterzijde(02).
g. Verwijder het rooster (01) en de aslade(10).
Vermiculiet binnenplaten zijn licht van gewicht en bij levering meestal okerkleurig. Zij isoleren de verbrandingskamer zodat de verbranding beter is.
09-20021-099
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
Uitneembare binnendelen
01 stookbodem 02 vuurkorf achter 03 vuurkorf rechts 04 vuurkorf links 05 vlamplaat 06 binnenplaat achter 07 binnenplaat rechts 08 binnenplaat links 09 vuurkorf voor 10 aslade
Schoorsteenaansluiting voorbereiden
Bij het aansluiten van het toestel op een schoorsteen hebt u de keuze uit aansluiting aan de bovenzijde of aande achterzijde van het toestel.
Aansluiten op de bovenzijde
Het toestel wordt standaard geleverdmet de aan­sluitkraag gemonteerd voor een aansluiting aan de bovenzijde, zie volgende afbeelding.
10
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
09-20021-100
1
2
3
4
5 6
9
4
8
7
Aansluiten op de achterzijde
Voor de aansluiting op deachterzijde moet de positie van de aansluitkraaggewijzigd worden. De aan­sluitkraag is bevestigd met 2 moerenM8 (sleutel 13). Ga als volgt te werk:
Demontage (zie vorige tekening)
1. Verwijder de vlamplaat.
2. Demonteer het afsluitdeksel (7) uit de achterwand, door de moer (6) te lossen en klembeugel (9)te ver­wijderen.
3. Verwijder afsluitdeksel (7)en de afdichting (8).
Controleer of het afdichtband op het con­tactvlak niet is beschadigd. Vervang het afdichtband als dat wel het geval is.
4. Demonteer deaansluitkraag (2) door de bouten (1) te lossen.
5. Verwijder de aansluitkraag (2), de afdichting(3) en de bevestigingsmaterialen (1, 5, 6).
Controleer of het afdichtband op het con­tactvlak niet is beschadigd. Vervang het afdichtband als dat wel het geval is.
6. Verwijder het remplaatje (4).
Montage (zie tekening hierna)
09-20021-101
4
3
2
1
7
8
9
6
5
A
B
C
1. Verwijder de topplaat (A).
2. Monteer het bijgeleverdesierdeksel (B) met de bevestigingsmaterialen (C).
3. Monteer deaansluitkraag (2), de afdichting(3) en het remplaatje (4) met de bevestigingsmaterialen (1, 5, 6) opde achterwand.
4. Monteer het afsluitdeksel (7) ende afdichting (4) met bevestigingsmaterialen (8, 9, 5, 6).
5. Plaats de toppplaat (A) met het gemonteerdesier­deksel (B) op het toestel en let hierbij opde posi­tioneringsnokken.
Buitenluchtaansluiting voorbereiden
Als het toestel wordt geplaatst in een ruimte die onvol­doendeis geventileerd, kunt u de aansluitset voor het aanvoeren van buitenlucht op het toestel aansluiten.
De luchtaanvoerbuis heeft een diameter van 100mm. Bij toepassing van een gladde buis mag deze buis maximaal 12meter langzijn. Bij gebruik van hulp­stukken zoals bochten moet u per hulpstuk de maxi­male lengte (12meter) met 1meter verminderen.
Buitenluchtaansluiting via de wand
1. Maak een aansluitgat in de wand (raadpleeg de bij­lage"Afmetingen", voorde juiste positie van het aansluitgat).
2. Sluit de luchtaanvoerbuis hermetisch af op de muur.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
11
Plaatsen en aansluiten
1. Zet het toestel op dejuiste plaats, vlak en water­pas. Het toestel is uitgevoerd met stelvoetjes die al op het toestel zijn gemonteerdof worden bij­geleverd. Gebruik deze stelvoetjes zodat het toe­stel perfect waterpas kan wordengesteld.
09-20021-091
1
2. Indienhet toestel op eengladdeondergrondstaat, kunnen de vier anti-slip pads onderde stelvoeten worden geplaatst om verschuivenvan het toestel te voorkomen, zie volgende afbeelding.
09-20500-015
3. Sluit het toestel hermetisch aan opde schoor­steen.
4. Bij buitenluchtaansluiting: sluit de aanvoer van bui­tenlucht aan op de aansluitset die op het toestel is gemonteerd.
5. Plaats alle gedemonteerde onderdelen op de juiste plaats terug in het toestel.
Laat het toestel nooit branden zonder de vuur­vaste binnenplaten.
