Buienradar BR-2000 User guide [nl]

BR-2000
Professioneel draadloos weerstation
Gebruiksaanwijzing
INHOUDSOPGAVE
1 INTRODUCTIE ............................................................................................ 4
1.1 Systeembeschrijving: ........................................................................... 4
Buiten-unit ........................................................................................ 4
Binnen-unit ....................................................................................... 4
Display-unit ...................................................................................... 4
1.2 Menustructuur ...................................................................................... 5
2 OVERZICHT ................................................................................................ 6
2.1 Buiten-unit ............................................................................................ 6
2.2 Binnen-unit ........................................................................................... 7
3.1 Binnen-unit ........................................................................................... 8
3.2 Buiten-unit: ........................................................................................... 8
Windvaan ......................................................................................... 8
Bevestigen van de meegeleverde pijp ............................................. 9
Voeding ............................................................................................ 9
Plaatsen buiten-unit ......................................................................... 9
4 GEBRUIKEN ............................................................................................. 10
4.1 Binnen-sensor .................................................................................... 10
4.2 Weer-scherm ...................................................................................... 10
4.3 Max/Min-scherm ................................................................................ 13
4.4 Historie-scherm .................................................................................. 14
5 INSTELLEN ............................................................................................... 16
5.1 Instel-scherm: ..................................................................................... 16
Tijd en datum ................................................................................. 16
Tijdformaat ..................................................................................... 17
Datumformaat ................................................................................ 17
Temperatuur Unit ........................................................................... 17
Luchtdruk Unit................................................................................ 17
Windsnelheid Unit .......................................................................... 17
Neerslag Unit ................................................................................. 17
Licht Unit ........................................................................................ 17
Neerslag Weergave ........................................................................ 17
Luchtdruk Weergave ...................................................................... 17
Weerbeeld ..................................................................................... 18
Storm ............................................................................................. 18
Actueel weer .................................................................................. 18
Regen reset ................................................................................... 18
2
Bewaar interval .............................................................................. 18
5.2 Alarm-scherm..................................................................................... 19
5.3 Correctie-scherm................................................................................ 20
5.4 Systeem-scherm ................................................................................ 21
Opnieuw registreren [Binnen] ........................................................ 21
Opnieuw registreren [Buiten] ......................................................... 22
Historie wissen ............................................................................... 22
Max/Min wissen ............................................................................. 22
Fabrieksinstellingen ....................................................................... 23
Back-up gegevens ......................................................................... 23
Taal ................................................................................................ 23
6 BACK-UP .................................................................................................. 24
6.1 Voorbereiding ..................................................................................... 24
6.2 Back-up maken .................................................................................. 24
7 SPECIFICATIES ........................................................................................ 25
7.1 Voeding .............................................................................................. 25
7.2 Sensoren buiten-unit .......................................................................... 25
7.3 Sensoren binnen-unit ......................................................................... 25
7.4 Systeem ............................................................................................. 25
8 FABRIEKSINSTELLINGEN ....................................................................... 26
8.1 Basis-instellingen ............................................................................... 26
8.2 Alarm-instellingen ............................................................................. 26
9. ONDERHOUD ........................................................................................... 27
10. HET TOESTEL VERWIJDEREN (MILIEU) ................................................ 27
11. VERKLARING VAN CONFORMITEIT ....................................................... 27
12. GARANTIEVOORWAARDEN ................................................................... 28
3
1 INTRODUCTIE
1.1 Systeembeschrijving
Het Buienradar © BR-2000 weerstation bestaat uit de volgende componenten:
Buiten-unit: De buiten-unit heeft een ingebouwde regenmeter, wind­snelheidsmeter, windrichtingsensor, temperatuursensor, vochtigheidssensor en zonnecel. De meetgegevens van deze sensoren worden draadloos doorgestuurd naar de display-unit. De buiten-unit wordt gevoed door oplaad­bare batterijen die op spanning worden gehouden door de zonnecel. De buiten-unit wordt geleverd inclusief oplaadbare bat­terijen en bevestigingsmateriaal. Attentie: dit zijn geen normale oplaadbare batterijen en mogen NIET in een normale batterijlader opgeladen worden.
Binnen-unit: De binnen-unit beschikt over een temperatuursensor, vochtig­heidssensor en druksensor. De meetgegevens van deze senso­ren worden draadloos doorgestuurd naar de display-unit, tevens worden deze gegevens op het eigen display van de binnen-unit weergegeven. De binnen-unit wordt gevoed door de 2 bijgeleverde 1,5V AAA alkaline batterijen.
Display-unit: De display-unit ontvangt de meet­gegevens van de buiten- en de binnen­unit en geeft deze weer op het 17,5 cm (6.9”) grote kleuren LCD­scherm. Daarnaast worden deze meet­gegevens opgeslagen en kunnen op het scherm worden weergegeven in tabel­vorm of in gra ekvorm. De geheugencapaciteit bedraagt
660.000 records.
De display-unit wordt gevoed door de meegeleverde 5V/2A voedingsadapter.
