Daikin FXUQ71MV1, FXUQ71MAV1, FXUQ100MV1, FXUQ100MAV1, FXUQ125MV1 Installation manuals [nl]

...
INSTALLATION MANUAL
SYSTEM Inverter Air Conditioners
English
Deutsch
MODELS
(Ceiling suspended Cassette type)
FXUQ71MV1 FXUQ71MAV1 FXUQ100MV1 FXUQ100MAV1 FXUQ125MV1 FXUQ125MAV1
READ THESE INSTRUCTIONS CAREFULLY BEFORE INSTALLATION. KEEP THIS MANUAL IN A HANDY PLACE FOR FUTURE REFERENCE.
LESEN SIE DIESE ANWEISUNGEN VOR DER INSTALLATION SORGFÄLTIG DURCH. BEWAHREN SIE DIESE ANLEITUNG FÜR SPÄTERE BEZUGNAHME GRIFFBEREIT AUF.
LIRE SOIGNEUSEMENT CES INSTRUCTIONS AVANT L’INSTALLATION. CONSERVER CE MANUEL A PORTEE DE MAIN POUR REFERENCE ULTERIEURE.
LEA CUIDADOSAMENTE ESTAS INSTRUCCIONES ANTES DE INSTALAR. GUARDE ESTE MANUAL EN UN LUGAR A MANO PARA LEER EN CASO DE TENER ALGUNA DUDA.
PRIMA DELL’INSTALLAZIONE LEGGERE ATTENTAMENTE QUESTE ISTRUZIONI. TENERE QUESTO MANUALE A PORTATA DI MANO PER RIFERIMENTI FUTURI.
ÄΙΑΒΑΣΤΕ ΠΡΟΣΕΚΤΙΚΑ ΑΥΤΕΣ ΤΙΣ ΟÄΗΓΙΕΣ ΠΡΙΝ ΑΠΟ ΤΗΝ ΕΓΚΑΤΑΣΤΑΣΗ ΕΧΕΤΕ ΑΥΤΟ ΤΟ ΕΓΧΕΙΡΙÄΙΟ ΕΥΚΑΙΡΟ ΓΙΑ ΝΑ ΤΟ ΣΥΜΒΟΥΛΕΥΕΣΤΕ ΣΤΟ ΜΕΛΛΟΝ.
LEES DEZE INSTRUCTIES ZORGVULDIG DOOR VOOR INSTALLATIE. BEWAAR DEZE HAN­DLEINDING WAAR U HEM KUNT TERUGVINDEN VOOR LATERE NASLAG.
LEIA COM ATENÇÃO ESTAS INSTRUÇÕES ANTES DE REALIZAR A INSTALAÇÃO. MANTENHA ESTE MANUAL AO SEU ALCANCE PARA FUTURAS CONSULTAS.
ПЕРЕД НАЧАЛОМ МОНТАЖА ВНИМАТЕЛЬНО ОЗНАКОМЬТЕСЬ С ДАННЫМИ ИНСТРУКЦИЯМИ. СОХРАНИТЕ ДАННОЕ РУКОВОДСТВО В МЕСТЕ, УДОБНОМ ДЛЯ ОБРАЩЕНИЯ В БУДУЩЕМ.
Español
Italiano
ΕλληνικÜ
Nederlands
Portugues
Рóссêий
FXHQ32MAVE, FXHQ63MAVE, FXHQ100MAVE
FXKQ25MAVE, FXKQ32MAVE, FXKQ40MAVE, FXKQ63MAVE
FXAQ20MAVE, FXAQ25MAVE, FXAQ32MAVE, FXAQ40MAVE
FXAQ50MAVE, FXAQ63MAVE
FXUQ71MAV1, FXUQ100MAV1, FXUQ125MAV1
BEVQ71MAVE, BEVQ100MAVE, BEVQ125MAVE
FXLQ20MHV1, FXLQ25MHV1, FXLQ32MHV1, FXLQ40MHV1, FXLQ50MHV1,
FXMQ40MAVE, FXMQ50MAVE, FXMQ63MAVE, FXMQ80MAVE
FXMQ100MAVE, FXMQ125MAVE, FXMQ200MAVE, FXMQ250MAVE
FXLQ20MAVE, FXLQ25MAVE, FXLQ32MAVE, FXLQ40MAVE
FXLQ50MAVE, FXLQ63MAVE
FXNQ20MAVE, FXNQ25MAVE, FXNQ32MAVE, FXNQ40MAVE
FXNQ50MAVE, FXNQ63MAVE
DAIKIN.TCF.022E1/10-2007
TÜV Rheinlard EPS B.V.
