Deze verkorte handleiding bevat de essentiële stappen voor eenvoudige installatie
Voordat u uw frequentieregelaar in bedrijf neemt, doet u er verstandig aan de Vacon
10-gebruikershandleiding geheel door te lezen na deze te hebben gedownload van:
en afstelling van de Vacon 10 frequentieregelaar.
www.vacon.com -> Downloads
1. VEILIGHEID
ALLEEN GEKWALIFICEERDE ELEKTRICIENS MOGEN DE
ELEKTRISCHE INSTALLATIE UITVOEREN!
Deze verkorte handleiding bevat duidelijk gemarkeerde waarschuwingen met
betrekking tot uw persoonlijke veiligheid en ter voorkoming van schade aan het
product of de aangesloten apparatuur.
Lees deze waarschuwingen a.u.b. aandachtig door:
De componenten van de voedingseenheid van de
frequentieregelaar staan onder spanning wanneer de
Vacon 10 is aangesloten op de net spanning. Het is uiterst
gevaarlijk in aanraking te komen met deze spanning.
Dit kan leiden tot de dood of tot ernstige verwonding.
De motorklemmen U, V, W (T1, T2, T3) en de mogelijk
aanwezige remweerstandsklemmen (-/+) staan onder
spanning wanneer de Vacon 10 is aangesloten op de
netspanning, zelfs als de motor niet draait.
De besturing-I/O-klemmen zijn geïsoleerd van de
netspanning. Op de relaisuitgangklemmen kan echter
een gevaarlijke stuurspanning staan, ook als de Vacon 10
niet is aangesloten op de netspanning.
De aardlekspanning van de Vacon 10 frequentieregelaars
bedraagt meer dan 3,5 mA AC. Volgens de EN61800-5-1 norm
moet veiligheidsaarding aanwezig zijn.
Zie hoofdstuk 7!
Als de frequentieregelaar wordt gebruikt als onderdeel van een
machine, is het de verantwoordelijkheid van de machinefabrikant
de machine te voorzien van een hoofdschakelaar (EN 60204-1).
Als de Vacon 10 wordt losgekoppeld van de netspanning terwijl
de motor draait, dan blijft het apparaat stroomdragend als de
motor door het proces wordt aangedreven. In een dergelijk
geval zal de motor namelijk als dynamo werken en stroom
voeren naar de frequentieregelaar.
Nadat u de frequentieregelaar hebt losgekoppeld van de
netvoeding, moet u wachten totdat de venti lator stilstaat en
de displaysegmenten of de status-LED's op het voorpaneel niet
meer branden. Wacht vijf minuten voordat u werkzaamheden
uitvoert aan de aansluitingen van de Vacon 10.
De motor kan na een foutsituatie automatisch starten als
de autoresetfunctie is ingeschakeld.
De Vacon 10 kan op twee verschillende manieren aan de wand worden bevestigd:
met schroeven of aan een DIN-rails.
Afbeelding 2.1: Bevestigen met schroeven, MI1–MI3
Opmerking! Zie de montageafmetingen op de achterkant van de frequentieregelaar.
Voor koeldoeleinden moet er boven (100 mm), onder (50 mm) en aan de zijkanten
(20 mm) van de Vacon 10 ruimte worden vrij gelaten! Installatie naast elkaar is alleen
toegestaan als de omgevingstemperatuur lager dan 40 graden Celsius is.
Afbeelding 2.2: Bevestigen met DIN-rails, MI1–MI3
Tel. +358 (0)201 2121 • Fax +358 (0)201 212205
2
installatievacon • 3
Bevestig de
beugel NADAT
de voedingskabels
zijn geïnstalleerd
Bevestig deze
plaat VOORDAT
de voedingskabels
zijn geïnstalleerd
.
Afbeelding 2.3: Bevestigen van de PE-plaat en API-kabelgeleiding, MI1–MI3
Dit menu toont de
referentiewaarde van het
bedieningspaneel ongeacht
de geselecteerde
bedieningsplaats.
MENU
MONI TORING
In dit me nu ku nt u nav igere n
door de controlewaarden.
MENU
PARAMETER
In dit me nu ku nt u nav igere n
door de parameters en deze
bewerken.
