De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving
worden gewijzigd. Verveelvoudiging van dit document op welke wijze dan
ook zonder de schriftelijke toestemming van Dell Inc. is strikt verboden.
Handelsmerken die in deze tekst zijn gebruikt: Dell™, het DELL-logo
en Inspiron™ zijn handelsmerken van Dell Inc.; Intel
®
, Centrino®, Core™
en Atom™ zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van
Intel Corporation in de U.S. en andere landen; Microsoft®, Windows®
en het Windows startknop-logo zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/
of andere landen; Bluetooth® is een gedeponeerd handelsmerk van
Bluetooth SIG, Inc. en wordt door Dell onder licentie gebruikt;
Blu-ray Disc™ is een handelsmerk van de Blu-ray Disc Association
(BDA) en beschikt over een gebruikslicentie voor schijven en spelers;
Anderehandelsmerken en merknamen kunnen in dit document worden
gebruikt als verwijzing naar andere entiteiten en namen van hun producten.
DellInc. heeft geen eigendomsrechten of -aanspraken op handelsmerken
en handelsnamen anders dan zijn eigen merken en namen.
2013 – 01 Rev. A00
Inhoud
Nieuwe functies in Windows 8. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Charms zijn een set met functies die in het Start-scherm staan. U kunt
vanaf de rechterrand van het scherm vegen om het Charms-menu
te openen. Als u een muis gebruikt, ga dan met de aanwijzer naar de
rechterbovenhoek van het scherm en beweeg de muisaanwijzer omlaag.
Als u een multi-touch touchpad gebruikt, plaats uw vinger dan rechts op
uw touchpad en veeg dan naar links op de touchpad. Charms zijn onder
andere Zoeken, Delen, Starten, Apparaten en Instellingen
Charm ZoekenHiermee kunt u zoeken op
het web, in bestanden en
apps.
Charm DelenHiermee kunt u foto's,
koppelingen, enz. delen
met uw vrienden en op
sociale netwerken.
Charm StartenHiermee gaat u naar het
Start-scherm.
Charm
Apparaten
Charm
Instellingen
Hiermee kunt u bestanden
versturen en films naar
tv's, printers en andere
apparaten streamen.
Hiermee krijgt u toegang
tot meldingen,
volumeknoppen,
helderheidsknoppen
en andere
computerinstellingsopties.
Charms-zijbalk 15
Aanmelden bij Windows 8
De volgende opties zijn beschikbaar wanneer u zich voor de eerste keer
aanmeldt op uw computer.
1. Bij gebruik van een Microsoft-account: als u al een Microsoft-account
hebt, kunt u het e-mail-ID van de Microsoft-account gebruiken in het
veld E-mailadres om u aan te melden op uw computer. Met deze functie
wordt uw computer gesynchroniseerd met uw Microsoft-accounts.
2. Een Microsoft-account aanmaken: u kunt een Microsoft-account
aanmaken als u er nog geen heeft, om u aan te melden op uw
computer. Tik of klik op Een nieuw e-mailadres aanvragen om
eennieuwe Microsoft-account aan te maken. Door middel van
dezefunctie hebt u toegang tot de meeste Microsoft-diensten
(zoalsOutlook, SkyDrive, enz.).
3. Aanmelden zonder een Microsoft-account: u kunt zich op uw computer
aanmelden zonder een Microsoft-account. Tik of klik op Sign in without a Microsoft account (Aanmelden zonder Microsoft-account) en volg
de scherminstructies.
Uw computer vergrendelen:
1. Open Start door vanaf de randerrand naar het midden van het scherm
te vegen (of als u een muis gebruikt, ga dan met de aanwijzer naar de
rechterbovenhoek van het scherm) en tik of klik vervolgens op Start.
2. Tik of klik op uw accountfoto in de rechterbovenhoek en selecteer
vervolgens Vergrendelen.
Het vergrendelscherm negeren:
1. Veeg van de onderrand van het scherm (of druk op een willekeurige
toets als u een toetsenbord gebruikt) om het vergrendelscherm te
negeren.
2. Meld u op het aanmeldscherm aan op uw computer met behulp van
uw voorkeursmethode.
N.B.: voor het gebruik van een andere aanmeldmethode tikt of klikt
uop Aanmeldopties om de beschikbare mogelijkheden te zien.
16 Aanmelden bij Windows 8
Een Windows 8 app afsluiten
Een app afsluiten:
• als u een muis gebruikt: klik en sleep de app van de bovenzijde van het
scherm naar de onderzijde van het scherm en laat de app los.
• als u een aanraakscherm gebruikt: sleep de app naar de onderzijde van
het scherm en laat de app los.
Uw computer uitschakelen – Windows 8
De computer uitschakelen:
1. Veeg vanaf de rechterrand van het scherm (of ga als u de muis gebruikt
met uw aanwijzer naar de rechterbovenhoek van het scherm) en klik
vervolgens op Instellingen.
2. Tik of klik op Energie en kies Afsluiten
N.B.: u kunt uw computer ook in de slaapstand of sluimerstand zetten.
Een Windows 8 app afsluiten 17
18 Een Windows 8 app afsluiten
Over de computer
Netadapter
Netadapters worden gebruikt om portable computers en sommige
desktopcomputers van stroom et voorzien. Netadapter zetten wisselstroom
in gelijkstroom voor de voeding van computers. De Dell netadapterkit
bestaat uit de netadapter en de stroomkabel. Het vermogen van de
netadapter (65 W, 90 W, enzovoort) hangt af van de computer waarvoor
deze is ontworpen en de stroomkabel verschilt afhankelijk van het land
waarvanuit de netadapter is verzonden.
WAARSCHUWINGEN: het is verstandig om alleen de netadapter te
gebruiken die bij uw computer is meegeleverd of een vervangende
netadapter die door Dell is goedgekeurd om schade aan uw
computer te voorkomen.
Netadapter 21
Batterij
Laptopbatterij
In de volgende tabel worden de meest gebruikte batterijen vergeleken.
3-cels batterij6-cels batterij9-cels batterij
Lage kostenGemiddelde kostenHoge kosten
KleinGrootGroot
Lage capaciteitGemiddelde capaciteitHoge capaciteit
Laag gewichtGemiddeld gewichtZwaar
N.B.: wanneer een batterij met een lage capaciteit onder dezelfde
omstandigheden wordt gebruikt als een batterij met een gemiddelde
of hoge capaciteit, dan zal een batterij met een lage capaciteit sneller
opraken, omdat deze batterij vaker moet worden opgeladen.
Batterijvermogen besparen
Voer de volgende handelingen uit om het batterijvermogen van uw laptop
te besparen:
• Sluit de computer aan op een stopcontact wanneer mogelijk, omdat
de de levensduur van een batterij hoofdzakelijk wordt bepaald door
het aantal keren dat de batterij wordt gebruikt en wordt opgeladen.
• Stel de energiebeheeropties in via Windows Energiebeheer om het
stroomverbruik van uw computer te optimaliseren (zie het gedeelte
Energiebeheer).
• Gebruik de slaapstand wanneer u de computer gedurende lange
perioden ongebruikt achterlaat.
22 Batterij
Knoopbatterij
De knoopbatterij bevindt zich op het moederbord en voorziet de CMOS-chip
(Complementary Metal Oxide Semiconductor) van stroom, wanneer
de computer uit staat. De CMOS-chip bevat de tijd, datum en andere
configuratie-instellingen en de knoopbatterij helpt deze instellingen te
behouden wanneer de computer is uitgeschakeld.
De knoopbatterij kan enkele jaren meegaan. De factoren die de levensduur
van een knoopbatterij beïnvloeden zijn het type moederbord, de temperatuur,
hoelang de computer is uitgeschakeld, enz.
Prestaties van de batterij verbeteren
De werkduur van een batterij is de periode gedurende welke de batterij
in staat is om haar lading te bewaren. Dit zal verschillen al naar gelang de
manier waarop u uw portable computer gebruikt.
De volgende zaken zullen de werkduur van uw batterij aanzienlijk verlengen:
• Het gebruik van optische stations.
• Het gebruik van draadloze communicatieapparaten, ExpressCards,
mediageheugenkaarten of USB-apparaten.
• Het gebruik van zeer heldere weergave-instellingen, driedimensionale
screensavers of andere programma's die veel energie verbruiken, zoals
ingewikkelde driedimensionale grafische toepassingen en spellen.
U kunt de prestaties van de batterij verbeteren door:
• De computer te gebruiken als deze, indien mogelijk, is aangesloten op
een stopcontact. De levensduur van de batterij wordt korter naar aanleiding
van het aantal keren dat de batterij is ontladen en weer opgeladen.
• Stel de energiebeheeropties in via Windows Energiebeheer om het
stroomverbruik van uw computer te optimaliseren (zie het gedeelte
Energiebeheer).
• De slaapstand te gebruiken wanneer u de computer gedurende lange
perioden ongebruikt achterlaat.
De levensduur van de batterij vermindert gedurende loop van tijd,
afhankelijk van de frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt en
deomstandigheden waaronder deze wordt gebruikt. Het kan nodig
zijnom tijdens de levensduur van uw portal computer een nieuwe
batterijaan te schaffen.
Batterij 23
Schermtoetsenblok
Over touchpad
Een touchpad heeft dezelfde functies als een muis, namelijk om de cursor te
verplaatsen, geselecteerde items te slepen of te verplaatsen en rechts of
links te klikken door op het oppervlak te tikken. Een touchpad heeft een
aanrakingsgevoelig oppervlak waarmee de beweging en positie van uw
vinger(s) worden waargenomen ten opzicht van een relatieve positie op
het computerscherm. Touchpads zijn beschikbaar op laptopcomputers
ensommige exclusieve toetsenborden.
Touchpadbewegingen
N.B.: sommige touchpad-bewegingen worden mogelijk niet ondersteund
op uw computer.
N.B.: u kunt de bewegingsinstellingen voor de touchpad wijzigen door
te dubbelklikken op het touchpad-pictogram in het systeemvak op
het bureaublad van uw computer.
U computer ondersteunt mogelijk Scrollen, Zoomen, Roteren, Flicken,
Mijn favorieten en Bureaubladgebaren.
Schuiven
Hiermee kunt u door inhoud schuiven. De schuiffunctie omvat:
Pannen — Hiermee kunt u de focus op het geselecteerde object verplaatsen
wanneer niet het hele object zichtbaar is.
Beweeg twee vingers in de gewenste richting om het geselecteerde object
te pannen en te schuiven.
24 Schermtoetsenblok
Automatisch verticaal scrollen — Hiermee kunt u omhoog of omlaag in
het actieve venster scrollen.
Beweeg twee vingers snel omhoog of omlaag om verticaal automatisch
schuiven te activeren. Tik op het touchpad om het automatische schuiven
te stoppen.
Automatisch horizontaal scrollen — Hiermee kunt u naar links of naar
rechts scrollen in het actieve venster.
Beweeg twee vingers snel naar links of rechts om horizontaal automatisch
schuiven te activeren. Tik op het touchpad om het automatische schuiven
te stoppen.
Cirkelvormig scrollen — hiermee kunt u omhoog, omlaag, naar rechts en
naar links scrollen.
Zo schuift u omhoog of omlaag: Beweeg een vinger in de verticale scrollzone (uiterst rechts op de touchpad) in een cirkel rechtsom om omhoog
te scrollen of linksom om omlaag te scrollen.
Schermtoetsenblok 25
Zo schuift u naar rechts of links: Beweeg een vinger in de horizontale
scroll-zone (helemaal onderaan op de touchpad) in een cirkel rechtsom
om naar rechts te scrollen of linksom om naar links te scrollen.
In-/uitzoomen
Hiermee kunt u de inhoud van het scherm kleiner of groter weergeven.
De zoomfunctie omvat:
Zoomen met één vinger - hiermee kunt in- of uitzoomen.