4
1.2 Menustructuur
Het instellen en het bedienen van de display-unit is menu­gestuurd; schematisch ziet deze structuur er als volgt uit:
Weer-scherm
N
W
E
S
Max/Min-scherm
Historie-scherm
Gra ek-scherm
Deze schermen worden in de hoofdstukken 4 en 5 uitgebreid besproken.
Instel-scherm
Alarm-scherm
Correctie-scherm
terug naar het
weerscherm
Systeem-scherm
5
2 OVERZICHT
2.1 Buiten-unit:
1
11
12
2
3
10
9
8
4
6
5
7
1. windrichtingmeter: geeft de richting aan waaruit de wind waait en geeft deze door aan de display-unit
2. windsnelheidsmeter: meet de windsnelheid en geeft deze door aan de display-unit
3. zonnecelunit: deze wekt de spanning op om de batterijen op te laden
4. batterijcompartiment: ruimte voor de AA 1,5V oplaadbare Alkaline batterijen
5. zendindicatie-LED: licht op, op momenten dat de buiten-unit de meetgegevens doorstuurt naar de display-unit
6. resettoets: met een puntig voorwerp indrukken om de zender te resetten in het geval de verbinding met de ontvanger is weggevallen (zie ook paragraaf 5.4)
7. temperatuursensor: neemt de buitentemperatuur op en geeft deze door aan de display-unit
6
8. kalibratieschroef: achter een afdeksticker zit een regenmeter afstelschroef, deze schroef is door de fabriek afgeregeld en ge xeerd en heeft geen gebruikersfunctie
9. UV sensor: deze sensor meet de hoeveelheid UV-straling en geeft deze door aan de display-unit
10. lichtsensor: deze sensor meet de hoeveelheid licht en geeft deze door aan de display-unit
11. regenmeter: onder deze opvangbak zit de eigenlijke regenmeter die de hoe­veelheid neerslag meet en doorgeeft aan de display-unit
12. waterpas: hulpmiddel om de buiten-unit exact waterpas te plaatsen
2.2 Binnen-unit:
13. hier zitten de sensoren voor de temperatuur, luchtdruk en luchtvochtigheid
13
14. display: geeft afwisselend de binnenvochtigheid / binnentemperatuur en de luchtdruk weer
15. batterijcompartiment (achterzijde): ruimte voor de 2 meegeleverde batterijen (AAA, 1.5V)
14
15
2.3 Display-unit:
16
17
1918
16. scherm
17. functietoetsen: deze hebben de functie die op dat moment in de display wordt weergegeven
18. uitklapbare standaard bij gebruik als bureau model
19. bevestigingsogen bij wandmontage
20. slot voor SD kaart van maximaal 32GB
21. aansluiting voor voedingsadapter, 5V 2A
22. resetdrukknopje (deze heeft geen gebruikersfunctie; als u dit knopje met een puntig voorwerp indrukt, met bijvoorbeeld een rechtgebogen paperclip, dan heeft dit hetzelfde effect als de voedingsadapter even los te nemen)
20
21 22
7
3 INSTALLATIE
3.1 Binnen-unit:
De binnen-unit wordt gevoed door 2 alkaline 1,5V batterijen, formaat AAA. Verwijder het batterijdekseltje aan de achterzijde, plaats de 2 batterijen en plaats het dekseltje weer terug.
Bevestig de muurplaat op ooghoogte met behulp van de 3 kleine meegeleverde schroeven aan de wand (zie ook de plaat-
5
5
singtips hieronder), klik dan de binnen-unit in de muurplaat.
Plaatsingtips:
Hang de binnen-unit centraal in de ruimte, bij voorkeur op ooghoogte.
Zorg dat de omgevingstemperatuur bij de binnen-unit niet wordt beïnvloed
door lampen, radiatoren, deuren of ramen, tocht en dergelijke.
Hang de unit vrij, dus niet achter bijvoorbeeld een gordijn.
3.2 Display-unit:
De display-unit wordt gevoed via de meegeleverde 5V voedingsadapter. Zorg dus dat een 230Volt stopcontact aanwezig is in de nabijheid van de display-unit.
U kunt de display-unit aan de wand bevestigen. Boor daartoe met een onderlinge afstand van 6,6 cm 2 gaten naast elkaar in de wand en plaats hierin plug en schroef. Laat de kop van de schroef enkele mil­limeters uitsteken. Bevestig de display-unit door deze met de sleutelgat­openingen aan de achterzijde over de schroeven te hangen.
Gebruikt u de display-unit staand op een bureau of tafel, gebruik dan de standaard die u aan de achterzijde uit de display-unit kunt klikken.
U schakelt de display-unit in door het voedingsadapterplugje in de display-unit te steken en de adapter in een 230V stopcontact te doen. Na enkele seconden start de display-unit op.
aansluiting voedings­adapter
3.2 Buiten-unit:
Windvaan: Schuif de windvaan over de as, hierbij rekening houdend met de afgeplatte zijde in de as en in de windvaan.
Gebruik hierna de meegeleverde inbussleutel om de windvaan op de as vast te zetten.
