Brother MFC-440CN, MFC-660CN, MFC-845CW User's Guide

GEBRUIKERSHANDLEIDING
MFC-440CN MFC-660CN MFC-845CW
Versie A
Als u de klantenservice moet bellen
Modelnummer: MFC-440CN, MFC-660CN en MFC-845CW (Duid uw modelnummer aan)
1
Serienummer:
Aankoopdatum:
Aankoopplaats:
1
Het serienummer staat op de achterkant van het toestel. Bewaar deze gebruikershandleiding samen met uw kassabon als aankoopbewijs; in geval van diefstal of brand of voor een beroep op de dienst na verkoop dat onder de garantie valt.
Registreer uw product online op
http://www.brother.com/registration/
Door uw product bij Brother te registreren, wordt u geregistreerd als de originele eigenaar van het product. Uw registratie bij Brother:
kan eventueel als bevestiging van de aankoopdatum van uw product
dienen, mocht u uw kassabon verliezen; en
kan eventueel een verzekeringsclaim van u ondersteunen, in geval
dat het product verloren gaat en dit gedekt is door de verzekering.
© 2006 Brother Industries, Ltd.

Informatie over goedkeuring en mededeling aangaande samenstelling en publicatie

DEZE APPARATUUR IS ONTWORPEN VOOR GEBRUIK MET EEN DUBBELDRAADS ANALOOG PSTN-SNOER, VOORZIEN VAN DE PASSENDE CONNECTOR.

INFORMATIE OVER GOEDKEURING

Brother wijst erop dat dit product mogelijk niet goed functioneert in een ander land dan dat waarin het oorspronkelijk werd aangekocht, en biedt geen garantie indien dit product wordt gebruikt op openbare telecommunicatielijnen in een ander land.

Samenstelling en publicatie

Deze handleiding is samengesteld en gepubliceerd onder supervisie van Brother Industries, Ltd. De nieuwste productgegevens en -specificaties zijn in deze handleiding verwerkt.
De inhoud van deze handleiding en de specificaties van dit product kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Brother behoudt zich het recht voor om de specificaties en de inhoud van deze handleiding zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen. Brother is niet verantwoordelijk voor enige schade (met inbegrip van gevolgschade) voortvloeiend uit het gebruik van deze handleiding of de daarin beschreven producten, inclusief maar niet beperkt tot zetfouten en andere fouten in deze publicatie.
i

EG-conformiteitsverklaring onder de Richtlijn R & TTE

ii

EG-conformiteitverklaring onder de Richtlijn R & TTE

Producent Brother Industries, Ltd. 15-1, Naeshiro-cho, Mizuho-ku, Nagoya 467-8561, Japan
Fabriek Brother Industries (Shen Zhen) Ltd G02414-1, Bao Chang Li Bonded Transportation Industrial Park, Bao Long Industrial Estate, Longgang, Shenzhen, China
verklaart hierbij dat:
Productomschrijving : Faxapparaat Type : Groep 3 Model naam : MFC-440CN, MFC-660CN, MFC-845CW
voldoet aan de voorschriften van de richtlijn R&TTE (1999/5/EG), en we verklaren dat het aan de volgende standaards voldoet:
0
Geharmoniseerd:
Veiligheid EN60950-1: 2001 + A11: 2004
EMC EN55022: 1998 + A1: 2000 + A2: 2003 Klasse B
EN55024: 1998 + A1: 2001 + A2: 2003 EN61000-3-2: 2000 EN61000-3-3: 1995 + A1: 2001
Radio EN301 489-1 V1.6.1
EN301 489-17 V1.2.1 EN300 328 V1.6.1 EN301 406 V1.5.1 EN301 489-6 V1.2.1
*Radio is alleen van toepassing op MFC-845CW. Jaar waarin het CE-keurmerk voor het eerst werd toegekend: 2006
Uitgegeven door: : Brother Industries, Ltd.
Datum : 1 oktober 2006
Plaats : Nagoya, Japan
iii

Inhoudsopgave

Paragraaf I Algemeen
1 Algemene informatie 2
Gebruik van de documentatie................................................................................2
Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden..................2
Toegang krijgen tot de softwarehandleiding en de netwerkhandleiding ................3
Documentatie bekijken ....................................................................................3
Overzicht bedieningspaneel ..................................................................................6
LCD-schermindicaties .....................................................................................8
Normale handelingen ......................................................................................9
2 Documenten en papier laden 10
Documenten laden...............................................................................................10
De ADF gebruiken .........................................................................................10
De glasplaat gebruiken..................................................................................11
Te scannen gedeelte .....................................................................................12
Acceptabel papier en andere media ....................................................................12
Aanbevolen media.........................................................................................13
Omgaan met en gebruik van media ..............................................................13
De juiste papiersoort selecteren....................................................................14
Papier, enveloppen en andere media laden ........................................................16
Papier en andere media laden ......................................................................16
Enveloppen, briefkaarten en fotopapier laden ...............................................18
Bedrukbaar gedeelte .....................................................................................21
3 Algemene instellingen 22
Energiebesparende stand....................................................................................22
De machine in de energiebesparende stand zetten ......................................22
De machine uit de energiebesparende stand halen ......................................22
Energiebesparende stand instellen ...............................................................22
Timermodus.........................................................................................................24
Papierinstellingen ................................................................................................24
Papiersoort ....................................................................................................24
Papierformaat................................................................................................25
Instellingen volume ..............................................................................................25
Belvolume......................................................................................................25
Volume waarschuwingstoon..........................................................................26
Volume luidspreker........................................................................................26
Automatische zomer-/wintertijd............................................................................27
LCD-scherm.........................................................................................................27
LCD-contrast .................................................................................................27
De helderheid van de achtergrondverlichting instellen..................................27
De dimmertimer voor de achtergrondverlichting instellen ............................28
De uitschakelingstimer instellen ....................................................................28
De achtergrond instellen................................................................................29
iv
4 Beveiligingsfuncties 30
Verzendslot (alleen MFC-440CN)........................................................................30
Het wachtwoord voor het verzendslot instellen en wijzigen ..........................30
Verzendslot aan-/uitzetten.............................................................................31
Geheugenbeveiliging (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)..............................32
Het wachtwoord voor geheugenbeveiliging instellen en wijzigen..................32
De geheugenbeveiliging aan/uitzetten ..........................................................33
Paragraaf II Fax
5 Een fax verzenden 36
Faxmodus instellen..............................................................................................36
Faxen verzenden vanaf de ADF ...................................................................36
Faxen via de glasplaat...................................................................................37
Documenten in Letterformaat verzenden via de glasplaat ............................37
Een fax in kleur verzenden............................................................................37
Een actieve fax annuleren .............................................................................37
Groepsverzenden (alleen monochroom) .............................................................38
Een actieve groepsverzending annuleren .....................................................39
Aanvullende verzendopties..................................................................................39
Faxen met meer instellingen verzenden........................................................39
Contrast.........................................................................................................40
Faxresolutie wijzigen .....................................................................................40
Tweevoudige werking (alleen monochroom) .................................................40
Direct verzenden ...........................................................................................41
Internationale modus ..................................................................................... 41
Uitgesteld faxen (alleen monochroom)..........................................................41
Uitgestelde groepsverzending (alleen monochroom) ....................................42
Het controleren en annuleren van taken in de wachtrij .................................42
Uw wijzigingen als nieuwe standaard instellen..............................................42
Stelt alle instellingen terug in op de fabrieksinstellingen ...............................43
Een fax handmatig verzenden.......................................................................43
Een fax verzenden op het eind van een gesprek
(alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ......................................................43
De melding geheugen vol..............................................................................43
6 Een fax ontvangen 44
Ontvangststanden ............................................................................................... 44
De ontvangstmodus kiezen ...........................................................................44
Ontvangststanden gebruiken...............................................................................45
Alleen fax.......................................................................................................45
Fax/Tel...........................................................................................................45
Handmatig.....................................................................................................45
ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)......................................46
Extern antwoordapparaat (alleen MFC-440CN) ............................................46
v
Instellingen ontvangststand .................................................................................46
Belvertraging .................................................................................................46
F/T-Beltijd (alleen in Fax/Tel-modus) ............................................................47
Fax waarnemen.............................................................................................47
Aanvullende ontvangsthandelingen.....................................................................48
Een verkleinde afdruk van een inkomend document maken .........................48
Faxen in het geheugen ontvangen (alleen monochroom) .............................48
Een fax ontvangen op het eind van een gesprek
(alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ......................................................49
Een fax uit het geheugen afdrukken ..............................................................49
7 Telefoon en externe apparaten 50
Werking als telefoon ............................................................................................50
Telefoneren (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ......................................50
Een gesprek beantwoorden via de luidspreker
(alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ......................................................50
Mute (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) .................................................50
Fax/Tel-modus ..............................................................................................51
Fax/Tel-modus in de energiebesparende stand ............................................51
Telefoondiensten .................................................................................................52
Identificatie van de Oproeper (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ...........52
Het Type telefoonlijn instellen........................................................................ 53
Een extern ANTW.APP. (antwoordapparaat) aansluiten.....................................54
Aansluitingen.................................................................................................55
Een uitgaand bericht op uw antwoordapparaat opnemen .............................55
Aansluiting op meerdere lijnen (PBX)............................................................56
Externe en tweede toestellen ..............................................................................56
Een extern of tweede toestel aansluiten........................................................56
Werken met een tweede toestel ....................................................................56
Met een draadloos extern telefoontoestel
(alleen MFC-440CN en MFC-660CN) .......................................................57
Codes voor afstandsbediening gebruiken .....................................................57
8 Nummers kiezen en opslaan 59
Nummers kiezen..................................................................................................59
Handmatig kiezen..........................................................................................59
Snelkiezen .....................................................................................................59
Zoeken...........................................................................................................59
Faxnummer opnieuw kiezen..........................................................................60
Uitgaande oproep ..........................................................................................60
Geschiedenis Nummerweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) .....60
Nummers opslaan................................................................................................61
Een pauze opslaan........................................................................................61
Snelkiesnummers opslaan ............................................................................61
Namen of nummers onder Snelkiesnummers wijzigen .................................63
Groepen voor groepsverzenden instellen......................................................64
Snelkiesnummers combineren ......................................................................66
vi
9 Digitaal ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 67
ANTW.APP.-modus voor intern antwoordapparaat .............................................67
ANTW.APP. instellen.....................................................................................67
Uitgaand bericht ............................................................................................67
Fax/Tel UITG.BER.........................................................................................68
Actieve ANTW.APP.-modus..........................................................................68
Uw berichten beheren..........................................................................................69
Berichtenindicator..........................................................................................69
Voicemail afspelen ........................................................................................69
Inkomende berichten wissen .........................................................................69
Aanvullende ANTW.APP.-functies.......................................................................70
Maximale tijdsduur voor binnenkomende berichten instellen ........................70
Toll Saver (bespaarstand voor telefoonkosten) instellen...............................70
Luidspreker voor Voicemail...........................................................................71
Een gesprek opnemen (alleen MFC-660CN) ................................................71
10 Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom) 72
Fax doorzenden...................................................................................................72
Fax opslaan.........................................................................................................73
Fax preview (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) ............................................73
Fax preview instellen.....................................................................................73
Een fax vooraf bekijken .................................................................................74
Alle faxen uit de lijst verwijderen ...................................................................74
Alle faxen uit de lijst afdrukken......................................................................74
PC-Fax Ontvangen ..............................................................................................75
De bestemmings-PC wijzigen........................................................................76
De geavanceerde functies uitschakelen ..............................................................76
De geavanceerde functies wijzigen .....................................................................77
Afstandsbediening ...............................................................................................77
Een toegangscode op afstand instellen.........................................................77
Uw toegangscode op afstand gebruiken .......................................................78
Opdrachten op afstand..................................................................................79
Faxberichten opvragen..................................................................................81
Het nummer wijzigen waarnaar faxberichten worden doorgestuurd .............81
11 Rapporten afdrukken 82
Faxrapporten .......................................................................................................82
Verzendrapport..............................................................................................82
Faxjournaal (journaal)....................................................................................82
Rapporten............................................................................................................83
Een rapport afdrukken ...................................................................................83
12 Pollen 84
Pollen: overzicht ..................................................................................................84
Ontvang pollen ....................................................................................................84
Ontvang pollen instellen ................................................................................ 84
Ontvang pollen met beveiligingscode instellen..............................................84
Uitgesteld Ontvang pollen instellen ...............................................................85
Opeenvolgend pollen (alleen monochroom)..................................................85
vii
Verzend pollen (alleen monochroom)..................................................................86
Verzend pollen instellen ................................................................................86
Verzend Pollen met beveiligingscode instellen .............................................86
Paragraaf III Kopiëren
13 Kopiëren 88
Kopiëren ..............................................................................................................88
Kopieermodus instellen .................................................................................88
Eén kopie maken...........................................................................................88
Meerdere kopieën maken..............................................................................88
Kopiëren onderbreken...................................................................................88
Kopieerinstellingen ..............................................................................................89
De kopieersnelheid en -kwaliteit wijzigen......................................................89
De gekopieerde afbeelding vergroten of verkleinen......................................89
N op 1 kopiën of een poster maken (pagina-indeling) ..................................90
Kopieën sorteren bij gebruik van de ADF......................................................91
Helderheid, contrast en kleur instellen ..........................................................91
Papieropties...................................................................................................92
Uw wijzigingen als een nieuwe standaard instellen.......................................93
Stelt alle instellingen terug in op de fabrieksinstellingen ...............................93
De melding 'Geheugen vol'..................................................................................94
Paragraaf IV Direct Foto's Printen
14 Foto's afdrukken vanaf een geheugenkaart 96
Werken met PhotoCapture Center™...................................................................96
Afdrukken vanuit een geheugenkaart zonder PC ..........................................96
Scannen naar een geheugenkaart zonder PC ..............................................96
PhotoCapture Center™ vanaf uw computer gebruiken .................................96
Geheugenkaarten gebruiken .........................................................................96
Mapstructuur geheugenkaart.........................................................................97
Aan de slag..........................................................................................................98
Modus PhotoCapture instellen ......................................................................98
Beelden afdrukken...............................................................................................99
Foto('s) bekijken ............................................................................................99
Afrdukindex (Miniatuurweergave)..................................................................99
Alle foto's afdrukken ....................................................................................100
Foto's afdrukken..........................................................................................100
DPOF-afdrukken..........................................................................................101
PhotoCapture Center™ afdrukinstellingen ........................................................102
Afdrukkwaliteit .............................................................................................103
Papieropties.................................................................................................103
Helderheid, contrast en kleur instellen ........................................................103
Trimmen ......................................................................................................105
Afdrukken zonder marges ...........................................................................105
Uw wijzigingen als een nieuwe standaard instellen.....................................105
viii
Stelt alle instellingen terug in op de fabrieksinstellingen .............................105
Scannen naar kaart ..........................................................................................106
Scanmodus instellen ...................................................................................106
Scannen naar kaart .....................................................................................106
Uitleg bij de foutmeldingen ................................................................................108
15 Foto's afdrukken vanaf een camera met PictBridge 109
Alvorens PictBridge te gebruiken.......................................................................109
Vereisten voor PictBridge............................................................................109
PictBridge gebruiken..........................................................................................109
Uw digitale camera instellen........................................................................109
Beelden afdrukken.............................................................................................110
DPOF-afdrukken..........................................................................................110
Uitleg bij de foutmeldingen ................................................................................111
Paragraaf V Software
16 Software- en netwerkfuncties 114
Paragraaf VI Bijlagen
A Veiligheid en wetgeving 116
Een geschikte plaats kiezen..............................................................................116
Veilig gebruik van de machine...........................................................................117
Belangrijke veiligheidsinstructies................................................................. 120
BELANGRIJK - Voor uw eigen veiligheid ....................................................121
LAN-aansluiting ...........................................................................................122
EU-richtlijn 2002/96/EC en EN50419 ..........................................................122
Wettelijke beperkingen voor kopiëren ......................................................... 123
Handelsmerken ...........................................................................................124
B Problemen oplossen en routineonderhoud 125
Problemen oplossen .........................................................................................125
Als u problemen met uw machine hebt .......................................................125
Foutmeldingen ...................................................................................................132
Faxberichten of het Faxjournaal overbrengen.............................................136
Vastgelopen papier .....................................................................................137
Papier vastgelopen in de machine .............................................................. 138
Kiestoondetectie ..........................................................................................140
Telefoonlijninterferentie ...............................................................................140
Routineonderhoud .............................................................................................141
De Inktcartridges vervangen........................................................................141
De buitenkant van de machine schoonmaken.............................................143
De scanner reinigen ....................................................................................144
De machinegeleiderol reinigen ....................................................................144
ix
De invoerrol voor papier reinigen ................................................................145
De printkop reinigen ....................................................................................145
De afdrukkwaliteit controleren .....................................................................146
De uitlijning controleren ...............................................................................147
Het inktvolume controleren..........................................................................147
Installatie of verwijdering van de telefoonhoorn en -haak
(alleen MFC-660CN) ...............................................................................148
Informatie over de machine...............................................................................149
Het serienummer controleren ......................................................................149
De machine inpakken en vervoeren ..................................................................149
C Menu en functies 153
Programmeren op het scherm...........................................................................153
Opslag in geheugen ....................................................................................153
Menutoetsen ......................................................................................................153
Menutabel....................................................................................................154
Tekst invoeren.............................................................................................170
D Specificaties 171
Algemeen...........................................................................................................171
Afdrukmedia.......................................................................................................173
Fax.....................................................................................................................174
Digitaal ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW).............................175
Digitale draadloze telefoon (alleen MFC-845CW) .............................................176
Draadloze telefoon (BCL-D20) ....................................................................176
Batterij .........................................................................................................176
Batterijhouder ..............................................................................................177
AC-adapter ..................................................................................................177
Kopiëren ............................................................................................................178
PhotoCapture Center™ .....................................................................................179
PictBridge ..........................................................................................................179
Scanner .............................................................................................................180
Printer................................................................................................................181
Interfaces...........................................................................................................182
Vereisten voor de computer...............................................................................183
Verbruiksartikelen..............................................................................................184
Netwerk (LAN)...................................................................................................185
E Verklarende woordenlijst 186
F Index 190
x
Paragraaf I
Algemeen I
Algemene informatie 2 Documenten en papier laden 10 Algemene instellingen 22 Beveiligingsfuncties 30
1

Algemene informatie 1

Gebruik van de documentatie

Dank u voor de aanschaf van een Brother­machine! Het lezen van de documentatie helpt u bij het optimaal benutten van uw machine.
Symbolen en conventies die in de documentatie gebruikt worden 1
De volgende symbolen en conventies worden in de documentatie gebruikt.
Vet Vetgedrukte tekst identificeert
specifieke toetsen op het bedieningspaneel van de machine.
Cursief Cursief gedrukte tekst legt de
nadruk op een belangrijk punt of verwijst u naar een verwant onderwerp.
Courier New
Het lettertype Courier New identificeert de meldingen die worden weergegeven op het LCD-scherm van de machine.
Waarschuwingen informeren u over
1
de maatregelen die u moet treffen om te vermijden dat u letsel oploopt.
De pictogrammen Elektrisch gevaar waarschuwen u voor mogelijke elektrische schokken.
Deze waarschuwingen wijzen u op procedures die u moet volgen om te voorkomen dat de machine of andere voorwerpen worden beschadigd.
Opmerkingen leggen uit hoe u op een bepaalde situatie moet reageren, of hoe de bewerking met andere functies werkt.
Het pictogram Onjuiste configuratie waarschuwt u voor apparaten en bewerkingen die niet compatibel zijn met de machine.
2
Algemene informatie

