Dell Vostro 3650 User Manual [nl]

Dell Vostro 3650 Gebruiksaanwijzing
Regelgevingsmodel: D19M Regelgevingstype: D19M002
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen,en waarschuwingen
OPMERKING: Een OPMERKING duidt belangrijke informatie aan voor een beter gebruik van de computer.
GEVAAR: Een GEVAAR-KENNISGEVING duidt op een risico op schade aan eigendommen, lichamelijk letsel of overlijden.
Copyright © 2015 Dell Inc. Alle rechten voorbehouden. Dit product wordt beschermd door wetgeving voor
auteursrecht en intellectueel eigendom binnen en buiten de VS. Dell™ en het Dell-logo zijn handelsmerken van Dell Inc. in de Verenigde Staten en/of andere jurisdicties. Alle overige merken en namen in dit documenten kunnen handelsmerken van hun respectieve eigenaren zijn.
2015 - 11
Ver. A00
Inhoudsopgave
1 Aan de computer werken.................................................................................... 5
Voordat u aan de computer gaat werken............................................................................................ 5
Uw computer uitschakelen...................................................................................................................6
Nadat u aan de computer heeft gewerkt............................................................................................. 7
2 Onderdelen verwijderen en plaatsen................................................................8
Aanbevolen hulpmiddelen.................................................................................................................... 8
De kap verwijderen................................................................................................................................8
De kap plaatsen..................................................................................................................................... 8
Het montagekader verwijderen............................................................................................................ 9
Het montagekader plaatsen..................................................................................................................9
De montagekaderklep openen.............................................................................................................9
De harde schijf verwijderen................................................................................................................ 10
De harde schijf plaatsen.......................................................................................................................11
Het optische station verwijderen........................................................................................................ 11
Het optische station plaatsen..............................................................................................................12
De WLAN-kaart verwijderen................................................................................................................13
De WLAN-kaart plaatsen..................................................................................................................... 13
De geheugenmodule verwijderen...................................................................................................... 14
De geheugenmodule plaatsen............................................................................................................14
De PCIe-uitbreidingskaart verwijderen.............................................................................................. 14
De PCIe-uitbreidingskaart plaatsen.................................................................................................... 15
De voeding verwijderen...................................................................................................................... 15
De voeding plaatsen............................................................................................................................16
De aan-uitknop verwijderen............................................................................................................... 16
De aan-uitknop plaatsen..................................................................................................................... 17
De knoopbatterij verwijderen..............................................................................................................17
De knoopbatterij plaatsen...................................................................................................................18
De warmteafleider verwijderen...........................................................................................................18
De warmteafleider plaatsen................................................................................................................ 18
De processor verwijderen................................................................................................................... 19
De processor plaatsen.........................................................................................................................19
De systeemventilator verwijderen......................................................................................................20
De systeemventilator plaatsen........................................................................................................... 20
Het moederbord verwijderen.............................................................................................................20
Het moederbord plaatsen................................................................................................................... 21
Indeling van het moederbord.............................................................................................................22
3
3 Problemen oplossen.......................................................................................... 23
Diagnostische Stroom led-codes.......................................................................................................23
Diagnostische foutmeldingen............................................................................................................ 24
Systeemfoutberichten.........................................................................................................................29
4 Opties voor System Setup.................................................................................31
Overzicht voor Systeeminstallatie...................................................................................................... 34
Systeeminstellingen openen...............................................................................................................34
5 Specificaties.........................................................................................................35
6 Contact opnemen met Dell.............................................................................. 39
4
1