8
Bevestigen van de meegeleverde pijp:
1 432
1. ontgrendel de pijp-borging van de buiten-unit door deze zwarte ring linksom
los te klikken
2. schuif de pijp met de inkepingen in de buiten-unit
3. draai de pijp rond zijn lengte-as zodat de inkepingen van de pijp in de nokjes
van de buiten-unit vallen
4. schuif de borgring van onder af op de pijp en draai deze rechtsom vast aan de
buiten-unit; de pijp is nu stevig verbonden met de buiten-unit
Voeding: Open het batterijcompartiment, plaats de 3 oplaadbare batterijen en sluit het batterijcompartiment. Attentie: deze batterijen zijn NIET op te laden via een normale batterijlader.
Plaatsen buiten-unit:
Controleer eerst of de buiten-unit binnen bereik is van de
display-unit alvorens u de buiten-unit de nitief plaatst.
Gebruik de waterpas direct naast de regenmeter om de buiten-unit waterpas
te monteren.
Let op de indicatie N-E-S-W rondom de mast van de wind-
snelheidsmeter, deze moeten naar de juiste windrichting wijzen (N = noorden, E = Oosten, S = zuiden,
W = Westen).
Zorg dat de buiten-unit vrij hangt. Vooral de windsnelheids-
meter en het windvaantje moeten in de directe wind hangen.
Zoek een locatie waar de kans op
inwaaiende bladeren minimaal is. In het regenbakje gewaaide bladeren kunnen de regenmeter blokkeren of de meetresultaten beïnvloeden.
U kunt gebruik maken van het mee­geleverde bevestigingsmateriaal om de buiten-unit op de door u gewenste locatie te bevestigen.
9
4 GEBRUIKEN
4.1 Binnen-unit:
In rust geeft het display van de binnen-unit afwisselend de luchtvochtigheid + de temperatuur aan, gevolgd door de luchtdruk. Deze informatie wordt tevens door de binnen-unit naar de display-unit gezonden.
De binnen-unit wordt direct ingeschakeld zodra u de batterijen plaatst. De binnen-unit heeft geen aan-uit schakelaar.
4.2 Weer-scherm:
Zodra u de voedingsadapter heeft aangesloten en deze in een 230V stopcontact heeft gedaan, start de display-unit op. Na de opstartperiode van ruim 20 secon­den, verschijnt het Weer-scherm en geeft de volgende informatie weer:
2 1
3
4
14
13
12
11
10
10
9
5
76
8
1. weergave van de windrichting, in gra sche (animatie) vorm en in graden ten opzichte van het Noorden
2. de weersverwachting, gebaseerd op het verloop van de luchtdruk; de volgen­de weergaven zijn hierbij mogelijk:
zonnig
licht bewolkt
bewolkt
regen
storm
3. weergave van de UV index
4. weergave van de lichtsterkte
5. de actuele tijd en datum (zie paragraaf 5.1 voor het instellen van de tijd en de datum)
6. weergave van de luchtdruk
7. weergave van de hoeveelheid neerslag
8. weergave van de dauwpunt temperatuur (dit is de temperatuur waarbij water­damp omgezet wordt naar water (mist, dauw of rijp); het dauwpunt is afhanke­lijk van de omgevingstemperatuur en luchtvochtigheid)
9. weergave van de omgevingstemperatuur en luchtvochtigheid buiten
10. weergave van de omgevingstemperatuur en luchtvochtigheid binnen
11. licht op als de batterijen in de binnen-unit of in de buiten-unit leeg raken
12. weergave van de gevoelstemperatuur buiten (deze wordt berekend uit een combinatie van de luchttemperatuur en de gemiddelde windsnelheid)
13. weergave van de windsnelheid van windvlagen
14. weergave van de gemiddelde windsnelheid
11
In dit menu hebben de druktoetsen de volgende functies:
: herhaaldelijk indrukken om de helderheid te verhogen : herhaaldelijk indrukken om de helderheid te verlagen
: indrukken om de achtergrondverlichting uit te schakelen (het beeld wordt nu volledig zwart maar de unit blijft ingeschakeld); op een willekeurige toets van de display-unit drukken om de achtergrondverlichting weer in te schakelen
: om bij de luchtdrukweergave (zie bij 6 op de vorige pagina) te wisselen tussen relatieve en absolute luchtdruk
: om de neerslagweergave (zie bij 7 op de vorige pagina) in absolute vorm weer te geven of gedurende een bepaalde periode Attentie: als u kiest voor “ mm/h “ dan wordt de hoeveelheid neerslag over
een periode van 10 minuten gemeten en deze waarde wordt met 6 vermenigvuldigd. Hier wordt dus de verwachting weergegeven van de hoeveelheid regen voor het komende uur als het blijft regenen zoals in de laatste 10 minuten.