Toegang krijgen tot de softwarehandleiding en de netwerkhandleiding

Deze gebruikershandleiding bevat niet alle informatie over de machine, zoals hoe de geavanceerde functies van fax, printer, scanner, PC-Fax en netwerk te gebruiken. Voor gedetailleerde informatie over deze bewerkingen verwijzen wij u naar de
Softwarehandleiding en de Netwerkhandleiding op de cd-rom.
Documentatie bekijken 1
Documentatie bekijken
1
(voor Windows®) 1
Om de documentatie te bekijken vanuit het menu Start zet u de muisaanwijzer op Brother, MFC-XXXX (waarbij XXXX uw modelnaam is) vanuit de programmagroep, en kiest u vervolgens Gebruikershandleiding.
Als u de software niet hebt geïnstalleerd, kunt u de documentatie vinden door onderstaande instructies op te volgen:
a Zet uw PC aan. Plaats de Brother
cd-rom in uw cd-rom-station.
b Als het scherm met de modelnaam
verschijnt, klikt u op de naam van uw model.
c Als het scherm met de taal verschijnt,
klikt u op de gewenste taal. Het hoofdmenu van de cd-rom wordt geopend.
1
Opmerking
Als dit venster niet wordt geopend, kunt u Windows
programma setup.exe uit te voeren vanuit de hoofdmap van de Brother cd-rom.
®
Explorer gebruiken om het
d Klik op Gebruikershandleiding.
3
Hoofdstuk 1
Instructies voor het scannen opzoeken 1
Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de instructies als volgt vinden:
Softwarehandleiding
Scannen (voor Windows
98/98SE/Me/2000 Professional en Windows
ControlCenter3 (voor Windows
98/98SE/Me/2000 Professional en Windows
Netwerkscannen
PaperPort gebruikershandleiding
Instructies voor rechtstreeks scannen
vanuit ScanSoft OCR. De volledige gebruikershandleiding
voor ScanSoft kan worden bekeken vanuit de Help-
selectie in de toepassing ScanSoft PaperPort
®
XP)
®
XP)
®
SE met OCR
®
PaperPort® SE met
®
PaperPort® SE met OCR,
®
SE met OCR.
®
®
®
Instructies voor netwerkinstallatie opzoeken (alleen MFC-845CW) 1
Uw machine kan op een draadloos of bedraad netwerk worden aangesloten. U kunt belangrijke installatie-instructies vinden in de installatiehandleiding. Voor meer informatie, of als uw toegangspunt SecureEasySetup™ ondersteunt, zie de netwerkhandleiding op de cd-rom.
Documentatie bekijken (voor Macintosh®) 1
a Zet uw Macintosh
Brother cd-rom in uw cd-rom-station. Het volgende venster wordt weergegeven.
®
aan. Plaats de
b Dubbelklik op het pictogram
Documentation.
c Dubbelklik op uw taalmap. d Dubbelklik op het bestand van het
titelbeeld om de Softwarehandleiding en de Netwerkhandleiding in HTML­formaat te bekijken.
e Klik op de documentatie die u wilt lezen.
SoftwarehandleidingNetwerkhandleiding
4
Instructies voor het scannen opzoeken 1
Er zijn verscheidene manieren waarop u documenten kunt scannen. U kunt de instructies als volgt vinden:
Softwarehandleiding
Scannen (voor Mac OS
recenter)
ControlCenter2 (voor Mac OS
of recenter)
Netwerkscannen (voor Mac OS
of recenter)
Presto!
®
PageManager®
Gebruikershandleiding
Instructies voor rechtstreeks scannen
vanuit Presto!
®
PageManager®. De
volledige Presto! gebruikershandleiding kan worden bekeken via de Helpselectie in de
toepassing Presto!
®
X 10.2.4 of
®
®
PageManager®
®
PageManager®.
X 10.2.4
®
X 10.2.4
Algemene informatie
1
Instructies voor netwerkinstallatie opzoeken (alleen MFC-845CW) 1
Uw machine kan op een draadloos of bedraad netwerk worden aangesloten. U kunt belangrijke installatie-instructies vinden in de installatiehandleiding. Voor meer informatie, of als uw toegangspunt SecureEasySetup™ ondersteunt, zie de netwerkhandleiding op de cd-rom.
5
Hoofdstuk 1

Overzicht bedieningspaneel 1

MFC-440CN 1
9
8
7
6
134
MFC-660CN 1
11
12
13
MFC-845CW 1
1345
11 7
2
9810
2
10
8
5
7
6
6
1213
Opmerking
In de meeste illustraties in deze Gebruikershandleiding wordt de MFC-440CN weergegeven.
6
1345
2
Algemene informatie
1 Bedieningspaneel
Gebruik deze toetsen om telefoon- en faxnummers te kiezen. Deze toetsen worden tevens gebruikt als toetsenbord om informatie in de machine in te voeren.
2 Fax- en telefoontoetsen
Search/Speed Dial (MFC-440CN)
Met deze toets kunt u nummers opzoeken die in het geheugen zijn opgeslagen.
Redial/Pause
Met deze toets vindt u de 30 laatstgekozen nummers. U kunt hem ook gebruiken voor het invoegen van een pauze wanneer u snelkiesnummers programmeert.
Tel/R (alleen MFC-440CN)
Deze toets wordt gebruikt voor een telefoongesprek nadat de externe handset met het dubbele belsignaal is opgepakt.
Deze toets wordt tevens gebruikt om toegang te krijgen tot een buitenlijn, of om een telefoontje over te zetten naar een ander toestel dat ook op een PBX is aangesloten.
R (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Gebruik deze toets om toegang te krijgen tot een buitenlijn, of om een telefoontje over te zetten naar een ander toestel dat ook op de PBX is aangesloten.
Mute/Intercom (alleen MFC-845CW)
Zet de huidige oproep in de wachtstand. Voorts gebruikt u deze toets om over de
intercom te spreken of om een binnenkomend gesprek naar de draadloze hoorn over te zetten.
3 Modustoetsen:
Fax
Voor het faxen van documenten.
Scan
Geeft toegang tot scanmodus.
Copy
Voor het kopiëren van documenten.
PhotoCapture
Geeft toegang tot de modus PhotoCapture Center™.
4 Menutoetsen:
Volumetoetsen
d c
In de faxmodus kunt u, door op deze toetsen te drukken, het belvolume afstellen.
a Search/Speed Dial (MFC-660CN en
MFC-845CW) Met deze toets kunt u nummers opzoeken
die in het geheugen zijn opgeslagen.
d of c
Druk op deze toets om achteruit of vooruit door de menuopties te bladeren.
a of b
Druk op deze toets om door de menu's en opties te bladeren.
Menu
Het hoofdmenu openen.
OK
Hiermee wordt een instelling geselecteerd.
Clear/Back
Hiermee annuleert u de huidige instelling.
5 Starttoetsen:
Colour Start
Met deze toets start u het faxen, of maakt u kopieën in kleur. Hiermee kunt u ook een scanbewerking uitvoeren (in kleur of mono, afhankelijk van de scaninstelling in de ControlCenter-software).
Mono Start
Met deze toets start u het faxen, of maakt u monochrome kopieën. Hiermee kunt u ook een scanbewerking uitvoeren (in kleur of mono, afhankelijk van de scaninstelling in de ControlCenter-software).
6 Power Save
Met deze toets zet u de machine in de energiebesparende stand.
7 Stop/Exit
Met een druk op deze toets wordt een bewerking gestopt of een menu verlaten.
8 LCD-scherm (liquid crystal display)
Op het LCD-scherm verschijnen prompts die u helpen bij het instellen en gebruiken van uw machine.
U kunt ook de helling van het LCD-scherm instellen door dit op te tillen.
1
7
Hoofdstuk 1
9 Ink Management (alleen MFC-440CN en
MFC-660CN) Met deze toets kunt u de printkop reinigen, de
afdrukkwaliteit en de hoeveelheid inkt controleren.
10 Fax Preview (alleen MFC-660CN en
MFC-845CW) Hiermee kunt u binnenkomende faxen vooraf
bekijken op het LCD-scherm.
11 ANTW.APP.-toetsen (alleen MFC-660CN en
MFC-845CW):
Digital TAD
Zet het ANTW.APP. (antwoordapparaat) aan of uit. Het knippert als u nieuwe berichten hebt.
Play/Record (alleen MFC-660CN)
Hiermee beluistert u de berichten die in het geheugen zijn opgeslagen. U kunt er ook telefoongesprekken mee opnemen.
Play (alleen MFC-845CW)
Hiermee beluistert u de berichten die in het geheugen zijn opgeslagen.
Erase/Mute (alleen MFC-660CN)
Zet de huidige oproep in de wachtstand. Voorts wist u er berichten en faxen mee.
Erase (alleen MFC-845CW)
Hiermee wist u berichten en faxen.
12 Speaker Phone (alleen MFC-660CN en
MFC-845CW) Hiermee kunt u met iemand anders spreken
zonder de hoorn op te nemen.
13 Microfoon (alleen MFC-660CN en
MFC-845CW) Deze pikt uw stemgeluid op wanneer u via de
Luidspreker met iemand spreekt.
LCD-schermindicaties 1
Het LCD-scherm toont de huidige machinestatus wanneer de machine inactief is.
10.10.2006
20:48
Memory
02
04
2
1 Huidige ontvangstmodus
Toont de huidige ontvangstmodus.
Fax (Alleen fax)F/T (Fax/Tel)ANT (Extern ANTW.APP. of Bericht Mgr) Hnd (Handmatig)
2 Faxen in het geheugen
Toont het aantal ontvangen faxen in het geheugen.
3 Berichten in het geheugen
(alleen MFC-660CN en MFC-845CW) Toont het aantal ontvangen berichten in het
geheugen.
4 Geheugenstatus
Toont het beschikbare geheugen in de machine.
5 Draadloze status (alleen MFC-845CW)
Een indicator met vier niveaus toont de huidige sterkte van het draadloze signaal, als u een draadloze verbinding gebruikt.
Geh.
3
4
1
65
0Max
6 Inktindicator
Toont u de beschikbare hoeveelheid inkt.
8
Algemene informatie
Normale handelingen 1
In de volgende stappen ziet u hoe u een instelling van de machine wijzigt. In het voorbeeld wordt de instelling van de Tijdklokstand veranderd van 2 minuten in 30 seconden.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren.
MENU
Standaardinst.
Fax LAN Print lijsten Machine-info
OKSelecteer & druk op
Druk op OK.
c Druk op a of b om Tijdklokstand te
selecteren.
MENU
Standaardinst.
Tijdklokstand 2 Min.
Papiersoort Papierformaat
Volume
Selecteer & druk op
Normaal P A4
OK
d Druk op a of b om 30 Sec. te
selecteren.
MENU
Tijdklokstand
30 Sec.
1 Min 2 Min. 5 Min.
OKSelecteer & druk op
Druk op OK. U kunt de huidige instelling op het LCD­scherm zien:
MENU
Standaardinst. Tijdklokstand
Papiersoort Papierformaat Volume
30 Sec.
Normaal P A4
OKSelecteer & druk op
e Druk op Stop/Exit.
1
Druk op OK.
9
2

Documenten en papier laden 2

Documenten laden 2

U kunt een fax verzenden, kopiëren en scannen vanuit de ADF (automatische documentinvoer) en vanaf de glasplaat.
De ADF gebruiken 2
De ADF heeft een capaciteit van maximaal 10 vellen en voert het papier vel voor vel in.
Gebruik standaard 80 g/m blader de stapel altijd door alvorens het papier in de ADF te plaatsen.
Aanbevolen omgeving 2
Temperatuur: 20 tot 30° C (68 tot 86° F) Vochtigheid: 50% tot 70% Papier:
80 g/m
Ondersteunde documentformaten 2
Lengte: 148 tot 355,6 mm
(5,8 tot 14 in.)
Breedte: 148 tot 215,9 mm
(5,8 tot 8,5 in.)
Gewicht:
64 to 90 g/m
2
(20 lb) papier en
2
A4 (20 lb LTP)
2
(17 tot 24 lb)
Documenten laden 2
Trek NIET aan het document wanneer het doorschuift.
GEBRUIK GEEN omgekruld, verkreukeld, gevouwen, gescheurd of geniet papier, en ook geen papier met paperclips, lijm of plakband.
Gebruik GEEN karton, krantenpapier of stof.
Zorg dat in inkt geschreven documenten
VOORZICHTIG
helemaal droog zijn.
a Blader de stapel goed door. Leg uw
documenten met de bedrukte zijde naar beneden en de bovenrand eerst
in de ADF tot u voelt dat ze de invoerrol raken.
b Stel de papiergeleiders in op de breedte
van uw documenten.
c Vouw de ADF-documentsteunklep (1)
uit.
10
1
Documenten en papier laden
VOORZICHTIG
LAAT GEEN dikke documenten achter op de glasplaat. Als u dat doet, kan de ADF vastlopen.
De glasplaat gebruiken 2
U kunt de glasplaat gebruiken om pagina voor pagina of pagina te kopiëren of te scannen.
Ondersteunde documentformaten 2
Lengte: Max. 297 mm (11,7 in.) Breedte: Max. 215,9 mm (8,5 in.) Gewicht: Max. 2 kg (4,4 lb)
's uit een boek te faxen,
Documenten laden 2
Opmerking
Als u de glasplaat wilt gebruiken, moet de ADF leeg zijn.
a Til het documentdeksel op. b Gebruik de documentgeleiders aan de
linkerkant om het document in het midden van de glasplaat te leggen, met de bedrukte zijde naar beneden.
2
c Sluit het documentdeksel.
Als u bezig bent een boek of een lijvig document te scannen, laat het deksel dan NIET dichtvallen en druk er niet op.
VOORZICHTIG
11
Hoofdstuk 2
Te scannen gedeelte 2
Hoe groot het te scannen gedeelte is, is afhankelijk van de instellingen binnen de door u gebruikte toepassing. De onderstaande afbeeldingen tonen de gedeelten die u niet op Letter en A4-papier kunt scannen.
3
1
Gebruik
Fax Letter 3 mm
Kopiëren
Scannen
Document grootte
A4 3 mm
Letter 3 mm
A4 3 mm
Letter 3 mm
A4 3 mm
Boven (1) Onder (2)
(0,12 in.)
(0,12 in.)
(0,12 in.)
(0,12 in.)
(0,12 in.)
(0,12 in.)
4
2
Links (3) Rechts (4)
4 mm (0,16 in.)
1 mm (0,04 in.)
3 mm (0,12 in.)
3 mm (0,12 in.)
3 mm (0,12 in.)
0 mm (0 in.)

Acceptabel papier en andere media

De afdrukkwaliteit kan worden beïnvloed door het soort papier dat u in de machine gebruikt.
Om de beste afdrukkwaliteit te krijgen voor de instellingen die u hebt gekozen, moet u de papiersoort altijd instellen op het type papier dat u plaatst.
U kunt normaal papier, inkjetpapier (gecoat papier), glanzend papier, transparanten en enveloppen gebruiken.
Wij raden u aan om verschillende soorten papier te testen, alvorens een grote hoeveelheid aan te schaffen.
Wanneer u afdrukt op inkjetpapier (gecoat
papier), transparanten en glanzend papier, moet in het tabblad ‘Normaal’ van de printerdriver of in de instelling Papiersoort in het menu altijd het juiste type papier zijn geselecteerd (zie Papiersoort op pagina 24).
Wanneer u op Brother-fotopapier afdrukt,
plaats dan eerst het instructieblad dat met het fotopapier wordt geleverd in de papierlade, en plaats vervolgens het fotopapier boven op het instructieblad.
Als u transparanten of glanzend papier
gebruikt, dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen; dit om te voorkomen dat de vellen aan elkaar plakken of verstopt raken.
2
12
Raak het afgedrukte oppervlak van het
papier niet aan vlak na het afdrukken; de inkt kan nog nat zijn en op uw vingers vlekken.
Documenten en papier laden
Aanbevolen media 2
Om de beste afdrukkwaliteit te verkrijgen raden wij u aan Brotherpapier te gebruiken. (Zie onderstaande tabel.)
Als er in uw land geen Brotherpapier beschikbaar is, raden wij u aan verschillende soorten papier te testen voor u grote hoeveelheden papier koopt.
Wij adviseren ‘3M Transparency Film’ te gebruiken wanneer u op transparanten afdrukt.
Brother-papier
Papiersoort Item
A4 Normaal BP60PA A4 Glanzend Foto BP61GLA A4 Inkjet (Mat) BP60MA 10 x 15 cm Glanzend Foto BP61GLP
Omgaan met en gebruik van media 2
Onjuiste configuratie
Gebruik de volgende soorten papier NIET:
• papier dat beschadigd, gekruld of gekreukt is of een onregelmatige vorm heeft
1
1
1 2 mm (0,08 in.) of langer
• hoogglanzend of erg gestructureerd papier
• papier waarop reeds met een printer is afgedrukt
• papier dat niet netjes kan worden gestapeld
• papier vervaardigd uit kortlopend papier
2
Bewaar papier in de originele verpakking
en zorg dat deze gesloten blijft. Bewaar het papier plat en verwijderd van vocht, direct zonlicht en warmte.
De gecoate zijde van fotopapier glimt.
Zorg dat u de glimmende (gecoate) zijde niet aanraakt. Plaats fotopapier met de glimmende zijde naar beneden toe.
Raak de voor- of achterkant van
transparanten niet aan, daar deze gemakkelijk water en transpiratie absorberen, wat afbreuk doet aan de afdrukkwaliteit. Transparanten die voor laserprinters en -kopieerapparaten ontworpen zijn, kunnen het volgende document bevlekken. Gebruik alleen transparanten die worden aanbevolen voor inkjetprinters.
Papiercapaciteit in de uitvoerpapierlade 2
Max. 50 vel Letter of 80 g/m2 A4 papier.
Om vlekken te voorkomen moeten
transparanten of fotopapier vel voor vel uit de uitvoerpapierlade worden genomen.
13
Hoofdstuk 2
De juiste papiersoort selecteren 2
Type en formaat papier voor elke functie 2
Papiersoort Papierformaat Gebruik
Fax
Losse vellen Letter 216 × 279 mm (8 1/2 × 11 in.) Ja Ja Ja Ja
A4 210 × 297 mm (8,3 × 11,7 in.) Ja Ja Ja Ja Legal 216 × 356 mm (8 1/2 × 14 in.) Ja Ja Ja Executive 184 × 267 mm (7 1/4 × 10 1/2 in.) – Ja JIS B5 182 × 257 mm (7,2 × 10,1 in.) Ja A5 148 × 210 mm (5,8 × 8,3 in.) Ja Ja A6 105 × 148 mm (4,1 × 5,8 in.) Ja
Kaarten Foto 10 × 15 cm (4 × 6 in.) Ja Ja Ja
Foto L 89 × 127 mm (3 1/2 × 5 in.) Ja Foto 2L 13 × 18 cm (5 × 7 in.) Ja Ja Indexkaart 127 × 203 mm (5 × 8 in.) Ja Briefkaart 1 Briefkaart 2
(Dubbel)
Enveloppen
Transparanten Letter 216 × 279 mm (8 1/2 × 11 in.) Ja Ja
C5-Envelop DL-Envelop COM-10 105 × 241 mm (4 1/8 × 9 1/2 in.) – Ja Monarch 98 × 191 mm (3 7/8 × 7 1/2 in.) Ja JE4-Envelop
A4 210 × 297 mm (8,3 × 11,7 in.) Ja Ja
100 × 148 mm (3,9 × 5,8 in.) Ja 148 × 200 mm (5,8 × 7,9 in.) Ja
162 × 229 mm (6,4 × 9 in.) Ja 110 × 220 mm (4,3 × 8,7 in.) Ja
105 × 235 mm (4,1 × 9,3 in.) Ja
Kopiëren
Photo Capture
Printer
14
Documenten en papier laden
Gewicht, dikte en capaciteit papier 2
Papiersoort Gewicht Dikte Aantal vellen
Losse vellen
Normaal papier
Inkjetpapier
Glanzend
64 to 120 g/m
64 to 200 g/m
Max. 220 g/m
2
2
2
0,08 tot 0,15 mm (0,003 tot 0,006 in.)
0,08 tot 0,25 mm (0,003 tot 0,01 in.) 20
Max. 0,25 mm (max. 0,01 in.) 20
papier
Kaarten
Fotokaart
Indexkaart
Briefkaart
Enveloppen
Max. 240 g/m
Max. 120 g/m
Max. 200 g/m
75 tot 95 g/m
2
2
2
2
Max. 0,28 mm (max. 0,01 in.)
Max. 0,15 mm (max. 0,006 in.) 30
Max. 0,23 mm (max. 0,01 in.) 30
Max. 0,52 mm (max. 0,02 in.) 10
Transparanten 10
1
Max. 50 vellen voor papier van formaat Legal 80 g/m2 (20 lb). Max. 100 vel 80 g/m
2
Voor Foto 10×15 cm en Foto L papier, gebruikt u de fotopapierlade. (Zie Fotopapier laden op pagina 19.)
2
(20 lb) papier.
100
20
1
2
2
15
Hoofdstuk 2

