Verveelvoudiging van dit document, op welke wijze dan ook, zonder de schriftelijke toestemming van Dell
Inc. is strikt verboden.
Merken in deze tekst:
Latitude ON
Core
Verenigde Staten en andere landen.
AMD Sempron
Inc.
Office Outlook
™
,
Atom
Microsoft
™
,
OptiPlex
™
,
Centrino
™
®
,
®
zijn merken of gedeponeerde merken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/
of andere landen.
en in licentie is gegeven voor gebruik op schijven en spelers.
Bluetooth
®
SIG, Inc., en elk gebruik van dit merk door Dell Inc. geschiedt op basis van een licentie.
Dell
™
,
®
AMD Athlon
,
Windows
Blu-ray Disc
™
, het Dell-logo,
™
Vostro
en
Celeron
™
ATI Radeon
,
®
MS-DOS
,
™
is een merk dat het eigendom vormt van de Blu-ray Disc Association (BDA)
Dell Precision
en
Wi-Fi Catcher
®
zijn merken of gedeponeerde merken van Intel Corporation in de
®
is een gedeponeerd merk en
AMD
™
en
®
Windows Vista
,
een gedeponeerd merk van de Wireless Ethernet Compatibility Alliance, Inc.
Overige merken en handelsnamen die mogelijk in dit document worden gebruikt kunnen verwijzen naar de
rechtspersonen die aanspraak maken op het eigendom van de merken en namen van hun producten. Dell
Inc. maakt geen aanspraak op het eigendom van merken en handelsnamen van derden.
™
,
Precision ON
™
zijn merken van Dell Inc.
ATI FirePro
™
zijn merken van Advanced Micro Devices,
®
, het logo van de startknop van Windows Vista en
Bluetooth
™
,
ExpressCharge
Intel
AMD Opteron
®
is een gedeponeerd merk van
®
,
Pentium
™
,
™
AMD Phenom
,
Latitude
®
,
Xeon
Wi-Fi
™
,
®
,
™
,
®
is
2011 – 10
Rev. A00
Page 3
Inhoudsopgave
Opmerkingen, voorzorgsmaatregelen, en waarschuwingen.................2
Hoofdstuk 1: Aan de computer werken.....................................................7
Voordat u in de computer gaat werken.............................................................................7
Hoofdstuk 34: Contact opnemen met Dell.............................................105
Contact opnemen met Dell............................................................................................105
Page 7
1
Aan de computer werken
Voordat u in de computer gaat werken
Volg de onderstaande veiligheidsrichtlijnen om uw eigen veiligheid te garanderen en de
computer tegen mogelijke schade te beschermen. Tenzij anders aangegeven, wordt er
bij elke procedure in dit document van de volgende veronderstellingen uitgegaan:
•U hebt de veiligheidsinformatie geraadpleegd die bij uw computer is geleverd.
•Een onderdeel kan worden vervangen of, indien afzonderlijk aangeschaft,
worden geïnstalleerd door de verwijderingsprocedure in omgekeerde volgorde
uit te voeren.
GEVAAR: Lees de veiligheidsinstructies die bij de computer zijn geleverd alvorens u
werkzaamheden binnen de computer uitvoert. Raadpleeg voor meer informatie over
veiligheidsrichtlijnen onze webpagina over wet- en regelgeving op www.dell.com/
regulatory_compliance.
WAARSCHUWING: Een groot aantal reparaties mag alleen door een erkend
servicemonteur worden uitgevoerd. U mag alleen probleemoplossing en
eenvoudige reparaties uitvoeren zoals toegestaan volgens de documentatie bij uw
product of zoals geïnstrueerd door het on line of telefonische team voor service en
ondersteuning. Schade die het gevolg is van onderhoud dat niet door Dell is
geautoriseerd, wordt niet gedekt door uw garantie. Lees de veiligheidsinstructies
die bij het product zijn geleverd en leef deze na.
WAARSCHUWING: Voorkom elektrostatische ontlading door uzelf te aarden met
een aardingspolsbandje of door regelmatig een ongeverfd metalen oppervlak aan
te raken, zoals een connector aan de achterkant van de computer.
WAARSCHUWING: Ga voorzichtig met componenten en kaarten om. Raak de
componenten en de contacten op kaarten niet aan. Pak kaarten vast bij de
uiteinden of bij de metalen bevestigingsbeugel. Houd een component, zoals een
processor, vast aan de uiteinden, niet aan de pinnen.
7
Page 8
WAARSCHUWING: Verwijder kabels door aan de stekker of aan de
kabelontlastingslus te trekken en niet aan de kabel zelf. Sommige kabels zijn
voorzien van een connector met borglippen. Als u dit type kabel loskoppelt, moet u
de borglippen ingedrukt houden voordat u de kabel verwijdert. Trek connectors in
een rechte lijn uit elkaar om te voorkomen dat connectorpinnen verbuigen. Ook
moet u voordat u een kabel verbindt, controleren of beide connectors op juiste
wijze zijn opgesteld en uitgelijnd.
OPMERKING: De kleur van uw computer en bepaalde onderdelen kunnen
verschillen van de kleur die in dit document is afgebeeld.
Om schade aan de computer te voorkomen, moet u de volgende instructies opvolgen
voordat u in de computer gaat werken.
1.Zorg ervoor dat het werkoppervlak vlak en schoon is, om te voorkomen dat de
computerkap bekrast raakt.
2.Schakel uw computer uit (zie Uw computer uitschakelen).
WAARSCHUWING: Wanneer u een netwerkkabel wilt verwijderen, moet u eerst de
connector van de netwerkkabel uit de computer verwijderen en daarna de
netwerkkabel loskoppelen van het netwerkapparaat.
3.Verwijder alle stekkers van netwerkkabels uit de computer.
4.Haal de stekker van de computer en van alle aangesloten apparaten uit het
stopcontact.
5.Houd de aan-uitknop ingedrukt terwijl de stekker van de computer uit het
stopcontact is verwijderd om het moederbord te aarden.
6.Verwijder de kap.
WAARSCHUWING: Raak onderdelen pas aan nadat u zich hebt geaard door een
ongeverfd metalen oppervlak van de behuizing aan te raken, zoals het metaal
rondom de openingen voor de kaarten aan de achterkant van de computer. Raak
tijdens het werken aan uw computer af en toe een ongeverfd metalen oppervlak
aan om eventuele statische elektriciteit, die schadelijk kan zijn voor interne
componenten, te ontladen.