: om de historie te openen, zie ook de paragrafen 4.3, 4.4 en 4.5
: om het instellingen menu te openen, zie het volledige hoofdstuk 5
12
4.3 Max/Min-scherm:
Als u vanuit het Weer-scherm op toets
drukt, opent u het Max/Min-scherm. Dit
ziet er als volgt uit waarbij bij u andere waarden zullen worden weergegeven:
in de rode kleur worden de maximaal gemeten waarden weergegeven, samen met de betreffende tijd en datum
in de blauwe kleur worden de minimum gemeten waarden weergegeven, samen met de betreffende tijd en datum
• gebruik toets
om terug te gaan naar het Weer-scherm
• gebruik toets om naar het Historie-scherm te gaan
Max/Min wissen:
1. gebruik de toetsen
/ om het te wissen onderdeel te selecteren
2. druk op of om dit onderdeel te activeren, een vinkje (‘v’) licht op in het witte vierkantje (u kunt aansluitend meerdere onderdelen activeren)
3. druk op toets , een pop-up venster verschijnt waarin u wordt gevraagd het wissen te bevestigen
4. gebruik
of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u wilt wis-
sen of laat [Nee] groen oplichten om het wissen af te breken
5. druk op of , de Max/Min gegevens worden gewist (of het wissen wordt afgebroken als u [nee] heeft geselecteerd)
13
4.4 Historie-scherm:
Als u vanaf het Max/Min-scherm op toets
drukt, opent u het Historie-scherm. Hier kunt u de historie per tijdinterval zien. U kunt zelf de intervaltijden instellen waarop de gegevens worden vastgelegd; zie hiervoor het item ‘Bewaar interval’ in paragraaf 5.1.
• gebruik
en om het beeld naar links of naar rechts te scrollen
gebruik de toetsen / om door de historie te bladeren
als de lijst erg lang is, druk dan op toets
; een geel pop-up venster ver-
schijnt en geeft aan uit hoeveel pagina’s deze lijst bestaat
- gebruik de toetsen , , en om een paginanummer in te geven
- gebruik
of om [Ok] groen te laten oplichten
- druk op of om de gewenste pagina op het scherm te halen
standaard wordt de historie van het lopende jaar weergegeven, druk op
om een ander jaar te selecteren: (dit is pas van toepassing bij het langer in gebruik zijn van het weerstation)
- selecteer met
en het gewenste jaar
- druk op om dat jaar te openen of druk op om de historie van dat jaar te wissen (let op dat u niet de historie van het lopende jaar kunt wissen, zie paragraaf 5.4 indien u deze historie ook wilt wissen)
• gebruik toets
om de historie in gra ekvorm te zien
• gebruik toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
14
4.5 Gra ek-scherm:
Als u vanaf het Historie-scherm op toets
drukt, opent u het Gra ek-scherm.
Hier wordt het verloop van de gemeten waarden getoond in functie van de tijd.
• gebruik
en om in- of uit te zoomen
• gebruik en om langs de tijdlijn te lopen
• gebruik om de gra ek van een andere parameter te tonen
standaard wordt de gra ek van het lopende jaar weergegeven, druk op om
een ander jaar te selecteren:
- selecteer met
en het gewenste jaar
- druk op om dat jaar te openen of druk op om de historie van dat jaar te wissen
• gebruik toets
om terug te gaan naar het Weer-scherm
15
5 INSTELLEN
5.1 Instel-scherm:
Door vanuit het Weer-scherm van de display-unit op toets te drukken, opent u het Instel-scherm. Het display ziet er als volgt uit waarbij bij u de instellingen kun­nen afwijken:
16
gebruik de toetsen
• gebruik toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
• met toets gaat u naar het Alarm-scherm, zie hiervoor de volgende para-
graaf
gewijzigde instellingen hoeft u niet te bevestigen met bijvoorbeeld een OK-
toets; wijzigingen worden automatisch vastgelegd en zijn direct actief
Tijd en datum: Druk op
- selecteer ‘Tijd’ met toets /
- stel met en de uren in en druk op
- stel met en de minuten in en druk op
- stel met en de seconden in
- selecteer ‘datum’ met toets
- stel met en de dag in en druk op
- stel met en de maand in en druk op
- stel met en het jaar in
- u kunt nu met toets teruggaan naar het Instel-scherm of met toets de tijdzone waarin u verblijft wijzigen en de automatisch omschakeling bij zomer- of wintertijd uitschakelen.
of om dit onderdeel te openen
/ om het gewenste onderdeel te selecteren
Tijdformaat: Gebruik
of om te wisselen tussen een 24-uur klok (H:mm:ss) of een 12-uur
klok (h:mm:ss AM of AM h:mm:ss)
Datumformaat: Gebruik
of om de gewenste datum-weergave te selecteren.
Temperatuur Unit: Gebruik of om de temperatuur in graden Celsius of in graden Fahren
heit weer te geven (attentie: de losse binnen-unit kan de temperatuur alleen in graden Celsius weergeven).
Luchtdruk Unit: Gebruik of om de luchtdruk weer te geven in mm kwikdruk (mmHg), inch kwikdruk (inHg) of in hectoPascal (hPa). I
n de Benelux wordt gebruik gemaakt van de hectoPascal notatie; vroeger werd de luchtdruk ook wel in bar uitgedrukt, 1 mbar is gelijk aan 1 hPa.