Papier, enveloppen en andere media laden

Papier en andere media laden2
Opmerking
Om af te drukken op Foto L of 10 × 15 cm papier, raadpleegt u Fotopapier laden op pagina 19.
a Als de papiersteunklep open is, deze
sluiten, en vervolgens de papierlade volledig uit de machine trekken. Til het deksel van de uitvoerpapierlade (1) op.
b Houd de papiergeleiders voor de
breedte (1) en de papiergeleider voor de
2
lengte (2) ingedrukt en stel deze af op het papierformaat.
1
c Blader de stapel papier goed door, om
te voorkomen dat papier vastloopt of scheef wordt ingevoerd.
2
1
Opmerking
Draag er steeds zorg voor dat het papier niet omkrult.
16
Documenten en papier laden
d Plaats het papier voorzichtig in de
papierlade met de afdrukzijde omlaag en de bovenste rand eerst. Controleer of het papier vlak in de lade ligt.
Opmerking
Wanneer u Legal-papier gebruikt, drukt u op de universele ontgrendeling en trekt u aan de achterkant van de papierlade.
e De papiergeleiders voor de breedte met
beide handen voorzichtig aan het papier aanpassen. Zorg dat de papiergeleiders aan de zijkant de randen van het papier aanraken.
Opmerking
Zorg ervoor dat u het papier er niet te ver in duwt; het kan aan de achterkant van de lade omhoog gaan staan en problemen veroorzaken bij de invoer.
f Sluit het deksel van de
uitvoerpapierlade.
2
17
Hoofdstuk 2
g Duw de papierlade langzaam volledig in
de machine.
h Terwijl u de papierlade vasthoudt, de
papiersteun (1) eruit trekken tot u een klik hoort en de papiersteunklep (2) uitvouwen.
Enveloppen, briefkaarten en fotopapier laden 2
Enveloppen laden 2
Gebruik enveloppen met een gewicht van
75 tot 95 g/m
Voor sommige enveloppen is het nodig de
marge in te stellen in de toepassing. Zorg ervoor dat u eerst een testafdruk maakt.
VOORZICHTIG
Gebruik nooit de volgende soorten enveloppen, aangezien zij problemen veroorzaken bij de papierinvoer:
• Zakachtige enveloppen.
• Enveloppen met reliëf (met verhoogd opschrift).
• Enveloppen met sluithaken of nietjes.
• Enveloppen die aan de binnenkant zijn voorbedrukt.
2
.
Opmerking
De papiersteunklep niet gebruiken voor Legal-papier.
Lijm Dubbele omslag
Het kan zijn dat u af en toe problemen ondervindt bij de papierinvoer vanwege de dikte, het formaat en de vorm van de omslag van de enveloppen die u gebruikt.
18
Documenten en papier laden
Enveloppen en briefkaarten laden 2
a Druk de hoeken en zijkanten van de
enveloppen of briefkaarten zo plat mogelijk alvorens deze te plaatsen.
Opmerking
Als er verscheidene enveloppen of briefkaarten tegelijk naar binnen worden getrokken, plaats dan één envelop per keer in de papierlade.
Als u problemen hebt bij het afdrukken op enveloppen, volg dan de volgende suggesties op:
a Open de omslag van de envelop. b Zorg ervoor dat de open omslag zich
aan de zijkant of aan de achterkant van de envelop bevindt tijdens het afdrukken.
c Stel de maat en marge in bij uw
toepassing.
Fotopapier laden 2
2
2
b Leg de enveloppen of briefkaarten in de
papierlade met de adreszijde naar beneden en de invoerkant (bovenkant van de enveloppen) eerst. Stel de papiergeleiders voor de breedte (1) en de papiergeleider voor de lengte (2) af op het formaat van de enveloppen of briefkaarten.
1
2
Gebruik de fotopapierlade, die boven op de papierlade is gemonteerd, om foto's af te drukken op papier van het formaat Foto 10×15 cm of Foto L. U hoeft de gewone papierlade niet vrij te maken om de fotopapierlade te gebruiken.
a Druk met uw linkerduim op de
ontgrendeling van de fotopapierlade en duw de fotopapierlade (het bovendeel van de lade) terug tot deze in de positie voor het afdrukken van foto’s klikt.
1
1 Fotopapierlade
19
Hoofdstuk 2
b Houd de papiergeleiders voor de
breedte (1) en de papiergeleider voor de lengte (2) ingedrukt en verschuif ze ter aanpassing aan het papierformaat.
1
2
c Plaats het fotopapier in de
fotopapierlade en pas de papiergeleiders voorzichtig aan de breedte van het papier aan. Zorg dat de papiergeleiders aan de zijkant de randen van het papier aanraken.
d Wanneer u klaar bent met het afdrukken
van foto's, de fotopapierlade in de normale afdrukpositie terugzetten. Druk met uw linkerduim op de ontgrendeling van de fotopapierlade en trek de fotopapierlade naar voren tot deze klikt.
Kleine afdrukken uit de machine verwijderen 2
Wanneer de machine kleine stukjes papier uitwerpt op de papieruitvoerlade, kunt u deze misschien niet bereiken. Zorg dat het afdrukken is voltooid, en trek vervolgens de lade volledig uit de machine.
Opmerking
• Zorg ervoor dat u het papier er niet te ver in duwt; het kan aan de achterkant van de lade omhoog gaan staan en problemen veroorzaken bij de invoer.
• Draag er steeds zorg voor dat het papier niet omkrult.
20
Documenten en papier laden
Bedrukbaar gedeelte 2
Hoe groot het bedrukbaar gedeelte is, is afhankelijk van de instellingen binnen de door u gebruikte toepassing. De onderstaande afbeeldingen tonen de niet-bedrukbare gedeelten op losse vellen papier en enveloppen. De machine kan alleen afdrukken in de grijze gedeelten, wanneer de afdrukfunctie Zonder marges beschikbaar is en aanstaat.
Losse vellen Enveloppen
3
4
1
3
1
4
2
2
Bovenkant (1) Onderkant (2) Links (3) Rechts (4)
Losse vellen 3 mm (0,12 in.) 3 mm (0,12 in.) 3 mm (0,12 in.) 3 mm (0,12 in.) Enveloppen 12 mm (0,47 in.) 24 mm (0,95 in.) 3 mm (0,12 in.) 3 mm (0,12 in.)
2
Opmerking
De functie Zonder marges is niet beschikbaar voor enveloppen.
21
3

Algemene instellingen 3

Energiebesparende stand

Wanneer de machine inactief is, kunt u hem in de energiebesparende stand zetten door op de Power Save-toets te drukken. U kunt in de energiebesparende stand nog altijd telefoongesprekken ontvangen. Voor verdere informatie over het ontvangen van faxen in de energiebesparende stand, raadpleegt u de tabel op Aan/Uit- instelling op pagina 23. De uitgestelde, geprogrammeerde faxberichten worden nu verzonden. U kunt zelfs uw faxen opvragen via Afstandsbediening, als u zich niet bij uw machine bevindt. Voor andere opdrachten moet u de machine wel uit de energiebesparende stand halen.
Opmerking
Als u een extern telefoontoestel of antwoordapparaat hebt aangesloten, blijft dat steeds beschikbaar.
De machine in de energiebesparende stand zetten 3
a Houd de toets Power Save ingedrukt
totdat op het LCD-scherm Afsluiten verschijnt. Het lampje van het LCD-scherm gaat uit.
De machine uit de energiebesparende stand halen 3
Opmerking
3
• Zelfs als u de machine in de energiebesparende stand hebt gezet, zal de machine de printkop toch regelmatig reinigen om de afdrukkwaliteit te handhaven.
• Als u de stekker uit het stopcontact hebt gehaald, is de machine volledig uitgeschakeld.
• U kunt de energiebesparende stand zo aanpassen dat er, behalve de automatische reiniging van de printkop, geen andere opdrachten beschikbaar blijven. (Zie Energiebesparende stand instellen op pagina 22.)
Energiebesparende stand instellen 3
U kunt de toets Power Save van de machine aanpassen. De fabriekinstelling is Faxontvang.:Aan. De machine kan ook faxberichten of telefoongesprekken ontvangen wanneer deze in de energiebesparende modus staat. Wanneer u wilt dat uw machine geen faxberichten of oproepen ontvangt, moet u deze instelling op Faxontvang.:Uit zetten (Zie Energiebesparende stand op pagina 22.)
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Bespaarstand te
selecteren. Druk op OK.
a Druk op de toets Power Save.
Op het LCD-scherm worden de datum en de tijd weergegeven.
22
d Druk op a of b om Faxontvang.:Uit
(of Faxontvang.:Aan) te selecteren. Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.
Algemene instellingen
MFC-440CN
Aan/Ui t­instelling
Faxontvang.:
1
Aan
(fabrieks instelling)
Faxontvang.: Uit
1
U kunt geen fax ontvangen met Mono Start of Colour Start.
2
U kunt niet automatisch een fax ontvangen, als u de ontvangstmodus hebt ingesteld op Fax/Telefoon.
3
Instellen voordat u de machine uitzet.
Ontvangst­modus
Alleen fax
Telefoon/ Beantw.
Beschikbare bewerkingen
Fax Ontvangen Fax Waarnemen
Uitgestelde Fax Fax Doorzenden Fax Opslaan3 PC-Fax Ontvangen Afstandsbediening
Handmatig
Fax/Telefoon
Fax Waarnemen Uitgestelde Fax
2
Behalve de reiniging
van de printkop zijn er geen bewerkingen mogelijk.
MFC-660CN en MFC-845CW
Aan/Ui t­instelling
Faxontvang.:
12
3
3
3
3
3
Aan
(fabrieks instelling)
Faxontvang.: Uit
Ontvangst­modus
Alleen fax
Fax/Telefoon
Handmati g
Beschikbare bewerkingen
Fax Ontvangen Fax Waarnemen
Uitgestelde Fax
3
Fax Doorzenden
4
Fax Opslaan Fax Voorbeeld
6
6
6
6
PC-Fax Ontvangen6 Afstandsbediening
ANT Fax Ontvangen
Inkomend bericht opnemen Fax Waarnemen
Uitgestelde Fax Fax Doorzenden Fax Opslaan Fax Voorbeeld
6
6
6
6
PC-Fax Ontvangen Afstandsbediening
Handmatig
Fax/Telefoon
Fax Waarnemen Uitgestelde Fax
5
6
Behalve de reiniging
van de printkop zijn er geen bewerkingen mogelijk.
3
6
6
6
1
U kunt geen fax ontvangen met Mono Start of Colour Start.
2
U kunt telefoongesprekken ontvangen door de hoorn op te nemen (MFC-660CN) of de draadloze telefoon te gebruiken (MFC-845CW).
3
MFC-660CN
4
Als een extern ANTW.APP. is aangesloten en Fax Waarnemen actief is.
5
U kunt niet automatisch een fax ontvangen, als u de ontvangstmodus hebt ingesteld op Fax/Telefoon (MFC-845CW).
6
Instellen voordat u de machine uitzet.
23
Hoofdstuk 3

Timermodus 3

De machine heeft op het bedieningspaneel drie tijdelijke modustoetsen: Fax, Scan, Copy en PhotoCapture. U kunt de tijdsduur wijzigen waarna de machine, na de laatste scan, kopieer- of PhotoCapturebewerking, terugkeert naar de Faxmodus. Als u Uit selecteert, blijft de machine in de laatst gebruikte modus.
a Druk op Menu.

Papierinstellingen 3

Papiersoort 3
Voor de beste afdrukkwaliteit dient u de machine in te stellen op het type papier dat u gebruikt.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Papiersoort te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Normaal papier,
Inkjetpapier, Brother-fotopap., Ander fotopapier of Transparanten te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.
b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Tijdklokstand te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om 0 Sec., 30 Sec.,
1 Min, 2 Min., 5 Min. of Uit te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.
Opmerking
Het papier wordt met de bedrukte zijde naar boven op de uitvoerlade aan de voorkant van de machine uitgeworpen. Als u transparanten of glanzend papier gebruikt, dient u elk vel onmiddellijk te verwijderen; dit om te voorkomen dat de vellen aan elkaar plakken of verstopt raken.
24
Algemene instellingen
Papierformaat 3
U kunt vijf papierformaten voor het printen van uw kopieën gebruiken: Letter, Legal, A4, A5 en 10 × 15 cm (4 × 6 in.) en drie formaten voor het printen van faxen: Letter, Legal en A4. Wanneer u een ander papierformaat in de machine laadt, moet u ook de instelling voor het Papierformaat veranderen, zodat uw machine een binnenkomende fax op het blad kan inpassen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Papierformaat te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Letter, Legal,
A4, A5 of 10x15cm te selecteren.
Druk op OK.

Instellingen volume 3

Belvolume 3
U kunt kiezen uit een serie volumeniveaus voor de beltoon, van Hoog tot Uit.
In de faxmodus drukt u op d of c om het volume aan te passen. Op het LCD­scherm wordt de huidige instelling weergegeven, en telkens wanneer u op deze toets drukt wordt het volume aan het volgende niveau aangepast. De machine behoudt de nieuwe instelling tot u deze wijzigt. U kunt het volume ook veranderen via het menu, door de instructies hieronder op te volgen:
Het belvolume instellen via het menu 3
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
3
e Druk op Stop/Exit.
c Druk op a of b om Volume te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Belvolume te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
25
Hoofdstuk 3
Volume waarschuwingstoon 3
Wanneer de waarschuwingstoon aanstaat zal de machine een geluidssignaal geven, wanneer u een toets indrukt, een vergissing maakt of een fax verzendt of ontvangt.
U kunt kiezen uit een serie volumeniveaus, van Hoog tot Uit.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Volume te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Waarsch.toon te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Volume luidspreker 3
U kunt kiezen uit een serie luidsprekervolumes, van Hoog tot Uit.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Volume te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Luidspreker te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Laag, Half, Hoog
of Uit te selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
U kunt het luidsprekervolume ook aanpassen met de knop Speaker Phone (alleen MFC-660CN en MFC-845CW).
a Druk op Speaker Phone.
26
b Druk op d of c .
Deze instelling blijft van kracht totdat u deze weer wijzigt.
c Druk op Speaker Phone.
Opmerking
U kunt terwijl u uw uitgaande en binnenkomende berichten beluistert het luidsprekervolume aanpassen met de
knoppen d of c (alleen MFC-660CN en MFC-845CW).
Algemene instellingen

Automatische zomer-/ wintertijd

U kunt de machine zo instellen dat de zomer-/ wintertijd automatisch wordt gewijzigd. De machine zal in de lente automatisch een uur vooruit worden gezet en één uur terug in de herfst. Wees er zeker van dat u de juiste datum en tijd hebt ingevoerd in de instelling Datum/Tijd.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Aut. zomertijd
te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Uit (of Aan) te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.

LCD-scherm 3

3
LCD-contrast 3
U kunt het contrast van het LCD-scherm aanpassen, zodat de weergave duidelijker wordt. Als u het LCD-scherm niet goed kunt lezen, kunt u proberen de contrastinstelling te wijzigen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD-instell. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om LCD Contrast te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Licht, Half of
Donker te selecteren.
Druk op OK.
3
f Druk op Stop/Exit.
De helderheid van de achtergrondverlichting instellen
Als u het LCD-scherm niet goed kunt lezen, kunt u proberen de instelling van de helderheid te wijzigen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD-instell. te
selecteren. Druk op OK.
27
3
Hoofdstuk 3
d Druk op a of b om Schermverlicht
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Licht, Half of
Donker te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
De dimmertimer voor de achtergrondverlichting instellen 3
U kunt instellen hoe lang de achtergrondverlichting aan blijft na de laatste druk op de toets.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD-instell. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Lichtdim-timer
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om 10 Sec., 20 Sec.,
30 Sec. of Uit te selecteren.
Druk op OK.
De uitschakelingstimer instellen
U kunt de duur van de verlichting van het LCD-scherm instellen na de laatste druk op de toets. Dit is een energiebesparende functie. De machine kan afdrukken, scannen en faxen en telefoontjes ontvangen, terwijl het LCD-scherm uitstaat.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD-instell. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Uitschakelklok
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om 1 Min, 2 Min.,
3 Min., 5 Min., 10 Min., 30 Min.
of Uit te selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Opmerking
Wanneer het scherm uitstaat, kunt u dit weer aanzetten door op een willekeurige toets te drukken.
3
f Druk op Stop/Exit.
28
De achtergrond instellen 3
U kunt het beeld gebruikt voor de achtergrond van het LCD-scherm wijzigen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Standaardinst.
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om LCD-instell. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Wallpaper te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om een achtergrond te
selecteren. Druk op OK.
Algemene instellingen
3
f Druk op Stop/Exit.
29
4

Beveiligingsfuncties 4

Verzendslot (alleen MFC-440CN)

Met het verzendslot voorkomt u dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine. U kunt geen uitgestelde faxen of pollingtaken plannen. Eerder geplande uitgestelde faxen worden echter wel verzonden, ook al activeert u het verzendslot. De documenten gaan dus niet verloren.
Wanneer Verzendslot op Aan staat, zijn de volgende functies beschikbaar:
Fax ontvangenFax doorzenden (als Fax Doorzenden
reeds stond op Aan)
Afstandsbediening (als Fax Opslaan
reeds stond op Aan)
PC-Fax ontvangen (als PC-Fax
Ontvangen reeds Aan stond)
Wanneer Verzendslot Aan is, zijn de volgende functies NIET beschikbaar:
Fax verzendenKopiërenAfdrukken vanaf de PC ScannenPhotoCapture
Het wachtwoord voor het verzendslot instellen en wijzigen
4
Opmerking
Als u het wachtwoord reeds hebt ingesteld, hoeft u dit niet opnieuw in te stellen.
Het wachtwoord instellen 4
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om TX-slot te
selecteren. Druk op OK.
e Toets een viercijferig nummer in voor
het wachtwoord. Druk op OK.
f Als op het LCD-scherm Nogmaals:
verschijnt, voert u het wachtwoord opnieuw in. Druk op OK.
4
Opmerking
Als u het wachtwoord voor het verzendslot bent vergeten, neemt u contact op met de Brotherdealer voor service.
30
g Druk op Stop/Exit.
Beveiligingsfuncties
Het wachtwoord voor het verzendslot wijzigen 4
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om TX-slot te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Wachtwoord te
selecteren. Druk op OK.
f Toets een viercijferig nummer als
wachtwoord in. Druk op OK.
g Voor een viercijferig nummer als nieuw
wachtwoord in. Druk op OK.
h Als op het LCD-scherm Nogmaals:
verschijnt, voert u het wachtwoord opnieuw in. Druk op OK.
i Druk op Stop/Exit.
Verzendslot aan-/uitzetten 4
Verzendslot inschakelen 4
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om TX-slot te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Stel TX-slot in
te selecteren. Druk op OK.
f Voer het viercijferige wachtwoord in.
Druk op OK. De machine gaat offline en het LCD­scherm toont TX slot mode.
Verzendslot uitschakelen 4
a Druk op Menu. b Voer het viercijferige wachtwoord in.
Druk op OK. Verzendslot wordt automatisch uitgeschakeld.
4
Opmerking
Als u een verkeerd wachtwoord invoert, geeft het LCD-scherm Fout wachtwoord weer en blijft de machine offline. De machine blijft in de stand verzendslot tot het correcte wachtwoord is ingevoerd.
31
Hoofdstuk 4

Geheugenbeveiliging (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)