0305020101
Umeda Center Bldg., 2-4-12, Nakazaki-Nishi,
Kita-ku, Osaka, 530-8323 Japan
Low Voltage 2006/95/EC
Machinery Safety 98/37/EC
Electromagnetic Compatibility 2004/108/EC
FXKQ25MVE, FXKQ32MVE, FXKQ40MVE, FXKQ63MVE
FXAQ20MVE, FXAQ25MVE, FXAQ32MVE, FXAQ40MVE, FXAQ50MVE, FXAQ63MVE
FXUQ71MV1, FXUQ100MV1, FXUQ125MV1
BEVQ71MVE, BEVQ100MVE, BEVQ125MVE
FXMQ125MFV1, FXMQ200MFV1, FXMQ250MFV1
FXAQ20MHV1, FXAQ25MHV1, FXAQ32MHV1, FXAQ40MHV1, FXAQ50MHV1
BEVQ50MVE
Shinri Sada
Manager Quality Control Department
1st of May 2009
FXZQ20MVE, FXZQ25MVE, FXZQ32MVE, FXZQ40MVE, FXZQ50MVE
FXCQ20MVE, FXCQ25MVE, FXCQ32MVE, FXCQ40MVE, FXCQ50MVE, FXCQ63MVE, FXCQ80MVE, FXCQ125MVE
FXMQ40MVE, FXMQ50MVE, FXMQ63MVE, FXMQ80MVE, FXMQ100MVE, FXMQ125MVE, FXMQ200MVE, FXMQ250MVE
FXLQ20MVE, FXLQ25MVE, FXLQ32MVE, FXLQ40MVE, FXLQ50MVE, FXLQ63MVE
FXNQ20MVE, FXNQ25MVE, FXNQ32MVE, FXNQ40MVE, FXNQ50MVE, FXNQ63MVE
FXHQ32MVE, FXHQ63MVE, FXHQ100MVE
DAIKIN INDUSTRIES, LTD.
FXSQ20MVE, FXSQ25MVE, FXSQ32MVE, FXSQ40MVE, FXSQ50MVE, FXSQ63MVE, FXSQ80MVE, FXSQ100MVE, FXSQ125MVE
EN60335-2-40,
3P109591-1E
FXUQ71MV1 FXUQ100MV1 FXUQ125MV1
FXUQ71MAV1 FXUQ100MAV1 FXUQ125MAV1
Inverter airconditioner voor VRV-systeem Installatiehandleiding
INHOUD
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN...................................... 1
2. VOOR INSTALLATIE ..................................................... 2
3. DE PLAATS VAN INSTALLATIE EN DE LUCTSTROOM-
RICHTING SELECTEREN .............................................. 3
4. VOORBEREIDINGEN VOOR INSTALLATIE ................. 4
5. INSTALLATIE VAN DE BINNENUNIT............................ 8
6. AANLEGGEN VAN DE KOELSTOFLEIDING ................ 9
7. AANLEGGEN VAN DE AFVOERLEIDING................... 10
8. ELEKTRISCHE BEDRADING ...................................... 12
9. INSTALLATIE VAN DE HOEKPLATEN EN HET
LUCHTINLAATROOSTER ............................................ 15
10. LOKALE INSTELLINGEN............................................. 15
11. TESTEN ....................................................................... 16
12. BEDRADINGSSCHEMA .............................................. 17
1. VEILIGHEIDSMAATREGELEN
Lees deze “VEILIGHEIDSMAATREGELEN” zorgvuldig door voordat u de airconditioner installeert en zorg ervoor dat u het toestel op de juiste wijze installeert. Laat na het voltooien van de installatie het apparaat proefdraaien om op fouten te controleren en instrueer de cliënt in het gebruik en onderhoud van de airconditioner aan de hand van de bedieningshandleiding. Vraag de cliënt de installatie­handleiding en de bedieningshandleiding bij elkaar te bewaren, zodat deze later opnieuw kunnen worden nagelezen.
