Overzicht van de door de fabriek
ingestelde basisinstellingen met DSC. 124
Appendix..................................... 124
Technische gegevens ......................... 124
101
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAGÑOL
PORTUGUES
Beknopte gebruiksaanwijzing
1 Aanzetten:
Op ON drukken (de KeyCard moet ingeschoven zijn), het toestel speelt op
vooraf ingestelde volume.
Uitzetten:
ON-toets ca. 1 sec. ingedrukt houden.
Als het toestel met ON werd aangezet,
kan met de KeyCard in- en uitgeschakeld worden. Leest u beslist de informatie bij “KeyCard”.
Het toestel kan ook via het contact worden uitgezet (indien zo aangesloten).
Na het uitzetten van het contact herinnert een dubbele pieptoon u er aan, dat
u voordat u uit de auto stapt de KeyCard er uit zou moeten halen.
Als het contact uit staat (KeyCard is
ingeschoven) kunt u het toestel zo verder gebruiken:
Na de dubbele pieptoon op “ON” drukken.
Het toestel wordt ingeschakeld.
Na een speelduur van een uur wordt
het toestel ter bescherming van de
accu automatisch uitgezet.
2 Volume veranderen
VOL+ / VOL- indrukken.
Na het aanzetten hoort u het toestel op
het vooraf ingesteld volume (VOL FIX).
VOL FIX kan veranderd worden (zie
“Programmeren met DSC”).
T - wisselschakelaar
3 FM
wisselschakelaar om te wisselen van
de geheugenniveaus I, II, en T (Travelstore) indrukken.
Zodra als deze toets ingedrukt wordt,
volgt er een automatische wissel naar
(UKW) FM.
Extra functie
De zes sterkste zenders met Travelstore programmeren.
T drukken tot zoekafstemming
Op FM
op het display begint.
4 M•L - wisselschakelaar
voor middengolf en lange golf..
5 -dB - volume ineens veranderen
Door het indrukken van de -dB-toets
hebt u de mogelijkheid om ineens het
volume zacht te zetten. Het display
toon MUTE. Deze functie wordt weer
opgeheven door kort op de -dB-toets of
op VOL+ te drukken.
Als op VOL- wordt gedrukt, is het normale volume gelijk aan het -dB (mute)volume.
Het mute-volume is als volgt te programmeren:
•gewenst volume instellen.
•-dB 2 sec. indrukken (Beep klinkt).
Dit volume is als mute-volume geprogrammeerd.
Extra functie
Ingestelde waarden in het DSC-menu
opslaan door op de toets te drukken.
102
6 Tuimelschakelaar
Radio-gebruik
zoekafstemming
omhoog
stapsgewijs
omlaag
(indien AF uit)
omlaag
stapsgewijs
omhoog
(indien AF uit)
Functie stoppen:
op tegengestelde toets drukken.
/ resp. << >>
CD-gebruik
Titel kiezen (opwaarts): kort indrukken
CUE - versneld vooruitspoelen (hoorbaar):
Opnieuw starten van de titel: kort indrukken
Titel kiezen (neerwaarts): twee of meer
keren kort na elkaar indrukken
REVIEW - versneld terugspoelen (hoorbaar):
ingedrukt houden
Extra functies:
AUDzie H
GEOzie I
DSC - MODEzie F
Functies kiezen en
programmeren..
AF - MODEAF im Display
Met << >> in de zenderreeks bladeren,
bijv.: NDR1...NDR4
8 Keycard
Om het toestel te kunnen gebruiken,
moet de KeyCard ingevoerd zijn.
De Keycard (contactdeel naar boven
gericht) boven de Keycard-tong in de
daarbij behorende gleuf schuiven.
Leest u beslist de informatie bij “KeyCard”.
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAGÑOL
PORTUGUES
103
9 AF-toets (Alternatieve Frequentie) bij
RDS-gebruik
Als “AF” op het display verschijnt, zoekt
de radio met RDS automatisch een
beter te ontvangen frequentie van hetzelfde programma.
“AF” aan/uit: kort op toets AF drukken.
AF-toets ca. 2 sec. indrukken, op het
display verschijnt REG-ON of REGOFF (REG - regionaal).
: Toets PTY (programma-type)
Om de PTY-modus te activeren. In de
PTY-modus worden de voorkeuzetoetsen tot programmatoetsen zoals b.v.
NIEUWS, SPORT, POP, ACTUEEL,
enz..
; TIM/TA
TIM (TraffIc Memo)
Opgeslagen verkeersinformatie weergeven:
TIM kort indrukken.
Voorrang voor verkeersinformatie aanof uitzetten:
TIM 2 sec. indrukken.