Het toestel is nu klaarvoorgebruik.
Gebruik
Eerste gebruik
Wanneer u het toestel voorhet eerst gebruikt, stook het dan enkeleuren flink door. Hierdoor zal de hit­tebestendigelak uitharden. Hierbij kan wel wat rook en geurhinder ontstaan. Zet eventueel in de ruimte waar het toestel staat de ramenen deureneven open.
Brandstof
Dit toestel is alleen geschikt voor het stoken van natuurlijk hout; gezaagden gekloofd en voldoende droog.
Gebruik geen andere brandstoffen, want die kunnen leiden tot ernstige schade aan het toestel.
De volgende brandstoffen mag u niet gebruiken omdat zij het milieu vervuilen, en omdat zij het toestel en de schoorsteen sterk vervuilen waardoor schoor­steenbrand kan ontstaan:
Behandeld hout, zoals sloophout, geverfd hout, geïmpregneerd hout, verduurzaamdhout, multiplex en spaanplaat.
Kunststof, oud papier en huishoudelijk afval.
Hout
Gebruik bij voorkeur hardloofhout zoals eik, beuk, berk en fruitbomenhout. Dit hout brandt langzaam met rustige vlammen. Naaldhout bevat meer hars, brandt sneller en geeft meer vonken.
Gebruik gedroogdhout met een vochtpercentage van maximaal 20%. Hiervoor moet het hout min­stens 2 jaar zijn gedroogd. Hout met een vocht­percentage van 20% levert 4,2 kWh per kg hout. Hout met een vochtpercentage van 15% levert 4,4 kWh per kg hout. Vers gekapt hout heeft een vocht­percentage van 60% en levert slechts 1,6 kWh per kg hout.
Zaaghet hout op maat en klief het als het nog vers is. Vers hout klieft gemakkelijker en gekloven hout droogt beter. Bewaar het hout onder een afdek waar de wind vrij spel heeft.
Gebruik geen nat hout. Nat hout geeft geen warmte omdat alle energie gaat zitten in het verdampen van vocht. Dit geeft veel rook en roetaanslagop de deur van het toestel en in de schoorsteen. De waterdamp condenseert in het toestel en kan langs
12
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
naden uit het toestel lekken en zwarte vlekken op de vloergeven. De waterdamp kan ook in de schoorsteen condenseren en creosoot vormen. Creosoot is zeer brandbaar enkan schoor­steenbrand veroorzaken.
Aanmaken
U kunt controleren of de schoorsteen voldoende trek heeft door boven devlamplaat een prop krantenpapier aante steken. Bij een koude schoorsteen is er vaak onvoldoende trek in de schoorsteen en kan er rook in de kamer komen. Doorhet toestel op de hier beschre­ven manier aan te maken, voorkomt u dit probleem.
1. Stapel twee lagen middelgrote houtblokken kruis­lings op elkaar.
2. Stapel bovenop de houtblokken twee à drie lagen aanmaakhoutjes kruislings op elkaar.
3. Legeen aanmaakblokje tussen de aan­maakhoutjes en steek het aanmaakblokje aan vol­gens de instructies op de verpakking.
09-20500-016
4. Sluit de deur van het toestel en zet de primaire luchtinlaat en de secundaire luchtinlaat van het toe­stel open; zie volgende figuur.
5. Laat het aanmaakvuurflink doorbranden totdat het eengloeiend houtskoolbed is geworden. Hierna kunt u eenvolgendevulling doen enhet toestel gaan regelen; zie de paragraaf "Stoken met hout".
09-20021-096
A
B
C
C:
o o o Primaire lucht open (tijdens aanmaken)
o o Secundairelucht open (glasspoeling)
o Lucht voornaverbrandingopen
B:
o o Secundairelucht open (glasspoeling)
o Lucht voornaverbrandingopen
A:
o Lucht voornaverbrandingopen
(voorgoede verbranding nooit helemaal slui­ten)
Stoken met hout
Nadat u de instructies voor het aanmaken hebt gevolgd:
1. Open langzaam dedeur van het toestel.
2. Verdeel het houtskoolbed gelijkmatig over de stookvloer.
3. Stapel enkele houtblokken op het houtskoolbed.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
13
Losse stapeling
09-20500-017
Bij een losse stapeling verbrandt het hout vlug omdat de zuurstof elk stuk hout gemakkelijk kan bereiken. Gebruik een losse stapeling als u kort wilt stoken.