Deze airconditioner is ingedeeld in de categorie “apparaten niet voor algemeen gebruik”.
Veiligheidsmaatregel
Dit apparaat is een product van klasse A. Bij huishoudelijk gebruik kan dit product de ontvangst van radiosignalen ver­storen, waardoor de gebruiker genoodzaakt zal zijn om pas­sende maatregelen te treffen.
Betekenis van de WAARSCHUWING en VOORZORGS­MAATREGELEN mededelingen.
WAARSCHUWING................ Het niet correct opvolgen
van deze instructies kan ernstig lichamelijk letsel of een dodelijk ongeval vero­orzaken.
VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING
• Laat de installatie door uw dealer of door vakbekwaam per­soneel uitvoeren. Probeer de airconditioner niet zelf te installeren. Fouten bij installatie kunnen waterlekkage, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
• Installeer de airconditioner conform de instructies van deze installatiehandleiding. Fouten bij installatie kunnen waterlekkage, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
.... Het niet correct opvolgen
van deze instructies kan schade aan eigendommen of lichamelijk letsel tot gev­olg hebben, dat ernstig kan zijn al naar gelang de omstandigheden.
• Vraag uw plaatselijke dealer om advies over hoe te han­delen in geval van koelmiddellekkage. Wanneer het appa­raat in een kleine kamer wordt geïnstalleerd, is het noodzakelijk de juiste maatregelen te nemen zodat in het geval van koelmiddellekkage de concentratie de toegestane veiligheidslimieten niet overschrijdt. Anders kan zich een ongeluk voordoen als gevolg van zuurstofgebrek.
• Gebruik uitsluitend de voorgeschreven accessoires en onderdelen om het toestel te installeren. Het niet gebruiken van de voorgeschreven onderdelen tijdens installatie kan het omvallen van de unit, waterlekk­age, elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
• Installeer de airconditioner op een fundering die sterk genoeg is om het gewicht van de unit te kunnen hebben. Op een te zwakke fundering kan de unit omvallen en licha­melijk letsel veroorzaken.
• Houd bij het installeren van de unit rekening met nat­uurkrachten, zoals harde wind, stormen of aardbevingen, waar van toepassing. Wanneer hiermee tijdens de installatie geen rekening wordt gehouden, kan dit tot gevolg hebben dat de unit omvalt en ongevallen veroorzaakt worden.
• Zorg ervoor dat de unit wordt voorzien van een gescheiden voedingssysteem en dat al het werk aan de elektrische bedrading wordt uitgevoerd door erkende elektriciens en conform de landelijk geldende voorschriften en de instruc­ties van deze installatiehandleiding. Onvoldoende capaciteit van de voeding en fouten in de bedrading kunnen elektrische schokken en brand tot gevolg hebben.
• Zorg ervoor dat alle bekabeling stevig is vastgezet, het juiste type kabel wordt gebruikt en dat er op de aansluitpunten of kabels geen druk wordt uitgeoefend. Verkeerd aangesloten of bevestigde kabels kunnen abnor­male warmteontwikkeling of brand veroorzaken.
• Bij het aanleggen van de voedingsbekabeling en het aanslu­iten van de afstandsbedieningbekabeling en de verbindings­bekabeling, de bedrading zodanig plaatsen dat het deksel van de elektrische aansluitingenkast stevig vastgezet kan worden. Als het deksel van de besturingskast niet correct bevestigd wordt, kan gevaar voor elektrische schokken, brand of over­verhitting van de aansluitingen ontstaan.