Aan de computer werken

Voordat u aan de computer gaat werken

Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan:
U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
Een onderdeel kan worden vervangen of, indien afzonderlijk aangeschaft, worden geïnstalleerd door de verwijderingsprocedure in omgekeerde volgorde uit te voeren.
GEVAAR: Koppel alle voedingsbronnen los voordat u de computerbehuizing of -panelen opent. Zodra u klaar bent met de werkzaamheden binnen de computer, plaatst u de behuizing en alle panelen en schroeven terug voordat u de computer weer aansluit op de voedingsbron.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg voor meer informatie over veiligheidsrichtlijnen onze webpagina over wet- en regelgeving op regulatory_compliance .
WAARSCHUWING: Een groot aantal reparaties mag alleen door een erkend servicemonteur worden uitgevoerd. U mag alleen probleemoplossing en eenvoudige reparaties uitvoeren zoals toegestaan volgens de documentatie bij uw product of zoals geïnstrueerd door het on line of telefonische team voor service en ondersteuning. Schade die het gevolg is van onderhoud dat niet door Dell is geautoriseerd, wordt niet gedekt door uw garantie. Lees de veiligheidsinstructies die bij het product zijn geleverd en leef deze na.
WAARSCHUWING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen oppervlak aan te raken, zoals een connector aan de achterkant van de computer.
WAARSCHUWING: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten vast bij de uiteinden of bij de metalen bevestigingsbeugel. Houd een component, zoals een processor, vast aan de uiteinden, niet aan de pinnen.
WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de stekker of aan de kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn voorzien van een connector met borglippen. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel verwijdert. Trek connectoren in een rechte lijn uit elkaar om te voorkomen dat connectorpinnen verbuigen. Ook moet u voordat u een kabel verbindt, controleren of beide connectoren op juiste wijze zijn opgesteld en uitgelijnd.
OPMERKING: De kleur van uw computer en bepaalde onderdelen kunnen verschillen van de kleur die in dit document is afgebeeld.
www.Dell.com/
5
Om schade aan de computer te voorkomen, moet u de volgende instructies opvolgen voordat u in de computer gaat werken.
1. Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is, om te voorkomen dat de computerkap bekrast
raakt.
2. Schakel uw computer uit (zie Uw computer uitschakelen).
WAARSCHUWING: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de connector van de netwerkkabel uit de computer verwijderen en daarna de netwerkkabel loskoppelen van het netwerkapparaat.
3. Verwijder alle stekkers van netwerkkabels uit de computer.
4. Haal de stekker van de computer en van alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.
5. Houd de aan-uitknop ingedrukt terwijl de stekker van de computer uit het stopcontact is verwijderd
om het moederbord te aarden.
6. Verwijder de kap.
WAARSCHUWING: Raak onderdelen pas aan nadat u zich hebt geaard door een ongeverfd metalen oppervlak van de behuizing aan te raken, zoals het metaal rondom de openingen voor de kaarten aan de achterkant van de computer. Raak tijdens het werken aan uw computer af en toe een ongeverfd metalen oppervlak aan om eventuele statische elektriciteit, die schadelijk kan zijn voor interne componenten, te ontladen.

Uw computer uitschakelen

WAARSCHUWING: U voorkomt gegevensverlies door alle gegevens in geopende bestanden op te slaan en de bestanden te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende programma's voordat u de computer uitzet.
1. Uw computer uitschakelen (Windows 8.1):
Het gebruik van een apparaat met aanraakfunctie:
a. Beweeg vanaf de rechterrand van het scherm om het Charms-menu te openen en selecteer
Settings (Instellingen).
b. Selecteer en selecteer vervolgens Shut down (Afsluiten).
of
a. Tik op het Startscherm op en selecteer vervolgens Shut down (Afsluiten).
Het gebruik van een muis:
a. Wijs naar de hoek rechtsboven in het scherm en klik op Settings.(Instellingen).
b. Klik op en selecteer vervolgens Shut down (Afsluiten).
of
Klik op het Startscherm op en selecteer vervolgens Shut down (Afsluiten).
a.
2. Uw computer uitschakelen (Windows 7):
a. Klik op Start . b. Klik op Shutdown (Afsluiten).
of
a. Klik op Start .
6
b. Klik op de pijl in de hoek rechtsonder van het menu Start en klik vervolgens op Afmelden.
3. Controleer of de computer en alle aangesloten apparaten uitgeschakeld zijn. Houd de aan-uitknop
zes seconden ingedrukt, indien uw computer en aangesloten apparaten niet automatisch worden uitgeschakeld wanneer u het besturingssysteem afsluit.

Nadat u aan de computer heeft gewerkt

Nadat u de onderdelen hebt vervangen of teruggeplaatst, moet u controleren of u alle externe apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de computer inschakelt.
1. Plaats de kap terug.
WAARSCHUWING: Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst aan op het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
2. Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer.
3. Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact.
4. Zet de computer aan.
5. Controleer of de computer goed functioneert door Dell Diagnostics (Dell-diagnostiek) uit te voeren.
7

Onderdelen verwijderen en plaatsen

Deze paragraaf beschrijft gedetailleerd hoe de onderdelen moeten worden verwijderd uit, of worden geïnstalleerd in uw computer.

