Meer informatie over producten, accessoires,
onderdelen en diensten vindt u op het internet:
www.bosch-home.com en in de online-shop:
www.bosch-eshop.com
3
nl Gebruik volgens de voorschriften
8Gebruik volgens de
voorschriften
Gebrui k vol gens de voor schr i f t en
Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig
door. Alleen dan kunt u uw apparaat goed en
veilig bedienen. Bewaar de
gebruiksaanwijzing voor later gebruik of om
door te geven aan een volgende eigenaar.
De afbeeldingen die bij deze aanwijzingen
staan afgedrukt zijn slechts ter oriëntatie.
Apparaatcategorie: Categorie 1
Controleer het apparaat na het uitpakken. Niet
aansluiten in geval van transportschade.
Alleen een daartoe bevoegd vakman mag het
apparaat aansluiten en het omschakelen naar
een ander type gas. De installatie van het
toestel (elektrische en gasaansluiting) dient
volgens de gebruiksaanwijzing en de
montagehandleiding te worden uitgevoerd.
Een verkeerde aansluiting en onjuiste
instellingen kunnen leiden tot ernstige
ongelukken en schade aan het toestel. De
fabrikant van het apparaat is niet aansprakelijk
voor dergelijke schade. De garantie van het
apparaat komt te vervallen.
Dit apparaat is alleen bestemd voor
huishoudelijk gebruik en de huiselijke
omgeving. Gebruik het apparaat uitsluitend
voor het bereiden van gerechten en dranken.
Het kookproces moet regelmatig worden
gecontroleerd. Een kort kookproces moet
continu in de gaten worden gehouden.
Gebruik het apparaat alleen in gesloten
ruimtes.
Opgelet:Dit apparaat is alleen bestemd voor
kookdoeleinden. Het mag niet anderszins,
bijvoorbeeld voor de verwarming van de
ruimte, worden gebruikt.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot op
hoogten van maximaal 2.000 meter boven
zeeniveau.
Opgelet:Het gebruik van een gasfornuis zorgt
voor warmte en vochtvorming in de
opstellingsruimte. Let vooral als het apparaat
in werking is, op een goede ventilatie van de
ruimte waarin het staat: de natuurlijke
ventilatie-openingen open houden of een
mechanische ventilatie-inrichting (bijv. een
afzuigkap) installeren.
Bij een intensief en langdurig gebruik van het
apparaat kan extra ventilatie nodig worden,
bijv. door het openen van een raam of extra
ventilatie bijv. door de afzuigkap op een hoger
vermogen te zetten.
:Waarschuwing – WAT TE DOEN
WANNEER HET NAAR GAS RUIKT!
Als er gas vrijkomt, kan dit leiden tot een
explosie.
Worden er storingen aan de gasinstallatie/
gaslucht geconstateerd
■ Direct de gastoevoer of het ventiel van de
gasfles sluiten.
■ Direct open vuur en sigaretten doven.
■ Licht- en apparaatschakelaars niet meer
aanraken, geen stekker uit het stopcontact
halen. In huis geen (mobiele) telefoon
gebruiken.
■ Ramen openen en de ruimte goed luchten.
■ Telefonisch contact opnemen met de
klantenservice of de
elektriciteitsmaatschappij.
Dit apparaat is niet geschikt voor het gebruik
met een externe wekker of afstandsbediening.
Maak voor de bescherming van kinderen geen
gebruik van ongeschikte
beveiligingsvoorzieningen of tralies. Dit kan
leiden tot ongevallen.
Dit toestel kan worden gebruikt door kinderen
vanaf 8 jaar en door personen met beperkte
fysieke, sensorische of geestelijke vermogens
of personen die gebrek aan kennis of ervaring
hebben, wanneer zij onder toezicht staan van
een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of geleerd hebben het op een
veilige manier te gebruiken en zich bewust zijn
van de risico's die het gebruik van het toestel
met zich meebrengt.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Reiniging en onderhoud van het toestel
mogen niet worden uitgevoerd door kinderen,
tenzij zij 15 aar of ouder zijn en onder toezicht
staan.
Zorg ervoor dat kinderen die jonger zijn dan
8 jaar uit de buurt blijven van het toestel of de
aansluitkabel.
Toebehoren altijd op de juiste manier in de
binnenruimte leggen. ~ "Toebehoren"
op pagina 15
4
Belangrijke veiligheidsvoorschriften nl
(Belangrijke
veiligheidsvoorschriften
Belangr i j ke vei l i ghei dsvoor sc hr i f t en
:Waarschuwing – Risico van brand!
■ Wanneer de apparaatdeur geopend wordt,
ontstaat er een luchtstroom. Het bakpapier
kan dan de verwarmingselementen raken
en vlam vatten. Tijdens het voorverwarmen
mag er nooit bakpapier los op de
toebehoren liggen. Verzwaar het bakpapier
altijd met een vorm. Bakpapier alleen op
het benodigde oppervlak leggen. Het
bakpapier mag niet uitsteken over de
toebehoren.