Aanbevolen hulpmiddelen
Bij de procedures in dit document hebt u mogelijk de volgende hulpmiddelen nodig:
•Kleine sleufkopschroevendraaier
•#0 Phillips schroevendraaier
•#1 Phillips schroevendraaier
•Klein plastic pennetje
8
Page 9
•Een cd met het Flash BIOS-updateprogramma
Uw computer uitschakelen
WAARSCHUWING: U voorkomt gegevensverlies door alle gegevens in geopende
bestanden op te slaan en de bestanden te sluiten. Sluit vervolgens alle geopende
programma's voordat u de computer uitzet.
1.Sluit het besturingssysteem af:
– In Windows Vista:
Klik op Starten vervolgens op de pijl in de linkeronderhoek van het
menu Start, zoals hieronder wordt getoond, en klik vervolgens op Afsluiten.
– In Windows XP:
Klik op Start → Computer afsluiten → Afsluiten . De computer wordt
uitgezet nadat het besturingssysteem is afgesloten.
2.Controleer of alle op de computer aangesloten apparaten uitgeschakeld zijn. Houd
de aan/uit-knop vier seconden ingedrukt, indien uw computer en aangesloten
apparaten niet automatisch worden uitgeschakeld wanneer u het
besturingssysteem afsluit.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
Nadat u onderdelen hebt vervangen of geplaatst, moet u controleren of u alle externe
apparaten, kaarten, kabels etc. hebt aangesloten voordat u de computer inschakelt.
1.Plaats de computerkap terug.
WAARSCHUWING: Als u een netwerkkabel wilt aansluiten, sluit u de kabel eerst
aan op het netwerkapparaat en sluit u de kabel vervolgens aan op de computer.
2.Sluit alle telefoon- of netwerkkabels aan op uw computer.
3.Sluit uw computer en alle aangesloten apparaten aan op het stopcontact.
4.Zet de computer aan.
5.Controleer of de computer goed functioneert door Dell Diagnostics (Delldiagnostiek) uit te voeren.
9
Page 10
10
Page 11
De achterplaat verwijderen
2
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de schroeven waarmee de achterplaat is bevestigd.
3.Til de achterplaat van de computer.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
4.Til de achterplaat van de computer.
11
Page 12
De achterplaat plaatsen
1.Plaats de achterplaat op het chassis.
2.Druk de achterplaat omlaag totdat deze vastklikt.
3.Plaats de schroeven terug waarmee de achterplaat aan de computer wordt
bevestigd.
4.Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
12
Page 13
De standaard aan de achterzijde
verwijderen
3
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de schroeven waarmee de standaard aan de achterzijde aan de
computer is bevestigd.
4.Trek de standaard aan de achterzijde omhoog en verwijder hem uit het chassis.
achterplaat
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
13
Page 14
De standaard aan de achterzijde plaatsen
1.Lijn de standaard aan de achterzijde uit in het chassis en klik het vast.
2.Draai de schroeven aan waarmee de standaard aan de achterzijde aan de
computer wordt bevestigd.
3.Plaats de
4.Volg de procedures in
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
14
Page 15
De voorvoeten verwijderen
4
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de schroeven waarmee de voorvoet is bevestigd.
4.Verwijder de linkervoorvoet.
achterplaat
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
5.Verwijder de schroeven waarmee de rechtervoorvoet is bevestigd.
15
Page 16
6.Verwijder de rechtervoorvoet.
De voorvoeten plaatsen
1.Lijn de voorvoeten uit met de onderzijde links en rechts van het chassis.
2.Draai de schroeven aan om de linker- en rechtervoorvoet te bevestigen.
3.Plaats de
4.Volg de procedures in
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
16
Page 17
5
De afdekplaat van de standaard aan
de achterzijde verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de schroeven waarmee de bovenzijde en binnenzijde van de afdekplaat
van de standaard aan de achterzijde is bevestigd.
5.Til de afdekplaat van de standaard aan de achterzijde omhoog en verwijder hem uit
de computer.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
17
Page 18
De afdekplaat van de standaard aan de
achterzijde plaatsen
1.Lijn de afdekplaat van de standaard aan de achterzijde uit op het chassis.
2.Draai de schroeven aan waarmee de buiten- en binnenzijde van de afdekplaat van
de standaard aan de achterzijde is bevestigd.
3.Plaats de
4.Plaats de
5.Volg de procedures in
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
18
Page 19
De I/O-afdekplaat aan de
achterzijde verwijderen
6
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de schroeven waarmee de I/O-afdekplaat aan de achterzijde is bevestigd.
5.Wrik de I/O-afdekplaat aan de achterzijde los van het chassis en til hem omhoog.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
19
Page 20
De I/O-afdekplaat (Input/Output) aan de
achterzijde verwijderen
1.Lijn de I/O-afdekplaat aan de achterzijde uit op het chassis en zet deze vast.
2.Draai de schroeven aan waarmee de I/O-afdekplaat aan de achterzijde wordt
bevestigd.
3.Plaats de
4.Plaats de
5.Volg de procedures in
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
20
Page 21
Het optische station verwijderen
7
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Koppel de SATA-kabel los van het optische station.
4.Verwijder de schroef waarmee het optische station aan het chassis is bevestigd.
achterplaat
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
5.Schuif het optische station uit de computer.
21
Page 22
6.Verwijder de schroeven waarmee de houder van het optische station is bevestigd.
7.Verwijder de houder van de optische-stationmodule.
22
Page 23
Het optische station plaatsen
1.Plaats de houder terug op het optische station en draai de schroef vast waarmee
het optische station wordt bevestigd.
2.Schuif het optische station terug in de computer.
3.Draai de schroef vast waarmee het optische station op het chassis wordt bevestigd.
4.Sluit de SATA-kabel aan op het optische station.
5.Plaats de
6.Volg de procedures in
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
23
Page 24
24
Page 25
`De geheugenmodule verwijderen
8
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Wrik de afdekplaat van het geheugen los en til het uit de computer.
4.Duw de borgklemmen van de geheugenmodule naar buiten totdat de module
loskomt.
achterplaat
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
5.Verwijder de geheugenmodule uit de connector op het computer.