• Als er tijdens installatie koelmiddelgas ontsnapt dient de ruimte onmiddellijk goed gelucht te worden. Als het koelmiddel tot ontbranding komt, kunnen er giftige gassen vrijkomen.
• Controleer na het voltooien van de installatie of er geen lekkage van koelmiddelgas is. Er kunnen giftige gassen vrijkomen als koelmiddelgas weglekt en dit in contact komt met warmtebronnen, zoals gasfornuizen, kookplaten of verwarmingstoestellen met warmtespiralen.
• Schakel de unit uit alvorens elektrische onderdelen aan te raken.
• Voorkom contact met het koelmiddel dat weglekt via de verbindingen in de koelmiddelleidingen. Hierdoor kunnen bevriezingsverwondingen ontstaan.
• De airconditioning moet geaard worden. Aard de unit niet aan een gas- of waterpijp, bliksemafleider of telefoon-aardkabel. Onvoldoende aarding kan elektrische schokken of brand veroorzaken. Een plotselinge schok van inslaande bliksem of iets anders kan de airconditioner beschadigen.
Nederlands 1
• Plaats een aardlekschakelaar. Het niet plaatsen van een aardlekschakelaar kan gevaar voor elektrische schokken of brand tot gevolg hebben.
VOORZORGSMAATREGELEN
• Installeer volgens de aanwijzingen van deze installatiehan­dleiding afvoerleidingen om voor goede afvoer te zorgen en isoleer leidingen om condensvorming te voorkomen. Het op verkeerde wijze aanleggen van de afvoer kan water­lekkage binnenshuis en schade aan eigendommen tot gev­olg hebben. Installeer de binnen- en buitenunits, de voedingskabel en de
• bedrading op tenminste 1 meter afstand van televisietoes­tellen of radio’s om beeldstoring en bijgeluiden te voorkomen. (Een afstand van 1 meter kan afhankelijk van de ontvangen signaalsterkte niet voldoende zijn om de storing te elimi­neren.)
• Het bereik van de (draadloze) afstandsbediening kan in kamers met TL-verlichting (vooral bij typen met omzetter of snelstarter) korter zijn dan verwacht. Installeer de binnenunit zover uit de buurt van TL-verlichting als mogelijk.
• Installeer de airconditioner niet in de volgende plaatsen:
1. Waar er een hoge concentratie is van minerale oliespray
of stoom (zoals bijv. in een keuken). Plastic onderdelen kunnen worden aangetast, onderdelen kunnen losraken en er kan waterlekkage ontstaan.
2. Waar bijtende gassen voorkomen, zoals zwavelzuurgas.
Aantasting van koperen leidingen of gesoldeerde verbind­ingen kan lekkage van koelvloeistof tot gevolg hebben.
3. In de buurt van machines die elektromagnetische straling
opwekken. Elektromagnetische straling kan de werking van het besturingssysteem beïnvloeden en storingen in de unit veroorzaken.
4. Waar ontvlambare gassen vrijkomen, waar koolstofvezel
of ontvlambare stoffen in de lucht hangen, of waar licht ontvlambare materialen voorkomen, zoals verfverdunner of benzine. Het gebruik van de unit onder dergelijke omstandigheden kan brand tot gevolg hebben.
• De airconditioner is niet bedoeld voor gebruik in een poten­tieel explosieve atmosfeer.
• Zie de installatiehandleiding van de buitenunit voor items die niet in deze handleiding beschreven worden.
• Voor dit model is een afzonderlijke BEV-unit noodzakelijk. Meer informatie over de installatie van de BEV-unit vindt u in de bijbehorende installatiehandleiding.
• Controleer eerst het te gebruiken koelmiddel voordat u begint met de installatiewerkzaamheden. (Wanneer niet het juiste type koelmiddel wordt gebruikt, zal het apparaat niet goed kunnen werken.)
• Bewaar alle eventueel overtollige onderdelen totdat de gehele installatie gereed is.