Zo zoomt u in: beweeg een vinger omhoog in de zoom-zone (uiterst
links op de touchpad).
Uitzoomen: Beweeg een vinger omlaag in de zoom-zone (uiterst links op
de touchpad).
26 Schermtoetsenblok
Samenknijpen — Hiermee kunt u in- of uitzoomen door twee vingers
naar elkaar toe of van elkaar af te bewegen op het scherm.
Zo zoomt u in: Beweeg twee vingers van elkaar af om de weergave van
het actieve venster te vergroten.
Zo zoomt u uit: beweeg twee vingers naar elkaar toe om de weergave
van het actieve venster te verkleinen.
Draaien
Hiermee kunt u de actieve inhoud op het scherm roteren.
De roteerfunctie omvat:
Spiraal — Hiermee kunt u de inhoud met stappen van 90 graden
verdraaien met twee vingers, waarbij u één vinger op het scherm houdt
en de andere draait.
Houd de duim op zijn plaats en beweeg de wijsvinger in een boog naar
rechts of naar links om het geselecteerde item 90 graden naar rechts of
naar links te draaien.
Schermtoetsenblok 27
Flick
Hiermee kunt u inhoud vooruit of terug omslaan op basis van de richting
van de flick.
Beweeg drie vingers snel in de gewenste richting om de inhoud in het
actieve venster om te slaan.
Mijn favorieten
Hiermee kunt u u favoriete toepassingen openen.
Tik met drie vingers op het touchpad. De toepassingen die in het
touchpadconfiguratiehulpmiddel zijn geconfigureerd, worden gestart.
Desktop
Hiermee kunt u alle geopende vensters minimaliseren om het bureaublad
zichtbaar te maken.
Plaats uw hand in een willekeurige richting kort op het touchpad.
28 Schermtoetsenblok
Weergave
Een beeldscherm is een outputapparaat voor visuele weergave van
computerinformatie.
Overal verkrijgbare beeldschermtypen zijn:
• Aanraakscherm
• 3D
• Draadloos
3D-beeldscherm
Een 3D-beeldscherm is een video-outputapparaat dat 3D-beeld kan
weergeven. 3D-beeldschermen werken door middel van de weergave
van afzonderlijke offset 2D-beelden voor het linker- en het rechteroog.
De2D-beelden worden dan gecombineerd en door de hersenen
omgezet in diepte, waardoor het 3D-effect ontstaat.
N.B.:
3D-beeldscherm wordt mogelijk niet door alle computers ondersteund.
Draadloos scherm
Met de functie voor draadloos scherm kunt u het computerscherm delen
met een tv zonder gebruik te maken van kabels. U moet een draadloos
schermadapter aansluiten op uw tv, voordat u deze functie instelt.
Minimumvereisten voor het instellen van een draadloos beeldscherm zijn:
ProcessorIntel Core i3-3xx tot i7-66xx
Video Controller
(Videocontroller)
WLAN-kaartIntel Centrino 6100/6200/6300 of Intel Centrino
BesturingssysteemWindows 7 Home Premium, Professional of Ultimate
StuurprogrammaDe nieuwste stuurprogramma's voor draadloze
N.B.: Draadloze weergave wordt niet door alle computers ondersteund.
Intel HD Graphics
Advanced-N + WiMAX 6250
kaarten en Intel Wireless Display Connection
Manager kunt u vinden op support.dell.com.
Weergave 29
Aanraakbeeldscherm
Een aanraakscherm is een beeldscherm voor interactie met de voorwerpen
op het scherm door het beeldscherm aan te raken in plaats van een muis,
touchpad of toetsenbord te gebruiken. U kunt een aanraakbeeldscherm
gebruiken met een vinger, hand of ander passief voorwerp, zoals een
stylus. Aanraakbeeldschermen worden doorgaans gebruikt in telefoons,
tablets, computers, enz. Veel gebruikte aanraakschermtechnologieën zijn
capacitive touch en resistive touch.
N.B.: Aanraakbeeldscherm wordt mogelijk niet door alle computers
ondersteund.
Bewegingen op het aanraakscherm
Met bewegingen op het aanraakscherm wordt de bruikbaarheid van
een aanraakbeeldscherm verbeterd doordat u taken als in-/uitzoomen,
bladeren, draaien, enz. kunt uitvoeren door uw vinger over het
beeldscherm te schuiven.
N.B.: Sommige van deze bewegingen zijn specifiek voor een bepaalde
toepassing en werken niet bij alle toepassingen.
In-/uitzoomen
Hiermee kunt u de vergroting van de actieve scherminhoud verhogen of
verlagen door twee vingers uit elkaar of naar elkaar toe te bewegen op
het beeldscherm.
Inzoomen
Uitzoomen
30 Weergave
Stilhouden
Hiermee opent u extra informatie door eenmaal rechtsklikken te simuleren.
Houd een vinger op het aanraakscherm stil om contextgevoelige menu's
te openen.
Flick
Hiermee kunt u inhoud vooruit of terug omslaan op basis van de richting
van de flick.
Beweeg een vinger snel in de gewenste richting om als pagina's in een
boek door de inhoud in het actieve venster te bladeren.
Flick werkt ook verticaal bij het doorbladeren van inhoud, zoals afbeeldingen
of nummers in een afspeellijst.
Schuiven
Hiermee kunt u door inhoud schuiven. Dit zijn de schuiffuncties:
Pannen — Hiermee kunt u de focus op het geselecteerde object verplaatsen
wanneer niet het hele object zichtbaar is.
Beweeg twee vingers in de gewenste richting om het geselecteerde object
te pannen en te schuiven.
Weergave 31
Verticaal scrollen— Hiermee kunt u omhoog of omlaag in het actieve
venster scrollen.
Beweeg een vinger omhoog of omlaag om verticaal schuiven te activeren.
Horizontaal scrollen — Hiermee kunt u naar rechts of naar links scrollen
in het actieve venster.
Beweeg een vinger naar rechts of links om horizontaal schuiven te activeren.
Draaien
Hiermee kunt u de actieve inhoud op het scherm roteren.
Spiraal — Hiermee kunt u de actieve inhoud met twee vingers draaien.
Houd een vinger of duim op zijn plaats en beweeg een andere vinger in
een boog naar rechts of links.
U kunt de actieve inhoud ook draaien door twee vingers in een cirkelvorm
te bewegen.
32 Weergave
Toetsenbord
Computertoetsenborden beschikken over vierkante en rechthoekige
gelabelde toetsen die elk een of meer functies hebben. Druk op deze
toetsen om letters of nummers te typen of de taken uit te voeren die
aande toetsen is toegekend. De toetsen kunnen door fabrikanten
verschillend worden gerangschikt, maar alle toetsenborden hebben in
wezen dezelfde toetsen.
De meeste toetsenborden hebben naast de normale nummertoetsen een
numeriek toetsenbord, een standaard rangschikking van numerieke en
wiskundige toetsen. Laptopcomputers hebben fysieke toetsenborden die
in hun chassis zijn ingebouwd, maar de meeste hebben geen numeriek
gedeelte om ruimte te besparen. Sommige kleine laptops en netbooks
hebben geen fysiek toetsenbord, maar hebben een -schermtoetsenbord.
Toetsenbord 33
Het toetsenbord van uw computer bevat verschillende toetsenreeksen
waarmee u verschillende soorten functies kunt uitvoeren:
• Alfanumerieke toetsen voor het invoeren van letters, getallen,
interpunctietekens en symbolen
• Control-toetsen voor bepaalde handelingen: <Ctrl>, <Alt>, <Esc> en
de Windows-toets
• Functietoetsen die zijn aangeduid met <F1>, < F2>, <F3> enzovoort
en specifieke taken uitvoerenFunctietoetsen die zijn aangeduid met
<F1>,< F2>, <F3> enzovoort en specifieke taken uitvoeren
• Navigatietoetsen om de cursor in documenten of vensters te verplaatsen:
<Home>, <End>, <Page Up>, <Page Down>, <Delete>, <Insert > en de
pijltoetsen
• Een numeriek toetsenblok met toetsen die net zoals een traditionele
rekenmachine zijn gegroepeerd (Het numerieke toetsenbord op
de meeste portable computers is onder de alfanumerieke toetsen
ondergebracht.)
Toetsenbord met achtergrondverlichting
Toetsenborden met achtergrondverlichting zorgen voor zicht in donkere
omgevingen door de toetsen te verlichten door middel van led's onder het
toetsenbord. U kunt de achtergrondverlichting handmatig inschakelen of
configureren dat de achtergrondverlichting automatisch wordt ingeschakeld
wanneer uw computer in een donkere omgeving wordt geplaatst.
34 Toetsenbord
Op een Dell-laptopcomputer zijn er doorgaans drie verlichtingsstanden
beschikbaar:
• volledige helderheid van het toetsenbord/touchpad
• gedeeltelijke helderheid van het toetsenbord/touchpad
• geen verlichting
Wanneer u op de <Fn>-toets en de rechterpijltjestoets drukt, wisselt
utussen de drie verlichtingsstanden.
N.B.: een toetsenbord met achtergrondverlichting is mogelijk niet op
alle computers beschikbaar. Zie de specificaties van uw computer
voor meer informatie.
Toetsenbordaansluittypen
U kunt een toetsenbord op uw computer aansluiten door middel van een
bekabelde of draadloze aansluiting.
Bekabeld: het toetsenbord wordt op de computer aangesloten met een
kabel en heeft geen aanvullende voedingsbron nodig, zoals batterijen.
Deaansluiting kan een van de volgende gebruiken:
• USB — wordt gebruikt in alle nieuwe computers.
• PS/2-poort — wordt gebruikt in oudere computers.
Draadloos: het toetsenbord wordt op de computer aangesloten door
middel van draadloze signalen. Deze methode vermindert de rommel
door kabels en geeft u de flexibiliteit het toetsenbord op een comfortabelere
positie op enkele meters van de computer te gebruiken. Voor de werking
van dergelijke toetsenborden zijn batterijen nodig; sommige draadloze
toetsenborden hebben oplaadbare batterijen. De draadloze aansluiting
kan een van de volgende gebruiken:
• Radiofrequentie (RF) — een RF-ontvanger wordt aangesloten op de
USB-poort op de computer.
• Bluetooth — het toetsenbord wordt op de computer aangesloten door
middel van de Bluetooth-adapter die al in uw computer is geïnstalleerd
of door middel van een Bluetooth-adapter die is aangesloten op een
USB-poort op uw computer.
Toetsenbord 35
Het servicelabel en de code voor
express-service opzoeken
Het serviceplaatje en de code voor express-service is te vinden op het
label op de computer of in de online System Profiler van Dell.
Het label op uw computer zoeken
Het serviceplaatje en de code voor express-service is te vinden op een
label op uw computer. De locatie op het label is:
• Draagbare computers: onderkant van de draagbare computer
• Pc: achter- of bovenkant van de systeemkast
Dell's online System Profiler gebruiken
Als uw computer is ingeschakeld en u heeft toegang tot internet,
kunt u Dell's online System Profiler gebruiken om te zoeken naar het
serviceplaatje en de Express-Servicecode. Zoek het serviceplaatje door de
volgende stappen te volgen:
- Ga naar support.dell.com.
- Klik op System Configuration (Systeemconfiguratie).
- Klik op Find My Service Tag (Mijn serviceplaatje zoeken) en volg de
instructies op het scherm.
Opslag
Over opslagapparaten
Met opslagapparaten kunt u gegevens opslaan voor later gebruik.
Opslagapparaten zijn intern of extern zijn. De meeste opslagapparaten
slaan gegevens op totdat u de gegevens handmatig verwijderd.
Voorbeelden van opslagapparaten zijn vaste schijven, optische stations,
USB-sticks, enz..
