Casio EX-P700 Owner's Manual [nl]

Digitale Camera
EX-P700
Gebruiksaanwijzing
Gefeliciteerd met de aanschaf van dit CASIO product.
• Voordat u het in gebruik neemt dient u eerst de voorzorgsmaatregelen in deze gebruiksaanwijzing aandachtig door te lezen.
• Houd de gebruiksaanwijzing daarna op een veilige plaats voor latere naslag.
• Bezoek de officiële EXILIM website http://www.exilim.com/ voor de meest recentelijke informatie voor dit product.
D
K824PCM1DMX

INLEIDING

INLEIDING

Uitpakken

Controleer dat alle hier getoonde items inderdaad meegeleverd zijn met de camera. Mocht er iets missen, neem dan zo snel mogelijk contact op met de dealer.
Oplaadbare lithium-ion
Camera Polsriem
(CASIO Digital Camera Software)
CD-ROM
Accu (NP-40) Kaartafstandsbediening
(WR-4C)
USB kabel
Lithium batterij (CR2025)
Voor de kaartafstandsbediening.
BasisreferentieAV kabel
Merk op dat de vorm van de snelle oplaadeenheid afhangt van het land waar de camera wordt aangeschaft.
○○○○○○○
* De vorm van de netstekker
hangt af van het land waar de camera wordt aangeschaft.
Snelle oplaadeenheid (BC-30L)
(type met netsnoer)
Netsnoer
*
Snelle oplaadeenheid (BC-30L)
(Insteek type)
2
INLEIDING