Aanbevolen hulpmiddelen

Voor de procedures in dit document heeft u het volgende gereedschap nodig:
Kleine sleufkopschroevendraaier
Kruiskopschroevendraaier
Klein plastic pennetje

De kap verwijderen

1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
2. Verwijder de kap:
a. Verwijder de schroeven waarmee de kap aan de computer vastzit [1]. b. Schuif de kap naar voren en til hem weg van de computer [2].
2

De kap plaatsen

1. Plaats de kap op de computer en druk hem omlaag totdat hij vastklikt.
2. Draai de schroeven aan waarmee de kap aan de systeemkast vastzit.
8
3. Volg de procedures in Nadat u aan de computer heeft gewerkt.

Het montagekader verwijderen

1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
2. Verwijder de kap.
3. Verwijder het montagekader:
a. Til de lipjes omhoog om het montagekader los te maken van de computer. b. Verwijder het montagekader van de computer.

Het montagekader plaatsen

1. Plaats de lipjes op het montagekader in de sleuven in de computer.
2. Druk op het montagekader totdat de lipjes vastklikken.
3. Plaats de kap.
4. Volg de procedures in Nadat u aan de computer heeft gewerkt.

De montagekaderklep openen

1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
2. Verwijder de volgende onderdelen:
kap
montagekader
3. Trek aan de montagekaderklep om het te openen.
9
WAARSCHUWING: De montagekaderklep gaat slechts beperkt open. Raadpleeg de gedrukte label voor wat maximaal toelaatbaar is.

De harde schijf verwijderen

1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
2. Verwijder de volgende onderdelen:
kap
montagekader
3. Ga als volgt te werk om de harde schijf te verwijderen:
a. Verwijder de schroef waarmee de harde schijf aan de montagekaderklep is bevestigd [1]. b. Maak de harde schijf los uit de connectoren op de harde schijf [2, 3]. c. Open de montagekaderklep [4]. d. Houd de metalen lipjes op beide zijden en trek de harde schijf uit de computer [6] .
10
4. Verwijder de harde schijf uit de bracket:
a. Verwijder de schroeven waarmee de bracket aan de harde schijf vastzit. b. Verwijder de harde schijf uit de bracket.

De harde schijf plaatsen

1. Plaats de harde schijf terug in de bracket.
2. Plaats de schroeven waarmee de bracket van de harde schijf wordt bevestigd.
3. Plaats de harde schijf in de sleuf in de computer.
4. Sluit de montagekaderklep.
5. Plaats de schroef waarmee de harde schijf aan de montagekaderklep wordt bevestigd.
6. Sluit de SATA-kabel en de stroomkabel aan op de connectoren op de harde schijf.
7. Plaats:
montagekader
kap
8. Volg de procedures in Nadat u aan de computer heeft gewerkt.

Het optische station verwijderen

1. Volg de procedure in Voordat u in de computer gaat werken.
2. Verwijder de volgende onderdelen:
kap
montagekader
3. Het optische station verwijderen:
a. Open de montagekaderklep. b. Koppel de datakabel en de stroomkabel los van de connectoren op het optische station [1, 2]. c. Sluit de montagekaderklep [3]. d. Verwijder de schroef waarmee het optische station aan de computer is bevestigd [4]. e. Schuif het optische stationuit de computer [5].
11
4. Verwijder de bracket van het optische station:
a. Verwijder de schroeven waarmee de bracket aan het optische station is bevestigd. b. Verwijder de bracket van het optische station.

Het optische station plaatsen

1. Plaats de bracket van het optische station op het optische station.
2. Draai de schroeven aan waarmee de bracket van het optische station op het optische station wordt
bevestigd.
3. Plaats het ptische station in het compartiment van het optische station totdat deze vastklikt.
4. Draai de schroef aan waarmee het optische station aan de computer is bevestigd.
5. Open de montagekaderklep.
6. Sluit de datakabel en stroomkabel aan op de connectoren op het optische station uit.
7. Sluit de montagekaderklep.
8. Plaats:
montagekader
kap
9. Volg de procedures in Nadat u aan de computer heeft gewerkt.
12
Loading...
+ 27 hidden pages