Risico van brand!
■ Brandbare voorwerpen die in de
binnenruimte worden bewaard kunnen vlam
vatten. Geen brandbare voorwerpen in de
binnenruimte bewaren. Nooit de deur
openen wanneer er sprake is van
rookontwikkeling in het toestel. Schakel het
toestel uit en haal de stekker uit het
stopcontact of schakel de zekering in de
meterkast uit. Gastoevoer afsluiten.
Risico van brand!
■ Hete olie en heet vet vatten snel vlam. Hete
olie en heet vet nooit gebruiken zonder
toezicht. Vuur nooit blussen met water.
Schakel de kookzone uit. Vlammen
voorzichtig met een deksel, smoordeksel of
iets dergelijks verstikken.
Risico van brand!
■ De kookzones worden erg heet. Nooit
brandbare voorwerpen op de kookplaat
leggen. Geen voorwerpen op de kookplaat
leggen.
Brandgevaar!
■ Het apparaat wordt erg heet, brandbare
materialen kunnen snel vlam vatten. Bewaar
of gebruik geen brandbare voorwerpen
( bijv. spuitbussen, reinigingsmiddelen)
onder of in de nabijheid van de oven.
Bewaar geen brandbare voorwerpen in of
op de oven.
Risico van brand!
■ Wanneer er gas-kookzones ingeschakeld
zijn waar geen kookgerei op staat, wordt er
tijdens het gebruik zeer veel warmte
ontwikkeld. Het toestel en een daarboven
aangebrachte afzuigkap kunnen
beschadigd raken of vlam vatten. Vetresten
in de filter van de stofafzuigkap kunnen
vlam vatten. Gebruik de gas-kookzones
alleen wanneer er kookgerei op staat.
Risico van brand!
■ De achterkant van het toestel wordt zeer
heet. Dit kan leiden tot beschadiging van de
aansluitleidingen. Elektriciteits- en
gasleidingen mogen niet met de achterkant
van het toestel in aanraking komen.
Risico van brand!
■ Nooit brandbare voorwerpen op de
kookzones leggen of in de binnenruimte
bewaren. Nooit de deur openen wanneer er
sprake is van rookontwikkeling in het
apparaat. Zet het apparaat uit. Haal de
netstekker uit het stopcontact of schakel de
zekering in de meterkast uit. Sluit de
gastoevoer af.
Risico van brand!
■ Het oppervlak van de schuiflade kan erg
heet worden. Bewaar alleen
oventoebehoren in de schuiflade.
Ontvlambare en brandbare voorwerpen
mogen niet in de ovenlade worden
opgeborgen.
:Waarschuwing – Risico van verbranding!
■ Het toestel wordt zeer heet. Nooit de hete
vlakken in de binnenruimte of
verwarmingselementen aanraken. Het
apparaat altijd laten afkoelen. Zorg ervoor
dat er geen kinderen in de buurt zijn.
Risico van verbranding!
■ Toebehoren of vormen worden zeer heet.
Neem hete toebehoren en vormen altijd met
behulp van een pannenlap uit de
binnenruimte.
Risico van verbranding!
■ Alcoholdampen kunnen in de binnenruimte
vlam vatten. Nooit gerechten klaarmaken
die een hoog percentage alcohol bevatten.
Alleen kleine hoeveelheden drank met een
hoog alcoholpercentage gebruiken. De
deur van het toestel voorzichtig openen.
Risico van verbranding!
■ De kookzones en met name een eventueel
aanwezige kookplaatomlijsting worden zeer
heet. Raak de hete oppervlakken nooit aan.
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de
buurt zijn.
Verbrandingsgevaar!
■ Tijdens het gebruikt worden de
oppervlakken van het apparaat heet. De
hete oppervlakken niet aanraken. Houd
kinderen uit de buurt van het toestel.
Risico van verbranding!
■ Wanneer er leeg kookgerei op
ingeschakelde gas-kookzones staat, wordt
dit zeer heet. Nooit leeg kookgerei
verwarmen.
Verbrandingsgevaar!
■ Het apparaat wordt heet tijdens de
bereiding. Laat het voor de reiniging
afkoelen.
Risico van verbranding!
■ Opgelet: Aanraakbare delen kunnen tijdens
het grillen heet worden. Houd kleine
kinderen op een afstand.
Risico van verbranding!
5
nl Belangrijke veiligheidsvoorschriften
■ Wanneer de fles voor vloeibaar gas niet
loodrecht staat, kan het vloeibare propaan/
butaan/ in het apparaat terechtkomen. Er
kunnen dan heftige steekvlammen bij de
branders optreden. Onderdelen kunnen
beschadigd raken en in de loop van de tijd
ondicht worden, waardoor er op een
ongecontroleerde manier gas ontsnapt.