Inhoudsopgave

2 INLEIDING
Uitpakken ..................................................................... 2
Kenmerken ................................................................. 11
Voorzorgsmaatregelen ............................................... 14
Algemene voorzorgsmaatregelen 14 Test voor juiste bediening
voordat u de camera gebruikt! 16 Voorzorgsmaatregelen bij data foutlezingen 17 Voorwaarden voor juiste werking 17 Condens 18 Lens en fasedifferentieelsensor 18 Overige 18
19 SNELSTARTGIDS
Laad de accu eerst op! .............................................. 19
Configureren van de
displaytaal en de klokinstellingen .............................. 21
Opnemen van een beeld ............................................ 22
Bekijken van een opgenomen beeld.......................... 23
Wissen van een beeld ................................................ 23
24 VOORBEREIDINGEN
Betreffende deze gebruiksaanwijzing ........................ 24
Algemene gids ........................................................... 26
Camera 26
Inhoud van het beeldscherm ..................................... 29
Opnamefuncties (REC) 29 Weergavefunctie (PLAY) 33 Veranderen van de inhoud van het beeldscherm 34
Indicators .................................................................... 35
Vastmaken van de polsriem ....................................... 36
Spanningsvereisten .................................................... 37
Gebruik van de snelle oplaadeenheid 37 Inleggen van de accu 41 Verwijderen van de accu 42 Voorzorgsmaatregelen voor de stroomvoorziening 45 Werking op netspanning 48 In- en uitschakelen van de camera 50 Configureren van de stroomspaarinstellingen 51
Gebruik van de in-beeld menu’s ................................ 52
Configureren van de
displaytaal en de klokinstellingen .............................. 54
Configureren van de displaytaal en de klokinstellingen 55
3
INLEIDING
58 ELEMENTAIRE BEELDOPNAME
Opnemen van een beeld ............................................ 58
Specificeren van de opnamefunctie 58 Richten van de camera 59 Opnemen van een beeld 60 Opname voorzorgsmaatregelen 62 Aangaande autofocus 63 Aangaande het beeldscherm van de opnamefunctie 63
Voorvertoning van het laatste opgenomen beeld...... 64
Om de huidige inhoud van de voorvertoningsbuffer
te zien na opnemen van een enkel beeld 64 Wissen van de inhoud van de voorvertoningsbuffer
na opnemen van een enkel beeld 65
Oriëntatiesensor ......................................................... 65
Gebruiken van de optische zoeker ............................ 67
Gebruiken van de zoom ............................................. 68
Optische zoom 68 Digitale zoom 69
Gebruiken van de flitser ............................................. 71
Flitsereenheid status 72 Veranderen van de flitsintensiteit instelling 73 Gebruik van de flitserassistent
(Flash Assist) 73 Voorzorgsmaatregelen voor de flitser 74
Gebruiken van de zelfontspanner .............................. 75
Specificeren van de beeldgrootte .............................. 77
Specificeren van de beeldkwaliteit ............................ 78
80 OVERIGE OPNAMEFUNCTIES
Selecteren van de scherpstelfunctie ......................... 80
Gebruik van autofocus 81 Gebruik van de macrofunctie 84 Gebruik van de oneindig-functie 85 Gebruik van handmatig scherpstellen 85 Gebruik van panfocus 87 Gebruik van de scherpstelvergrendeling 87
Belichtingscompensatie (EV verschuiving) ............... 88
Bijstellen van de witbalans ......................................... 90
Handmatig configureren van de witbalans 91
Specificeren van de belichtingsfunctie ...................... 93
Gebruik van lensopening prioriteit AE 93 Gebruiken van sluitersnelheid prioriteit AE 94 Met de hand instellen van de belichtingsinstellingen 96 Gebruiken van de Manual Assist
(handbedieninghulp) in-beeld aanwijzingen 97
Voorzorgsmaatregelen voor opname met de
belichtingsfunctie 98
Gebruiken van automatische
belichtingsvergrendeling (AE vergrendeling) ............. 99
Gebruiken van de doorlopende sluiterfunctie .......... 100
Gebruiken van de doorlopende
sluiterfunctie bij normale snelheid 101 Gebruik van de snelle doorlopende sluiterfunctie 102 25-shot stop-actie beelden
(m.b.v. de meervoudige doorlopende sluiterfunctie) 103 Voorzorgsmaatregelen voor de doorlopende sluiter 104
4
INLEIDING
Gebruik van de automatische klassefunctie ............ 105
Gebruiken van de automatische klassefunctie met
de belichting als de variabele (AE klassering) 106
Gebruiken van de automatische klassefunctie met
de witbalans als de variabele (WB klassering) 107
Gebruiken van de automatische klassefunctie met
de scherpstelafstand als de variabele (scherpstel klassering) 108
Gebruik van de automatische klassefunctie met niet-
configureerbare variabelen (Meervoudige Klassefunctie) 109
Voorzorgsmaatregelen
bij de automatische klassefunctie 110
Voorvertoning van beelden opgenomen met de snelle doorlopende sluiter of met de
automatische klassefunctie ...................................... 111
Om de huidige inhoud van de voorvertoningsbuffer
te zien na opnemen van meerdere beelden 111
Wissen van de inhoud van de voorvertoningsbuffer
na opnemen van meerdere beelden 112
Gebruiken van de BESTSHOT functie .................... 113
Creëren van uw eigen BESTSHOT instelling 115
Combineren van shots van twee mensen tot een
enkel beeld (Coupling Shot (combinatieshot)) ........ 117
Opnemen van een onderwerp over een bestaand
achtergrondbeeld (Pre-shot (vooropname)) ............ 119
Opnemen van beelden van naamkaartjes en
documenten (Business Shot) ................................... 121
Gebruiken van de Business Shot instelling 123
Gebruiken van de filmfunctie ................................... 124
Opnemen van audio ................................................. 126
Toevoegen van geluid aan een snapshot 126 Opnemen van spraak 128
Gebruiken van het histogram ................................... 130
Camera instellingen van de REC (opname) functie 132
Specificeren van de ISO gevoeligheid 133 Selecteren van de
automatische scherpstelfunctie (AF) 134 Selecteren van de meetfunctie 135 Gebruiken van de filterfunctie 136 Speciferen van de contourscherpte 136 Specificeren van kleurverzadiging 137 Specificeren van het contrast 137 In- en uitschakelen van het in-beeld raster 138 In- en uitschakelen van beeldcontrole 138 Gebruik van icoonhulp 139 Toewijzen van functies aan de [] en [] toetsen 140 Specificeren van de default instellingen bij
inschakelen van de spanning 141 Terugstellen (reset) van de camera 143
Gebruiken van het snelkoppelmenu (Ex Menu) ...... 143
Gebruiken van de kaartafstandsbediening .............. 144
Inleggen van de batterij 145 Voordat u de kaartafstandsbediening
gaat gebruiken om op te nemen 146 Gebruik van de kaartafstandsbediening 147
5
INLEIDING
Gebruiken van een externe flitser ............................ 149
Vereisten voor de externe flitseenheid 149 Voordat u een externe flitseenheid gebruikt 150 Gebruiken van een externe flitseenheid 151 Voorzorgsmaatregelen voor de externe flitser 152
Gebruiken van een conversie-objectief of filter ....... 153
Installeren van een conversie-objectief
of een close-up objectief 154
Installeren van een filter 156
157 WEERGAVE
Elementaire weergavebediening ............................. 157
Weergave van een audio snapshot 158
Inzoomen op het weergegeven beeld ...................... 159
Afmetingen van een beeld heraanpassen ............... 160
Trimmen van een beeld............................................ 161
Controleren van de scherpstelling
van een opgenomen beeld ...................................... 163
Weergeven van een film........................................... 164
Tonen van een 9-beelden scherm ........................... 165
Selecteren van een
specifiek beeld in het 9-beelden scherm 166
Tonen van het kalenderscherm ................................ 166
Spelen van een Slideshow (diashow) ...................... 167
Specificeren van de slideshow (diashow) beelden 169 Specificeren van de slideshow (diashow) tijd 170 Specificeren van de slideshow (diashow) tussenpauze 170