2-1 VOORZORGSMAATREGELEN
• Lees deze handleiding alvorens tot installatie van de binne­nunit over te gaan. Raadpleeg de papieren pasmal bij het kiezen van een plaats.
• Deze unit is bedoeld voor gebruik in woningen, winkels en schone industriële omgevingen.
• Installeer en gebruik de unit niet in ruimten die in het onder­staande worden beschreven.
• waarin minerale olie, oliedamp of een olienevel aanwezig is.
(Daardoor kunnen kunststof onderdelen aangetast worden.)
• waarin agressieve gassen, zoals zwaveldamp, aanwezig
zijn. (Daardoor kunnen koperen leidingen en soldeer­verbindingen corroderen.)
• Ruimten waarin ontbrandbare gassen worden gebruikt,
zoals verfverdunner en benzine.
• Ruimten waar machines elektromagnetische golven vero-
orzaken. (Het besturingssysteem kan ontregeld worden.)
• Ruimten waar de lucht hoge zoutgehaltes bevat, zoals in
kuststreken, en plaatsen waar grote spanningschom­melingen optreden, zoals in fabrieken. Hetzelfde geldt voor voertuigen en schepen.
2-2 ACCESSOIRES
Controleer of de volgende accessoires met de unit zijn bijgeleverd.
Naam 1) Afvoerslang 2) Metalen klem
Hoeveel-
heid
Vorm
1 stuks 1 stuks 8 stuks
3) Vulringen voor ophanging
2.
VOOR INSTALLATIE
Verwijder, wanneer het apparaat uit de verpakking gehaald is, de vier hoekbeschermers en til het aan de vier hijsogen op. Trek niet aan of druk niet op de koelmiddelleiding, de afvoerleiding of de kunststof componenten.
Naam 4) Klem
Hoeveel-
heid
6 stuks 4 stuks 1 elk
5)Bevestigingsp­laatje
Leidingisolatie
6)
Voor gasleidingen
• Til het apparaat, wanneer u het uit de verpakking haalt, op aan de vier hijslussen, zonder dat de andere componenten
Vorm
van het apparaat worden belast, omdat met name de jaloezie, de koelmiddelleidingen, de afvoerleidingen en andere kunststofdelen zijn erg kwetsbaar.
• Controleer, voordat u begint met de installatiewerkzaamhe­den, of het te gebruiken koelmiddel R410A is. (Wanneer het verkeerde koelmiddel wordt gebruikt, zal het apparaat niet normaal werken.)
• Kies een transportmethode.
• Laat de unit in de verpakking totdat deze op de plaats van installatie is aangekomen. Gebruik een draagriem van zacht materiaal of touw met beschermde platen wanneer het
Naam Afdichtmat 10) Elleboog
Hoeveel-
heid
Vorm
2 stuks 1 stuks 1 stuks
8) Groot
9) Klein
7) Voor waterleidingen
11)Papieren pasmal
Dient tevens als verpakkingsmate­riaa
onvermijdelijk is dat de unit moet worden verplaatst nadat de verpakking verwijderd is.
2 Nederlands
Naam 12) Afsluitplaat
Hoeveel-
heid
Vor m
Naam
Hoeveel-
heid
Vor m
2 stuks 2 stuks 2 stuks
15) Centrale houder voor afsluitplaat
2 stuks
13)Houder voor afsluitplaat
(Overigen)
• Bedieningshandleiding
• Installatiehandleiding
14)Houder voor afsluitplaat
2-3 OPTIONELE ACCESSOIRES
• Voor deze binnenunit is de afstandsbediening vereist.
• Er zijn twee soorten van afstandsbedieningen: met draad en draadloos. Selecteer een afstandsbediening uit Tabel 1 na overleg met de cliënt en installeer de afstandsbediening op een geschikte plaats. (Volg voor de installatie de aanwijzingen in de installatiehan­dleiding die wordt meegeleverd bij de afstandsbedieningen.)