TA (Traffic Announcement = voorrang
voor verkeersinformatie)
Als op het display “TA” staat, worden
alleen de verkeersinformatie-zenders
weergegeven.
TA aan/uit: toets TIM ca. 2 sec. indrukken.
Let op de waarschuwing bij “Traffic
Memo (TIM)”
< 1, 2, 3, 4, 5, 6 - voorkeuzetoetsen
Per geheugenniveau (I, II, en “T”) kunnen 6 FM-zenders geprogrammeerd
worden.
U kunt op de MG en LG elk 6 zenders
programmeren.
Zenders programmeren - Een voorkeuze toets bij radio-gebruik zo lang
indrukken, tot het programma weer te
horen is.
Zenders selecteren - golfband instellen. Bij FM het geheugenniveau kiezen
en op de desbetreffende voorkeuzetoets drukken.
= PS
Toets kort indrukken - de op de voorkeuzetoetsen geprogrammeerde zenders zijn kort te horen.
SCAN
Kort laten horen van de te ontvangen
radiozenders resp. nummers bij cassette- of wisselaar-gebruik (optie).
SCAN starten/beëindigen: kort op PS
drukken.
De speelduur kan gewijzigd worden
(zie “Programmeren met DSC” - SCANTIME).
> RM (Radio Monitor)
Maakt radio-ontvangst mogelijk tijdens
het snelspoelen bij cassette-gebruik.
Bij cassette-gebruik
RM aan-/uitzetten: op RM drukken.
Indien geactiveerd, staat “RM” op het
display. Tijdens het versneld spoelen is
de radio te horen.
? B•C - Dolby B•C NR
Ruisonderdrukking voor het correct
afspelen van cassettes.
Al naargelang de manier van opnemen
van de cassette kan de passende ruisonderdrukking gekozen worden.
Dolby-B NR, Dolby-C NR, zonder Dolby-NR.
Omschakelen met B•C, op het display
staat “B” of “C”, indien Dolby aan staat.
@ Cassette uitnemen
drukken
Op
A Cassette-opening
Cassette inschuiven (kant A of 1 naar
boven; opening rechts)
104
B Wisselen van spoor
Met
kan bij cassette-gebruik van
spoor worden gewisseld (Track). Op
het display licht “TR 1” of “TR 2” op.
C MIX
Bediening van een wisselaar.
D BLS
Blank Skip - het overslaan van onbespeelde gedeeltes van de band.
Direct als er bij de weergave een pauze
van meer dan 15 sec. optreedt, begint
automatisch het versneld vooruitspoelen tot het volgende stuk.
Het display toont dan: “CPS-FF”.
BLS in-/uitschakelen: op BLS drukken.
Op het display licht “BLS” op, als de
functie ingeschakeld is.
E lo
Gevoeligheid van de automatische
zoekafstemming.
lo staat op het display - gevoeligheid
van zoekafstemming is verminderd
(zoekafstemming stopt alleen bij goed
te ontvangen zenders.)
lo niet op display - volledige gevoeligheid van zoekafstemming (zoekafstemming stopt ook bij minder goed te ontvangen zenders.)
Overschakelen:lo aantikken
Met DSC kan de gevoeligheid van de
zoekafstemming voor lokale ontvangst
“S-LO” en interlokale ontvangst “S-DX”
van te voren ingesteld worden.
Voor meer informatie: “Programmeren
met DSC”.
F DSC (Direct Software Control)
Met DSC kunnen programmeerbare
basisinstellingen aangepast worden.
Verdere informatie: “Programmeren
met DSC”.
G LD
Loudness - optimale versterking van
lage tonen bij gering volume.
LD aan/uit: op toets drukken
Als Loudness ingeschakeld is, staat
“LD” op het display.
Voor verdere informatie zie “Programmeren met DSC”.
H AUD
Voor het instellen van Treble (hoge
tonen) en Bass (lage tonen) met de
tuimelschakelaar.
Treble
+
Bass
Treble
De laatste instelling wordt automatisch
opgeslagen in het geheugen.
Volgt er binnen 8 sec. geen wijziging,
dan schakelt het display terug op de
voorgaande mode.
+
Bass
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAGÑOL
105
PORTUGUES
Belangrijke aanwijzingen
I GEO
Voor het instellen van Balance (links/
rechts) en Fader (voor/achter).
Fader voor
Balance
links
Fader achter
De laatste instelling wordt automatisch
opgeslagen in het geheugen.
Volgt er binnen 8 sec. geen wijziging,
dan schakelt het display terug op de
voorgaande mode.
Balance
rechts
J RT - Radiotekst
RDS-functie voor het laten zien van
teksten op de ingestelde zender. RTteksten worden alleen bij uitgeschakeld
contact getoond.