Roteren van het displaybeeld .................................. 171
Gebruik van beeldroulette ........................................ 172
Toevoegen van audio aan een snapshot ................. 173
Heropnemen van het geluid 174
Weergeven van een spraakopnamebestand ........... 175
Tonen van camerabeelden op een televisiescherm 176
Selecteren van het video-ingangssysteem 177
178 WISSEN VAN BESTANDEN
Wissen van een enkel bestand ................................ 178
Wissen van alle bestanden ...................................... 179
180 BEHEER VAN BESTANDEN
Mappen ..................................................................... 180
Geheugenmappen en -bestanden 180
Beveiligen van bestanden ........................................ 181
Beveiligen van een enkel bestand 181 Beveiligen van alle bestanden 182
Gebruik van de FAVORITE map .............................. 182
Kopiëren van een bestand naar de FAVORITE map 182 Tonen van een bestand in de FAVORITE map 184 Wissen van een bestand uit de FAVORITE map 185 Wissen van alle bestanden uit de FAVORITE map 185
6
INLEIDING
186 ANDERE INSTELLINGEN
Configureren van de geluidsinstellingen ................. 186
Configureren van de geluidsinstellingen 186 Instellen van het volumeniveau 187
Specificeren van een beeld voor het startscherm ... 187
Configureren van de instellingen voor het
spanningsuitschakelbeeld ........................................ 188
Specificeren van de bestandsnaam serienummer
generatiemethode .................................................... 190
Gebruiken van het alarm.......................................... 191
Instellen van een alarm 191 Stoppen van het alarm 192
Instellen van de klok ................................................ 192
Selecteren van uw thuistijdzone 192 Instellen van de huidige tijd en datum 193 Veranderen van het datumformaat 194
Gebruiken van wereldtijd ......................................... 194
Tonen van het wereldtijdscherm 194 Configureren van wereldtijdinstellingen 195 Configureren van de zomertijdinstellingen (DST) 196
Veranderen van de displaytaal................................. 197
Veranderen van het protocol van de USB poort...... 197
Formatteren van het ingebouwde geheugen ........... 198
200 GEBRUIKEN VAN EEN GEHEUGENKAART
Gebruiken van een geheugenkaart ......................... 201
Insteken van een geheugenkaart in de camera 201 Verwijderen van een geheugenkaart uit de camera 202 Formatteren van een geheugenkaart 202 Voorzorgsmaatregelen voor de geheugenkaart 203
Kopiëren van bestanden .......................................... 204
Kopiëren van alle bestanden in het
ingebouwde geheugen naar een geheugenkaart 204 Kopiëren van een specifiek bestand van een
geheugenkaart naar het ingebouwde geheugen 205
206 AFDRUKKEN VAN BEELDEN
DPOF ........................................................................ 207
Configureren van de
afdrukinstellingen voor een enkel beeld 208 Configureren van de
afdrukinstellingen voor alle beelden 209
Gebruiken van PictBridge en USB DIRECT-PRINT 210
Afdrukken van een enkel beeld 210 Afdrukken van een groep beelden 213 Voorzorgsmaatregelen voor het afdrukken 214
PRINT Image Matching III ............................................ 215
Exif Print ................................................................... 215
7
INLEIDING
216 BEKIJKEN VAN BEELDEN MET EEN
COMPUTER
Gebruik van de camera met
een Windows computer ............................................ 216
Voorzorgsmaatregelen voor de USB aansluiting 222
Gebruik van de camera met
een Macintosh computer.......................................... 222
Voorzorgsmaatregelen voor de USB aansluiting 226
Bediening die u kunt uitvoeren vanaf uw computer 226
Gebruiken van een geheugenkaart om beelden over te schrijven naar een computer ... 227
Geheugendata ......................................................... 228
DCF protocol 228 Geheugenmapstructuur 228 Door de camera ondersteunde beeldbestanden 230 Voorzorgsmaatregelen voor het
ingebouwde geheugen en de geheugenkaart 231
232 GEBRUIKEN VAN DE CAMERA MET EEN
COMPUTER
Gebruik van de albumfunctie ................................... 232
Creëren van een album 232 Selecteren van een album layout 234 Configureren van gedetailleerde albuminstellingen 234 Bekijken van albumbestanden 237 Opslaan van een album 239 Wissen van een album 240
Installeren van de software van de CD-ROM .......... 240
Aangaande de gebundelde CD-ROM
(CASIO Digital Camera Software) 240 Computersysteem vereisten 242
Installeren van de software van de
CD-ROM in Windows ............................................... 243
Voorbereidingen 244 Selecteren van een taal 244 Bekijken van het Lees mij bestand 244 Installeren van een applicatie 245 Bekijken van gebruikersdocumentatie
(PDF bestanden) 245 Gebruikersregistratie 246 Verlaten van de menu applicatie 246
Installeren van software van de
CD-ROM op een Macintosh computer .................... 246
Installeren van software 246 Bekijken van gebruikersdocumentatie
(PDF bestanden) 247
8
INLEIDING
249 APPENDIX
Menureferentie ......................................................... 249
Indicator referentie ................................................... 252
Opnamefuncties (REC) 252 Weergavefunctie (PLAY) 253 Snelle oplaadeenheid 254
Gids voor het oplossen van moeilijkheden .............. 255
Mocht u problemen ondervinden bij het
installeren van de USB driver 259
Tonen van boodschappen 260
Technische gegevens ............................................... 262
BELANGRIJK!
De inhoud van deze gebruiksaanwijzing is onder voorbehoud en kan zonder voorafgaande mededeling worden veranderd.
CASIO COMPUTER CO., LTD. aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor schade of verlies voortvloeiend uit het gebruik van deze gebruiksaanwijzing.
CASIO COMPUTER CO., LTD. aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor verlies of eisen tot schadevergoeding door derden die voortvloeien uit het gebruik van de EX-P700.
CASIO COMPUTER CO., LTD. zal niet aansprakelijk gesteld worden voor schade of verlies door u of door derden door het gebruik van Photo Loader en of Photohands.
CASIO COMPUTER CO., LTD. aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor schade of verlies door het wissen van data als gevolg van een defect, reparaties of het vervangen van de accu. Zorg er altijd voor een reservekopie te maken van belangrijke data op andere media om u in te dekken tegen verlies.
Merk op dat de voorbeeldschermen en productafbeeldingen in deze gebruiksaanwijzing ietwat kunnen afwijken van de schermen en configuratie van de camera in werkelijkheid.
• Het SD logo is een geregistreerd handelsmerk.
9
INLEIDING
• Windows, Internet Explorer en DirectX zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation
• Macintosh is een geregistreerd handelsmerk van Apple Computer, Inc.
• MultiMediaCard is een handelsmerk van Infineon Technologies AG van Duitsland en onder licentie aan MultiMediaCard Association (MMCA).
• Adobe en Reader zijn ofwel geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Adobe Systems Incorporated in the US en/of andere landen.
• Namen van andere fabrikanten, producten en diensten die gebruikt worden in deze gebruiksaanwijzing kunnen ook handelsmerken of dienst merken zijn van anderen.
• Photo Loader en Photohands zijn eigendom van CASIO COMPUTER CO., LTD. Met uitzondering van het bovengenoemde, vallen alle auteursrechten en andere gerelateerde rechten van deze applicaties toe aan CASIO COMPUTER CO., LTD.
Door auteursrechten opgelegde beperkingen
Behalve met als doeleinde uw eigen persoonlijke genoegen is het kopiëren van snapshotbestanden, filmbestanden en audiobestanden zonder toestemming in overtreding met auteursrechten en internationale verdragen. Het tegen vergoeding of gratis distribueren van dergelijke bestanden aan derden via het internet zonder toestemming van de eigenaar van de auteursrechten is in overtreding met de wetgeving ten aanzien van auteursrechten en internationale verdragen.
10
INLEIDING