25
Page 26
6.Duw de borgklemmen van de tweede geheugenmodule naar buiten totdat de
module loskomt.
7.Verwijder de tweede geheugenmodule uit de connector op het computer.
26
Page 27
De geheugenmodule plaatsen
1.Plaats de geheugenmodule in de geheugensocket.
2.Druk de bevestigingsklemmen in om de geheugenmodule vast te klikken.
3.Plaats de
4.Volg de procedures in
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
27
Page 28
28
Page 29
De vaste schijf verwijderen
9
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de schroef waarmee de vaste-schijfbracket op het chassis is bevestigd.
6.Schuif de vaste-schijfbracket uit de computer om de lipjes los te maken van het
chassis.
achterplaat
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
29
Page 30
7.Koppel de kabel van de vaste schijf los van de vaste schijf.
8.Til de vaste-schijfbracket uit het chassis. Verwijder de schroef waarmee de vasteschijfbehuizing aan de vaste schijf is bevestigd.
9.Schuif de vaste schuif uit de behuizing.
30
Page 31
De vaste schijf plaatsen
1.Schuif de vaste schijf terug in de behuizing.
2.Plaats de schroeven terug waarmee de vaste schuif aan de behuizing is bevestigd.
3.Schuif de vaste-schijfbracket in het chassis om deze vast te zetten.
4.Draai de schroef vast waarmee de vaste-schijfbracket op het chassis wordt
bevestigd.
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Volg de procedures in
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
.
31
Page 32
32
Page 33
Het I/O-paneel verwijderen
10
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Verwijder het I/O-paneel uit het chassis.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
Het I/O-paneel plaatsen
.
.
.
1.Plaats het moederbordschild op het chassis.
2.Draai de schroeven aan om het moederbordschild vast te zetten.
3.Plaats het I/O-paneel stevig op het moederbordschild.
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Volg de procedures in
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
.
33
Page 34
34
Page 35
11
Het moederbordschild verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Verwijder de schroeven waarmee het moederbordschild is bevestigd.
7.Kantel het moederbordschild onder een hoek en verwijder het uit de computer.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
I/O-paneel
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
35
Page 36
Het moederbordschild plaatsen
1.Plaats het moederbordschild op het chassis.
2.Draai de schroeven aan om het moederbordschild vast te zetten.
3.Plaats het
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Volg de procedures in
I/O-paneel
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
36
Page 37
De WLAN-kaart verwijderen
12
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Koppel de antennekabels van de WLAN-kaart los.
7.Verwijder de schroef waarmee de WLAN-kaart is bevestigd en verwijder de kaart
uit de computer.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
37
Page 38
De WLAN-kaart plaatsen
1.Schuif de WLAN-kaart in zijn sleuf.
2.Draai de schroeven aan om de WLAN-kaart te bevestigen.
3.Sluit de antennekabels volgens de kleurcode aan op de WLAN-kaart.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Volg de procedures in
moederbordschild
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
38
Page 39
De luidsprekers verwijderen
13
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Maak de luidsprekerkabel los van het moederbord.
7.Verwijder de schroeven om de rechter- en linkerluidspreker vast te zetten.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
39
Page 40
8.Verwijder de luidsprekers uit de computer.
De luidsprekers plaatsen
1.Plaats de luidsprekers op het chassis.
2.Draai de schroeven aan om de luidsprekers vast te zetten.
3.Sluit de luidsprekerkabel aan op het moederbord.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Volg de procedures in
40
moederbordschild
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
Page 41
Het middelste frame verwijderen
14
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder de schroeven waarmee het middelste frame is bevestigd.
8.Wrik het middelste frame los van het chassis.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
voorvoet
optische station
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
41
Page 42
9.Verwijder het middelste frame uit de computer.
Het middelste frame plaatsen
1.Plaats het middelste frame op het chassis.
2.Klik de klemmen vast op het chassis.
3.Draai de schroeven vast waarmee het middelste frame is bevestigd.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats de
9.Volg de procedures in
optische station
voorvoet
.
.
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
42
Page 43
15
De TouchControl-kaart verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Koppel de connectorkabels los van de TouchControl-kaart.
OPMERKING: De TouchControl-kaart en de kabel maken onderdeel uit van het
beeldschermpaneel.
4.Verwijder de schroeven waarmee de TouchControl-kaart wordt bevestigd.
achterplaat
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
43
Page 44
5.Til de TouchControl-kaart van het chassis.
De TouchControl-kaart plaatsen
1.Plaats de TouchControl-kaart op het chassis
2.Draai de schroeven vast waarmee de TouchControl-kaart wordt bevestigd.
3.Sluit de connectorkabels aan op de TouchControl-kaart.
4.Plaats de
5.Volg de procedures in
achterplaat
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
44
Page 45
De stroomschakelaar verwijderen
16
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de schroef waarmee de stroomschakelaar op het chassis is bevestigd.
6.Koppel de stroomschakelaar los van het moederbord.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
45
Page 46
7.Maak de kabel los uit de klemmen op het chassis en verwijder de
stroomschakelaar.
De stroomschakelaar plaatsen
1.Plaats de stroomschakelaar op het chassis.
2.Sluit de kabel van de stroomschakelaar aan op het moederbord en leid de kabels
door de klemmen op het chassis.
3.Draai de schroef aan waarmee de stroomschakelaar op het chassis wordt
bevestigd.
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Volg de procedures in
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
46
Page 47
De knoopcelbatterij verwijderen
17
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Wrik de lipjes open waarmee de knoopcelbatterij aan het moederbord is bevestigd.
7.Verwijder de knoopcelbatterij uit de socket.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
47
Page 48
De knoopcelbatterij plaatsen
1.Plaats de knoopcelbatterij in de sleuf.
2.Plaats het
3.Plaats de
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Volg de procedures in
moederbordschild
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
48
Page 49
18
De ventilator van de warmteafleider
verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder het
6.Verwijder de schroeven waarmee de ventilator aan het chassis is bevestigd.
7.Verwijder de kabel van de ventilator uit het moederbord.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
49
Page 50
8.Verwijder de ventilator van de warmteafleider uit de computer.
De ventilator van de warmteafleider plaatsen
1.Plaats de ventilator van de warmteafleider op het chassis.