Deze beide oorzaken kunnen leiden tot
verbrandingen. Flessen voor vloeibaar gas
altijd in een loodrechte stand houden.
:Waarschuwing – Kans op verbranding!
■ Tijdens het gebruik worden de
toegankelijke onderdelen heet. De hete
onderdelen nooit aanraken. Zorg ervoor dat
er geen kinderen in de buurt zijn.
Kans op verbrandingen!
■ Bij het openen van de deur van het
apparaat kan hete stoom vrijkomen.
Afhankelijk van de temperatuur is er geen
stoom te zien. Tijdens het openen niet te
dicht bij het apparaat staan. De deur van
het apparaat voorzichtig openen. Zorg
ervoor dat kinderen uit de buurt blijven.
Kans op verbrandingen!
■ Door water in de hete binnnruimte kan hete
waterdamp ontstaan. Nooit water in de hete
binnenruimte gieten.
:Waarschuwing – Risico van letsel!
■ Wanneer er krassen op het glas van de
apparaatdeur zitten, kan dit springen. Geen
schraper, scherpe of schurende
schoonmaakmiddelen gebruiken.
Risico van letsel!
■ Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.
Reparaties en vervangingen van
beschadigde elektriciteits- en gasleidingen
mogen uitsluitend worden uitgevoerd door
technici die zijn geïnstrueerd door de
klantenservice. Is het toestel defect, haal
dan de stekker uit het stopcontact of
schakel de zekering in de meterkast uit, de
gastoevoer sluiten. Contact opnemen met
de klantenservice.
Risico van letsel!
■ Storingen of beschadigingen aan het
apparaat zijn gevaarlijk. Een defect toestel
nooit inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Gastoevoer
afsluiten. Contact opnemen met de
klantenservice.
Risico van letsel!
■ Wanneer de pannen onjuiste afmetingen
hebben, beschadigd of verkeerd geplaatst
zijn, kunnen ze ernstig letsel veroorzaken.
Neem de aanwijzingen voor het kookgerei
in acht
Risico van letsel!
■ Opgelet: De glasafdekking kan door de
hitte barsten. Voor het sluiten van de
afdekking moeten alle branders
uitgeschakeld zijn. Wacht tot de oven
afgekoeld is voordat u de afdekking sluit.
Voordat u de bovenste afdekking opent,
moet u eerst eventueel gemorst vuil met
een doek verwijderen.
Risico van letsel!
■ Wordt het toestel onbevestigd op een
sokkel geplaatst, dan kan het hiervan
afglijden. Het toestel moet goed aan de
sokkel worden bevestigd.
Risico van letsel!
■ Bij het openen en sluiten van de
apparaatdeur bewegen de scharnieren zich
en kunnen ze klem komen te zitten. Kom
niet met uw handen bij de scharnieren.
Gevaar voor letsel!
■ Wordt er tegen de geopende apparaatdeur
gestoten, dan kan dit leiden tot lichamelijk
letsel. De apparaatdeur deur moet tijdens
het gebruik en daarna gesloten zijn.
:Waarschuwing – Kantelgevaar!
Waarschuwing: Om te voorkomen dat het
apparaat kantelt, moet een kantelbeveiliging
worden gemonteerd. Lees de montageinstructies door.
6
Oorzaken van schade nl
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
■ Ondeskundige reparaties zijn
gevaarlijk.Reparaties mogen uitsluitend
worden uitgevoerd door technici die zijn
geïnstrueerd door de klantenservice.Is het
apparaat defect, haal dan de stekker uit het
stopcontact of schakel de zekering in de
meterkast uit. Contact opnemen met de
klantenservice.
Kans op een elektrische schok!
■ De kabelisolatie van hete toestelonderdelen
kan smelten. Zorg ervoor dat er nooit
aansluitkabels van elektrische toestellen in
contact komen met hete onderdelen van
het apparaat.
Kans op een elektrische schok!
■ Binnendringend vocht kan een schok
veroorzaken. Geen hogedrukreiniger of
stoomreiniger gebruiken.
Kans op een elektrische schok!
■ Een defect toestel kan een schok
veroorzaken. Een defect toestel nooit
inschakelen. De netstekker uit het
stopcontact halen of de zekering in de
meterkast uitschakelen. Contact opnemen
met de klantenservice.
Halogeenlamp
:Waarschuwing – Gevaar voor
verbranding!
De lampen in de binnenruimte worden heel
heet. Ook enige tijd na het uitschakelen
bestaat er nog een risico van verbranding.
Glazen afscherming niet aanraken. Tijdens het
schoonmaken contact met de huid vermijden.
:Waarschuwing – Kans op een elektrische
schok!
Bij vervanging van de lamp in de binnenruimte
staan de contacten van de lampfitting onder
stroom. Trek voordat u tot vervanging
overgaat de netstekker uit het stopcontact
trekken of schakel de zekering in de
meterkast uit.