Kenmerken

7,2 miljoen effectieve beeldpunten De CCD voorziet in het totaal in 7,41 miljoen beeldpunten voor een bijzonder hoge resolutie voor heldere, duidelijke beelden en afdrukken.
2,0-inch TFT LCD kleurenscherm
Lange levensduur van de accu
Het lage stroomverbruik ontwerp en de grote capaciteit van de accu geven langere opname en weergave tussen het opladen van de accu.
16X naadloze zoom (pagina 68) 4X optische zoom, 4X digitale zoom
8,9 MB flash-geheugen Beelden kunnen opgenomen worden zonder gebruik van een geheugenkaart.
Snelle, nauwkeurige autofocus Een fasedifferentiaalsensor werkt in combinatie met contrast autofocus om sneller te kunnen scherpstellen.
Drie doorlopende sluiterfuncties (pagina 100) Naast de normale doorlopende sluiterfunctie die doorlopend opnamen kan maken zolang er geheugen vrij is, kunt u ook een snelle doorlopende sluiter en een actie­stop doorlopende sluiter gebruiken waarbij een serie snapshots genomen wordt als een enkel beeld.
Vier automatische klassefuncties (pagina 105) Instelbare variabelen kunnen ingesteld worden om meerdere versies van een beeld te maken met een verschil in de instellingen voor de belichting, de witbalans of de scherpstelafstand. Niet-instelbare variabelen creëren meerdere versies van een beeld m.b.v. filters en andere instellingen.
Ex-Finder zoeker (pagina 32) De Ex-Finder zoeker geeft u een schat aan gegevens via het beeldscherm terwijl u beelden aan het samenstellen bent.
Ex menu (pagina 143) Het snelkoppelmenu geeft toegang tot vier vaak gebruikte instellingen.
Multi autofocus (pagina 82) Wanneer de instelling ‘Multi’ (meervoudig) wordt ingesteld voor het autofocus kader, neemt de camera zeven metingen op verschillende punten en kiest automatisch de beste. Dit maakt het mogelijk om te voorkomen dat per vergissing op de achtergrond scherpgesteld wordt waardoor mogelijk niet goed scherpgesteld wordt op een onderwerp op de voorgrond.
Verplaatsbaar automatisch scherpstelkader (pagina 82) U kunt het scherpstelkader verplaatsen naar de gewenste plaats.
Ondersteuning voor SD geheugenkaarten en MMC (MultiMediaCard = multimedia kaart) voor geheugenuitbreiding (pagina 201).
11
INLEIDING
Manual Assist (handbedieninghulp) (pagina 97) Volg de in-beeld aanwijzingen bij het maken van de handmatige belichtingsinstellingen.
AE vergrendeling (pagina 99) Een simpele bediening vergrendelt de scherpstelling op een bepaald onderwerp om er zeker van te zijn dat het beeld scherpgesteld is zoals u dat wilt.
Beste shot (BESTSHOT) (pagina 113) Selecteer eenvoudigweg het voorbeelddécor dat overeenkomt met het type beeld dat u probeert op te nemen en de camera voert ingewikkelde instellingen geheel automatisch uit om elke keer opnieuw mooie beelden te maken.
Business Shot (pagina 121) De Business Shot instelling corrigeert automatisch rechthoekige vormen zoals de beelden van naamkaartjes, documenten, een witbord of soortgelijke voorwerpen wanneer deze vanuit een hoek worden opgenomen.
Combinatieshot (Coupling Shot) en vooropname (Pre­shot) (paginas 117, 119) Combinatieshot (Coupling Shot) laat u twee onderwerpen combineren tot een enkel beeld terwijl vooropname (Pre­shot) u een onderwerp laat toevoegen aan een eerder opgenomen achtergrondbeeld. Dat betekent dat u beelden kunt creëren waar u en een vriend onderdeel worden van een ander beeld, terwijl alleen u en die vriend in de buurt zijn.
Drievoudige zelfontspanner (pagina 75) De zelfontspanner kan ingesteld worden om drie maal automatisch te werken.
Real-time RGB histogram (pagina 130) Een in-beeld histogram laat u de belichting bijstellen terwijl u bekijkt hoe dit de algehele beeldhelderheid beïnvloedt, hetgeen het maken van shots bij moeilijke belichtingsomstandigheden nu makkelijker maakt dan ooit te voren.
Wereldtijd (pagina 194) Door een eenvoudige bediening wordt de huidige tijd ingesteld voor de huidige plaats. U kunt kiezen uit 162 steden en 32 tijdzones.
Alarm (pagina 191) Een ingebouwd alarm helpt u bij het zich houden aan belangrijke afspraken en kan zelfs gebruikt worden i.p.v. een alarmklok. U kunt ook een speciaal beeld laten tonen of een film of een geluidsbestand laten spelen op het moment dat de alarmtijd bereikt wordt.
Albumfunctie (pagina 232) Er worden automatisch HTML bestanden gegenereerd om een album te creëren van opgenomen beelden. De inhoud van het album kan worden bekeken en afgedrukt m.b.v. een standaard Web browser. Beelden kunnen tevens snel en gemakkelijk worden ingepast in Web paginas.
12
INLEIDING
Kalenderscherm (pagina 166) Een simpele bedieningshandeling geeft een kalender met een volledige maand weer op het beeldscherm van de camera. Elk dag van de volledige maandkalender toont een thumbnail van het eerste beeld dat op die datum was opgenomen hetgeen het zoeken naar een bepaald beeld gemakkelijker en sneller.
Audio Snapshot functie (pagina 126) Gebruik deze functie om snapshots op te nemen die audio bevatten.
Film + audio functie (pagina 124)
Spraakopname (pagina 128)
Snel en gemakkelijk opnemen van spraakdata.
Post-opname (pagina 173) Gebruik deze functie om audio toe te voegen aan snapshots nadat u die heeft opgenomen.
Selecteerbare geluidsinstellingen (pagina 186) U kunt verschillende geluiden configureren die dan gespeeld worden telkens wanneer u de camera inschakelt, de sluitertoets halverwege of geheel indrukt of een toetsbewerking uitvoert.
Kaartafstandsbediening (pagina 144)
Aansluitingsmogelijkheid voor een externe flitser
(pagina 149)
Ondersteuning voor conversie-objectief/close-up objectief (pagina 153) Het conversie-objectief verbetert de kwaliteit van opnamen met telefoto en groothoek terwijl het close-up objectief macro-opnamen verbetert.
DCF data opslag (pagina 228) Het DCF (Design rule for Camera File system) data opslagprotocol voorziet in beeld compatibiliteit tussen camera en printers.
Digital Print Order Format (DPOF) (pagina 207) Beelden kunnen gemakkelijk afgedrukt worden in de gewenste volgorde door gebruik te maken van een DPOF-compatibele printer. DPOF kan ook gebruikt worden voor het specificeren van beelden en hoeveelheden door professionele afdrukdienstverleningen.
PRINT Image Matching III Compatibel (pagina 215) Beelden omvatten PRINT Image Matching III data (functie instelling en andere camera instelinformatie). Een printer die PRINT Image Matching III ondersteunt, leest deze data en stemt het afgedrukte beeld daarop af zodat de beelden er uit komen zoals u bedoeld had toen u ze opnam.
13
INLEIDING
USB DIRECT-PRINT en PictBridge ondersteuning (pagina 210) Sluit direct aan op een printer die compatibel is met USB DIRECT-PRINT of PictBridge en u kunt beelden afdrukken zonder dit via de computer te doen.
Stuur beelden over naar een computer door gewoonweg de camera met een USB kabel te verbinden (pagina 216).
Sluit de camera m.b.v. de AV kabel aan op een TV en gebruik dan het beeld op het televisiescherm voor het opnemen en bekijken van beelden (pagina 176).
Photo Loader en Photohands (pagina 241) Uw camera wordt geleverd met Photo Loader, de populaire applicatie die automatisch beelden laadt van uw camera naar uw PC. Ook is Photohands bijgesloten, een applicatie die het retoucheren van beelden versnelt en vergemakkelijkt.