MENU
SYSTEEM
In dit me nu ku nt u nav igere n
door de systeemparameters
en het submenu Fouten.
4. NAVIGATIE & OPSTARTEN
4. 1 De belangrijkste menu's van de Vacon 10
4
Afbeelding 4.1: Het hoofdmenu van de Vacon 10
Tel. +358 (0)201 2121 • Fax +358 (0)201 212205
navigatie & opstarten vacon • 9
4.2 Ingebruikname en opstartwizard
4.2.1 Stappen voor ingebruikname:
1. Lees de veiligheidsinstructies op pagina 1
2. Zorg dat de aarding in orde is en controleer
dat de kabels voldoen aan de vereisten
3. Controleer de kwaliteit en kwantiteit van de
koellucht
4. Controleer dat alle start/stop-schakelaars in
de stand STOP staan
5. Sluit de frequentieregelaar op de netstroom aan:
6. Voer de opstartwizard uit en stel alle benodigde
parameters in
Tabel 4.1: Stappen voor ingebruikname
4.2.2 Opstartwizard
Op de Vacon 10 wordt de opstartwizard uitgevoerd bij de eerste keer opstarten.
De wizard kan worden uitgevoerd met de instelling SYS Par.4.2 =1. De volgende
afbeeldingen tonen de procedure.
OPMERKING! Als u de opstartwizard uitvoert, worden alle
parameters teruggezet op de fabrieksinstellingen!
OPMERKING! U kunt de opstartwizard overslaan door de STOP-knop
30 seconden ingedrukt te houden.
7. Voer de testrun zonder motor uit. Raadpleeg
de Gebruikershandleiding op www.vacon.com
8. Voer nulbelastingtests uit zonder dat
de motor op het proces is aangesloten
9. Voer een identificatierun uit (Par: P1.19
Motor-identificatie, ID631)
10. Sluit de motor op het proces aan en voer
de test nogmaals uit
OPMERKING! Deze handleiding heeft betrekking op de standaardapplicatie
van de Vacon 10. Als u gedetailleerde parameterbeschrijvingen nodig hebt,
kunt u de applicatiehandleiding downloaden op: www.vacon.com - > downloads
5.1 Controlewaarden
CodeControlesignaalEenheidID Beschrijving
V1.1UitgangsfrequentieHz1Uitgangsfrequentie naar motor
V1.2FrequentiereferentieHz25
V1.3M otorto erentalrpm2B erekend m otorto erental
Digitale uitgang Open collector, max. belasting 35 V/50 mA
RelaisuitgangSchakelbelasting: 250 VAC/3 A, 24 VDC, 3 A
Hulpspanning±20%, m ax. belasting 50 mA
Omgevingstemperatuur
inbedrijfstelling
Opslagtemperatuur
Relatieve
vochtigheid
Hoogte
Behuizingsklasse IP20/IP21 /Nema1 voor MI1-3
Vervuilingsgraad PD2
Vacon 10 (400 V) kan niet worden gebruikt met hoekgeaarde netwerken
0–U
in
Continue nominale stroom I
(afhankelijk van de grootte van de eenheid.), overbelasting 1,5 x I
max. 1 min/10 min
0–10 V, Ri = 300 kΩ min.
0(4)–20 mA, Ri= 200 Ω
-10°C (niet aanvriezen)…+40/50°C (a fhankelijk van de afmetingen
van de unit): nominale belastbaarheid I
Bij zij-aan-zij installatie voor MI1-3 is dit altijd 40°C. Voor IP21/Nema1
optie in MI1-3 is de maximumtemperatuur ook 40°C
-40°C…+70°C
0 tot 95%, niet condenserend, niet corroderend, geen druipwater
100% belastbaar (geen stroomreductie) tot 1000 m. 1% reductie
voor elke 100 m boven 1000 m. Max. 2000 m
- Met bovenvermelde zekeringen kan de frequentieregelaar worden aangesloten
op een netvoeding met een kortsluitstroom van max. 50 kA
- Gebruik kabels met een hittebestendigheid van minimaal +70°C.
- De zekeringen functioneren ook als een bescherming tegen kabeloverbelasting.
- Deze instructies zijn alleen van toepassing op gevallen met één motor en één
kabelaansluiting van de frequentieregelaar naar de motor.
