De koelinstallatie moet inwendig schoon en
droog zijn om optimaal te kunnen werken.
Voordat het systeem wordt gestart, moet het
vocht worden verwijderd door vacumering bij
een maximale druk van 0,05 mbar abs.
Tijdens bedrijf moet vuil en vocht opgevangen
en verwijderd worden. Dit gebeurt met behulp
van een lterdroger. Een lterdroger bevat een
vaste kern die bestaat uit:
moleculaire sieves
silicagel (minder eectief – niet toegepast in
drogers van Danfoss);
geactiveerd aluminiumoxide en een polyester
ltermat (A) in de uitgang van de lter.
De vaste kern is te vergelijken met een spons die
water opzuigt en vasthoudt.
De moleculaire sieves houden water vast.
Geactiveerd aluminiumoxide kan behalve water
ook zuren vasthouden.
De vaste kern (B) werkt samen met de polyester
ltermat (A) ook als vuillter.
De vaste kern houdt de grote vuildeeltjes vast en
het polyester ltermatje de kleine deeltjes.
De lterdroger kan daardoor alle vuildeeltjes
groter dan 25 µm opvangen.
Ah0_0001
Ah0_0011
Keuze van lterdrogers
De afmeting van de aansluitingen en de
capaciteit van de koelinstallatie zijn bepalend bij
het kiezen van een lterdroger.
Wanneer een lterdroger met soldeeraansluitingen vereist is, kan men het best een
Danfoss lterdroger van het type DCL/DML
gebruiken. Dankzij de extra grote droogcapaciteit
van deze lterdroger hoeft de lterdroger minder
vaak vervangen te worden.
Een ring op mof A geeft aan dat de aansluiting
een millimetermaat heeft. Als de mof A geen
ring heeft, heeft de aansluiting een inchmaat.
Type DCL kan worden gebruikt voor CFK/HCFK
koelmiddelen. Type DML kan worden gebruikt
voor HFK koelmiddelen. Zie pagina 60 voor meer
informatie.
De lterdroger wordt gewoonlijk in de
vloeistoeiding gemonteerd, waar het primair
dient om het expansieventiel te beschermen.
In de vloeistoeiding is de snelheid van het
koelmiddel laag, waardoor een goed contact
tussen het koelmiddel en de kern van de
lterdroger bestaat. Bovendien is de drukval in de
lterdroger laag.
Een lterdroger kan ook in de zuigleiding worden
gemonteerd om de compressor tegen vuildeeltjes
te beschermen en het koelmiddel te drogen.
Zuiglters, zogenaamde burn-outlters,
worden gebruikt om zuren te verwijderen na
beschadiging van de motor. Voor een lage
drukval moet een zuiglter gewoonlijk groter zijn
dan een vloeistoeidinglter.
Een zuiglter moet worden vervangen voordat de
drukval de onderstaande waarden overschrijdt:
Airconditioningsystemen: 0,50 bar
Koelinstallaties: 0,25 bar
Vriesinstallaties: 0,15 bar
Een kijkglas met vochtindicator wordt gewoonlijk
na de lterdroger gemonteerd. Daar geeft de
indicator van het kijkglas het volgende aan:
Groen: vochtgehalte in het koelmiddel niet
gevaarlijk.
Geel: te veel vocht in het koelmiddel vóór het
expansieventiel.
Bellen:
1) Te grote drukval in de lterdroger.
2) Geen onderkoeling.
3) Onvoldoende koelmiddel in de gehele
installatie.
Ah0_0019
Ah0_0020
Ah0_0032
Wanneer het kijkglas vóór de lterdroger
gemonteerd is, geeft het de volgende indicaties:
Groen: vochtgehalte in het koelmiddel niet
gevaarlijk.
Geel: vochtgehalte in de gehele koelinstallatie
te hoog.
Het overgangspunt van groen naar geel in de
indicator van het kijkglas wordt bepaald door de
oplosbaarheid van water in het koelmiddel.
NB:
het omschakelbereik in kijkglazen van Danfoss is
zeer klein. Dit zorgt ervoor dat een omschakeling
naar groen in de indicator alleen optreedt
Ah0_0031
wanneer het koelmiddel droog is.
Bellen:
1) Geen onderkoeling.
2) Onvoldoende koelmiddel in de gehele
installatie.
NB!
Vul geen koelmiddel bij alleen omdat er bellen in
het kijkglas te zien zijn.
Onderzoek eerst de oorzaak van de bellen!
De lterdroger wordt gemonteerd met de
stroming in de richting van de pijl op het plaatje
van de lterdroger.