Windsnelheid Unit: Gebruik of om de windsnelheid weer te geven in meter per seconde (m/s), kilometer per uur (km/h), knopen (knot), miles per uur (mph), beaufort (bft) of feet per second (ft/s).
Regen Unit: Gebruik of om te wisselen tussen mm of inch (in).
Licht Unit: Gebruik of om de lichtsterkte weer te geven in
W/m2 (Watt per m2), fc (foot
candle) of LUX.
Regen Weergave: Bepaal met of of u de actuele neerslag wilt zien of de neerslag over een be­paalde periode; vanuit de ruststand van de display-unit kunt u dit ook wijzigen door herhaaldelijk op toets
te drukken.
Luchtdruk Weergave: Gebruik
of om te wisselen tussen weergave van de absolute of de relatieve luchtdruk (de absolute luchtdruk is de luchtdruk die het weerstation bij u meet; de relatieve luchtdruk is de luchtdruk die het weerstation meet maar nu gecorrigeerd voor de hoogte waarop u dit meet) dit ook wijzigen door herhaaldelijk op toets
. Vanuit de ruststand van de display-unit kunt u
te drukken. Tip: op de website van luchthavens (of hun teletekstpagina’s) kunt u de heersende luchtdruk in uw omgeving opvragen; ga vervolgens naar het Correctie-scherm (zie paragraaf 5.3 en corrigeer hier indien nodig de luchtdrukweergave van uw weer­station.
17
Weerbeeld: Met de
en toetsen kunt u hier de drempel instellen wanneer er daadwerke­lijk een weersverandering zal worden aangegeven. Standaard staat deze ingesteld op 3 hPa. Er moet dus een luchtdruk verschil zijn van 3 hPa voordat er daadwer­kelijk een weersverandering wordt gesignaleerd. Deze waarde van 3 hPa kan worden aangepast naar 2 of 4 hPa.
Storm: Met de
en toetsen kan de drempel worden ingesteld wanneer een weers­verandering door het weerstation als een storm zal worden aangemerkt. Stan­daard staat deze ingesteld op ‘4’. Bij deze instelling moet een luchtdrukverschil optreden van 4 hPa binnen 3 uur voordat er daadwerkelijk een storm wordt gesig­naleerd. U kunt kiezen uit een drempel tussen 3 en 9 hPa / 3 uur.
Actueel weer: Gebruik hier de
en toetsen om de animatie te corrigeren in geval deze foutief wordt weergegeven (bijvoorbeeld ‘bewolkt’ instellen als het bij u bewolkt is maar het weerstation geeft ‘licht bewolkt’ aan. Het beste is om deze instelling niet te wijzigen.)
Regen reset: Met de
en toetsen kunt u hier de maand instellen waarop het jaartotaal en het jaarmaximum/minimum van de regenmeter wordt gereset. Deze gegevens worden gereset op het tijdstip 00:00 van de eerste dag van de maand die u hier heeft ingesteld.
18
Overige regen-reset momenten:
de neerslag per dag wordt een paar seconden na het begin van een nieuwe
dag op 0 gereset
de neerslag per week wordt in de nacht van zaterdag op zondag om een paar
seconden na middernacht gereset
de neerslag per maand wordt een paar seconden na het begin van een
nieuwe maand op 0 gereset
Deze instellingen kunt u niet wijzigen.
Bewaar interval: Geef hier in minuten de interval tijd aan tussen het bewaren van de meet­gegevens. Een geel oplichtend pop-up venster geeft aan dat de interval moet lig­gen tussen 1 en 240 minuten.
- stel met
en de honderdtallen in en druk op
- stel met en de tientallen in en druk op
- stel met en de eenheden in en druk op
5.2 Alarm-scherm:
Door vanuit het scherm ‘Instellingen’ op toets
te drukken, opent u het Alarm-
menu. Het display ziet er als volgt uit waarbij bij u de instellingen kunnen afwijken:
gebruik de toetsen
/ om het gewenste onderdeel te selecteren
- gebruik de linker temperatuur/luchtdruk kolom om maximum waarden in te voeren; komt de temperatuur of de luchtdruk boven deze waarde, dan klinkt het alarm
- gebruik de rechter temperatuur/luchtdruk kolom om minimum waarden in te voeren; komt de temperatuur of de luchtdruk onder deze waarde, dan klinkt het alarm
- de meest rechtse kolom gebruikt u voor de wekker of voor het regen- of wind-alarm
- een geel pop-up venster geeft het mogelijke bereik aan
- instellen limiet: gebruik hiervoor de toetsen
, , en
- in/uitschakelen alarm: gebruik hiervoor de toetsen of , het belletje licht nu gekleurd op
• met toets
gaat u naar het Correctie-scherm, zie hiervoor de volgende
paragraaf
• gebruik toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
Gebruik: In het Weer-scherm lichten gekleurde alarmbelletjes op bij alle meetwaarden waar u een alarm aan heeft gekoppeld:
een rood belletje als u de maximum waarde bewaakt
een blauw belletje als u de minimum waarde bewaakt
een geel belletje als u zowel de maximum waarde als de minimum waarde
bewaakt
19
Zodra een van de limieten wordt overschreden, gaat het alarmbelletje knipperen en klinkt een alarmtoontje:
het alarmtoontje klinkt zodra de limiet wordt overschreden maar stopt automa-
tisch na 120 seconden (of druk op een willekeurige toets om het alarmtoontje voortijdige te stoppen); als de limiet opnieuw wordt overschreden, klinkt het alarmtoontje opnieuw voor maximaal 120 seconden
het alarmbelletje knippert zodra en zolang de limiet overschreden wordt
5.3 Correctie-scherm:
Door vanuit het Alarm-scherm op toets
te drukken, opent u het Correctie-
menu. Het display ziet er als volgt uit waarbij bij u de instellingen kunnen afwijken:
Indien u gekalibreerde apparatuur in huis heeft, kunt u in dit menu de weergave van uw weerstation gelijk laten lopen met de weergave van uw gekalibreerde ap­paratuur
gebruik de toetsen
/ om het gewenste onderdeel te selecteren
- een geel pop-up venster geeft het mogelijke bereik aan
- gebruik de toetsen
, , en om de gekalibreerde waarden in te
voeren
• met toets gaat u naar het Systeem-scherm, zie hiervoor de volgende
paragraaf
• gebruik toets
om terug te gaan naar het Weer-scherm
WAARSCHUWING: vanaf de fabriek zijn de sensoren afgeregeld, bijregelen is dus niet nodig. Overigens worden bij een fabrieks-reset (zie de volgende para­graaf) de correcties weer op 0 teruggezet.