Voorzorgsmaatregelen

Algemene voorzorgsmaatregelen

Let erop altijd de volgende belangrijke voorzorgsmaatregelen na te leven wanneer u de EX-P700 gebruikt.
Alle verwijzingen in deze gebruiksaanwijzing naar camera verwijzen naar de CASIO EX-P700 digitale camera.
Probeer nooit beelden op te nemen of het ingebouwde display te gebruiken terwijl u een motorvoertuig aan het besturen bent of terwijl u aan het lopen bent. Dit creëert namelijk het gevaar op een ernstig ongeluk.
Probeer nooit de behuizing van de camera te openen of uw eigen reparaties uit te voeren. Als de interne hoogspanningscomponenten ontbloot worden, creëert dit gevaar op elektrische schok. Laat onderhoud en reparatiewerkzaamheden altijd over aan door een CASIO erkende onderhoudswerkplaats.
Kijk nooit door de zoeker van de camera naar de zon of naar een ander helder licht. Hierdoor kunt u uw gezichtsvermogen beschadigen.
Houd de kleine onderdelen en accesoires van deze camera buiten het bereik van kleine kinderen. Mocht een klein onderdeel per ongeluk ingeslikt worden, neem dan onmiddellijk contact op met uw arts.
14
INLEIDING
Richt de flitser nooit op een persoon die een motorvoertuig aan het besturen is. Dit kan hinderlijk zijn en het gevaar op een ongeluk met zich meebrengen.
Gebruik de flitser nooit als deze te dicht bij de ogen van het onderwerp is. Intens licht kan schade toebrengen aan het gezichtsvermogen als de flitser op te korte afstand wordt gebruikt, in het bijzonder geldt dit voor kinderen. Bij gebruik van de flitser dient de camera minstens één meter van de ogen van het onderwerp gehouden te worden.
Houd de camera uit de buurt van water en andere vloeistoffen en laat hem nooit nat worden. Vocht brengt het gevaar op elektrische schok en brand met zich mee. Gebruik de camera nooit buiten in de regen of sneeuw, bij de kust of op het strand, in de badkamer, enz.
Mocht een vreemd voorwerp of water de camera binnendringen, schakel deze dan onmiddellijk uit. Verwijder daarna de accu uit de camera en/of het netsnoer van de netadapter uit het stopcontact en neem contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde erkende CASIO onderhoudswerkplaats. Als het gebruik van de camera onder deze omstandigheden wordt voortgezet, brengt dit het gevaar op elektrische schok en brand met zich mee.
Mocht u ooit rook of een vreemde geur bespeuren bij de camera, schakel de camera onmiddellijk uit. Er daarbij op lettend dat u uw vingers niet brandt, verwijder daarna de accu uit de camera en/of het netsnoer van de netadapter uit het stopcontact en neem contact op met uw dealer of de dichtstbijzijnde erkende CASIO onderhoudswerkplaats. Als het gebruik van de camera onder deze omstandigheden wordt voortgezet, brengt dit het gevaar op elektrische schok en brand met zich mee. Overtuig u er eerst van dat er geen rook meer uit de camera komt en neem de camera dan ter reparatie mee naar de dichtstbijzijnde erkende CASIO onderhoudswerkplaats. Probeer onderhoud en reparaties nooit zelf uit te voeren.
Gebruik de netadapter nooit om andere apparatuur dan deze camera van spanning te voorzien. Gebruik ook nooit een andere netadapter dan de meegeleverde om deze camera van spanning te voorzien.
Bedek de netadapter nooit met een plaid, een deken of een andere afdekking terwijl hij gebruikt wordt en gebruik de adapter ook niet bij een kachel.
Trek de stekker van het netadaptersnoer minstens eens per jaar uit het stopcontact en reinig het gedeelte bij de stekers van de stekker. Stof kan zich ophopen rond de stekers en gevaar op brand met zich meebrengen.
15
INLEIDING
Mocht de behuizing van de camera ooit breken doordat de camera gevallen is of op andere manier blootgesteld is aan een ruwe behandeling, schakel dan onmiddellijk de spanning uit. Verwijder daarna de accu van de camera en/of haal de stekker van het netadaptersnoer uit het stopcontact en neem contact op met de dichtstbijzijnde CASIO erkende onderhoudswerkplaats.
Gebruik de camera nooit in een vliegtuig of een andere plaats waar het gebruik ervan verboden is. Dit kan namelijk het gevaar op een ongeluk met zich meebrengen.
Materiële schade en defecten van deze camera kunnen er toe leiden dat de in het geheugen opgeslagen data gewist wordt. Maak altijd reservekopieën van data door ze over te sturen naar het geheugen van een PC.
Open nooit het accudeksel, verbreek nooit de aansluiting van de netadapter met de camera en trek deze nooit uit het stopcontact terwijl een beeld wordt opgenomen. Niet alleen maakt dit het onmogelijk de huidige beelden op te nemen, het kan ook de andere beelddata beschadigen die reeds opgeslagen waren in het bestandgeheugen van de camera.