Met geheugenbeveiliging voorkomt u dat onbevoegden toegang krijgen tot de machine. U kunt geen uitgestelde faxen of pollingtaken plannen. Voordien geplande uitgestelde faxen worden echter wel verzonden ook al activeert u de geheugenbeveiliging. De documenten gaan dus niet verloren.
Wanneer de geheugenbeveiliging aanstaat, zijn de volgende opties beschikbaar:
Fax ontvangen in het geheugen
(afhankelijk van het beschikbare geheugen)
Fax doorzenden (als Fax Doorzenden
reeds stond op Aan)
Afstandsbediening (als Fax Opslaan
reeds stond op Aan)
Draadloze hoorn (alleen MFC-845CW)
• Telefoongesprek beginnen
• Telefoongesprek ontvangen
Opmerking
• Om faxen in het geheugen af te drukken, zet u de geheugenbeveiliging uit.
4
• U dient PC-Fax Ontvangen uit te schakelen voordat u de geheugenbeveiliging kunt aanzetten. (Zie
De geavanceerde functies uitschakelen op pagina 76.)
• Wanneer u uw wachtwoord bent vergeten, neemt u contact op met de Brotherdealer.
Het wachtwoord voor geheugenbeveiliging instellen en wijzigen 4
Opmerking
Als u het wachtwoord reeds hebt ingesteld, hoeft u dit niet opnieuw in te stellen.
De eerste keer het wachtwoord instellen 4
a Druk op Menu.
• Nummerweergave (met betaald abonnement)
Wanneer de geheugenbeveiliging aanstaat, zijn de volgende opties NIET beschikbaar:
Printen ontvangen faxenFax verzendenKopiërenAfdrukken vanaf de PC ScannenPhotoCapture PC-Fax ontvangenDraadloze hoorn (alleen MFC-845CW)
• Intercom
• Een telefoontje overzetten
• Draadloze telefoons registreren
32
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beveiligd geh.
te selecteren. Druk op OK.
e Toets een viercijferig nummer in voor
het wachtwoord. Druk op OK.
f Als op het LCD-scherm Nogmaals:
verschijnt, voert u het wachtwoord opnieuw in. Druk op OK.
g Druk op Stop/Exit.
Beveiligingsfuncties
Het wachtwoord voor geheugenbeveiliging wijzigen 4
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beveiligd geh.
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Wachtwoord te
selecteren. Druk op OK.
f Toets het huidige wachtwoord in (vier
cijfers). Druk op OK.
g Voor een viercijferig nummer als nieuw
wachtwoord in. Druk op OK.
h Als op het LCD-scherm Nogmaals:
verschijnt, voert u het nieuwe wachtwoord opnieuw in. Druk op OK.
i Druk op Stop/Exit.
De geheugenbeveiliging aan/uitzetten 4
De geheugenbeveiliging aanzetten 4
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beveiligd geh.
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Instel beveilig
te selecteren. Druk op OK.
f Voer het viercijferige wachtwoord in.
Druk op OK. De machine gaat offline en het LCD­scherm toont Beveiligingsmode.
Opmerking
In geval van een stroomstoring blijven de gegevens in het geheugen max. 24 dagen bewaard.
4
33
Hoofdstuk 4
De geheugenbeveiliging uitzetten 4
a Druk op Menu. b Voer het viercijferige wachtwoord in.
Druk op OK. Geheugenbeveiliging wordt automatisch uitgeschakeld.
Opmerking
Als u een verkeerd wachtwoord invoert, geeft het LCD-scherm Fout wachtwoord weer en blijft de machine offline. De machine blijft in beveiligde modus tot het correcte wachtwoord is ingevoerd.
34
Paragraaf II
Fax II
Een fax verzenden 36 Een fax ontvangen 44 Telefoon en externe apparaten 50 Nummers kiezen en opslaan 59
Digitaal ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)
67
72
Rapporten afdrukken 82 Pollen 84
5

Een fax verzenden 5

Faxmodus instellen 5

Als u een fax wilt versturen, of instellingen voor het verzenden en ontvangen ervan wilt
wijzigen, drukt u op de (Fax) toets; deze wordt groen.
Op het LCD-scherm wordt het volgende weergegeven:
FAX
09012345689
Faxresolutie Standaard
AutoContrast Snelkies Uitgaand gesprek
Fax start
Druk op a of b om door Fax-opties te bladeren. Sommige functies zijn alleen beschikbaar voor het verzenden van monochrome faxen.
Faxresolutie (Zie pagina 40.)Contrast (Zie pagina 40.)Snelkies (Zie pagina 59.)Uitgaand gesprek (Zie pagina 60.)
Druk op
Verzend Pollen (Zie pagina 86.)Ontvang Pollen (Zie pagina 84.)Internationaal (Zie pagina 41.)Afmeting scan (Zie pagina 37.)Nieuwe standaard (Zie pagina 42.)Fabrieksinstell. (Zie pagina 43.)
Wanneer de gewenste optie oplicht, drukt u op OK.
Faxen verzenden vanaf de ADF 5
a Druk op (Fax).
b Plaats het document met de bedrukte
zijde naar beneden in de ADF.
c Toets het gewenste faxnummer in. U
kunt hiervoor de kiestoetsen of de snelkiestoetsen gebruiken, of u kunt het nummer zoeken.
d Druk op Mono Start of Colour Start.
De machine begint het document te scannen.
Opmerking
• Druk op Stop/Exit om te annuleren.
• Als het geheugen vol is, wordt het faxbericht onmiddellijk verzonden.
Overz. beller-ID (alleen
MFC-660CN en MFC-845CW) (Zie pagina 60.)
Rondsturen (Zie pagina 38.)Tijdklok (Zie pagina 41.)Verzamelen (Zie pagina 42.)Direct verzend (Zie pagina 41.)
36
Een fax verzenden
Faxen via de glasplaat 5
U kunt de glasplaat gebruiken om pagina's van een boek door te faxen. U kunt documenten van max. Letter of A4-formaat gebruiken.
Bij kleurenfaxen kunt u niet meer dan één pagina per keer verzenden.
Opmerking
Aangezien u slechts één pagina tegelijk kunt scannen, is het eenvoudiger om de ADF te gebruiken als u een document van meerdere pagina's verzendt.
a Druk op (Fax).
b Leg uw document met de bedrukte zijde
naar beneden op de glasplaat.
c Toets het gewenste faxnummer in. U
kunt hiervoor de kiestoetsen of de snelkiestoetsen gebruiken, of u kunt het nummer zoeken.
d Druk op Mono Start of Colour Start.
Als u op Mono Start drukt, begint de
machine de eerste pagina te scannen. Ga naar stap e.
Als u op Colour Start drukt, begint
de machine met verzenden.
Opmerking
Als het geheugen vol is en u slechts één pagina verzendt, wordt deze direct verzonden.
Documenten in Letterformaat verzenden via de glasplaat 5
Voor documenten van het formaat Letter, moet u de scangrootte op Letter instellen. Als u dit niet doet, gaat de zijkant van de faxen verloren.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Afmeting scan te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Letter te
selecteren. Druk op OK.
Opmerking
U kunt de instelling die u het vaakst gebruikt opslaan door deze als standaard in te stellen. (Zie pagina 42.)
Een fax in kleur verzenden 5
5
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als u slechts één pagina wilt
verzenden, drukt u op 2 om Nee te kiezen (of nogmaals op Mono Start). De machine begint het document te verzenden.
Als u meer dan een pagina wilt
verzenden, drukt u op 1 om Ja te kiezen en gaat u naar stap f.
f Leg de volgende pagina op de
glasplaat. Druk op OK. De machine begint de pagina te scannen. (Herhaal stap e en f voor elke volgende pagina.)
Uw machine kan een fax in kleur verzenden naar machines die deze functie ondersteunen.
Faxen in kleur kunnen niet in het geheugen worden opgeslagen. Als u een fax in kleur verzendt, wordt deze direct verzonden (zelfs wanneer
Uit).
Direct verzend
is ingesteld op
Een actieve fax annuleren 5
Als u een fax wilt annuleren terwijl de machine aan het scannen, kiezen of verzenden is, drukt u op Stop/Exit.
37
Hoofdstuk 5

Groepsverzenden (alleen monochroom)

Een groepsverzending is het automatisch verzenden van één faxbericht naar meerdere faxnummers. U kunt een fax tegelijkertijd naar groepen, snelkiesnummers en maximaal 50 met de hand gekozen nummers sturen.
Na voltooiing van de groepsverzending wordt een verzendrapport afgedrukt.
a Druk op (Fax).
b Uw document laden. c Druk op a of b om Rondsturen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren. Druk op OK.
• Hoeveel geheugen er beschikbaar is, hangt af van het type taken die in het
5
geheugen zijn opgeslagen en van het aantal nummers waarnaar u de fax verzendt. Als u de fax naar het maximale aantal nummers probeert te verzenden, kunt u de tweevoudige werking en uitgesteld faxen niet gebruiken.
• Als het geheugen vol is, drukt u op Stop/Exit om de opdracht af te breken. Als al meer dan een pagina werd gescand, drukt u op Mono Start om het gedeelte dat in het geheugen zit, te verzenden.
e Voer het gewenste nummer in. U kunt
een snelkiesnummer of een groepsnummer gebruiken, of het op het bedieningspaneel invoeren. Druk op OK.
f Herhaal stappen d en e om meer
faxnummers in te voeren, en druk dan op a of b om Voltooien te kiezen. Druk op OK.
g Druk op Mono Start.
Opmerking
• Als u geen locaties voor groepsnummers hebt gebruikt, kunt u naar maximaal 210 (MFC-440CN en MFC-660CN) of 250 (MFC-845CW) verschillende nummers faxen.
38
Een fax verzenden
Een actieve groepsverzending annuleren 5
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Rest. jobs te
selecteren. Druk op OK. Op het LCD-scherm verschijnen het faxnummer dat wordt gekozen en het taaknummer van de groepsverzending.
d Druk op OK.
Op het LCD-scherm verschijnt het volgende bericht:
Taak annuleren? JaiDruk op 1 NeeiDruk op 2
e Druk op 1 om het nummer dat wordt
gekozen te wissen. Het LCD-scherm toont het taaknummer van de groepsverzending.
f Druk op OK.
Op het LCD-scherm verschijnt het volgende bericht:
Taak annuleren? JaiDruk op 1 NeeiDruk op 2
g Druk op 1 om de groepsverzending te
annuleren.
h Druk op Stop/Exit.

Aanvullende verzendopties

Faxen met meer instellingen verzenden 5
Wanneer u een fax gaat verzenden, kunt u een combinatie van deze instellingen kiezen: resolutie, contrast, internationale modus, timer voor uitgestelde faxen, pollen en directe verzending.
a Druk op (Fax).
Op het LCD-scherm wordt het volgende weergegeven:
FAX
09012345689
Faxresolutie Standaard
AutoContrast Snelkies Uitgaand gesprek
Fax start
b Selecteer met a of b de instellingen die
u wilt veranderen. Druk op OK.
c Nadat elke instelling is aanvaard, kunt u
nog meer instellingen veranderen.
Opmerking
• De meeste instellingen zijn tijdelijk en de machine herstelt de standaardinstellingen nadat u een fax hebt verzonden.
Druk op
5
5
• U kunt bepaalde instellingen die u het vaakst gebruikt opslaan door ze als standaard in te stellen. Deze instellingen blijven van kracht totdat u ze weer wijzigt. (Zie Uw wijzigingen als nieuwe standaard instellen op pagina 42.)
39
Hoofdstuk 5
Contrast 5
Als uw document erg licht of erg donker is, wilt u het contrast wellicht wijzigen. Voor de meeste documenten kan de fabrieksinstelling Auto worden gebruikt. Het apparaat selecteert dan automatisch het geschikte contrast voor uw document.
Gebruik Licht wanneer u een licht document verzendt.
Gebruik Donker wanneer u een donker document verzendt.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Contrast te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Auto, Licht of
Donker te selecteren.
Druk op OK.
Opmerking
Ook als u Licht of Donker hebt gekozen, zal de machine de fax verzenden met de instelling Auto in alle volgende gevallen:
• Wanneer u een kleuren fax verzendt.
• Wanneer u Foto kiest als faxresolutie.
Faxresolutie wijzigen 5
De kwaliteit van een fax kan worden verbeterd door de faxresolutie te wijzigen.
a Druk op (Fax).
Opmerking
U kunt vier verschillende instellingen kiezen voor de resolutie van monochrome faxen en twee voor kleuren.
Monochroom
Standaard Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn Geschikt voor documenten
met een klein lettertype. De transmissiesnelheid is iets lager dan bij de standaardresolutie.
Superfijn Geschikt voor kleine lettertjes
of artwork. De transmissiesnelheid is lager dan bij de fijne resolutie.
Foto Te gebruiken wanneer het
document verschillende tinten grijs bevat of een foto is. Hiermee verzenden duurt het langst.
Kleur
Standaard Geschikt voor de meeste
getypte documenten.
Fijn Gebruiken wanneer het
document een foto is. De transmissiesnelheid is lager dan bij de standaardresolutie.
Als u Superfijn of Foto selecteert en vervolgens de Colour Start-toets gebruikt om een fax te verzenden, verzendt de machine de fax met de instelling Fijn.
Tweevoudige werking (alleen monochroom) 5
b Druk op a of b om Faxresolutie te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om de gewenste
resolutie te selecteren. Druk op OK.
40
U kunt een nummer kiezen en de fax in het geheugen inlezen––zelfs wanneer de machine een fax vanuit het geheugen verzendt, faxen ontvangt of gegevens vanuit de PC afdrukt. Het LCD-scherm toont het nieuwe taaknummer en het beschikbare geheugen.
Een fax verzenden
Hoeveel pagina's u in het geheugen kunt inlezen, is afhankelijk van de gegevens die erop zijn afgedrukt.
Opmerking
Wanneer het bericht Geheugen vol verschijnt, terwijl u bezig bent met het scannen van documenten, drukt u op
Stop/Exit om te annuleren of op Mono Start om de gescande pagina’s te
verzenden.
Direct verzenden 5
Als u een fax gaat verzenden, zal de machine de documenten eerst in het geheugen scannen alvorens deze te verzenden. Vervolgens, zodra de telefoonlijn vrij is, begint de machine met kiezen en verzenden.
Als het geheugen vol is, zal de machine het document direct verzenden (zelfs als Direct verzend is ingesteld op Uit).
Soms wilt u een belangrijk document onmiddellijk verzenden, zonder te wachten totdat het vanuit het geheugen wordt verzonden. U kunt dan Direct verzend inschakelen.
Om een document onmiddellijk te verzenden, zonder te wachten op Verzenden vanuit het geheugen, zet u Direct verzend op Aan.
Internationale modus 5
Als u problemen hebt met het internationaal verzenden van een fax, bijvoorbeeld vanwege ruis op de lijn, raden wij u aan om de internationale modus te activeren. Nadat u een fax in deze modus hebt verzonden, wordt deze functie vanzelf weer uitgeschakeld.
a Druk op (Fax).
b Uw document laden. c Druk op a of b om Internationaal
te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
Uitgesteld faxen (alleen monochroom) 5
Tijdens de dag kunt u max. 50 faxen in het geheugen opslaan om ze binnen 24 uur te verzenden. Deze faxen zullen verzonden worden op het tijdstip van de dag dat u invoert in stap e.
a Druk op (Fax).
5
a Druk op (Fax). b Druk op a of b om Direct verzend
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Aan te selecteren.
Druk op OK.
Opmerking
• Bij direct verzenden werkt de functie voor opnieuw kiezen niet wanneer u de glasplaat gebruikt.
• Als u een fax in kleur verzendt, wordt deze direct verzonden (ook wanneer Direct verzend op Uit staat).
b Uw document laden. c Druk op a of b om Tijdklok te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Aan te selecteren.
Druk op OK.
e Voer in om hoe laat de fax moet worden
verzonden (in 24 uursformaat). (Bijvoorbeeld, voer 19:45 in voor 7:45 PM.) Druk op OK.
41
Hoofdstuk 5
Opmerking
Het aantal pagina's dat u in het geheugen kunt inlezen, is afhankelijk van de gegevens die op elke pagina zijn afgedrukt.
Uitgestelde groepsverzending (alleen monochroom) 5
Alvorens de uitgestelde faxen te verzenden, zal uw machine u helpen met besparen door alle faxen in het geheugen op bestemming en geprogrammeerde tijd te sorteren. Alle uitgestelde faxen die geprogrammeerd zijn om op hetzelfde tijdstip naar hetzelfde faxnummer te worden verzonden, worden als één fax verzonden om transmissietijd te besparen.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Verzamelen te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Aan te selecteren.
Druk op OK.
d Druk op Stop/Exit.
c Druk op a of b om Rest. jobs te
selecteren. Druk op OK. De taken in de wachtrij verschijnen op het LCD-scherm.
d Druk op a of b om door de taken te
bladeren en kies de taak die u wilt annuleren. Druk op OK.
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voor annuleren drukt u op 1 voor Ja.
Om nog een taak te annuleren, gaat u naar stap d.
Om af te sluiten zonder annuleren,
kiest u 2 voor Nee.
f Druk op Stop/Exit wanneer u klaar
bent.
Uw wijzigingen als nieuwe standaard instellen 5
U kunt de instellingen voor Faxresolutie, Contrast, Direct verzend en Afmeting scan die u het vaakst gebruikt
opslaan door ze als standaard in te stellen. Deze instellingen blijven van kracht totdat u ze weer wijzigt.
Het controleren en annuleren van taken in de wachtrij 5
U kunt controleren welke taken in het geheugen nog op verzending wachten en een taak annuleren. (Als er geen taken zijn, wordt de melding Geen opdrachten op het LCD-scherm weergegeven.)
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
42
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om uw nieuwe instelling
te selecteren. Druk op OK. Herhaal deze stap voor iedere instelling die u wilt wijzigen.
c Na het wijzigen van de laatste instelling,
drukt u op a of b om Nieuwe standaard te selecteren. Druk op OK.
d Druk op 1 om Ja te selecteren. e Druk op Stop/Exit.
Een fax verzenden
Stelt alle instellingen terug in op de fabrieksinstellingen 5
U kunt alle door u gewijzigde instellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen. Deze instellingen blijven van kracht totdat u ze weer wijzigt.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om
Fabrieksinstell. te selecteren. Druk op OK.
c Druk op 1 om Ja te selecteren. d Druk op Stop/Exit.
Een fax handmatig verzenden5
Als u handmatig een fax gaat verzenden, hoort u de kiestoon, de beltonen en de faxontvangsttonen.
a Druk op (Fax).
f Wanneer u de hoorn hebt opgenomen,
leg deze dan neer.
Een fax verzenden op het eind van een gesprek (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 5
Aan het einde van een gesprek kunt u de andere partij een fax sturen voordat u beiden ophangt.
a Vraag de andere partij te wachten op de
faxtonen, dan op de toets Start of Zenden te drukken en daarna pas op te hangen.
b Druk op (Fax).
c Uw document laden. d Druk op Mono Start of Colour Start.
Als u de glasplaat gebruikt, drukt u
op 1 om een fax te versturen.
5
b Uw document laden. c Om op een kiestoon te wachten, één
van de volgende handelingen verrichten:
(MFC-440CN) Neem de hoorn van
een extern toestel op.
(MFC-660CN) Druk op
Speaker Phone of neem de hoorn op.
(MFC-845CW) Druk op
Speaker Phone op de machine of
druk op op de draadloze telefoon.
d Kies het faxnummer. e Zodra u de faxtoon hoort, drukt u op
Mono Start of Colour Start op de machine. Bij gebruik van de glasplaat, drukt u op 1 op de machine om een fax te verzenden.
e Leg de hoorn weer op de haak.
De melding geheugen vol 5
Als u tijdens het scannen van de eerste pagina van een fax de melding Geheugen vol ziet, moet u op Stop/Exit drukken om de fax te annuleren.
Als de melding Geheugen vol wordt weergegeven tijdens het scannen van een volgende pagina, kunt u ofwel op Mono Start drukken om de gescande pagina's te zenden, of op Stop/Exit om de handeling te annuleren.
Opmerking
Als de melding Geheugen vol wordt weergegeven tijdens het faxen en u de in het geheugen opgeslagen faxen niet wilt wissen om geheugen vrij te maken, kunt u de fax direct verzenden. (Zie Direct verzenden op pagina 41.)
43

Een fax ontvangen 6

6

Ontvangststanden 6

U dient een ontvangststand te kiezen afhankelijk van de externe apparaten en telefoondiensten die op uw lijn aanwezig zijn.
De ontvangstmodus kiezen 6
Standaard ontvangt uw machine automatisch alle faxen die er naartoe verzonden worden. Met behulp van onderstaande afbeelding kunt u de juiste stand kiezen.
Voor meer informatie over de ontvangststanden, zie pagina 45.
MFC-440CN
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken (indien beschikbaar) of een extern telefoontoestel of antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de machine?
Gebruikt u de functie voor voicemail van een extern antwoordapparaat?
6
Ja
Nee
Wilt u dat de machine faxoproepen en telefoongesprekken automatisch opneemt?
Nee
Ja
Ja
Nee
Alleen fax
Handmatig
Fax/Telefoon
Telefoon/Beantw.
MFC-660CN en MFC-845CW 6
Gebruikt u het ingebouwde ANTW.APP?
Nee
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken (indien beschikbaar) of een extern telefoontoestel of antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de machine?
Ja Nee
Gebruikt u de functie voor voicemail van een extern antwoordapparaat?
Nee
Ja
Zie Digitaal ANTW.APP.
Alleen fax
44
Wilt u dat de machine faxoproepen en telefoongesprekken automatisch opneemt?
* Wij raden u aan Fax waarnemen op Aan te zetten.
Nee
Handmatig
Fax/Telefoon
Ja
Handmatig*
Ja
Een fax ontvangen
Volg onderstaande instructies om een ontvangststand in te stellen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmodus
te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Alleen fax,
Fax/Telefoon, Telefoon/Beantw.
(alleen MFC-440CN) of Handmatig te kiezen. Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.
Op het LCD-scherm wordt de huidige ontvangststand weergegeven.