36 Het servicelabel en de code voor express-service opzoeken
Interne opslagapparaten
Opslagapparaten die in uw computer worden geïnstalleerd, worden
interne opslagapparaten genoemd. Doorgaans kunt u deze apparaten
niet verwijderen wanneer de computer is ingeschakeld. De gegevens
die op interne opslagapparaten worden opgeslagen, worden gewoonlijk
bewaard totdat u deze handmatig verwijdert. Interne opslagapparaten zijn
onder andere vaste schijven en solid-state drives (SSD).
Vaste schijven
Een HDD-schijf bevat magnetisch gecoate platen die op een door een
motor-aangedreven as draaien in een beschermende behuizing. De gegevens
worden magnetisch afgelezen van en naar een schijf via lees-/schrijfkoppen
die zich boven de schijven bevinden. De harde schijf is het gegevenscentrum
van de computer.
Een doorsnee HDD-ontwerp bestaat uit een as met platte ronde schijven,
waarop de gegevens worden opgenomen. De schijven zijn gemaakt uit
niet-magnetische materiaal, gewoonlijk aluminumlegering of glas, en
beschikken over een magnetisch laagje en een buitenste laag van koolstof
voor de bescherming.
Solid-State Drives
Een SSD is een gegevensopslagapparaat dat gebruik maakt van solidstate (flash) geheugen om gegevens op te slaan. SSD's bevatten geen
bewegende delen omdat gegevens in elektrische circuits worden
opgeslagen. Vergeleken met vaste schijven zijn SSD's doorgaans
minder gevoelig voor fysieke schokken, stiller en hebben een kortere
toegangstijd en een lagere latentie. SSD's gebruiken dezelfde interface
als vaste schijven voor de aansluiting op de computer; hierdoor zijn
SSD'scompatibel met de meeste bestaande computers.
Verwisselbare opslagapparaten
Verwisselbare opslagapparaten zijn apparaten die u uit uw computer
kunt verwijderen zonder de computer uit te schakelen. Veel gebruikte
verwisselbare opslagapparaten zijn onder andere:
• Optische schijven
• Geheugenkaarten
• Magnetische tapes
Opslag 37
Optische schijven
Dit zijn een aantal voorbeelden van optische schijven:
• Blu-ray-schijf — de Blu-ray Disc (BD) is ontworpen om de dvd-
indeling te vervangen. Het standaard fysieke medium is een kunststof
optische schijf van 12 cm, net zo groot als dvd's en cd's. Blu-rayschijven beschikken over 25 GB (enkele laag) of 50 GB (dubbele laag).
• DVD — een dvd (digital versatile disc) kan wel tot 4,7 GB (enkele laag)
of 8,5 GB (dubbele laag) aan gegevens opslaan.
• CD — een cd (compact disc) kan 800 MB aan gegevens opslaan.
Geheugenkaarten
Geheugenkaarten, ook wel flashkaarten genoemd, maken gebruik
van flashgeheugen om digitale informatie op te slaan. Deze zijn
herschrijfbaar, snel en bewaren gegevens, zelfs in geval van stroomuitval.
Geheugenkaarten worden veel gebruikt in apparaten zoals digitale
camera's, mobiele telefoons, mediaplayers, gameconsoles enz.
Dit zijn enkele algemene geheugenkaarttypen:
Secure Digital (SD)/Secure Digital High
Capacity (SDHC)
Memory Stick (MS)/Memory Stick Pro
(MS Pro)
Extreme Digital (xD)
MultiMedia Card (MMC)
SDXC-kaart (Secure Digital Extended
Capacity) [kaart met Ultra High
Speed(UHS)]
38 Opslag
Memory Stick XC (MSXC)
MultiMedia Card plus (MMC+)
Geheugenmodule
Geheugenmodules zijn Printed Circuit Boards (PCB) waarop RAM-chips
(Random Access Memory) zijn gesoldeerd. Geheugenmodules bieden
RAM die de computer nodig heeft. Op basis van het type computer
waarin ze worden gebruikt, worden geheugenmodules onderverdeeld in:
• DIMM (Dual In-line Memory Module) — wordt gebruikt in pc's.
• SODIMM (Small Outline Dual In-line Memory Module) — kleiner dan
DIMM's. Worden over het algemeen gebruikt in notebookcomputers,
maar kunnen ook in sommige compacte desktops en alles-in-één
computers worden gebruikt.
Geheugenmodule 39
Moederbord
Een moederbord is een geprint circuitbord dat het hart van computers
vormt. Alle andere apparaten worden op het moederbord aangesloten
voor onderlinge interactie. Het moederbord bevat verschillende
controllers en connectors die helpen bij de uitwisseling van gegevens
tussen verschillende onderdelen van de computer.
Een aantal belangrijke onderdelen van een systeemkaart zijn:
• Processorhouder(s) — één of meer sleuven voor het plaatsen van processoren.
• Geheugenmodule-aansluiting(en) — één of meer sleuven voor het
plaatsen van geheugenmodules.
• Uitbreidingskaartsleuf(ven) — sleuven voor uitbreidingskaarten.
• Chipset — Biedt een interface tussen de bus aan de voorzijde van de
processor, hoofdgeheugen, en bussen voor randapparatuur.
• Flash-geheugen — bevat het systeemgeheugen of BIOS-programma.
• Stroomaansluitingen — bieden stroom aan het moederbord van
decomputervoeding.
Een moederbord kan bovendien ingebouwde grafische, geluids- en
netwerkmogelijkheden hebben.
De onderstaande afbeelding bevat de basisonderdelen van een
moederbord van een desktop.
N.B.: grootte, vorm en locatie van onderdelen kan verschillen op
basis van het type moederbord en de computer waarvoor deze is/
zijnbedoeld.
40 Moederbord
1batterijhouder2PCI-Express x1 aansluiting
3PCI-Express x16 aansluiting4eSATA-connector
5processor6processorhouder
7geheugenmoduleconnector8stroomaansluiting
Moederbord 41
Processor
De processor is het onderdeel van de computer of een ander elektronisch
apparaat dat gegevens en instructies verwerkt om een gewenste uitvoer
te genereren.
Processors worden voornamelijk onderverdeeld op basis van:
• Het aantal aanwezige processorkernen
• Snelheid of frequentie gemeten in GigaHertz (GHz) of MegaHertz (MHz)
• Kaartgeheugen, ookwel cache genoemd
De prestaties van een processor wordt meestal gemeten op basis van het
aantal berekeningen dat het binnen een seconde kan uitvoeren. De huidige
generatie van processors halen snelheden van ongeveer 50.000 MIPS
(Million Instructions Per Second) of meer bij high-endmodellen. De huidige
generatie van processors zijn aangesloten op het moederbord met een
LGA-, (Land Grid Array) of PGA-connector (Pin Grid Array). Sommige
processors zijn geïntegreerd op het moederbord, hoewel deze vooral
voor draagbare apparaten worden gebruikt.
Dit zijn een aantal van de huidige processorfamilies:
• Intel Pentium
• Intel Celeron
• Intel Core-reeks
• Intel i-reeks
• Intel Xeon
• AMD Athlon
• AMD Phenom
• AMD Sempron
42 Processor
Processors zijn vooral bedoeld voor mobiele apparaten, laptops,
desktopcomputers, servers, enz. Een processor die bedoeld is voor
mobiele apparaten, verbruikt minder energie vergeleken met processors
voor desktopcomputers of servers.
Computerventilator
Een computerventilator koelt de interne onderdelen van een computer
af door warme lucht in de computer naar buiten te blazen.
Computerventilatoren worden doorgaans gebruikt om onderdelen
te koelen die een hoog energieverbruik hebben en dus veel warmte
genereren. Door de onderdelen koel te houden, voorkomt u dat deze
oververhitten, dat er storingen en beschadigingen optreden.
Ventilatoren worden gebruikt voor het koelen van:
• Computerchassis
• Processor
• Grafische kaart
• Chipset
• Vaste schijf, enz.
Warmteafleider
Warmteafleiders worden gebruikt om warmte te verspreiden die wordt
gegenereerd door de processor of door sommige high-end grafische
kaarten. Boven warmteafleiders hangt doorgaans een ventilator om de
luchtstroom te verhogen en bestaan uit vinnen of bladen in plaats van
een enkel blok metaal. Hiermee wordt de oppervlakte vergroot voor een
maximale warmteverspreiding. Tussen de processor/grafische kaart en
de warmteafleider is een laag van thermisch vet aangebracht voor een
eenvoudige warmtewisseling.
Computerventilator 43
Thermisch vet
Thermisch vet, oftewel thermisch gel, thermische verbinding, enz., wordt
gebruikt om een warmteopwekkende laag te maken tussen een processor
en een warmteafleider. Door het aanbrengen van thermisch vet tussen
de processor en de warmteafleider neemt de warmteoverdracht van de
processor naar de warmteafleider toe, omdat het thermisch vet beter
geleidt dan lucht.
Videokaarten
Een videokaart is een onderdeel dat videosignalen of informatie verzendt
naar een schermapparaat, zoals een monitor of projector.
Er zijn twee typen videokaarten:
• Ingebouwde video — dit is een chip die deel uitmaakt van het
moederbord. Ingebouwde videokaarten hebben geen toegewezen
geheugen, en delen het systeemgeheugen en de processor om de
video-uitvoer te produceren. Ingebouwde videokaarten zijn geschikt
voor gebruikers die geen hoge eisen stellen aan de prestaties van hun
videokaart.
• Aangesloten video — losse videokaarten worden afzonderlijk op het
moederbord aangesloten. Discrete videokaarten hebben toegewezen
geheugen op de kaarten en leveren doorgaans hogere prestaties dan
ingebouwde videokaarten. Deze videokaarten worden doorgaans in
een PCI-E x16-uitbreidingssleuf op het moederbord geïnstalleerd.
Oude connectoren voor videokaarten zijn onder andere PCI en
AGP. Deze kaarten zijn het best geschikt voor grafisch-intensieve
toepassingen voor het afspelen van bijvoorbeeld high-definition
videogames.
N.B.: Wanneer een discrete videokaart in een computer wordt
geplaatst die al een ingebouwde videokaart heeft, dan wordt de
ingebouwde videokaart uitgeschakeld. Gebruik het System Setupprogramma om de ingebouwde videokaart handmatig in te schakelen.
• Accelerated Processing Unit (APU) — APU's worden gevormd
door een graphics processing unit (GPU) te etsen, of een andere
verwerkingssysteem op dezelfde chip als de CPU. Dus leveren APU's
hogere gegevensoverdrachtsnelheden terwijl het stroomverbruik
minder hoog is, wat leidt tot een verbetering van de prestaties van de
computer in vergelijking tot ingebouwde video.
44 Thermisch vet
TV-tuners
Met een tv-tuner kunt u televisie kijken op uw computer. Tv-tuners
zijn verkrijgbaar voor zowel desktop- als laptopcomputers en met
verschillende connectiviteitsopties, zoals:
• Intern
-PCI-E
-PCI
• Extern
-USB
- PC-kaart
- ExpressCard
Tv-tuners zijn vooral standalone, hoewel sommige videokaarten ook
ingebouwde tv-tuners hebben. De meeste tv-tunerkaarten worden
geleverd met software waarmee u televisieprogramma's op uw computer
kunt opnemen.
TV-tuners 45
Luidsprekers
Luidsprekers worden gebruikt om naar het geluid van de computer
te luisteren. De luidsprekers kunnen intern of extern zijn. Op pc's
worden interne luidsprekers over het algemeen alleen gebruikt voor
het produceren van fout- of storingspieptonen. Externe luidsprekers,
oftewel multimedialuidsprekers, produceren geluid voor films, muziek,
multimediainhoud, enz. Luidsprekers worden over het algemeen
aangegeven als 2, 2.1, 5.1, 7.1, enz. Het cijfer voor de decimale punt geeft
het aantal kanalen aan en het cijfer achter de decimale punt (1) geeft de
subwoofer aan. Luidsprekers worden normaal gesproken met een 3,5 mm
aansluiting of met een USB-aansluiting aangesloten op de computer.