2.Draai de schroeven vast waarmee de ventilator van de warmteafleider aan het
chassis wordt bevestigd.
3.Steek de connector van de ventilator van de warmteafleider in de socket op het
moederbord.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Volg de procedures in
moederbordschild
.
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
50
Page 51
De convertorkaart verwijderen
19
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Koppel de stroomkabel los van het moederbord.
8.Verwijder de witte kabel uit de connector op de convertorkaart.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
51
Page 52
9.Verwijder de schroeven waarmee de convertorkaart is bevestigd.
10. Til de convertorkaart omhoog en verwijder deze uit de computer.
52
Page 53
De convertorkaart plaatsen
1.Plaats de schroeven om de convertorkaart vast te zetten.
2.Steek de witte kabel in de connector op de convertorkaart.
3.Plaats het
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Volg de procedures in
moederbordschild
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
53
Page 54
54
Page 55
20
De processorventilator verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Koppel de kabel van de processorventilator los.
8.Verwijder de schroeven waarmee de processorventilator aan het chassis is
bevestigd.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
moederbordschild.
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
55
Page 56
9.Verwijder de tape waarmee de processorventilator op de warmteafleider is
bevestigd en verwijder de processorventilator uit het systeem.
De processorventilator plaatsen
1.Plaats de schroeven waarmee de processorventilator aan het chassis is bevestigd.
2.Maak de tape vast waarmee de processorventilator wordt vastgezet op de
warmteafleider.
3.Steek de connector van de processorventilator in het moederbord.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats de
moederbordschild
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
56
Page 57
9.Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
57
Page 58
58
Page 59
De warmteafleider verwijderen
21
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder de
8.Verwijder de schroef waarmee de warmteafleider op het chassis is bevestigd en
verwijder de schroeven waarmee de warmteafleider aan het moederbord is
bevestigd.
9.Verwijder de warmteafleider uit de computer.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
moederbordschild.
processorventilator
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
59
Page 60
De warmteafleider van de processor plaatsen
1.Plaats de warmteafleider van de processor in het chassis.
2.Draai de schroeven aan waarmee de warmteafleider van de processor aan het
moederbord wordt bevestigd; draai bovendien de schroef aan waarmee de
warmteafleider aan het chassis wordt bevestigd.
3.Plaats de
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats de
9.Volg de procedures in
processorventilator
moederbordschild
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
60
Page 61
De processor verwijderen
22
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder de
8.Verwijder de
9.Druk de ontgrendeling omlaag en vervolgens naar buiten om het los te maken van
het retentiehaakje waarmee het is bevestigd.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
moederbordschild.
processorventilator
warmteafleider van de processor
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
.
10. Til de processorkap omhoog en verwijder de processor uit de socket. Plaats deze in
een antistatische verpakking.
61
Page 62
De processor plaatsen
1.Plaats de processor in de processorsocket. Zorg ervoor dat de processor op juiste
wijze is aangebracht.
2.Doe de processorkap dicht.
3.Druk de ontgrendeling omlaag en vervolgens naar binnen om hem vast te zetten met
het retentiehaakje.
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats het
7.Plaats de
8.Plaats de
9.Plaats de
10. Plaats de
11. Volg de procedures in
warmteafleider van de processor
processorventilator
moederbordschild
.
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
62
Page 63
Het moederbord verwijderen
23
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder de
8.Verwijder de
9.Verwijder de
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder de
13. Koppel alle kabels los van het moederbord.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
moederbordschild.
processorventilator
warmteafleider van de processor
geheugenmodule
WLAN-kaart
knoopcelbatterij
processor
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
14. Verwijder de schroeven waarmee het moederbord aan het chassis is bevestigd.
63
Page 64
15. Til het moederbord uit en verwijder hem uit de computer.
Het moederbord plaatsen
1.Lijn het moederbord uit op het chassis en plaats het op het chassis.
2.Plaats de schroeven waarmee het moederbord aan het chassis wordt bevestigd.
warmteafleider van de processor
processorventilator
moederbordschild
.
.
.
64
Page 65
11. Plaats de
12. Plaats de
13. Plaats de
14. Plaats de
15. Volg de procedures in
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
65
Page 66
66
Page 67
De bevestigingsplaat (tempan)
verwijderen
24
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Plaats de
8.Verwijder het
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Verwijder de
15. Verwijder de
16. Verwijder het
achterplaat
standaard aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
middelste frame
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
moederbordschild.
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
luidsprekers
convertorkaart
stroomschakelaar
bedieningspaneel
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
terug.
.
.
.
.
.
.
.
.
17. Verwijder de zwarte schroefjes waarmee de bevestigingsplaat (tempan) aan het
chassis is bevestigd.
67
Page 68
18. Verwijder de zilveren schroefjes waarmee de bevestigingsplaat (tempan) aan het
chassis is bevestigd.
19. Maak de kabels los uit de klemmen op het chassis.
68
Page 69
20. Schuif de bevestigingsplaat (tempan) uit het chassis en verwijder hem.
De bevestigingsplaat (tempan) plaatsen
1.Plaats de bevestigingsplaat (tempan) op het chassis.
2.Leid de kabels terug naar hun plaats en zorg ervoor dat zij in de klemmen op het
chassis vastzitten.
3.Draai de zilveren en zwarte schroefjes aan waarmee de bevestigingsplaat aan het
chassis wordt bevestigd.
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats het
bedieningspaneel
stroomschakelaar
convertorkaart
luidsprekers
moederbord
.
.
.
.
.
69
Page 70
9.Plaats de
10. Plaats de
11. Plaats het
12. Plaats het
13. Plaats de
14. Plaats het
15. Plaats de
16. Plaats de
17. Plaats de
18. Plaats de
19. Volg de procedures in
warmteafleider van de processor
processorventilator
moederbordschild
optische station
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
middelste frame
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
.
.
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
70
Page 71
25
De afdekplaat van de luidsprekers
verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder de
7.Verwijder het
8.Verwijder het
9.Verwijder de
10. Verwijder de schroeven waarmee de afdekplaat van de luidsprekers aan het
chassis is bevestigd.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
voorvoet
middelste frame
optische station
luidsprekers
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
.
.
.
11. Wrik de afdekplaat van de luidsprekers los van het chassis en verwijder hem.
71
Page 72
De afdekplaat van de luidsprekers plaatsen
1.Plaats de afdekplaat van de luidsprekers op het chassis.