- Om te kunnen voldoen aan de norm EN61800-5-1, moet de beschermende geleider
minimaal 10 mm
geleider worden gebruikt die minimaal dezelfde afmetingen heeft als de originele
geleider.
230 V: voldoet aan EMC-categorie C2. Met een intern RFI-filter
400V: voldoet aan EMC-categorie C2. Met een intern RFI-filter
Beiden: geen EMC-emissiebescherming (Vacon N-niveau): zonder
RFI-filter
Voor EMC: EN61800-3
Voor veiligheid: UL508C, EN61800-5
Voor veiligheid: CE, UL, cUL, KC
Voor EMC: CE, KC
(zie naamplaatje van eenheid voor gedetailleerde goedkeuringen)
2
Aarde
)
Besturing
& relais
0,5-1,5
Zekering
Frame
MI16
MI210
MI3203*2,5+2,51,5-6
MI2202*2,5+2,5
MI3322*6+6
MI1102*1,5+1,5
MI2202*2,5+2,5
MI3322*6+61,5-6
MI36
MI310
MI3203*2,5+2,51,5-6
2
Cu of 16 mm2 Al. Als alternatief kan er een extra beschermende
(A)
Voedingskabel
Cu (mm
3*1,5+1,51,5-4
3*1,5+1,51,5-4
Klemkabel min-max (mm
2
)
Netvoeding
1,5-4
7
Tel. +358 (0)201 2121 • Fax +358 (0)201 212205
algemene gegevensvacon • 31
Vermogenspecificaties Vacon 10
Netspanning 208–240 V, 50/60 Hz, 1~ serie
Nominale
ingangstroom
[A]
Nominale
ingangstroom
[A]
Mechanische
afmetingen
Mechanische
afmetingen
Gewicht
(kg)
Gewicht
(kg)
[A]
Motorasvermogen
P
[PK]P[kW]
Nominale belastbaarheid
Typ e
frequen-
100%
tieregelaar
continustroom
I
[A]
N
00011,72,60,330,254,2MI10,55
00022,43,60,50,375,7MI10,55
00032,84,20,750,556,6MI10,55
00043,75,610,758,3MI20,7
00054,87,21,51,111,2MI2 0,7
0007710,521,514,1MI2 0,7
0009*9,614,432,222,1MI30,99
Tabel 7.1: Vermogenspecificaties Vacon 10, 208–240 V
* De maximale omgevingstemperatuur voor een correcte werking van deze frequen-
Tabel 7.4: Vermogenspecificaties Vacon 10, 380–480 V
150%
overbelastingsstroom [A]
Motorasvermogen
P
[PK]P[kW]
Nominale
ingangstroom
[A]
Nominale
ingangstroom
[A]
Mechanische
afmetingen
Mechanische
afmetingen
Gewicht
(kg)
Gewicht
(kg)
7
Tel. +358 (0)201 2121 • Fax +358 (0)201 212205
algemene gegevensvacon • 33
Netspanning 600 V, 50/60 Hz, 3~ serie
Nominale belastbaarheid
Type
frequen-
100%
tieregelaar
continustroom
[A]
I
N
00021,72,610,752MI30,99
00032,74,221,53,6MI30,99
00043,95,932,25MI30,99
00066,19,253,77,6MI30,99
0009913,57,55,510,4MI30,99
Tabel 7.5: Vermogenspecificaties Vacon 10, 600 V
Let op: De ingangsstromen zijn waarden berekend met een voeding van een 100 kVA
lijntransformator.
150%
overbelastingsstroom
Motorasvermogen
P
[PK]P[kW]
[A]
Modbus snel instellen
A: Selecteer Veldbus als plaats voor bediening op afstand: P2.1 op 1 – Veldbus
1
B: Stel Modbus RTU-protocol in op 'AAN': S2.2 op 1 – Modbus
A. Stel besturingswoord in op '0' (2001)
B. Stel besturingswoord in op '1' (2001)
C. Status frequentieregelaar is RUN
D. Stel referentiewaarde in op '5000' (50,00%) (2003)
2
E.
Werkelijk toerental is 5000 (25,00 Hz indien MinFreq is 0,00 Hz en MaxFreq is 50,00 Hz)
F. Stel besturingswoord in op '0' (2001)
G. Status frequentieregelaar is STOP