N.B.: om 5.1 of 7.1 kanaals luidsprekers 5.1 of 7.1 kanaalsgeluid
te produceren, moet de geluidskaart van uw computer 5.1 of 7.1
kanaalsgeluid ondersteunen.
Webcam
Een webcam is een apparaat waarmee u in real-time video of afbeeldingen
kunt vastleggen en ook kunt gebruiken voor videoconferencing.
Het type webcam kan verschillen afhankelijk van uw keuze bij de aankoop
van uw computer. Mogelijk hebt u een ingebouwde webcam of moet
u een externe webcam aanschaffen. Externe webcams worden op uw
computer aangesloten door middel van de USB-connector. De kwaliteit
van een camera wordt doorgaans aangeduid door het aantal pixels dat
hijvastlegt.
46 Luidsprekers
Een webcam inschakelen
1. Klik op Start → Confi guratiebeheer→ Apparaatbeheer.
2. Klik op Beeldapparaten en dubbelklik op Camera.
3. Klik op Inschakelen.
De webcam is nu ingeschakeld.
Open de webcamsoftware om alle functies van de webcam te gebruiken.
Dell Webcam Manager
De Dell Webcam Manager werkt als een hub voor alle webcamfunctie en
configuratieopties. Dell Webcam Manager omvat:
• Webcam Center — regelt de belangrijkste opnamefuncties van de
webcam, zoals het opnemen van video, bewegingsdetectie en het
vastleggen van foto's.
• Webcam Console — configureert webcamfuncties zoals
beeldkwaliteit, face tracking, pannen en in-/uitzoomen, geluids- en
video-effecten, enz.
• Video Chat — hiermee kunt u video-chatten met populaire diensten,
zoals Google Talk en Yahoo! Messenger, AOL Instant Messenger, enz.
• Live! Cam Avatar — selecteer avatars voor het video-chatten, pas
audiofilters toe of gebruik emoticons met de video-avatars.
• Avatar maken — maak een unieke avatar met de software Live! Cam
Avatar Creator voor het video-chatten.
Dell Webcam Manager openen
1. Klik op Start
2. Klik op Dell Webcam→ Dell Webcam Manager.
Het venster Dell Webcam Manager wordt geopend.
Schakel de Digital Array-microfoon in de Dell Webcam Center in
1. Klik op Start
2. Klik op Dell Webcam→ Dell Webcam Manager.
Het venster Dell Webcam Manager wordt geopend.
3. Klik op Webcam Center.
4. Klik op de vervolgkeuzepijl naast Geluidsbron en klik op Digital Mic
(Realtek High Defi nition Audio) om de microfoon in te schakelen.
→ Alle programma's of Programma's.
→ Alle programma's of Programma's.
Webcam 47
ExpressCards
Met ExpressCards kunt u randapparatuur, zoals geheugenkaarten, bekabelde
en draadloze communicatie, printers, scanners, microfoon, enz.,
aansluiten op uw laptopcomputer. ExpressCards vervangen pc-kaarten.
ExpressCards worden geïnstalleerd op extern toegankelijke ExpressCardsleuven. De ExpressCard-sleuf op laptops en desktopcomputers bevat
gewoonlijk een lege kaart wanneer er geen ExpressCard is geïnstalleerd,
om de sleuf te beschermen tegen stof. Deze kaart moet eerst verwijderd
worden als u de ExpressCard gaat installeren.
1ExpressCard of leeg2Vergrendelingslipje van de
ExpressCard
Typen ExpressCardsKenmerken
ExpressCard/34• Deze wordt gebruikt in kleinere
computers en ondersteunt een
beperkt aantal randapparaten.
• De kaart kan geplaatst worden
in zowel EC 34- als EC
54-sleuven.
ExpressCard/54• Ondersteunt een groot aantal
randapparaten.
• Verbruikt meer stroom dan de
34 mm kaarten.
• Kan alleen worden gebruikt op
computers die EC 54-sleuven
ondersteunen.
48 ExpressCards
De volgende afbeelding toont een vergelijking van de afmetingen van de
PC-kaarten en ExpressCards:
PC-kaart54 mm ExpressCard
(EC 54)
34 mm ExpressCard
(EC 34)
Communicatieapparaten
Een elektronisch apparaat die gegevens kan verzenden en ontvangen
over een netwerk wordt een communicatieapparaat genoemd.
Communicatieapparaten worden aan beide kanten van een verbinding
gebruikt. Signalen kunnen analooge of digitaal van het ene naar een ander
apparaat worden overgebracht. De meeste communicatieapparaten
kunnen digitale signalen in analoge signalen en analoge signalen in
digitale signalen omzetten zodat de signalen van het ene naar een ander
apparaat kunnen worden verzonden.
Een paar van de meest gebruikt communicatieapparaten zijn:
Communicatieapparaten 49
Modem — modem staat voor Modulator en Demodulator. Modems kunne
analoog (inbellen) of digitaal zijn.
• Inbelmodem — elektronische apparaten die analoge telefoonsignalen
kunnen omzetten in digitale signalen die de computer kan verwerken
en digitale signalen kunnen omzetten in analoge signalen die via de
telefoonlijn kunnen worden verzonden. Inbelmodems kunnen interne
en externe apparaten zijn.
• Digitale modem — wordt gebruikt om gegevens te verzenden naar en
te ontvangen van een digitale telefoonlijn zoals DSL (Digital Subscriber
Line) of ISDN (Integrated Services Digital Network).
Network Interface Controller (NIC) — wordt ook wel netwerkadapter of
Local Area Network (LAN)-adapters genoemd. Meestal worden ze met
een Ethernet-kabel op een netwerk aangesloten. NIC's kunnen intern
(uitbreidingskaarten of geïntegreerd op het moederbord) en extern zijn.
50 Communicatieapparaten
WLAN-controllers (Wireless Local Area Network) controllers — ondersteunen
netwerkcommunicatie over korte afstanden met radiosignalen in plaats
van de traditionele netwerkkabels. WLAN-controllers kunnen intern
(uitbreidingskaarten of geïntegreerd op het moederbord) en extern zijn.
WWAN-controllers (Wireless Wide Area Network) — maken draadloze
connectiviteit mogelijk via zendmasten voor mobiele telefonie.
Meestal is een simkaart vereist voor WWAN-connectiviteit.
Bluetooth-adapters — stellen Bluetooth-apparaten in staat om over korte
afstand met elkaar te communiceren. Bluetooth-controllers kunnen intern
(uitbreidingskaarten of geïntegreerd op het moederbord) en extern zijn.
Communicatieapparaten 51
52 Communicatieapparaten
De computer installeren
Uw laptop installeren
GEVAAR: de netadapter werkt op elektriciteitsnetten wereldwijd.
Stroomaansluitingen en contactdozen verschillen echter sterk
per land. Wanneer u een incompatibele kabel gebruikt of de kabel
onjuist op een stekkerdoos of stopcontact aansluit, kan er brand of
schade aan de apparatuur ontstaan.
1. Sluit de netadapter aan op de computer en steek deze vervolgens in
een stopcontact of stroomstootbeveiliging.
Uw laptop installeren 55
2. Druk op de aan-uitknop om de laptop in te schakelen.
N.B.: de locatie van de aan-uitknop en de connector van de netadapter
kunnen variëren op basis van het model van uw computer.
56 Uw laptop installeren
Uw desktop instellen
1. Sluit het beeldscherm aan op de juiste beeldschermaansluiting op uw
computer (zie Het beeldscherm installeren).
2. Sluit het USB-toetsenbord en de muis aan op de USB-aansluitingen.
N.B.: afhankelijk van uw computermodel kunnen er USB-poorten
aanwezig zijn op het voorpaneel van uw computer.
Uw desktop instellen 57
3. Sluit de stroomkabel aan.
4. Druk op de aan-uitknop om de computer in te schakelen.
58 Uw desktop instellen
Internet
Een vaste internetverbinding instellen
U kunt een bekabelde internetverbinding instellen waarbij gebruik wordt
gemaakt van inbellen, DSL of een kabel/satellietmodem.
• Als u een inbelverbinding gebruikt, sluit u het telefoonsnoer op de
optionele externe USB-modem en op de telefoonaansluiting aan
voordat u de internetverbinding instelt.
• Als u een ADSL- of kabel-/satellietmodem gebruikt, moet u contact
opnemen met uw internetprovider of mobiele provider voor installatieinstructies.
N.B.: Internetproviders en hun aanbod verschillen per land. Neem
contact op met uw internetprovider voor informatie over het aanbod
in uw land.
Zorg ervoor dat u de informatie van uw internetprovider bij de hand hebt.
Als u geen internetprovider hebt, kan de wizard Verbinding met internet maken u helpen om een internetprovider te vinden.
Een bekabelde internetverbinding instellen:
Windows 8
1. Sla eventueel geopende bestanden op en sluit deze en sluit eventuele
geopende programma's af.
2. Veeg vanaf de rechterrand van het scherm (of ga als u muis gebruikt
met uw aanwijzer naar de rechterbovenhoek van het scherm) en klik
vervolgens op Zoeken
3. Klik op Instellingen.
4. Vul in het zoekveld Netwerkcentrum in en druk op <Enter>. Klik op
Netwerkcentrum→ Een nieuwe verbinding of nieuw netwerk
maken→ Verbinding met internet maken. Het venster Verbinding
metinternet maken verschijnt.
N.B.: als u niet weet welk verbindingstype u moet selecteren, klikt
uop Help me kiezen of neemt u contact op met uw provider.
5. Volg de instructies op het scherm en gebruik de instelinformatie van
de internetprovider om het instellen te voltooien.
.
Internet 59
Windows 7 en Windows Vista
1. Klik op Start , vul netwerk in het zoekveld in en klik op Netwerkcentrum→
Een nieuwe verbinding of nieuw netwerk maken→ Verbinding met
internet maken. Het venster Verbinding met internet maken wordt
weergegeven.
N.B.: als u niet weet welk verbindingstype u moet selecteren, klikt uop
Help mij bij het selecteren of neemt u contact op met de aanbieder.
2. Volg de instructies op het scherm en gebruik de instelinformatie van
de internetprovider om het instellen te voltooien.
Als u nu geen verbinding kunt maken, maar dit eerder wel is gelukt, kan
het zijn dat de internetprovider met een storing te kampen heeft. Neem
contact op met uw internetaanbieder of probeer het later nog eens.
Een draadloze internetverbinding instellen
N.B.: zie de documentatie die bij de router is geleverd wanneer u de
draadloze router gaat installeren.
Voordat u de draadloze internetverbinding kunt gebruiken, moet u de
computer aansluiten op uw draadloze router.
Windows 8
1. Zorg ervoor dat de draadloze verbinding is ingeschakeld op uw computer.
2. Open de Charms-balk.
3. Selecteer de charm Instellingen.
4. Selecteer het pictogram Netwerk.
5. Klik op het netwerk waarmee u verbinding wilt maken.
6. Voer de netwerksleutel in.
7. Schakel bestanden delen in/uit.
N.B.: de werkelijke stappen hangen af van het besturingssysteem dat
op de computer is geïnstalleerd.
Windows 7
In Microsoft Windows 7 of Windows Vista een verbinding instellen met
een draadloze router:
1. Zorg ervoor dat de draadloze verbinding is ingeschakeld op uw
computer.
2. Klik op Start , vul netwerk in het zoekveld in en klik op Netwerkcentrum→
Een nieuwe verbinding of nieuw netwerk maken→ Verbinding met
internet maken. Het venster Verbinding met internet maken wordt
weergegeven.
3. Volg de instructies op het scherm om het instellen te voltooien.
60 Internet
Weergave
Het beeldscherm installeren
1. Controleer welke aansluitingen op uw beeldscherm beschikbaar
zijn en controleer de kabels die bij uw beelscherm zijn
geleverd. Raadpleegde volgende tabel en selecteer de juist
beeldschermaansluting om te gebruiken.