Compacte stapeling
09-20500-018
Bij een compacte stapeling verbrandt het hout lang­zamer omdat de zuurstof maar enkele stukken hout kan bereiken. Gebruik een compacte stapelingals u langer wilt stoken.
4. Sluit de deur van het toestel.
5. Sluit de primaire luchtinlaat en laat de secundaire luchtinlaat openstaan.
Vul het toestel voor maximaal een derde.
Maximale hoeveelheid hout
Om continu te kunnen stoken tegen het nominalever­mogen, moet er iedere45 minutenhout worden bij­gevuld. Als u de hoeveelheidhout per keer vermindert, kunt u vaker bijvullen. Elke kachel is ontworpen om te werken met een bepaalde maximale hoeveelheid hout. Als u een grotere hoeveelheid hout gebruikt, wordt de warmte-afgifte groter: Daardoor kan de haard overbelast raken en kunnener onderdelenworden beschadigd.
Toegestanemaximale hoeveelheid brandstof voor hout met een vochtpercentage van 15%: BOLD 7 KW heeft een maximale vulling van 1,5 kg hout per 45minuten. Vul de verbrandingskamervoor maximaal één derde en vul nooit hout boven de ope­ningen voor secundaire lucht.
Regeling verbrandingslucht
Het toestel heeft diverse voorzieningen voor de lucht­regeling; zie volgendefiguur.
09-20021-095
1
2
3
Het toestel heeft één luchtschuif die zowel de primaire lucht als de secundaire lucht regelt. Als de luchtschuif in positie 3 staat, is de primaireen secundaire lucht­inlaat open. Naarmate deluchtschuif verder wordt dichtgedraaid, sluit de primaire luchtinlaat en daarna de secundaire luchtinlaat. Als de luchtschuif geheel
14
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
gesloten in positie 1 staat, blijft een kleine lucht­openingopen om de naverbranding onderde vlamp­laat te verzorgen.
09-20021-096
A
B
C
De primaire lucht regelt de lucht onderhet rooster (1).
De secundaire lucht regelt de lucht voorhet glas (air­wash) (2).
De achterwand heeft onder de vlamplaat permanente luchtopeningen (3) die zorgenvoorde naverbranding.
Adviezen
Stook nooit met open deur.
Stook het toestel regelmatig flink door.
Als u langdurig op lagestand stookt, kan zich in de schoorsteen een afzetting vormen van teer en creosoot. Teer encreosoot zijn zeer brandbaar. Als de afzetting van deze stoffen te groot wordt, kan bij eenplotselinge hoge tem­peratuur eenschoorsteenbrand ontstaan. Door regelmatig flink doorstoken, verdwijnen even­tuele afzettingen van teeren creosoot. Daarnaast kan zich bij te laag stoken teerafzet­ten op de ruit en deur van het toestel. Bij een mildebuitentemperatuuris het dus beterom het toestel een paaruur intens te laten branden, dan lange tijd laag te stoken.
Regel deluchttoevoer met de luchtschuif.
De luchtinlaat belucht niet alleen het vuurmaar ook het glas, zodat het glas niet snel vervuilt.
Zet de primaire luchtinlaat tijdelijk open als de lucht­toevoer via de secundaireluchtinlaat onvoldoende is of als u het vuurwilt aanwakkeren.
Regelmatig eenkleine hoeveelheid houtblokken bij­vullen is beterdan veel houtblokken tegelijk.
Doven van het vuur
Vul geen brandstof bij en laat de kachel gewoon uit­gaan. Als een vuur wordt getemperddoor de lucht­toevoer te verminderen, komen schadelijke stoffen vrij. Laat daarom het vuur vanzelf uitbranden. Houd toezicht op het vuurtotdat het goed is gedoofd. Als het vuur volledig is gedoofd kunnen alle luchtschuiven worden gesloten.
Ontassen
Na het stoken van hout blijft eenrelatief kleine hoe­veelheid as over. Dit asbed is een goedeisolator voor de stookbodem en geeft een betere verbranding. Laat daarom gerust een dunlaagje as op de stookbodem lig­gen.
De luchttoevoerdoor de stookbodem mag echterniet worden belemmerd ener mag zich geen as ophopen achter een gietijzeren binnenplaat. Verwijder daarom regelmatig de overtollige as.