2.Draai de schroeven vast waarmee de afdekplaat van de luidsprekers aan het
chassis wordt bevestigd.
3.Plaats de
4.Plaats het
5.Plaats het
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats de
9.Plaats de
10. Volg de procedures in
luidsprekers
optische station
middelste frame
voorvoet
.
.
.
.
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
72
Page 73
Het montagekader verwijderen
26
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder het
8.Plaats de
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Verwijder de
15. Verwijder de
16. Verwijder de schroeven (aangeduid met een pijl) waarmee het montagekader aan
het beeldschermpaneel is bevestigd.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
middelste frame
moederbordschild.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
bevestigingsplaat (tempan)
luidsprekers
afdekplaat van de luidsprekers
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
terug.
.
.
.
.
.
.
.
17. Til het chassis van het montagekader.
73
Page 74
Het montagekader plaatsen
1.Plaats het montagekader op het chassis.
2.Houd het geheel bij elkaar.
3.Draai de schroeven aan waarmee het montagekader aan het beeldschermpaneel
wordt bevestigd.
4.Plaats de
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats het
8.Plaats de
9.Plaats de
10. Plaats het
11. Plaats de
12. Plaats het
13. Plaats het
14. Plaats de
15. Plaats de
16. Plaats de
17. Plaats de
18. Volg de procedures in
afdekplaat van de luidsprekers
luidsprekers
.
bevestigingsplaat (tempan)
moederbord
.
warmteafleider van de processor
processorventilator
optische station
.
.
.
.
.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
moederbordschild
middelste frame
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
74
Page 75
27
De LVDS-kabel (Low-Voltage
Differential Signaling) verwijderen
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder het
8.Plaats de
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Wrik de voorzijde van het beeldschermpaneel omhoog op een zachte ondergrond
zodat de aanraakcamera's niet op de tafel liggen.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
middelste frame
moederbordschild.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
bevestigingsplaat (tempan)
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
terug.
.
.
.
.
.
15. Trek de plastic tape los waarmee de connector is bevestigd.
75
Page 76
16. Koppel de LVDS-kabel uit de connector en verwijder deze uit de computer.
De LVDS-kabel (Low-Voltage Differential
Signaling) plaatsen
1.Sluit de LVDS-kabel aan op de connector.
2.Bevestig de plastic tape waarmee de LVDS-kabel aan het chassis wordt bevestigd.
3.Plaats de
4.Plaats het
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats het
8.Plaats de
9.Plaats het
bevestigingsplaat (tempan)
moederbord
warmteafleider van de processor
processorventilator
optische station
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
moederbordschild
.
.
.
.
.
.
76
Page 77
10. Plaats het
11. Plaats de
12. Plaats de
13. Plaats de
14. Plaats de
15. Volg de procedures in
middelste frame
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
77
Page 78
78
Page 79
28
Het beeldschermpaneel verwijderen
OPMERKING: De TouchControl-kaart en de kabel maken onderdeel uit van het
beeldschermpaneel.
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder het
8.Plaats de
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Verwijder de
15. Verwijder het
16. Verwijder de
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
middelste frame
moederbordschild.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
luidsprekers
afdekplaat van de luidsprekers
montagekader
LVDS-kabel
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
terug.
.
.
.
.
.
.
.
.
17. Verwijder de
18. Verwijder de schroeven van beide zijden en verwijder de beeldschermbrackets.
bevestigingsplaat (tempan)
.
79
Page 80
Het beeldschermpaneel plaatsen
OPMERKING: Verwijder bij het terugplaatsen van het beeldschermpaneel de
beeldschermbrackets van het oude beeldschermpaneel en plaats deze op het
nieuwe beeldschermpaneel.
1.Plaats de schroeven voor beide rails waarop het beeldschermpaneel is
aangesloten.
2.Bevestig het montagekader en de LVDS-kabel weer op het beeldschermpaneel.
3.Plaats de
4.Plaats de
5.Plaats het
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats het
9.Plaats de
10. Plaats de
11. Plaats het
12. Plaats de
13. Plaats het
14. Plaats het
15. Plaats de
16. Plaats de
17. Plaats de
18. Plaats de
bevestigingsplaat (tempan)
LVDS-kabel
montagekader
.
.
afdekplaat van de luidsprekers
luidsprekers
moederbord
.
.
warmteafleider van de processor
processorventilator
optische station
.
.
.
.
.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
moederbordschild
middelste frame
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
.
80
Page 81
19. Volg de procedures in
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
81
Page 82
82
Page 83
De webcamera verwijderen
29
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder het
8.Plaats de
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Verwijder de
15. Verwijder het
16. Verwijder de
17. Verwijder de schroeven waarmee de webcamera zijn bevestigd.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
middelste frame
moederbordschild.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
luidsprekers
afdekplaat van de luidsprekers
montagekader
bevestigingsplaat (tempan)
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
terug.
.
.
.
.
.
.
.
.
18. Verwijder de webcamera en de bijbehorende kabel\.
83
Page 84
De webcamera plaatsen
1.Plaats de webcamera op het chassis.
2.Draai de schroeven aan waarmee de webcamera op het chassis wordt bevestigd.
3.Sluit de kabel van de webcamera na plaatsing aan op het moederbord.
4.Plaats de
5.Plaats het
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats het
9.Plaats de
10. Plaats de
11. Plaats het
12. Plaats de
13. Plaats het
14. Plaats het
15. Plaats de
16. Plaats de
17. Plaats de
18. Plaats de
19. Volg de procedures in
bevestigingsplaat (tempan)
montagekader
.
afdekplaat van de luidsprekers
luidsprekers
moederbord
.
.
warmteafleider van de processor
processorventilator
optische station
.
.
.
.
.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
moederbordschild
middelste frame
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
84
Page 85
De antenne verwijderen
30
1.Volg de procedures in
2.Verwijder de
3.Verwijder de
4.Verwijder de
5.Verwijder de
6.Verwijder het
7.Verwijder het
8.Plaats de
9.Verwijder het
10. Verwijder de
11. Verwijder de
12. Verwijder het
13. Verwijder de
14. Verwijder de
15. Verwijder de
16. Verwijder de kabels uit de klemmen op het chassis.
achterplaat
standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
kap van de standaard aan de achterzijde
middelste frame
moederbordschild.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf
optische station
processorventilator
warmteafleider van de processor
moederbord.
luidsprekers
afdekplaat van de luidsprekers
bevestigingsplaat (tempan)
Voordat u handelingen uitvoert in de computer
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
terug.