Ontvangststanden gebruiken

Sommige ontvangststanden antwoorden automatisch (Alleen fax en Fax/Telefoon). Misschien wilt u de belvertraging wijzigen alvorens deze standen te gebruiken. Zie hiervoor Belvertraging op pagina 46.
Alleen fax 6
In de stand Alleen fax wordt elke oproep automatisch beantwoord. Als de oproep een fax is, ontvangt de machine die.
Fax/Tel 6
De stand Fax/Tel helpt u om automatisch inkomende oproepen af te handelen, doordat wordt herkend of het een fax of een telefoongesprek betreft, en deze op één van de volgende manieren worden afgehandeld:
Faxen worden automatisch ontvangen.
6
6
Een telefoongesprek activeert het F/T-
belsignaal om aan te geven dat u de oproep moet aannemen. Het F/T­belsignaal is een snel dubbel belsignaal afkomstig van uw machine.
Zie ook F/T-Beltijd (alleen in Fax/Tel-modus) op pagina 47 en Belvertraging op pagina 46.
Handmatig 6
De handmatige stand schakelt alle automatische antwoordfuncties uit, tenzij u een extern ANTW.APP. gebruikt met de MFC-660CN of MFC-845CW.
Om een fax te ontvangen in de handmatige stand, drukt u op Mono Start of Colour Start wanneer u faxtonen hoort (korte herhaalde piepjes). U kunt ook de functie Fax waarnemen gebruiken om faxen te ontvangen door de hoorn op te nemen van een toestel op dezelfde lijn als die van de machine.
Zie ook Fax waarnemen op pagina 47.
45
Hoofdstuk 6
ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 6
Het antwoordapparaat helpt u om automatisch inkomende oproepen af te handelen, doordat wordt herkend of het een fax of een telefoongesprek betreft, en deze op één van de volgende manieren worden afgehandeld:
Faxen worden automatisch ontvangen.Een beller kan een bericht inspreken.
Om de modus ANTW.APP. in te stellen, zie pagina 67.
Als de ANTW.APP.-stand is ingeschakeld, heeft deze stand voorrang op de door u ingestelde Ontvangstmodus. Op het scherm verschijnt ANT.
Als de ANTW.APP.-stand is uitgeschakeld, wordt de eerder door u ingestelde Ontvangstmodus opnieuw geactiveerd. (Zie
ANTW.APP.-modus voor intern antwoordapparaat op pagina 67.)

Instellingen ontvangststand

Belvertraging 6
Deze functie bepaalt hoe vaak de bel van de machine overgaat voordat de oproep wordt beantwoord in de stand Fax/Telefoon. Als u externe of tweede toestellen op dezelfde lijn als de machine gebruikt, kiest u het maximum aantal belsignalen.
(Zie Werken met een tweede toestel op pagina 56 en Fax waarnemen op pagina 47.)
Als de bespaarstand Aan is, heeft de instelling voor de belvertraging geen invloed. Zie Toll Saver (bespaarstand voor telefoonkosten) instellen op pagina 70. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
Alleen fax of
6
Extern antwoordapparaat (alleen MFC-440CN) 6
In de stand Extern ANTW.APP handelt een extern antwoordapparaat uw inkomende oproepen af. Inkomende oproepen kunnen op één van de volgende manieren worden afgehandeld:
Faxen worden automatisch ontvangen.Bellers kunnen een bericht inspreken op
het externe ANTW.APP.
Voor meer informatie, zie Een extern ANTW.APP. (antwoordapparaat) aansluiten op pagina 54.
46
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Belvertraging te
selecteren. Druk op OK.
e (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Druk op a of b om Belvertraging te selecteren. Druk op OK.
f Druk op a of b om te selecteren hoe
vaak de bel moet overgaan voordat de machine opneemt (0-10). Druk op OK. Als u 0 kiest, volgt er helemaal geen belsignaal.
g Druk op Stop/Exit.
Een fax ontvangen
F/T-Beltijd (alleen in Fax/Tel-modus) 6
Als u de Ontvangstmodus instelt op Fax/Telefoon, dient u te specificeren hoe lang de machine met een dubbele bel moet overgaan om u te laten weten dat u een telefoongesprek moet aannemen. Als het een fax is, zal de machine de fax ontvangen.
Dit dubbel belsignaal hoort u na het eerste signaal van het telefoonbedrijf. Alleen de bel van de machine gaat over, de andere toestellen op dezelfde lijn gaan met het dubbele belsignaal over. U kunt het telefoontje echter op alle toestellen beantwoorden.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om F/T beltijd te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om te kiezen hoe lang
(20, 30, 40 of 70 seconden) de bel van de machine moet overgaan om u op een gewoon telefoongesprek te attenderen. Druk op OK.
Fax waarnemen 6
Als Fax Waarnemen op Aan staat: 6
De machine ontvangt faxberichten automatisch, ook al beantwoordt u het telefoontje. Zodra op het LCD-scherm Ontvangst wordt weergegeven of wanneer u “tjirpende geluiden” hoort via de hoorn die u gebruikt, legt u gewoon de hoorn op de haak. Uw machine doet de rest.
Als Fax Waarnemen op Half staat: (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 6
De machine ontvangt een faxbericht alleen automatisch, als u de oproep beantwoord hebt met de hoorn van de machine, de draadloze telefoon of luidspreker. Als u een oproep beantwoord hebt vanaf een tweede toestel, drukt u op l 5 1. (Zie Werken met een tweede toestel op pagina 56.)
Als Fax Waarnemen op Uit staat: 6
Wanneer u in de buurt van de machine bent en een faxoproep beantwoordt door de hoorn op te tillen, drukt u op Mono Start of Colour Start, en drukt u vervolgens op 2 om de fax te ontvangen.
Als u een oproep beantwoord hebt vanaf een tweede toestel, drukt u op l 5 1. (Zie Werken met een tweede toestel op pagina 56.)
6
f Druk op Stop/Exit.
Opmerking
Zelfs als de beller tijdens het dubbele belsignaal ophangt, zal de machine dit signaal aanhouden voor het aantal ingestelde seconden.
47
Hoofdstuk 6
Opmerking
• Als deze functie is ingesteld op Aan, maar uw machine neemt de faxoproep niet over wanneer u de hoorn van een tweede of extern toestel opneemt, moet u de faxontvangstcode intoetsen l 5 1.
• Als u faxen verzendt vanaf een computer op dezelfde telefoonlijn en de machine onderschept de faxen, dan moet u Fax Waarnemen op Uit instellen.
• (MFC-845CW) Als u de draadloze telefoon meestal niet in de buurt van de machine bewaart, adviseren wij u Fax Waarnemen aan te zetten. Als Fax Waarnemen is uitgeschakeld en u een faxoproep beantwoordt, moet u naar de machine gaan en drukken op Mono Start of Colour Start.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.

Aanvullende ontvangsthandelingen

Een verkleinde afdruk van een inkomend document maken 6
Als u Aan kiest, verkleint de machine automatisch een binnenkomende fax zodat deze op een pagina van het formaat A4, Letter, of Legal past. De machine berekent het verkleiningspercentage aan de hand van het papierformaat van de fax en uw instelling voor papierformaat (zie Papierformaat op pagina 25).
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
6
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Fax waarnemen te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan, Half (of Uit)
te selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
d Druk op a of b om Autoreductie te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Faxen in het geheugen ontvangen (alleen monochroom) 6
Als de papierlade leeg raakt tijdens de ontvangst van faxberichten, verschijnt op het scherm Papier nazien; plaats a.u.b. papier in de papierlade. (Zie Papier en andere media laden op pagina 16.) Als u geen papier in de papierlade kunt plaatsen, gebeurt het volgende:
48
Een fax ontvangen
Als Geh. ontvangst op Aan staat: 6
De machine gaat door met het ontvangen van de fax en de overige pagina's worden in het geheugen opgeslagen, als er voldoende geheugen beschikbaar is. Verdere inkomende faxen worden ook in het geheugen opgeslagen totdat het geheugen vol is. Wanneer het geheugen vol is, houdt de machine automatisch op met het beantwoorden van oproepen. Om de faxen af te drukken, vult u de lade met papier.
Als Geh. ontvangst op Uit staat: 6
De machine gaat door met het ontvangen van de fax en de overige pagina's worden in het geheugen opgeslagen, als er voldoende geheugen beschikbaar is. De machine stopt vervolgens met het automatisch beantwoorden van oproepen, totdat er papier in de papierlade is geplaatst. Om de laatste fax die u hebt ontvangen af te drukken, vult u de lade met papier.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Geh. ontvangst
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Een fax ontvangen op het eind van een gesprek (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 6
Aan het einde van een telefoongesprek kunt u de andere partij vragen om u een faxbericht te sturen voordat u beiden ophangt.
a Vraag de andere partij het document in
hun machine te plaatsen en op de toets Start of Zenden te drukken.
b Wanneer u de faxtonen van de andere
machine hoort, drukt u op Mono Start of Colour Start.
c Druk op 2 om de fax te ontvangen. d Leg de hoorn weer op de haak.
Een fax uit het geheugen afdrukken 6
Als u Fax opslaan hebt geselecteerd, kunt u nog altijd een fax uit het geheugen afdrukken als u zich bij uw machine bevindt. (Zie Fax opslaan op pagina 73.)
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Print document
te selecteren. Druk op OK.
6
e Druk op Mono Start.
49
7

Telefoon en externe apparaten 7

Werking als telefoon 7

Voor een telefoongesprek kunt u de hoorn, de luidspreker, of een tweede of externe telefoon gebruiken; door een nummmer handmatig te kiezen, of uit de snelkiesnummers.
Opmerking
Als u een MFC-845CW hebt, raadpleeg dan ook de DECT™­gebruikershandleiding voor de telefoon.
Telefoneren (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 7
a Om een telefoongesprek te starten, één
van de volgende handelingen verrichten:
U gebruikt de hoorn (alleen
MFC-660CN).
Druk op Speaker Phone.
b Zodra u de kiestoon hoort, toetst u het
nummer in met de kiestoetsen, snelkiezen of zoeken.
Een gesprek beantwoorden via de luidspreker (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 7
Wanneer de machine overgaat, drukt u op Speaker Phone in plaats van de hoorn op te nemen. Spreek duidelijk en naar de microfoon toe . Druk op Speaker Phone om het gesprek te beëindigen.
Opmerking
Als de verbinding slecht is, kan uw gesprekspartner echo's horen tijdens het gesprek. Als dit het geval is, gebruikt u beter de hoorn, of hangt u op en probeert het opnieuw.
Mute (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 7
Voor MFC-660CN 7
a Druk op Erase/Mute om een gesprek in
de wachtstand te zetten. U kunt de hoorn neerleggen zonder dat de verbinding wordt verbroken.
c Als u op Speaker Phone hebt gedrukt,
moet u duidelijk naar de microfoon toe spreken.
d Om op te hangen, één van de volgende
handelingen verrichten:
U plaatst de hoorn terug (alleen
MFC-660CN).
Druk op Speaker Phone.
50
b Neem de hoorn van de machine op of
druk op Speaker Phone om het telefoontje uit de wachtstand te halen.
Opmerking
U kunt een tweede toestel opnemen en blijven spreken zonder het telefoontje uit de wachtstand te halen op de machine.
Voor MFC-845CW 7
a Als u hebt geantwoord door te drukken
op Speaker Phone op de machine, drukt u op Mute/Intercom op de machine om een gesprek in de wachtstand te zetten.
Telefoon en externe apparaten
b Om het gesprek uit de wachtstand te
halen, drukt u op Speaker Phone op de machine.
Opmerking
U kunt een tweede toestel opnemen en blijven spreken zonder het telefoontje uit de wachtstand te halen op de machine.
Fax/Tel-modus 7
Als de machine in de stand Fax/Tel staat, wordt het dubbele belsignaal gebruikt om aan te geven dat het een normaal telefoontje betreft.
Als u zich bij de machine bevindt, kunt u om te antwoorden de hoorn opnemen (alleen MFC-660CN) of op Speaker Phone (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) drukken.
(alleen MFC-440CN) Als u zich bij een extern toestel bevindt, neemt u de hoorn van het externe toestel op, en drukt u op Tel/R om te antwoorden.
Als u zich bij een tweede toestel bevindt, moet u de hoorn opnemen tijdens het overgaan van de dubbele bel en tussen de twee dubbele belsignalen in drukken op # 5 1. Als niemand aan het toestel is of wanneer iemand u een fax wilt zenden, stuurt u de oproep terug naar de machine door te drukken op l 5 1.
Fax/Tel-modus in de energiebesparende stand 7
(Voor MFC-440CN) Fax/Tel-modus werkt niet in de
energiebesparende stand. De machine zal geen telefoontjes of faxen beantwoorden en blijven rinkelen. Als u zich bij een extern of tweede toestel bevindt, neem dan de hoorn op om te praten. Als u faxtonen hoort, houd dan de hoorn vast totdat Fax waarnemen uw machine activeert. Als de andere partij zegt u een fax te willen versturen, activeer dan de machine door te drukken op l 5 1.
(Voor MFC-660CN en MFC-845CW) Als de machine in de stand Fax/Tel staat en
het dubbele belsignaal u op een telefoongesprek attendeert, kunt u alleen antwoorden door de hoorn van de machine of draadloze telefoon op te nemen.
Als u antwoordt voordat het dubbele belsignaal overgaat, kunt u het gesprek ook op een extern of tweede toestel opnemen.
7
51
Hoofdstuk 7

Telefoondiensten 7

Uw faxmachine ondersteunt abonnementen voor nummerweergave, een dienst die sommige telefoonbedrijven aanbieden.
Functies zoals Voicemail, Wisselgesprek, Wisselgesprek/Nummerweergave, antwoorddiensten, alarmsystemen of andere speciale functies op één telefoonlijn, kunnen problemen veroorzaken bij de werking van uw machine.
Identificatie van de Oproeper (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 7
Met de functie Nummerweergave kunt u gebruik maken van de dienst Nummerweergave die door vele plaatselijke telefoonbedrijven wordt aangeboden. Neem voor meer informatie contact op met uw telefoonbedrijf. Door gebruik te maken van deze dienst, ziet u het telefoonnummer of, indien beschikbaar, de naam van wie u opbelt.
U kunt een nummer in het geheugen gebruiken om een telefoongesprek te voeren, een fax te verzenden, het aan snelkiesnummers toe te voegen of uit het geheugen te verwijderen. (Zie Geschiedenis
Nummerweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) op pagina 60.)
Na enkele belsignalen verschijnt op het scherm het telefoonnummer (en naam, indien beschikbaar) van wie u opbelt. Zodra u een telefoontje aanneemt, verdwijnt de nummerweergave-informatie van het LCD­scherm, maar blijven de oproepgegevens opgeslagen in het geheugen voor nummerweergave.
Het bericht Geheim nummer betekent dat
de beller met opzet de informatie verborgen houdt.
U kunt de ontvangen informatie uit Nummerweergave in een lijst afdrukken. (Zie De lijst met Nummers afdrukken op pagina 53.)
Opmerking
De dienst Nummerweergave is afhankelijk van de dienstverlener. Neem contact op met uw plaatselijk telefoonbedrijf voor meer informatie over welke diensten er in uw gebied beschikbaar zijn.
Nummerweergave Activeren 7
Als u Nummerweergave op uw lijn hebt, dient u deze functie op Aan te zetten, zodat het nummer van de beller op het LCD-scherm wordt weergegeven wanneer de telefoon gaat.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beller ID te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Van het nummer (of de naam) worden de
eerste 15 tekens getoond.
Het bericht Nummer onbekend betekent
dat de oproep van buiten het gebied komt dat door uw dienst Nummerweergave wordt bedekt.
52
Telefoon en externe apparaten
De lijst Nummerweergave bekijken 7
Als Nummerweergave op Aan is gezet, wordt informatie betreffende de laatste dertig oproepen in de lijst Nummerweergave opgeslagen. U kunt deze lijst bekijken of afdrukken. Bij de eenendertigste oproep wordt de informatie over de eerste oproep door de nieuwe vervangen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beller ID te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om
Toon telefoonnrs te selecteren. Druk op OK. De lijst met nummerweergave verschijnt op het LCD-scherm. Als er geen nummers zijn opgeslagen, klinkt er een waarschuwingstoon en wordt de melding Geen beller ID op het LCD- scherm weergegeven.
f Druk op a of b om door het geheugen
voor nummerweergave te bladeren om de gegevens m.b.t. de nummerweergave te bekijken. Het LCD-scherm toont het nummer van de beller (of naam indien beschikbaar) en de datum en tijd van het gesprek.
g Om de weergave te beëindigen, drukt u
op Stop/Exit.
Opmerking
U kunt de lijst Nummerweergave ook bekijken met (Fax). (Zie
Geschiedenis Nummerweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
op pagina 60.)
De lijst met Nummers afdrukken 7
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Diversen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beller ID te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Print rapport te
selecteren. Druk op OK. Als er geen nummers zijn opgeslagen, klinkt er een waarschuwingstoon en wordt de melding Geen beller ID op het scherm weergegeven.
f Druk op Mono Start of Colour Start. g Druk na het afdrukken op Stop/Exit.
Het Type telefoonlijn instellen7
Als u de machine aansluit op een lijn met PBX of ISDN voor het verzenden en ontvangen van faxen, moet u ook het type telefoonlijn dienovereenkomstig wijzigen aan de hand van de volgende stappen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Tel lijn inst te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om PBX, ISDN (of
Normaal) te selecteren.
Druk op OK.
e Druk op Stop/Exit.
7
53
Hoofdstuk 7
PBX en DOORVERBINDEN 7
De machine is in eerste instantie ingesteld op Normaal, om te worden aangesloten op een standaard openbaar telefoonnetwerk (PSTN). De meeste kantoren gebruiken echter een centraal telefoonsysteem oftewel een Private Branch Exchange (PBX). Uw machine kan op de meeste PBX­telefoonsystemen worden aangesloten. De oproepfunctie van de machine ondersteunt alleen TBR (Timed Break Recall). TBR werkt met de meeste PBX-systemen, zodat u toegang krijgt tot een buitenlijn of gesprekken naar een andere lijn kunt doorverbinden. U activeert deze functie door op Tel/R of R te drukken.
Opmerking
U kunt een druk op de toetsen Tel/R of R programmeren als onderdeel van een nummer dat is opgeslagen als snelkiesnummer. Hiervoor drukt u tijdens het programmeren van het snelkiesnummer eerst op Tel/R of R (op het scherm verschijnt ‘!’), en vervolgens toetst u het telefoonnummer in. Als u dit doet, hoeft u niet meer eerst op Tel/R of R te drukken telkens als u een Snelkiesnummer gebruikt. (Zie Nummers opslaan op pagina 61.) Als PBX echter niet is geselecteerd in de instelling van het type telefoonlijn, kunt u geen snelkiesnummer gebruiken waarin een druk op Tel/R of R is geprogrammeerd.