N.B.: als u de optionele grafische kaart hebt gekocht, sluit u het
beeldscherm aan met behulp van de aansluiting op de discrete
grafische kaart.
N.B.: de geïntegreerde VGA- en HDMI-aansluitingen kunnen mogelijk
zijn uitgeschakeld als uw computer een discrete grafische kaart heeft.
N.B.: wanneer u een beeldscherm aansluit, sluit u deze SLECHTS aan
op EEN van de aansluitingen van uw computer.
2. Gebruik de juiste kabel afhankelijk van de beschikbare aansluitingen op
uw computer en beeldscherm. Mogelijk moet u een geschikte adapter
(DVI-naar-VGA-adapter of HDMI-naar-DVI-adapter) gebruiken om uw
beeldscherm op de grafische kaart aan te sluiten als de aansluiting op
uw display anders is dan die op de discrete grafische kaart.
Weergave 61
3. Raadpleeg de volgende table om de aansluitingen op uw computer en
beeldscherm te herkennen.
Type
aansluiting
VGA-naar-VGA
(VGA-kabel)
DVI-naar-DVI
(DVI-kabel)
DVI-naa-VGA
(DVI-naar-VGAadapter + VGAkabel)
HDMI-naarHDMI (HDMIkabel)
HDMI-naar-DVI
(HDMI-naarDVI-adapter +
DVI-kabel)
U kunt de DVI-naar-VGA-adapter, HDMI-naar-DVI-adapter en aanvullende
HDMI- of DVI-kabels kopen op dell.com.
Computer KabelWeergave
3D-beeldscherm installeren
N.B.: uw tv of computer ondersteunt mogelijk geen 3D. Raadpleeg
de documentatie die bij uw computer is meegeleverd, om te zien
of uw computer 3D-ondersteuning heeft. Zie de systeemeisen op www.nvidia.com/3dtv als u wilt weten of uw tv de 3D-functies op
uwcomputer ondersteunt.
1. Sluit uw computer aan op de 3D TV door middel van een HDMI-kabel.
N.B.: de HDMI-kabel geeft zowel audio- als videosignalen door.
2. De HDMI 1.4 3D-tv instellen:
a. Blader naar het menu met de 3D-instellingen van uw tv.
b. De 3D-modus instellen op Automatic (Automatisch).
62 Weergave
c. Stel de oogvolgorde voor de brillen in op default (standaard) of
normal (normaal).
N.B.: wijzig de instellingen voor de oogvolgorde niet wanneer
u gebruik maakt van NVIDIA 3DTV Play, omdat de applicatie de
timing van de brillen beheert.
N.B.: als u niet het hele Windows-bureaublad op uw tv kunt,
gebruikt u de instellingen van de 3D-tv om de resolutie van het
beeldscherm te verlagen. Zie de documentatie die bij uw tv is
meegeleverd voor meer informatie over het configureren van de
3D-instellingen.
3. Uw tv instellen als hoofdbeeldscherm:
a. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en selecteer
NVIDIA Control Panel (NVIDIA-confi guratiescherm).
b. Klik in het venster NVIDIA Control Panel (NVIDIA-confi guratiescherm)
op Display (Beeldscherm) om de selectie uit te vouwen (als dit
nog niet het geval is) en klik vervolgens op Set up multiple display
(Meerdere beeldschermen instellen).
c. Klik met de rechtermuisknop in het gedeelte Verify the display
confi guration (Beeldschermconfi guratie controleren) op de
3D-tv en selecteer Make this the Windows primary display
(Ditbeeldscherm als hoofd-Windows-beeldscherm gebruiken).
4. De NVIDIA 3DTV Play applicatie instellen:
a. Klik in het venster NVIDIA-confi guratiescherm op Stereoscopisch
3D om de selectie uit te vouwen (als dit niet reeds het geval is) en klik vervolgens op Stereoscopisch 3D instellen.
b. Schakel het selectievakje Stereoscopisch 3D inschakelen in.
Deinstallatiewizard van 3DTV verschijnt.
c. Het 3DTV Play-logo moet in het confi guratiescherm verschijnen.
5. Pas de resolutie van het bureaublad aan aan de resolutie van het type
3D-inhoud:
a. Klik in het venster NVIDIA-confi guratiescherm op Weergave om
de selectie uit te vouwen (als dit niet reeds het geval is) en klik
vervolgens op Resolutie wijzigen.
b. Voor 3D-spellen moet de resolutie worden ingesteld op 720p,
1280x720 en de vernieuwingsfrequentie op 60/59 Hz in de
HD3D-modus.
c. Voor 3D-spellen moet de resolutie worden ingesteld op 1080p,
1920x1080 en de vernieuwingsfrequentie op 24/23 Hz in de
HD3D-modus.
Weergave 63
N.B.: voor tv's die gebruik maken van het PAL-systeem met
vernieuwingsfrequenties van 50 Hz of 100 Hz, of van het NTSCsysteem met een vernieuwingsfrequentie van 60 Hz of 120 Hz,
stelt u de resolutie in op 720p en de vernieuwingsfrequentie op
60/59 Hz.
N.B.: de resultaten voor spellen kunnen minder zijn in de HD 3D
modus, zelfs als 3DTV Play is uitgeschakeld. Om de prestaties te
verhogen, selecteert u de HD- of SD-modus wanneer 3DTV Play is
ingeschakeld.
6. Controleer de HDMI-audio op de tv door een video, spel of muziek af
te spelen en het volume op de tv aan te passen.
Draadloze schermen installeren
U installeert een draadloos scherm als volgt:
1. Schakel de computer in.
2. Zorg dat de functie voor draadloos is ingeschakeld.
3. Sluit de adapter van het draadloze scherm aan op de tv.
N.B.: de adapter voor draadloze weergave wordt niet bij de
computer geleverd en moet apart worden aangeschaft.
4. Zet de tv en de adapter van het draadloze scherm aan.
5. Selecteer de juiste videobron van uw tv, zoals HDMI1, HDMI2 of
S-Video.
6. Dubbelklik op het Intel Wireless Display pictogram
bureaublad. Het venster Intel Wireless Display (Draadloze Intelscherm) verschijnt.
7. Selecteer Scan for available displays (Zoeken naar beschikbare
beeldschermen).
8. Selecteer de adapter van het draadloze scherm in de lijst Detected
wireless displays (Gevonden draadloze schermen).
9. Typ de beveiligingscode in die op uw tv verschijnt.
U schakelt als volgt een draadloos scherm in:
1. Dubbelklik op het Intel Wireless Display pictogram
bureaublad. Het venster Intel Wireless Display (Draadloze Intelscherm) verschijnt.
2. Selecteer Connect to Existing Adapter (Aansluiten op bestaande adapter).
N.B.: u kunt het nieuwste stuurprogramma voor "Intel Wireless Display
Connection Manager", downloaden en installeren vanaf support.dell.com.
N.B.: zie voor meer informatie over draadloze weergave de
documentatie die bij uw adapter voor draadloze weergave is geleverd.
op het
op het
64 Weergave
Connectorkabels van de digitale visuele interface
Gebruik de juiste kabel afhankelijk van de beschikbare aansluitingen op
uw computer en beeldscherm. Raadpleeg de volgende table om de
aansluitingen op uw computer en beeldscherm te herkennen.
Aansluiting op de
computer
DVI-D
DVI-A
DVI-I
Aansluiting op
het scherm
DVI-DDVI-D-kabel
DVI-IDVI-D-kabel
DVI-ADVI-D naar VGA-
VGADVI-D naar VGA-
HDMIDVI-D naar HDMI-kabel
DVI-DVGA naar DVI-D-
DVI-IDVI-A-kabel
DVI-ADVI-A-kabel
VGADVI naar VGA-kabel
DVI-DDVI-D-kabel
DVI-IDVI-I-kabel
DVI-ADVI-A-kabel
VGADVI naar VGA-kabel
HDMIDVI-D naar HDMI-kabel
Vereiste kabel
convertor
convertor
convertor
N.B.: wanneer u een beeldscherm aansluit, sluit u deze SLECHTS aan
op EEN van de aansluitingen van uw computer.
1. Schakel de computer uit.
2. Schakel het scherm uit en ontkoppel het van de netstroom.
3. Sluit één uiteinde van de schermkabel aan op de DVI-poort op de pc.
4. Sluit het andere uiteinde van de kabel op dezelfde
beeldschermaansluiting.
5. Sluit zo nodig één uiteinde van de stroomkabel aan op de
beeldschermaansluiting.
Weergave 65
6. Steek het andere uiteinde van de stroomkabel in de driepuntsaansluiting
van het beeldscherm of in een stopcontact.
7. Zet uw computer aan en vervolgens uw beeldscherm.
Geluidskaart
5.1 audio instellen
5.1 Audio werkt het beste wanneer de luidsprekers worden geplaatst zoals
wordt weergegeven in de volgende afbeelding.
66 Geluidskaart
Zie de volgende afbeelding om de 5.1-luidsprekers op de computer aan
tesluiten.
1Audio-aansluiting aan
achterkant van de computer
2Center/LFE surround-out op
de computer
3Audio-aansluiting aan
voorkant van de computer
4Audiokabel 5.1-kanaal
5Center/LFE surround-out op
de luidspreker
6Audio-aansluiting aan
voorkant van de luidspreker
7Audio-aansluiting aan
voorkant van de luidspreker
Geluidskaart 67
U stelt de luidsprekers als volgt in:
Windows 7 en Windows Vista
1. Klik op Start
2. Selecteer Luidsprekers en klik op Configureren. Het venster
Luidsprekerinstellingen verschijnt.
3. Selecteer een luidsprekerconfiguratie onder Audiokanalen: en klik op
Testen. U hoort nu een toon uit elke luidspreker.
4. Klik op Volgende.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Als u problemen met het computergeluid ondervindt, ga dan naar het
kennisbasisartikel 266424 op support.dell.com.
→ Configuratiescherm→ Hardware en geluid→ Geluid.
7.1 audio instellen
7.1 Audio werkt het beste wanneer de luidsprekers worden geplaatst zoals
wordt weergegeven in de volgende afbeelding.
Zie de volgende afbeelding om de 7.1-luidsprekers op de computer aan
tesluiten:
68 Geluidskaart
1Audio-aansluiting aan
achterkant van de
computer
2Center/LFE surround-out
op de computer
3Audio-aansluiting aan
zijkant van de computer
4Audio-aansluiting aan
voorkant van de computer
5Audiokabel 7.1-kanaal
U stelt de luidsprekers als volgt in:
Windows 7 en Windows Vista
1. Klik op Start
2. Selecteer Luidsprekers en klik op Configureren.
Het venster Luidsprekerinstellingen verschijnt.
3. Selecteer een luidsprekerconfiguratie onder Audiokanalen: en klik
opTesten.
U hoort nu een toon uit elke luidspreker.
→Configuratiescherm→Hardware en geluid→Geluid.
6Center/LFE surround-out op de
luidspreker
7Audio-aansluiting aan voorkant
van de luidspreker
8Audio-aansluiting aan voorkant
van de luidspreker
9Audio-aansluiting aan zijkant
van de luidspreker
Geluidskaart 69
4. Klik op Volgende.
5. Volg de aanwijzingen op het scherm.
Als u problemen hebt met het computergeluid ga dan naar het
kennisbasisartikel 266424 op support.dell.com.
Uw printer instellen
U kunt een of meer printers op de computer aansluiten en ook een of
meer computers met de printer verbinden.
Een printer toevoegen
1. In Windows 7, klik op Start
In Windows Vista, klik op Start → Configuratiescherml→ Hardware
en geluid→ Printers.
In Windows XP, klik op Start → Configuratiescherm→ Printers en
andere apparatuur→ Printers en faxen.