20
5.4 Systeem-scherm:
Door vanuit het Correctie-scherm op toets menu. Het display ziet er als volgt uit:
te drukken, opent u het systeem-
gebruik de toetsen
/ om het gewenste onderdeel te selecteren
• gebruik toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
• met toets gaat u weer naar het Instel-scherm (zie paragraaf 5.1)
Opnieuw registreren [Binnen]: In het geval van een storing of na de aanschaf van een nieuwe binnen-unit, kunt u in dit menu-onderdeel deze opnieuw aan de display-unit aanmelden.
1. zorg dat de binnen-unit spanningsloos is (geen batterijen plaatsen of de oude
batterijen er even uithalen)
2. druk op toets
of van de display-unit, een pop-up venster verschijnt
waarin u wordt gevraagd het opnieuw aanmelden te bevestigen
3. gebruik of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u opnieuw
wilt aanmelden of laat [Nee] groen oplichten om het opnieuw aanmelden af te breken Bij JA:
• plaats de batterijen in de binnen-unit
• druk binnen enkele seconden op toets of , de display-unit gaat op zoek naar de binnen-unit
• na enkele seconden hebben de display-unit en de binnen-unit elkaar gevonden en wor-
Bij NEE:
• druk op toets of van de display-unit, het pop-up venster verdwijnt en u kunt met toets
teruggaan naar het
Weer-scherm
den de meetgegevens van de binnen-unit op het display van de display-unit getoond
21
Opnieuw registreren [Buiten]: In het geval van een storing of na de aanschaf van een nieuwe buiten-unit, kunt u in dit menu-onderdeel deze opnieuw aan de display-unit aanmelden.
1. druk op toets
of van de display-unit, een pop-up venster verschijnt
waarin u wordt gevraagd het opnieuw aanmelden te bevestigen
2. gebruik
of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u opnieuw wilt aanmelden of laat [Nee] groen oplichten om het opnieuw aanmelden af te breken Bij JA:
• plaats batterijen in de buiten-unit
• druk op toets
of van de display-unit, de
display-unit gaat op zoek naar de buiten-unit
• druk met een puntig voorwerp kort op toets
reset van de buiten-unit (zie punt 6 in para­graaf 2.1)
Bij NEE:
• druk op toets
of van de display-unit, het pop-up venster verdwijnt en u kunt met toets
teruggaan naar het
Weer-scherm
• na enkele seconden hebben de display-unit en de buiten-unit elkaar gevonden en worden de meetgegevens van de buiten-unit op het display van de display-unit getoond
Historie wissen: (let op: hierbij wordt de volledige historie gewist, dus ook van het lopend jaar)
1. druk op toets
of van de display-unit, een pop-up venster verschijnt
waarin u wordt gevraagd het wissen te bevestigen
2. gebruik of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u de historie wilt wissen of laat [Nee] groen oplichten om het wissen af te breken Bij JA:
• druk op toets
gewist
• druk op toets
Weer-scherm
of , de historie wordt
om terug te gaan naar het
Bij NEE:
• druk op toets
of van de display-unit, het pop-up venster verdwijnt en u kunt met toets
teruggaan naar het
Weer-scherm
Max/Min wissen:
1. druk op toets
of van de display-unit, een pop-up venster verschijnt
waarin u wordt gevraagd het wissen te bevestigen
2. gebruik of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u de Max/ Min info wilt wissen of laat [Nee] groen oplichten om het wissen af te breken Bij JA:
• druk op toets
of , de Max/Min informatie wordt gewist; druk op toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
Bij NEE:
• druk op toets
of van de display-unit, het pop-up venster verdwijnt en u kunt met toets
teruggaan naar het
Weer-scherm
22
Fabrieksinstellingen:
1. druk op toets
of van de display-unit, een pop-up venster verschijnt
waarin u wordt gevraagd deze handeling te bevestigen
2. gebruik of om het woordje [Ja] groen te laten oplichten als u de fa­brieksinstellingen wilt terugzetten of laat [Nee] groen oplichten om het terug­zetten af te breken Bij JA:
• druk op toets
of , de fabrieksinstellingen worden teruggezet; druk op toets om terug te gaan naar het Weer-scherm
(zie hoofdstuk 8 voor de fabrieksinstellingen)
Bij NEE:
• druk op toets
of van de display-unit, het pop-up venster verdwijnt en u kunt met toets
teruggaan naar het
Weer-scherm
Back-up gegevens: Het kopiëren van de meetgegevens op een SD kaart als back-up of om deze in andere programma’s te verwerken, staat uitgebreid beschreven in het volgende hoofdstuk.