09-20021-097
21
1. Open de deurvan het toestel.
2. Gebruik het trekschepje om de overtollige assen
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
15
door het rooster in deaslade te schrapen
3. Verwijder de aslade met behulpvan debij­geleverde handschoen en leeg de aslade.
4. Plaats de aslade terug en sluit de deur van het toe­stel.
Nevel en mist
Nevel en mist belemmerende afvoer van rookgassen door de schoorsteen. Rook kan neerslaanen stank­overlast geven. Als het niet echt nodig is, kunt u bij nevel enmist beterniet stoken.
Eventuele problemen
Raadpleegde bijlage "Diagnoseschema" om even­tuele problemenbij het gebruik van het toestel op te lossen.
Onderhoud
Volg deonderhoudsinstructies in dit hoofdstuk om het toestel in goede staat te houden.
Schoorsteen
In veel landen bent u wettelijk verplicht de schoor­steen te laten controleren en onderhouden.
Aan het begin van het stookseizoen: laat de schoor­steen vegen door een erkend schoorsteenveger.
Tijdens het stookseizoen en nadat de schoorsteen lange tijd niet is gebruikt: laat de schoorsteen con­troleren op roet.
Na afloop van het stookseizoen: sluit de schoor­steen af met eenprop krantenpapier.
Schoonmaken en ander regelmatig onderhoud
Maak het toestel niet schoonwanneer het nog warm is.
Maak de buitenkant van het toestel schoon met eendrogeniet pluizende doek.
Na afloop van het stookseizoenkunt u de binnenkant van het toestel goed schoonmaken:
Verwijder eventueel eerst de vuurvaste bin­nenplaten. Zie het hoofdstuk "Installatie" voor instructies voor het verwijderen en aanbrengenvan binnenplaten.
Maak eventueel de luchtaanvoerkanalen schoon.
Verwijder de vlamplaat boven in het toestel en maak deze schoon.
Vuurvaste binnenplaten controleren
De vuurvaste binnenplatenzijn verbruiksonderdelen die aan slijtage onderhevig zijn. Vermiculiet bin­nenplaten zijn kwetsbaar. Stoot niet met houtblokken tegende binnenplaten. Controleerde binnenplaten regelmatig en vervang ze indien nodig.
Zie het hoofdstuk "Installatie" voor instructies voor het verwijderenen aanbrengen van binnenplaten.
De isolerende vermiculiet of chamotte bin­nenplaten kunnen haarscheuren gaan ver­tonen, maar dat heeft geen nadelig effect op hunwerking.
Gietijzeren binnenplatengaan lang meeals u regelmatig as verwijdert die zich mogelijk erachter ophoopt. Als opgehoopte as achter eengietijzeren plaat niet wordt verwijderd, kan de plaat de warmte niet meerafgeven aan de omgeving enkan deplaat vervormen of scheu­ren.
Laat het toestel nooit branden zonder de vuur­vaste binnenplaten.
Glas schoonmaken
Goed schoongemaakt glas neemt minder snel vuil op. Ga als volgt te werk:
1. Verwijder stof en loszittend roet met een droge doek.
2. Maak het glas schoon met kachelruitenreiniger: a. Breng kachelruitenreiniger aan op een keu-
kenspons, wrijf het gehele glasoppervlak in en laat even inwerken.
b. Verwijder het vuil met een vochtige doek of
keukenpapier.
3. Maak het glas nogmaals schoon met een gewoon glasreinigingsproduct.
16
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
4. Wrijf het glas schoon met eendroge doek of keu­kenpapier.
Gebruik geen schurende of bijtende producten om het glas schoonte maken.
Gebruik schoonmaakhandschoenen om uw han­dente beschermen.
Als het glas van het toestel is gebroken of gebarsten, moet dit glas wordenvervangen voordat u het toestel opnieuw in gebruik neemt.
Voorkom dat kachelruitreinigertussen het glas en degietijzeren deur loopt.
Onderhoud geëmailleerde kachel
Reinig het toestel nooit als het nogwarm is. Het rei­nigen van het geëmailleerde oppervlak van de kachel kunt u het beste doen met zachte groene zeepen lauw water. Gebruik zo min mogelijk water, wrijf het oppervlak goed droog en voorkom roestvorming. Gebruik nooit staalwol of een ander schuurmiddel. Zet nooit een waterketel direct op een geëmailleerde kachel; gebruik een onderzetter en voorkom bescha­digingen. Let erop dat er geenagressieve zurepro­ducten op geëmailleerde onderdelen komen.