2. Klik op Een printer toevoegen. De wizard Printer toevoegen verschijnt.
3. Volg de instructies op het scherm Wizard Printer toevoegen.
N.B.: mogelijk wordt u gevraagd het printerstuurprogramma
te installeren als u de printer toevoegt. Plaats het
printerstuurprogrammamedium dat bij uw printer is meegeleverd,
in het optische station en volg de instructies op het scherm.
→ Apparaten en printers.
70 Uw printer instellen
Uw webcam instellen
Uw webcam instellen:
Webcam ingebouwd op het
beeldscherm van de laptop of
een extern beeldscherm dat is
aangeschaft bij uw computer
Externe webcamGebruik de media die bij de
Stuurprogramma's en software
zijn al geïnstalleerd wanneer u
uw computer ontvangt. Gebruik
de media die bij de computer
worden geleverd, alleen om de
stuurprogramma's en software
opnieuw te installeren.
webcam worden geleverd
om de stuurprogramma's en
andere benodigde software te
installeren zodat u alle functies
van uw webcam kunt gebruiken.
Raadpleeg voor meer informatie
de documentatie die met uw
webcam werd geleverd.
Uw draadloze USB-adapter installeren
N.B.: de instructies kunnen afhankelijk van het model draadloze
adapter verschillen. Raadpleeg de documentatie die bij uw draadloze
adapter is meegeleverd voor specifieke instructies.
1. Installeer de software die bij uw draadloze USB-adapter is meegeleverd:
a. Plaats de optische schijf in het optische station van de computer.
b. Als de installatie niet automatisch begint, selecteert u Start
Uitvoeren en vult u x:\setup.exe in (waarbij x de letter van uw
optische station is).
c. Volg de aanwijzingen op het scherm.
2. Sluit de computer af.
3. Sluit een uiteinde van de USB-kabel aan op de draadloze USB-adapter.
4. Sluit het andere uiteinde van de USB-kabel aan op de USB-aansluiting
op de computer.
5. Schakel de computer in.
De computer detecteert automatisch de draadloze adapter en configureert
de software.
→
Uw webcam instellen 71
72 Uw draadloze USB-adapter installeren
Uw computer gebruiken
Batterij
Batterij van de laptop opladen
Wanneer u de computer met de batterij al geïnstalleerd aansluit op een
stopcontact , dan controleert de computer de laadstatus en temperatuur
van de batterij. Indien nodig zal de wisselstroomadapter de batterij
opladen en de batterijlading op peil houden.
N.B.: de netadapter laadt de batterij op, zelfs wanneer de computer
is uitgeschakeld. Het interne circuit van de batterij voorkomt dat de
batterij oververhit raakt.
Als de batterij verhit is geraakt door gebruik in de computer of in een
warme omgeving verkeert, is het mogelijk dat de batterij niet oplaadt als
ude computer op een stopcontact aansluit.
N.B.: u kunt met de computer blijven werken terwijl de batterij
wordtopgeladen.
Voor veelgestelde vragen over de batterij van een laptop kunt u artikel
405686 raadplegen op support.dell.com.
Prestaties van de batterij verbeteren
De werkduur van een batterij is de periode gedurende welke de batterij
in staat is om haar lading te bewaren. Dit zal verschillen al naar gelang de
manier waarop u uw portable computer gebruikt.
De levensduur van de batterij is aanzienlijk korter als u gebruik maakt van:
• Optische stations
• Draadloze communicatieapparaten, ExpressCards, mediageheugenkaarten
of USB-apparaten
• Zeer heldere weergave-instellingen, driedimensionale screensavers of
andere programma's die veel energie- verbruiken, zoals ingewikkelde
driedimensionale grafische toepassingen en spellen.
U kunt de prestaties van de batterij verbeteren door:
• De computer aan te sluiten op wisselstroom, indien mogelijk. De levensduur
van de batterij wordt korter naar aanleiding van het aantal keren dat de
batterij is ontladen en weer opgeladen.
• Stel de energiebeheeropties in via Windows Energiebeheer om het
stroomverbruik van uw computer te optimaliseren (zie het gedeelte
Energiebeheer).
• De slaap-, stand-by- en sluimerfuncties van uw computer inschakelen.
N.B.: de levensduur van de batterij vermindert gedurende loop van
tijd, afhankelijk van de frequentie waarmee de batterij wordt gebruikt
en de omstandigheden waaronder deze wordt gebruikt.
Batterij 75
Dell Desktop Mode
Met de functie Dell Longevity Mode kunt u de batterijstatus van uw
laptopbeschermen.
Door uw computer vaak aan te sluiten op of los te koppelen van
een stroombron zonder de batterij volledig te laten ontladen,
kan de levensduur van de batterij worden verminderd. Met de
levensduurmodusfunctie beschermt u de batterijstatus door de mate
van opladen van uw batterij te matigen, waardoor uw batterij wordt
beschermd wanneer deze niet in gebruik is en voorkomt u frequente
oplaad- en ontlaadcycli van uw batterij.
Uw Dell laptop bewaakt automatisch het oplaad- en ontlaadgedrag van
uw batterij, en, indien nodig, verschijnt er een melding waarin u wordt
gevraagd de levensduurmodus in te schakelen.
N.B.: mogelijk wordt de levensduurmodus niet ondersteund voor de
batterij van uw laptop.
De levensduurmodus in- of uitschakelen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het batterijpictogram in het systeemvak
van Windows en klik vervolgens op Dell Extended Battery Life Options (Opties voor een lange levensduur van de batterij van Dell).
Het dialoogvenster Batterijmeter verschijnt.
2. Klik op het tabblad Levensduurmodus.
3. Klik op Inschakelen of Uitschakelen op basis van uw voorkeur.
4. Klik op OK.
N.B.: wanneer de levensduurmodus is ingeschakeld, laadt de batterij
alleen tussen de 88 procent en 100 procent van de capaciteit van batterij.
Dell Desktop Mode
Met de functie Dell Desktop Mode kunt u de batterijstatus van uw laptop
beschermen.
Door uw computer voortdurend op een stopcontact aan te sluiten,
kan de levensduur van de batterij worden verminderd. Met de
bureaubladmodusfunctie beschermt u de batterijstatus door de mate
van opladen van uw batterij te matigen, waardoor uw batterij wordt
beschermd wanneer deze niet in gebruik is.
Uw Dell laptop bewaakt automatisch het oplaad- en ontlaadgedrag van
uw batterij, en, indien nodig, verschijnt er een melding waarin u wordt
gevraagd de bureaubladmodus in te schakelen.
N.B.: mogelijk wordt de bureaubladmodus van Dell niet ondersteund
voor de batterij van uw laptop.
76 Batterij
De bureaubladmodus in- of uitschakelen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het batterijpictogram in het systeemvak
van Windows en klik vervolgens op Dell Extended Battery Life Options (Opties voor een lange levensduur van de batterij van Dell).
Het dialoogvenster Batterijmeter verschijnt.
2. Klik op het tabblad Bureaubladmodus.
3. Klik op Inschakelen of Uitschakelen op basis van uw voorkeur.
4. Klik op OK.
N.B.: wanneer de bureaubladmodus is ingeschakeld, laadt de batterij
alleen tussen de 50 procent en 100 procent van de capaciteit van batterij.
Toetsenbord
Algemene sneltoetsen
<Ctrl><Shift><Esc>Opent het venster Taakbeheer.
<Fn><F8>Hiermee geeft u pictogrammen weer
die alle beschikbare weergaveopties
vertegenwoordigen (alleen het
beeldscherm, alleen de externe monitor
of projector, zowel het beeldscherm als
de projector enzovoort). Markeer het
gewenste pictogram om die optie voor
het beeldscherm in te stellen.
<Fn> en de pijlomhoogtoets
<Fn> en de pijl-omlaagtoets Hiermee verlaagt u de helderheid van een
<Fn><Esc>Hiermee activeert u een
<F2>Hiermee kunt u de naam van het
Hiermee verhoogt u de helderheid van
een geïntegreerd beeldscherm.
geïntegreerd beeldscherm (en niet de
helderheid van een extern beeldscherm).
energiebeheermodus. U kunt deze
toetsenbordsnelkoppeling opnieuw
programmeren om een andere
energiebeheermodus te activeren met
het tabblad Geavanceerd in het venster
Energiebeheeropties.
geselecteerde item wijzigen.
Toetsenbord 77
<F3>Hiermee kunt u naar een map of bestand
zoeken.
<F4>Hiermee kunt u de adresbalklijst in
Windows Verkenner weergeven.
<F5>Hiermee ververst u het actieve venster.
<F6>Hiermee kunt u elementen binnen een
venster of op het bureaublad doorlopen.
<F10>Hiermee activeert u de menubalk van het
actieve programma.
<Ctrl><c>Hiermee kopieert u een geselecteerd
item.
<Ctrl><x>Hiermee knipt u een geselecteerd item.
<Ctrl><v>Hiermee plakt u een geselecteerd item.
<Ctrl><z>Hiermee maakt u een bewerking ongedaan.
<Ctrl><a>Hiermee selecteert u alle items binnen
een document of venster.
<Ctrl><F4>Hiermee sluit u het actieve venster
(binnen programma's die u toestaan
om meerdere documenten tegelijk te
openen).
<Ctrl><Alt><Tab>Hiermee worden de pijltoetsen gebruikt
om tussen geopende items te schakelen.
<Alt><Tab>Hiermee schakelt u tussen geopende items.
<Alt><Esc>Hiermee doorloopt u items in de
volgorde waarmee deze werden
geopend.
<Delete>Hiermee verwijdert u een geselecteert item
en verplaatst u het naar de Prullenbak.
<Shift><Delete>Hiermee verwijdert u het geselecteerde
item zonder het eerst naar de Prullenbak
te verplaatsen
<Ctrl> en de pijl-naarrechtstoets
<Ctrl> en de pijl-naarlinkstoets
Hiermee beweegt u de cursor naar het
begin van het volgende woord.
Hiermee beweegt u de cursor naar het
begin van het vorige woord.
78 Toetsenbord
<Ctrl> en de pijlomlaagtoets
<Ctrl> en de pijlomhoogtoets
<Ctrl><Shift> in combinatie
met een pijltoets
<Shift> in combinatie met
een pijltoets
De toets met het Windowslogo en <m>
De toets met het Windowslogo en <Shift><m>
De toets met het Windowslogo en <e>
De toets met het Windowslogo en <r>
De toets met het Windowslogo en <f>
De toets met het Windowslogo en <Ctrl><f>
De toets met het Windowslogo en <Pause>
Hiermee beweegt u de cursor naar het
begin van de volgende alinea.
Hiermee beweegt u de cursor naar het
begin van de vorige alinea.
Hiermee selecteert u een tekstblok.
Hiermee selecteert u meerdere items
binnen een venster of op het bureaublad,
of selecteert u tekst binnen een
document.
Hiermee minimaliseert u alle
geopendevensters.
Hiermee herstelt u alle geminimaliseerde
vensters naar hun gewone formaat.
Met deze toetsencombinatie kunt u
geminimaliseerde vensters herstellen
na het gebruik van de De toets met het
Windows-logo en <m>.
Hiermee start u Windows Verkenner.
Hiermee opent u het venster Uitvoeren.
Opent het dialoogvenster Zoekresultaten.
Opent het dialoogvenster
Zoekresultaten-Computer
(als de computer is verbonden
met een netwerk).
Opent het dialoogvenster
Systeemeigenschappen.
Toetsenbord 79
Uw toetsenbord aanpassen
U kunt uw toetsenbord als volgt aanpassen:
• De vertraging van toetsaanslagen wijzigen.
• De herhalingssnelheid voor tekens wijzigen.
• De knippersnelheid van de cursor wijzigen.
• De toetsenvolgorde aanpassen aan de invoertaal.
Uw toetsenbord aanpassen:
1. Klik op Start
2. Stel de gewenste opties voor het toetsenbord in en klik op OK.
→ Confi guratiescherm→ Toetsenbord.