17. Verwijder de aluminiumtape waarmee de antennes zijn bevestigd.
85
Page 86
18. Verwijder de schroeven waarmee elke antenne is bevestigd.
19. Til de antennes met de bijbehorende kabels omhoog.
86
Page 87
De antenne plaatsen
1.Plaats beide antennes op het chassis.
2.Plaats de schroeven om beide antennes vast te zetten.
3.Plak de tape op beide antennes.
4.Leid de kabels door de klemmen op het chassis.
5.Plaats de
6.Plaats de
7.Plaats de
8.Plaats het
9.Plaats de
10. Plaats de
11. Plaats het
12. Plaats de
13. Plaats het
14. Plaats het
15. Plaats de
16. Plaats de
17. Plaats de
18. Plaats de
19. Volg de procedures in
bevestigingsplaat (tempan)
afdekplaat van de luidsprekers
luidsprekers
moederbord
.
.
warmteafleider van de processor
processorventilator
optische station
.
.
.
.
.
vaste-schijfbehuizing en de vaste schijf.
moederbordschild
middelste frame
.
.
kap van de standaard aan de achterzijde
I/O-afdekplaat aan de achterzijde
standaard aan de achterzijde
achterplaat
.
.
.
Nadat u aan de computer hebt gewerkt
.
.
87
Page 88
88
Page 89
31
Overzicht van System Setup
Met System Setup (Systeem-setup) kunt u:
•de systeemconfiguratie wijzigen nadat u hardware hebt toegevoegd, gewijzigd
of verwijderd
•het instellen of wijzigen van een door de gebruiker te selecteren optie, zoals een
wachtwoord
•de huidige hoeveelheid geheugen lezen of het geïnstalleerde type vaste schijf
instellen.
Voordat u System Setup gebruikt, is het verstandig de informatie op het System Setupscherm te noteren zodat u deze later ter referentie kunt gebruiken.
WAARSCHUWING: U mag de instellingen voor dit programma alleen wijzigen als u
een ervaren computergebruiker bent. Uw computer kan incorrect werken als u
bepaalde wijzigingen aanbrengt.
System Setup openen
1.Zet de computer aan of start deze opnieuw op.
2.Wacht tot de F2-prompt wordt weergegeven wanneer het blauwe DELL-logo wordt
weergegeven.
3.Druk onmiddellijk op <F2> als de F2-prompt verschijnt.
OPMERKING: De F2-prompt duidt erop dat het toetsenbord is geïnitialiseerd. Deze
prompt kan zeer snel verschijnen. Wees dus op het verschijnen ervan beducht en
druk op <F2>. Als u te vroeg op <F2> drukt, wordt deze toetsaanslag niet
geregistreerd.
4.Als u te lang wacht en het logo van het besturingssysteem wordt weergegeven,
moet u blijven wachten tot het bureaublad van Microsoft Windows wordt
weergegeven. Daarna sluit u de computer af en probeert u het opnieuw.
89
Page 90
System Setup-schermen
Menu : verschijnt boven aan het venster System Setup. Dit veld biedt een menu met
System Setup-opties. Druk op < Pijl naar links > en < Pijl naar rechts > om te bladeren.
Wanneer een van de Menuopties wordt geseelcteerd, dan geeft de lijst Options
(Opties) de opties weer die de geïnstalleerde hardware op uw computer aangeven.
Options List (Optieslijst):
verschijnt links in het
venster System Setup. Het
veld bevat functies die de
configuratie van uw
computer definiëren,
inclusief geïnstalleerde
hardware,
energiebesparing en
beveiligingsfuncties. Schuif
omhoog en omlaag in de
lijst met de pijlen omhoog
en omlaag. Wanneer een
optie is geselecteerd, geeft
het veld Options (Opties) de
huidige en beschikbare
instellingen van de optie
weer.
Key Functions (Toetsfuncties): dit veld wordt weergegeven onder het Options Field
(Optieveld) en bevat de toetsen en hun functies in het actieve veld van het
systeemsetupprogramma.
Veld Options (Opties):
verschijnt rechts van de
lijst Options (Opties) en
bevat informatie over elke
optie in de lijst Options
(Opties). In dit veld kunt u
informatie bekijken over uw
computer en wijzigingen
maken op de huidige
instellingen. Druk op <
Enter> om wijzigingen aan
te brengen op de huidige
instellingen. Druk op <ESC>
om terug te keren naar de
Options List (Optieslijst).
OPMERKING: Niet alle
instellingen die in het
optieveld worden
weergegeven, kunnen
worden gewijzigd.
Help: verschijnt rechts in
het venster System Setup
en bevat Help-informatie
over de optie die is
geselecteerd in de lijst
Options (Opties).
Gebruik de onderstaande toetsen om door de System Setup-schermen te bladeren:
ToetsaanslagActie
< F2 >Geeft informatie weer over een willekeurig
geselecteerd item in System Setup.
< Esc >Huidige weergave afsluiten of de huidige
weergave naar de Exit page
90
Page 91
ToetsaanslagActie
(Afsluitpagina) in System Setup (Systeemsetup) te schakelen.
< Pijl omhoog > of < Pijl omlaag >Selecteer een item dat u wilt weergeven.
< Pijl-omhoog > of < Pijl-omlaag >Selecteer een menu om weer te geven.
– of +Wijzig de bestaande itemwaarde.
< Enter >Selecteer het submenu of voer de
opdracht uit.
< F9 >Laad de standaardinstelling.
< F10 >Slaat de huidige configuratie op en sluit
System Setup af.
Opties voor System Setup
Algemeen
Op het hoofdtabblad worden de primaire hardwarefuncties op de computer
weergegeven. In het onderstaande tabel wordt de functie van elke optie gedefinieerd.
SysteeminformatieGeeft het modelnummer van de computer
weer.
BIOS Version (BIOS-versie)Geeft de BIOS-revisie weer.
System Date (Systeemdatum)Stelt de datum op de interne agenda van
de computer opnieuw in.