Smeren
Hoewel gietijzer enigszins zelfsmerend is, moet u bewegende delen toch regelmatig smeren.
Smeerde bewegende delen (zoals gelei­dersystemen, scharnierpennen, grendels en lucht­schuiven) met hittevast vet dat verkrijgbaar is bij de vakhandel.
Lakbeschadigingen bijwerken
Kleine lakbeschadigingenkunt u bijwerken met een spuitbus speciale hittebestendige lak die verkrijgbaar is bij uw leverancier.
Het geëmailleerde oppervlak bij­werken
Emailleren is een artisanaal proces dat maakt dat er kleine kleurverschillenen beschadigingen op het toe­stel kunnen voorkomen. De toestellen ondergaan in de fabriek eenvisuele controle, dat wil zeggen, de con­troleur kijkt op een afstand van 1 meter gedurende 10 seconden naar het oppervlak. Eventuelebeschadigingen die dan niet opvallen
worden als OK beschouwd. Bij het toestel is een spe­ciale hittebestendigelak meegeleverd waarmee kleine (transport) beschadigingen kunnenworden bijgewerkt. Breng de hittebestendige lak in dunne laagjes aanen laat het goed drogen voordat het toestel in gebruik genomen wordt.
Sommigekleuren email zijn gevoelig voor ver­andering van temperatuur. Hierdoorkan het voor­komen dat de kleur verandert tijdens het gebruik van het toestel. Als het toestel is afgekoeld keert de oorspronkelijke kleur van het email terug.
Als geëmailleerde oppervlakken zeer heet worden kunnen er haarscheurtjes ontstaan. Dit is een nor­maal verschijnsel en heeft geen invloed op het func­tioneren van de kachel.
Zorg dat de kachel niet wordt overbelast. Bij overbelasting wordt de oppervlaktetemperatuur extreem hoogen kan er blijvende schade aan het email ontstaan.
Afdichting controleren
Controleer of het afdichtingskoordvan de deur nog goed afsluit. Afdichtkoord verslijt en moet tijdig wor­denvervangen.
Controleer het toestel op luchtlekken. Kit eventuele kierendicht met kachelkit.
Laat de kit goed uitharden voordat u het toestel aanmaakt, anders blaast het vocht in de kit op en ontstaat opnieuw een lek.
Sluiting deur bijstellen
Controleer of de deur goed sluit. Indien nodig kan de sluiting van de deur stakker of losser ingesteld worden door de afstand van de sluitnok tot de deur te wijzigen. Ga als volgt te werk:
1. Open de deur. De sluitnok (2)is nu zichtbaar en toegankelijk, zie volgendefiguur.
2. Draai detwee schroeven (1) los, waarmee de sluit­nok is bevestigd.
3. Door een opvulplaatje (3)achter de sluitnok (2) te verwijderen sluit de deur strakker. Als de deurte strak sluit brengt u een extra opvulplaatje achter de sluitnok aan.
4. Draai detwee schroeven van desluitnok weer vast en sluit de deur.
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
17
09-20021-094
2
3
1
Glas vervangen
Als het glas van het toestel is gebroken of gebarsten, moet dit glas wordenvervangen voordat u het toestel opnieuw in gebruik neemt.
Ga als volgt te werk:
1. Schroef de vier glasbevestigingen met onderdelen (3)en (4) los en verwijder het glas (2), zie volgende figuur.
2. Controleer de glasafdichting en breng indien nodig eennieuw afdichtkoord aan.
3. Plaats het nieuwe glas in de sponningen schroef de glasbevestigingen vast.
09-20021-098
1
2
3
4
Wisselstukken BOLD
09-20021-099
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
BOLD 300/400
Pos. Artikelnr. Omschrijving Aantal
01 70.66559.021 stookbodem 1 02 70.77467.021 vuurkorf achter 1 03 70.77466.021 vuurkorf rechs 1 04 70.77465.021 vuurkorf links 1 05 70.76191.000 vlamplaat 1 06 70.77564.000 binnenplaat achter 1 07 70.77563.000 binnenplaat zijkant
rechts
1
08 70.77562.000 binnenplaat zijkant
links
1
09 70.77458.021 vuurkorf 1 10 70.05216.000 aslade 1 11 70.26384.000 gebogenglas 1 12 70.26101.041 servicekit glas-
bevestiging
1
13 70.79870.000 servicekit koord6mm 1 14 70.79869.000 servicekit koord8mm 1 15 70.79868.000 servicekit band zelf-
klevend
1
16 70.72629.000 servicekit veer zelf-
sluitendedeur
1
17 70.64315.000 servicekit sluiting 1
Bijlage 1: Technische gegevens
Model BOLD 300/400
Nominaal vermogen 7 kW
Schoorsteenaansluiting(diameter) 150 mm
Gewicht 130kg - 145 kg
Aanbevolenbrandstof Hout
Kenmerk brandstof, max. lengte 35 cm
Massadebiet van rookgassen 5,6 g/s
Rookgastemperatuurgemeten in de meetsectie 246°C
Temperatuur gemeten aan deuitgang van het toestel 356°C
Minimum trek 12 Pa
CO-emissie (13%O2) 0,10 %
NOx-emissie (13% O2) 90 mg/Nm³
CnHm-emissie (13%O2) 102mg/Nm³
Stofemissie 22 mg/Nm³
Stofemissie volgens NS3058-NS3059 - gr/kg
Rendement 80 %
18
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
19
Bijlage 2: Afmetingen
BOLD 300
09-20021-103
1 0 1 0
2 6 0
1 5 0
8 5 0
2 4 0
1 5 0
4 2 0
1 5 0
4 9 0
1 6 5
BOLD 400
09-20021-102
1 1 3 0
3 8 0
3 7 5
9 8 5
4 1 5
1 0 0
1 5 0
4 9 0
1 9 0
1 5 0
20
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
21
Bijlage 3: Afstand tot brandbaar materiaal
BOLD 300/400 - Minimale afstanden in millimeters
09-20021-104
1
2
3 00
1 00
1 10 0
1 00
7 50
3 00
5 00
8 40
7 00
1 00
1 50
6 50
5 30
1 00
1 50
3 00
3 00
9 00
9 00
1 00
1 00
7 50
7 50
1 00
1 00
1 Brandbaar materiaal
2 Onbrandbaar materiaal 100 mm
Let op! Om de toevoervan verbrandingslucht te garanderen moet, wanneerer geen buitenluchtaansluiting is voorzien, de afstandvan deaansluitkraag voor de buitenlucht tot de muur minimaal 20mm zijn. In voor­komende gevallen kan de aansluitkraag gedemonteerd worden.
BOLD - Afmetingen onbrandbare vloerplaat
09-20021-105
A
B
B
Minimale afmetingen onbrandbare vloerplaat
A (mm) B (mm)
Din 18891 500 300
Duitsland 500 300
Finland 400 100
Noorwegen 300 5
22
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
23
Bijlage 4: Diagnoseschema
Probleem
Hout wil niet doorbranden
Geeft onvoldoende warmte
Rookterugslag tijdens het bijvullen
Toestel brandt te hevig, niet goed regelbaar
Aanslag op het glas
mogelijke oorzaak mogelijke oplossing
Onvoldoende trek
Een koude schoorsteen creëert vaakonvoldoende trek. Volgde instructiesvoor het aanmaken in het hoofdstuk "Gebruik"; open een raam.
Hout te vochtig Gebruik hout met maximaal20% vocht.
Afmetingen hout te groot
Gebruik kleine stukjes aanmaakhout. Gebruik gekloven houtblokken met een omtrek vanmaximaal 30 cm.
Stapeling hout niet correct
Stapel het hout zodanigdat er voldoendelucht tussende hout­blokkenkan stromen (lossestapeling, zie "Stoken met hout").
Werking van de schoorsteen onvol­doende
Controleer of de schoorsteen aan de voorwaarden voldoet: mini­maal 4 meter hoog, juiste diameter, goed geïsoleerd, gladde bin­nenzijde,niet te veel bochten, geen obstructiesin de schoorsteen (vogelnest, te veel roetafzetting), hermetisch dicht (geen kieren).
Uitmonding vande schoorsteen niet cor­rect
Voldoende hoog bovenhet dakvlak, geen obstructiesin de nabij­heid.
Instelling van de luchtinlaten niet correct Open de luchtinlaten volledig.
Aansluiting van het toestelmet de schoor­steen niet correct
Aansluiting moet hermetischdicht zijn.