Test voor juiste bediening voordat u de camera gebruikt!

Voordat u de camera gaat gebruiken voor het maken van belangrijke opnamen moet u zich er eerst van gewissen dat de camera goed werkt en op de juiste manier geconfigureerd is door een aantal testopnamen te maken en de resultaten te bekijken (pagina 19).
16
INLEIDING

Voorzorgsmaatregelen bij data foutlezingen

Uw digitale camera is vervaardigd met digitale precisie­onderdelen. Bij elk van de volgende omstandigheden bestaat het gevaar op de beschadiging van data in het bestandgeheugen.
Het verwijderen van de accu of de geheugenkaart
terwijl de camera zojuist bezig is met het opnemen van een beeld of toegang heeft tot het geheugen
Het verwijderen van de accu of het verwijderen van de
geheugenkaart terwijl de bedrijfsindicator nog aan het knipperen is nadat u de camera uitgeschakeld heeft
Het verbreken van de aansluiting van de USB kabel
terwijl het versturen van data plaatsvindt
Lage batterijspanningAndere abnormale omstandigheden
Elk van de bovengenoemde omstandigheden kan er toe leiden dat een foutlezing op het scherm verschijnt (pagina
260). Volg de aanwijzingen in de melding om de oorzaak
van de foutlezing te elimineren.

Voorwaarden voor juiste werking

Deze camera is ontworpen voor gebruik bij temperaturen tussen 0°C en 40°C.
Gebruik de camera niet en berg hem niet op op de volgende plaatsen.
Op plaatsen die blootstaan aan het directe zonlicht.Op plaatsen die blootstaan aan hoge vochtigheid of
veel stof.
In de omgeving van airconditionings, kachels of
andere plaatsen die blootstaan aan extreme temperaturen.
Binnenin een gesloten voertuig, in het bijzonder
wanneer deze in de zon geparkeerd staat.
Op plaatsen die blootstaan aan sterke trillingen.
17
INLEIDING

Condens

Wanneer u de camera binnen brengt op een koude dag of op een andere manier blootstelt aan plotselinge veranderingen in temperatuur, bestaat de mogelijkheid dat condens zich kan gaan vormen op de buitenkant of op de inwendige componenten. Condens kan defectieve werking veroorzaken zodat u moet vermijden dat de hij blootstaat aan omstandigheden die condens kunnen veroorzaken.
Om te voorkomen dat condens überhaupt gevormd wordt, dient u de camera in een plastic tas te plaatsen voordat u hem naar een plaats brengt die veel warmer of kouder is dan de huidige plaats. Laat de camera in de plastic tas totdat de lucht in de tas de kans heeft gekregen om dezelfde temperatuur als die van de nieuwe plaats heeft bereikt. Mocht condens zich toch gevormd hebben, verwijder dan de accu van de camera en laat accudeksel voor enkele uren open.

Lens en fasedifferentieelsensor

Oefen nooit te veel kracht uit bij het reinigen van het oppervlak van de lens en de fasedifferentieelsensor. Dit kan namelijk krassen veroorzaken op de lens en op de fasedifferentieelsensor waardoor verkeerde werking kan onstaan.
Vingerafdrukken, stof en anderszins bevuilen van de lens en de fasedifferentieelsensor kan op de juiste manier opnemen belemmeren. Raak de lens en de fasedifferentieelsensor nooit met de vingers aan. U kunt stofdeeltjes van de lens en de fasedifferentieelsensor verwijderen met een lensblazer. Veeg vervolgens het oppervlak van de lens en van de fasedifferentieelsensor af met een zachte lensdoek.
Wanneer u met de camera ergens op richt dient u er op te letten dat uw vinger de fasedifferentieelsensor niet blokkeert.

Overige

Tijdens het gebruik kan de camera ietwat warm worden. Dit duidt niet op een defect.
Als de buitenkant van de camera gereinigd dient te worden, veeg deze dan af met een zachte, droge doek.
18

SNELSTARTGIDS

SNELSTARTGIDS

Laad de accu eerst op!