System Time (Systeemtijd)Stelt de tijd van de interne klok van de
computer opnieuw in.
Service Tag (Serviceplaatje)Hier wordt het serviceplaatje van uw
computer weergegeven.
Asset Tag (Inventaristag)Hier wordt de inventaristag van uw
computer weergegeven.
Processorgegevens
Processor Type (Processortype)Hier wordt het type processor
weergegeven.
91
Page 92
L2 Cache Size (Grootte L2cachegeheugen)
Hier wordt de capaciteit van het L2cachegeheugen van de processor
weergegeven.
L3 Cache Size (Grootte L3cachegeheugen)
Geheugengegevens
Memory Installed (Geïnstalleerd
geheugen)
Memory Speed (Geheugensnelheid)Hier wordt de geheugensnelheid
Memory Technology
(Geheugentechnologie)
Device Information (Apparaatgegevens)
SATA 0Geeft het modelnummer en de capaciteit
SATA 1Geeft het modelnummer en de capaciteit
Hier wordt de capaciteit van het L3cachegeheugen van de processor
weergegeven.
Hier wordt de totale geheugencapaciteit
van de computer weergegeven.
weergegeven.
Hier wordt het type en de technologie
weergegeven.
van de vaste schijf weer.
van de vaste schijf weer.
Advanced (Geavanceerd)
Op het tabblad Advanced (Geavanceerd) kunt u verschillende functies instellen die van
invloed zijn op de prestaties van uw computer. In het onderstaande tabel wordt de
functie van elke optie en de standaardwaarde hiervan gedefinieerd.
CPU Configuration (Processorconfiguratie)
Multi Core Support
(Ondersteuning van
meerdere kernen)
Limit CPUID Value (CPUIDwaarde beperken)
CPU XD Support (CPU XDondersteuning)
92
Hier wordt het aantal
actieve kernen
weergegeven.
Hiermee wordt de functie
Limit CPUID Value (CPUIDwaarde beperken) in- of
uitgeschakeld.
Hiermee wordt de CPU XDfunctie in- of uitgeschakeld.
Onboard LAN Controller
(Geïntegreerde LANcontroller)
Onboard LAN Boot ROM
(Geïntegreerde LANopstart-ROM)
SATA Mode (SATA-modus) Hiermee kunt u de SATA-
USB Controller (USBcontroller)
Schakel de Intelvirtualisatiefunctie in of uit.
SpeedStep-functie in of uit.
Hiermee wordt de
geïntegreerde
audiocontroller in- of
uitgeschakeld.
Hiermee wordt de
geïntegreerde LANcontroller in- of
uitgeschakeld.
Hiermee wordt de
geïntegreerde LAN-opstartROM in- of uitgeschakeld.
bewerkingsmodus kiezen.
Hiermee wordt de USBcontroller in- of
uitgeschakeld.
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
Standaard: Disabled
(Uitgeschakeld)
Standaard: AHCI
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
DVMT/FIXED Memory
(DVMT/FIXED-geheugen)
Power Management (Energiebeheer)
AC Recovery
(Voedingsherstel)
Remote Wake Up
(Activeren op afstand)
Toont de hoeveelheid
DVMT/FIXED-geheugen in
de computer.
Hiermee kan de computer
de stroomuitval herstellen.
Hiermee kan de computer
op afstand worden
ingeschakeld.
Standaard: Power Off
(Uitschakelen)
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
93
Page 94
Power Management (Energiebeheer)
Auto Power On
(Automatisch inschakelen)
POST behaviour (POST-gedrag)
Numlock Key (Numlocktoets)
Keyboard Error Report
(Foutenrapport
toetsenbord)
Hiermee wordt automatisch
inschakelen van de
computer in- of
uitgeschakeld.
Hiermee wordt het
NumLock-statuslampje
tijdens de POST in- of
uitgeschakeld.
Hiermee wordt in- of
uitgeschakeld dat het
foutenrapport voor het
toetsenbord tijdens de
POST wordt weergegeven.
Standaard: Disabled
(Uitgeschakeld)
Standaard: On (Aan)
Standaard: Enabled
(Ingeschakeld)
Security (Beveiliging)
Op het tabblad wordt de beveiligingsstatus weergegeven en hiermee kunt u de
beveiligingsfuncties van de computer beheren.
Admin Password Status (Status
beheerderswachtwoord)
Hiermee wordt aangegeven of een
beheerderswachtwoord is toegekend.
Set Admin Password
(Beheerderswachtwoord instellen)
HDD Protection (HDD-beveiliging)Hiermee kunt u een wachtwoord voor de
Hiermee kunt u een
beheerderswachtwoord instellen.
vaste schijf instellen.
Boot (Opstarten)
Met het tabblad Boot (Opstarten) kunt u de opstartvolgorde wijzigen.
Exit (Afsluiten)
Met deze sectie kunt u standaardinstellingen opslaan, weggooien en laden voordat u
afsluit via System Setup.
94
Page 95
32
Diagnostische foutmeldingen
ls er een probleem of fout op de computer optreedt, kan er een systeemmelding worden
weergegeven om u te helpen met het vaststellen van de oorzaak en de actie die u moet
ondernemen om het probleem te verhelpen. Als het door u ontvangen bericht niet in de
volgende voorbeelden wordt vermeld, raadpleegt u de documentatie bij het
besturingssysteem of het programma dat werd uitgevoerd toen het bericht verscheen.
Diagnostische foutmeldingenBeschrijving
Alert! Previous attempts at booting this
system have failed at checkpoint [nnnn].
For help in resolving this problem, please
note this checkpoint and contact Dell
Technical Support (Waarschuwing!
Eerdere pogingen om deze computer op te
starten zijn mislukt bij controlepunt [nnnn].
Noteer dit controlepunt en neem contact
op met de ondersteuningsafdeling van Dell
om dit probleem op te lossen).
System fan failed (Storing in de ventilator) Possible fan failure (Mogelijke storing in
CPU fan failure (Defecte
processorventilator)
Hard-disk drive failure (Fout in vasteschijfstation)
Hard-disk drive read failure (Fout bij het
lezen van de vaste schijf)
Keyboard failure (Toetsenbordfout)Het toetsenbord functioneert niet of de
De computer is er drie keer achtereen niet
in geslaagd om de opstartprocedure uit te
voeren vanwege dezelfde fout.
de ventilator)
CPU fan has failed (Processorventilator is
defect)
Mogelijk is er tijdens de POST een fout
opgetreden met de vaste schijf.