De lterdroger kan in iedere stand worden
gemonteerd, maar let wel op het volgende:
Verticale montage met een stroming van boven
naar beneden zorgt voor een snelle vacumering/
leging van de koelinstallatie.
Bij verticale montage en een stroming naar
boven duurt het vacumeren/legen langer,
omdat het koelmiddel door verdamping uit de
lterdroger moet worden verwijderd.
De lterkern zit stevig in het lterhuis bevestigd.
Hierdoor zijn lterdrogers van Danfoss bestand
tegen trillingen tot 10 g.*)
Controleer of de leiding de lterdroger kan
ondersteunen en bestand is tegen trillingen.
Als dit niet het geval is, moet het lterhuis met
een klemband worden bevestigd op een vast
gedeelte van de koelinstallatie.
*) 10 g = tienmaal de zwaartekracht van de aarde.
DCR: plaats de inlaataansluiting naar boven of
horizontaal.
Op die manier wordt voorkomen dat het
opgevangen vuil de leidingen inloopt wanneer
de kern wordt vervangen.
Bij montage van een nieuwe DCR moet er altijd
voldoende ruimte worden vrijgelaten om de
lterkern te kunnen vervangen.
Ah0_0022
Ah0_0028
Wacht met het uitpakken van lterdrogers en
kernen tot vlak voor het monteren. Zo worden de
artikelen het best beschermd.
Er is geen onder- of overdruk in de lter of de
bus.
Kunststof wartelmoeren, klemdichtingen en
de hermetisch gesloten bus garanderen dat de
droogmiddelen volledig ‘vers’ zijn.
Bij het solderen van de lterdroger moet edelgas
te worden gebruikt, bijv. N2.
Zorg ervoor dat het edelgas in de
stromingsrichting van de lter stroomt. Dit
voorkomt dat de warmte die bij het solderen
ontstaat het polyester ltermatje beschadigd.
Soldeerlegeringen en vloeimiddelSoldeerlegeringen en vloeimiddel
geven gevaarlijke dampen af.
Lees de instructies van de leveranciers
en neem de veiligheidsvoorschriften
in acht. Houd uw hoofd weg van de
dampen tijdens het solderen.
Vocht komt in de installatie:
1) Tijdens de installatie van het koelsysteem.
2) Wanneer de koelinstallatie wordt geopend
voor onderhoud.
3) Bij lekkage aan de zuigzijde, als deze onder
onderdruk staat.
4) Wanneer de installatie wordt gevuld met
vochthoudende olie of koelmiddel.
5) Bij lekkage in een watergekoelde condensor.
Vocht in de koelinstallatie kan resulteren in:
a) blokkering van de expansievoorziening door
ijsvorming;
b) corrosie van metalen delen;
c) chemische beschadiging van de isolatie
in hermetische en semi-hermetische
compressoren;
d) afbreken van olie (zuurvorming).
De lterdroger verwijdert het vocht dat overblijft
na het vacumeren of dat later in de koelinstallatie
komt.
Ah0_0004
Zorg voor krachtige ventilatie en/of afvoer zodat
u de dampen en gassen niet inademt.
Draag een veiligheidsbril.
Gebruik een natte doek rond lterdrogers met
zuiver koperen aansluitingen.
Ah0_0005
Waarschuwing! Gebruik nooit ‘antivriesmiddelen’
zoals methylalcohol in combinatie
met een lterdroger. De lter kan
dan zodanig worden beschadigd dat
het geen water en zuren meer kan
opnemen.
Vervang de lterdroger als
1. het kijkglas aangeeft dat het vochtgehalte te
hoog is (geel).
2. de drukval in de lterdroger te groot is (bellen
in het kijkglas tijdens normaal bedrijf ).
3. een hoofdcomponent van het koelsysteem is
vervangen, bijv. de compressor.
4. de koelinstallatie om enige andere reden
wordt geopend, bijv. als de doorlaat in een
expansieventiel wordt vervangen.
Gebruik een gebruikte lterdroger nooit
opnieuw. Hij zal vocht afgeven als hij in een
koelinstallatie met een laag vochtgehalte
gebruikt wordt, of als hij verwarmd wordt.
Houd er rekening mee dat er overdruk in de lter
aanwezig kan zijn. Wees dus voorzichtig bij het
openen van de lter.
Gebruik nooit een gebruikte enspakking van de
DCR-lter.
Monteer een nieuwe pakking en smeer deze vóór
het aanhalen met een beetje koelinstallatieolie
in.
Gebruik uitsluitend onbeschadigde pakkingen.
Flensoppervlakken die voor de afdichting
zorgen, moeten onbeschadigd, schoon en
droog zijn voor de montage.