Taal:
1. druk op toets
of om een andere taal te selecteren
Instructies om een vertrouwde taal in te stellen in het geval u per abuis een onbe­kende taal heeft ingesteld:
1. druk vanuit het Weer-scherm 4x op toets (na elke druk even wachten totdat het display omgeschakeld is)
2. druk 2x op toets
3. zoek met of de gewenste taal
4. druk op toets
om terug te gaan naar het Weer-scherm
Info:
1. druk op toets of om de systeeminformatie van het weerstation weer te geven
2. druk op toets
om terug te gaan naar het Systeem-scherm
23
6 BACK-UP
Het interne geheugen van de BR-2000 heeft een capaciteit van 660.000 records, dus 660.000 temperaturen, windsnelheden, luchtdrukken enzovoorts. Deze meetgegevens kunt u op een micro-SD kaart kopiëren als back-up of om deze in andere programmatuur te verwerken. Een micro-SD kaart is niet meegeleverd.
Bij het bewaren van de meetgegevens wordt de data in een .CSV formaat op de SD-kaart opgeslagen. Een .CSV bestand (CSV = Comma Separated Values) is een kommagescheiden bestand wat gelezen kan worden met database program­ma’s. Voor eventuele CSV readers verwijzen wij u naar het internet of uw software leverancier.
6.1 Voorbereiding:
Plaats volgens nevenstaande afbeelding een micro-SD kaart van maximaal 32GB in de display-unit. Gebruik uw nagel of een ander puntig voorwerp om de kaart in de kaart­houder te drukken totdat u een zachte klik hoort.
6.2 Back-up maken:
1. ga met toets
2. selecteer ‘Back-up’ met
3. druk nu op of , het back-up menu wordt nu geopend
4. gebruik of om het gewenste bestand (lees: ‘jaar’) in de groene kleur op te laten lichten
5. druk op oplichten
6. druk op , het kopiëren van de gegevens naar de micro-SD kaart begint
7. druk aan het einde 2x op toets om terug te keren naar het Weer-scherm
naar het Systeem-scherm
/
of om het bestand dat eerst groen was, nu paars te laten
achterzijde display-unit
goudkleurige contacten
24
Als u nu met een puntig voorwerp even licht tegen de micro-SD kaart drukt, hoort u een klik en kan de kaart uitgenomen worden. U kunt nu met de juiste program­matuur de meetgegevens in een computer verder verwerken.
7 SPECIFICATIES
7.1 Voeding:
Buiten-unit: 3x 1,5V batterij, formaat AA, alkaline oplaadbaar, incl.
Attentie: deze batterijen zijn NIET op te laden via een normale batterijlader. Binnen-unit: 2x 1,5V batterij, formaat AAA, alkaline, incl. Display-unit: 5V 2A, via voedingsadapter, incl.