Een extern ANTW.APP. (antwoordapparaat) aansluiten

U wilt misschien een extern antwoordapparaat aansluiten. Als u echter een extern antwoordapparaat aansluit op dezelfde lijn als de machine, worden alle gesprekken beantwoord door het antwoordapparaat, en ‘luistert’ de machine naar faxtonen. Als er faxtonen klinken, neemt de machine de oproep over en wordt de fax ontvangen. Als hij geen faxtonen hoort, laat de machine het uitgaande bericht continu afspelen door het ANTW.APP., zodat degene die u belt een bericht kan inspreken.
Het ANTW.APP. moet binnen vier belsignalen antwoorden (de aanbevolen instelling is twee belsignalen). De machine kan de faxtonen pas opvangen, als het ANTW.APP. de oproep heeft beantwoord; met vier belsignalen blijven er slechts 8 tot 10 seconden van faxtonen over voor de aansluitbevestiging. Volg de instructies in dit handboek voor het opnemen van uw uitgaand bericht nauwkeurig op. Wij raden af om op uw extern antwoordapparaat de functie bespaarstand te gebruiken, als het meer dan vijf keer overgaat.
Opmerking
Als niet al uw faxen worden ontvangen, dient u de instelling belvertraging op uw extern ANTW.APP. te verkorten.
7
54
Telefoon en externe apparaten
1
1
1 ANTW.APP.
Als het ANTW.APP. een oproep beantwoordt, verschijnt op het scherm
Telefoon (alleen MFC-440CN) of Ext.tel in gebr. (alleen MFC-660CN
en MFC-845CW).
U mag geen ANTW.APP. op een andere plaats op dezelfde telefoonlijn aansluiten.
Onjuiste configuratie
Aansluitingen 7
Het externe ANTW.APP. moet zijn aangesloten zoals aangegeven in de vorige afbeelding.
a Stel uw extern ANTW.APP. in op één of
twee belsignalen. (De instelling voor de belvertraging van de machine is niet van toepassing.)
Een uitgaand bericht op uw antwoordapparaat opnemen 7
Tijdsplanning is van essentieel belang wanneer u dit bericht opneemt. Het bericht bepaalt de wijze waarop de handmatige en automatische faxontvangst verloopt.
a Neem 5 seconden stilte op aan het
begin van uw bericht. (Dit geeft uw machine de gelegenheid om bij automatische faxtransmissies de faxtonen te horen voordat deze stoppen.)
b Wij adviseren u het bericht te beperken
tot 20 seconden.
Opmerking
Wij raden u aan om aan het begin van uw uitgaand bericht eerst een stilte van 5 seconden op te nemen, omdat de machine geen faxtonen kan horen over een resonerende of luide stem. U kunt proberen om deze pauze weg te laten, maar als uw machine problemen heeft met de ontvangst, dient u het uitgaand bericht opnieuw op te nemen en deze pauze in te lassen.
7
b Het uitgaand bericht op uw extern
ANTW.APP. opnemen.
c Activeer het ANTW.APP. d Ga op een van de volgende manieren te
werk:
(Voor MFC-440CN)
Stel de ontvangstmodus in op Telefoon/Beantw..
(Voor MFC-660CN en MFC-845CW)
Stel de ontvangstmodus in op Handmatig en activeer Fax
Waarnemen. (Zie De ontvangstmodus kiezen op pagina 44.)
55
Hoofdstuk 7
Aansluiting op meerdere lijnen (PBX) 7
Wij raden u aan contact op te nemen met het bedrijf dat uw PBX geïnstalleerd heeft om uw machine aan te sluiten. Als u beschikt over een systeem met meerdere lijnen, vraagt u uw installateur dan om de machine op de laatste lijn in het systeem aan te sluiten. Zo voorkomt u dat de machine wordt geactiveerd telkens wanneer er telefoongesprekken worden ontvangen door het systeem. Als alle inkomende telefoontjes door een telefonist(e) worden beantwoord, adviseren wij u om de ontvangststand in te stellen op Handmatig.
Wij kunnen niet garanderen dat uw machine onder alle omstandigheden naar behoren werkt bij aansluiting op een PBX. Neem bij problemen met het verzenden of ontvangen van faxen in eerste instantie contact op met het bedrijf dat uw centrale verzorgt.
Opmerking
Controleer dat het type telefoonlijn is ingesteld op PBX. (Zie Het Type telefoonlijn instellen op pagina 53.)

Externe en tweede toestellen

Een extern of tweede toestel aansluiten 7
U kunt een apart toestel op uw machine aansluiten, zoals in onderstaande afbeelding.
1
2
1 Tweede toestel
2 Extern toestel
Als u een extern of tweede toestel gebruikt, verschijnt op het scherm Telefoon (alleen MFC-440CN) of Ext.tel in gebr. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW).
Werken met een tweede toestel 7
7
56
Als u een faxoproep aanneemt op een tweede of op een extern toestel dat is aangesloten op de juiste ingang op de machine, kunt u de oproep door uw machine laten ontvangen door de Faxontvangstcode te gebruiken. Als u de faxontvangstcode l 51 intoetst, zal de fax op de machine worden ontvangen.
Als de machine een normaal telefoontje aanneemt en het dubbele belsignaal geeft, toetst u de Code # 5 1 voor het Aannemen van de Telefoon in om het telefoontje op een tweede toestel aan te nemen. (Zie F/T-Beltijd (alleen in Fax/Tel-modus) op pagina 47.)
Telefoon en externe apparaten
Als u een telefoontje aanneemt en er is niemand aan de lijn: 7
U dient dan aan te nemen dat het gaat om het ontvangen van een handmatige fax.
Druk op l 5 1 en wacht tot u het tjirpende geluid hoort of totdat het LCD-scherm Ontvangst weergeeft, pas dan mag u ophangen.
Opmerking
U kunt ook de functie Fax waarnemen gebruiken om uw machine het telefoontje automatisch te doen aannemen. (Zie Fax waarnemen op pagina 47.)
Met een draadloos extern telefoontoestel (alleen MFC-440CN en MFC-660CN) 7
Als uw draadloze telefoon is aangesloten op de telefoonlijn (zie Externe en tweede toestellen op pagina 56.) en u de draadloze telefoon meestal ergens anders hebt, is het eenvoudiger telefoontjes tijdens de belvertraging te beantwoorden.
Als u de machine eerst laat aannemen, moet u naar de machine lopen en op Tel/R of Speaker Phone drukken om het telefoontje op het draadloze toestel aan te nemen.
Codes voor afstandsbediening gebruiken 7
Faxontvangstcode 7
Als u een faxoproep aanneemt op een tweede toestel of op een extern toestel, kunt u de oproep doorverbinden naar de machine door het intoetsen van de faxontvangstcode l 5 1. Wacht op de tjirpende geluiden en leg vervolgens de hoorn op de haak. Zie Fax waarnemen op pagina 47. Degene die u opbelt moet op zijn of haar machine op Start drukken om de fax te verzenden.
Code voor het aannemen van de telefoon
Als u een normaal telefoontje ontvangt en de machine in de stand F/T staat, wordt het dubbele belsignaal gebruikt na de aanvankelijke belvertraging. Als u het telefoontje op een tweede toestel aanneemt, kunt u het dubbele belsignaal uitschakelen door te drukken op # 5 1 (zorg ervoor dat u hierop drukt tussen de belsignalen in).
De codes voor afstandsbediening wijzigen 7
Voor activeren op afstand, moeten de codes hiervoor geactiveerd worden. De voorgeprogrammeerde faxontvangstcode is l 5 1. De voorgeprogrammeerde code voor het aannemen van de telefoon is # 5 1. U kunt deze desgewenst vervangen met uw eigen codes.
7
7
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Code Op Afst. te
selecteren. Druk op OK.
57
Hoofdstuk 7
e Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
f Voer de nieuwe faxontvangstcode in.
Druk op OK.
g Voer de nieuwe code voor het
aannemen van de telefoon in. Druk op OK.
h Druk op Stop/Exit.
Opmerking
• Als de verbinding steeds wordt verbroken wanneer u probeert om op afstand toegang te krijgen tot uw extern ANTW.APP., is het raadzaam om de faxontvangstcode en de code voor het aannemen van de telefoon in een andere driecijferige code te veranderen, met gebruik van de nummers 0-9, l, #.
• Het is mogelijk dat de codes voor afstandsbediening met bepaalde telefoonsystemen niet werken.
58
8

Nummers kiezen en opslaan 8

Nummers kiezen 8

Handmatig kiezen 8
Toets alle cijfers van het telefoon- of faxnummer in.
Snelkiezen 8
a Druk op Search/Speed Dial.
MFC-440CN
8
c Als u op die locatie twee nummers hebt,
drukt u op a of b om het gewenste nummer te selecteren. Druk op OK.
Opmerking
Wanneer het LCD-scherm Niet opgeslagen weergeeft wanneer u een
snelkiesnummer invoert, is er op deze locatie geen nummer opgeslagen.
Zoeken 8
U kunt zoeken naar namen die in het snelkiesgeheugen zijn opgeslagen.
a Druk op Search/Speed Dial.
U kunt ook Snelkies kiezen door op
(Fax) te drukken.
b Druk op a of b om
Alfabetische volgorde of Nummervolgorde te selecteren.
Druk op OK.
8
MFC-660CN en MFC-845CW 8
U kunt ook Snelkies kiezen door op
(Fax) te drukken.
b Voer de twee cijfers van het
snelkiesnummer in. (Zie Snelkiesnummers opslaan op pagina 61.)
Opmerking
• Druk op l om de lettergrootte van het display te verhogen.
• Druk op # om de lettergrootte van het display te verlagen.
c Als u Alfabetische volgorde
gekozen hebt in stap b, gebruik dan de kiestoetsen om de eerste letter van de naam in te voeren, en druk dan op a of b om de naam en het nummer te kiezen van wie u wilt bellen. Druk op OK.
59
Hoofdstuk 8
Faxnummer opnieuw kiezen 8
Als u handmatig een fax verzendt en de lijn is bezet, drukt u op Redial/Pause, en daarna op Mono Start of Colour Start om het opnieuw te proberen. Voor u een nummer dat u nog niet zo lang geleden hebt gekozen, kunt u op Redial/Pause drukken en een van de laatste 30 nummers uit de lijst Uitgaande oproepen kiezen.
Redial/Pause werkt alleen als u het nummer via het bedieningspaneel hebt gekozen. Als u een fax automatisch wilt verzenden en de lijn is bezet, zal de machine het nummer automatisch tot drie keer opnieuw, met een interval van vijf minuten, proberen te bereiken.
a Druk op Redial/Pause. b Druk op a of b om het nummer te
kiezen waarnaar u opnieuw wilt bellen. Druk op OK.
c Druk op a of b om Fax versturen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op Mono Start of Colour Start.
Opmerking
Bij direct verzenden werkt de functie voor opnieuw kiezen niet wanneer u de glasplaat gebruikt.
a Druk op Redial/Pause.
U kunt ook Uitgaand gesprek kiezen door op (Fax) te drukken.
b Druk op a of b om het nummer te
kiezen waarnaar u wilt bellen. Druk op OK.
c Ga op een van de volgende manieren te
werk:
(alleen MFC-660CN en
MFC-845CW) Om te telefoneren, drukt u op a of b en kiest Telefoneren. Druk op OK.
Om te faxen, drukt u op a of b en
kiest Fax versturen. Druk op OK.
Als u het nummer wilt opslaan, drukt
u op a of b en kiest Toevoegen snelkiesnrs.. Druk op OK. (Zie Snelkiesnummers opslaan vanuit Uitgaande oproepen op pagina 62.)
Druk op a of b om Verwijder te
selecteren. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen.
Geschiedenis Nummerweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) 8
Uitgaande oproep 8
De laatste 30 nummers waarnaar u hebt getelefoneerd (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) of een fax gestuurd, worden opgeslagen in de geschiedenis Uitgaande oproepen. U kunt een van deze nummers kiezen om op te bellen (alleen MFC-660CN en MFC-845CW), een fax naar te verzenden, toe te voegen aan de snelkiestoetsen, of uit de geschiedenis te verwijderen.
60
Voor deze functie is de dienst Nummerweergave vereist die door vele plaatselijke telefoonbedrijven wordt aangeboden. (Zie Identificatie van de
Oproeper (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) op pagina 52.)
Nummers kiezen en opslaan
De laatste 30 nummers vanwaar u bent opgebeld of een fax werd gestuurd, worden opgeslagen in de geschiedenis Uitgaande oproepen. U kunt een van deze nummers kiezen om op te bellen, een fax naar te verzenden, toe te voegen aan de snelkiestoetsen, of uit de geschiedenis te verwijderen.
a Druk op (Fax). b Druk op a of b om
Overz. beller-ID te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om het nummer te
kiezen waarnaar u wilt bellen. Druk op OK.
d Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Om te telefoneren, drukt u op a of b
en kiest Telefoneren. Druk op OK.
Om te faxen, drukt u op a of b en
kiest Fax versturen. Druk op OK.
Als u het nummer wilt opslaan, drukt
u op a of b en kiest Toevoegen snelkiesnrs.. Druk op OK. (Zie Snelkiesnummers opslaan vanuit Uitgaande oproepen op pagina 62.)
Druk op a of b om Verwijder te
selecteren. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen.

Nummers opslaan 8

U kunt uw machine instellen om op de volgende manieren snel te kiezen: met Snelkiesnummers en groepen voor het Groepsverzenden van faxberichten. Wanneer u op een snelkiestoets drukt, geeft het LCD-scherm de naam (indien u deze hebt opgeslagen) of het nummer weer.
Opmerking
De snelkiesnummers die in het geheugen zijn opgeslagen, gaan niet verloren als de stroom uitvalt.
Een pauze opslaan 8
Druk op Redial/Pause om een pauze van 3,5 seconden tussen de nummers in te lassen. Als u internationaal belt, kunt u zo vaak als nodig op Redial/Pause drukken om de pauze langer te maken.
Snelkiesnummers opslaan 8
U kunt tot 80 (MFC-440CN en MFC-660CN) of 100 (MFC-845CW) snelkieslocaties uit 2 cijfers opslaan, met elk een naam die twee nummers kan hebben. Om een nummer te kiezen, hoeft u slechts enkele toetsen in te drukken (Bijvoorbeeld: Search/Speed Dial, de twee cijfers van het locatienummer, en Mono Start of Colour Start).
a Druk op Menu.
8
Opmerking
U kunt de lijst Nummerweergave afdrukken. (Zie De lijst met Nummers afdrukken op pagina 53.)
b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Snelkies te
selecteren. Druk op OK.
61
Hoofdstuk 8
e Druk op a of b om de snelkieslocatie te
selecteren waarin u het nummer wilt opslaan. Druk op OK.
f Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer de naam in met behulp van de
kiestoetsen (max. 16 tekens). Druk op OK. (Voor hulp bij het invoeren van letters, zie Tekst invoeren op pagina 170.)
Om het nummer zonder een naam
op te slaan, drukt u op OK.
g Voer het telefoon- of faxnummer in
(max. 20 cijfers). Druk op OK.
h Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer het tweede telefoon- of
faxnummer in (max. 20 cijfers). Druk op OK.
Als u geen tweede nummer wilt
opslaan, drukt u op OK.
i Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Ga naar stap e om nog een
snelkiesnummer op te slaan.
Om Instellen te stoppen drukt u op
Stop/Exit.
Snelkiesnummers opslaan vanuit Uitgaande oproepen 8
U kunt ook snelkiesnummers opslaan vanuit de geschiedenis Uitgaande oproepen.
a Druk op Redial/Pause.
U kunt ook Uitgaand gesprek kiezen door op (Fax) te drukken.
b Druk op a of b om de naam of het
nummer te kiezen dat u wilt opslaan. Druk op OK.
c Druk op a of b om
Toevoegen snelkiesnrs. te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om de snelkieslocatie te
selecteren waarin u het nummer wilt opslaan. Druk op OK.
e Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer de naam in met behulp van de
kiestoetsen (max. 16 tekens). Druk op OK. (Voor hulp bij het invoeren van letters, zie Tekst invoeren op pagina 170.)
Om het nummer zonder een naam
op te slaan, drukt u op OK.
f Druk op OK om het fax- of
telefoonnummer te bevestigen.
g Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer het tweede telefoon- of
faxnummer in (max. 20 cijfers). Druk op OK.
Als u geen tweede nummer wilt
opslaan, drukt u op OK.
h Druk op Stop/Exit.
Snelkiesnummers opslaan vanuit de geschiedenis Nummerweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Als u beschikt over de dienst Nummerweergave van uw plaatselijk telefoonbedrijf, kunt u vanuit de geschiedenis Nummerweergave ook inkomende oproepen in snelkiesnummers opslaan. (Zie
Identificatie van de Oproeper (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) op pagina 52)
a Druk op (Fax). b Druk op a of b om
Overz. beller-ID te selecteren. Druk op OK.
8
62
Nummers kiezen en opslaan
c Druk op a of b om het nummer te
kiezen dat u wilt opslaan. Druk op OK.
d Druk op a of b om
Toevoegen snelkiesnrs. te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om de snelkieslocatie te
selecteren waaronder u het nummer wilt opslaan. Druk op OK.
f Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer de naam in met behulp van de
kiestoetsen (max. 16 tekens). Druk op OK. (Voor hulp bij het invoeren van letters, zie Tekst invoeren op pagina 170.)
Om het nummer zonder een naam
op te slaan, drukt u op OK.
Namen of nummers onder Snelkiesnummers wijzigen 8
U kunt een eerder onder een snelkiesnummer opgeslagen naam of nummer wijzigen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Snelkies te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om de snelkieslocatie te
selecteren waarop u naam of nummer wilt wijzigen. Druk op OK.
8
g Druk op OK om het fax- of
telefoonnummer te bevestigen.
h Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer het tweede telefoon- of
faxnummer in (max. 20 cijfers). Druk op OK.
Als u geen tweede nummer wilt
opslaan, drukt u op OK.
i Druk op Stop/Exit.
f Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Druk op a of b om
Wijzig instell te selecteren. Druk op OK.
Druk op a of b om Verwijder te
selecteren. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen en druk op Stop/Exit.
Opmerking
Opgeslagen naam of nummer wijzigen:
Als u een teken wilt wijzigen, drukt u op d of c om de cursor onder het betreffende teken te plaatsen en vervolgens op
Clear/Back. Voer het teken opnieuw in.
63
Hoofdstuk 8
g Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer de naam in met behulp van de
kiestoetsen (max. 16 tekens). Druk op OK. (Zie Tekst invoeren op pagina 170.)
Als u de naam niet wilt wijzigen, drukt
u op OK.
h Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer het nieuwe telefoon- of
faxnummer in (max. 20 cijfers). Druk op OK.
Als u het nummer niet wilt wijzigen,
drukt u op OK.
i Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Voer het tweede nieuwe telefoon- of
faxnummer in (max. 20 cijfers). Druk op OK.
Als u het nummer niet wilt wijzigen,
drukt u op OK.
j Druk op Stop/Exit.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Groepsinstell.
te selecteren. Druk op OK.
e Kies met a of b uit GROEP 1,
GROEP 2, GROEP 3, GROEP 4, GROEP 5 en GROEP 6 de Groepsnaam
waaronder u de faxnummers wilt opslaan. Druk op OK.
f Kies met a of b de locatie die u aan de
groep wilt toevoegen. Druk op OK.
g Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren. Druk op OK.
Groepen voor groepsverzenden instellen 8
Met groepen, die kunnen worden opgeslagen in een snelkieslocatie, verzendt u eenzelfde faxbericht naar verschillende nummers door alleen maar Search/Speed Dial te drukken, de twee cijfers van de snelkieslocatie en Mono Start. Eerst moet elk faxnummer onder een snelkieslocatie worden opgeslagen. Daarna kunt u ze opnemen als nummers in een groep. Elke groep heeft een eigen snelkieslocatie. U kunt tot zes groepen vormen, of 158 nummers (MFC-440CN en MFC-660CN) of 198 nummers (MFC-845CW) toekennen in één grote groep als u twee nummers opneemt in elke locatie.
(Zie Snelkiesnummers opslaan op pagina 61 en Groepsverzenden (alleen monochroom) op pagina 38.)
64
h Druk op a of b om het nummer te
kiezen dat u wilt toevoegen. Druk op OK. (Zie Zoeken op pagina 59.)
i Als u door het herhalen van stappen g
en h klaar bent met het toevoegen van nummers, kiest u met a of b Voltooien. Druk op OK.
j Druk op Stop/Exit.
Opmerking
U kunt een lijst van alle Snelkiesnummers afdrukken. Groepsnummers staan in de kolom GROEP. (Zie Rapporten op pagina 83.)
Nummers kiezen en opslaan
Groepsnaam wijzigen 8
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Groepsinstell.
te selecteren. Druk op OK.
e Selecteer met a of b de groepsnaam
die u wilt veranderen. Druk op OK.
f Druk op a of b om
Groepsnaam wijzigen te selecteren. Druk op OK.
Opmerking
Opgeslagen naam of nummer wijzigen:
Als u een teken wilt wijzigen, drukt u op d of c om de cursor onder het betreffende teken te plaatsen en vervolgens op Clear/Back. Voer het teken opnieuw in.
g Voer de nieuwe naam in met behulp van
de kiestoetsen (max. 16 tekens). Druk op OK. (Zie Tekst invoeren op pagina 170. Typ bijvoorbeeld NIEUWE KLANTEN.)
h Druk op a of b om Voltooien te
selecteren. Druk op OK.
i Druk op Stop/Exit.
Een groep verwijderen 8
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Groepsinstell.
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om de groep te kiezen
die u wilt verwijderen. Druk op OK.
f Druk op a of b om Verwijder te
selecteren. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen.
g Druk op a of b om Voltooien te
selecteren. Druk op OK.
h Druk op Stop/Exit.
Een nummer uit een groep verwijderen
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kiesgeheugen te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Groepsinstell.
te selecteren. Druk op OK.
8
8
e Druk op a of b om de groep te kiezen
die u wilt wijzigen. Druk op OK.
65
Hoofdstuk 8
f Kies met a of b het nummer dat u wilt
verwijderen. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen.
g Druk op a of b om Voltooien te
selecteren. Druk op OK.
h Druk op Stop/Exit.
Snelkiesnummers combineren 8
Soms is het voordeliger om een keuze te maken uit verschillende serviceproviders voor uw interlokale gesprekken. Tarieven variëren, al naar gelang de tijd van de dag en de bestemming. Om de lagere tarieven te kunnen gebruiken, kunt u de toegangscodes of nummers van interlokale serviceproviders en creditcards opslaan als Snelkiesnummers. U kunt deze lange kiesreeksen opslaan door ze van elkaar te scheiden en ze als afzonderlijk te combineren snelkiesnummers in te stellen. U kunt zelfs handmatig kiezen toepassen door de kiestoetsen te gebruiken. (Zie Snelkiesnummers opslaan op pagina 61.)
Als u dit nummer tijdelijk wilt wijzigen, kunt u handmatig een deel van het nummer kiezen met de kiestoetsen. Om bijvoorbeeld het nummer in 555-7001 te veranderen, drukt u op Search/Speed Dial, 03 en dan toetst u
7001 in met de kiestoetsen.
Opmerking
Als u ergens in de kiessequentie moet wachten op een andere toon of een ander signaal, creëert u op de betreffende plaats in het nummer een pauze op door op Redial/Pause te drukken. Telkens wanneer u op deze toets drukt, wordt er een pauze van 3,5 seconden ingelast.
U slaat bijvoorbeeld '555' op in snelkieslocatie: 03, en '7000' in locatie: 02.
a Druk op Search/Speed Dial. b Toets 03.
Opmerking
Als u in één snelkieslocatie twee nummers hebt opgeslagen, wordt u gevraagd welk nummer u wilt gebruiken.
c Druk op a of b om Snelkies te
selecteren. Druk op OK.
d Toets 02. e Druk op Mono Start of Colour Start.
Dit vormt het nummer '555-7000'.
66
Digitaal ANTW.APP.
9
(alleen MFC-660CN en MFC-845CW)