Tabe l 1
Afstandsbediening Met draad
Draadloos
Type met warmtepomp Alleen voor koelunits
OPMERKING
• Wanneer de cliënt een afstandsbediening wenst die niet in Tabel 1 wordt vermeld, dient u een geschikte afstandsbedi­ening te selecteren na de catalogi en de technische han­dleidingen geraadpleegd te hebben.
BESTEED TIJDENS INSTALLATIE EXTRA AAN­DACHT AAN DE VOLGENDE PUNTEN EN INSPECT­EER NA INSTALLATIE
1. Inspectiepunt na voltooiing van installatie.
Inspectiepunt
Zijn de binnen- en buite­nunit stevig gemonteerd?
Is de gaslektest goed uit­gevoerd?
Is de unit goed geï­soleerd?
Stroomt de afvoer goed door?
Komt de voedingsspan­ning overeen met de spanning die op de kenp­laat staat?
Zjin de bedrading en de buizen goed aangelegd?
Is de unit goed geaard?
Voldoet de bedrading aan de specificaties?
Wat kan gebeuren als het niet goed is uitgevoerd.
De unit kan vallen, trillen of bijgeluiden proceduren.
Er kan onvoldoende gekoeld worden.
Er kan condensaat lekken.
Er kan condensaat lekken.
Er kunnen storingen optreden of componenten doorbranden.
Er kunnen storingen optreden of componenten doorbranden.
Gevaar voor elektrische schokken bij lekstromen.
Er kunnen storingen optreden of componenten doorbranden.
Inspec-
tiepunt
Worden de luchtinlaat of de luchtuitlaat van binnen­of buitennuit geblokkeerd?
Is de lengte van de koel­leidingen en de lading van het aanvullende koelmiddel genoteerd?
Er kan onvoldoende gekoeld worden.
De lading van het koelmid­del in het systeem kan niet goed bepaald worden.
Lees ook aandachtig de “VEILIGHEIDSMAATREGELEN”.
2. Inspectiepunt op moment van oplevering.
Inspectiepunt
Inspec-
tiepun
Heeft u de cliënt de werking van het systeem uit­gelegd en de bedieningshandleiding laten zien?
Heeft u de cliënt de bedieningshandleiding overhan­digd?
3. Items die uitleg behoeven
De items in de bedieningshandleiding die zijn gemar­keerd met WAARSCHUWING en VOORZORGSMAA­TEREGELEN hebben betrekking op situaties waaruit lichamelijk letsel en materiële schade kan voortvioeien. Bovendien bevat de bedieningshandleiding instructies vooe het normale gebruik van het systeem. Het is van balang dat u de cliënt een volledinge beschrijving geeft van de werking van het systeem en beveel de cliënt aan om de bedieningshandleiding goed te lezen.
2-4 OPMERKINGEN VOOR DE INSTALLATEUR
Geef uw klanten uitgebreide instructies (voor de bediening van de verschillende functies en het instellen van de temperatuur) door de klant zelf het apparaat te laten bedienen met behulp van de instructies in de handleiding.
3. DE PLAATS VAN INSTALLATIE EN DE LUCTSTROOMRICHTING SELECTEREN
3-1 Kies een plaats die aan de volgende
voorwaarden voldoet en de goedkeuring van de cliënt heeft.
• Bovenin (ook boven het plafond) de binnenunit kan geen water omlaag druppelen van de koelmiddelleiding, de afvo­erleiding, de waterleiding enz.
• Waar de lucht optimaal kan circuleren.
• Waar de luchtdoorgangen niet geblokkeerd worden.
• Waar condens goed kan worden afgevoerd.
• Waar het plafond sterk genoeg is om het gewicht van de unit te dragen.
• Waar het valse plafond niet duidelijk overhelt.
• Waar geen gevaar voor lekkage van gevaarlijke gassen bestaat.
• Waar voldoende ruimte voor installatie en onderhoud gerea­liseerd kan worden.
• Waar het buizenwerk tussen de binnen- en buitenunits bin­nen de voorgeschreven limiet blijft. (Meer informatie vindt u in de installatiehandleiding van de buitenunit en de BEV-units.)