7.2 Sensoren buiten-unit:
temperatuur: -40°C tot 60°C (-40°F tot 140°F) nauwkeurigheid: +/-1°C resolutie: 0.1°C
vochtigheid: 10% tot 99% nauwkeurigheid: +/-5%
regen: 0 tot 9999mm (‘--’ bij buiten bereik) nauwkeurigheid: +/-10% resolutie: 0.3mm (bij hoeveelheid <1000mm) 1mm (bij hoeveelheid >1000mm)
windsnelheid: 0 tot 50m/s (0-100mph) (‘--’ bij buiten bereik’) nauwkeurigheid: +/-1m/s (bij snelheid <5m/s), +/-10% (bij snelheid >5m/s)
licht: 0-400K Lux nauwkeurigheid: +/-15%
7.3 Sensoren binnen-unit:
temperatuur: -10°C tot 60°C (14°F tot 140°F) (‘--’ bij buiten bereik’) resolutie: 0.1°C
vochtigheid: 10% tot 99% resolutie: 1%
luchtdruk: 300-1100hPa (8.85-32.5inHg) nauwkeurigheid: +/-3hPa beneden 700-1100hPa resolutie: 0.1hPa (0.01inHg) nauwkeurigheid: +/-15%
7.4 Systeem:
Frequentie: 868MHz Bereik: tot 50m in open veld Intern geheugen: voor 660.000 records Micro SD kaart reader: voor micro SD-kaart van 32GB max Interval gegevensoverdracht buiten-unit: 16 sec Interval gegevensoverdracht binnen-unit: 64 sec alarmduur: 120sec max
25
8 FABRIEKSINSTELLINGEN
Vanaf de fabriek zijn de volgende instellingen geprogrammeerd:
8.1 Basis-instellingen: (zie ook paragraaf 5.1) Tijdformaat: H;mm:ss Datumformaat: DD-MM-YY Temperatuur unit: °C Luchtdruk: hpa Windsnelheid unit: km/h Regen unit: mm Licht unit: lux Regenweergave: neerslag Luchtdruk weergave: absoluut Weerbeeld: 3 Storm: 4 Actueel weer: licht bewolkt Regen reset: Januari Bewaar interval: 5 minuten
8.2 Alarm-instellingen: (allemaal standaard uitgeschakeld) Binnentemperatuur max: 20.0°C Binnentemperatuur min: 0.0°C Binnenvochtigheid max: 65% Binnenvochtigheid min: 35% Buitentemperatuur max: 30.0°C Buitentemperatuur min: -10.0°C Buitenvochtigheid max: 75% Buitenvochtigheid min: 45% Gevoelstemperatuur max: 20.0°C Gevoelstemperatuur min: 0.0°C Dauwpunt max: 10.0°C Dauwpunt min: -10.0°C Absolute luchtdruk max: 1040.0hpa Absolute luchtdruk min: 960.0hpa Relatieve luchtdruk max: 1040.0hpa Relatieve luchtdruk min: 960.0hpa Wekker: 0:00 Wind: 1.8km/h Windvlaag: 3.6km/h Neerslag: 0.0mm/h Vandaag: 0.0mm
26
9. ONDERHOUD
De binnen-unit kunt u met een licht vochtige doek reinigen.
De achterzijde van de display-unit en de lijst rond het scherm kunt u ook met een licht vochtige doek afnemen. Het scherm zelf kunt u reinigen met speciaal voor LCD schermen en laptops verkrijgbare schoonmaakdoekjes.
De buiten-unit aan de buitenzijde met een licht vochtige doek reinigen. Zorg dat alle gaatjes aan de buitenzijde (boven en onder) goed open zijn. Zorg dat de op­pervlakte van het regenopvangbakje goed schoon is.
Reinig de windmeter en windrichtingmeter met een licht vochtige zachte doek, zodat alle eventuele aanslag is verwijderd. Reinig deze attributen zeer voorzich­tig. Het plastic is in verband met de windmeting licht uitgevoerd en kan dus snel breken.
10. HET TOESTEL VERWIJDEREN (MILIEU)
Op het einde van de levenscyclus van het product mag u dit product niet bij het normale huishoudelijke afval gooien, maar moet u het naar een inzamel­punt brengen voor de recycling van elektrische apparatuur.
Uitgewerkte batterijen niet weggooien maar inleveren bij uw plaatselijk depot voor Klein Chemisch Afval (KCA).
11. VERKLARING VAN CONFORMITEIT
Dit weerstation voldoet aan de volgende Europese normen: EN 301 489-3 EN 300 220-2 EN 50371 EN 60950
27
12. GARANTIEVOORWAARDEN
Op het Buienradar © BR-2000 weerstation heeft u een garantie van 24 MAAN­DEN na aankoopdatum. Wij garanderen gedurende die periode de kosteloze her­stelling van defecten ontstaan door materiaal- en constructiefouten. Een en ander ter uiteindelijke beoordeling van de importeur.
HOE TE HANDELEN: Bemerkt u een defect, raadpleeg dan eerst de gebruiksaanwijzing. Geeft deze hieromtrent geen uitsluitsel, raadpleeg dan uw dealer met een duidelijke klachtomschrijving. Deze zal het apparaat tezamen met dit garantiebewijs en de gedateerde aankoopbon innemen en voor spoedige reparatie, resp. franco verzen­ding naar de importeur zorgdragen.
DE GARANTIE VERVALT: Bij ondeskundig gebruik, foutieve aansluiting, gebruik van niet originele onder­delen of toebehoren, verwaarlozing of nataligheid bij onderhoud, bij defecten ontstaan door vuur, overstroming, blikseminslag en natuurrampen en bij breuk door vallen of ondeskundig gebruik. Bij onbevoegde wijzigingen en/of reparaties door derden. Bij onjuist transport van het apparaat zonder geschikte verpakking en indien het apparaat niet vergezeld is van dit garantiebewijs en de aankoopbon. Aansluitsnoeren, stekkers en batterijen vallen niet onder de garantie.
Iedere verdere aansprakelijkheid, met name voor eventuele gevolgschade, is uitgesloten.
28
6HUYLFH
$]LsODDQ
µV+HUWRJHQERVFK
WWW.HESDO-SERVICE.NL
+HOS
Buienradar © and ™ 2012 Buienradar B.V.
INFO@HESDO-SERVICE.NL
1/ )5
v1.4
Loading...