Onderdruk in de ruimte waar het toestel isgeplaatst
Zet afzuigsystemen uit.
Onvoldoende toevoer van verse lucht
Zorg voor voldoende luchttoevoer, maak desnoods gebruik van de buitenluchtaansluiting.
Ongunstigeweersomstandig­heden? Inversie(omgekeerde lucht­stroom inde schoorsteen door hoge bui­tentemperatuur), extreme windsnelheden
Bijinversieis gebruik van het toestel af te raden. Plaats desnoods een trekkende kap op de schoorsteen.
Tocht inde woonkamer
Voorkom tocht in de woonkamer; plaatshet toestelniet inde nabij­heid van een deur of verwarmingsluchtkanalen.
Vlammen raken het glas
Zorg dat het hout niette dichttegen het glasligt. Schuif de primaire luchtinlaat verder dicht.
Toestel lekt lucht Controleer de afdichtingen vande deur en de naden van het toestel.
Index
A
Aanmaakhout 23 Aanmaakvuur 12 Aansluiten
afmetingen 19 Aansluitenop buitenluchtaanvoer 10 Aansluitenop schoorsteen
aanachterzijde 10
aanbovenzijde 9 Aansluitkraag schoorsteenaansluiting 9-10 Aansteken 12 Afdichtingskoord van deur 16 Afmetingen 19 Afwerklaag, onderhoud 16 As verwijderen 14 Aslade
openen 15
B
Beluchtingvan het vuur 14 Bijvullen van brandstof 14
rookterugslag 23 Binnenplaten
vermiculite 9 Binnenplaten, vuurvaste
verwijderen 9 Brandbaar materiaal
afstand tot 21 Brandstof
benodigde hoeveelheid 15
bijvullen 13-14
geschikte 11
hout 11
ongeschikte 11 Brandveiligheid
afstand tot brandbaarmateriaal 21
meubels 7
vloer 7
wanden 7 Buitenluchtaanvoer 7, 10
aansluiting op 11
C
Creosoot 14
D
Demontabele onderdelen 8 Deur
afdichtingskoord 16 bijstellen 16 openen 9 sluiting 16
sluitnok 16 Draagvermogenvan vloer 7 Drogen van hout 11
E
Email
onderhoud 16
G
Geschikte brandstof 11 Gewicht 18 Gietijzeren binnenplaten 9 Gladde ondergrond 11 Glas
aanslag 23
beschadigd 17
gebarsten 17
schoonmaken 15
vervangen 17
H
Hout 11
bewaren 11
drogen 11
geschikte soort 11
nat 11
wil niet doorbranden 23 Houtblokken stapelen 13
K
Kachelruitenreiniger 15 Kap opde schoorsteen 7 Kieren in toestel 16
L
Lak 11 Luchtinlaten 12 Luchtlek 16 Luchtregeling 13 Luchttoevoer regelen 14
24
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
25
M
Mist, niet stoken 15 Muren
brandveiligheid 7
N
Naaldhout 11 Nat hout 11 Nevel, niet stoken 15 Nominaal vermogen 15, 18
O
Onderdelen, demontabele 8 Ondergrond
glad 11
Onderhoud
afdichting 16 email 16 glas schoonmaken 15 schoorsteen 15 smeren 16 toestel schoonmaken 15
vuurvaste binnenplaten 15 Ongeschikte brandstof 11 Ontassen 14 Openen
aslade 15
deur 9 Opslagvan hout 11
P
Plaatsen
afmetingen 19
anti-slip 11 Primaire luchtinlaat 12 Problemenoplossen 15, 23
R
Rendement 5, 18 Rook
bij eerste gebruik 11 Rookgas
massedebiet 18
temperatuur 5, 18 Rookterugslag 6, 23 Ruiten
aanslag 23
schoonmaken 15
S
Schade 8 Scharnier
stellen 16
Schoonmaken
glas 15 toestel 15
Schoorsteen
aansluitdiameter 18 aansluiting op 11 hoogte 7 onderhoud 15 voorwaarden 7
Schoorsteenaansluiting
achterzijde 10
bovenzijde 9 Schoorsteenbrand voorkomen 14 Schoorsteenkap 7 Secundaireluchtinlaat 12 Sluitnok
opvulplaatje 16 Smeren 16 Stof-emissie 18 Stoken 12
brandstof bijvullen 12, 14
onvoldoende warmte 15, 23
toestel brandt te hevig 23
toestel niet goed regelbaar 23
T
Teer 14 Temperatuur 18 Trek 18
U
Uitgaan van vuur 14
V
Vegen van schoorsteen 15 Ventilatie 7
buitenluchtaanvoeraansluiten 10
vuistregel 7 Ventilatierooster 7 Verbrandingsluchtregeling 13 Vermiculite
vuurvast 9
Vermiculite binnenplaten 9 Vervangen
glas 17
Verwijderen
as 14
vuurvaste binnenplaten 9 Vet voor smering 16 Vloeren
brandveiligheid 7
draagvermogen 7 Vloerkleed 7 Vulhoogte van toestel 13 Vuur
aanmaken 12
doven 14 Vuurvaste binnenplaten
onderhoud 15
verwijderen 9
waarschuwing 11
W
Waarschuwing
brandbare materialen 6
deur belasten 6
glas gebroken of gebarsten 6, 16-17
heet oppervlak 6
kachelruitreiniger 16