]Oorzaken van schade
Oorzaken van schade
Kookplaat
Attentie!
■ Gebruik de kookzones alleen wanneer er kook- of
bakgerei op staat. Verwarm geen lege pannen. De
bodems van de pannen raken dan beschadigd.
■ Gebruik alleen pannen met een vlakke bodem.
■ Zet de pan midden boven de brander. Daardoor
wordt de warmte van de brandervlam optimaal aan
de panbodem doorgegeven. Handvatten of stelen
worden niet beschadigd, en er wordt een hogere
energiebesparing gerealiseerd.
■ Houd u bij speciaal bak- en braadgerei aan de
aanwijzingen van de fabrikant. Aluminium folie en
kunststof vormen smelten vast aan de hete
kookzones.
■ Let erop dat de gasbranders schoon en droog zijn.
Het branderdeksel moet altijd exact op de
branderkelk liggen.
■ Overgelopen voedsel direct verwijderen. Gebruik
voor gerechten met veel vloeistof hoge pannen. Dan
kan er niets overkoken.
■ Tijdens het koken op de gaskookzones komt extra
warmte en vocht vrij. Aangrenzende meubels
kunnen op den duur beschadigd raken. Schakel bij
een langere kooktijd de afzuigkap in of ventileer de
ruimte.
■ Let erop dat de bovenste afdekking niet gesloten is
als het fornuis in bedrijf genomen wordt.
Schade aan de oven
Attentie!
■ Toebehoren, folie, bakpapier of vormen op de
bodem van de binnenruimte: Geen toebehoren op
de bodem van de binnenruimte leggen. Geen
bakpapier of folie, van welk type dan ook, op de
bodem van de binnenruimte leggen. Geen vorm op
de bodem van de binnenruimte plaatsen wanneer
een temperatuur van meer dan 50 °C ingesteld is.
Er ontstaat dan een opeenhoping van warmte. De
bak- en braadtijden kloppen niet meer en het email
wordt beschadigd.
■ Aluminiumfolie: aluminiumfolie in de binnenruimte
mag niet in contact komen met de deurruit. Hierdoor
kunnen permanente verkleuringen van de ruit
optreden.
■ Water in de hete binnenruimte: Nooit water in de
hete binnenruimte gieten. Er ontstaat dan
waterdamp. Door de verandering van temperatuur
kan schade aan het email ontstaan.
■ Blijft er gedurende langere tijd vocht in de
binnenruimte, dan kan dit leiden tot corrosie. De
binnenruimte na gebruik laten drogen. Bewaar
gedurende langere tijd geen levensmiddelen in de
gesloten binnenruimte. Bewaar geen gerechten in
de binnenruimte.
7
nl Milieubescherming
■ Koelen met de apparaatdeur open: na een bereiding
met hoge temperaturen de binnenruimte laten
afkoelen met de deur gesloten. Zorg ervoor dat er
niets tussen de apparaatdeur beklemd raakt. Ook
wanneer de deur slechts op een kier staat, kunnen
naburige voorzijden van meubels in de loop van de
tijd beschadigd raken.
Alleen na gebruik met veel vocht de binnenruimte
laten drogen met de deur open.
■ Vruchtensap: De bakplaat bij zeer vochtig
vruchtengebak niet te overvloedig bedekken.
Vruchtensap dat van de bakplaat druppelt, laat
vlekken achter die niet meer kunnen worden
verwijderd. Gebruik zo mogelijk de diepere
braadslede.
■ Sterk vervuilde dichting: wanneer de dichting sterk
vervuild is, sluit de apparaatdeur niet goed meer. De
aangrenzende voorzijden van meubels kunnen dan
beschadigd raken. Zorg ervoor dat de dichting altijd
schoon is. ~ "Reinigen" op pagina 23
■ Apparaatdeur als vlak om op iets op te leggen of te
plaatsen: niets op de apparaatdeur leggen of
plaatsen en er niets aan hangen. Geen vormen of
toebehoren op de apparaatdeur plaatsen.
■ Toebehoren inschuiven: afhankelijk van het type
toestel kunnen de toebehoren krassen geven op de
deur. Toebehoren altijd tot de aanslag in de
binnenruimte schuiven.
■ Apparaat transporteren: Het apparaat niet aan de
deurgreep vasthouden of dragen. De deurgreep
houdt op den duur het gewicht van het apparaat niet
en kan afbreken.
■ Grillen: De bakplaat of braadslede bij het grillen niet
boven hoogte 3 inschuiven. Door de sterke hitte
vervormen ze en bij verwijdering beschadigen ze het
email. Gril bij hoogte 4 en 5 alleen direct op het
rooster.
7Milieubescherming
Milieubescherming
Uw nieuwe apparaat is bijzonder energie-efficiënt. Hier
krijgt u tips over de manier waarop u bij het gebruik van
uw apparaat nog meer kunt besparen op energie en het
apparaat op de juiste manier afvoert.