Gebruik geen klevende vulmaterialen,
roestoplosser of vergelijkbare stoen bij de
montage of demontage.
1. Bevochtig het oppervlak van de pakkingen
met een druppel koelmiddelolie.
2. Installeer de pakking.
3. Monteer de bouten en draai ze een stukje aan
totdat alle bouten goed contact maken.
4. Haal de bouten kruislings aan.
Ah0_0009
Gebruik bij de montage voldoende olie voor
het smeren van bouten en schroeven.
Gebruik geen bouten die droog, gecorrodeerd
of op andere wijze beschadigd zijn
(beschadigde bouten kunnen een onjuist
aanhaalmoment geven, wat kan leiden tot
lekkage in de ensafdichtingen).
Haal de bouten aan in minimaal 3 of 4 stappen, bijv.
als volgt:
Stap 1: tot ong. 10% van het vereiste aanhaalmoment.
Stap 2: tot ong. 30% van het vereiste aanhaalmoment.
Stap 3: tot ong. 60% van het vereiste aanhaalmoment.
Stap 4: tot 100% van het vereiste aanhaalmoment.
Controleer ten slotte het aanhaalmoment, in
dezelfde volgorde als bij het aandraaien.
Afvoeren
Vervanging van de
lterdroger
Dicht gebruikte lterdrogers altijd af. Zij bevatten
kleine hoeveelheden koelmiddel en olieresten.
Volg de voorschriften van de lokale autoriteiten
bij het afvoeren van afgedankte lterdrogers.
Sluit afsluiter nr. 1.
Zuig de lter leeg.
Sluit afsluiter nr. 4.
Open afsluiter nr. 2.
De installatie werkt nu buiten de lter om.
Vervang de lter of de lter kern.
Vacumeer de lterdroger via een Schraderklep (nr. 3).
Start het systeem weer door de afsluiters in
omgekeerde volgorde weer te openen/sluiten.
Verwijder eventuele handgrepen/wielen van
de afsluiters.
Combidrogers van het type DCC en DMC worden
gebruikt in kleine installaties met een expansieventiel
waarbij de condensor niet de volledige hoeveelheid
koelmiddel kan bevatten.
Het vloeistofvat in de combidroger verhoogt de
vloeistofonderkoeling en maakt automatisch
ontdooien bij pumpdown mogelijk. Het
vloeistofvat neemt een wisselende hoeveelheid
koelmiddel op (als gevolg van een wisselende
condensatietemperatuur). Het vloeistofvat moet
tijdens onderhouds- of reparatiewerkzaamheden de
totale hoeveelheid koelmiddel kunnen bevatten.
In verband met de veiligheid moet het volume van
het vloeistofvat minstens 15% groter zijn dan de
hoeveelheid koelmiddel.
Burn-outlters van het type 48-DA worden gebruikt
na beschadiging van een hermetische of semihermetische compressor.
Een beschadiging van de compressor die tot
zuurvorming leidt, is herkenbaar aan een geur van
verbrande olie en een mogelijke verkleuring. Een
beschadiging kan ontstaan door:
vocht, vuil of lucht;
een defecte motor;
gebrekkige koeling doordat er te weinig
koelmiddel aanwezig is;
een gastemperatuur hoger dan 175 °C.
Ah0_0012
Ah0_0013
Monteer twee burn-outlters na vervanging van
de compressor en reiniging van de installatie: één
in de vloeistoeiding en één in de zuigleiding.
Controleer het zuurgehalte regelmatig en
vervang de lters indien nodig.
Wanneer bij het controleren van de olie blijkt
dat de installatie geen zuur meer bevat, kan
het burn-outlter in de vloeistoeiding worden
vervangen door een gewone lterdroger. De
burn-outlterkern in de zuigleiding kan dan
verwijderd worden.
Ah0_0010
Speciale toepassing
DCL/DML lterdrogers
Type DCL/DML 032s, DCL/DML 032.5s en DCL/DML
033s worden speciaal vervaardigd voor installaties
met capillaire leidingen en worden daarom
toegepast in koelinstallaties waarbij de expansie
plaatsvindt via een capillair.
Ah0_0017
Bij het repareren van koel- en vrieskasten kan ook
een lterdroger van het type DCL/DML worden
gebruikt. Het monteren van een dergelijke
lterdroger in de zuigleiding levert zowel een
tijdsbesparing als een kostenbesparing op.
Het voordeel van deze oplossing kan het best
worden aangetoond door de normale reparatieprocedure voor een defecte compressor te
vergelijken met een methode die gebruik maakt van
het vermogen van het DCL/DML-lter om vocht, zuur
en vuil op te nemen en vast te houden.