De invoertaal van het toetsenbord wijzigen
1. Klik op Start → Confi guratiescherm→ Regio en taal.
2. Klik op het tabblad Toetsenborden en talen op Toetsenborden wijzigen.
3. Klik onder Geïnstalleerde services op Toevoegen.
4. Klik op de taal die u wilt toevoegen, selecteer de tekstservices die uwilt toevoegen en klik vervolgens op OK.
Het numerieke toetsenbord van een laptopcomputer gebruiken
1Numeriek
toetsenblok
80 Toetsenbord
Het toetsenbord van uw portable computer is mogelijk uitgerust met
een numeriek toetsenblok. Het toetsenblok komt overeen met het
toetsenbord van een uitbreidingstoetsenbord.
• Om geen getal of symbool in te voeren, houdt u de toets <Fn>
ingedrukt en drukt u vervolgens op de gewenste toets.
• Druk op <Num Lk> om het toetsenblok te activeren. Het lampje
geeft aan dat het toetsenblok actief is.
• Druk opnieuw op <Num Lk> om het toetsenblok te deactiveren.
Schermtoetsenblok
Uw touchpad gebruiken
Met de touchpad kunt u de cursor of geselecteerde objecten op het
computerscherm verplaatsen:
• U verplaatst de cursor door uw vinger voorzichtig over de touchpad
teschuiven.
• Als u met links wilt klikken of een voorwerp wilt selecteren, tikt u op de
linkertouchpadknop of tikt u één keer op het oppervlak van de touchpad.
• Wilt u op een object rechtsklikken, dan tikt u eenmaal op de
rechtertouchpadknop.
• Selecteer en verplaats (of sleep) een object door de cursor op het
object te plaatsen en tweemaal op de touchpad te tikken zonder
uw vinger van de touchpad te verwijderen na de tweede keer tikken;
vervolgens verplaatst u het geselecteerde object door uw vinger over
het oppervlak te schuiven.
• Als u wilt dubbelklikken op een voorwerp, dan tikt u twee keer op de
touchpad of drukt u twee keer op de linkertouchpadknop.
Touchpadbewegingen
N.B.: sommige touchpad-bewegingen worden mogelijk niet
ondersteund op uw computer.
N.B.: u kunt de bewegingsinstellingen voor de touchpad wijzigen door
te dubbelklikken op het touchpad-pictogram in het systeemvak op
het bureaublad van uw computer.
Uw computer ondersteunt mogelijk Scrollen, Zoomen, Roteren, Flicken,
Mijn favorieten en Bureaubladgebaren.
Schermtoetsenblok 81
Schuiven
Hiermee kunt u door inhoud schuiven. De schuiffunctie omvat:
Pannen — Hiermee kunt u de focus op het geselecteerde object
verplaatsen wanneer niet het hele object zichtbaar is.
Beweeg twee vingers in de gewenste richting om het geselecteerde
object te pannen en te schuiven.
Automatisch verticaal scrollen — Hiermee kunt u omhoog of omlaag in
het actieve venster scrollen.
Beweeg twee vingers snel omhoog of omlaag om verticaal automatisch
schuiven te activeren. Tik op het touchpad om het automatische schuiven
te stoppen.
Automatisch horizontaal scrollen — Hiermee kunt u naar links of naar
rechts scrollen in het actieve venster.
Beweeg twee vingers snel naar links of rechts om horizontaal automatisch
schuiven te activeren. Tik op het touchpad om het automatische schuiven
te stoppen.
Cirkelvormig scrollen — hiermee kunt u omhoog, omlaag, naar rechts en
naar links scrollen.
Zo schuift u omhoog of omlaag: Beweeg een vinger in de verticale scrollzone (uiterst rechts op de touchpad) in een cirkel rechtsom om omhoog
te scrollen of linksom om omlaag te scrollen.
82 Schermtoetsenblok
Zo schuift u naar rechts of links: Beweeg een vinger in de horizontale
scroll-zone (helemaal onderaan op de touchpad) in een cirkel rechtsom
om naar rechts te scrollen of linksom om naar links te scrollen.
In-/uitzoomen
Hiermee kunt u de inhoud van het scherm kleiner of groter weergeven.
De zoomfunctie omvat:
Zoomen met één vinger — hiermee kunt in- of uitzoomen.
Zo zoomt u in: Beweeg een vinger omhoog in de zoom-zone (uiterst links
op de touchpad).
Zo zoomt u uit: Beweeg een vinger omlaag in de zoom-zone (uiterst links
op de touchpad).
Samenknijpen — Hiermee kunt u in- of uitzoomen door twee vingers
naar elkaar toe of van elkaar af te bewegen op het scherm.
Zo zoomt u in: Beweeg twee vingers van elkaar af om de weergave van
het actieve venster te vergroten.
Zo zoomt u uit: beweeg twee vingers naar elkaar toe om de weergave van
het actieve venster te verkleinen.
Schermtoetsenblok 83
Draaien
Hiermee kunt u de actieve inhoud op het scherm roteren.
Deroteerfunctie omvat:
Spiraal — Hiermee kunt u de inhoud met stappen van 90 graden
verdraaien met twee vingers, waarbij u één vinger op het scherm
houdten de andere draait.
Houd de duim op zijn plaats en beweeg de wijsvinger in een boog naar
rechts of naar links om het geselecteerde item 90 graden naar rechts of
naar links te draaien.
Flick
Hiermee kunt u inhoud vooruit of terug omslaan op basis van de richting
van de flick.
Beweeg drie vingers snel in de gewenste richting om de inhoud in het
actieve venster om te slaan.
Mijn favorieten
Hiermee kunt u u favoriete toepassingen openen.
Tik met drie vingers op het touchpad. De toepassingen die in het
touchpadconfiguratiehulpmiddel zijn geconfigureerd, worden gestart.
Desktop
Hiermee kunt u alle geopende vensters minimaliseren om het bureaublad
zichtbaar te maken.
Plaats uw hand in een willekeurige richting kort op het touchpad.
84 Schermtoetsenblok
Aanraakscherm
Een aanraakbeeldscherm gebruiken
De aanraakschermfunctie verandert uw computer in een interactief scherm.
Dit zijn enkele basistaken die u kunt uitvoeren met een aanraakbeeldscherm:
• Tikken of dubbeltikken op een map of een toepassing om deze te openen.
• Beweeg een vinger snel in de gewenste richting om als pagina's in een
boek door de inhoud in het actieve venster te bladeren.
• U kunt inzoomen door twee vingers van elkaar af te bewegen om de
weergave van het actieve venster te vergroten.
• U kunt uitzoomen door twee vingers naar elkaar toe te bewegen om
de weergave van het actieve venster te verkleinen.
• Houd een vinger op het aanraakscherm stil om contextgevoelige
menu's te openen.
• Draai de actieve inhoud door een vinger of duim op zijn plaats te laten
staan en de andere vinger in een boogbeweging naar rechts of naar
links te bewegen.
Een aanraakbeeldscherm gebruiken
De aanraakschermfunctie verandert uw computer in een interactief scherm.
Dit zijn enkele basistaken die u kunt uitvoeren met een aanraakbeeldscherm:
• Tikken of dubbeltikken op een map of een toepassing om deze te openen.
• Beweeg een vinger snel in de gewenste richting om als pagina's in een
boek door de inhoud in het actieve venster te bladeren.
• U kunt inzoomen door twee vingers van elkaar af te bewegen om de
weergave van het actieve venster te vergroten.
• U kunt uitzoomen door twee vingers naar elkaar toe te bewegen om
de weergave van het actieve venster te verkleinen.
• Houd een vinger op het aanraakscherm stil om contextgevoelige
menu's te openen.
• Draai de actieve inhoud door een vinger of duim op zijn plaats te laten
staan en de andere vinger in een boogbeweging naar rechts of naar
links te bewegen.
Aanraakscherm 85
86 Aanraakscherm
Poorten en aansluitingen
Audio-aansluitingen
Met audio-aansluitingen kunt u verbinding maken met versterkers,
luidsprekers, koptelefoons, microfoons, geluidssystemen of tv's voor
digitale geluidsuitvoer.
Typen audioconnectors:
Hoofdtelefoonaansluiting — sluit een hoofdtelefoon,
luidsprekers met voeding of geluidssysteem aan.
Microfoonaansluiting — sluit een microfoon voor pc's
voor stem- en geluidinvoer aan.
Lijningang — sluit een afspeel-/opnameapparaat aan,
zoals een cassettespeler, cd-speler of VCR.
Lijnuitgang — sluit een hoofdtelefoon of luidsprekers aan
met ingebouwde versterkers.
Uitgang surround achterkant — sluit multikanaalsluidsprekers
aan.
Uitgang midden/LFE surround — sluit één subwoofer aan.
N.B.: het LFE-audiokanaal (LFE - Low Frequency Effects),
te vinden in digitale surround sound-audioschema's,
verzendt alleen informatie over frequenties (80 Hz en
lager). Het LFE-kanaal drijft de subwoofer aan en zorgt
voor een diep basgeluid. Bij systemen zonder subwoofers
kan de LFE-informatie worden omgeleid naar de
hoofdluidsprekers in de surroundinstallatie.
Aansluiting surround sound zijkant — sluit extra
luidsprekers aan.
RCA S/PDIF-connector — overdracht van digitale audio
zonder de behoefte aan analoge audioconversie.
Optische S/PDIF-connector — overdracht van digitale
audio zonder de behoefte aan analoge audioconversie.
Audio-aansluitingen 89
5.1-audio
5.1 verwijst naar het aantal audiokanalen in de meeste surround soundconfiguraties. Een 5.1-audiosysteem gebruikt vijf hoofdaudiokanalen
(voor, links, rechtsvoor, midden, links surround en rechts surround) en
eenaudiokanaal met een lage frequentie.
7.1-audio
7.1 verwijst naar het aantal audiokanalen in high-end surroundgeluidconfiguraties.
Een 7.1-audiosysteem gebruikt twee extra luidsprekers (links- en rechtsachter)
samen met het 5.1-audiosysteem.
N.B.:
5.1 of 7.1-audio wordt mogelijk niet door alle computers ondersteund.
N.B.: sluit op computers met een losse geluidskaart, de luidsprekers
aan op de aansluitpunten van de kaart.
USB
Universal Serial Bus (USB) is een standaard waarmee u de communicatie
tot stand brengt tussen een computer en verschillende apparaten. USB
maakt een snelle verbinding mogelijk tussen randapparatuur en een
computer. Met behulp van USB kunt u apparaten aansluiten, zoals muizen,
toetsenborden, printers, externe stations, digitale camera's, mobiele
telefoons, enz. USB biedt daarnaast ondersteuning voor plug-and-playinstallaties en hot swapping, oftewel het aansluiten en verwijderen/
vervangen van apparatuur terwijl de computer is ingeschakeld.
Met Plug-and-Play herkent uw computer een pas aangesloten apparaat
zonder dat u de pc opnieuw hoeft op te starten.
Hot swapping maakt het mogelijk verschillende USB-apparaten te
verwijderen en aan te sluiten zonder de pc opnieuw op te starten.
USB-connectoren
Mini-USB — een mini-USB-aansluiting is een kleine kabelaansluiting
die bij elektronische apparaten vooral wordt gebruikt voor
gegevensverbindingen. Apparaten, zoals camera's, mp3-spelers,
mobieletelefoons, enz., maken gebruik van Mini USB-aansluitingen.
Micro-USB — een micro-USB-aansluiting is kleiner dan een mini-USBaansluiting. Hiermee hebben apparaten direct verbinding met elkaar
zonder dat zij een pc nodig hebben.
90 USB
USB-normen
USB 3.0 — USB 3.0 wordt ook wel SuperSpeed USB genoemd en
is de nieuwste versie van de USB-norm. Deze ondersteunt een
gegevensoverdrachtssnelheid van wel 4,8 Gbps, die 10 maal sneller is dan
zijn voorganger USB 2.0 en bovendien minder stroom verbruikt. USB 3.0
is achterwaarts compatibel met oudere USB-standaarden, zoals USB 1.x
en USB 2.0.
