waarde. Hier zijn het 10.000Ohm = 10 Kilo-ohm (10 kΩ, in de circuitafbeelding kort 10k). Het
werkelijke onderdeel wordt gekenmerkt met een gekleurde ring (bruin, zwart, oranje voor 10.000 en
goud voor mogelijke afwijkingen tot +/–5%).
De circuitafbeelding toont een serieel circuit. De stroom vloeit door batterij, weerstand en LED. De
weerstand heeft daarbij de opgave om de stroomsterkte op een zinvolle waarde te begrenzen. Hoe
groter de weerstand, hoe kleiner de stroomsterkte. Bij 10 kΩ wordt de LED weliswaar nog ver onder de
maximaal toegestane stroom bedreven, maar licht toch al voldoende helder op.
2 Batterijverbinding
Het tweede deurtje verbergt een batterijclip voor de 9V batterij. Bouw de proef van de eerst dag nog
eens iets anders op. Gebruik de batterijclip en let erop dat de zwarte verbindingsdraad van de minpool
is en de rode van de pluspool. Voorkom beslist een kortsluiting van de batterij, dus een directe
verbinding van de beide polen. Daarbij kan de batterij zeer heet worden en bij een langer aanhoudende kortsluiting kan deze in een extreem geval zelfs exploderen. Bovendien verkorten kortsluitingen de
levensduur van de batterij.
De weerstand van 10 kΩ definieert de stroom door de LED. In dit geval kan men ervan uitgaan dat er
ongeveer 2V op de LED ligt, en dus nog 7V op de weerstand. Daaruit ontstaat een stroom van slechts
0,7 mA. Ter vergelijking: LEDs worden meestal voor stromen van 20mA uitgelegd. Deze rode LED heeft
echter al genoeg aan minder dan 1mA, om duidelijk zichtbaar licht te leveren.
3 Gekoppelde opbouw
Open het derde deurtje en neem een insteekprintplaat uit het vak. Daarmee vereenvoudigd zich de
opbouw van gecompliceerde circuits. De insteekprintplaat met in totaal 270 contacten in het 2,54 mm
rooster (0,1 inch) zorgt voor een zekere verbinding van de onderdelen.
De insteekprintplaat heeft in het middelste bereik 230 contacten, die steeds door verticale strepen met
vijf contacten leidend zijn verbonden. Bovendien zijn er aan de rand 40 contacten voor de voeding,
bestaande uit twee horizontale contactveer-strepen met elk 20 contacten. Het insteekveld beschikt
daarmee over twee onafhankelijke voedingsrails, die hier gebruikt worden voor de pluspool en de
minpool van de batterij.
Het inzetten van onderdelen vereist relatief veel kracht. Daarom buigen de aansluitdraden gemakkelijk
om. Het is belangrijk dat de draad exact van boven wordt ingevoerd. Daarbij help een pincet of een
kleine tang. Een draad wordt mogelijk kort over de insteekprintplaat aangepakt en loodrecht naar
beneden gedrukt. Op deze manier kunnen zelfs de gevoelige aansluitdraden, zoals de vertinde
uiteinden van de batterijclips, worden gebruikt zonder knikken.
Bouw de schakeling uit de eerste proef nog eens op de insteekprintplaat op. Het gaat hier weer om een
seriële schakeling met weerstand en LED. De circuitafbeelding toont hetzelfde circuit, maar met een iets
andere opstelling van de onderdelen, die vergelijkbaar is met de werkelijke proef.