ANTW.APP.-modus voor intern antwoordapparaat

De functie ANTW.APP. kan max. 99 inkomende berichten opslaan. De berichten worden opgeslagen in de volgorde waarin zij werden ontvangen.
Telefonische berichten mogen tot 3 minuten lang zijn en kunnen met afstandsbediening worden opgevraagd (zie Uw toegangscode op afstand gebruiken op pagina 78). Het aantal berichten dat u kunt opslaan hangt af van de hoeveelheid geheugen die wordt gebruikt door andere functies (bijvoorbeeld uitgestelde en opgeslagen faxen).
Uitgaand bericht 9
Uw uitgaand bericht opnemen 9
9
U kunt twee types uitgaande berichten opnemen:
Beantw. bericht
De beller hoort dit bericht als de oproep wordt ontvangen. Daarna kan een fax- of telefoonbericht worden overgemaakt.
F/T bericht
De beller hoort dit bericht als de oproep wordt ontvangen maar de machine is ingesteld op Fax/Tel-modus. Er kan geen bericht worden overgemaakt. Zie Fax/Tel UITG.BER. op pagina 68.
9
ANTW.APP. instellen 9
Het opnemen van het uitgaand bericht op het ANTW.APP. is de eerste stap die u moet voltooien voor u de functie ANTW.APP. kunt gebruiken.
Om de modus ANTW.APP. in te stellen, doet u het volgende:
a Neem uw uitgaand bericht op.
b Druk op om de ANTW.APP.-modus
te activeren.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Beantw. inst. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Uitg. bericht te
selecteren. Druk op OK. U wordt gevraagd een BEANTW. BERICHT te kiezen.
e Druk op a of b om Beantw. bericht
of F/T bericht te selecteren, druk vervolgens op OK.
f Druk op a of b om Boodschap opn.
te selecteren. Druk op OK.
9
67
Hoofdstuk 9
g Neem, op een van de volgende
manieren, uw bericht op:
(alleen MFC-660CN)
Neem de hoorn op, neem het bericht op en plaats als u klaar bent de hoorn terug.
(alleen MFC-845CW)
Gebruik de geïntegreerde microfoon
om het bericht op te nemen. Druk
op Stop/Exit zodra u klaar bent. Het ANTW.APP. zal het uitgaand bericht afspelen.
h Druk op Stop/Exit.
Uw uitgaand bericht beluisteren 9
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Beantw. inst. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Uitg. bericht.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Beantw. bericht
of F/T bericht te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Beantw. inst. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Uitg. bericht.
Druk op OK.
e Druk op a of b om Beantw. bericht
of F/T bericht te selecteren. Druk op OK.
f Druk op a of b om Wis boodschap te
selecteren. Druk op OK.
g Kies één van de volgende:
Druk op 1 om het BEANTW.
BERICHT te wissen.
Druk op 2 om af te sluiten zonder te
wissen.
h Druk op Stop/Exit.
Fax/Tel UITG.BER. 9
Als de machine is ingesteld op Fax/Tel­ontvangstmodus, hoort de beller dit bericht. Anders dan voor het ANTW.APP. UITG.BER., kan er nu geen bericht worden overgemaakt. Het doel van het uitgaand bericht in de Fax/Tel-modus, is de beller te laten weten dat de oproep zo snel mogelijk zal worden beantwoord.
f Druk op a of b om
te selecteren. Druk op OK. Pas het volume aan door te drukken op
Volume d of c .
Speel uitg. ber.
g Druk op Stop/Exit.
Uw uitgaand bericht wissen 9
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
68
Om uw Fax/Tel UITG.BER. op te nemen, volgt u de instructies op Uitgaand bericht op pagina 67.
Raadpleeg Ontvangststanden op pagina 44 voor nadere informatie over het instellen van de Ontvangstmodus Fax/Tel.
Actieve ANTW.APP.-modus 9
Als het lampje aan is, is de modus
ANTW.APP. actief. Druk op om naar de ANTW.APP.-modus te gaan.
Digitaal ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)

Uw berichten beheren 9

Berichtenindicator 9
Het lampje knippert als er nieuwe berichten zijn.
Op het LCD-scherm wordt het aantal voicemail en faxberichten weergegeven die in het geheugen van het ANTW.APP. zijn opgeslagen.
Faxberichten worden alleen opgeslagen als Fax opslaan of Fax preview ingeschakeld is. Zie Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom) op pagina 72.
Voicemail afspelen 9
Alle berichten worden afgespeeld in de volgorde waarin ze waren ingesproken. Op het LCD-scherm verschijnt het nummer van het huidige bericht, het totale aantal berichten, en tijdstip en datum waarop het bericht werd opgenomen.
Inkomende berichten wissen 9
Voicemail één voor één wissen 9
a Druk op Play/Record of Play.
Na een pieptoon van 2 seconden begint de machine uw voicemail af te spelen. Vóór elk bericht klinkt een lange toon, en na elk bericht hoort u twee korte piepjes.
b Als u een bepaald bericht wilt wissen,
drukt u onmiddellijk na de twee korte piepjes of tijdens het afspelen op Erase/Mute of Erase.
c Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Druk op 1 om het bericht te wissen.Druk op 2 om te annuleren.
d Druk op Stop/Exit.
Om alle berichten te wissen 9
a Druk op Erase/Mute of Erase.
9
Volg de onderstaande stappen om uw voicemail te beluisteren:
a Druk op Play/Record of Play.
U kunt de volgende toetsen gebruiken tijdens het beluisteren van de berichten:
l (RWD)
Herhaalt een bericht.
# (FWD)
Springt vooruit naar het volgende bericht.
of
Past het volume aan.
b Druk op Stop/Exit.
b Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Druk op 1 om alle voicemail te
wissen.
Druk op 2 om te annuleren.
69
Hoofdstuk 9

Aanvullende ANTW.APP.-functies

Maximale tijdsduur voor binnenkomende berichten instellen 9
Standaard is de maximale tijdsduur voor berichten ingesteld op 30 seconden. Om deze instelling te wijzigen, doet u het volgende:
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Beantw. inst. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Max. ber. Tijd
te selecteren. Druk op OK.
e Kies met a of b de maximale tijdsduur
voor binnenkomende berichten (30, 60, 120 of 180 seconden).
Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Toll Saver (bespaarstand voor telefoonkosten) instellen 9
9
Als u de functie bespaarstand instelt, neemt de machine op na twee keer overgaan als er wel voicemail of faxberichten zijn, en na vier keer als er geen voicemail of faxberichten zijn.
Op deze manier, als u de machine belt voor afstandsbediening en deze gaat drie keer over, weet u dat er geen berichten zijn en kunt u ophangen zonder dat het u iets heeft gekost.
De bespaarstand kan alleen worden geactiveerd als de ANTW.APP.-modus ingeschakeld is. Als de bespaarstand op Aan staat, heeft deze stand voorrang op de door u ingestelde belvertraging.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Ontvangstmenu te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Belvertraging te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Bespaarstand te
selecteren. Druk op OK.
70
f Druk op a of b om Aan (of Uit) te
selecteren. Druk op OK.
g Druk op Stop/Exit.
Digitaal ANTW.APP. (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Luidspreker voor Voicemail 9
Met deze functie kunt u de luidspreker voor voicemail Aan of Uit zetten. Als u de luidspreker Uit zet, hoort u de berichten niet wanneer deze worden ingesproken.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Beantw. inst. te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om IGB volume te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Uit of Aan te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Een gesprek opnemen (alleen MFC-660CN) 9
Als u de hoorn gebruikt kunt u een telefoongesprek opnemen door tijdens het gesprek te drukken op Play/Record. De opname mag niet langer zijn dan de maximale tijdsduur voor binnenkomende berichten (tot 3 minuten). De andere partij hoort tijdens het opnemen met regelmatige tussenpozen een pieptoon. Druk op
Stop/Exit om het opnemen te stoppen.
9
71
Geavanceerde functies voor het faxen
10
U kunt van de geavanceerde functies slechts één tegelijk gebruiken:
Fax doorzendenFax opslaanFax preview (alleen MFC-660CN en
MFC-845CW)
PC-Fax ontvangenUit
U kunt uw selectie op elk gewenst ogenblik wijzigen. Als er zich nog ontvangen faxen in het geheugen bevinden wanneer u de geavanceerde functies wijzigt, zal vraag verschijnen op het LCD-scherm. (Zie De geavanceerde functies wijzigen op pagina 77.)
(alleen monochroom) 10

Fax doorzenden 10

Als u Fax doorzenden kiest, slaat uw machine de ontvangen fax op in het geheugen. Vervolgens zal de machine het faxnummer dat u geprogrammeerd hebt, kiezen en het faxbericht doorzenden.
g Druk op a of b om Backup
print:Aan of Backup print:Uit te
selecteren. Druk op OK.
Opmerking
•Als u Backup print:Aan kiest, wordt de fax ook op uw machine afgedrukt, zodat u een kopie heeft. Dit is een veiligheidsmaatregel, in geval van een stroompanne voor de fax is doorgestuurd, of in geval van problemen bij de ontvangende machine.
• (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) Mocht er een stroomstoring optreden, dan kan de machine uw faxberichten max. 24 uur opslaan.
• Als Fax doorzenden ingeschakeld is, ontvangt uw machine alleen monochrome faxen in het geheugen. Kleurenfaxen worden niet ontvangen, tenzij de verzendende machine deze omzet in monochrome faxen vóór het verzenden.
h Druk op Stop/Exit.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Fax doorzenden
te selecteren. Druk op OK.
f Toets het nummer in (max. 20 cijfers).
Druk op OK.
72
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)

Fax opslaan 10

Als u Fax opslaan kiest, slaat uw machine de ontvangen fax op in het geheugen. U kunt faxberichten op een andere locatie ophalen met de opdrachten voor afstandsbediening.
Als u Fax opslaan hebt ingesteld, wordt er automatisch een reservekopie op de machine afgedrukt.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Fax opslaan te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.

Fax preview (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)

Als u Fax preview kiest kunt u faxen vooraf bekijken op het LCD-scherm door op de Fax Preview-toets te drukken. Als de machine gereed is, verschijnt er voor nieuwe faxen een popup bericht op het LCD-scherm. Hierdoor worden geen andere opdrachten onderbroken.
Fax preview instellen 10
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
10
10
Opmerking
Als Fax opslaan is ingeschakeld, kan uw machine geen kleurenfax ontvangen, tenzij de verzendende machine deze in een monochrome fax omzet.
e Druk op a of b om Faxweergave te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Opmerking
Als Fax preview ingeschakeld is, kan de machine de kleurenfaxen die worden ontvangen, alleen afdrukken. Fax preview is alleen beschikbaar voor monochrome faxen.
73
Hoofdstuk 10
Een fax vooraf bekijken 10
Als u een fax ontvangt, zult u op het scherm een pop-up bericht zien verschijnen. (Bijvoorbeeld: Nieuwe fax:02)
a Druk op Fax Preview.
U ziet de lijst nieuwe faxberichten.
Opmerking
De lijst oude faxberichten bekijkt u met l. Met # gaat u terug naar de lijst nieuwe faxberichten.
b Druk op a of b om het faxbericht te
kiezen dat u wilt zien. Druk op OK.
Opmerking
Voor lange faxen kan het een tijdje duren voor deze worden weergegeven.
c Druk op Stop/Exit.
Zodra de fax open is, kunt u met de toetsen op het bedieningspaneel de volgende opdrachten uitvoeren.
Toets Omschrijving
Fax vergroten.
Fax verkleinen.
a of b Verticaal scrollen.
d of c Horizontaal scrollen.
Fax rechts draaien.
Fax verwijderen.
Druk op 1 om te bevestigen.
Ga naar vorige pagina.
Ga naar volgende pagina.
Ga naar volgende stap. (Afdrukken, Terug en Afsluiten
zijn beschikbaar.)
Terug naar faxlijst.
Afdrukken.
Mono Start
Alle faxen uit de lijst verwijderen 10
a Druk op Fax Preview. b Druk op a of b om Alles wissen te
selecteren. Druk op OK. Druk op 1 om te bevestigen.
Alle faxen uit de lijst afdrukken 10
a Druk op Fax Preview. b Druk op a of b om Alles afdr. te
selecteren. Druk op OK.
74
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)

PC-Fax Ontvangen 10

Als u PC-Fax Ontvangen instelt, zal uw machine ontvangen faxen in het geheugen opslaan en deze daarna automatisch naar uw PC sturen. U kunt vervolgens uw PC gebruiken voor het weergeven en het opslaan van deze faxen.
Zelfs als u uw PC heeft uitgeschakeld (bv. 's avonds of in het weekend), ontvangt uw machine uw faxen en worden deze in het geheugen opgeslagen. Het aantal ontvangen faxen dat in het geheugen werd opgeslagen, verschijnt onderaan links op het scherm.
Als u uw PC opstart en de software PC-Fax Ontvangen is actief, dan verstuurt uw machine uw faxen automatisch naar uw PC.
Om de ontvangen faxen naar uw PC over te brengen, moet de software voor PC-Fax Ontvangen actief zijn op uw PC. (Raadpleeg voor meer informatie PC-Fax Ontvangen in de softwarehandleiding op de cd-rom.)
Als u Backup print:Aan kiest, drukt de machine de fax ook af.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
g Druk op a of b om Backup
print:Aan of Backup print:Uit te
selecteren. Druk op OK.
h Druk op Stop/Exit.
Opmerking
• PC-Fax Ontvangen wordt niet ondersteund door Mac OS
• Voordat u PC-Fax Ontvangen kunt instellen, moet u de software MFL-Pro Suite op uw PC installeren. Wees er zeker van dat uw PC verbonden is en aanstaat. (Raadpleeg voor meer informatie PC-Fax Ontvangen in de softwarehandleiding op de cd-rom.)
• (alleen MFC-660CN en MFC-845CW) In geval van een stroomstoring slaat de machine uw faxen tot 24 uur lang op in het geheugen. Als u echter Backup print:Aan kiest, drukt de machine de fax af zodat u een kopie hebt mocht de stroom uitvallen voordat de fax naar de PC wordt gestuurd.
• Als u een foutmelding krijgt en de machine de faxen niet in het geheugen kan opslaan, kunt u deze instelling gebruiken om de faxen naar uw PC over te brengen. (Voor meer informatie, zie Foutmeldingen op pagina 132.)
• Wanneer PC-Fax Ontvangen actief is, kunnen alleen monochrome faxen in het geheugen worden ontvangen en naar de PC worden verzonden. Kleurenfaxen worden direct ontvangen en in kleur afgedrukt.
®
.
10
e Druk op a of b om PC-Fax ontv. te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op a of b om <USB> te kiezen of
de PC die u wilt laten ontvangen. Druk op OK.
75
Hoofdstuk 10
De bestemmings-PC wijzigen 10
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om PC-Fax ontv. te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op a of b om Wijzig instell
te selecteren. Druk op OK.
g Druk op a of b om <USB> te kiezen of
de PC die u wilt laten ontvangen. Druk op OK.
h Druk op a of b om Backup
print:Aan of Backup print:Uit te
selecteren. Druk op OK.

De geavanceerde functies uitschakelen

a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Drzenden/Opsln
te selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Uit te selecteren.
Druk op OK.
f Druk op Stop/Exit.
Opmerking
Op het LCD-scherm worden meer opties opgegeven als er zich nog ontvangen faxen in het geheugen bevinden. (Zie De geavanceerde functies wijzigen op pagina 77.)
10
i Druk op Stop/Exit.
76
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)

De geavanceerde functies wijzigen

Als er zich nog ontvangen faxen in het geheugen bevinden wanneer u de geavanceerde functies wijzigt, wordt u het volgende gevraagd:
Wis alle faxen ?
JaiDruk op 1 NeeiDruk op 2
Print alle fax?
JaiDruk op 1 NeeiDruk op 2
• Als u op 1 drukt, worden alle niet­afgedrukte faxen gewist of afgedrukt voordat de instelling wordt gewijzigd. Als er al een reservekopie is afgedrukt, wordt deze niet meer afgedrukt.
• Als u op 2 drukt, worden de faxen in het geheugen niet gewist of afgedrukt en blijft de instelling ongewijzigd.
Als er zich nog ontvangen faxen in het geheugen bevinden wanneer u overschakelt op PC-Fax ontv. vanuit een andere optie [Fax doorzenden, Fax opslaan of Faxweergave (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)], druk op a of b om de PC te selecteren waarnaar u de faxen wilt verzenden.