Toestel aanzetten.
RT aanzetten: op RT drukken en wachten tot de lopende tekst afgelopen is.
RT uitzetten: op RT drukken.
K SRC (Source = bron)
Om over te schakelen naar een andere
geluidsbron bijv. cassette, radio, CDwisselaar (optie).
Wat u beslist moet lezen
Leest u zorgvuldig de volgende aanwijzingen
voordat u uw autoradio in gebruik neemt.
Verkeersveiligheid
De verkeersveiligheid heeft de hoogste prioriteit.
Gebruik daarom uw autoradio altijd zó, dat u
steeds alert op de momentele verkeerssituatie kunt blijven reageren.
Bedenk dat u al bij een snelheid van 50 km/
h in één seconde 14 meter aflegt.
Het is raadzaam om in moeilijke verkeerssituaties uw toestel niet te bedienen.
De waarschuwingssignalen van bijv. politie
en brandweer moeten in de auto op tijd en
duidelijk gehoord kunnen worden.
Beluister daarom tijdens het rijden uw programma alleen met een aangepast volume.
Inbouw/aansluiting
Voor een correcte werking moet de plus via
contact en continu-plus aangesloten zijn.
Wilt u de installatie zelf inbouwen of uitbreiden, leest u dan beslist vooraf de meegeleverde aanwijzingen m.b.t. inbouw en aansluiting.
Verbindt de luidspreker-uitgangen niet met
massa!
106
Maak alleen gebruik van de door Blaupunkt
goedgekeurde accessoires en reserve onderdelen.
Optische indicatie als diefstalbeveiliging
Bij een geparkeerde auto kan ter diefstalbeveiliging de Keycard-tong knipperen.
Met DSC kunnen twee situaties worden ingesteld. LED ON of LED OFF.
Leest u hiervoor “Programmeren met DSC,
LED ON/OFF”.
KeyCard
De autoradio kan alleen met twee KeyCard’s
(1 of 2) in werking gesteld worden, waarvan
de code in het toestel opgeslagen is.
Toestel inschakelen en KeyCard geheel inschuiven. De radio is nu klaar voor gebruik.
Wanneer een verkeerde KeyCard gebruikt
wordt, verschijnt “----” op het display.
Na ca. 10 sec. verschijnt op het display
“CARD ERR”.
In dat geval het toestel pas weer gebruiken
nadat u de erbij behorende Keycard tot uw
beschikking heeft.
Trek de KeyCard nooit uit het toestel.
Eerst op de KeyCard drukken. De KeyCard
komt in de uitneempositie en het display
toont “LEARNING”. Dan pas de KeyCard uit
het toestel nemen.
Raakt een KeyCard zoek of beschadigd dan
kunt u via een erkende servicedienst een
nieuwe KeyCard verkrijgen. Tegen extra betaling zijn er Designer KeyCards verkrijgbaar.
Deze servicediensten zijn in de autoradioservicelijst gemarkeerd (
). Bij twijfel kan de
servicedienst-centrale van uw land u het
adres van de dichtstbijzijnde KeyCard-servicedienst geven.
Met de KeyCard (1 en 2) kunnen de instellingen van de volgende functies apart opgeslagen worden: Bass, hoge tonen (Treble), Balance en Fader, voorkeuzetoetsen, Loudness, TA (volume), Speech (geluid bij gesproken woord), BEEP-volume, SCANTIME, VOLFIX.
Bovendien blijft de laatst ingestelde stand
zoals golfband, zender- afstemming, TAvoorrang, Loudness, AF, CPS, Dolby B/C,
RM, REG ON/OFF, gevoeligheid van
zoekafstemming opgeslagen.
Zo beschikt u na het inschuiven van uw
KeyCard weer over de gekozen basisinstelling.
KeyCard vervangen
Een KeyCard kan alleen maar door een
nieuwe met hetzelfde kengetal (1 resp. 2)
worden vervangen.
Wilt u bijv. KeyCard 2 vervangen, dan
•voert u KeyCard 1 in en zet het toestel
aan.
•Drukt u op de KeyCard, dan komt deze
in de uitneempositie en op het display
verschijnt “LEARNING”.
•KeyCard 1 er uit halen en terwijl
“LEARNING” nog aan staat, de nieuwe
KeyCard 2 invoeren.
Het toestel kan nu met de nieuwe KeyCard 2
worden gebruikt.
Er kan telkens maar één KeyCard 1 en 2
worden gebruikt om het toestel aan te zetten.
DEUTSCH
ENGLISH
FRANÇAIS
ITALIANO
NEDERLANDS
SVENSKA
ESPAGÑOL
107
PORTUGUES
Loading...
+ 18 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.