1.
Laad de oplaadbare lithium-ion accu (NP-40) op die meegeleverd wordt met de camera (pagina 37).
Merk op dat de vorm van de snelle oplaadeenheid afhangt van het gebied waar de camera wordt aangeschaft.
Het kost ongeveer twee uur om de batterijen volledig op te laden.
1
1
2
2
Type met netsnoer
[CHARGE] indicator licht rood op tijdens het opladen. [CHARGE] indicator wordt groen nadat het opladen is voltooid.
[CHARGE] indicator licht rood op tijdens het opladen. [CHARGE] indicator wordt groen nadat het opladen is voltooid.
Insteektype
19
SNELSTARTGIDS
2.
Leg de accu in de camera (pagina 41).
1
2
3
Stopnok
20
SNELSTARTGIDS

Configureren van de displaytaal en de klokinstellingen

Let erop det volgende instellingen te configureren voordat u de camera gebruikt voor het opnemen van beelden. Zie pagina 54 voor details.
1
2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9
1.
Druk op de spanningstoets om de camera in te schakelen.
2.
Druk op [] om de gewenste taal te selecteren.
3.
Druk op [SET] om de taalinstelling te registreren.
4.
Selecteer het gewenste geografische gebied m.b.v. [], [], [] en [] en druk vervolgens op [SET].
5.
Selecteer de gewenste stad m.b.v. [] en [] en druk vervolgens op [SET].
6.
Selecteer de gewenste zomertijdinstelling m.b.v. [] en [] en druk vervolgens op [SET].
7.
Selecteer de gewenste datumformaatinstelling m.b.v. [] en [] en druk vervolgens op [SET].
8.
Stel de datum en de tijd in.
9.
Druk op [SET] om de klokinstellingen te registreren en het instelscherm te verlaten.
21
SNELSTARTGIDS
1200N
1600
10
04/1212
24
12
58
ISO 80 F2.8
1/1000

Opnemen van een beeld

Zie pagina 58 voor details.
Groene bedrijfsindictator
3
1.
Snapshotfunctie icoon
1
2
4
1600
1200N
ISO 80 F2.8
1/1000
04/
12
10
IN
/24 :
58
Druk op de spanningstoets om de camera in te schakelen.
2.
Zet de functiedraairegelaar op (snapshot functie).
3.
Richt de camera op het onderwerp, gebruik het beeldscherm of de zoeker om het beeld te componeren en druk de sluitertoets half in.
Scherpstelkader
Bij het verkrijgen van een juiste scherpstelling wordt het scherpstelkader groen terwijl de groene bedrijfsindicator gaat branden.
4.
Houd de camera stil en druk de sluitertoets voorzichtig geheel in.
22
SNELSTARTGIDS

Bekijken van een opgenomen beeld

Zie pagina 157 voor details.
1
2
3
1.
Druk op de spanningstoets om de camera in te schakelen.
2.
Zet de functiedraairegelaar op
(weergavefunctie (PLAY)).
3.
Blader m.b.v. [] and [] door de beelden.

Wissen van een beeld

Zie pagina 178 voor details.
1
2
3
4, 5, 6
1.
Druk op de spanningstoets om de camera in te schakelen.
2.
Zet de functiedraairegelaar op (weergavefunctie (PLAY)).
3.
Druk op [EX ].
4.
Laat het beeld zien dat u wilt uitwissen m.b.v. [] en [].
5.
Selecteer “Delete” (wissen) m.b.v. [] en [].
Selecteer Cancel (annuleren) om de beeldwisfunctie te verlaten zonder iets uit te wissen.
6.
Druk op [SET] om het beeld te wissen.
23

VOORBEREIDINGEN

VOORBEREIDINGEN
Dit hoofdstuk bevat informatie die u dient te weten aangaande het gebruik van de camera en wat u dient te doen voordat u daaraan gaat beginnen.

Betreffende deze gebruiksaanwijzing

Dit hoofdstuk bevat informatie over de afspraken die in deze gebruiksaanwijzing worden gebruikt.
Terminologie
De volgende tabel definiëert de terminologie die in deze gebruiksaanwijzing wordt gebruikt.
Deze term wordt in deze gebruiksaanwijzing gebruikt:
camera
bestandgeheugen
accu
snelle oplaadeenheid
Betekenis:
De CASIO EX-P700 digitale camera
De plaats waar de camera op het ogenblik beelden opslaat die u opneemt (pagina 60)
De NP-40 oplaadbare lithium-ion accu
De CASIO BC-30L snelle oplaadeenheid
24
Deze term wordt in deze gebruiksaanwijzing gebruikt:
een opnamefunctie (REC)
digitale ruis
Betekenis:
De op dat moment geselecteerde opnamefunctie (Snapshot, BESTSHOT, Lensopening prioriteit AE, Sluitersnelheid prioriteit AE, Handmatige belichting, filmopname, spraakopname)
Kleine spikkels of “sneeuw” in het opgenomen beeld of op het beeldscherm waardoor het beeld er korrelig uitziet.
VOORBEREIDINGEN
Toetsbediening
De bediening van toetsen wordt aangegeven door de toetsnaam binnen haakjes ([ ]).
In-beeld tekst
De in-beeld tekst wordt altijd door dubbele aanhalingstekens (“ ”) omsloten.
Bestandgeheugen
De term bestandgeheugen in deze gebruiksaanwijzing is een algemene term die slaat op de huidige plaats waar uw camera de beelden die u opneemt aan het opslaan is. Dit kan één van de volgende drie lokaties betreffen.
Het ingebouwde flash-geheugen van de camera
Een SD geheugenkaart die in de camera geladen is
Een MultiMediaCard die in de camera geladen is
Zie pagina 228 voor meer informatie aangaande hoe de camera beelden opslaat.
25
VOORBEREIDINGEN
0

Algemene gids

De volgende afbeeldingen tonen de namen van elk component, elke toets en elke schakelaar op de camera.