NB: De ‘DCL/DML-methode’ kan alleen worden
toegepast als de olie niet verkleurd is en als
het pencillter niet verstopt is.
Voordelen van het monteren van een DCL/DML lter in
de zuigleiding:
1. snellere reparatie;
2. vergrote droog- en zuurcapaciteit;
3. bescherming van de compressor tegen alle
soorten verontreiniging;
4. betere kwaliteit van de reparatie;
5. schoner werkmilieu.
Het DCL/DML lter neemt het zuur en vocht op die
in de oude olie gebonden zijn.
Het is daarom niet nodig om de resterende olie uit
de koelinstallatie te verwijderen.
Een DCL/DML in de zuigleiding houdt het vuil uit
de condensor, verdamper, leidingen e.d. tegen,
waardoor de levensduur van de nieuwe compressor
verlengd wordt.
U kunt DCL/DML lters gebruiken die dezelfde
aansluiting hebben als de compressor. Ook het
gebruik van hermetische compressoren van Danfoss
wordt aanbevolen.
Bij het selecteren van een lterdroger uit een
catalogus zijn er verschillende criteria die elk de
basis kunnen vormen voor uw keuze.
Procedure met pencillterProcedure met
Vang het koelmiddel op
en bepaal of het opnieuw
gebruikt kan worden.
Verwijder compressor
+ pencillter
Verwijder olieresten in de
installatie
Droog de installatie met
stikstof
Sluit de nieuwe compressor
aan en monteer nieuw
pencillter
Controleer en ververs
koelmiddel
DCL/DML lter
Vang het koelmiddel op
en bepaal of het opnieuw
gebruikt kan worden.
Verwijder compressor
Niets
Niets
Sluit de nieuwe compressor
aan en monteer DCL/DML
lter in de zuigleiding
Controleer en ververs
koelmiddel
Voorbeeld:
CompressortypeZuigleiding
TLØ6,2DCL/DML 032s
NL 6-7Ø6,2DCL/DML 032s
[mm]
Filtertype
EPD (Equilibrium Point Dryness)
Droogcapaciteit
(watercapaciteit)
Vloeistofcapaciteit (ARI-710*)
Denitie van het laagst mogelijke watergehalte in
een koelmiddel in de vloeibare fase, nadat het in
contact is geweest met een lterdroger:
EPD voor R22 = 60 ppm-gewicht *)
EPD voor R410A = 50 ppm-gewicht *)
EPD voor R134a = 50 ppm-gewicht *)
EPD voor R404A / R507 / R407C = 50 ppm-gewicht *)
Conform ARI 710, in ppm-gewicht
(mg
/kg
water
*) ARI: Air-conditioning and Refrigeration Institute, Virginia, VS
koelmiddel
)
De hoeveelheid water die de lterdroger kan
opnemen bij een vloeistoftemperatuur van 24 °C en
52 °C, zoals gedenieerd in de norm ARI 710*.
De droogcapaciteit wordt vermeld in grammen water,
druppels water of kg koelmiddel na opdroging.
R22: 1050 tot 60 pp-gewicht
R410A: 1050 tot 50 pp-gewicht
R134a: 1050 tot 50 pp-gewicht
R404A / R507 / R407C:
1000 ppm-gewicht = 1 g water per kg koelmiddel 1 g water =
20 druppels.
1050 tot 50 pp-gewicht
Dit is de hoeveelheid vloeistof die door een
lterdroger kan stromen bij een drukval van
0,07 bar bij tc = +30 °C, te = -15 °C.
De vloeistofcapaciteit wordt vermeld in l/min of in
kW.
Dit wordt voor de verschillende typen
koelinstallaties aangegeven in kW op basis van
een vloeistofcapaciteit van
∆p = 0,14 bar en gemiddelde bedrijfscondities.
Bedrijfscondities:
Koelen vriesinstallaties
Airconditioningsystemente = -5 °C, tc = +45 °C
Airconditioningeenhedente = +5°C, tc = +45 °C
te = verdampingstemperatuur
tc = condensatietemperatuur
te = -15 °C, tc = +30 °C
Waarschuwing:
Bij eenzelfde systeemcapaciteit in
kW voor airconditioningeenheden
en koel/vriesinstallaties kunnen in
airconditioningeenheden kleinere
lterdrogers worden geïnstalleerd. Dit is mogelijk
vanwege de hogere verdampingstemperatuur (te)
en de aanname dat in de fabriek geproduceerde
eenheden minder vocht bevatten dan installaties
die op locatie worden gebouwd.