Energiebesparing
■ Het apparaat alleen voorverwarmen als dit in het
recept of in de tabellen van de gebruiksaanwijzing is
opgegeven.
■ Laat diepvrieslevensmiddelen eerst ontdooien
voordat u ze in de binnenruimte plaatst.
■ Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde
bakvormen. Deze nemen de hitte bijzonder goed op.
Schade aan de schuiflade
Attentie!
Leg geen hete voorwerpen in de schuiflade. Deze kan
beschadigd raken.
■ Verwijder de accessoires die u niet nodig heeft uit
de binnenruimte.
8
Plaatsen en aansluiten nl
■ Open de apparaatdeur tijdens de bereiding zo
weinig mogelijk.
■ Meerdere taarten of cakes kunt u het beste na
elkaar bakken. De binnenruimte is dan nog warm.
Hierdoor is de baktijd voor het tweede gerecht
korter. U kunt ook twee rechthoekige vormen naast
elkaar in de binnenruimte plaatsen.
■ Bij langere bereidingstijden kunt u het apparaat
10 minuten voor het einde van de bereidingstijd
uitzetten en de restwarmte gebruiken voor het
afbakken.
Energie besparen met de gas-kookplaat
■ Kies altijd een pan die de juiste grootte heeft voor
uw gerechten. Een grote, slechts weinig gevulde pan
heeft veel energie nodig.
■ Sluit de pan altijd af met een passend deksel.
■ De gasvlam moet altijd contact met de bodem van
de pan hebben.
Milieuvriendelijk afvoeren
Voer de verpakking op een milieuvriendelijke manier af.
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de Europese richtlijn
2012/19/EU betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur (waste
electrical and electronic equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de in de
EU geldige terugneming en verwerking van
oude apparaten.
De installatie mag uitsluitend door een erkende
installateur of een door de importeur erkende
servicemonteur worden uitgevoerd volgens de
"Instructie voor het aansluiten van het gas en het
wijzigen van de gassoort".
Voor de door de importeur erkende installateur of
servicedienst
Attentie!
■ De instellingsvoorwaarden voor dit apparaat staan
op het typeplaatje op de achterzijde van het
apparaat aangegeven. De door de fabriek ingestelde
gassoort is met een ster (*) gemarkeerd.
■ Controleer voor de opstelling van het apparaat de
distributievoorwaarden (gassoort en gasdruk) en
verzeker u ervan dat de gasinstelling van het
apparaat hierop is ingesteld. Indien de instellingen
van het apparaat gewijzigd moeten worden,
raadpleeg dan de instructies in het hoofdstuk
"Instructie voor het aansluiten van het gas en het
wijzigen van de gassoort".
■ Dit apparaat is niet op een verbrandingsgasafvoer
aangesloten. Het apparaat moet in
overeenstemming met de installatievoorschriften
aangesloten en in gebruik genomen worden. Sluit
het apparaat niet op een verbrandingsgasafvoer
aan. Alle ventilatievoorschriften moeten in acht
genomen worden.
■ De gasaansluiting moet via een vaste, niet-flexibele
aansluiting (gasleiding) of via een veiligheidsslang
worden gerealiseerd.
■ Indien een veiligheidsslang wordt gebruikt, moet er
beslist op gelet worden dat de slang niet
vastgeklemd of geknikt wordt. De slang mag niet
met hete oppervlakken in aanraking komen.
■ * De gasleiding (gasleiding of gasveiligheidsslang)
kan zowel aan de rechter- als aan de linkerzijde van
het apparaat worden aangesloten. De aansluiting
moet beschikken over een gemakkelijk
toegankelijke afsluitingsinrichting.
* : Optioneel. Beschikbaar bij enkele apparaten.
Nominale bedrijfsdruk van het apparaat
De nominale bedrijfsdruk van het apparaat staat
aangegeven op het typeplaatje aan de achterkant van
het apparaat.
Alle gegevens op het typeplaatje van uw apparaat
hebben betrekking op deze drukwaarden. De fabrikant
is niet verantwoordelijk voor resultaten, prestaties of
enig risico als gevolg van het feit dat dit apparaat met
afwijkende drukwaarden is gebruikt.
9
nl Plaatsen en aansluiten
:Waarschuwing – Veiligheidsvoorschrift!
Is de gasdruk in uw elektriciteitsnet hoger (20 %) dan
de waarde die op het typeplaatje van het apparaat staat
aangegeven, dan dient u het apparaat voor uw
veiligheid beslist te gebruiken met een geschikte
gasregelaar.
Weet u niet welke gasdruk uw elektriciteitsnet heeft,
neem dan contact op met uw plaatselijke energiebedrijf.
De aansluiting, het onderhoud en de instelling van de
gasregelaar dient te worden uitgevoerd door technisch
personeel van de netbeheerder.