Camera

Voorkant
2
1 C
B
D
E
F
A
3
4
5
6
7
8
9
1 Zoomregelaar 2 Sluitertoets 3 Spanningstoets 4 Zoeker 5 Zelfontspannerindicator 6 Afstandsbedieningssignaal-
ontvanger
7 Luidspreker
8 Synchro-aansluiting voor
externe flitser
9 Lensring
Vergeet niet de lensring op het camera objectief te installeren wanneer u het conversie-objectief niet gebruikt. Optisch zoomen is mogelijk tot slechts twee maal als de lensring niet juist geïnstalleerd is.
0 Lens A Fasedifferentieelsensor B Microfoon C Flitser D Gelijkspanningsingang [DC IN]
(netadapteraansluiting)
E [USB/AV] aansluitingspoort F Deksel van het aansluitingspaneel
Open het deksel van het aansluitingspaneel
26
VOORBEREIDINGEN
P
Achterkant
G V
U T
H
S
I
J
R
Q
K L
M N
O
G Zoeker H Werkingsindicator I [ ] scherpsteltoets J [ ] flitser/kalendertoets K Functiedraairegelaar
: Weergavefunctie (PLAY) : Snapshotfunctie : BESTSHOT functie : Lensopening prioriteit AE functie : Sluitersnelheid prioriteit AE functie : Handmatige belichtingfunctie : Filmfunctie : Spraakopnamefunctie
L [MENU] toets M Riemring N [ ] (zelfontspanner/
afstandsbediening) toets
O [PREVIEW] voorvertoningtoets P [SET] insteltoets Q [][][][] R [DISP] displaytoets S Beeldscherm
27
T [EX ] EX/wistoets U [AE-L] AE vergrendelingstoets V [ BKT] (doorlopende sluiter/
automatisch klassefunctie) toets
Opnamefuncties (REC)
VOORBEREIDINGEN
XW
[
Achterkant
W Accudeksel X Statiefschroefgat
Gebruik dit gat bij montage van een statief.
Y Stopnok Z Accucompartiment [ Geheugenkaartsleuf
Y
Z
28
VOORBEREIDINGEN

Inhoud van het beeldscherm

Het beeldscherm maakt van verschillende indicators en iconen gebruik om u op de hoogte te houden van de status van de camera.
Merk op dat de voorbeeldschermen in dit hoofdstuk enkel dienen ter illustratie. Ze komen niet precies overeen met de inhoud van het scherm dat geproduceerd wordt door de camera.

Opnamefuncties (REC)

9
78
56
4
21
3
E
D
C
1 Flitserfunctie indicator
(pagina 71)
Geen Automatisch
Flitser uit
0
A
B
Flitser aan
Vermindering van het rode ogen effect
Als de camera signaleert dat de flitser gebruikt moet worden terwijl automatisch flitsen geselecteerd is, verschijnt de Flitser aan indicator wanneer de sluitertoets halverwege wordt ingedrukt.
2 Scherpstelfunctie
indicator (pagina 80)
Geen Autofocus
Macro
Panfocus
Oneindig
Handmatig scherpstellen
(panfocus) verschijnt alleen tijdens de filmfunctie (Movie).
3 Witbalansindicator
(pagina 90)
Geen Automatisch
1
2
4 Doorlopende sluiter/
automatische klassefunctie (paginas 100, 105)
29
Daglicht
Bewolkt
Schaduw
TL-verlichting 1
TL-verlichting 2
Gloeilamp
Flitser
Handmatig
Enkele opname
Snelle doorlopende sluiter
Doorlopende sluiter bij normale snelheid
Meervoudige doorlopende sluiter
AE klassering
AEB
WB klassering
WBB
Scherpstel klassering
AFB
Meervoudige klassering
5 Zelfontspanner/
afstandsbedieningsfunctie (paginas 74, 146)
Geen 1 opname
10-seconden
10
s
zelfontspanner 2-seconden
2
s
zelfontspanner Drievoudige
x3
zelfontspanner
Afstandsbediening
Afstandsbediening en 2-seconden
2s
zelfontspanner
VOORBEREIDINGEN
6 Opnamefunctie (REC)
(pagina 58)
Snapshot
BESTSHOT
Lensopening prioriteit AE
Sluitersnelheid prioriteit AE
Handmatige belichting
Film
Spraakopname
7 Meetfunctie indicator
(pagina 135)
Meervoudig meten
Centrum-georiënteerd meten
Puntmeten
8 Beeldformaat
(pagina 77)
3072×2304 beeldpunten 3072×2048 (3:2) beeldpunten 2304×1728 beeldpunten 1600×1200 beeldpunten 1280×960 beeldpunten
640×480 beeldpunten
Filmopname: Opnametijd
9 Resterende
geheugencapaciteit (paginas 124, 262)
(Resterend aantal beelden dat kan worden opgeslagen) Filmopname: Resterende opnametijd
0 Beeldkwaliteit
(pagina 78)
F : FINE (fijn) N : NORMAL (normaal) E : ECONOMY (economisch) T : TIFF
A Geheugenindicator
(pagina 201)
Ingebouwd geheugen ingesteld voor data opslag.
Geheugenkaart geselecteerd voor data opslag.
B Datum en tijd
(pagina 192)
C Accucapaciteit
(pagina 45)
D Histogram (pagina 130)
E Scherpstelkader
(pagina 61)
Scherpgesteld: Groen
Niet scherpgesteld: Rood
LET OP
Als de instelling van één van de volgende functies veranderd wordt, verschijnt een icoongids hulpboodschap op het beeldscherm. U kunt icoonhulp uitschakelen (pagina 139) als u dat wilt. Opnamefuncties (REC), flitserfunctie, scherpstelfunctie, witbalans, zelfontspanner-/ afstandsbedieningsfunctie, meetfunctie.
30
Loading...
+ 237 hidden pages