Debugpoort — de debugpoort zorgt ervoor dat een gebruiker
tijdelijk de USB 3.0-poorten in de USB 2.0-mode kan uitvoeren voor
probleemoplossing en ook wanneer een besturingssysteem opnieuw
wordt geïnstalleerd met behulp van een optische USB-station of een
Flash-drive.
USB 2.0 — wordt ook wel Hi-Speed USB genoemd en biedt extra
bandbreedte voor multimedia- en opslagtoepassingen. USB 2.0
ondersteunt gegevensoverdrachtsnelheden tot veertig keer sneller
danUSB 1.1.
USB 1.x - oude USB-norm die gegevensoverdrachtsnelheden tot 11 mbps
ondersteunt.
USB PowerShare — Met de functie USB PowerShare kunt u USBapparaten opladen wanneer de computer is uitgezet of in de slaapstand
staat.
PowerShare ondersteunt.
pictogram dat aangeeft dat de USB-aansluiting de functie
N.B.: sommige USB-apparaten worden niet geladen wanneer de
computer is uitgeschakeld of in de slaapstand staat. Schakel in
dergelijke gevallen de computer in om het apparaat op te laden.
N.B.: als u de computer uitschakelt terwijl u een USB-apparaat aan het
laden bent, stopt het apparaat met laden. U hervat het opladen door
het USB-apparaat te ontkoppelen en opnieuw te verbinden.
N.B.: Het opladen via de functie USB PowerShare wordt automatische
uitgeschakeld wanneer de batterij nog maar voor 10% is opgeladen.
Ukunt deze limiet configureren door middel van de system setup.
USB 91
DVI (Digital Visual Interface)
Digital Visual Interface (DVI) draagt videosignalen met een hoge resolutie.
U kunt DVI gebruiken om uw computer aan te sluiten op beeldschermen
zoals flatscreenmonitors, lcd-tv's, enz.
Er bestaan drie typen DVI-aansluitingen:
• DVI-D (DVI-Digital) — DVI-D wordt gebruikt voor een directe, digitale
verbinding met de videokaart (bron) en het digitale beeldscherm.
Ditzorgt voor snelle en kwalitatieve video-output.
• DVI-A (DVI-Analog) — DVI-A wordt gebruikt voor het sturen van
videosignalen naar een analoog beeldscherm, zoals een CRT-monitor
of een analoog lcd.
• DVI-I (DVI-Integrated) — DVI-I is een ingebouwde connector die
zowel een digitaal-naar-digitaal-signaal als een analoog-naaranaloog-signaal kan sturen. Hierdoor zijn deze veelzijdiger omdat ze
inzowel analoge als digitale omgevingen kunnen worden gebruikt.
DVI-DDVI-ADVI-I
DisplayPort/Mini–DisplayPort
DisplayPort is een digitale scherminterface die een onderlinge verbinding
definieert van royalty-vrije, digitale audio/video. Met DisplayPort kunt
ueen computer aansluiten op een scherm of home-theater system.
Mini-DisplayPort is een kleinere versie van de DisplayPort. Dell biedt
Mini-DisplayPorts in plaats van DisplayPorts op de computerserie
DellInspiron Mini.
N.B.: DisplayPorts en Mini-DisplayPorts variëren in grootte. Wanneer
u apparaten wilt verbinden die DisplayPort op Mini-DisplayPortaansluiting ondersteunen, moet u een Mini-DisplayPort op
DisplayPort-adapter gebruiken.
92 DVI (Digital Visual Interface)
Voordelen van DisplayPort
• DisplayPort ondersteunt eigen hoge resoluties en hoge
vernieuwingsfrequenties.
• DisplayPort ondersteunt 3D-stereo-overdracht waardoor het een
ideale gaminginterface is.
• DisplayPort-kabels kunnen wel 15 meter (49,21 feet) lang zijn zonder
signaalboosters nodig te hebben.
• DisplayPort levert een bandbreedte op van wel 10,8 Gbps via
standaardkabels.
• DisplayPort ondersteunt eigen glasvezelkabels.
• Klaar voor Blu-ray-schijven met ingebouwde ondersteuning voor
HDCP. Door de unieke direct drives van DisplayPort wordt het ontwerp
van ultra-elegante HDTV's vereenvoudigd, waardoor de uiterst dunne
HD-beeldschermen met aparte elektronica-onderdelen verborgen
kunnen worden.
• DisplayPort ondersteunt Plug-and-Play-adapters waarmee u
beeldschermen kunt verbinden die oudere verbindingsstandaarden
gebruiken, zoals DVI, HDMI en VGA.
HDMI
High Definition Multimedia Interface (HDMI) verzendt geluids- en
beeldsignalen in een enkele digitale interface. HDMI sluit geluids- en
beeldbronnen aan, zoals set-top boxes, dvd-spelers, Blu-ray Discspelers, computers en videogameconsoles op compatibele digitale
audioapparaten, zoals computers, monitoren, videoprojectors en digitale
televisies. Een HDMI-kabel is vergelijkbaar met een USB-kabel die in de
aansluiting van het bronapparaat wordt gestoken.
HDMI 93
Voordelen van HDMI
• Geeft beeld en geluid van hoge kwaliteit zonder kwaliteitsverlies door
de conversie of compressie van een beeld- of geluidssignaal.
• De beelden zijn vloeiender en scherper met een duidelijke reductie in
videoruis. Het geluid is helder, zonder vervorming.
• Aangezien het een digitale interface is, is HDMI compatibel met vastepixelschermen, zoals lcd-, plasma- en projectorschermen.
eSATA-connector
eSATA is een bus-technologie om externe schijven voor massaopslag,
zoals vaste schijven en optische schijven op uw computer aan te sluiten.
eSATA levert aanzienlijk meer doorvoer vergeleken met USB 2.0 of
FireWire 800. eSATA-kabels kunnen maximaal twee meter lang zijn.
eSATA-poorten kunnen standalone zijn of in de vorm van een eSATA/
USB-combopoort aanwezig zijn.
S/PDIF
S/PDIF is een standaard voor het overbrengen van audio in een digitale indeling.
U kunt de S/PDIF-uitgang van uw computer aansluiten op de S/PDIF-
ingang van uw Home Theater-ontvanger. Met deze verbinding kunt u een
5.1-audioverbinding (ook wel 6-kanaals audio genoemd) instellen.
Er zijn twee soorten S/PDIF-aansluitingen:
• Optisch - ingesteld door optische vezel met TOSLINK-aansluitingen
• Coax - ingesteld door middel van een coaxkabel met RCA-aansluitingen
IEEE 1394
De IEEE 1394-interface is een seriële bus-interfacestandaard en zorgt
voor een eenvoudige, goedkope isochrone (real-time) gegevensinteractie
met een hoge bandbreedte tussen computers, randapparatuur en
consumentenelektronica, zoals camcorders, videorecorders, printers,
tv'sen digitale camera's. Met IEEE 1394-compatibele producten en
systemen kunt u video of stilstaande beelden overbrengen zonder
kwaliteit te verliezen.
94 eSATA-connector
Belangrijke functies
• Digitaal — biedt betere signaalkwaliteit omdat er geen
digitaal-analoog-digitaal-conversie nodig is.
• Verbinding — maakt gebruik van een dunne seriële kabel die met
repeaters kan worden verlengd tot 100 meter of langer via CAT5-,
glasvezel- of coaxkabels.
• Gebruiksvriendelijk — het is niet meer nodig om speciale
stuurprogramma's te laden of ingewikkelde installaties uit te voeren.
• Makkelijk (ont)koppelbaar — zorgt ervoor dat apparaten kunnen
worden toegevoegd en verwijderd terwijl het apparaat en de computer
zijn ingeschakeld.
• Flexibel — u kunt nu meer apparaten op elkaar aansluiten door ze
aan elkaar te schakelen zonder dat u hubs of schakelaars nodig heeft.
Het ondersteunt ook branching, loops en andere topologieën, die de
kabelcomplexiteit verminderen. Ondersteunt maximaal 64 apparaten
op een enkele verbinding.
• Snel — ondersteunt levering van tijdkritische gegevens bij meerdere
snelheden, momenteel onder andere 100, 200, 400 en 800 megabits
per seconde via een enkele continue kabel of bus. Dit zorgt voor hoog
kwalitatieve audio- en videotoepassingen tegen lage kosten.
Typen IEEE 1394-kabels
4-pins aansluiting
6-pins aansluiting
IEEE 1394 95
9-pins aansluiting
USB en IEEE 1394 vergelijken
FunctieUSBIEEE1394
Gegevensoverdrachtssnelheid USB 1.1:
12 Mbps
USB 2.0:
480 Mbps
Aantal apparaten12763
Plug-and-playJaJa
Hot-pluggableJaJa
Isochrone apparatenJaJa
BustypeJa Ja
NetwerktopologieHubRingnetwerk
IEEE 1394a:
400 Mbps
IEEE 1394b:
800 Mbps
96 IEEE 1394
Netwerk
Netwerk
Een computernetwerk verbindt uw computer met internet, een andere
computer of randapparatuur zoals een printer. Als u bijvoorbeeld een
thuisnetwerk of een klein bedrijfsnetwerk opzet, zult u in staat zijn om:
• Afdrukken naar een gedeelde printer
• Toegang krijgen tot stations en bestanden op een andere computer
• Bestanden delen
• Door andere netwerken bladeren
• Toegang krijgen tot internet
U kunt een local area network (LAN) opzetten met behulp van een
netwerk- of breedbandmodemkabel of een draadloze LAN (WLAN)
opzetten met behulp van een draadloze router of toegangspunt.
Een netwerkverbindingswizard begeleidt u tijdens het instellen van een
computerwerk en het maken van een verbinding met andere netwerken.
Zie Een netwerk instellen voor meer informatie.
Local Area Network (LAN)
LAN verbindt twee of meer computers met elkaar via een netwerkkabel
die op elke computer is aangesloten. Dit type computernetwerk beslaat
meestal een klein gebied. Een LAN kan over een willekeurige afstand
worden aangesloten op een andere LAN via telefoonlijnen en radiogolven
om een WAN (wide area network) te vormen.
Netwerk 99
WLAN-kaart (Wireless Local Area Network)
WLAN verbindt twee of meer computers met elkaar en met internet via
luchtgolven in plaats van een netwerkkabel die op elke computer is aangesloten.
In een WLAN worden computers verbonden door een
radiocommunicatieapparaat dat ook wel een toegangspunt of een
draadloze router wordt genoemd en dat/die netwerktoegang biedt. Het
toegangspunt of de draadloze router en de draadloze netwerkkaart in de
computer communiceren met elkaar door met behulp van hun antennes
gegevens uit te zenden via radiogolven.
Wireless Wide Area Network (WWAN)
WWAN wordt ook een mobiel breedbandnetwerk genoemd en is een
snel, digitaal, mobiel netwerk dat internettoegang biedt aan een veel
breder geografisch gebied dan een WLAN, dat gewoonlijk een bereik
heeft van slechts 30 tot 300 meter. Uw computer kan toegang tot een
mobiel breedbandnetwerk onderhouden zolang de computer zich binnen
een dekkingsgebied voor mobiele gegevensoverdracht bevindt. Neem
contact op met uw internetprovider of mobiele serviceprovider voor
informatie over het dekkingsgebied.
Wireless Personal Area Network (WPAN)
Met WPAN kunt u draadloze apparaten rondom uw persoonlijke
werkruimte onderling verbinden. WPAN-technologie biedt ondersteuning
voor communicatie via korte afstanden. Een voorbeeld is Bluetooth, dat
wordt gebruikt als de basis voor een nieuwe standaard, IEEE 802.15 is een
voorbeeld van WPAN
100 Netwerk
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.