Storingen aan de gasinstallatie/ gaslucht
Wanneer u merkt dat het naar gas ruikt of storingen aan
de gasinstallatie vaststelt, dient u het volgende te doen.
■ direct de gastoevoer of het ventiel van de gasfles
sluiten
■ direct open vuur en sigaretten doven
■ elektrische apparaten uitschakelen ook lampen
■ ramen openen en de ruimte goed luchten
■ telefonisch contact opnemen met de klantenservice
of de elektriciteitsmaatschappij.
Apparaat aan de gasleiding of aan de deurgreep
verschuiven
Verschuif het apparaat niet door aan de gasleiding te
trekken; de gasleiding kan beschadigd raken. Gevaar
voor een gaslek! Verschuif het apparaat niet door aan
de deurgreep te trekken. Deurscharnieren en
deurgreep kunnen beschadigd raken.
Elektrische aansluiting
Het apparaat is geschikt voor een netspanning van
220-240 V. Voor de aansluiting is een zekering van
16 A nodig.
Laat het apparaat plaatsen door een servicedienst.
Wordt het apparaat verkeerd aangesloten, dan vervalt
bij schade het recht op garantie.
Attentie!
■ Wanneer de netspanning afneemt tot minder dan
180 V, functioneert het elektrische
ontstekingssysteem niet meer.
■ Als de aansluitkabel beschadigd raakt, moet deze
door de fabrikant, door de servicedienst of door een
erkende monteur worden vervangen.
:Waarschuwing – Levensgevaar!
Bij contact met onder spanning staande onderdelen
bestaat er elektrocutiegevaar.
■ Pak de stekker uitsluitend met drogen handen beet.
■ Trekt u de aansluitkabel eruit, pak hem dan altijd
direct bij de stekker vast en niet aan de kabel zelf,
omdat deze dan beschadigd kan raken.
■ Trek de stekker nooit tijdens het gebruik uit het
stopcontact.
Aanwijzingen
■ de stekker in het stopcontact past.
■ de doorsnede van de elektrische kabel groot
genoeg is.
■ het aardingssysteem volgens de voorschriften is
geïnstalleerd.
■ de vervanging van de aansluitkabel (indien nodig)
alleen plaatsvindt door een vakkundig monteur.Een
nieuwe kabel is verkrijgbaar bij de Servicedienst.
■ er geen meervoudige stekkers/contactdozen en/of
verlengkabels worden gebruikt.
■ er bij gebruik van een aardlekschakelaar alleen een
type met het symbool z wordt gebruikt.
Alleen aardlekschakelaars met dit symbool voldoen
aan de geldende voorschriften.
■ de stekker altijd bereikbaar is.
■ de aansluitkabel niet wordt geknikt, bekneld,
gewijzigd of doorgesneden.
■ de aansluitkabel niet in contact komt met
warmtebronnen.
Voor de servicedienst
Attentie!
■ Het apparaat moet overeenkomstig de specificaties
op het typeplaatje worden aangesloten.
■ Sluit het toestel alleen op een elektrische aansluiting
aan die voldoet aan de geldende bepalingen. De
contactdoos moet goed toegankelijk zijn om het
apparaat indien nodig van het lichtnet te kunnen
scheiden.
■ Er moet een meerpolige scheidingsinrichting
aangebracht zijn.
■ Gebruik nooit een verlengkabel of meervoudige
stekker.
■ Om veiligheidsredenen mag dit apparaat alleen op
een geaarde aansluiting worden aangesloten,
Wanneer de randaarde-aansluiting niet aan de
voorwaarden voldoet, is de bescherming tegen
elektrische gevaren niet gegarandeerd.
■ Voor de aansluiting van het apparaat moet een
kabel van het type H 05 W-F of gelijkwaardig worden
gebruikt.
Fornuis met de waterpas horizontaal
plaatsen
Zet het fornuis direct op de vloer.
1. Ovenlade eruit trekken en er naar boven uittillen.
Aan de onderkant bevinden zich binnenin voor en
achter stelvoeten.
2. De stelvoeten zo nodig met een zeskantsleutel
omhoog of omlaag draaien, tot het fornuis waterpas
staat (Afbeelding A).
3. Ovenlade weer inschuiven (Afbeelding B).
%$
Houd u aan de volgende instructies en zorg ervoor dat:
10
Plaatsen en aansluiten nl
Aangrenzende meubels
Aangrenzende meubels dienen uit niet-brandbaar
materiaal te bestaan. Aangrenzende voorzijden van
meubels dienen tot minstens 90°C
temperatuurbestendig te zijn.
Bevestiging aan de wand
Om te voorkomen dat het fornuis kantelt, dient u het
met de meegeleverde haak aan de wand te bevestigen.
Neem het montagevoorschrift voor bevestiging aan de
wand in acht.