schoorsteenbrand 6, 11, 14
ventilatie 6-7
verzekeringsvoorwaarden 6
voorschriften 6
vuurvaste binnenplaten 11 Wanden
brandveiligheid 7 Warmte, onvoldoende 15, 23 Weersomstandigheden, niet stoken 15
26
Wijzigingen op grond van technische verbeteringen voorbehouden
2
Subjectto change because of technical improvements
Table of contents
Introduction 3 Performance declaration 4 Safety 6 Installation requirements 6
General 6 Flue 6 Room ventilation 7 Floorand walls 7 Product description 8
Installation 8
General preparation 8 Preparing the connection to the flue 9 Preparing the outside air connection 10 Installing and connecting 11
Use 11
First use 11 Fuel 11 Lighting 12 Burning wood 12 Controlling combustion air 13 Extinguishingthe fire 14 Removing ash 14 Fog and mist 15 Resolving problems 15
Maintenance 15
Flue 15 Cleaning and otherregularly maintenance 15 BOLD spareparts 17
Appendix 1: Technical data 18 Appendix 2: Dimensions 19 Appendix 3: Distance from combustible
material 21 Appendix 4: Diagnosis diagram 23 Index 24
Subjectto change because of technical improvements
3
Introduction
Dear user, By purchasing this heating appliance from DOVRE you have selected a quality product. This product is part of a new generationof energy-efficient and envir­onmentally-friendly heating appliances. These stoves make optimum use of convection heat as well as thermal radiation (radiant heat).
Your DOVRE appliance has been manufactured with state-of-the-art production equipment. In the unlikely event of a malfunction, you can always rely on DOVRE for support and service.
The appliance should not be modified; please always use original parts.
The appliance is intended for use in a living room. It must be hermetically connected to a properly work­ing flue.
We advise you have the appliance installed by an authorized and competent installer.
DOVRE cannot be held liable for any problems or damage resulting from incorrect installation.
Observe the following safety regulations when installing and usingthe appliance.
In this manual, you can readhow the DOVRE heating appliance can be installed, used and maintained safely. Should you require additional information or technical data, or shouldyou experience an install­ation problem, please first contact your supplier.
© 2015 DOVRE NV
Performance declaration
In accordance with construction products regulation 305/2011
No. 051-CPR-2015
1. Unique identification code of the product type:
BOLD 300-400 / 7kW
2. Type, batch or serial number or other form of identification for the construction product, as pre­scribed in article 11, subsection 4:
Uniqueserial number.
3. Intended use for the construction product, in accordance with the applicable harmonised technical specification, as specified by the producer:
Stove for solid fuel without production of warm water in accordance with EN 13240.
4. Name, registered trade name or registered trademark and contact address of the producer, as pre­scribed in article 11, subsection 5:
Dovre N.V. Nijverheidsstraat 18 2381 Weelde Belgium.
5. If applicable, name and contact address for the authorised whose mandate covers the tasks spe­cified in article 12, subsection 2:
-
6. The system or systems for the assessment and verification of the performance durability of the con­struction product, specified in appendix V:
System 3
7. If the performance declaration refers to a construction product that falls under a harmonised stand­ard:
The appointed agency KVBG, registered underthe number 2013, has performed a type test undersystem 3 andhas issued the test report No. H2015/0078.
8. If the performance declaration concerns a construction product for which a European technical assessment is issued:
-
4
Subjectto change because of technical improvements
Loading...
+ 152 hidden pages