Afstandsbediening 10

10
U kunt uw machine bellen vanaf elke toetstelefoon of faxmachine, om vervolgens de toegangscode op afstand en de opdrachten op afstand te gebruiken om faxberichten op te vragen.
Een toegangscode op afstand instellen 10
De toegangscode op afstand biedt u toegang tot de functies voor het opvragen op afstand van uw berichten, wanneer u zich niet bij uw machine bevindt. U moet uw eigen code instellen alvorens u vanaf een ander toestel toegang tot de functies van uw machine kunt krijgen. De standaardcode bij levering is een inactieve code (---l).
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om
Geavanc. Faxfuncties te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Afst.bediening
te selecteren. Druk op OK.
10
U wordt het volgende gevraagd:
Fax i PC zenden?
JaiDruk op 1 NeeiDruk op 2
• Als u op 1 drukt, worden alle niet­afgedrukte faxen naar uw PC verzonden voordat de instelling wordt gewijzigd. Selecteer Backup print:Aan of Backup print:Uit.
• Als u op 2 drukt, worden de faxen in het geheugen niet gewist of naar uw PC overgebracht en blijft de instelling ongewijzigd.
e Voer een code van 3 cijfers in met
behulp van de nummers 0-9, l, of #. Druk op OK. (Het vooraf ingestelde ‘l’ kan niet worden gewijzigd.)
Opmerking
Gebruik niet dezelfde code als uw faxontvangstcode (l 5 1) of code voor het aannemen van de telefoon (# 5 1). (Zie Werken met een tweede toestel op pagina 56.)
f Druk op Stop/Exit.
77
Hoofdstuk 10
Opmerking
U kunt uw code op elk gewenst moment wijzigen door een nieuwe in te voeren. Als u uw code wilt deactiveren, drukt u op Clear/Back in stap e om de inactieve instelling weer te herstellen (---l) en drukt u op OK.
Uw toegangscode op afstand gebruiken 10
a Vorm op een toetstelefoon of op een
andere faxmachine uw faxnummer.
b Zodra u de toon van uw machine hoort,
toetst u uw toegangscode op afstand in (3 cijfers gevolgd door l).
c De machine geeft aan of er berichten
zijn ontvangen:
1 lange toon — Faxberichten2 lange tonen — Voicemail (alleen
MFC-660CN en MFC-845CW)
3 lange tonen — Faxberichten &
Voicemail (alleen MFC-660CN en MFC-845CW)
Geen tonen — Geen berichten
Opmerking
Als uw machine op Handmatig is ingesteld en u de functies voor afstandsbediening wilt gebruiken, wacht u ca. 2 minuten na het eerste belsignaal en vervolgens voert u binnen 30 seconden de toegangscode op afstand in.
d Als u tweede korte tonen hoort, moet u
een opdracht invoeren. Als u na 30 seconden nog geen opdracht hebt ingevoerd, wordt de verbinding verbroken. Als u een ongeldige opdracht invoert, hoort u drie tonen.
e Druk op 9 0 om Toegang op afstand uit
te schakelen als u klaar bent.
f Hang op.
78
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)
Opdrachten op afstand 10
U kunt uw machine vanaf een ander toestel bedienen met behulp van onderstaande opdrachten. Wanneer u de machine opbelt en uw toegangscode op afstand (3 cijfers gevolgd door l) invoert, hoort u twee korte tonen om aan te geven dat u een opdracht moet invoeren.
Opdrachten op afstand Wat u moet doen
91
Voicemail afspelen
(alleen MFC 1 Herhaal of Terugwaarts Druk tijdens het afspelen op 1 om het bericht nogmaals te
2 Voorwaarts U kunt tijdens het afspelen doorgaan naar het volgende
9 STOP Afspelen Stop afspelen voicemail
93
Alle voicemail wissen
(alleen MFC
94 Afspelen en Opnemen uitgaande
berichten
(alleen MFC 1 Afspelen 1 Bericht ANTW.APP. De machine speelt het geselecteerde uitgaande bericht af.
2 Opnemen 1 Bericht ANTW.APP. Na één lange toon kunt u het geselecteerde Uitgaande
95 Wijzig de instellingen voor fax
doorzenden of fax opslaan
1 UIT U kunt Uit selecteren nadat u alle berichten hebt
2 Fax doorzenden Eén lange toon betekent dat de wijziging is geaccepteerd. 4 Nummer voor Fax doorzenden 6 Fax opslaan
-660CN en MFC-845CW)
-660CN en MFC-845CW)
-660CN en MFC-845CW)
2 F/T-Bericht
2 F/T-Bericht
Na één lange toon speelt de machine uw voicemail af.
beluisteren. Als u vóór een bericht op 1 drukt, hoort u het vorige bericht.
bericht.
Als u één lange toon hoort, is de wisopdracht geaccepteerd. Als u drie korte tonen hoort, kan er niet worden gewist omdat nog niet alle berichten zijn afgespeeld, of omdat er geen voicemail is om te wissen.
* Deze code wist alle voicemailberichten tegelijk, niet één voor één.
U kunt het afspelen van het uitgaande bericht stoppen door op 9 te drukken.
Bericht opnemen. Het bericht wordt eenmaal afgespeeld. U kunt het opnemen stoppen door op 9 te drukken.
opgehaald of gewist.
Als u drie korte tonen hoort, wordt de wijziging geweigerd omdat de instelling niet volledig is (van een door te sturen fax is bijvoorbeeld het nummer niet geregistreerd). U kunt het nummer voor het doorzenden van faxen registreren door 4 in te voeren. (Zie Het nummer wijzigen waarnaar faxberichten worden doorgestuurd op pagina 81.) Wanneer u het nummer hebt ingevoerd, functioneert fax doorzenden.
10
79
Hoofdstuk 10
Opdrachten op afstand Wat u moet doen
96 Een fax opvragen
2 Alle faxen opvragen Toets het nummer in van de faxmachine waarop de
opgeslagen faxen moeten worden ontvangen. (Zie Faxberichten opvragen op pagina 81.)
3 Faxen in het geheugen wissen Als u één lange toon hoort, zijn de faxberichten uit het
geheugen gewist.
97 De ontvangststatus controleren
(alleen MFC-440CN) 1 Fax U kunt controleren of uw machine faxberichten heeft
ontvangen. Als dat het geval is, hoort u één lange toon. Als er geen berichten zijn ontvangen, hoort u drie korte piepjes.
97
De ontvangststatus controleren
(alleen MFC 1 Fax U kunt controleren of uw machine faxberichten of voicemail 2 Voicemail
98 De ontvangststatus wijzigen
(alleen MFC-440CN) 1 Extern ANTW.APP. Als u één lange toon hoort, is de wijziging geaccepteerd. 2 Fax/Tel 3 Uitsluitend fax
98
De ontvangststatus wijzigen
(alleen MFC 1 ANTW.APP. Als u één lange toon hoort, is de wijziging geaccepteerd. 2 Fax/Tel 3 Uitsluitend fax
90 Afsluiten Door 9 0 te drukken kunt u Opvragen op Afstand afsluiten.
-660CN en MFC-845CW)
heeft ontvangen. Als dat het geval is, hoort u één lange toon. Als er geen berichten zijn ontvangen, hoort u drie korte piepjes.
-660CN en MFC-845CW)
Wacht op de lange toon en leg vervolgens de hoorn op de haak.
80
Geavanceerde functies voor het faxen (alleen monochroom)
Faxberichten opvragen 10
U kunt vanaf iedere toetstelefoon toegang krijgen tot uw machine en uw faxberichten naar een andere machine laten sturen.
a Kies het nummer van uw faxmachine. b Zodra u de toon van uw machine hoort,
toetst u uw toegangscode op afstand in (3 cijfers gevolgd door l). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u.
c Als u twee korte tonen hoort, druk t u
962.
d Wacht op de lange toon en toets
vervolgens met de kiestoetsen het nummer in van de faxmachine waar de faxberichten naartoe moeten worden gestuurd, en voer vervolgens # # (max. 20 cijfers) in.
Opmerking
U kunt l en # hiervoor niet gebruiken. # kunt u gebruiken om een pauze in een nummer in te lassen.
e Als u klaar bent, drukt u 9 0 om de
machine te resetten.
f Wacht totdat u het piepje hoort en hang
op. Uw machine belt de andere faxmachine en deze machine drukt uw faxberichten af.
Het nummer wijzigen waarnaar faxberichten worden doorgestuurd 10
U kunt vanaf een andere toetstelefoon of faxmachine de standaardinstellingen voor het nummer voor Fax doorzenden wijzigen.
a Kies het nummer van uw faxmachine. b Zodra u de toon van uw machine hoort,
toetst u uw toegangscode op afstand in (3 cijfers gevolgd door l). Als u één lange toon hoort, zijn er berichten voor u.
c Als u twee korte tonen hoort, druk t u
954.
d Wacht op de lange toon en toets
vervolgens met de kiestoetsen het nieuwe nummer in van de faxmachine waar de faxberichten naartoe moeten worden doorgezonden, en voer vervolgens # # (max. 20 cijfers) in.
Opmerking
U kunt l en # hiervoor niet gebruiken. # kunt u gebruiken om een pauze in een nummer in te lassen.
e Druk 9 0 wanneer u klaar bent. f Wacht totdat u het piepje hoort en hang
op.
10
81
11

Rapporten afdrukken 11

Faxrapporten 11

U dient het verzendrapport en de journaalperiode in te stellen met de Menu- toetsen.
Verzendrapport 11
U kunt het verzendrapport gebruiken als bewijs dat u een fax hebt verzonden. In dit rapport staan de datum en de tijd waarop het bericht werd verzonden, en wordt tevens aangegeven of de transmissie geslaagd was (OK). Als u Aan of Aan+Beeld kiest, wordt dit rapport afgedrukt voor elke fax die u verzendt.
Als u veel faxen naar hetzelfde nummer stuurt, hebt u waarschijnlijk meer nodig dan alleen de taaknummers om te weten welke faxen u opnieuw moet verzenden. Als u Aan+Beeld of Uit+Beeld kiest, wordt in het rapport een deel van de eerste pagina van het faxbericht afgedrukt om u te helpen herinneren wat er in de fax stond.
f Druk op Stop/Exit.
Faxjournaal (journaal) 11
U kunt de machine zodanig instellen, dat er op vaste tijden een journaal wordt afgedrukt (elke 50 faxen, elke 6, 12 of 24 uur, elke 2 of 7 dagen). Als u het interval op Uit zet, kunt u het rapport toch nog afdrukken via de procedure in Rapporten op pagina 83. De fabriekinstelling is Na 50 faxen.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kies rapport te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Journaalper. te
selecteren. Druk op OK.
Wanneer het verzendrapport op Uit of Uit+Beeld staat, wordt het alleen afgedrukt als er een fout is opgetreden tijdens het verzenden en wordt in de RESULT-kolom NG gezet.
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Fax te selecteren.
Druk op OK.
c Druk op a of b om Kies rapport te
selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Verz.rapport te
selecteren. Druk op OK.
e Druk op a of b om Aan, Aan+Beeld,
Uit of Uit+Beeld te selecteren.
Druk op OK.
82
Rapporten afdrukken
e Druk op a of b om een interval te
selecteren. Druk op OK. (Als u 7 dagen kiest, wordt u gevraagd de eerste dag van de 7-daagse periode te kiezen.)
6, 12, 24 uur, 2 or 7 dagen
De machine zal op het gekozen tijdstip het rapport afdrukken en vervolgens alle taken wissen. Als het geheugen van de machine vol is omdat er 200 taken in zitten en de door u gekozen tijd nog niet verstreken is, zal de machine het journaal voortijdig afdrukken en alle taken uit het geheugen wissen. Als u een extra rapport wilt voordat het tijd is om dit automatisch af te drukken, kunt u er één afdrukken zonder dat de taken worden gewist.
Elke 50 faxen
De machine zal het journaal afdrukken zodra er 50 taken opgeslagen worden.
f Voer in 24 uursformaat het tijdstip in
waarop het journaal moet worden afgedrukt. Druk op OK. (Bijvoorbeeld: voor 19:45 voert u 7:45 PM in.)
g Druk op Stop/Exit.

Rapporten 11

De volgende rapporten zijn beschikbaar:
Verzendrapport
Drukt een verzendrapport af van uw laatste transmissie.
Helplijst
Een helplijst over u hoe u de machine snel kunt programmeren.
Kieslijst
Geeft een lijst van namen en nummers die zijn opgeslagen onder Snelkiesnummers, in alfabetische of numerieke volgorde.
Faxjournaal
In deze lijst staat informatie over de laatste ontvangen en verzonden faxen. (TX: verzonden) (RX : ontvangen)
Gebruikersinst
Drukt een lijst met uw instellingen af.
Netwerkconfig.
Drukt een lijst met uw netwerkinstellingen af.
Een rapport afdrukken 11
11
a Druk op Menu. b Druk op a of b om Print lijsten te
selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om het gewenste
rapport te selecteren. Druk op OK.
d Druk op Mono Start.
83
12

Pollen 12

Pollen: overzicht 12

Met de functie Pollen kunt u machine zodanig instellen dat andere mensen faxen van u kunnen ontvangen, maar dat zij voor de oproep betalen. Met deze functie kunt u ook de faxmachine van iemand anders bellen om te pollen, zodat u voor de oproep betaalt. De functie Pollen dient op beide machines te zijn ingesteld, opdat dit kan functioneren. Niet alle faxmachines ondersteunen het pollen.

Ontvang pollen 12

Met Ontvang pollen kunt u een andere faxmachine bellen om een fax te ontvangen.
Ontvang pollen instellen 12
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Ontvang Pollen
te selecteren. Druk op OK.
Ontvang pollen met beveiligingscode instellen 12
Met Beveiligd pollen kunt u de personen die de documenten die u voor pollen hebt ingesteld kunnen ontvangen, beperken.
Beveiligd pollen werkt alleen met Brother­faxmachines. Als u een fax wilt ontvangen van een beveiligde Brothermachine, dient u de beveiligingscode in te voeren.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Ontvang Pollen
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Beveilig te
selecteren. Druk op OK.
d Toets een viercijferige beveiligingscode
in. Deze is dezelfde als de beveiligingscode van de faxmachine die u gaat pollen. Druk op OK.
c Druk op a of b om Stand. te
selecteren. Druk op OK.
d Toets het te pollen faxnummer in. e Druk op Mono Start of Colour Start.
84
e Toets het te pollen faxnummer in. f Druk op Mono Start of Colour Start.
Pollen
Uitgesteld Ontvang pollen instellen 12
Met Uitgesteld pollen kunt u de machine zodanig instellen, dat deze op een later tijdstip met Ontvang pollen begint. U kunt slechts één uitgestelde pollingtaak instellen.
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Ontvang Pollen
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Tijdklok te
selecteren. Druk op OK.
d Voer in om hoe laat u het pollen wilt
starten (in 24 uursformaat). Bijvoorbeeld, voor 09:45 PM voert u 21:45 in. Druk op OK.
e Toets het te pollen faxnummer in. f Druk op Mono Start of Colour Start.
De faxmachine begint op het door u ingevoerde tijdstip met het pollen.
Opeenvolgend pollen (alleen monochroom) 12
Met Opeenvolgend pollen kunt u in één bewerking documenten van diverse andere faxmachines opvragen.
d Ga op een van de volgende manieren te
werk:
Als u Stand. hebt gekozen, gaat u
naar stap e.
Als u Beveilig hebt gekozen, voert
u een viercijferig nummer in, en drukt u op OK, waarna u doorgaat naar stap e.
Als u Tijdklok hebt gekozen, voert
u in hoe laat (in 24 uursformaat) u wilt beginnen met pollen en drukt u op OK, waarna u doorgaat naar stap e.
e Druk op a of b om Rondsturen te
selecteren. Druk op OK.
f Druk op a of b om
Nummer toevoegen te selecteren. Druk op OK.
g Voer het gewenste nummer in. U kunt
een snelkiesnummer of een groepsnummer gebruiken, of het met de kiestoetsen invoeren. Druk op OK.
h Herhaal stappen f en g voor alle
faxnummers die u wilt pollen, en druk dan op a of b om Voltooien te kiezen. Druk op OK.
i Druk op Mono Start.
Elk nummer of elke groep wordt om de beurt gekozen om een document op te vragen.
12
a Druk op (Fax).
b Druk op a of b om Ontvang Pollen
te selecteren. Druk op OK.
c Druk op a of b om Stand., Beveilig
of Tijdklok te selecteren. Druk op OK.
Druk op Stop/Exit terwijl de machine een nummer kiest om de pollingtaak te annuleren.
Om alle opeenvolgende taken voor ontvang pollen te annuleren, zie Het controleren en annuleren van taken in de wachtrij op pagina 42.
85
Hoofdstuk 12

Verzend pollen (alleen monochroom)

Met Verzend Pollen kunt u uw machine zodanig instellen dat deze met een document in de invoer wacht, zodat een andere faxmachine kan bellen om het op te vragen.
Het document wordt opgeslagen en kan door een ander faxtoestel worden opgevraagd tot u het uit het geheugen verwijdert. (Zie Het
controleren en annuleren van taken in de wachtrij op pagina 42.)
Verzend pollen instellen 12
a Druk op (Fax).
b Uw document laden. c Druk op a of b om Verzend Pollen
te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Stand. te
selecteren. Druk op OK.
e Selecteer met a of b de instellingen die
u wilt veranderen. Druk op OK. Nadat elke instelling is aanvaard, kunt u nog meer instellingen veranderen.
Verzend Pollen met
12
beveiligingscode instellen 12
Met Beveiligd pollen kunt u de personen die de documenten die u voor pollen hebt ingesteld kunnen ontvangen, beperken.
Beveiligd pollen werkt alleen met Brother­faxmachines. Als een andere persoon een fax van uw machine wil opvragen, dient deze de beveiligingscode in te voeren.
a Druk op (Fax).
b Uw document laden. c Druk op a of b om Verzend Pollen
te selecteren. Druk op OK.
d Druk op a of b om Beveilig te
selecteren. Druk op OK.
e Toets een viercijferig nummer in.
Druk op OK.
f Selecteer met a of b de instellingen die
u wilt veranderen. Druk op OK. Nadat elke instelling is aanvaard, kunt u nog meer instellingen veranderen.
g Druk op Mono Start.
f Druk op Mono Start.
86
Paragraaf III
Kopiëren III
Kopiëren 88
13

Kopiëren 13

Kopiëren 13

Kopieermodus instellen 13
Om een kopie te maken, drukt u op
(Copy) waarna deze groen wordt.
Op het LCD-scherm wordt het volgende weergegeven:
KOPIE
Kwaliteit
Vergr./Verklein Papiersoort Papierformaat Helderheid
Kopie start Druk
01
Norm
100% Normaal P A4 0
1
Fabrieksinstell. (Zie pagina 93.)
Wanneer de gewenste optie oplicht, drukt u op OK.
Opmerking
De standaardinstelling is faxmodus. U kunt de tijd dat de machine in kopieermodus blijft na de laatste kopieeropdracht wijzigen. (Zie Timermodus op pagina 24.)
Eén kopie maken 13
a Druk op (Copy).
b Uw document laden.
(Zie Documenten laden op pagina 10.)
c Druk op Mono Start of Colour Start.
Meerdere kopieën maken 13
U kunt max. 99 kopieën maken.
1 Aantal kopieën
U kunt het aantal gewenste kopieën invoeren met de kiestoetsen.
Druk op a of b om door Copy-opties te bladeren.
Kwaliteit (Zie pagina 89.)Vergr./Verklein (Zie pagina 89.)Papiersoort (Zie pagina 92.)Papierformaat (Zie pagina 93.)Helderheid (Zie pagina 91.)Contrast (Zie pagina 92.)Pas kleur aan (Zie pagina 92.)Stapel/Sorteer (Zie pagina 91.)Pagina lay-out (Zie pagina 90.)Nieuwe standaard (Zie pagina 93.)
88
a Druk op (Copy).
b Uw document laden. c Toets in hoeveel kopieën u wilt maken. d Druk op Mono Start of Colour Start.
Opmerking
Om de kopieën te sorteren drukt u op de toets a of b om Stapel/Sorteer te selecteren. (Zie Kopieën sorteren bij gebruik van de ADF op pagina 91.)
Kopiëren onderbreken 13
Druk op Stop/Exit om het kopiëren te stoppen.
Loading...