Mogelijk is er tijdens de opstarttest van de
vaste schijf een fout opgetreden met de
vaste schijf.
kabel zit los. Vervang het toetsenbord als
het opnieuw aansluiten van de kabel het
probleem niet oplost.
95
Page 96
Diagnostische foutmeldingenBeschrijving
RTC is gereset, standaard BIOS-setup is
geladen. Druk op F1 om door te gaan en op
F2 om het setuphulpprogramma uit te
voeren.
No boot device available (Geen
opstartbron beschikbaar)
No timer tick interrupt (Geen
timertikonderbreking)
USB over current error (USB gebruikt te
veel stroom)
RTC-jumper mogelijk onjuist ingesteld.
Als de vaste schijf geen opstartpartitie
bevat, is de kabel van de vaste schijf
losgeraakt of is er geen opstartapparaat.
•Als de vaste schijf als
opstartapparaat is ingesteld, moet
u controleren of alle kabels op de
juiste wijze zijn aangesloten en of
het station op de juiste wijze is
geïnstalleerd en als
opstartapparaat is
gepartitioneerd.
•Open de system setup en
controleer of de opstartvolgorde
juist is.
Mogelijk is een chip op het moederbord of
het moederbord zelf defect.
Koppel het USB-apparaat los. Het USBapparaat heeft voor een optimale werking
meer stroom nodig. Sluit het USBapparaat middels een externe stroombron
aan of sluit, als het apparaat twee USBkabels heeft, beide kabels aan.
CAUTION - Hard Drive SELF MONITORING
SYSTEM has reported that a parameter
has exceeded its normal operating range.
Dell recommends that you back up your
data regularly. A parameter out of range
may or may not indicate a potential hard
drive problem (LET OP - Het
ZELFCONTROLEREND SYSTEEM van de
vaste schijf heeft aangegeven dat een van
de parameters het normale gebruiksbereik
heeft overschreden. Dell raadt u aan
regelmatig een reservekopie van uw
96
S.M.A.R.T error, possible hard disk drive
failure (S.M.A.R.T-fout, mogelijke vasteschijffout).
Page 97
Diagnostische foutmeldingenBeschrijving
gegevens te maken. Als een parameter
buiten het bereik ligt, kan dit duiden op
een mogelijk probleem met de vaste
schijf.)
Diagnostische pieptooncodes
Bij POST met drie pieptonen hoort geen knipperend oranje aan-uitledlampje. Bij alle
overige pieptooncodes hoort een continu wit aan-uitledlampje. Raadpleeg de
onderstaande tabel voor elk scenario.
PieptoonBeschrijvingFoutdekking
1BIOS ROM-checksum bezig of mislukt.
BIOS-chip
2Geen RAM gedetecteerdGeheugenfout
3Chipsetfout (North and South Bridge
Chipset, DMA/IMR/Timer Error voor
Intel platform); Chipsetfout
Fout bij testen van tijdklok
Gate A20 failure (Fout in poort A20)
Fout in Super I/O-chip.
Fout bij testen toetsenbordcontroller.
4RAM-lees-/schrijffoutGeheugenfout
5RTC-stroomuitvalCMOS-batterijstoring
6Fout tijdens test van video-BIOSVideokaartfout
7ProcessorfoutProcessor
Moederbordstoring, omvat BIOSbeschadiging of ROM-fout
Moederbordfout
Codes voor de diagnostische aan-uitledlampjes
Aan/Uit-LEDEnergiestatus
OFF (UIT)Uitgeschakeld of het systeem heeft een S4- (slaapstand) of S5-
(Uitgeschakeld) energiestatus. Led is uit.
97
Page 98
Aan/Uit-LEDEnergiestatus
Continu witDe computer staat in de Aan-stand..
Continu oranjeHet moederbord kan de initialisatie niet starten. Mogelijk is er
een probleem met het moederbord, het geheugen, de processor
of de voeding.
Knipperend oranje
lampje
Het moederbord kan de initialisatie niet starten of heeft een S3energiestatus (slaapstand). Er is een probleem met de voeding,
mogelijk is er apparaatfout opgetreden of is een apparaat
incorrect geïnstalleerd.
98
Page 99
Technische specificaties
OPMERKING: Aanbiedingen kunnen per regio verschillen. De volgende
specificaties zijn alleen de specificaties die wettelijk verplicht moeten worden
meegeleverd bij de computer. Voor meer informatie over de configuratie van uw
computer klikt u op Start → Help en ondersteuning en selecteert u de optie om
informatie over uw computer weer te geven.
Systeeminformatie
Chipset van systeemIntel H61 Express Chipset
DMA-kanalenMaximaal 8 MB (afhankelijk van
processortype)
Interrupt-niveausACPI IRQ 0-31
BIOS-chip (NVRAM)32 MB
Processor
33
Type
CachetotaalMaximaal 8 MB (afhankelijk van
Geheugen
SnelheidDDR3 met 1333 MHz
Connectortwee SO-DIMM-sleuven
Capaciteit1 GB, 2 GB en 4 GB
Minimumgeheugen2 GB
Maximumgeheugen8 GB
•Intel Core i3/i5/i7 serie
•Intel Pentium Dual-Core
processortype)
99
Page 100
Video
Type videokaart:
GeïntegreerdIntel HD/HD 2000/HD 3000 Graphics
(afhankelijk van processortype)
LosNVIDIA GeForce GT 525M
Videogeheugen:
Geïntegreerdmaximaal 384 MB gedeeld videogeheugen
Losmax. 1 GB
Beeldscherm
Type23 inch HD WLED
Afmetingen
Hoogte312,50 mm
Breedte533,70 mm
Diagonaal584,20 mm
Maximale resolutie1920 x 1080
WerkingshoekCR > 10
Horizontale gezichtshoek170 °
Verticale gezichtshoek160 °
Pixelpitch:0,27 mm x 0,27 mm
Audio (Geluidskaart)
GeïntegreerdHD-audio met SRS
Camera
Camera en microfoonHD-webcam met ingebouwde digitale
microfoon
Communicatie
Netwerkadapter10/100/1000 Mbps Ethernet-LAN
100
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.