Plaatsen van het apparaat
0LQ
Maatregelen tijdens het transport
Bevestig alle beweegbare onderdelen in en op het
apparaat met plakband, dat zonder sporen verwijderd
kan worden. Schuif alle toebehoren (bijv. de bakplaat)
met een dunne strook karton aan beide zijden in de
vakken om beschadiging van het apparaat te
voorkomen. Leg karton of iets dergelijks tussen de
voorzijde van de bakplaat en de achterzijde van de deur
om te voorkomen dat de bakplaat tegen de binnenzijde
van de glazen deur stoot. Bevestig de deur en, indien
aanwezig, de bovenste afdekking met plakband aan de
zijden van het apparaat.
Bewaar de originele verpakking van het apparaat.
Transporteer het apparaat alleen in de originele
verpakking. Let op de transportpijlen op de verpakking.
Als de originele verpakking niet meer beschikbaar is
Verpak het apparaat in een beschermende verpakking
om voldoende bescherming tegen eventuele
transportschade te garanderen.
Transporteer het apparaat rechtop. Houd het apparaat
niet aan de deurgreep of aan aansluitingen op de
achterzijde vast, omdat deze dan beschadigd kunnen
raken. Leg geen zware voorwerpen op het apparaat.
■ Het apparaat moet volgens de opgegeven maten
worden geplaatst en direct op het vloeroppervlak
van uw keuken. Het apparaat mag niet boven op wat
voor object dan ook worden geplaatst.
■ Voor de afstand tussen de bovenkant van het fornuis
en de onderzijde van de afzuigkap moet u zich
houden aan de instructies van de fabrikant van de
afzuigkap.
■ Let erop dat het apparaat na de plaatsing niet meer
wordt verschoven. De afstand tussen de extra
krachtige brander of wokbrander met aangrenzende
keukenmeubels resp. de muur moet minstens 50
mm bedragen.
:Waarschuwing – Risico van een gaslek!
Het apparaat mag na de installatie niet meer verplaatst
worden.
Wanneer u het apparaat na de installatie verplaatst,
controleer de aansluiting dan op lekkage.
11
nl Het apparaat leren kennen
*Het apparaat leren kennen
Het apparaat leren kennen
In dit hoofdstuk geven we u uitleg over de indicaties en
bedieningselementen. Daarnaast leert u verschillende
functies van uw apparaat kennen.
Algemeen
De uitvoering hangt van het type apparaat af.
Aanwijzing: Afhankelijk van het apparaattype zijn kleur-
en detailafwijkingen mogelijk.
Kookplaat
Hier krijgt u een overzicht van het bedieningspaneel. De
uitvoering hangt van het type apparaat af.
Toelichting
1*Afdekplaat**
2*Vrijkomende stoom
Attentie!
Als de oven in gebruik is, komt op deze plaats
hete stoom vrij
3Kookplaat**
4Bedieningspaneel**
5*Koelventilator
6Ovendeur**
7*Ovenlade**
*Optioneel (Beschikbaar bij enkele apparaten)
**Afhankelijk van het apparaattype zijn
detailafwijkingen mogelijk.
Toelichting
1Normale brander
2Normale brander
3Extra krachtige brander
4Spaarbrander
12
Bedieningspaneel
Het apparaat leren kennen nl
Al naargelang apparaattype zijn detailafwijkingen
mogelijk.
Toetsen en display
Met de toetsen kunt u verschillende extra functies van
uw apparaat instellen. Op het display ziet u de
bijbehorende waarden.
SymboolBetekenis
Tijdfuncties
\
KinderslotOvenfuncties via het bedieningspa-
Verwarmingsmethoden en functies
Met de functiekeuzeknop stelt u de
verwarmingsmethoden en meer functies in.
VerwarmingsmethodeGebruik
3D-heteluchtVoor het bakken en braden op één of meerdere niveaus.
<
Milde heteluchtEen intelligente verwarmingsmethode voor een energie-efficiënte bereiding van vlees, vis
6
PizzastandVoor het bereiden van pizza's en gerechten die veel warmte van onderen nodig hebben.
$
OnderwarmteVoor de bereiding au bain-marie en om na te bakken.
$
Grill, grootVoor het grillen van platte stukken, zoals steaks, worstjes of toast en voor het gratineren.
(
CirculatiegrillenVoor het braden van gevogelte, hele vis en grotere vleesstukken.
7
Boven- en onderwarmteVoor traditioneel bakken en braden op één niveau. Bijzonder geschikt voor gebak met
%
--------
Wekker ,Q, Tijdsduur x, Einde y
en Tijd kiezen, door ze meerdere
keren aan te tippen.
neel blokkeren en deblokkeren door
ze ca. 4 seconden lang in te drukken.
De ventilator verdeelt de warmte van het ronde verwarmingselement aan de achterkant
gelijkmatig in de binnenruimte.
en gebak.