Nederlands 3
[VOORZORGSMAATREGELEN]
Wanneer een draadloze afstandsbediening wordt gebruikt in een ruimte waar fluorescentieverlichting (met inverter of snel­starter), kan de afstand waarover de afstandsbediening werkt korter worden. Installeer binnenunits zo ver mogelijk verwijderd van fluorescentieverlichting.
• Zorg ervoor dat de afstand tussen buitenunits, voedingska­bel en besturingskabels en televisies en radio’s minimaal 1 m bedraagt, om vervorming van het beeld en interferentie te voorkomen. (Bij sommige radiofrequenties kan een afstand van 1 meter in voorkomende gevallen onvoldoende blijken te zijn om ver­vorming van het radiosignaal te voorkomen.)
[VOORZORGSMAATREGELEN]
Gebruik bij het installeren van het apparaat uitsluitend de mee­geleverde onderdelen of onderdelen die voldoen aan de speci­ficaties.
• Installeer de binnenunit niet lager dan 2,5meter boven de vloer. Zorg, op plaatsen waar dit niet mogelijk is, dat het niet mogelijk is dat iemand zijn/haar handen in de luchtuit­laatopening kan steken.
Voor installatie vereiste ruimte
Luchtuitlaat
1500
Luchtinlaat
2500
Blokkering
Luchtuitlaat
1000
1500
A, B, C en D duiden op afvoerpannen.
Lucht­stroom­richting
C
BB
DD
A
4-weg luchtuitlaat
C
3-weg luchtuitlaat
D
C
3-weg luchtuitlaat
A
Optionele onderdelen vereist (Ruggelings geplaatst afsluitsetje)
C
D
2-weg luchtuitlaat
C
A
2-weg luchtuitlaat
Afb. 1
Richting van de koelleidingen
Naar de achterzijde (rechte leiding) Naar rechts (elleboog vereist)
Bij alle patronen zijn naar boven lopende koelleidingen mogelijk.
3-3 Gebruik ophangbouten voor installatie.
Controleer of het plafond stevig genoeg is om het gewicht van de unit te dragen. In geval van twijfel dient het plafond vóór installatie te worden versterkt.
(De papieren pasmal toont de bevestigingspunten. Houd de mal tegen het plafond om vast te stellen waar het plafond ver­sterkt moet worden.)
Voor hoge
installatie.
Vloer
Luchtuitlaat
1000
30∗∗
(lengte : mm)
Voor hoge
installatie.
1500
Vloer
Luchtinlaat
2500
Blokkering
∗∗ Ruimte is nodig voor montage/demontage van hoekplaten.
3-2 Luchtstroomrichting
Stel de luchtstroomrichting in die voor de gekozen plaats het meest geschikt is. De 2-weg en 3-weg luchtstroom moet m.b.v. de afstandsbediening worden ingesteld. Zie “10. LOKALE INSTELLINGEN” voor details.
OPMERKING
• Er gelden enkele beperkingen ten aanzien van de richting van de leidingen; kies daarom een stroomrichting uit onder­staande patronen.
[Luchtstroompatronen] (Zie Afb. 1)
(Illustrasjoner sett fra taket)
4. VOORBEREIDINGEN VOOR INSTALLATIE
4-1 VOOR 4-WEG LUCHTUITLAAT
1. Verhouding tussen de te maken gaten voor de binnen-
unit, plaats van de ophangbouten, leidingen en bedrading. (Zie Afb. 2)
(Illustrasjoner sett fra taket)
895
790∗∗∗
C
30180
83
80 (147)
B
33
163
58 (125)
40 (107)
A
Omhoog lopende afvoerleiding
Afvoerleidingaansluiting (VP20)
Waterleiding Gasleiding
Afb. 2
D
790∗∗∗
(lengte : mm)
895
Maten in ( ) voor de 100 en 125 modellen ∗∗∗ Boutafstand
4 Nederlands
Loading...
+ 14 hidden pages