Het apparaat regelt de energietoevoer in de binnenruimte optimaal. Het product wordt in
fases bereid met behulp van restwarmte. Zo blijft het sappiger en wordt het minder bruin.
Afhankelijk van de bereiding en het product kan energie worden bespaard.
De verwarmingsmethode wordt gebruikt voor het vaststellen van de energie-efficiëntieklasse.
Het onderste verwarmingselement en het ronde verwarmingselement aan de achterwand
zijn ingeschakeld.
De warmte komt van onderen.
Het hele oppervlak onder het grillelement wordt heet.
Het grillelement en de ventilator schakelen afwisselend in en uit. De ventilator wervelt de
hete lucht rond de gerechten.
vochtige bedekking.
De warmte komt gelijkmatig van beneden en van boven.
Min
A
Plus
@
--------
Toetsen
Onder de afzonderlijke toetsen bevinden zich sensoren.
U hoeft niet hard te drukken. Raak alleen het
betreffende symbool aan.
Display
De waarde die op een bepaald moment kan worden
ingesteld of afloopt, staat op de voorgrond van het
display.
Om de afzonderlijke tijdfuncties te gebruiken tipt u
meerdere keren op de toets v. Het betreffende
symbool waarvan de waarde op dat moment op de
voorgrond staat, is verlicht.
Om altijd de juiste verwarmingsmethode voor uw
gerecht te kunnen bepalen, geven wij hier uitleg over de
verschillen en toepassingen.
Instelwaarden verlagen.
Instelwaarden verhogen.
Meer functies
Uw nieuwe oven biedt u nog meer functies, waarop wij
hier een korte toelichting geven.
FunctieGebruik
Snel voorverwarmenBinnenruimte snel voorverwarmen, zonder accessoires.
F
^
--------
Verlichting van de binnenruimteVerlichting van de binnenruimte inschakelen, zonder functie.
Maakt het u gemakkelijker om bijv. de binnenruimte te reinigen.
13
nl Het apparaat leren kennen
Temperatuur
Met de temperatuurknop stelt u de temperatuur in de
binnenruimte in. Daarnaast worden hiermee de standen
voor andere functies gekozen.
Bij zeer hoge temperaturen wordt de temperatuur van
het apparaat na langere tijd wat lager.
StandBetekenis
Ú
50-275TemperatuurbereikDe temperatuur die in de binnen-
1, 2, 3
of
I, II, III
--------
Temperatuurindicatie
Wanneer het apparaat opwarmt, is op het display het
symbool p verlicht. In de verwarmingspauzes gaat het
uit.
Wanneer u voorverwarmt, is het optimale tijdstip voor
het inschuiven van het gerecht bereikt zodra het
symbool de eerste keer verdwijnt.
Aanwijzing: Door thermische traagheid kan de
weergegeven temperatuur een beetje afwijken van de
werkelijke temperatuur in de binnenruimte.
NulstandHet apparaat warmt niet op.
ruimte kan worden ingesteld op
°C.
GrillstandenDe in te stellen standen voor grill,
grote oppervlakken ( en kleine
oppervlakken * (afhankelijk van
het type apparaat).
Stand 1 = zwak
Stand 2 = gemiddeld
Stand 3 = sterk
Binnenruimte
Verschillende functies voor de binnenruimte
vergemakkelijken het gebruik van uw apparaat. Zo
wordt bijv. de binnenruimte volledig verlicht en een
koelventilator beschermt het apparaat tegen
oververhitting.
Apparaatdeur openen
Opent u de apparaatdeur wanneer er een programma
loopt, dan wordt de werking voortgezet.
Verlichting van de binnenruimte
Bij de meeste verwarmingsmethoden en functies is de
verlichting van de binnenruimte aan als het programma
loopt. Wordt de werking met de functieschakelaar
beëindigd, dan gaat de verlichting uit.
Met de stand Verlichting van de binnenruimte, kunt u de
lamp met de functiekeuzeknop, inschakelen zonder dat
de oven opwarmt. Dit helpt u bijv. bij de reiniging van
het apparaat.
Koelventilator
De koelventilator wordt zo nodig in- en uitgeschakeld.
De warme lucht ontsnapt via de deur.
Attentie!
De ventilatiesleuven niet afdekken. Dan raakt het
apparaat oververhit.
De koelventilator loopt een bepaalde tijd na, zodat de
binnenruimte na gebruik sneller afkoelt.
Branderschakelaar
Met de vier branderschakelaar kunt u het
verwarmingsvermogen van de branders instellen.
StandenFunctie/gasfornuis
NulstandFornuis is uitgeschakeld.
þ
OnstekingsstandOnstekingsstand
8
Instelbereikgrote vlam = sterkste instelling
—
˜
Aan het einde van het instelbereik voelt u een aanslag.
Niet verder draaien.
spaarvlam = kleinste instelling
14
Loading...
+ 30 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.